De uitbouw van Sint Jozefsheil in de eerste jaren
Het sanatorium! Een wereldje op zich waar een staf van 170 personeelsleden doorlopend in touw was om de patiënten de nodige verzorging te geven. Niet alleen de doktoren en verpleegsters leverden hun aandeel in die zorg al waren zij er vaak het meest direct bij betrokken.
De medische staf beperkte zich niet tot een passief controleren van de door veel rusten bereikte resultaten. Medicijnen speelden een grote rol bij de genezing van de patiënten, maar voor het vinden van de juiste geneeswijze voor de verschillende patiënten werd van de medische staf grote deskundigheid en uitgebreid onderzoek gevraagd. Ook werd operatief ingegrepen, in de eerste jaren vooral bij patiënten met been- en gewrichtstuberculose.
Al spoedig bleek behoefte aan een aparte operatie-, observatie- en klasse-afdeling. Deze nieuwe afdeling, gehuisvest in de oorspronkelijke verpleegstersafdeling (zie ook volgend hoofdstuk) in Sint Jozefsheil, werd in 1955 geopend. In dat zelfde jaar werden reeds 9 klasse-patiënten, 29 operatiepatiënten en 22 observatiepatiënten opgenomen. In mei 1956 vond de eerste longoperatie plaats. Voorheen werden longoperaties elders verricht.
Het meest kenmerkende van Sint Jozefsheil is de monumentale toegangspoort die in 1953 - naar een ontwerp van de toenmalige voorzitter van het bestuur, de heer J.H. de Wit sr. - werd geplaatst.
De poort, die altijd uitnodigend openstaat, vormde in de tuberculosetijd, een psychische barrière. Het sanatorium en het terrein waren vanwege het besmettingsgevaar niet vrij toegankelijk.Nu symboliseert de geopende poort het open karakter van het huis, zeker naar patiënten en hun bezoekers toe, die ongehinderd het terrein kunnen verlaten en betreden. De poort herinnert aan het verleden, maar is in geopende toestand, tevens een wezenlijk symbool van het heden.
← Terug naar: Sint Jozefsheil 35 jaarVerder naar: De Cantharel en de Inservice-opleiding →