Oud Rechterlijk Archief 1658
“De Kroniek van Driek”.
Transcriptie gemaakt door Driek Smits te Venray, van de Schepenprothocollen van Bakel en Milheeze.Gemeentearchief Gemert-Bakel.
Inv.nr. AB.016 231. Anno Domini 1658. d.d. 02-01-1658.
Op huijden den tweeden Januarij 1658 soo compareerden voor ons ondergeschreven Schepenen MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, wettigen soone van wijlen WILLEN HENRICKX van den KERCKHOFF ende twee kijnderen, van FRANS AERT STERCKEN, met name WILLEM ende JOHAN verweckt bij CATHARINA wettige dochtere gheweest van wijlen WILLEM HENRICKX van den KERCKHOFF voorschreven ende JOOSTKEN dochtere wijlen GERAERT WILLEMS, naergelaten Weduwe van wijen HANRICK WILLEMS van den KERCKHOFF, wettigen soone gheweest van wijlen WILLEM van den KERCKHOFF voorschreven, als representerende de plaetsche van WILBERTKEN hare dochtere verweckt bij wijlen HANRICK voorschreven haren wettigen man gheweest in zijnen leven, vuijt crachte hercomende door renunciatie van tochtrecht gerenuncieert ende over gegeven door wijlen CATHARINA naergelaten Weduwe wijlen WILLEM HENRICKX van den KERCKHOFF voorschreven, ten behoeve van WILBERTKEN voorschreven, blijckende bij der Heeren Schepenprotocolle van BAKEL, ende alsnu JOOSTKEN voorschreven wederom is ghealieneert ende ghetrout met NICLAES JOOSTEN van NEERVEN, Stadthouder alhier haren teghenwoordigen wettigen man, ende alsoo in dier qualiteijt man ende momboir van JOOSTKEN voorschreven, vuijt het gene voor vehaelt, sij alle sustinerende ende preterende < = voorbij gaande > te zijn ende te wesen, kijnderen ende rechte erffgenamen van wijle WILLEM HENRICKX van den KERCKHOFF bij CATHARINA dochtere wijlen MARCELIS HOBERCHS verweckt ende geprorreert gheweest in hunne leven echte luijden, ende segghen sij kijnderen ende erffgenamen voorschreven, gesamenderhant in het minnelijck, gescheijden ende gheerffdeijlt te hebben ghelijck sij seggen mit desen gescheijden ende gheerffdeilt te hebben, alle de achtergelaten goederen bij hunne voorschr. wettige ouders achtergelaten, zoo ende geelijck hier naer onder conditie staet beschreven.Ierstelijcken is te Loote ende te deel ghevallen MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, voorschreven, de vierde portie vanden goede ende erffnis met de vierde portie vande huijssinghen op de voorschreven erffenis staende, gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL, tot MILHEZE aen DE BERCKEN, met boulant, hoijlant, weijde ende heijvelden, houtgewas met alle appendentien ende dependentiën van dien egeen van dien vuijtgescheijden zoe ende gelijck, als het nu tegenwoordich wort gebruijct bij THONIS JOOST PETERS van NEERVEN ende beseten.Ten tweeden is te Loote ende te deel gevallen NICLAES JOOSTEN van NEERVEN, als man ende momboir van JOOSTKEN zijne wettige huijsvrouwe voorschreven, de andere hellicht daer tegen, off de vierde portien inden zelven goede gelegen, welcke voorschreven twee vierde gedeelte zij condividenten te samen sullen deijlen, in twee gelijcke portien, soo in de huijsinghe, boulant, hoijlant, weijde, heijde ende houtgewas, ende in alle appendentien ende dependentiën van dien, egeen exempt, tegens THONIS JOOSTEN van NEERVEN, ende tegens den onbejaerden soone wijlen JAN MARCELIS HOBERCHS, zijnde ende wezende eijgenaren van de twee andere vierde gedeelte van den voorschreven goede ende erffnis, zijnde ende liggende alnoch ongedeijlt.Ten derden is te Loote end te deel gevallen de twee kijnderen van FRANS AERT STERCKEN voorschreven ende geassisteert met hunnen vader, het goet ende erffnis gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL ter plaetschen genoempt AEN HET GENEN EIJNDE soe huijsinghe, boulant, hoijlant, weijde, heijde ende houtgewas, met alle appendentien ende dependentiën van dien egeen vuijtgescheijden soe groot ende cleijn als het aldaer gelegen is, ende gelijck het selve alsnu tegenwoordich gebruijckt woort bij DIRCK HOUB CLARE. Alnoch hebben zij condividenten, bij dese derde portie ende deel geleijt een stucxken hoijlants ghenaempt HET BUELS BEEMPTKEN, gelegen onder de Jurisdictie voorschreven, ter plaetschen ontrent DE BAKELSCHE BRUGGHE.Ende hebben sij c ondividenten geconditioneert, ende merckelijcken ondersproken, dat alle renthen, pachten, chijnssen die vuijt dese voorschreven gedeelde goederen zijn gaende, iegelijcken condivident vuijt zijne eijgen gedeelte het gene hem gevallen is, voorbeschereven sal gehouden zijn te gelden ende te betalen, die daer van outs met recht vuijt zijn gaende geweest, nu ende ten eeuwigen dage, sonder dat de eene mede deijler, noch portie ofte deel, het een van den anderen beswaert oft belast zal mogen woorden, alles soe seijden.Ende soo hebben zij condividenten gesamenderhant voor ons Schepenen gestaen, ende hebben elcken condivident, voor hen zelven ende iegelijck een op des anders deel, ende op alle recht hen daer inne competerende ende op alle Schepenen letteren daer van mentionerende helmelinge vertijdenisse gedaen tot elcke behoeve van hunne samenderhande condividenten.Gelovende zij condividenten op hen ende op alle henne goederen hebbende ende vercrijgende egeen vuijtgescheijden, als schuldenaren principael, dat voorschreven scheijden ende erfdeijlen metten vertijden van dien eeuwelijck voor goet vast stadich van weirden te houden, onverbreeckelijck voor hen, ende henne nacomelingen, op verbant van henne voorschreven condividenten personen ende goederen, respectiven nu ter tijt hebbende ofte namaels vercrijgende het zij haefflijcke oft erfflijcke roerende oft onroerende goederen egeen vuijtgescheijden, alles sonder arch ofte listen. Testes Schepenen, LEONAERT JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN.Actum ten daghe, jare, maent als boven.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 08-01-1658.
THONIS DIRCKX, ende LENAERT DIRCKX, gebroeders hebben samenderhant, wel wettelijcken ende errelijcken vercocht, opgedragen ende overgegeven aen de naerghelaten onmondighe kinderen wijlen ANTHONIS GEERLINCKX verweckt bij PETERKEN, zijne naergelaten Weduwe, een stuck driesvelt, groot ontrent, anderhalf Lopensaet, gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL ter plaetsen ghenaemt AEN HET NUIJEN EIJNDE neven erffnisse THONIS HANRICK PETERS ter eenre, ende beneffen erffins PEERKE Weduwe wijlen ANTHONIS GEERLINCKX ter andere sijden streckende van erffnis PETER CEEL WILBORTS tot voor op de gemeijne straete. Noch een stuck ackerlants beneffen erffnis PEERKEN Weduwe voorschreven ter eenre, ende beneffen DEN GOORGRAEFF ter andere seijden, streckende van erve PETER CEEL WILBORTS tot voor op de gemeijne strate, als sij seijden. Ende hebben sij respective vercoperen op de voorschreven gronden van erven ende op alle recht hen daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen tot behoeff henne coperen.Gelovende sij respective vercoperen, dat voorschreven vercopen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien, eeuwelijc voor goet vast, stadich van weirden te houden ende henne coperen te vrijen, ende te weiren, ende soo aldaer eenige voorcomer, calangie ofte aentael inne wesen mochte henne coperen aff te doen gehelijcken vuijtgenomen, den chijns van de gronde, daer met recht vuijtgaende bij den coperen te moeten gelden ende te betalen. Voorts los ende vrij sonder argelist. Getuijgen waeren hier over Schepenen LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.Actum in pleno juditio den achtsten dach van Januario 1658.LENAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 23-01-1658.
NICLAES JOOSTEN van NEERVEN Stadthouder alhier van onsen Dorpe van BAKEL, cedeert ende transporteert ende geeft over in erffwisselinge gelijck hij bij dezen is cederende, transporterende, ende overgevende, in erffwisselinghe aen THONIS JOOST PETERS van NEERVEN, zijnen wettigen broeder, zijn ghedeelte in het goet ende erffnis gelegen inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE ter plaetschen genaempt AEN DE BERCKEN, te weten, de vierde portie in huijs, schuer, boulant, hoijlant, weijlant ende heijlant, houtgewas, ter wat plaetschen dat het gelegen is, egeen van dien vuijtgescheijden, met alle dependentiën ende appendentien, zoe ende gelijck, hij transportant dat vercregen heeft, ende aen is bestorven bij doot ende aflivicheijt van CATHARINA naergelaten Weduwe van wijlen WILLEM HENDRICKX van den KERCHOFF, ende hem te lote ende te deel gevallen, tegens zijne mededeijleren ende ghelijck het zelve, inde scheijdinghe ende erffdeijlinge beschreven staet inhoudende dato den tweeden Martij 1658, ende heeft hij transportant op de erffwisselinge ende op alle recht ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepenen letteren daer van mentionerende, helmelinge vertegen, ten behoeve van THONIS JOOSTEN voorschreven. Gelovende hij NICLAES van NEERVEN transportant, als schuldenaer principael om hem zijnen persoon, ende alle zijne goederen hebbende ende vercrijgende, egeen vuijtgescheijden, dat cederen, transporteren, overgeven, der portien, voor beschreven metten helmelinghe vertijdenisse daer op ghedaen, eeuwelijck, voor goet, vast, stadich van weriden te houden voor hem ende zijne successueren, ende het voorschreven vierde gedeelte der erffenisse Mette huijssinghe daer op staende te vrijen ende te weiren, ende zoo daer eenighe voorcommer inne mochte wesen, callangie ofte aentael aff te doen ghelijcken, vuijtgenomen pachten ende chijnssen van outs daer in berustende, zal bij THONIS JOOSTEN van NEERVEN moeten woorden betaelt, ende te laste staen nu ende ten eeuwigen dage sonder argelist. Testes Schepenen LEONAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.Datum den 23 Januarij 1658.LEONART JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 23-01-1658.
THONIS JOOSTEN van NEERVEN, compareert ten selven dage en cedeert, transporteert, ende geeft over, daer teghen in erffwisselinghe, gelijck hij bij dezen is cederende, transporterende, ende in erffwisselinge is overgevende, zijn filiaele portie ende kijnts gedeelte, als hem aen is bestorven door doodt ende afflivicheijdt van JOOST PETERS van NEERVEN zijnen transportants wettigen vader, ende alsnu tegenwoordich alnoch in tochte woort beseten, bij naegelaten Weduwe CATHARINA, tweede huijsvrouwe, wijlen JOOST PETERS van NEERVEN voorschrevene gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE ter plaetschen, genoempt IN DEN BOCHT, soe in huijs, schuer, landerijen, hoijlanden, weijlanden, heijlanden, houtgewas, met alle appendentien, ende dependentiën van dien egeen vuijtgescheijden, in alle de erffenisse achtergelaten bij doot ende afflivicheijt van wijlen JOOST PETERS van NEERVEN, ende naer doot, ende afflivicheijt van CATHARINA naergelaten Weduwe voorschreven, stelt TNONIS JOOSTEN transportant voorschreven, NICLAES JOOSTEN van NEERVEN zijnen wettigen broeder in zijne stede, ende plaetsche, om zijne voorschreven filiale portie ofte kijnts gedeelte met vollen rechte te mogen aen wenden, genieten ende tot zijnen oirbare te mogen profiteren, ende zijnen eijgen vrijen wille daer mede te doen, te veralieneren ende te vertransporteren, lot ende deel te verwachten sonder tegen seggen van iemanden, inden rechte noch daer buijten in eeniger manieren, ende heeft hij THONIS transportant op deze zijne filiale portie, ofte kijnts gedeelte, mede op de erffwisselinge, op alle recht ende toesegghen hem daer inne competerende, ende op alle Schepenen letteren daer van mentie maeckende helmelinge vertijdenisse gedaen, tot behoeff van NICLAES JOOSTEN van NEERVEN zijnen wettigen broeder voorschreven als schuldenaer principael op zijnen persoon ende goederen, nu ter tijt hebbende, ofte noch namaels vercrijgende, at cederen, transporteren ende overgevingee der erffwisselinghe, mette verthijdenisse daer op gedaen, eeuwelijck, te houden, voor goet vast stedich van weirden, voor hem ende zijne suceseuren < = erfgenamen > ende het voorschreven kijnts ghedeelte ofte filiale portie, te vrijen, ende te weiren, ende soe daer eenige voorcommer, calangie, ofte aentael in wesen mochte ofte doen geheelijcken, vuijtgenomen, soe daer eenighe pachten, ofte grontchijnssen, van outs waren in berustende, sal bij NICLAES van NEERVEN, moeten gegolden ende betaelt, ende te laste staen, nu ende ten eeuwigen dagen, sonder argelist. Getuijgen waren hier over Schepenen van BAKEL, LEONAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN dese onderteeckent, op huijden den 23 dach Januarij 1658.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 12-02-1658.
Comparerende CATHARINA, dochtere, wijlen JAN VERSCHAU, Weduwe wijlen JOOST PETERS van NEERVEN, welcke voorschreven, CATHARINA, vuijt crachte van tenstamente ghemaeckt, metten zelven haren overleden man, te besitten, in tochte de goederen, daer over alhier voore, onder den dato vanden 23 Januarij 1658 is gecontracteert, ende mangelinge, erffwisselinghe gemaeckt, tusschen NICLAES JOOSTEN van NEERVEN, ende ANTHONIS JOOSTEN van NEERVEN gebroeders, kijnderen van JOOST PETERS van NEERVEN voorschreven, hare behoude < = gehuwde > soonen. Ende dat sij comparantersse effen wel, bedachten rade ende vuijt volle wetenschappe, zoe sij seijde ende verclaerden, het selve voorschreven contrackte mangelinge, ende erffwisselinghe, is toestaende ende approberende < = goed keurende >. Belovende onder verbant van haren persoon, ende ghoederen, present ende toecomende, stede, ende vasticheijt, met renunciatie als naer rechten, voorbehouden, ende vuijtghenomen dat zij Comparantersse zal trecken de vruchte ende bate der voorschreven goederen, haer leven lanck geduerende, sonder argelist.Actum BAKEL op huijden den 12 Februarij 1658. coram Schabinis LEONAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 12-02-1658.
PETER AERT ANSSEMS, in zijnen vollen bedde heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken, vercocht, opghedragen, ende overgegeven, aen THONIS JOOSTEN van NEERVEN, een stuck ackerlants, groot ontrent een halff Lopensaet, gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL, tot MILHEEZE, ontrent de Cappelle, beneffen erve, IKEN Weduwe wijlen JAN WILBORTS, ter eenre ende THONIS JOOSTEN coopere ende zijne mede deijleren, ter andere sijden, streckende van erffnis FRANCISCA naergelaten Weduwe wijlen JAN MATHIJSSEN de BERCKER tot voor op de ghemeijne strate, als zij seijden. Ende heeft hij vercoopere, op het voorschreven stuck ackerlants, ende op alle recht ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen, tot behoeff zijnen coopere voor Schepenen. Gelovende zij vercopere als schuldenaer principael, op hem zijnen persoon, ende alle zijne goederen, hebbende ende vercrijgende egeen vuijtgescheijden, dat vercopen, opdragen, overgeven metten vertijden van dien, eeuwelijck voor goet vast, stedich van weirden te houden ende alle voorcommer, calangie, ende aentael soe daer eenige in dezen mochte aff te doe ghelijcken, alles los ende vrij sonder argelist.Actum in justitio den 12 Feruarij 1658, coram schabinis, LEONAERT JANSSEN, ende MAERCELIS GERAERTS.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 12-02-1658.
ANDRIES LAUREIJNSSEN, in zijnen vollen bedde heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen, ende overgegeven, aen THONIS JOOSTEN van NEERVEN, een stuck ackerlants groot ontrent twee Lopensaet gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE ontrent de Cappelle beneffen erffnis FRANCISCA, Weduwe wijlen JAN MATHIJSSEN die BERCKER ende THONIS JOOSTEN copere, ende zijne mede deijlers erve, ter eenre, ende ter andere zeijden, streckende van erve PETER AERT STERCKEN tot voor op de gemeijne strate, als sij seijden, ende heeft hij vercopere op het voorschreven stuck ackerlants, ende op alle recht ende toeseggen, hem daer inne competerende helmelinge vertegen tot behoeff zijnen coopere voorschreven. Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael, op hem zijnen persoon, ende alle zijn goet hebbende ende vercrijgende, dat vercopen, opdragen, overgeven metten vertijden van dien, eeuwelijck voor goet, vast stedich van weirden te houden, onverbrekelijck, ende alle voorcommer, calangie, ende aentael soo daer eenige in wezen mochte aff te doen gehelijcken ende zijnen coopere te vrijen ende te weiren, los ende vrij, vuijtgenomen, jaerlijckx eenen cop rogghen lest betaelt met twee stuijvers twee oort, ende den chijns vanden voorschreven gront, aenden Heere van MILHEZE, daer met recht vuijtgaende bij den copere jaerlijckx te betalen ende te vergelden, sonder argelst.Actum in juditio, den 12 Februario Anno 1658.Testes schabini, LEONAERT JANSSEN, ende MARCELIS GERAERTS.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 25-02-1658.
LEONAERT JAN GOORTS van CAUWENBERCH, ende HANRICK JAN GOORTS van CAUWENBERCH, gebroederen, voor hen selven, ende MARIKEN nagelaten Weduwe, wijlen GOIJAERT JANSSEN MARCELISSEN, haer voor de tochte JOORDEN, PETER, ende HANDRICK hare drie wettighe sonen verweckt bij wijlen GOIJAERT voorschreven haren wettigen geweest in zijnen leven, ten erffrechte, HENRICK HENRICK CEELEN, als man ende momboir van ELISABETH, dochtere wijlen AERT LAUREIJNSSEN, JACOB JANSSEN van ASTEN man ende momboir van JENNEKEN zijnder huijsvrouwe, dochtere wijlen HERMAN HANRICK HERMANS, verweckt bij PETERKEN, Weduwe wijlen HERMAN voorschreven, dochtere van wijlen LENAERT …………….., hem fort ende sterck makende voor de tochte van PETERKEN Weduwe zijne behoude < = gehuwede > moedere voorschreven als mede oock hem fort en sterck maeckende voor LENAERT, ende JAN competerende het erffrecht als echte kijnderen van wijlen HERMAN HANRICK HERMANS ende PETERKEN voorschreven, LUCAS GOORTSEN van den SCHOODT Secretaris van NUENEN, GERWEN, ende NEDERWETTEN, ende JOORDEN GOORTS als momboiren ende voorstanderen, voor de nagelaten, onmundige kijnderen van wijlen HUBRECHT AERTSSEN, verweckt bij wijlen MARIKEN, zijne wettighe huijsvrouwe, dochtere van wijlen JAN van den CRUIJS, alle erffghenamen, indier qualiteijt van wijlen CLAES ROVERS, hebben ghesamenderhant wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen, ende overgegeven, aen JAN JAN JOOSTEN, een stuck heijlants, soe groot ende cleijn als het daer is ghelegen, inde Parochie van BAEKEL, ter steden ontrent DEN GREEFF, beijde de sijden, ende eenen eijnde, beneffen erffnis JAN JOOSTEN coopere voorschreven, het andere eijnde streckende op de gemeijnte van BAKEL als sij seijden ende hebben zij respective vercoperen, op het voorschreven stuck erffnis, des heijlants, ende op alle recht, ende toeseggen hen daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen, tot behoeff zijns copere voorschreven. Gelovende sij respective vercoperen als schuldenaeren principael op henne personen ende goederen, nu ter tijt hebbende ofte nochmaels vercrijgende, ende de voorschreven momboiren, op verbant van des onmundigen goederen, habenda et arquirenda dat voorschreven vercopen, opdragen, ende overgeven metten vertijden van dien, eeuwelijck, voor goet, vast, stedich van weirden te houden, ende hennen copere te vrijen ende te weiren, ende alle voorcommer, calaengie ende aentael, zoe daer eenighe in wesen mochte bij den vercoperen, aff te doen ghehelijcken, vuijtgenomen bij den copere daer vuijt te vergelden, ende te bethalen jaerlijckx eenen stuijver Brabants, chijns, aenden chijnsboecke van FRANCISCA naergelaten, Weduwe, wijlen JAN MATHIJSSEN de BERCKER, voorts vrij, sonder argelist. Getuijgen waren hier over Schepenen in BAKEL LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN op huijden den 25 dach van Februarij 1658.LENAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. Los blad. d.d. 29-03-1658.
Ontfangen van de naeste vrinden van WILBOORTCH KERCKHOF in een Clooster gegaen sijn ende haer goederen overgedraghen hebben aen NICLAES van NEERVEN als man ende momboir van JOCHEM Weduwe wijlen HENRICX van de KERKHOF drie guldenDen XXIX Martij 1658. Actum den .. April 1658.Dico 3 – 18 – 6.Onleesbare handtekening.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 23-04-1658.
PETER soone GERAERTS GOORTS in zijnen vollen bedde, heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken, vercocht, opgedragen, ende overgeven aen NICOLAES van NEERVEN Stadthouder een huijs met eenen hoff daer aen gelegen in de Parochie van BAKEL, ter plaetschen genaempt AEN HET KERCKEIJNDE, zoe ende gelijck hem vercopere dat is aengecomen, ende verstorven, door doot ende afflivicheijt van wijlen GERAERT GOORT SCHUTTERS, ende wijlen HANRICX, dochtere wijlen DIRCK LOIJEN, zijne geweesde wettige huijsvrouwe, zijns vercoopers vader ende moeder, het huijs metten hoff gelegen ter eene sijden beneffen erffnis, NICOLAES van NEERVEN coopere voorschreven, de andere sijde beneffen erffnis der erffgenamen van de Wintmolen alhier, strecckende voorts van erffnis PETERKEN naergelaten Weduwe wijlen ANTHONIS GEERLINCKX ende MARGRIET nagelaten Weduwe wijlen GOIJAERT GERAERTS van den WASBERCH, tot voor op de gemeijne strate, als sij seijden, welcken voorschr. hoff totte druppe der daken ende vorts zoe verre de selve is streckende, den coopere vanden vercopere vuijt gratie is gheschoncken, oock als sij seijden. Ende heeft hij vercopere voorschreven, op het voorschreven huijs ende hoff, metten geschincke van dien, ende op alle recht ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen tot behoeff zijnen copere voorschreven. Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael op hem zijnen persoon, ende goederen habenda et acquirenda< = hebbende ende vercrijgende > dat vercopen, opdragen, ende overgeven, metten vertijden van dien, ende den geschincke, eeuwelijck voor goet vast, stadich, van weirden te houden, los ende vrij ende alle voorcommer, calangie, ofte doen ghehelijcken, sonder argelist, testes Schabini LEONAERT JANSSE ende MARTEN JAN JOOSTEN, op huijden den 32 April 1658.PETER GOORTS GOORTS voorscheven heeft bekent ende verclaert dat NICOLAES van NEERVEN copere voorschrevene den pacht vanden voorschreven huijs ende hoff, die hem belooft was van MARI THOMAS pachtersse ende gebruijckersse, ende den zelven pacht, vervallende toecomende Pincxten nu zal toecomen, toecomen, ende ontfanghen woorden bij NICOLAES van NEERVEN copere, ende tot zijnen contentementen behouden, ende bekenden, den vercopere voldaen te sijn van desen zijnen coope ende ten vollen betaelt.Actum ut supra.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 03-05-1658.
HENRICK HANRICK CEELEN, wonende tot AERLEN, als man ende momboir van ELISABETH zijner wettige huijsvrouwe, dochtere, wijlen AERT LAURENSSEN, heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken, vercocht, opgedragen, ende overgegeven, aen JAN JAN ARIAENS Smit, twee stucken ackerlants, gelegen inde Jurisdictie van BAKEL in DE SCHAUTSE ACKEREN, ter plaetsche genaempt, het eene stuck DEN NEDERSTEN ACKER, de eene sijde, beneffen erffnis, MARI Weduwe wijlen GOORT RAIJMAKERS, de andere sijde beneffen erffnis der onmundige kijnderen wijlen HUBERT AERTSSEN, het eene eijnde op erve, het Convent van BIJNDEREN, het ander eijnde streckende op eenen wech, het andere stuck ackerlants, genaempt HET HEESKEN, gelegen met de eene sijde beneffen erffnis der onmundighe kijnderen voorschreven de andere zijde de zelve onmundighe erve ende WILLEM AERTS, het eene eijnde, op erve, Weduwe WILLEM REIJNDERS het andere eijnde, op erffnis PETERKEN Weduwe wijlen HERMAN, HANRICK HERMANS, zoe ende ghelijck hem die zijn aengecomen door houwelijcke, van ELISABETH zijne wettighe huijsvrouwe voorschreven, eest als zij seijden. Ende heeft hij vercopere, op de voorschreven twee stucken ackerlants, ende op allen recht, ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertijdenisse gedaen, tot behoeff zijnen copere voorschreven. Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael, op hem zijnen persoon ende alle zijn goet hebbende ende vercrijgende, dat voorschreven vercopen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien, eeuwelijck, voor goet vast, ende stedich van weirden te houden, voor hem ende zijne successueren, ende zijnen copere te vrijen, ende te weiren, los ende vrijl, vuijtgenomen, vijff Carolus guldens jaerlijckx bij den copere te vergelden, ende te bethalen aen het Cappittele tot BOXTEL, zijnde een specie vuijt eenen meerderen pacht, van ….. gulden jaerlijckx wesende de resterende mede gelders, MARI Weduwe wijlen GOORT RAIJMAKERS, ende PETERKEN Weduwe wjlen HERMAN HANRICK HERMAN SCHATEN als oock de onmundighe kijnderen, wijlen HUBERT AERTSSEN ende voor soe vele de zelve pachten ten achteren stonden zal den copere, gehouden zijn die te aenveirden ende betalen, sonder den vercopere, daer mede meer sal mogen beswaert woorden, ende gelooft den vercopere zijnen copere, aff te doen, alle voorcommer, calanghie ende aentael gehelijcken, zoo daer enige inne wezen mocht, bij den copere oock aen te veirden, alle Dorps commeren, lasten ende alle andere gebuerlijcke rechten ende servituijten te onderhouden sonder argelist. Testes Schabini, LEONAERT JANSSEN, ende JAN REIJNDERS, op huijden den 3 Maijus 1658.LENAERT JANSSEN.JAN REIJNDERS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 15-05-1658.
JACOB JANSSEN van ASTEN, man ende momboir van JENNEKEN zijne wetighe huijsvrouwe, dochtere, wijlen HERMAN HANDRICK HERMAN SCHATEN, verweckt bij PETERKEN, zijne naergelaten Weduwe, dochtere wijlen …..Welcke voorschreven, JACOB JANSSEN van ASTEN comende, heeft beschut, ende vernaerdert, alle alsulcken twee stucken ackerlants, als JAN JAN ARIAENS Smit, heeft gecocht, ende in coope vercregen heeft, tegens, ende van HANRICK HENDRICK CEELEN, wonende tot AERLEN, daer van alhier wettelijcke transporte gedaen, van dato den derden Maij 1658 seggende hij JACOB voorschreven naerderman, naerder te wesen dan den coopere ende thonende die voorseijde naerdrman zijne naerderheijt van bloede van wegen JENNEKEN zijner wettiger huijsvrouwe voorschreven haer hebbende metter handt, ende in dier qualiteijt naerder wesende, dan den copere, ende alsoe die selve naerderschappe doende, met blinckende ende clinckende penningen woorden daar toe dienende in alle manieren in dien ghewoonlijck zijnde presenterende hij naerderman, den voorschreven JAN JAN ARIAENS Smit copere van zijne belooften verschoten, ende verstreckte penningen te doen restitutie ter cause < = oorzaak > van dien gedaen, te houden costeloos ende schadeloos, op verbant van hem zijnen persoon ende goederen, hebbende ende vercrijgende, egeen vuijtgescheijden sonder argelist. Testes Scabini LEONAERT JANSSEN, ende MARCELIS GERAERTS, op huijden den 15 Maijus 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 15-05-1658.
JACOB JANSSEN van ASTEN, vernaerdert hebbende opten 15 Maij 1658, twee stucken ackerlants, die JAN JAN ARIAENS den Smit, tegens, ende in coope vercregen hadde, van HANRICK HENDRICK CEELEN, woonende tot AERLEN, blijckende bij transporte van dato den 3 Maij 1658 – welcke voorschreven vernaerderinge, hij JACOB naerderman geweest, cedeert, transporteert, ende overgeeft bij dezen, aen JAN JAN ARIAENS Smit met het zelve recht, dat hij naerderman vercregen heeft op de voorschreven twee stucken ackerlants, ende heeft hij JACOB naerderman voorschreven op de cederinghe, transporteringen, ende overgevinge helmelinge vertijdenisse gedaen, tot behoeff van JAN JAN ARIAENS voorschreven. Gelovende hij JACOB naerderman, dat voorseijde cedeeren, transporteren ende overgeven, eeuwelijck te houden, voor ghoet vast stadich van weirden tot profijt van JAN SMIT voorschreven op verbant van zijnen persoon ende goederen, habenda, et ac quirendi, ut in meliori forma argelist. Testes Scabini, LENAERT JANSSEN ende MARCELIS GERAERTS, op huijden den vijfthienden dach Maijus 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAETS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB. 016 231. d.d. 20-05-1658.
THONIS AERT STERCKEN, man ende momboir van JENNEKE zijne wettige huijsvrouwe, dochtere wijlen JAN DIRCK JOOSTEN, verweckt bij wijlen ANNA zijne wettige huijsvrouwe dochtere wijlen MARCELIS JAN AERTSSEN, ende HEIJLCKEN zijne overledene geweesde wettige huijsvrouwe, heeft wel wettelijcken ende erffelijcken vercocht, opgedragen, ende over gegeven aen PETER AERT STERCKEN zijnen wettigen broeder als man ende momboir geweest, van ANNA, saliger gedacht zijne geweesde tweede huijsvrouwe, ierst wettige huijsvrouwe geweest van wijlen JAN DIRCK JOOSTEN voorschreven alle de mobile, ende haefflijcke goederen, met het recht van staet van inventaris, hoedanich die geschapen, ofte ghenoempt mochten wezen, ende ter wat plaetschen die bevonden mochten woorden, egeen van dien vuijtgescheijden alle de gene, die wijlen JAN DIRCK JOOSTEN, door zijne doot ende afflivicheijt hadde achtergelaten, wijlen ANNA zijne wettige huijsvrouwe voorschreven ter tochte, ende naer doot ende afflivicheijt van wijlen ANNA voorschreven zijn vervallen ten erffrechte, op THONIS AERT STERCKEN man ende momboir van JENNEKEN, zijne wettige huijsvrouwe, dochtere van wijlen JAN DIRCK JOOSTEN ende wijlen ANNA voorschreven, ende alsoo THONIS AERT STERCKEN in dier qualiteijt gerechte erffgenaem, ende achtergelaten goederen voorschreven, ende heeft hij THONIS AERT STERCKEN, vercopere voor ons Schepenen gestaen, ende heeft ten behoeve ende profijte van PETER AERT STERCKEN zijnen broeder copere voorschreven op alle mobile, ende haeffelijcke goederen, ende op het recht van staet van inventaris bovengenoept ende op alle recht ende toeseggen hem vercopere daer inne competerende, ende op alle Schepenen, ofte enige andere letteren, daer van mentionerende helmelinge vertijdenisse, daer op gedaen. Gelovende hij THONIS vercopere, als schuldenaer principael, op hem ende alle zijn goet habenda, et acquirenda, ut in melioris forma, dat vercopen, opdragen, ende overgeven, metten vertijdenisse, daer op gedaen, te houden eeuwelijck, ghoet vastgestadich van weirden, voor hem, ende zijne successueren, niet te mogen vereijsschen, enigen staet van inventaris, mobile oft haefflijcke goederen, die gecomen zijn vuijt dien hooffde bovengenoempt, door hem selven, oft iemant anders, inden rechte, noch daer buijten, directelijck noch indirectelijck in geenderlij manieren, renuncierende hij vercopere, ten dien sijne, alle relievementen < = ontheffingen >, brieven van gratie, exceptien van rechte, statuijten, ordonnantiën, ende alle andere behulpen, doende enichsints ter contrarie als voors, staet hoe wel de rechten zijn seggenden dat speciale voorgae, sonder argelist. Testes Schabini LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN, op huijden den 20 dach Maijus Anno 1658.LENAERT JANSSEN.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 08-05-1658.
Inden name ons Heeren Jesu Chisti, Amen.Bij den inhouden van desen tegenwoordighe openbare instrumenten zij cont ende kennelijck eenen iegelijcken, alle die gene die dese tegenwoordighe, sullen zien ofte hooren lesen, dat in den Jaere ons Heeren Jesu Christi Anno 1658 opten achtsten dach der maent Maijus, voor ons ondergeschreven Schepenen, ende Secretario van den Dorpe van BAKEL, hier naer genoempt, ende desen instrumente onderteeckent, gecompareert zijn LEONAERT WILLEMS, tegenwoordigen Bruijdegom, ende CATHARINA naergelaten Weduwe wijlen MARCELIS HOEBEN, oude dochtere wijlen JAN DIRCKX alias LANGEN, beijde de voorschreven Bruijdegom ende Bruijt, alhier woonachtich, ende ingeboren, alhier, geassisteert den voornoemden Bruijdegom met NICLAES van NEERVEN Stadthouder alhier ter eenre ende de voornoemde Bruijt, geassisteert met SIJMON JAN DIRCKX, haren wettigen broeder, ende JAN soone MARCELIS HOEBEN, ter andere sijden, hebben tsamen, ende elck van hen lieden begeert, te concipiëren < = te ontwerpen >, ende onderlinge te sluijten, inden name, ende ter eeren Godts, een toecomende houwelijck, tusschen de voornoemde LEONAERT WILLEMS, tegenwoordige Bruijdegom, ende CATHARINA tegenwoordige Bruijt, ende dat na ’t gebodt des Heeren te Solemniseren, ende om te verhoeden, alle questien, cavillatien < = kletspraatjes; beknibbelingen; haarkloverijen >, ende geschillen, die hier namaels tusschen de vrienden vanden iersten afflivigen ende den lancxtlevenden, van hun beijden, soude mogen oprijsen, ende vuijtspruijten, soo hebben zij met goeder voorsieniger deliberatien, vuijt hunlieden eijgen vrijen wille, daer toe onbedwongen, ofte verleijt, van iemanden, (soo sij seijden ende verclaerden) gemaeckt, geoordonneert, ende gesloten, maken, ordonneren, ende sluijten, mits voorwaerde, inder maneren voegen, ende onder de conditiën hier naer volgende ende beschreven;Inden iersten is geconditioneert ende merckelijcken ondersproken dat LENAERT WILLEMS, tegenwoordigen Bruijdegom, ende CATHARINA tegenwoordighe Bruijt, ten onderstande van de toecomende houwelijcke sullen inbringen, ende beloven mits desen inne te bringen, alle henne goederen soo haeffelijcke, als erffelijcke, egeen vuijtgesondert.Op condtie merckelijcken ondersproken, dat alle de goederen soo haeffelijcke, als erffelijcke, wederom sullen devolueren< = verminderen >, ende keeren aen de sijde, van daer die gecomen zijn, mits, ten tijde des houwelijcke staende, tot onderhout van hennen beijde, eerlijcken naer haren staet te leven van de baten ende profijten daer van comende, ende des noot oock te aenveirden, de capitalen vande haeffelijcke als erffelijcke goederen, omme notelijcke, ende eerlijck onderhout te hebben, sonder iemanden daer van kennisse behoeven te geven.Item alnoch geconditioneert ende merckelijcken ondersproken dat alle geconquesteerde goederen die vercregen woorden ten tijde des houwelijckx staende, sullen te samen ghedeelt woorden in twee gelijcke portie ofte deelen, te weten, van den vrienden, des iersten afflivigen, tegens de lanckxtlevenden, onvermindert den voornoemden naesten articule.Alnoch geconditioneert dat off het quame dat CATHARINA tegenwoordige Bruijt geraecte ierst, afflivich te woorden het zij bij tijde, van eenige deelen des Jaers, soo woort bij desen inden verstanden gebrocht, dat LENAERT WILLEMS tegenwoordigen Bruijdegom, egeene pretens ofte arres en sal hebben, ofte mogen begaen, noch eenich recht te pretenderen, opte besaijde landen, wes hij soude mogen hebben inne te bringen, de schare hem toecomende van deen Jare besaijt te hebben, de landerijen, maer zoo want de schare geschuert is, soe sal den voorschreven LENAERT WILLEMS toecomende Bruijdegom de schare mogen behalden ende gebruijcken, sonder iemanden daer aen behoeven te kennen ofte satisfactie < = voldoening; genoegdoening > daer van te geven.Item de comparanten revoceeren < = herroepen >, dat LENAERT WILLEMS de schare geschuert, wesende niet alleenlijck en zal behalden, maer in twee portien zullen deelen als de goederen geconquesteert < = verkregen; gewonnen > voor geroert, blijvende voorts den voorgaende articule in vigeur < = van kracht >.Item alnoch geconditioneert ende ondersproken van LENAERT WILLEMS tegenwoordige Bruijdegom, zal geven ende schencken, voor een houwelijckxe douarie < = bruidschat; weduwegifte >, aen MARI dochtere wijlen MARCELIS HOEBEN, verweckt bij CATHARINA wettige huijsvrouwe geweest van wijlen MARCELIS voorschreven, tegenwoordige Bruijt, de somme ende quantiteijt van hondert gulden, eens, welcke voornoemde hondert guldens zijn tegenwoordig berustende onder CORST JOOSTEN, wonende alhier van LENAERT WILLEMS tegenwoordighe Bruijdegom, aen CORST vuijtgeleent in goeden gelden, onder behoorlijcken Jaerlijcxe intrest expirerende alle Jaren te Bamisse, den intresse dan verschijnenden welcke voorschreven houwelijcksche geschenck opte douarie, MARI dochtere voorschreven zal mogen aenveirden, ende tot haren profijte oirbaren < = nakomelingen > ende de penningen, van hondert guldens mogen aen vangende ende genieten, van CORST JOOSTEN, sonder dat LENAERT voorschr. eenich recht daer op vertijende naer alle forme van recht.Alle welcke voorschreven poincten, articulen, ende clausule, hebben de voorseijde Comparanten te samen, ende elck van hun int besonder belooft, ende beloven mits desen aen handen van Schepenen naergenoempt, ende mij HENDRICK PETERSSSEN Secretario, ‘tgene voorschreven is wettelijcken stipulerenden < = toe zeggende > te voldoen, ende te volbringen immers elck voor zoo vele hem ‘tzelve aengaen mach.Renuncierende den voorderen Lantrechte, dat hier enichsints tegens dese onse ante nuptial < = huwelijkse voorwaarden > ofte houwelijcksche voorwaerde, mochte comen te strijden, renuncierende des niet te min, tot dien eijnden zij comparanten onder presentatie van Eede, van alle beneficien, remedien, rescisien, relievementen oft andere behulpen van rechte hoedanich die mochten wesen.Belovende zij comparanten tgene voorschreven is, te onderhouden respective haer persoon ende goederen habenda at quirenda, alles sonder arch oft list, tot versekeringhe hebbende zij comparanten dit instrument met hunnen eijgen handen beneffens ons LENAERT JANSSEN ende MARCELIS GERAERTS onderteeckent ten dage, jaere, maent als boven.Signature X van LENAERT WILLEMS T,B,Signature X van CATHARINA JAN DIRCX T.B.NIOLAES van NEERVENSS.SIJMON JAN DIRCX.Signature van JAN CEELEN.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 11-06-1658.
Inden name ons Heeren Jesu Christi, Amen.Bij den innehouden van desen teghenwoordighen openbaren instrumente, van testamente zij kennelijcken eenen ijeghelijcken, dat inden Jare des selfs ons Heeren 1658 opten XI dach der maent Junius, compareerden, voor mij HENRICK PETERSSEN Secretaris van BAKEL, ende de Schepenen naegenoempt in propere persoonen, den eersamen FRANS JACOBS ende ANNEKEN zijne wettighe ende echte huijsvrouwe, inghesetenen, ende inwoonderen, vande Dorpe van BAKEL voornoempt, beijde ghesont van lichame, ghaende ende staende, opter aerden, hun lieder vijff sinnen, memorie, ende ghebruijckende, alsoo dat wel opentlijcken, scheen, ende bleke, bekenden ende verclaerden, dat zij aenmerckende de brooscheijt der menschelijcker natueren, datter niet sekerder en is dan de doodt, ende niet onsekeder dan de vreder selver, ende daeromme wel bedacht sijnde onbedwonghen, ende onverleijt, van iemanden, deen vande anderen off iemanden anders in eenigher manieren zoo sij seijden ende verclaerden) hebben ghemaeckt, gheordineert, ende ghesloten, maken, ordineren, ende sluijten, bij dezen hunnen testamente, ende vuijtetrsten wille inder formen, voeghen, ende manieren hier nae beschreven, wederroepende, casserende, doodt ende te niet doende, midts desen, alle andere voorgaende testamenten, codicillen, ghiften, ende makinghen bij hun, ende elcken van hun eenichtsints voor datum van dezen ghemaeckt ghemaeckt, bekent ende ghepasseert willen, ende begheeren, vuijterlijcken, dat dit hunne testamente ende vuijtersten wille, sal stadt grijpen van weirden ghehouden woorden, ende effect sorteren tzij bij forme van testamente, codicillen, ghifte oft makinghe die men heet ter saken vande doodt, ende andersints, soo iemants testament, ende vuijtersten wille, nae de Geestelijcke oft Wereltlijcke rechten alderbest van weirden zijn mach, dat ende alle ieghelijcke poincten ende Solemniteijten van Rechte, hier inne gherequireert, met al, noch volcomenlijcken gheobserveert, onderhouden, noch beschreven waren niet teghenstaende, eenighe Stadt, steden, municipale< = plaatselijke > statuijten, ofte Lantrechten, ter contrarien alle welcke Rechten, ende effecten van dien, (soo verre die desen hunnen testamente contrariëren) bij testateueren gederogheert hebben, ende derogheren mits desen, expresselijcken inden iersten maken ende bevelen zij testatueren, hunne zielen, soo wanneer die vuijt hunne lichamen scheijden sullen Godt Almachtich, ende alle den hemelschen gheselschappe ende hunne doode lichamen der bequamer aerden kiesende hunne sepulture < = begrafenis > ter plaetschen daer het, den langhcxt levenden believen sal. Comende voorts totter dispositie, van alle, ende ieghelijcke hunne tijdtlijcke goederen, zoo haefflijcke als erfflijcke hunlieden van Godt Almachtich, op dese werelt verleent, geven, laten, ende maecken, sij testatueren, den Armen van BAKEL eens, een malder roggen, om bij den langhcxt levenden, naer doodt vanden iersten afflivighen, binnen ses weken, daer nae vuijtgereijckt, ofte gesxijnt te moeten woorden aen den Armen van BAKEL voorschreven.Item de voorschreven testatueren, gheven, laten, ende maken JANNEN, DIRCKEN, ende THOMASSEN, hunne testatueren, drie wettighe kijnderen, van haren beijde lijve voorts gecomen, ende gheprocrëeert, het eene derden deel, van alle hunne ghoederen, zoe haeffelijcke, als erffelijcke, het zij leen ghoeden, eijghen goeden, ofte eenighe andere ghoederen, hoe die ghenoempt, ofte waer die gelegen souden mogen wezen, ende voorts aengaende, alle, ende ieghelijcke hunne andere resterende twee ghedeelte van hunne goederen, soo haeffelijcke, als erffelijcke, roerende ende onroerende schulden actien, gereede penningen, crediten, hoedanich die wezen moghen, alomme waer ebde tit wat plaetschen, die geleghen die oft bevonden sullen moghen woorden egheene daer aff vuijt ghescheijden, over ende boven alle wettige schulden, ende de legaten betaelt zijnde, die gheven laten, ende maken zij testamentueren malcanderen, ende elck deen den anderen reciproce < = over en weer >, te weten, de eerste afflivigen van hun den langhcxtlevenden om bij den zelven langhcxt levenden, alle de selve … resterende gedeelte, der goederen ende schulden voor beschreven, terstont nae de doodt, vanden iersten afflivighen met vollen rechte, te aenveirden, te houden, te besitten, ende te gebruijcken, eeuwelijcken ende erffelijcken, de zelve te moghen vercoopen, veranderen, vertieren, veralineren, vertransporteren ende belasten, ende andersints zijnen, oft haren vrijen eijgenen wille daer mede te doen, ofte gedaen te woorden ende daer aff te mogen disponeren, naer hunnen beliefte sonder tegen seggen van iemanden, in eeniger manieren, ende oock sonder den langhcxtlevenden daer aff gehouden zal sijn, iemanden te gheven, leveren, off te maken eenighen staet van inventaris ende dit al midts der lieffden, eerbaerheijt, ghetrouwigheijt ende affectie < = toegenegenheid >, die zij testatueren, malcanderen altijt hebben gedragen, ende noch zijn dragende in desen hunnen houwelijcken state, ende sekere andere redenen hun testatueren malcanderen, en elck deen, den anderen, instituerende < = in zettende > ende noemende gherechte erffgenamen Jure instituonis < = met vol recht >, in tgene des voorschreven is midts desen.Item oft gebuerden dat eene van deze testatueren, naer doodt van den iersten afflivigen wederom quame te herhouwen, ende hem wederomme begave innen anderen houwelijckschen state, soo en sal den langhcxtlevenden dan maer mogen hebben ende ghenieten het tochtrecht volgende desen Lant rechte van alle de goederen voor beschreven, ende voort die den iersten afflivighen door ruijminghe deser werelt zal comen achter te laten, soo leen goeden als alle andere goederen haeffelijcke ende erffelijcke egeen vuijtgescheijden van wat natuere die souden mogen wezen, zonder iemants tegenseggen.Item de zelve testatueren, willen alnoch ende begheeren, gelijck zij gewilt, ende hebben begeert, ende geordonneert midts desen, dat terstont nae de doodt ende afflivicheijt van henne beijde testatueren, alle de voorschrven goederen tzij leen goeden, eijgen goeden, vercreghen, alnoch te vercrijgen, zoe wel beroerlijck als onberoerlijck, pachten, renthen, chijnsen, ende actien < = gerechigheden >, soo wel gecomen, ende gedevolveert bij afflivicheijdt van henne ouders, als oock hij selve vercreghen ende geconquesteert < = gewonnen > heeft, ende die sij ten daghe van henne afflivicheijt achterlaten sullen, alwaeromme die voorschreven henne testatueren de voorschreven goederen toecomen ende succederen < = navolgen > sullen met vollen rechte op henne voorschreven drie wettighe kijnderen, met name JAN, DIRCK, ende THOMAS, oft bij ghebreke van hen, henne kijnderen staeckx gewijse, met vollen rechte aengeveirt, gepaert, gedeelt te worden hoofts gelijcken, het zij in het leen goet als andere goederen, al hoe wel in gevalle hier tot dit instrument van testamente nodich wesen soude opene brieven van octrije daertoe gerequireert, die welcke sij testateuren zijn voorbij gaende, ende noemende de voorschreven testatueren henne drie kijnderen voornoempt, ofte bij gebreke van eenighe van dien henne kijnderen, staeckxs ghewijse ende alzoe instituerende, in alle de goederen voornoempt egeen vuijtgescheijden, plene Jura institutionis < = met vol recht benoeming van een erfgenaam >, ende off hem iemant tegens dit henne testament, ende vuijtersten wille opponeerde, off, de facto < = in feite >, oft andersints soude mogen competeren, inde achter gelaten goederen voorschreven, welcke verbuerde portie de drie deelen daer van sullen profiteren, de andere erffgenamen die gewillich dit hun testament zijn te onderhouden ende het vierde resterende deel sal comen ten profijte vanden huijsarmen van onsen Dorpe van BAKEL, kiesende voorts de zelve testatuers, malcanderen voor executuers van desen hunnen testamente, tot het volbringen van den welcken sij oock in handen hebben gestelt, alle hunne goeden, malcanderen dat toe betrouwende ende dit verclaerden, de voorschreven testatueren te zijne hunnen vuijtersten wille ende testamente willende, ende begerende wettelijcken, tselve in alle zijnt poincten, ende leden volbracht, achtervolcht, ende onderhouden te woorden tallen daghen, reserverende niettemin de selve testatuers, hun wederroepen, meerderen minderen, ende veranderen, zoo dickwils ende menich werven, hun dat naemaels goetduncken ende believe zal, begerende hier van mij Secretario bovenghenoempt gemaeckt te woorden openbare instrumente een oft meer, inder bester ende sterckster formen.Aldus gedaen binnen den Dorpe van BAKEL, ten huijse van LEONAERT JANSSEN President, ter presentie van JAN, DIRCK, ende THOMAS, kijnderen des testatuers voorschreven, die tot confirmatie, ende versterckinghe van desen testamente ende vuijtersten wille zij kijnderen ten dien fine, renuncieren van alle brieven van gratie < = goedgunstigheid > rielievementen < = ontheffing > decifien< = uitspraken > van priesters ende alle andere exceptien, ende middelen, beneficien van rechte hij tegens te comen doen ofte laten doen te geschieden in eeniger manieren, inden rechte noch daer buijten, hoe wel de rechten seggen dat generale renuntiatie van geender weirden en is ten sij speciale voorgaende, ende zijn zij JAN, DIRCK, THOMAS kijnderen voorschreven bij mij Secretaris wel vande renunciatie geinformeert, ende gecertioreert < = ingelicht over het geldende recht > gheweest sonder argelist, ende hebben de drie kijnderen voorschreven ende testatueren dit instrumente met henne eijgen handen beteeckent, beneffens LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN beijde Schepenen, getuijgen hier toe sonderlinge geroepen ende gebeden.Actum ten dage, jaere, maent als boven.Dit is het X hantteecken van FRANS JACOBS testatuer.Dit is het X hantteecken van ANNEKEN JOOST AERTS testatrice.Dit is het O hantteecken van JAN FRANSSEN.Het O hanttecken DIRCK FRANSSEN.Het T hanttecken van THOMAS FRANSSEN.SIMON JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 20-06-1658.
WILBERT JAN WILBERTS, wesende in zijnen vollen bedde heeft in erffwisselinghe, opdragen, ende overgegeven wel wettelijcken, aen HANRICK onmundigen, soone wijlen GERAERT WILBORTS, verweckt bij wijlen IKEN zijne wettige huijsvrouwe geweest, dochtere, wijlen PETER AERT MUIJTERS, een stuck ackerlants, groot ontrent twee Lopensaet gelegen in de Jurisdictie van BAKEL, genaempt HET NIJLANT, ter eenre sijden beneffen erffins WILBORT JAN WILBORTS transportant voorschreven, ende LAMBREGT JAN LAMBRECHTS erffins ter andere sijden, streckende van erffnis der erffgenamen, wijlen ANTHONIS GEERLINCKX tot voor op de gemeijnte van BAKEL, als sij seijden, ende heeft hij WILBORT JAN WILBORTS transportant voorschreven, op het voorschreven stuck ackerlants, ende op alle Recht ende toeseggen hem daer inne competerende ende op alle Schepene letteren, daer van mentionerende helmelinghe vertegen, tot behoeff ende profijte van HANRICK soone wijen GERAERT WILBORTS voorschreven, als wesende noch onmundich.Gelovende de selve erffwisselinge met het opdragen, overgeven, ende vertijden van dien, eeuwelijck te houden voor goet vast, stedich, van weirden, ende tselve los ende vrij, ende alle voorcommer, calangie, ende aentael, sonder enige inne wezen mochte bij den voorschreven transportant aff gedaen te woorden gehelijcken, op verbant van zijnen persoon ende goederen, habenda et arquirenda, ut in meliori forma, sonder argelist. Testes Schabini, LEONAERT et MARCELIS GERAERTS, op huijden den 20 Junius 1658LEONAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 20-06-1658.
HANRICK soone GERAERT WILBORT REIJNDERS, out wesende twee ende twintich jaren, alsoe noch onmundich, met hem geassisteert JAN PETER AERTS MUIJTERS zijnen oome, ende oock gheeede, ende gestelde momboire ende voorstandere over den voorschreven HANRICK onmundigen, hem vanden Heere met vonnis ende Recht gegeven, ende heeft hij HANRICK ende JAN zijnen momboire voorschreven, aen WILBORT JAN WILBROTS, in erffwisselinghe, opgedragen, ende overgegeven, een stuck ackerlants, ghelegen inde Jurisdictie van BAKEL ter plaetschen AEN HET NUIJEN EIJNDE, genaempt DEN LOIJEMAN, met beijde de sijden, ende d’een eijnde, HUBERT THONIS GOORTS erffnis, streckende van daer op de gemeijne strate, als sij seijden ende heeft hij HANRICK GERAERTS, ende JAN PETERS zijnen momboir voorschreven op het voorschreven stuck ackerlants, ende op alle Rechte ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op Schepenen letteren daer van mentie maeckende helmelinge vertijdenissen gedaen, ten behoeve, ende profijte van WILBORT JAN WILBORTS voorschreven.Gelovende hij HANRICK GERAERTS, als schuldenaer principael op hem zijnen persoon ende alle zijn goet hebbende ende vercrijghende ghelijck hij JAN PETERS momboire oock ghelooft op des voorschreven HENRICK GERAETS onmundighen goet hebbende, et acquirenda, ut in meliori forma de erffwissellinge van het voorschreven stuck ackerlants met het opdragen, overgeven, ende vertijdenisse daer op gedaen, eeuwelijck te houden, voor goet vast stedich van weirden, ende het selve stuck ackerlants te vrijen, ende te weiren, los ende vrij, ende soe daer enige voorcommer calaengie, ofte aentael in wesen mochte aff te doen gehelijcken. Al noch tot confirmatie < = bevestiging > van het gene voorschreven soe heeft HANRICK GERAERTS onmundigen voornoempt aen handen van HENRICK PETERS Secretaris, in absentie van de Stadthouder zijnen behoorlicken Eedt gedaen, ende de Solemniteijten van dien daer gebruijckt, ende vanden selven Eede, wel ierst mondelinge kennisse gegeven, ter saken vande onmundichschappe ende alsoo tot dien eijnde dat hij HANRICK GERAERTS onmundigen voorschreven op het voorseijde stuck ackerlants in erffwisselinge, opgedragen ende overgegeven ende vertijdenisse daer op gedaen, daer op niet en sal spreken ofte doen spreken, door hem ofte iemant anders inden Rechte, noch daer buijten, in geenderleij manieren renuncierende ten dien fijne van alle brieven Relievementen ende van alle het gene den onmundigen hier in te stade soude mogen comen, zijnde hij HANRICK GERAERTS onmundigen voornoempt, van mij Secretario wel van de renunciatie geinformeert ende gecertioreert geweest, alles sonder arch oft liste. Getuijgen waren hier over Schepenen in BAKEL namentlijcken LENAERT JANSSEN ende MAERCELIS GERAERTS, op huijden den twintichsten dach Juinius 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERSS, Secretaris.2
Inv.nr. AB31. d.d. 20-06-1658. WILBORT JAN WILBORTS REIJNDERS, in zijnen vollen bedde heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen, ende overgegeven, aen HUBRECHT THONIS GOORTS, een stuck ackerlants, gelegen inde Juridictie van BAKEL, ter steden ontrent genaempt HET NUIJENDE, het selve stuck ackerlants gebaptizeert < = gedoopt; genoemd > DEN LOIJEMAN, zoo groot ende cleijn, als het selve aldaer is ghelegen, ende in voegen en forma, als hij het selve heeft in erffwisselinge vercregen, tegens HANRICK soone, GERAERT WILBORT REIJNDERS, ende JAN PETER AERT MUIJTERS, zijnen geeeden momboir hem vanden Heere met vonnis ende Recht gegeven met beijde sijden ende eenen eijnde beneffen erffnis, HUBRECHT THONIS GOORTS coopere voorschreven, streckende voorts op de ghemeijne strate als sij seijden, ende heeft hij vercopere op het voorseijde stuck ackerlants, ende op alle Recht ende toe seggen hem daer inne competerende ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen ten behoeve, ende profijte vande copere voorschreven.Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael, op hem, zijnen persoon, ende alle zijn goet habenda et ac quirenda, ut in meliori forma dat vercopen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien, eeuwelijck, voor goet, vast ende gestadich van weirden te houden, ende zijnen copere vrijen ende te weiren, los ende vrij, ende alle voorcommer, calangie, ende aentael, soo daer enige in wesen mochte aff te doen gehelijcken, sonder argelist. Testes Scabini, LEONAERT JANSSEN ende MARCELIS GERAERTS op huijden den 20 dach der maent Junius 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 04-07-1658.
AERT HENRICKX van AERLEN, wettigen man ende momboir van JENNEKEN, wettighe dochtere, wijlen JAN JAN JOOSTEN alias CLEIJNEN BANCKERT, verweckt bij wijlen CATHARINA, wettighe dochtere geweest van wijlen JAN GOORTS van HOVE ter eenre, sijden, ende PETER wettigen soone ANDRIES ZEELANTS tot GEMERT, wettigen man ende momboir van JENNEKEN dochtere HANRICK DIRCK WILLEMS van GEMERT, verweckt bij wijlen IKEN, zijne wettighe huijsvrouwe geweest wettige dochtere geweest van wijlen JAN JAN JOOSTEN alias CLEIJNEN BANCKERT voorschreven ter andere sijden ende alzoe inder qualiteijt, kijnderen, ende gerechte erffgenamen, inde achtergelaten goederen, achtergelaten bij wijlen CATHARINA zijne wettige huijsvrouwe voorschreven. Ende hebben zij kijnderen, ende erffgenamen voorseijt met vriendelijcheden, rijpen rade, ende voorsieningen advijse, bij hun te vore daer op ghehadt bij toe doen van goede manieren, hun des verstaende, te weten, AERT HENRICKX van AERLEN, geassisteert wesende met JOOST JAN BANCKERS, ende GEERLINGH JAN GERAERTS ter eenre sijden. Ende PETER soone ANDRIES ZEELANTS van GEMERT, geassisteert wesende, met ANDRIES ZEELANTS voorschreven, ende HANRICK DIRCK WILLEMS van GHEMERT zijnen behouden vader, ter andere sijden, daer toe noch onpartijdich toegenomen, ende bijgeroepen, NICLAES van NEERVEN, Stadthouder, ende LEONAERT JANSSEN President alhier, ende hebben alzoe gescheijden ende gheerffdeijlt in twee ghelijcke paerten, ende deelen, alle alsulcke huijsinghe ende erffgoederen, als hun tsamen waren toecomende, bleven, ende aen verstorven zijn, bij der doode, ende afflivicheijt van wijlen JAN JAN JOOSTEN, alias CLEIJNEN BANCKERT, ende CATHARINA henne wettige ouderen voorschreven. Alzoe dat daer aff den voorschreven AERT HENRICKX van AERLEN, bij loote ten deele gevallen, ende aengeschreven zijn, de huijsinge, ende de erffgoederen, hier naer beschreven, te weten:Inden iersten het woonhuijs, daer wijlen JAN, ende CATHARINA henne ouders voorschreven, vuijt verstorven zijn, ende AERT HENRICKX van AERLEN tegenwoordich in is wonende, gelegen ende gestaen onder de Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE genaempt INDEN BANCKERT alias HOEVE, metten dries, ende boomgaert voor het huijs, recht toe door toe het HECKXKEN toe ende achter het huijs, recht toe tot den schop toe, linie recht aff te palen. Item alnoch HET BUECKVEN, ende den halven HEIJCOOP naest AERT FRANS STERCKEN erffnis. Item alnoch DE LEEGE MILLE. Noch DEN STEENACKER, HET COOLVELT, den halven HOFFSCHEN ACKER, naest erffnis der kijnderen wijlen PETER GIJSBERTS oft MARCELIS GERAERTS. Item alnoch DE SCHERPE HAGHE, ende HET HEESKEN, alzoo groot ende cleijn als die parceelen ende ackeren, aldaer gelegen zijn.Ten anderen, is te loote, ende ten deele gevallen, PETER soone ANDRIES ZEELANTS, voorschreven de schuere metten schop, metten plack, ende erffnis, zoe verre als den schop is staende, als zal woorden affgepaelt linie recht voorschreven, tot erffnis AERT HENRICKX. Item alnoch den hoff metten boomgaert, ende den dries beneffen DE STEGE. Item alnoch het eusselvelt, vuijt schietende, op HET LOOPKEN aen het DOORNENS GOOR ende den halven HEIJCAMP, naest beneffen erffnis THONIS BANCKERS. Alnoch een stuck ackerlants genaempt DE HOOGE HOEVE, ende alnoch DE HOOGHE MILLE. Item alnoch een stuck ackerlants, genoempt DE LANGHE MILLE, ende alnoch den halven HOFFSCHEN ACKER, beneffen erffnis de sijde wijlen MARTEN PETER MASBROECKX, ende JENNEKEN, Weduwe wijlen WILBORT MATHIJSSEN van NEERVEN. Item alnoch enen acker genoempt HET BIJL STUCK, alzoo groot ende cleijn, als die parceelen ende ackeren aldaer zijn ghelegen in onse Jurisdictie ende plaetsche voorschreven. Item om te verhoeden den twijffel, die namaels tusschen de voorschreven condividentenf ofte samen deijleren, souden mogen comen ofte gebueren dat het eene gedeelte, beter offte meer geacht soude zijn, als het andere, soe is te weten dat zij de beternisse daer van, deen den anderen, hebben vergouden, met verscheijden parceelen van erffnisse, hier boven genoempt.Item om dat de schuere ende schop alnoch onweirdigher is geacht dan het woonhuijs, soo zal PETER soone ANDRIES ZEELANTS, voorschreven, noch hebben tot verbeternisse van zijne gedeelte, den solder in het woonhuijs voorschreven te den solder in het achterhuijs, opten neeren < = de plaats op de boerderij alwaar gedorst werd >, ende die mogen aff breken, de ribben Mette plancken, ende tot zijnen wille profiteren onbewoont. Item alnoch tot verbeteringhe van’t voorseijden, zal den voornoemden AERT HENRICK van AERLEN mede condivident, alleenlijck tot zijnen laste nemen, ende uijt zijne gedeelte gelden, ende betalen jaerlijckx negen vaten roggen off soo men die betaalt tot noch toe, met vier gulden thien stuijvers, met zijne mede gelders, in sulcker voeghen dat den voorseijden PETER ZEELANTS, mede condivident, ofte zijne gedeelte daer nimmermeer mede beswaert noch belast en zal woorden, welcke voorseijde negen vaten rogghenpacht en zijn geldende aenden Rentmeester van de Geestelijcke goederen.Item alnoch geconditioneert het hoijlant tot HELMONT liggende sullen sij condividenten te samen deijlen, in twee gelijcke paerten, ende het hout staende tot MILHEZE, op elckxs gedeelte des condividenten, sullen zij iegelijck behouden zonder den eenen condivident, oft den anderen, daer op te spreken.Item alsoo daer alnoch vuijt de voorschreven twee ghedeelte zijn gaende negen vaten roggen off soomen die betalen can aenden Geestelijcken Rentmeester voorschreven daer moet AERT HENRICKX mede deijler aff geven ende betalen de hellicht, ende in de andere hellicht moet PETER ANDRIESSEN geven een vat ende eenen halven cop sonder meer.Item voorts dat zij condividenten, alle andere pachten ende chijnssen, malcanderen gelijckelijcken, sullen helpen dragen, ende off het quame dat vuijt enige gronden van erven, bevonden woorden, chijns te vergelden, ende enige der selver erven vrij bevonden, ende alsoo woorden ontlast, sal den condivident, die ontlast woort vanden aen zijnen mede condivident, die den chijns behouden moet gehouden zijn te geven ende goet te doen aen den penninck veertich penningen. Ende off het sake ware datter enigen ongewoonlijcken, voorcommer off te laste op quame, op dese twee voorschreven gedeelte, daermen nu dezer tijt niet aff en weet, sullen zij condividenten malcanderen proportionelijcken helpen dragen.Ende alzoe zijn zij condividenten bij desen, bekennende hen zelven, d’een in des anders gedeelt voorschreven, niet meer rechts te hebben, noch deels te behouden, voorder dan dese tegenwoordige scheijtbrieven, ende deijlbrieven dat inne houden, ende begrijpen.Belovende voorts zij condividenten, van het gene voorschreven, naer te comen, ende punctuelijcken te onderhojuden elck voor zoe vele hem aengaen mach, op verbant van hare respective personen ende goederen, soe haefflijcke als erffelijcke, roerende, ende onroerende habenda, et ac quirenda, ut in meliori forma, Renuncierende ten dien eijnde, van alle Relievementen, exceptien, privilegiën, beneficien, ende alle andere remedien, van den Rechte, hier tegens comende contrariëren, hoe wel de rechten zijn seggende, dat generale Renunciatie van geender en sij, ten sij dat speciale voorgae sonder argelist. Getuijgen waren hier over NICLAES van NEERVEN Stadthouder, LENAERT JANSSEN ende MARCELIS GERAERTS Schepenen in BAKEL op huijden den vierden dach Julij 1658.NICOLAES van NEERVEN.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 10-07-1658.
JAN soone wijlen JAN JANSSEN THEEUWENS, ende JAN HENRICKX GOORTS, wettige man ende momboir van MARIKEN zijne huijsvrouwe, wettige dochtere wijlen JAN JANSSEN THEEUWENS voorschreven, verweckt bij wijle HANRICKXKEN dochtere geweest van wijlen CORSTIAEN HENRICKX, ende alzoe indier qualiteijt, kijnderen, ende gerechte erffgenamen, inde achtergelaten goederen van wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, ende wijlen HANRICKXKEN zijne geweesde wettige huijsvrouwe voorschreven, hunne overledene ouders, ende hebben zij kijnderen, ende erffgenamen, met vriendelijckheden, rijpe Rade, ende voorsieningen, advijse, bij hun te voren daer opgehadt, bij toedoen van goede mannen, hun des verstaende, te weten JAN soone wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, met hem gheassisteert, wesende ANTHONIS JANSSEN van HOVE zijnen behouden vader ter eenre, ende JAN HENRICKX GOORTS met geassisteert, wesende, LEONAERT JANSSEN President alhier ter andere sijden, ende hebben bekent ende beleden, gelijck zij bekennen, ende belijden, mits dezen, gescheijden ende geerfdeijlt te hebben, in twee gelijcke paerten, ende deelen, alle alsulcke huijsinge ende gronden van erven, gestaen ende gelegen, inde Jurisdictie van BAKEL, tot MILHEZE, ter plaetschen genaempt IN DEN BOCHT, als hun ‘tsamen waren toecomende, bleven ende aen verstorven, zijn bij der doodt, ende afflivicheijt, van hunne ouders voorschreven. Alzoe dat daer aff den voorschreven JAN soone wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, ten deele gevallen, ende aenbeschreven zijn, alsulcke paerten, end deel, inde huijsinge, ende gronden van erven hier nae beschreven te weten:Inden iersten het oude huijs, met den gront daert op staet niet vanden plack te ruijmen, met de hellicht vam den dries ende hoff, wel verstaende, de geheele halve erffnisse daer bij ende aen gelegen, te langhs op ende recht toe door te deijlen, ende alsoe beneffen erfnis PETER AERT FRANS STERCKEN ter eenre sijden, ende JAN HANRICK GOORTS mede deijler voorschr. ter andere sijden, het eene eijnde op erve des Convents van BIJNDEREN, het ander eijnde op de gemeijne strate genaempt DE BOCHTSE STRATE. Item noch de hellicht van een stuck ackerlants genaempt DEN HUIJSACKER beneffen erffenis gelegen, der erffgenamen LENAERT WILLEMS van HOUT ter eenre JAN mede deijler voorschreven erve ter andere sijden, het eene eijnde op erffnis DIRCK WILLEMS VRINTEN, het ander eijnde op eene wech. Noch een stuck ackerlants, de hellicht genaempt DE HAGHE, gelegen beneffen erfnis, des Convents van BIJNDEREN, ter eenre, ende JAN mededeijlers voorschreven erve, ter andere sijden, het eene op erve THONIS JOOST CORSTEN, het andere eijnde op eenen wech. Noch de hellicht van een stuck ackerlants, genaempt DE VENEIJCK gelegen beneffen erffnis, JOOST JAN BANCKERS, cum suis < = met de zijnen >, ter eenre sijden, ende JAN HENRICK GOORTS, mede deijler voorschr. ter andere sijden, het eene eijnde op erffnis, FRANCISCA Weduwe wijlen JAN MATHIJSSEN de BERCKERS erve, het ander eijnde op eenen wech. Noch een stuck ackerlants genoempt DEN PALENACKER, daer van de hellicht gelegen met de eene sijde beneffen erffnis HENRICK PETERS Secretaris, de andere sijde beneffen erffnis JAN HENRICKX mede deijler vooschreven, het eene eijnde op erffnis der Edele Vrouwe van MILHEZE, het andere eijnde, op eenen gemeijnen wech. Noch de hellicht van een stuck ackerlants genaempt DEN CAPPELACKER, gelegen beneffen erffnis THONIS JOOST PETERS van NEERVEN, ende erve FRANCISCA Weduwe voorschr. ter eenre, ende JAN HANRICK GOORTS mede deijler voorschr. erve ter andere sijden, het eene eijnde op erfnis THONIS JOOSTEN van NEERVEN voors.. het andere eijnde op erffnis der Edele Vrouwe van MILHEZE, als sij seijden.Ten anderen is ten deele gevallen, ende aengschreven JAN HENRICK GOORTS, voorschreven, mede deijler, in desen inder qualiteijt bovengenoempt, het nieuwe woonhuijs metten gront daer’t op staet, van den plack niet te ruijmen metten halven hoff, ende dries, de geheele halve erffenisse daer bij ende aengelegen, ter steden ende plaetschen boven genaempt, beneffen erffnis HENRICK PETERS Secretaris ter eenre, ende JAN soone JAN JANSSEN THEUWENS mededeijler voorschreven ter andere sijden, het eene eijnde op erve des Convents van BIJNDEREN, het andere eijnde op DE BOCHTSCHE STRATE. Noch de hellcht van een stuck ackerlants genaempt DEN HUIJSACKER gelegen beneffen erffnis MARRIJN Weduwe wijlen JOOST VREIJNSSEN, ende erve DIRCK WILLEMS VRINTEN ter eenre ende beneffen erffnis JAN soone mede deijler voorschreven ter andere sijden, het eene eijnde op erve, AERT FRANS STERCKEN, het andere eijnde op eenen wech. Noch een stuck ackerlants genaempt DE HAGHE, de hellicht daer van, gelegen beneffen erffenisse MARCELIS GERAERTS cum suis, ter eenre ende JAN soone mede deijler voorschreven erffnis, ter andere sijden, het eene eijnde, op erve WILBORT JAN WILBORTS het andere eijnde op eenen wech. Noch de hellicht van een stuck ackerlants, genaempt DE VENEIJCK, gelegen beneffen erffnis, des Convents van BIJNDEREN, ter eenre, ende JAN soone voorschreven mede deijlers erffnis, ter andere sijden het eene eijnde, op erve FRANCISCA Weduwe voorschreven ende het ander eijnde, op eenen wech. Noch de hellicht van een stuck ackerlants genaempt DEN PALENACKER, gelegen beneffen erffnis JAN MATHIJS ROBBEN, ter eenre ende JAN soone mede deijler voorschreven ter erffnis aen de andere sijde, het eene eijnde op erffnis, des Edele Vrouwe van MILHEZE, het andere eijnde op eenen wech. Noch de hellicht van een stuck ackerlants, ghenaempt DEN CAPPELACKER gelegen beneffen erffnis JENNEKEN Weduwe wijlen WILBORT MATHIJSSEN van NEERVEN, ende CATHRINA haer dochters erve, ende FRANCISCA Weduwe voorschreven erffnis ter eenre, ende JAN soone mede deijlers voorschreven erve, ter andere sijden, het eene eijnde op erve der Edele Vrouwe van MILHEZE, ende het andere eijnde, op erffnisTHONIS JOOST PETERS van NEERVEN voorschr., als sij seijden.Item om te verhoeden, den twijffel, die namaels tusschen deze twee voorschreven condividenten soude mogen comen ofte gebueren, dat het eene gedeelte beter, ofte meer gheacht soude zijn dan het andere, soo is te weten dat zij de beternisse van dien, deen den anderen hebben vergouden ende gecontenteert sulckx dat sij des wel te vreden zijn te weten dat JAN soone wijlen JAN JANSSEN THEUWENS mede deijler voorschr. tot verbeternisse van het oude huijs sal hebben ende eeuwelijck ende erffelijcken behouden een stuck ackerlants genaempt DEN BREEMACKER die zij condividenten niet en hebben geerffdeijlt maert tot de verbeteringe voorschr. geemploijeert gelegen tot MILHEZE, inde ACHTERSTE ACKEREN genaempt, met de eenw sijde beneffen erffnis, JENNEKEN Weduwe voorschreven, de andere sijde beneffen erffnis, des Heijligen Gheest van BAKEL, het eene eijnde op erffnis JOOST CORSTIAENS, het andere eijnde PETER AERT STERCKEN, als sij seijden. Item alnoch dat nieuwe woonhuijs, beter geacht was, als het oude huijs, soo heeft JAN HANRICK GOORTS mede deijler voorschr. tot zijnen laste genomen, vuijt zijnen toegedeijlden gedeelte te vergelden ende te betalen, eene jaerlijckxe, ende erffelijck renthen aende Cappelle van MILHEZE, ofte aenden ontfangere van dien, te weten sjaers seven gulden thien stuijvers, wesende het capitael hondert vijftich guldens, die welcke selve rente bij hunne overledene ouderen vuijt dese henne voorschreve gedeelde huijsinge ende erffnisse was betaelt, ende hergebracht aende voorschreven Cappelle, vergeldende. Ghelijck hij JAN HANRICI GOORTS mede deijler voors. mits desen oock gelooft, als schuldenaer principael op hem zijnen persoon ende goederen habenda et acquirenda, ut in meliori forma, soe dat het andere tegen gedeelte, ofte JAN sone JAN JANSSEN THEUWENS, ende deijler voorschreven, ofte oock zijne successueren, daer mede niet en sullen mogen woorden beswaert.Ende alzoe bekennen zij condividenten, gescheijden ende geerfdeijlt te hebben, oock bekennende deen, in des anders gedeelte, met meer Rechts te hebben, dan dese tegenwordige scheijbrieven, ende deijlbrieven, daer op gemaeckt zijnde, dat inne houden, ende begrijpen, vuijtgenomen een ackerken gelegen tot MILHEZE, inde ACHTERSTE ACKEREN, genaempt DEN BUCKINGH, hebben zij condividenten niet gedeijlt, ende is malcanderen alnoch toecomende.Belovende voorts sij condividenten malcanderen, te wegen, daer’t van node wese ende behoiren zal, ende alle voorcommer, calangie ende aentael, zoe daer enige inne wezen mochte oft op quame, daer men nu ter tijt niet aff sullen zij condividenten, malcanderen proportionelijcken helpen dragen sonder deen ofte des anders tegen seggen. Alle het gene voorschreven, beloven zij condividenten ende hebben belooft bij dezen alles punctuelijcken te onderhouden ende naer te comen, elcke voor soo vele hem aengaen mach op verbant van hare respective persoonen ende goedere habenda et acquirenda, ut in meliori forma, sonder argelist. Testes Schabini, LEONAERT JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN, op huijden den thienden dach der maent Julij, Anno 1658.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERS, Secretari
Inv.nr. AB231. d.d. 12-07-1658.
JAN sone JAN JANSSEN THEUWENS, in zijnen vollen bedde, heeft wel wettelijcken, vercocht, opgedragen ende overgegeven aen THONIS JOOST CORSTIAENS, een stuck ackerlants gelegen inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE, inde ACHTERSTE ACKEREN, genaempt DEN BREEMACKER, groot ontrent veirtich Roeden, off soe groot ende cleijn als het selve daer is gelegen, ende soe hem ‘tselve ten deele is aen verstorven, van zijne wettigen vader ende moeder, ende tselve voorts bij deijlinge heeft vercregen tegens JAN HANRICK GOORTS, zijnen swager, met de eene zijde beneffen erffnis des Heijligen Gheest van BAKEL ende JENNEKEN, Weduwe WILBORT MATHIJSSEN erve de andere sijde, het eene eijnde op erffnis JOOST CORSTIAENS, het andere eijnde op erve PETER AERT FRANS STERCKEN, als sij seijden. Ende heeft hij vercopere, op het voorschreven stuck ackerlants, ende op alle Recht ende toeseggen hem daer in competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende, helmelinge vertegen, tot behoeff ende profijte zijnen copere voorschreven. Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael op hem zijnen persoon ende alle zijn goet habenda et acquirenda ut in meliori forma, dat vercopen, opdragen ende overgeven metten vertijden van dien, eeuwelijck, te houden, voor goet vast, ende stadich van weirden, ende zijnen copere te vrijen ende te werten, los ende vrij, ende alle voorcommer, calangie ende aentael, zoe daer enige inne wesen mochte, bij den vercopere aff te wierden gedaen gehelijcken, zonder argelist. Testes Schabini, PETER AERT STERCKEN, ende MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF op huijden den 12 Julij 1658.PETER AERT STERCKEN.MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOF.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 13-07-1658.
JAN soone WILBORT JAN SCHATEN, in zijnen vollen bedde, heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen ende overgegeven aen ANSSEM WILLEMS de WITH, zijn contingent, ende deel, als hem is verbleven ende bestorven door doodt ende afflivicheijt van wijlen JAN SCHATEN, zijnen Groot vader, zoe ende ghelijck hem bij deijlinge, te loote, ende ten deele is gevallen, tegens zijne Broederen, ende Susteren, medeleden ende erffgenamen inde zelve achtergelaten goederen van wijlen JAN SCHATEN voorschreven, blijckende bij der selve deijlinge van dato den 30 Septembris 1653 geleghen inde Jurisdictie van BAKEL, ter plaetsche genoempt DE NEDERSTRATE, ende daer ontrent in hooge, ende leege, in diepe, ende drooge, in huijsinge, boulant, dries, weijde, houtgewasch, alzoe hem vercopere, het selve, inde voorschreven deijlinge, te loote, ende ten deele gevallen is, egeen van dien vuijtgescheijden, ende allen het selve Recht hem vercoopere JAN soone WILBORT SCHATEN voorschreven soude mogen competeren, inden deele voorschreven. Ende heeft hij vercoopere voor ons Schepenen gestaen, ende heeft op het voorschreven contingent ende aendeel, als voorschreven staet, ende op alle Schepenen letteren, daer van mentionerende, van ANSSEM WILLEMS de WITH coopere voorschreven. Gelovende hij vercopere voorschreven als schuldenaer principael, super se, et omnia bona sua, habenda, et ac querenda, ut in meliori forma, dat vercopen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien voor eeuwelijck vast goet ende ghestadich van weirden te houden, ende zijnen copere te vrijen, ende te weiren, los ende vrij, vuijtgenomen, ende gelijck de scheijtbrieven, ende deijlinghe daer op gemaeckt zijnde, dat inne houden ende begrijpen, bij den copere, die naer te comen, ende te onderhouden sonder arch ofte liste. Testes Schabini LEONAERT JANSSEN, et MARTEN JAN JOOSTE, hac die den 13 Julij 1658,LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 25-07-1658.
JAN soone JAN JANSSEN THEUWENS, in zijnen vollen bedde, heeft wel, wettelijcken ende erffelijcken, vercocht, opgedragen ende over gegeven aen JAN HANRICK GOORTS, zijnen swager, een huijs met hoff ende dries, velt, zoo groot ende cleijn als het selve daer bij ende aen is gelegen, inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE, ter steden genaempt DEN BOCHT, zoe ende gelijck dat hem JAN transportant dat aen bestorven ende verbleven is, door doodt ende aflivicheijt van JAN JANSSEN THEUWENS, ende HANRICKXKEN dochtere wijlen CORSTIAEN HENRICKX, zijne wettige ouders, ende tselve in ende bij deijlinge heeft vercregen, tegens JAN HANRICK GOORTS zijnen swager, copere voorschreven, inhoudende de selve deijlinge den dato van den thienden Julij 1658 ende is het voorschreven huijs, met de erffnisse gelegen, met de eene sijde beneffen erffnis PETER AERT FRANS STERCKEN, de andere sijde beneffen erffnis JAN HANRICK GOORTS copere voofrschreven, streckende van erffnis, des Convents van BIJNDEREN, tot voor op DE BOCHTSCHE STRATE, als sij seijden. Ende heeft hij vercopere op het voorschreven huijs, hoff, driesvelt, ende erffnisse voorschreven, ende op alle Recht ende toeseggen hem daer competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen tot profijte ende ten behoeve van zijnen copere voorschreven. Gelovende hij vercopere als schuldenaer principael, super se et omnia sua habenda, et acquirenda, ut in meliori forma, dat vercopen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien, voor eeuwelijck, vast, goet ende gestadich van weirden te houden voor hem ende zijne successueren ende zijnen copere te vrijen ende te weiren, los ende vrij ende allen voorcommer, calangie, ofte aentael, soe daer enige inne wesen mochte, van zijneent wegen, aff te doen gehelijcken, zonder argelist. Testes Schabini LEONAERT JANSSEN, et MARCELIS GERAERTS, hac die den 25 Julij 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRCIK PETERS, Secretaris
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 25-07-1658.
JAN soone JAN JANSSEN THEUWENS ter eenre, ende JAN HANRICK GOORTS ter andere sijden, hebben met malcandere wel wettelijcken gerekent, ende mits desen affgerekent van huijshueringe, van arbeijts loon, ter saken van erfcoop ende van alle verschillen die zij onder malcanderen hadden ende zij te rekenen wisten, ende bekenden, in sosidum geheel tot desen dagen toe, ende zoe is bevonden in slot deser hunner rekeninge, als het eene tegen het andere was affghetrocken, den voorschreven JAN soone JAN JANSSEN THEUWENS, noch suijver goet te comen, de somme van vijffende tsestich guldens, ende vijthien stuijvers, die den voorschreven JAN HANRICK GOORTS, schuldich is ende blijft, ter goeder rekeninge bevonden, ende gelooft de selve JAN HANRICK GOORTS, de voorschreven somme van 65 – 15 – 0 – 0 promptelijcken op te leggen, ende te geven, te betalen, aen JAN JAN JANSSEN THEUWENS sijnen swager, als goede rechtverdige schult, principael geprocedeert ter saken van erffcoop, den ierstcomenden vijfftienden Augusti 1658 sonder eenigen voorderen dilaij, ofte vuijtstel, ende de voorschreven somme te namptiseren < = te berde brengen > op te leggen, ende te betalen aen de voorschreven zijnen swagere, ierst ende voor al, eer daer iet tegen te doen, ofte laten doen, inden rechte noch daer buijten, direchtelijck, noch indirectelijck, ofte in geenderleij manieren, renuncierende ten dien fine alles naer rechten, hoe wel de rechten zijn dicterende dat generale renunciatie van geinder weirden en sijten is dat speciale voorgae op verbant super se et omnia, habenda et ac quirenda, ut in meliori forma sonder argelist, coram testes Schabini, LENAERT JANSSEN et MARCELIS GERAERTS, hac die, den 25 der maent Julij 1658.LENAERT JANSSEN.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 25-07-1658.
JAN soone JAN JANSSEN THEUWENS, ende JAN HANRICK GOORTS, man ende momboire van MARIKEN zijne wettige huijsvrouwe, dochtere wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, hebben gesamenderhant, wel wettelijcken, ende erffelijcken, vercocht, opgedragen, ende overgegeven aen PETER AERT FRANS STERCKEN, een stuck ackerlants groot ontrent drie ende twintich Roeden, off soo groot ende cleijn als het daer is gelegen inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE, inde ACHTERSTE ACKEREN ghenaempt DEN BUCKINGH, met de eene sijde beneffen erffnis MARIJN Weduwe wijlen JOOST VREIJNSSEN, de andere sijde beneffen erve competerende, de Cappelle van MILHEZE streckende van erve THONIS JANSSEN van HOVE alias BANCKERT, tot voor op eenen wech, als sij seijden. Ende hebben zij respective vercoperen gesamenderhant op het voorschreven stuck ackerlants ende op alle recht ende toeseggen hen daer inne competerende, ende op alle Schepenen letteren daervan mentionerende, helmelinge vertegen ten behoeve ende proffijte van hunnen copere voorschreven. Gelovende zij vercoperen respective gesamenderhant als schuldenaren principael op hunne personen, ende alle henne goederen, habenda, et ac quirenda ut in meliori forma dat vercopen, opdragen, overgheven metten vertijden van dien te houden, eeuwelijck voor goet, vast, stadich van weirden, ende hennen coopere te vrijen ende te weiren, los ende vrij, ende allen voorcomer, calangie, ofte aentael, soe daet enige in wesen mochte van hennent wegen, aff te doen gehelijcken, sonder argelist. Testes Schabini, LENAERT JANSSEN, et MARCELIS GERAETS, hac die den 25 Julij 1658.LENAERT JANSSEN.MARCELIS GERAERTS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 25-07-1658.
PETER JAN AERTS VERDONSCHOT, als wettige man ende momboir van PETERKEN dochtere, wijlen PETER JANSSEN op SCHEEPSTAL, verweckt bij wijlen CATHARINA, dochtere geweest wijlen AERT FRANCKEN, ende alzoe heeft PETER JAN AERTS VERDONSCHOT, bovengeschreven, in dier qualiteijt voornoempt, wel wettelijck, ende erffelijck vercocht, opgedragen ende over gegeven, aen REIJNDER PETER REIJNDERS onsen mede Schepen, alle de goederen tsij haefflijcke, ofte erffelijcke, roerende ende onroerende hoedanich die ghenoempt mochten wesen, ofte tot wal plaetschen die mochten ghelegen zijn, ofte bevonden woorden, egheen van allen vuijt gescheijden, ofte vuijttgesondert met het recht van staet van inventaris, hoedanich die oock geschapen ofte genoempt mochte, ofte ingestelt ware, ofte oock noch mochte woorden die wijlen PETER JANSSEN op SCHEEPSTAL, door zijne doodt ende afflivicheijt heeft nagelaten, wijlen CATHARINA zijne gewesene wettige huijsvrouwe voorschreven, ter tochte, ende met hare doot, zijn vervallen ten erffrechte, op PETERKEN dochtere wijlen PETER JANSSEN ende CATHARINA voorschreven, ende haere voordere wettighe kijnderen, ende alsoe PETER JAN AERTS VERDONSCHOT nu tegenwoordich man ende momboir van PETERKEN voorschreven, indier qualiteijt gerechte erffgenaem, pro portie, inde voorschreven achtergelaten goederen van wijlen PETER JANSSEN ende CATHARINA bovengenoempt heeft den voorschreven PETER JAN AERTS VERDONSCHOT, vercoopere voor ons Schepenen gestaen, ende heeft ten behoeve ende profijte van REIJNDER PETERS coopere op alle haefflijcke ende erffelijcke goedeen, ende op het recht van staet van inventaris hem voor zijne portie, inde voorschreven achtergelaten goederen competerende ende op alle Schepene brieven, oft eenige andere letteren, daer van mentionerende, helmelinghe vertijdenisse gedaen, in dier manieren, in dien gewoonlijck zijnde mede in de goederen die REIJNDER PETERS voorschreven mette voorschr. CATHARINA Saliger vercregen heeft tot welcken eijnde de voorschr. JAN AERTS VERDONSCHOT op de tochte is vertijdende in alder manieren als voore.Geloovende hij PETER JAN AERTS VERDONSCHOT, vercoopere, als schuldenaer principael, op hem zijnen persoon ende goederen habenda et ac quirenda, ut meliori forma, dat voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven, metten vertijdenisse daer op gedaen, te houden voor goet, vast, ende ghestadich van weirden, ten allen dagen, voor hem ende zijne successeuren, niet te mogen, ofte doen spreken op de voorschreven achtergelaten haefflijcke ofte erffelijcke goederen, noch oock, te eijsschen ofte doen vereijsschen, eenigen staet van inventaris. Renuncierende ten dien eijnde hij vercoopere voorschreven Relievementen, brieven van Gratie Statuijten, ordonnantiën privilegiën, ende alle exceptien van Rechten, doende enichsins ter contrarie, als voorschrven staet. Alhoe wel de Rechten dicteren dat generale Renunciatie van egeender weirden en is ten sij dat speciale voorgae < = speciale voorkeur of voorrang > al sonder arch ofte liste. Testes Schabini, LENART JANSSEN, et MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF. Gegeven in den Jaere ons Heeren Duijsent ses hoindert acht ende vijftich, den vijff ende twintichsten dach der maent Julij.LEONAERT JANSSEN.MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 27-07-1658.
HANRICK GOORT GOOSSENS, man ende momboir van JOOSTKEN zijnder huijsvrouwe, nagelaten dochtere van wijlen WILBORT AERT WILBORTS verweckt bij wijlen ANNA zijn wettige huijsvrouwe geweest verweckt bij wijlen HOUBERT GERAERTS van NEERVEN, ende THONISKEN HANRICKX te samen bedgenooten, alsse leeffden, ende heeft den boven genoemden HANRICK GOORT GOOSSENS, wel wettelijcken eeuwichlijcken, ende erffelijcken, vercocht opgedragen ende overgegeven, aen HENRICK PETER SCHEPERS tegenwoordigen Secretaris vande Dorpe van BAKEL, alsulcken filiale portie, ofte kints gedeelte, als hij door houwelijcke heeft vercregen, met JOOSTKEN sijn wettighe huijsvrouwe voorschreven, haer aengecomen ende vervallen bij doodt ende afflivicheijt van THONISKEN HENRICKX bovengenoempt haere grootmoedere, gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE ter steden genoempt DEN KEEL, met alle appendentien ende dependentiën van dien, soe ende gelijck JOOSTKEN voors. dat aen bestorven is, egeen vuijtgesondert, ende heeft hij HANRICK GOORT GOOSSENS, vercoopere in dier qualiteijt, voor ons Schepenen gestaen, ende heeft ten behoeve van HENRICK PETERS, Secretaris, op de bovengeschreven vercoopinge van dese sijne behoude filiale portie helmelinge vertijdenisse gedaen, in dier manieren in dien gewoonlijck zijnde. Gelovende hij vercoopere voorschr. dat vercopen, opdragen, overgeven Mette helmelinge vertijdenisse daer op gedaen, te houden eeuwelijck, voor goet, vast, gestadich van weirden, ende sijnen coopere te vrijen ende te weiren ende allen voorcommer calangien ende aentael van sijnent wegen aff te doen geheelijcken soe daet eenige wesen mochte op verbant super de et omnia, ratum servire, behoudelijck dat den coopere daer vuijt sal vergelden pro portie, van outs ende Rechts wegen daer vuijt is vergolden geweest. Getuigen waren hier over LENART JANSSEN et MARTEN JAN JOOSTEN, Schepenen in BAKEL, hac die den 27 Julij 1658.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 27-07-1658.
Inden Name ons Heeren Jesu Christi, Amen.Bij den inne houden van desen tegenwoordighen, openbare instrumente, van testamente, zij kondt ende kennelijck, eenen iegelijcken, dat inden Jaere ons Heeren 1658 – opten 27 dach der maent Julius, in properen persoone, voor mij HENRICK PETERS, Secretaris vanden BAKEL, ende de Schepenen, als getuijgen, naergenoempt, is gecompareert, GERAERTKEN, wettighe dochtere wijlen PETERS van GROTEL, ingeboren ende inwoonderesse van onsen Dorpe van BAKEL, wesende gesont van lichame, gaende, ende staende opter aerden, hare vijff sinnen, memorie, ende verstant wel machtich wezende, ende gebruijckende, alsoo dat claerlijcken scheen, ende bleke, ende zij oock bekenden ende verclaerden, ende dat zij aenmerckende, de broosheijt der menschelijcke naturen, datter niet sekerder en is dan de doodt, ende niet onsekerder dan de vre der selver daeromme wel bedacht zijnde, niet willende scheijde van dese werelt, sonder ierst voor al, van haere tijtlijcke goeden, gedisponeert te hebben, haer van Godt Almachtich op dezer werelt verleent heeft daeromme ghemaeckt bij dezen haren testamente, ende vuijtersten wille, willende, ende begerende zij testatrice, dat tselve zal stadt grijpen, ende zijne volcomen effecte sorteren het zij bij forme van testamente, vuijtersten wille, codicille, ofte makingen, die men heet ter saken vande doodt, off andersints, soe iemants testament ende vuijterste wille, nae de Geestelijcke, ofte wereltlijcke rechten, alderbest van weirden zijn mach, niet tegenstaende, dat alle, ende iegelijcke poncten, ende Solemniteijten vanden rechte hier inne gherequireert niet al, noch volcomelijck geobserveert, noch onderhouden en waren, niet tegenstaende, enighe Stadt, steden, municipale Statuijten, ofte lant rechten, ter contrarien, alle welcke rechten, ende effecten van dien, soe verre die dese haren testamente contrarien, sij testatrice heeft gederogeert, ende derogeert expresselijcken mits dezen,Inden iersten bedeelt zij testatrice hare ziele soo wanneer die vuijt haren lichame scheijden sal Godt Almachtich van hemelrijcke, begerende dat hare doode lichaem begraven sal woorden ter bequamer aerden, comende voorts tot de dispositie haerder tijdtlijcke goeden haer testatrice van Godt Almachtich op dezer werelt verleent als voorschreven staet geeft last ende macht zij testatrice, den Armen van den Dorpe van BAKEL, om Godts wille, eens drie vaten roggen, die welcke den voorseijden Armen, genieten sullen, om vuijt gereijct te woorden, aen den genen, des meest noodich hebbende, ofte ten kennisse staende van de Armenmeeters der Armen alhier binnen drie weken naer hare doodt.Item heeft zij testatrice gelegateert, ende gegeven gelijck zij bij dezen legateert ende geeft, JANNEN haren natuerlijcken soon, die sij heeft geprocreeert van ANTHONIS JANSSEN van HOVE alias BANCKERT sed illigitime alle het gene haer zal overblijven, ende zij testatrice sal connen te achterlaten naer hare doodt, het zij erffelijcke ofte haeffelijcke goederen, roerende ende onroerende, gout, silver, copere, tin, iser, metael, kisten, casten, bedden hoedanich oock dat die selve achtergelaten goederen mochte wesen genoempt ofte ter wat plaetschen die bevonden mochten woorden, vercregen, ende alnoch te vercrijgen egheen van dien vuijtgescheijden ofte vuijtgesondert. Ende dit al mits der lieffden, eerbaerheijt, getrouwicheijt ende affectie, die zij testatrice JANNEN haren illigitime Soone heeft toe gedragen, ende alnoch is toe dragende, ende van gelijcken JAN haren illigitime Soone voorschreven haer oock is beminnende, ende alle lieffde, eerbaerheijt, getrouwicheijt, ende affectie is toedragende ende bewijsende, ende ter zaken van dien, wilt ende begeert zij testatrice, dat zelve voorseijde legaet sal plaets grijpen Amatum charitas, pro deo, ende bij gebreke van JAN haren illigitime Soone voorschreven, maect ende legateert gelijck zij testatrice legateert ende maeckt bij desen, alle de voorschreven goederen, die sij testatrice sal comen achter te laten naer hare doodt in allen forma als voorschrven staet, aen JAN’S haren illigitime Soons wettige kijnderen, die hij heeft verweckt ende noch sal comen te verwecken bij THONISKEN zijne wettige huijsvrouwe, present, nominerende als dan JAN’S illigitime Soons kijnderen, ende zijne kijnderen in sijne stede instituerende erffgenamen gerechtelijcken plene Jura institutionis: welcke voorschreven goederen zij testatrice naer hare zal comen naer te laten, sij testatrice wil ende begeert, als dan met vollen rechte sullen aengevert woorden, van JAN haren illigitime Soone ofde bij gebreke van hem, van zijne kijnderen voorschreven, sonder aensien ofte kennisse iemanden ter werelt daer van te geven ofte oock te leveren staet van inventaris mits dat bij JAN haren illigitime Soone ofte bij bebreke van hem zijne wettige geïnstitueerde kijnderen, haers testatrice schuldt ofte schulden die sij mochte comen achter te laten, ierst ende voor al aende crediteuren van haer testatrice sal moeten woorden betaelt, desgelijckx oock het legaet aenden Armen van BAKEL, bij haer testatrice voor gelegateert ende haer testatrice, oock te besorgen een eerlijcke begravensse van hare doode lichaem als sij sal gecomen zijn, gescheijden van deser werelt ende dat tselve eerlijck ter begravenisse te besteden, naer haren staet.Item de selve testatrice wilt noch, ende ordineert, expresselijcken mits desen soe verre iemant wie hij oock ware, dat hare testament in al ofte enige poincten van dien, naemaels wilde impagneren, infringeren oft contravenieren ofte oock begonste te doen, tware gerechtelijck, oft buijten den rechte, dat de zelve impagnatuer, infractuer, ofte contraventuer zal zijn ende blijven gefrigeert, ende prineert hem mits desen, van allen tgene des hem enichtsins, ab intestato soude mogen competeren, inde achtergelaten goederen, voorschreven, welcke verbuerde deel ofte portie, dan zal toe comen, die gewillich zijn dit hare testamente te onderhouden, ende dit verclaerden zij testatrice te zijn ende te wezen, haren testamente ende vuijtersten wille, willende, ende begerende vuijterlijcken, tselve in alle zijne poincten, ende leden, wettelijcken te woorden volbrocht achtervolcht, ende onderhouden te woorden tallen daghen reserverende zij testatrice, niet te min haer wederroepen meerderen, minderen, ende veranderen, soo dickwils, ende menichwerven, haer naemaels dat goet duncken ende believen zal. Begerende sij testatrice hier van mij Secretaris gemaeckt te woorden dit tegenwoordich openbare instrumenten van testamente, een ofte meer, inder bester ende sterckster formen.Aldus gedaen ten comptoire mijns Secretaris, ter presentie van LEONAERT JANSSEN, ende REIJNDER PETERS die dit instrument, van testamente, beneffens de testatrice ende mij Secretaris hebben beteeckent hier toe sonderlinghe geroepen ende gebeden.Actum ten dage, jaere, maent ut Supra.Dit is het hant X ofte marckteecken van GERAERTKEN PETERS van GROTEL.LEONAERT JANSSEN.REIJNDER PEETERS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. Los briefje. d.d. 06-09-1658.
Anno 1658 den 6 September.Ende hoe WILLEM MARTENS voor ons comen is als momber waerachtich is voor de Weduwe JAN WILLEMS, ende roept hier noch over AERT DIRCKX VELDECKERS geattesteerden momboir, ende bij Eet verclaerende wanneer dat ghij begeert ende dat voor twee getuijgen van JAN JACOPS ende JAN MARTENS.Dit handschr. Is Merck van JAN MARTENS.JAN JACOEPS. 231. d.d. 07-09-1658. MARIA naergelaten Weduwe, wijlen JAN WILLEMS van STRIJP met haere geassisteerde momboiren ende voorstanderen, WILLEM MARTENS ende AERT DIRCKX, oock beijde van STRIJP, als ons is verthoont bij eene attestatie, inne dato den sesten Septembris 1658 ende de selve beleijt van eene JAN MARTENS ende JAN JACOBS, ende heeft MARI, met hare momboiren voorschreven, wel wettelijcken, eeuwelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen, ende overgegeven aen JASPAR PETERS ende AELCKEN zijne tweede wettighe huijsvrouwe alle de goederen, tzij haefflijcke ofte erffelijcke roerende ende onroerende, egeen vuijtgesondert, alle de gene, die de voorschreven JASPAR PETERS, in togte is besittende naer doodt ende afflivicheijt van wijlen ANNA zijne ierste geweesde wettighe huijsvrouwe ende wettighe sustere van MARI voorschreven, wettighe dochteren beijde van wijlen HANRICK HERMANS, welcke voorschreven goederen, voor zoo vele hare portie soude bedragen, vuijt dien hooffde MARI soude competeren naer doodt ende afflivicheijt van JASPAR PETERS voorschreven. Ende hebben zij vercoperen voorschreven, op het voorschreven vercopen der goederen, ende op alle recht ende toeseggen hen enichtsints soude mogen competeren, ende op alle Schepene brieven, ofte eenige andere letteren daer van mentionerende, helmelinghe verteghen, tot behoeff JASPAR PETERS ende AELCKEN zijne wettighe huijsvrouwe voorscheven. Gelovende ’t selve vercopen opdragen ende overgeven, metten vertijden van dien te houden eeuwelijck, voor goet vast stadich van weirden ende daer niet wederom op te spreken, door hen selven ofte iemant anders, in geenderleij manieren, nu oft ten eeuwigen dage, noch oock te vereijsschen, ofte te versoecken te leveren van dien goede die bij JASPAR, en in tochte woorden beseten staet van inventaris, op verbant van MARIKEN haren persoon, ende de momboiren op verbant des onmundigens goederen hebbende ende vercrijgende, egeen vuijtgescheijden, sonder arch ofte liste. Coram Schabinis, LEONAERT JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN, hodie den 7 Septembris 1658.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 07-09-1658.
JOOST CORSTIAENS, in zijnen vollen bedde, heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen ende overgegeven, aen THONIS JOOST CORSTEN, zijnen wettighen Soone, een huijs met een stuck lants, daer aen ende rontsom gelegen inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE, ter steden, genaempt DE NETTEN, met de eene sijde beneffen erve MARRIJN Weduwe JOOST VREIJNSSCHEN, de andere sijde beneffen de gemeijne straete, het eene eijnde op erve JAN BASTIAENS, streckende van daer op de gemeijne strate. Noch een stuck ackerlants daer bij ende aengeleghen beneffen erffenis MARRIJN Wed. voorschr. ter eenre, ende JAN BASTIAENS ter andere seijden, streckende van erve des copers voorschreven tot op erve des Heijligen Geest van BAKEL, eest als sij seijden, ende heeft hij JOOST CORSTEN vercopere voorschreven, op het voors. huijs, ende stucken lants daer aengelegen ende op het recht ende toeseggen hem daer inne competerende ende op alle Schepene brieven ofte letteren mentionerende helmelinghe vertegen tot behoeff zijns copere voorschreven. Geloovende hij vercopere als schuldenaer principael, op hem ende op alle zijn goet hebbende ende vercrijgende, dat vercopen, opdragen ende overgeven metten vertijdenissen van dien voor eeuwelijck vast goet stadich van weirden, ende allen voorcommer calangie ende aentael, bij den vercopere aff te doen gehelijcken zoe daer enige in wesen mochte, voorts los ende vrij, vuijtgenomen vier stuijvers twee oort grontchijns aen het chijnsboek der Edele Vrouwe van MILHEZE bij den copere te gelden ende te betalen jaelijcx sonder argelist. Testes Schabini LENAERT JANSSEN, en MARTEN JAN JOOSTEN, op huijden den 7 dach Septembris 1658.LWONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 07-09-1658.
THONIS JOOST CORSTIAENS, heeft wel wettelijcken, in erffwisselingen, opgedragen, ende overgegeven, aen HANRICK LAUREIJNSSEN, een huijs, met een stuck lants daer aen ende rontsom gelegen, inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE gemeijnlijck genoempt DEN NETTEN, beneffen erve MARRIJN Weduwe JOOST VREIJNSSEN, ter eenre, ende de gemeijne strate, het eene eijnde, ende ter andere sijden, het andere eijnde op erve THONIS JOOST CORSTEN voorschreven als sij seijden, ende heeft hij THONIS voors. op het voorscheven huijs ende op het voorschreven stuck ackerlants, daer bij ende aengelegen, ende op alle recht ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepenen letteren daer van mentionerende helmeling vertegen tot behoeff HANRICK LAUREIJNSSEN voorschreven. Gelovende hij THONIS JOOST CORSTEN voorschr. als schuldenaer principael op hem zijnen persoon ende alle zijn goet habenda et ac quirerenda dat erffwisselen, opdragen ende overgeven, metten vertijden van dien voor eeuwelijck, vast, goet gestadich te houden van weirden, ende allen voorcommer, calangie, ende aentael aff te doen, zoo daer enige inne wesen mochte gehelijcken, voorts los ende vrij, vuijtgenomen, vier stuijvers twee oort grontchijns aen het boeck der Edele Vrouwe van MILHEZE bij den voors. HANRICK LAUREIJNSSEN jaerlijckx te gelden ende te betalen, sonder argelist. Getuijgen waren hier over, Schepenen in BAKEL, LEONAERT JANSSEN op huijden, den 7 Septembris 1658 ende MARTEN JAN JOOSTEN.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 07-09-1658.
HANRICK LAUREIJNSSEN in zijnen vollen bedde heeft wel wettelijcken, in erffwisseline, opgedragen ende overgeven, aen THONIS JOOST CORSTEN, een huijs met eenen camp lants ende de gehele erffnisse daer bij ende aengelegen, inde Jurisdictie van BAKEL tot MILHEZE, ter plaetschen AENDEN WEIJER, beneffen erffnis MARRIJN Weduwe wijlen JOOST VREIJNSSEN ter eenre sijde ende het eene eijnde ende andere sijde de gemeijne strate, het andere eijnde den Heijligen Geest van BAKEL erve, als sij seijden. Ende heeft hij HANRICK LAUREIJNSSEN op het voorschr. huijs, metten camp lants ende erffnis daer bij ende aengelegen, ende alle recht ende toeseggen, ende op alle recht ende toeseggen hem daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen, tot behoeff THONIS JOOST CORSTEN voorschr.. Geloovende hij als schuldenaer principael super se et omnia bona sua habenda et arquirenda, ut in meliori forma, dat vercopen, opdragen, ende overgeven, metten vertijden van dien, te houden voor eeuwelijck vast ende gestadich van weirden, voor hem ende zijne successueren ende allen voorcommer, calangie ofte aentael, zoo daer enige inne wesen mochte aff te doen gehelijcken van zijnent wegen, voorts los ende vrij vuijtgenomen aenden chijns boecke der ser Edele Vrouwe van MILHEZE jaerlijckx een hoen grontchijns ende vier stujver een oort. Alnoch eene jaelijckxe ende erfflijcke renthe van vijffthien guldens jaerlijckx te vergelden ende te betalen aen HENRICK PETERS SCHEPERS, Secretaris alhier, staende te lossen met drie hondert gulden, breeder in den constitutie brieff gementioneert sonder argelist. Getuijgen waren hier over Schepenen in BAKEL LEONAERT JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN op huijden den sevensten dach der maent 7bri 1658.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 10-09-1658.
ANTHONIS JANSSEN van HOVEN alias BANCKERT, ende MARGARETA zijne tweede wettige huijsvrouwe, hebben gecedeert ende getransporteert gelijck sij mits desen, zijn cederende, ende transporterende, opdragende ende overgevende, eeuwichlijcken ende erfflijcken, aen zijne vijff kijndeen, die hij wettelijck heeft verweckt, bij wijlen PEETGEN zijne ierste geweesde wettighe huijsvrouwe, dochtere van wijlen WILLEM JEGERS van GEMERT, welcke voorschreven kijnderen, met name te noemen zijn, THONIS, JAN ende MARIKEN, wettighe huijsvrouwe van JAN, JAN JANSSEN THEUWENS, LUIJTGEN ende IKEN alnoch onmundich, alle henne goederen, soo haefflijcke als erffelijcke, roerende, ende onroerende, oock hij ANTHONIS van HOVE transportant, vercregen heeft in zijnen weduwlijcken state, als oock de gene die ANTHONIS van HOVE ende MARGARETHA zijne tegenwoordige tweede huijsvrouwe alhier te samen transportanten, ten tijde hunnen houwelijcke staende te samen hebben geconquesteert < = verkregen > ende vercreghen, zoo erfflijcke, als haefflijcke, hoedanich die oock genoempt ofte ter wat plaatschen, de voorschreven goederen, mochten gelegen zijn, egeen van allen vuijtgesondert, jae meer alwaer hij ANTHONIS van HOVE, ende MARGARETA zijne wettige huijsvrouwe transportanten voorschreven cracht ofte macht over ende toe zijn hebbende, ende al wat hen beijden is toecomende egeen van allen vuijtgescheijden. Geloovende sij respective transportanten voorschreven, dat voorschreven cederen, transporteren, opdragen ende overgeven, te houden, eeuwelijck, voor goet vast stedich van weirden voor hen ende henne successueren, op welcke voorschreven cederen, transporteren, opdragen, ende overgheven ende op alle recht ende toeseggen hen respective transportanten, daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren daer van mentionerende helmelinghe vertijdenisse daer op gedaen sij respective transportanten tot behoeff van zijne ANTHONIS van HOVE mede transportant vijff kijnderen voorschreven. Ende dit alles op verbant van hare persoonen respective, ende hare goederen, nu ter tijt hebbende, ofte naemaels vercrijgende, egeen vuijtgescheijden, alles sonder arch ofte liste. Ende dat onder deze navolgende conditiën, dat de voorschreven genomineerde vijff kijnderen van ANTHONIS van HOVE transportant, gehouden sullen wesen, te betalen, alle lasten, pachten, renthen die vuijt den voorschreven gecedeerde, ende getransporteerde goederen zijn gaende, als mede oock alle andere boeckschulden, hantschulden, actien ende credijten, waer ende bij wien, ANTHONIS ende MARGARETA transportanten eenige schulden hebben gemaeckt, ofte alnoch te samen hebben, ende oock alnoch op henne respective transportanten, mochte comen te vervallen, hoedanich de schulden mochten genoempt wesen, egeene vuijtgesondert sonder dat de voorschreven transportanten respective daer mede beswaert ofte belast sullen mogen woorden nu ofte ten eeuwigen daghe.Item alnoch soe geloven, de voorschreven vijff kijnderen van ANTHONIS van HOVE, medetransportant daerenboven alnoch te geven, aen MARGARETA, tegenwoordige tweede huijsvrouwe, ende mede transportantersse van ANTHONIS van HOVE transportant voorschreven, een somme van drie hondert guldens en vijftich guldens, den gulden tot twintich stuijvers gerekent, ende quantiteijt van vijfftich vaten roggen goet suijver coren der mate van HELMONDT welcke voorschreven somme sij vijff kijnderen beloven te betalen, aen MARGARETA voorschreven, oft geviele dat door Godts Almachtich beliefte den voorschreven ANTHONIS hunnen vijff kijndren vader geraecte ierst afflivich te woorde, ende deser werelt quame te overlijden, dan ten dage als de voorschreven vijff kijnderen het sterffhuijs zijn aen verdende, ende de mobilen zijn deelende ofte voor alle man vercopende, aen MARGARETA voorschreven te geven ende te voldoen de somme van vijftich guldens, ende binnen een jaer naer den selven dage voorschreven, de somme van drie hondert guldens ende de quantiteijt van den rogge voorschreven sullen zij vijff kijnderen voorschreven, de quantiteijt van de vijftich vaten roggen voorschreven, betalen, ende gehouden zijn te voldoen, oock binnen een jare naer den voorschreven dage des aenvanckx van den voorschreven sterffhuijse zal mogen wech nemen, ende tot haren profijte behouden, ende oirbaren, alle de alimentatie egeen vuijtgescheijden, die sij ten tijde van hunnen houwelijcke, ende ten onder stande vanden zelven heeft ingebrocht ten huijse van ANTHONIS van HOVE transportant voorschreven, mitsgaders oock de clederen tot hunnen lijve ende totten lijve haerder MARGARETA voorschreven vier kijnderen, verweckt bij ANTHONIS van HOVE voorschreven, soe lijnen als wollen, egeen vuijtgescheijden, onbecroont van iemanden.Item alnoch onder conditie dat ANTHONIS van HOVE geraeckte ierst afflivich te woorden, dat alsdan MARGARETA zijne tegenwoordige tweede huijsvrouwe met hare vier kijnderen, die zij te samen hebben verweckt, voor haer sal nemen ende ten daghe des aenvanckx van den Erffhuijse zal vuijtten Erffhuijze vertrecken met hare voorschreven vier kijnderen ende haer gecontenteert houden met de voorschreven drie hondert vijftich guldens, ende met de quantiteijt van vijfftich vaten roggen, sonder ijet meer te mogen eijsschen voor haer, oft hare vier kijnderen voorschreven nu ofte ten eeuwigen daghe, maer is voorders ondersproken, dat ANTHONIS JANSSEN van HOVE, die tegenwoordich met siecte bevangen is, quame door Godts genade wederom gesont te woorden, soo reserveren, sij respective transportanten, hen veranderen soo dickwils, ende menichwerven alst hen believen sal sonder iemants tegenseggen, alles sonder arcg ofte liste, in meerdere versekeringhe soe hebben ANTNONIS van HOVE, ende MARGARETA, met ANTHONIS vijff kijndere voorschr. dit instrument ten protocolle alhier onderteeckent op hodië den 10 dach 7bris 1658.Coran Schabinis LEONAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.ANTHONIS JANSSEN van HOVE.Dit is het hant X teeken van MARGARETA ANTHONIS van huijsvrouwe transportantersse.JAN JANSSEN het hant X teecken LUIJTGEN ANTHONIS van HOVE.Het hantteec X ken van IKEN ANTHONIS van HOVE.THONIS THONIS.Het X merckteecken JAN THONIS.LEONAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERS, Secretaris. ! In de marge ! MARGARETA nagelaten Weduwe wijlen ANTHONIS JANSSEN van HOVE, bekent bij desen van dese inhoude van de voor kijnderen van ANTHONIS voorschr. ten vollen voldaan ende betaalt te sijn,Coram Schabinis desen onderteeckent. Actum den 6 Januarij 1660.MARCELIS GERAERTS.MATHIJS WILLEM HERMENS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 13-09-1658.
JAN Soone JAN JANSSEN THEUWENS, in zijnen vollen bedde, heeft wel wettelijck in erffwisselinghe opgedragen ende overgegeven aen JAN HANRICK GOORTS zijnen swager een stuck ackerlants gelegen tot MILHEZE genoempt DEN CAPELACKER, soe ende gelijck, hem ’t zelve voorschreven stuck ackerlants is aenbestorven, wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, ende wijlen HANRICKXKEN zijne wettighe huijsvrouwe, zijne gheweesde ouders, ende het selve in deijlinghe heeft vercregen, tegens JAN HANRICK GOORTS sijnen Swager voorschreven, met de eene sijde beneffen erve THONIS JOOST PETERS van NEERVEN ende erffnis FRANCISCA, Weduwe wijlen JAN MATHIJSSEN de BERCKER, de andere sijde beneffen erffnis, JAN HANRICK GOORTS zijnen Swager voorschreven het eene eijnde op erve de Seer Edele Vrouwe van MILHEZE, het andere eijnde op erffnis THONIS JOOSTEN voorschreven eest als sij seijden.Daer tegens soe heeft wel wettelijck in erffwisselinge opgedragen, ende overgegeven JAN HANRICK GOORTS voorschreven, aen JAN JAN JANSSEN THEUWENS zijnen Swagere een stuck ackerlants genoempt DE HAGHE, welcke voors. stuck ackerlants hem is aengecomen door houwelijcke van MARIKEN zijne wettighe, dochtere wijlen JAN JANSSEN THEUWENS, verweckt bij wijlen HANRICKXKEN zijne wettige huijsvrouwe, ende ‘tselve in deijlinghe heeft vercregen tegens JAN Soone JAN JANSSEN THEUWENS, met de eene sijde beneffen erffnis, der erffgenamen wijlen JOACHIM JANSSEN van HOVE, de andere sijde beneffen erffnis JAN Sone JAN JANSSEN THEUWENS zijnen Swagere ende wisselaer voorschreven, het eene eijnde op erve WILBORT JAN WILBORTS, het andere eijnde op eenen mistwech, eest als sij seijden. Ende hebben sij wisselaers respective, op voorschreven stucken gewisselde ackerlants, ende op allen recht, ende toeseggen het respective wisselaren daer inne competerende, ende op alle Schepene letteren, daer van mentie maeckende helmelinghe vertegen tot deen, des anders wisslelaere behoeve.Geloovende sij wisselaeren respective als schuldenaer principael, super se et omnia, habenda, et ac quirenda, ut in melori forma, dat voorschreven erffwisselen, opdragen, overgeven, metten vertijden van dien, eeuwelijck te houden voor goet vast, ende gestadich van werden, ende allen voorcommer, calangie, ofte aentael, zoe daer enige inne te wesen mochte, van hennent wegen respective, aff te doen ghehelijcken, ende te vrijen ende te weren, los ende vrij vuijtgenomen, Dorps commer ende lasten, sonder arch ofte listen. Coram Schabinis, PETER AERT STERCKEN, ende JAN REIJNDERS, op hodië den 13 Septembris 1658.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 13-09-1658.
JAN HANRICK GOORTS, in zijnen vollen bedde heeft wel wettelijcken, ende erffelijcken vercocht, opgedragen ende over gegeven aen THONIS JOOST PETERS van NEERVEN een stuck ackerlants gelegen in de Jurisdictie van MILHEZE ter plaarschen genoempt DEN CAPELACKER, soo groot ende cleijn, als hij daer is ghelegen, met de eene zijde beneffen erffnis THONIS copere voorschreven, ende erve FRANCISCA nagelaten Weduwe wijlen JAN MATHIJSSEN de BERCKER, de andere sijde beneffen erffnis JENNEKEN Weduwe wijlen WILBORT MATHIJSSEN van NEERVEN, ende erve CATHALIJN Weduwe wijlen MARTEN PETER MASBROECKX, het eene eijnde op erffnis, de Seer Edele Vrouwe van MILHEZE, het ander eijnde op erffnis THONIS copere voorschreven, als sij seijden. Ende heeft hij JAN HANRICK GOORTS vercopere voorschreven op het voorschreven stuck ackerlants, ende op allen recht ende toeseggen hem daar inne competerende, ende op allen Schepenen letteren, daer van mentionerende helmelinghe vertegen, tot behoeff van THONIS zijnen copere voorschreven. Geloovende hij vercopere voorschreven, als schuldenaer principael, super se et omnia, habenda, et ac quirenda, ut in meliori forma, dat voorschreven vercopen, opdragen, overgheven, metten vertijden van dien, eeuwelijck, te houden, voor goet, vast, ende gestadich van weirden, ende allen voorcommer, calangie, ofte aentael zoe daer enige inne wesen mochte, van zijnent wegen, afte doen ghehelijcken, ende zijnen copere het voorschreven stuck ackerlants te vrijen, ende te weiren, los ende vrij vuijtgenomen Dorps commer ende dagelijckx souveraine lasten sonder arch ofte liste. Coram Schabinis, PETER AERT STERCKEN, ende JAN REIJNDERS op huijden den derthienden dach der maent Septembris, inden jaere ons Heeren 1658.PETER AERT STERCKEN.JAN REIJNDERS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 17-09-1658.
JENNEKEN, naergelaten Weduwe wijlen MARTEN JANSSEN VERLUCHT met haer geassisteert, hare kijnderen DIRCK, JOOST ende LAUREIJNS, hen fort ende sterck makende mede voor JENNEKEN hare sustere, dochtere wijlen MARTEN wijlen MARTEN JANSSEN VERLUCHT, verweckt bij JENNEKEN zijne wettige huijsvrouwe voorschreven, ende heeft JENNEKEN met hare kijnderen voorschreven wel wettelijcken, ende erffelijcken, vercocht, opgedragen ende overgegeven, aen JASPAR PETERS, ende AELCKEN zijne wettighe huijsvrouwe, alle de goederen, soo haeffelijcke als erffelijcke, roerende, ende onroerende, hoedanich die genoempt mochten wesen ende ter wat plaetschen die mochten zijn gelegen, egeen van dien vuijtgescheijden ofte vuijtgesondert soo ende gelijck in alsulcke rechten ende deelen, den selven JASPAR PETERS voorschreven, die in tochte is besittende, wegens, ende ‘tzedert de doot van wijlen ANNA zijne ierste geweesde huijsvrouwe, ende des voorschreven JENNEKEN wettige Sustere geweest, ende de selve voorschreven goederen bij wijlen ANNA voorschreven, achtergelaten tegenwoordigh bij JASPAR PETERS woorden in tochte beseten naer zijne doodt ende afflivicheijt, met vollen rechte soude competeren JENNEKEN transportantersse ende vercoopersse oft hare kijnderen voorschreven. Ende heeft JENNEKEN vercopersse, met hare geassisteerde kijnderen voorschreven op de voorschreven haeffelijcke ende erffelijcke goederen roerende ende onroerende indier qualiteijt voorschreven ende op allen recht, ende toesegghen hen daer inne competerende ende op allen Schepenen letteren daer van mentionerende helmelinge vertegen tot behoeff van JASPAR PETERS ende AELCKEN zijne wettige huijsvrouwe voorschreven. Gelovende sij vercopersse ende met haer, geassisteerde kijnderen voorschreven, dat voorschreven vercopen, opdragen, overgeven metten vertijden van dien, te houden eeuwelijck, voor vast gestadich van weirden, ende op de voorschreven goederen nimmermeer te spreken, ofte doen spreken, noch vereijsschen te beueren staet van inventaris inden rechte noch daer buijten ofte in geenderleij manieren, door hen selven ofte iemant anders, renuntierende ten dien fine van alle exceptien van rechte, de voorschreven dingen enichsins ter contrarie, hoe wel de rechten dicteren dat generale renunciatie van geender weirden en is, ten zij dat speciale voorgae sonder archelist. Coram Schabinis LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN, hodie den 17 dach Septembris Anno 1658.LENAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 18-09-1658.
Inden Name ons Heeren Jesu Christi, Amen.Bij den inhouden van desen tegenwoordighen openbaren instrumente van testamente zij kennelijcken eenen iegelijcken, dat inden jaere des selfs ons Heeren 1658 opten achthienden dach inde maent van Septembri, Compareerden voor mij HENRICK PETERS Secretaris vanden Dorpe van BAKEL, ende Schepenen naergenoempt als ghetuijghen in propere persoonen, den Eersamen JASPAR PETERS ende AELCKEN zijne wettighe huijsvrouwe, ingeboren, ende inghesetene alhier van onsen Dorpe van BAKEL voorschreven ende den voorschreven JASPAR PETERS met sieckten inden lichaem bevangen zijnde, ende de voorschreven AELCKEN sijnde gesont van lichame gaende ende staende opter aerden, sijnde nochtans beijde hare vijff sinnen, memorie, ende verstant over al wel machtich, alsoe het opentlijcken, ende claerlijcken, aen hen scheen ende bleke, ende zij oock bekenden ende verclaerden, ende dat sij Comparanten ende testatueren waren overdenkende, ende aenmerckende, de broosheijt ende cranckheijt der menschelijcker natueren, datter niet sekerder en is dan de doodt ende niet onsekerder, dan de vre der selver, ende daeromme wel bedacht zijnde onbedwongen ende onverleijt van iemanden, doen vanden anderen, in eenigher manieren, soe sij seijden, ende verclaerden, ende hebben ghemaect, geordonneert, ende gesloten, maken, ordonneren, ende sluijten, bij desen, hunnen testamente, ende vuijtersten wille, inder voegen ende manieren hier nae beschreven, wederroepende, casserende, doodt, ende te niet doende, mits dezen, alle andere voorgaende testamenten, codicillen, giften, ofte makingen, bij hun, ofte elcke van hen, eenichtsints voor datum van dezen ghemaeckt bekent, ende gepasseert, willen ende begeeren vuijterlijcken sij testatueren, dat dit hunne testamente, sal stadt grijpen van weirden gehouden woorden, ende effeckt sorteren het zij bij forme van testamente, codicille, gifte oft makinge die men heet ter saken van de doodt ende andersints soe iemants testamente, ende vuijtersten wille, nae de Geestelijcke oft wereltlijcke rechten alderbest van weirden zijn mach. Niet tegenstaende, dat ende alle iegelijcke puncten ende Solemniteijten van rechte hier inne gherequireert, niet al noch volcomelijcken, geobserveert, oft onderhouden en ware niet tegenstaende eenige stadt, steden, municipale atatuijten, oft lantrechten ter contrarien, alle welck rechten ende effecten van dien, soe verre die desen henne testamente contrarien, sij testatueren, ghederogeert hebben, ende derogeren mits dezen. Inden iersten bevelen sij testatueren henne zielen, soo wanneer die vuijt henne lichamen ghescheijden sullen zijn Godt Almachtich, ende hunne doode lichamen der bequamer aerden, kiesende hunne sepulture< = begravenis; graf > daer het den langhcxt levenden believen sal van henne beijden, comende voorts tot de dispositie van henne goederen, tijdtlijcke, hunlieden van Godt Almachtich op deser werelt verleent, geven laten ende maeckten zij testatueren, malcanderen, gelijck sij geven ende laten, maecken, mits desen malcanderen ende doen den anderen, alle henne goederen, soe haefflijcke, als erfflijcke roerende ende onroerende hoedanich die genoempt mochten wesen, alomme ende ter wat diversche plaetschen die mochten gelegen zijn, ofte bevonden mochten woorden, egeene van allen vuijtgescheijden ofte vuijtgesondert met sulcken verstande nochtans dat den langhxt levenden van beijde dese testatueren, deselve goederen oock sal mogen vercopen, veraieneren< = vervreemden >, vertransporteren, belasten, ende andersints zijnen oft haren eijgen vrijen wille daer mede te doen, ende daer aff te disponere nae hennen belieften, sonder tegen seggen van iemanden ende oock sonder dat de langhxt levende, daer aff gehouden zal zijn iemanden te geven ofte maecken staet van inventaris, in eeniger manieren, wederom met sulcken verstande nochtans oock, dat de langhxt levende schuldich gehouden zal zijn, henner beijder wettighe kijnderen, van henner beijder lijve voorts gecomen ende geprocreert, terstont nae de doodt vanden iersten afflivigen te bewijsen ende vuijt te reijcken, in stede van hen lieder, legitieme portie, de somme van tseventich gulden den gulden tot twintich stuijvers gerekent, met welcke somme van 70 guldens, de selve henne kijnderen, hun sullen met moeten te vreden houden, sonder enighe voordere actie, oft recht te mogen pretenderen inde achtergelaten goeden vanden iersten afflivigen ende den langhxt levenden, ende metter bladinghe < = opbrengst van grond, vruchten; vruchtgebruik >, van de selve legitime portie, sal de voorschreven langhxt levenden gehouden zijn, de voorschreven hunne wettige kijnderen te onderhouden, van eten ende drincken, cleederen lijnen ende wollen, sieck ende gesont, redelijcken ende tamelijcke naer hunnen staet ende een ambacht laten leeren oft exercitie, daer mede zij hunnen cost sullen mogen winnen totter tijt toe, ende wijlen, dat zij sullen gecomen zijn tot hunne jaren, off enigen geapprobeerden state, het sij Geestelijck ofte wereltlijck, maer waert bij alsoe, dat de voorschreven henne wettige kijnderen, ofte enige vande kijnderen, geraeckten afflivich te woorden, sonder gecomen te zijn tot hunne jaren, oft enigen geapprobeerden state in dien gevalle, sal de voorschreven legitime portie succederen, devolveren, ende versterven opten langhxt levenden van henne testatueren, mits den Eerfgenamen ab intestato van hen ieder wettige kijnderen, onder hen alle vuijtreijckende ende betalende eens de somme van drie guldens ‘tstuck tot gelijcken prijse als boven, waermede de selve erffgenamen, oock sullen moeten blijven vuijt de achtergelaten goeden, soo vanden iersten afflivighen als van haere wettige kijnt, ofte kijnderen, den voorschreven langhxt levende, ende henne kijnderen voorgenoempt, die welcke zijn twee, ende met naeme ghenoempt, PETER, ende MARIA inder manieren, voren verhaelt, instituerende, ende nominerende, sijne oft hare Erffgename plene jura institutionis, in tgene des voorschreven is mits dezen. Ende off hen iemant, tegens dit hunne testament, ende vuijtersten wille opponerende, off de facto opponeren wilde. Soe hebben sij testateuren gewilt, ende willen mits desen, dat de selve opponent sal verbeuren allen tgene des hem enichsints zij ab in testato, oft andersints soude competeren, inde voorschreven achtergelatene goederen, welcke verbeurde portie, sal comen tot behoeff vanden huijsarmen desen Dorpe. Eijndelijck tot het volbringen van dezen hunne testamente, sij testatueren, hun in handen, hebben gestelt alle hunne goeden, malcanderen dat toebetrouwende. Ende dit verclaerden de voorschr. testatueren te zijne hunne testamente, ende vuijtersten wille willende ende begeerende wettelijcken, tselve in alle zijne poincten, ende leden volbracht, ende achtervolcht te woorden, tallen daghen, reserverende niet te min de testatueren, hun wederroepen, meerderen, minderen ende veranderen, soe dickwils ende menichwerven alst hen believen zal. Begerende van mij Secretaris gemaeckt te woorden, openbare instrumente van testamente, een ofte meer, inder bester ende sterckster formen.Aldus gedaen ten huijsse van de testatueren, ter presentien van LENAERT JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN beijde Schepenen, als getuijgen, hier toe sonderlinge geroepen ende gebeden, ende hebben de testatueren, dit hunne instrument van testamente, met henne eijgen handen beteeckent beneffens de getuijgen, ende mij Secretaris.Actum ten dage, jare, maent als boven.Dit is het X hantteecken van JASPAR PETERS.Dit is het X hantteecken van AELCKEN, huijsvrouwe JASPAR PETERS.LENAERT JANSSEN.MARTEN JANS.HENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 07-09-1658.
In ende tot voldoeninge van den testamente ghemaeckt bij wijlen JASPAR PETERS, ende AELCKEN zijne geweesde wettige huijsvrouwe. Raeckende dat den lancxt levenden, gehouden soude sijn, terstont naer dat van den iersten afflivigen te geven, ofte wijsen, henner beijder wettiger twee kijnderen, van hen beijder lijve voort gecomen ende geprocreert, de somme van tseventich gulden wezende de quantiteijt, van henner legitime portie ten dien eijnde omme te geven, ende te wijsen haerder voorseijder twee wettiger kijnderen henne legitime portie, als oock mede, om te voldoen haren testamente, bij wijlen JASPAR PETERS, haren geweesdewettigen man, ende AELCKEN zijne geweesde huijsvrouwe, als in de langxt levende te samen hebben gemaeckt, ende malcanderen verleendt tot voldoeninge vanden zelven, soo is gecompareert AELCKEN naergelaten Weduwe wijlen JASPAR PETERS, voor ons ondergeschreven Schepenen, ende heeft voor ons Schepenen gestaen, als Weduwe, ende vuijt crachte van haren voorschreven testamente, haer bij wijlen JASPAR PETERS verleent heeft zij AELCKEN voorschreven gecedeert, ende getransporteert, opgedragen ende overgegeven aen hare twee wettige kijnderen voornoempt, haer achtergelaten bij wijlen JASPAR voorschreven, eene jaerlijckxe ende erfflijcke renthe van drie gulden thien stuijvers jaerlijckx in stede ende tot voldoeninge hunder legitime portie, henlieden bij testamente gedisponeert, ende dat vuijt huijs ende hoff met een stuck lants ende erffnis daer aen gelegen in de Parochie van BAKEL in de Heerlicheijt MILHEZE ter steden genaempt DE CLOETSCHE STRATE, met de eene sijde neven erve ANDRIES LAUREIJNSSEN, de andere sijde neven erve JAN THIJSSEN ende DRIES HOEBEN, het eene eijnde op erffnis PETER GOORT GERAERTS, het andere eijnde streckende op DE CLOETSE STRATE voorschreven, als sij seijden. Ende heeft AELCKEN naegelaten Weduwe voor Schepenen op de voorseijde erffrente helmelinge vertijdenisse gedaen ten behoeve van haer twee wettige kijnderen ende ten profijte van den selven. Gelovende zij transportante dat voorschreven cederen, transporteren, opdragen ende overgeven te houden voor eeuwelijck, vast goet ende gestadich van weirden, los ende vrij, ende het selve altijt goet ende weldogende te maecken voor de jaerlijckxe renthe ende betalinge vande selven, ende zal de voorseijde renthe ten allen jaren vervallen den 7 7br < = 7 September >, zal daer van den iersten pacht vervallen den toecomenden jaere 1659 – den 7 7br. Item dese renthe staet te lossen met de seventich gulden, ten allen mits gehouden te sijn de opsegginge daer van te doen drie maenden voor de expiratie van het jaer welcke voorschreven tseventich guldens, is der voorseijder twee kijnderen legitime portie, haer lieden bij testamentelijck dispositie gedisponeert voorschreven de voorseijde renthe goet ende weldogende te maken ende te houden, insgelijck oock voor de jaerlijckxe betalinge der selver renthe als voorschreven staet, op verbant van hare persoon ende goederen, habenda et acquirenda, ut in meliori forma. Ende heeft zij AELCKEN transportante, ten dien eijnde ende ten behoeve ende profijte van hare twee wettighe kijnderen voornoempt ende tot voldoeninge van haren, ende sijnen testamente meergenoempt ende van allen het gene voorschreven staet. Gerenuncieert van alle exceptien van rechten, die haer enichsints hier tegens te staden souden mogen comen, ende bij sonder van het beneficie van sennatus consulti velleiani auctentire, si qua mulier. etc. ende hoe wel de rechten dicteren dat generale renunciatie van geender weirden en is ten sij dat speciale voorghae. Ende is sij AELCKEN transportante van mij Secretaris van het voorseijde beneficie wel geinformeert ende ghecertioreert < = ingelicht over het geldende recht > geweest, ende vanden effecte vanden selven. Alles sonder argelist. Testes Schepenen PETER AERT STERCKEN ende JAN REIJNDERS, hac die den 7 September Anno 1658.PETER AERT STERCKEN.JAN REIJNDERS.HENRICK PETERS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 12-11-1658.
PAUWELS Soone JAN REIJNDERS, heeft beschut, ende vernaerdert wel wettelijcken alle alsulcken, jonghe eijcken, ofte heester boomen, als BALTHAZAR Custer tot LOON wonende, inden Lande van CUIJCK gecocht van JAN REIJNDERS, staende alhier onder de Jurisdictie van BAKEL ter steden genoempt IN HET MASBROECK, seggende hij PAUWELS voorschreven, als wettigen Soone van JAN REIJNDERS, naerder van bloede te wesen, als den copere sijde alzoe heeft hij naerderman voorschreven, voor ons Schepenen gestaen, ende heeft de voorseijde naerderschappe gedaen met blinckende, ende clinckende penningen, woorden daer toe dienende, in alle manieren, in dien gewoonlijck zijnde ende de Solemniteijten, dien toebehoorende punctuelijcken volbragt, presenterende, hij naerderman voorschreven, den voorschreven, BALTHAZAR copere, van zijne belooften, verschoten ende verstrecte penningen, ter sake, van dien gedaen, te doen restitutie, ende te houden costeloos ende schadeloos, ende gehelijcken te indemneren, op verbant van hem sijnen persoon, ende goederen habenda et ac quirenda, ut meliori forma, sonder arglist. Coram Schabinis, LENART JANSSEN et PETER AERT STERCKEN, op huijden den 12 Novembris 1658.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 27-12-1658.
Compareerde voor ons ondergeschreven Schepenen AERT FRANS STERCKEN, Weduwman, van wijlen GOORTKEN geweest zijne wettige huijsvrouwe, geweest wettige dochtere, wijlen JAN GOORTS van HOVE, alias BANCKERT de selve GOORTKEN voorschreven, verweckt, bij wijlen IDA zijne geweesde wettige huijsvrouwe, met den voorseijden AERT FRANS STERCKEN gecompareert, PETER THONIS, ende MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, als wettige man ende momboir van MARIKEN zijnder wettiger huijsvrouwe, ende THONIS Soone JOOST ARIAENS VERAA wettige man ende momboire van IKEN zijne wettige huijsvrouwe, dochtere wijlen JOOST DIRCK JOOSTEN, verweckt bij JENNEKEN zijne geweesde wettige huijsvrouwe, dochtere van AERT FRANS STERCKEN ende wijlen GOORTKEN voorschreven te samen wettelijck verweckt, WILLEM HUBRECHTS wettich man ende momboire van BEELKEN zijne huijsvrouwe, oock wettige dochtere AERT FRANS STERCKE ende GOORTKEN voorschreven, ende alsoe in dier qualiteijt alle gerechte kijnderen ende erffgenamen van AERT FRANS STERCKEN ende wijlen GOORTKEN zijne huijsvrouwe voorschreven, FRANS oock wettigen Soone van AERT ende wijlen GOORTKEN voorschreven, MATHIJS WILLEMS vanden KERCKHOFF, THONIS JOOST ARIAENS, ende WILLEM HUBRECHTS, mannen ende momboiren van henne huijsvrouwen, hen samenderhandt gefortificeert < = versterkt >, ende sterck gemaeckt, voor FRANS Soone AERTS voorschreven, ende alsoe procederende tot de Eene vijffde gedeelte der goederen, ende erfflicheijt, op hunne wetige ouders voorschreven, verstorven, ende naergelaten, door doot ende aflivicheijt van wijlen JAN GOORTS van HOVEN alias BANCKERT ende wijlen IDA zijne wettige huijsvrouwe voorschreven, geweest grrootvader ende grootmoeder vande comparanten voorschreven.JOOST PETER CEELEN wettich man ende momboir van CATHARINA zijne huijsvrouwe, MARTEN REIJNDERS VERBERNE, wettich man ende momboir van ELISABETH zijne huijsvrouwe, MARCELIS GERAERTS, wettige man ende momboir van JENNEKE zijne huijsvrouwe, PETER HUBRECHTS man ende momboir van JENNEKEN zijne huijsvrouwe, THONIS JOOST PETERS van NEERVEN man ende momboir van HEIJLCKEN zijne huijsvrouwe, JOOST WILLEM HERMANS, wettige man ende momboire van MARIKEN zijne huijsvrouwe, ende JAN MARTEN JAN JOOSTEN wettige man ende momboir van IKEN zijne huijsvrouwe, zijn voor de voorschreven huijsvrouwen, alle wettige dochteren, kijnderen, van wijlen JOACHIM JANSSEN van HOVE, verweckt bij wijlen CHRISTINA, zijne geweesde wettige huijsvrouwe, dochtere geweest wijlen GHEEN van HEUSDEN, ende alsoe de voorschreven mannen ende momboiren procederende in dier qualiteijt, als gerechte erffgenamen, in de achtergelaten goederen en erffelijckheden wijlen JOACHIM wettigen Soone wijlen JAN GOORTS van HOVE, verweckt bij IDA zijne overleden huijsvrouwe geweest voorschreven, als oock in de goederen ende erffelijcheijdt op hunne voorschreven ouders vestorven, voor het tweede vijffde gedeelte, door doot ende afflivicheijt wijlen JAN GOORTS van HOVE alias BANCKERT, ende wijlen IDA voorschreven, huns Comparanten, Grootvader, ende Grootmoeder geweest, ende den voorschreven MARTEN REIJNDERS VERBERNE als voorstander vande kijnderen, van ELISABETH zijnder huijsvrouwe, die zij heeft verworven, bij wijlen PETER GIJSBRECHTS haren iersten wettigen man, den selven MARTEN voornoempt hem fort ende sterckmakende, voor de selve voornoemde kijnderen zijnder huijsvrouwen voorschreven.ANTHONIS ANTHONISSEN van HOVE ende JAN ANTHONIS van HOVE, wettige Soonen van wijlen ANTHONIS JANSSEN van HOVEN alias BANCKERTS, verwecht bij PEETGEN zijne overleden huijsvrouwe, dochtere wijlen WILLEM JEGERS van GEMERT, JAN JAN JANSSEN THEUWENS, man ende momboire van MARIKEN zijne wettige huijsvrouwe, THONIS JOOST CORSTEN wettige man ende momboir van IKEN zijne huijsvrouwe, wettige dochteren wijlen ANTHONIS JANSSEN van HOVE ende wijlen PEETGEN voorschreven te samen verweckt, ANTHONIS ANTHONISSEN van HOVE ende JAN JAN JANSSEN THEUWENS, geëde momboiren over LUIJTGEN wettige onmundiche dochtere, wijlen ANTHONIS JANSSEN van HOVE, ende PEETGEN voorschreven oock te samen verweckt, ende alsoo gerechte kijnderen ende erffgenamen, inde achtergelaten goederen, ende erffelijcheijt van ANTHONIS JANSSEN van HOVE, ende wijlen PEETGEN voorschreven, ende voorts procederende als gerechte erffgenamen, voor het derde vijffde gedeelte inde achtergelaten goederen, ende erffelijcheijt op hunne ouders, verstorven, door doot ende afflivicheijt van wijlen JAN GOORTS van HOVE alias BANCKERT ende wijlen IDA des voorschreven Comparanten Grootvader ende Grootmoeder geweest.JOOST Soone wijlen JAN JAN JOOSTEN alias CLEIJNEN BANCKERT verweckt bij wijlen CATHARINA zijne wettige huijsvrouwe geweest, wettige dochtere geweest van wijlen JAN GOORTS van HOVE, ende wijlen IDA voorschreven, AERT HENRICKX van AERLEN wettige man ende momboir van JENNEKEN zijne huijsvrou, JAN HENRICKX de BRUIJN, wettige man ende momboir van CATHARINA zijne huijsvrouwe, wettige dochtere van wijlen JAN JAN JOOSTEN voorschreven. GEERLINGH JAN GERAERTS vanden WASBERCH wettich man ende momboir van JENNEKEN zijne huijsvrouwe, oock wettige dochtere JAN JAN JOOSTEN voorschreven. JAN ANTHONIS CRUIJSSCHOT wettige man ende momboir van CATHARINA zijne huijsvrouwe, nagelaten Weduwe geweest van ANTHONIS wettigen Soone geweest van wijlen JAN JAN JOOSTEN, verweckt bij CATHARINA voorschreven, ende GEERLINGH JAN GERAERTS van de WASBERCH, als momboir over de nagelatene onmundige kijnderen wijlen ANTHONIS JANSSEN alias CLEIJNEN BANCKERT, verweckt bij CATHARINA nu tegenwoordige huijsvrouwe JAN ANTHONIS CRUIJSSCHOT voorschreven. PETER Soone ANDRIES WILLEM ZEELANTS van GEMERT wettige man ende momboire van JENNEKE zijne huijsvrouwe, wettige dochtere, HANRICK DIRCK WILLEMS van GEMERT, de selve JENNEKEN verweckt bij wijlen IKEN wettige dochtere geweest van wijlen JAN JAN JOOSTEN, alias CLEIJNEN BANCKERT, verweckt bij wijlen CATHARINA zijne huijsvrouwe, dochtere geweest wijlen JAN GOORTS van HOVE voorschreven, ende alsoe kijnderen ende gerechte erffgenamen, inde achtergelaten goederen, ende erffelijcheijt van henne overledene ouders voorschreven, ende oock voorts procederende, inde goederen ende erffelijcheijt op hunne oveledene ouders verstorven, voor het vierde vijffde gedeelte, door doot ende afflivicheijt van wijlen JAN GOORTS van HOVE alias BANCKERT, ende IDA zijne huijsvrouwe huns comparanteen Grootvader ende Grootmoeder.PETERKEN nagelaten Weduwe wijlen ANTHONIS GEERLINX nagelaten weduwenaer van JENNEKEN overleden, wettige dochtere geweest van wijlen JAN GOORTS van HOVE ende IDA voorschreven, ANTHONIS DIRCX ende ANTHONIS GEVERTS, goede momboiren over de drie onmondige kijnderen van wijlen ANTHONIS GEERLINCKX, verweckt bij PETERKE zijne naergelaten weduwe, nu tegenwoordige huijsvrouwe GOORT MARCELIS VERHAGE, ende wettige dochtere wijlen WILBORT GIJBEN, voorts comende dat selve voorschreven PETERKEN vuijt crachte van testamente, haer achtergelaten, ende verleent bij wijlen ANTHONIS GEERLINGHX haren geweesden wettigen overleden iersten man, ende ANTHONIS DIRKX ende ANTHONIS GEVERTS, goede momboiren onder, over de voorschreven kijnderen, procederende tot het vijfde gedeelte, inde goederen, ende erffelijcheijt die zijn achtergelaten wijlen ANTHONIS GEERLINCKX, door doot ende afflivicheijt wijlen JAN GOORTS van HOVE ende IDA zijne huijsvrouwe voorschreven, ende door ierst versterff, ende verval, op wijlen ANTHONIS GEERLINGHX ofte zijne kijnderen, verweckt bij wijlen JENNEKEN, zijne ierste huijsvrouwe, wettige dochtere geweest wijlen JAN GOORTS van HOVE ende IDA zijne huijsvrouwe voorschreven, door den voorschreven JAN GOORTS ofte IDA voornoempt souden verstorven zijn, ende alzoe indier qualiteijt mede ende gerechte erffgenamen, inde goederen, ende erffelijcheijt van JAN GOORTS van HOVE voorschreven. Ende alsoe alle de bovengegeschreven, comparanten, tot kennisse gecomen zijn, ende bevonden hebben de scheijdinge ende erffdeijlinge bij de tijden ende leven van henne voor gespecificeerde ende genomineerde ouders gedaen, vande achtergelaten goederen ende erffelicheijt, door doot ende afflivicheijt van wijlen JAN GOORTS van HOVE alias BANCKERT ende IDA zijne wettige huijsvrouwe voorschreven, ende de selve scheijdinge ende erffdeijlinge, bij een concept beschreven, door GODEFRIDUS BONGARS out Secretaris van den Dorpe van BAKEL, het selffde concept inhoudende de dato van den leste en de dertichsten Junij 1636 is het zelffde concept bij Schepenen niet beteeckent, off oock niet ten protocolle gestelt om nu alle voordere swaricheden, cavillatien < = beknibbelingen >, ende onheijlen die daer noch mochten comen te rijsen, oft vuijt te spruijten te voorcomen, ende te schouwen, tusschen den eenen ofte den anderen, soe hebben de voorschreven comparanten voor ons Schepenen gestaen, ende hebben het selffde concept van scheijdinge ende erffdeijlinge van crachte, ende weirden gehouden, et habita lectura, zijn daer bij gebleven, sonder daer inne een woort inne verandert te hebben, gelijck sij Comparanten voorschreven, oock ratificeren, ende approberen, als sij gesamenderhant geratificeert, ende geapprobeert hebben, het selffde concept voorschreven, ende sullen de scheijdinge, ende erffdeijlinge, daer inne beschreven ende begrepen staende, de voorschreven scheijdinge ende erffdeijlinge bekennende, de selve bij henne ouders voorschr. alzoe geschiet te sijn, te achtervolgen, ende te onderhouden, nu ende ten eeuwigen, sonder iet daertegens te doen te comen, op te laten doen, inden rechte, noch daer buijten ofte in enigerleij manieren, renuncierende, ten dien eijnde van alle exceptien van rechte, hier tegens contrariërende < = tegenwerkende > hoe wel de rechten dicteren, dat generale renunciatie van geender weirden en is, ten sij dat speciale voorgae op verbant van des respective comparanten personen ende goederen, hebbende ende vercrijgende, ende de voors. momboiren geloven op verbant, des onmundigens personen ende goederen habenda et ac quirenda, egeen van allen vuijtgescheijden sonder argelist, wijders vesoecken de comparanten gesamenderhant, dat dit voorschreven concept van henne ouders voorschreven, van scheijdinge ende erffdeijlinge, door HENRICK PETERS onsen tegenwoordighen Secretaris van onsen Dorpe van BAKEL, sal woorden ten prothocolle gestelt ende geschreven, naer inhout forme ende teneur als het selve inderdaat is gestelt, om, ende tot allen tijden, hunne comparanten, ende die het van node wesen sal te dienen, daer het behooren sal, mede de voors. comparanten, acte ofte behoorlijcke instrument geconsenteert daer vuijt te verleenen, een, twee ofte drie in behoorlijcke formen, oft zoo vele van node wesen sal.Coram Schabinis LENAERT JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN, op huijden den 27 dach Decembris 1658.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 27-12-1658. Copie.
Op huijden den lesten ende 30 Junij 1656 soe hebben JOACHIM JANSSEN van HOOFF, THONIS JANSSEN van HOOFF, AERT FRANS STERCKEN, als man ende momboir van GOORTKEN zijn huijsvrou, ende dochter JAN GOORTS van HOOFT, ANTHONIS GEERLINGHX man ende momboir van JENNEKEN zijn geweesde huijsvrouwe, oock dochtere des voorschreven JANS GOORTS van HOOFF, ende JAN JAN JOOSTEN, als man ende momboir van LIJN sijn huijsvrou, oock dochter vande voorschr. JAN GOORTS van HOOFF, alle gelijcke kijnderen ende erffgenamen van zaliger JAN GOORTS van HOOFF, ende IKEN sijn wettige huijsvrouwe. Ende hebben met malcanderen mindelijcken gescheijden, ende geerfdeijlt allen hennen erffgoederen gelegen inde Parochie van BAKEL, tot MILHEZE inden BANCKERT hun condividenten, bij versterf vande voorschr. JAN GOORTS van HOOFF ende sijn huijsvrou hunne ouders alsoe aengecomen.Inden iersten mits welcke scheijdinge ende erffdeijlinge is te loote ende te deel gevallen, JOACHIM JANSSEN van HOOFF de groote schuer, met den gront daer de schuer op staet totten palen toe. Noch een stuck ackerlants genoempt HET HEESKEN, groot ontrent twee Lopensaet veertich Roeyen ende zoe groot ende cleijn, alst aldaer gelegen is, met deen sijde beneffen ’t Convent van BIJNDEREN, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’een eijnde de erffgenamen HANRICK FRANSSEN ende d’ander eijnt, streckende op eene gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants, genoempt JONCKERS ACKER groot ontrent twee Lopensaet, d’een sijde THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijler, d’ander sijde de erffgenamen JAN JANSSEN VERHOEVEN, d’een eijnt LUIJT Weduwe van THIJS PETER ROBBEN ende d’ander eijnt streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants genoempt HET WOLFS CAMPKEN, met d’een sijde ’t Convent van BIJNDEREN, d’ander sijde WILLEM PETER GEENEN, d’een eijnt de erffgenamen HANRICK FRANSSEN, d’ander eijndt streckende op erffnis mijn Edele Vrouwe ende Weduwe van Jondker WALRAVEN van WIJTENHORST. Noch een stuck ackerlants genoempt DEN RAESCOP groot ontrent vier Lopensaet met d’een sijde ende eenen eijndt JAN JAN JOOSTEN, mede deijler, d’ander sijde den erffgenamen Joncker EVERT van LIJSSEL ende d’ander eijndt streckende op erffnis MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE. Noch een stuck ackerlants genoempt DE GROOTE MIL groot ontrent twee Lopensaet, beneffen erve JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’ander sijde beneffen erve den erffgenamen ARIAEN VERWIJNEN, d’een eijndt MARTEN JAN GEVERTS van DOIRN, d’ander eijndt, d’ander eijndt streckende op erffnis THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijler. Noch een stuck ackerlants genoempt DEN BERCH, groot ontrent anderhalff Lopensaet, d’een sijde LENART WILLEM DAMEN, d’ander sijde erve JOOST CORST JACOBS, die Cappelle van MILHEZE, ende THONIS van BAKEL, d’een eijndt THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijler, ende d’ander eijndt streckende op erfnis JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS. Noch een stuck ackerlants genoempt DE HAGE groot ontrent een Lopensaet, met d’een sijde Joncker EVERT van LIJSSEL, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’een eijndt eenen gemeijnen wech, ende d’ander eijndt streckende op erffnis des Heijligen Geest van BAKEL. Noch een stuck ackerlants, genoempt DE HOEFF, groot ontrent twee Lopensaet, met d’een sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijler erve, d’ander sijde ’t Convent van BIJNDEREN, d’een eijndt streckende op eenen gemeijne strate, ende d’ander eijndt op hunne samendeijleren wech. Noch een stuck ackerlants, genoempt DE KIEVITSBRAKE groot ontrent twee Lopensaet, met d’een sijde beneffen erve THONIS GEERLINCKX mede deijler, d’ander sijde AERT FRANSSEN mede deijler, d’een eijndt op erve MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE, ende d’ander eijndt streckende op henne gelijcke samendeijleren steeghe. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN MUGGHENHEUVEL groot ontrent drie Coppen met d’een sijde erffnis JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’ader sijde THONIS GEERLINGHX mede deijler, d’een eijnt op erffnis WILLEM PETER GEENEN, d’ander eijnt streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een Eusselvelt soe groot ende cleijn, als het daer gelegen is, mett d’een eijndt op erffnis ’t Convent van BIJNDEREN, ofte gemeijnen Loop, d’ander eijndt der erffgenamen CEEL HOBERCHS, d’een sijde erffnis CEEL AERTS VERLUCKT, d’ander sijde THONIS BANCKERS mededeijlers erve. Noch een coolveltken soe groot ende cleijn als het daer is gelegen, d’een sijde THONIS GEERLINCKX, d’ander sijde THONIS JANSSEN mededeijlers erve, met d’een eijndt op erffnis, BERTHENT JANS van den BOER, d’ander eijndt streckende op erffnis JOACHIM JANSSEN van HOOFF mededeijler selffs. Noch DEN BEETHOFF soo groot ende cleijn als hij daer is gelegen, met d’eene sijde ende eene eijnde erffnis JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN mededeijler, d’ander eijndt streckende op erffnis THONIS JANSSEN van HOOFF mededeijler. Noch eenen stuck erffnis zijnde eenen dries, soo groot ende cleijn die daer is gelegen, d’een sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’ander sijde erffnis THONIS GEERLINGHX mede deijler, d’een eijndt streckende op henne ghelijcke samendeijleren strate, d’ander eijnt, op erffnis AERT FRANSSEN ende THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijleren. Noch een deel ofte stuck heijtvelts, soe groot ende cleijn als het daer is gelegen, d’een sijde erve THONIS GEERLINX, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN mededeijleren, d’een eijndt opte gemeijnte van BAKEL tot MILHEZE, ende d’ander eijndt op erve AERT FRANSSEN mededeijler. Noch een deel ende stuck heijtvelts genaempt HET BUECKVEN, met d’een sijde THONIS GEERLINCX mede deijler, d’ander seijde THONIS JANSSEN van HOOFF mededeijler, d’een eijndt op hunne samendeijleren gelijcke steege, d’ander eijndt streckende op erffnis MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE. Item JOACHIM JANSSEN van HOOFF voorschreveen, ende mede deijler sal hier vuijt dese zijne toebedeijlde portie ende erffnis staende te vergelden, ende gehouden zijn te betalen jaerlijckx aen Heer PAUWELS Rectoor der Cappellen van MILHEZE, een malder roggen, soo dat te betalen staet. Noch eenen Priester tot BEECK jaerlijcx thien stuijvers.Mits welcke scheijdinge ende erffdeijlinge te loote ende ten deele is vevallen ANTHONIS JANSSEN van HOOFF, het nieuwe huijs, naast DEN PEEL, met de plaatsche daer het huijs op staet met zijn aendeel van het heijtvelt, dien aengelegen, met den eenen sijden, ende eenen eijnde, JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’ander sijde THONIS JANSSEN van HOOFF selfs erve, ende THONIS GEERLINX, ende JOACHIM JANSSEN van HOOFF mede deijlers ende d’ander eijndt streckende op erffnis AER FRANSSEN mede deijler. Noch den hoff, soe groot ende cleijn, als die daer is ghelegen, d’een sijde JOACHIM BANCKERS, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN, mededeijleren erve d’een eijndt JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS, d’ander eijndt JAN JAN JOOSTEN mede deijler. Noch een coolveltken soo groot ende cleijn als het daer is gelegen, met d’eene sijde JOACHIM mede deijlers erve, d’ander sijde erve AERT FRANSSEN ende THONIS GEERLINCX mede deijlers, d’een eijnt BERTHENT JANSSEN van de BOER, d’ander eijndt JOACHIM voors. Noch een stuck ackerlants genaempt, HENSKEN den SNIJER ACKER groot ontrent een Lopensaet met d’een Jonckheer EVERT BOSHUIJSEN, d’ander sijde MERIKEN Weduwe AERT ANSSEMS, d’een eindt DE CAPELLE van MILHEZE erve, d’ander eijndt streckende op erffnis Joncheer JOHAN PELS Heere van MILHEZE. Noch een stuck ackerlants genoempt DE VENEIJCK groot ontrent twee Lopensaet, d’eene sijde JOACHIM mede deijler, d’ander sijde beneffen erffnis THONIS GEERLINCX, ende die Capelle van MILHEZE, met meer andere, d’een eijndt BERTHENT JANSSEN van de BOER, d’ander eijndt op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants genaempt BERNAERTS ACKER groot ontrent derde halff Lopensaet, met de eene sijde de Weduwe DRIES de NEEFF, d’ander sijde, ende d’eene eijndt erffnis JAN JAN JOOSTEN mede deijler, ende d’ander eijndt JOOST CORST JACOBS. Noch een stuck ackerlants genaempt LUIJTEN DRIES groot ontrent twee Lopensaet twintich Roeijen, de eene sijde AERT FRANSSEN mede deijler erven, d’ander sijde MARI Weduwe DRIES de NEEFF ende FRANCISCA Weduwe BERKERS erve, ende beijde de eijnden op erffnis ’t Convent van BIJNDEREN. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN TULDER < of CULDER > groot ontrent twee Lopansaet negenthien Roeijen met de ene sijde erve JOOST ARAIAENS, d’ander sijde erve RHONIS GEERLINCX mede deijler, d’een eijndt PETER HENRICX den SCHEPER, d’ander eijnde eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants genaempt DE HOEFF, groot ontrent twee Lopensaet, met de eene sijde THONIS GEERLINCX, ende de andere sijde erve JAN JAN JOOSTEN mede deijlers, d’een eijnde op eenen gemeijnen wech, dat andere eijnde op hun samen deijleren gelijcken wech. Noch en stuck ackerlant genaempt DE MIL, groot ontrent een Lopensaet, ende negen ende dertich Roeden, met de eene sijde BERTRUM JANSSEN van den BOER, de andere sijde ende een eijnde FRANCISCA Weduwe BERKERS, dat andere eijndt ’t Convent van BIJNDEREN. Noch een stuck ackerlants genaempt DE CLEIJN MIL, met het aendeel van het driesken, soo groot ende cleijn, het daer gelegen is, met de ene sijde neffen eenen gemeijnen wech, de andere sijde erve ARIAEN VERWIJNEN erffgenamen, ende JAN JAN JOOSTEN mede deijlere, d’eene eijnt AERT FRANSSEN erve, d’ander eijndt erven MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE. Noch een stuc ackerlants genaempt DE CLEIJN LOO, groot ontrent een Lopensaet drie en twintich Roeden, met de eene sijde erve AERT FRANSSEN mede deijler, d’ander sijde FRANCISCA Weduwe JANS de BERCKER, het eene eindt ’t Convent van BIJNDEREN d’ander eijndt JENNEKEN Weduwe WILBORT MATHIJSSEN. Noch een stuck ackerlants genaempt DE KIEVITS BRAKE met sijn toebehoorte ende aendeel van de driesen, groot samen, ontrent drie Lopensaet, met de eene sijde erve THONIS GEERLINCX, d’andere sijde erve AERT FRANSSEN mede deijlers voors., d’een eijndt op hen samen deijleren steege, d’ander eijndt op erffnis JAN WILBORT MATHIJSSEN. Noch een deel, ende een stuck heijtvelts genaempt HET BUECKVEN, de eene sijde MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE ende DEN CAPPELACKER, d’andere sijde, hun samendeijleren stege, d’een eijndt MARI Weduwe DRIES de NEEFF, ende Heijligen Geest van BAKEL, d’ander eijndt op erffnis JOACHIMS mede deijler. Noch een Eusselvelt soo groot ende cleijn als het daer is gelegen, het eene eijnde, op eenen waterloopken genaempt DE AA, d’ander eijnde op erve AERT FRANSSEN mededeijler, de eene sijde erve JAN JAN JOOSTEN, de andere sijde erve THONIS van BAKEL. Noch een Eusselvelt, soo groot ende cleijn ’t selve daer is gelegen, met de eene sijde neffen erve des Convents van BIJNDEREN, de andere sijde, met den eene eijnde erffnis THONIS van BAKEL, het andere eijnde streckende op erffnis THONIS JANSSEN van HOOFF voorschreven.Item THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijler, is op dese erffnis, te loote ende te deel gevallen, dat hij daer vuijt sal schuldich sijn te vergelden ende te betalen jaerlijckx aen het Convent van BIJNDEREN, acht vaten roggen, so men die betalen can. Noch aen de Kerckhuijze van HELMONT, een vat roggen reducibel.Mits welcke scheijdinge ende erffdeijlinge te loote ende ten deel is gevallen, AERT FRANSSEN STERCKEN, de schaeps koeije, metten gront daer die op staet, met noch de schuere, sonder dien gront, ende die schuere te mogen verdrijven, op THONIS GEERLLINXC erff, ende daer op mogen timmeren, bij sijns AERT FRANSSEN koeije aen. Noch het aendeel vanden heijtvelt bij de voorschreven schaeps koeije aen gelegen, met de eene sijde huns samendeijlern wech, d’andere sijde neffen erve JAN JAN JOOSTEN, THONIS GEERLINCX, ende JOACHIM JANSSEN van HOOFF mede deijleren, de eene eijndt Joncker EVERT van LIJSSEL erve. Noch eenen acker bij het huijs, groot ontrent vier lopensaet, met deen sijde, ende eenen eijnde, THONIS GEERLINCX ende d’andere sijde, huns gelijcke mede deijleren strate ofte wech, d’eene eijndt streckende op AERTS voorschr. selffs erfnis. Noch sijn aendeel van den hoff, metten coolvelt soe groot, ende cleijn, het daer gelegen is, met de eene sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijlers erve, d’ander sijde erffnis THONIS GEERLINCX, het eene eijnt AERTS voorschr. selfs erve, d’ander eijndt streckende op erve THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijlere. Noch een stuck ackerlants genaempt DE CLEIJN LOO, groot ontrent een Lopensaet drie en twintich Roeden, de eene sijde beneffen erffnis THONIS JANS van HOOFF mede deijler, d’ander sijde, ende eenen eijnde het Convent van BIJNDEREN, het andere eijnde JENNEKEN Weduwe WILBORT MATTHIJSSEN. Noch een stuck ackerlants genoempt CORSTIAENS ACKER, groot ontrent derde halff Lopensaet, met d’eene sijde den Heiligen Geest van BAKEL, d’ander sijde JOOST CORST JACOBS, JAN JAN JOOSTEN, ende JOACHIM JANSSEN voorschr., d’eene eijnt MARI Weduwe DRIES de NEEFF, d’ander eijnt op erffnis THONIS GEERLINCX mede deijler. Noch een stuck ackerlants genoempt MOEDERS ACKER, groot ontrent ander halff Lopensaet met de eene sijde, erve den erffgenamen HANRICK FRANSSEN, d’andere de erffgenamen DIRCK JACOBS, d’een eijnt op erffnis THONIS GEERLINCX mede deijler, het ander eijnt, op erve ’t Convent van BIJNDEREN. Noch een stuck ackerlants genaempt LUIJTEN ACKER groot ontrent twee Lopensaet, negen Roeden, met d’een sijde, ende een eijnt erve ’t Convent van BIJNDEREN, d’ander sijde THONIS JANSSEN van HOOFF mede deijler, het eene eijnt, AERT FRANSSEN selffs erffnis, ende LAUREIJNS DENIS erve. Noch een stuck ackerlants, genaempt HET CAMPKEN, met d’een sijde den erffgenamen HENRICK FRANSSEN, d’ander sijde DIRCK VRIENTEN, d’een eijnt JAN JAN THEUWENS, d’ander eijndt, op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN CLEIJNEN MULSTART, soe groot ende cleijn hij daer is gelegen, met de eene sijde ’t Convent van BIJNDEREN, de andere JOOST CRAKELAERS, het eene eijnde FRANCISCA Weduwe JANS de BERCKER ende het andere eijnt op AERT FRANSSEN selffs erve. Noch DEN BUECK ACKER, soo groot ende cleijn hij daer is gelegen met d’een sijde THONIS JANS van HOOFF mede deijler, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN mededeijler erve, het eene eijnde op hunne samen deijlere stege, het andere eijnde op erffnis JAN WILBORT THIJSSEN, ende MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE. Noch eene stuck ackerlants genaempt DE KIEVITS BRAKE, groot ontrent twee Lopensaet, met de eene sijde JOACHIM JANSSEN van HOOFF mede deijler, de andere sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijlers erve, het eene eijnde MARTEN JAN GEVERTS van DOIRNE, het andere eijnde, op hunne samen deijleren gelijcke erffnis. Noch eene Eusselvelt, soe groot ende cleijn, als het daer is gelegen, met d’eene sijde THONIS BANCKERS mede deijler, d’ander sijde ’t Convent van BIJNDEREN, ende THONIS van BAKEL, d’een eijnt ’t Convent van BIJNDEREN voorschr. ende d’ander eijnde DIRCK VRIENTEN. Noch een stuck errnis wesende eenen dries, soo groot ende cleijn, hij daer gelegen is, met d’een sijde THONIS BANCKERS mede deijler, d’ander sijde JAN JAN JOOSTEN, AERT FRANSSEN selffs, ende THONIS GEERLINCX mede deijleren, d’een eijndt de erffgenamen ARIAEN VERWIJNEN, ende d’ander eijnden op hunne samen deijleren gelijcken wech.Item is AERT FRANSSEN STERCKEN te loote ende ten deel gevallen, dat hij vuijt de voorschreven erffenisse sal hebben te vergelden ende te betalen jaerlijckx, aende Custerije tot HELMONT twee vaten roggen reducibel. Noch aen den Heiligen Geest tot GEMERT ses vaten roggen reducibel, ‘twelck betaelt woort jaerlijckx met dertich stuijvers. Noch aanden Heijligen Geest tot BAKEL ses vaten roggen reducibel.Midts welcke scheijdinge, ende erffdeijlinge te loot ende te deele is gevallen JAN JAN JOOSTEN, inden iersten, het nieuwe huijsken, metten gront, totten palen toe, metten dries, ende hoff dien aengelegen, met d’een sijde JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS, ende AERT FRANSSEN mede deijler, ende THONIS BANCKERS, d’eene eijndt oock AERT FRANSSEN voorschr. ende d’ander eijnde JOACHIM JANSSEN oock voorschreven. Noch een stuck ackerlants genaempt HET HEESKEN, groot ontrent twee Lopensaet ende veertch Roeden, met d’een sijde FRENS BERCKERS, d’ander sijde JOACHIM JANSSEN mede deijler voorschr., d’een eijndt op erffnis der erffgenamen HANRICK FRANSSEN, d’ander eijnde streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants, genaempt DEN HAVERSTREEP, groot ontrent 44 Roeden, 15 Voet, d’een sijde ende d’een eijnde d’erffgenamen wijlen HANRICK FRANSSEN voorschreven, d’ander sijde AERT HOEB THONIS ende d’ander eijndt op erffnis ’t Convent van BIJNDEREN. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN BIESDRIES groot ontrent een Lopensaet twee Roeijen veerthien Voet d’een sijde JAN JAN THEUWENS, d’ander sijde d’erffgenamen wijlen DIRCK JACOBS, d’een eijndt FRANS BECKERS erve, ende d’ander eijnde opTHONIS GEERLINCKX, mede deijler erffnisse. Noch een stuck ackerlants genoempt DEN HALVEN HOOFFSCHEN ACKER, groot ontrent vier Lopensaet vijffthien Roeden, met d’een sijde THONIS van BAKEL erve, d’ander sijde JOACHIM JANSSEN mede deijler voorschr. d’een eijndt MARTEN JAN GEVERTS ende d’ander eijnde THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler. Noch een stuck ackerlants genaempt DE HALVE GROOTE MILLE, groot ontrent 2 Lopensaet 18 Roeden 17 Voet met beijde de seijden JOACHIM JANSSEN van HOOFF, mede deijler voorschreven, d’een eijndt MARTEN GEVERTS, d’ander eijnde streckende op erffnis JOACHIM JANSSEN ende JAN JAN JOOSTEN, ende THONIS JANSSEN van HOVE mededeijleren voorschreven. Noch een stuck ackerlants genaempt DE CLEIJNE MILLE, groot ontrent een Lopensaet veertich Roeden, met d’eene seijde FRENS BERCKERS, d’ander sijde ende het eene eijnde erffnis der Erffgenamen wijlen HANRICK FRANSSEN, d’ander eijnde op erffnis THONIS GEERLINKX mede deijler voorschr.. Noch een stuck ackerlants genaempt DE HALVE HAGE, groot ontrent een Lopesaet vier Roeden, d’een seijde JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS, d’ander seijde JOACHIM JANSSEN van HOVE voorschreven, d’een eijndt LENAERT WILLEMS van HOUT, ende d’ander eijndt streckende op erffnis den Heijligen Geest van BAKEL. Noch een stuck ackerlants genoempt DE HOEFF, groot ontrent twee Lopensaet met d’een seijde THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler voorschreven, d’ander seijde JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler voorschreven d’een eijndt THONIS GEERLINCKX mede deijler oock voorschreven, d’ander eijndt streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck erffnis genoempt DEN HOOGEN DRIES, groot ontrent twee Lopensaet, d’een seijde op MARTEN JAN GEVERTS EUSEL, d’andere seijde op erffnis AERT FRANS STERCKEN mede deijler, d’een eijndt erffnis MARTEN JAN GEVERTS voorschreven, d’ander eijnde streckende op hunne samen deijleren gelijcke steege. Noch een Eusslvelt ghenaempt WOLFERS Eussel, gelegen met de eene seijde MARTEN JAN GEVERTS voorschreven, de andere seijden THONIS GEERLINCX mede deijler voorschreven, d’een eijnde hunne samen deijleren gelijcke stege, ende d’andere eijndt streckende op eenen gemeijnen waterlaet. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN MUGHHEUVEL, d’eene seijde BERTRUM JANSSEN van den BOER, d’andere seijde JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler voorschr., d’een eijndt op erffnis WILLEM PETER SCHEPERS, d’ander eijnde streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck heijtvelts genaempt HET BUECKVEN met de eene seijde ende eenen eijnde MARTEN JAN GEVERTS voorschreven erffnis de andere seijde hunne samen deijleren gelijcke steegen, ende d’ander eijndt streckende op erffnis AERT FRANSSEN mede deijler voorschreven. Noch een coolveltken, soo groot ende cleijn als het daer is gelegen, met de eene seijde BERTRUM JANSSEN van den BOER, d’ander seijde AERT FRANSSEN mede deijler erffnis, d’een eijndt THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler erve, d’ander eijnde streckende op erffnis THONIS THONIS GEERLINCX voorschr.. Noch een stuck ofte een deel heijtvelts inden HEIJTCAMP, met de eene seijde THONIS BANCKERTS alias Van HOVE mede deijlers erffnis voorschr. aen’t eene eijnde op de gemeijnte van BAKEL, d’ander eijnde streckende op erffnis, AERT FRANSSEN, mede deijler voorschreven.Item is JAN JAN JOOSTEN mede deijler voorschreven, te loote, ende deel gevallen dat hij dese sijne voorschreven erffnisse sal hebben te vergelden, ende te betalen jaerlijcx aen Heer CORNELIS tot OORNEN, bediener van Sinte ANNEN Altaer, negen vaten roggen soe die te betalen staen.Midts welcke scheijdinge ende erfdeijlinge te loote ende te deele is gevallen ANTHONIS GEERLINCX het oude woonhuijs met den gront daer ’t selve op staet met noch een cleijn schaeps koeijken voor het voors. huijs gelegen, metten gront soo het selve is affgepaelt. Noch een stuck ackerlants, genaempt DE LEEGE VENEIJCK, met DE LANGE VENEIJCK, groot ontrent drie Loopensaet, thien Roeden met de eene seijde erffenis FRANS BERCKERS de andere seijde beneffens hunne samen deijleren grave, d’een eijndt erffenis der erffgenamen den Wel Edelen Joncker wijlen EVERAERT van LIESSEL ende ’t Convent van BIJNDEREN, d’ander eijnde THONIS BANCKERS alias van HOVE mede deijler voorschreven ende de Cappelle van MILHEZE erffnisse. Noch DEN EIJCKEN ACKER groot ontrent 2 Lopensaet 13 Roeden 14 Voeten, met d’eene seijde JOOST CORSTEN, d’ander seijde Weduwe DRIES de NEEFF, d’een eijnde MARTEN JAN GEVERTS, ende d’ander eijnde JOOST CORST JACOBS ende JAN JAN JOOSTEN en mede deijler erffenis. Noch een stuck ackerlants genaempt DE LEEGE HOEFF groot ontrent 3 Lopensaet 24 Roeden, met de eene seijde BERTRUM JANSSEN van den BOER, d’ander seijde ’t Convent van BIJNDEREN, d’een eijnt op henne samen deijleren wech, d’ander eijnde streckende op erffnis der erffgenamen wijlen ARIAEN VERWIJNEN. Noch een stuck erffnis genaempt CORSTIAEN MARTENS DRIES, soo groot ende cleijn als ’t selve daer is gelegen met de eene sijde JAN JAN JOOSTEN mede deijler, d’andere seijde ende eenen eijnde op hun gelijcken samendeijleren wech, het ander eijnde streckende op erffnis MARTEN JAN GEVERTS. Noch een stuck ackerlants, met een coolveltken te samen groot ontrent een Lopensaet, sesthien Roeden, met de eene sijde erffnis JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler voorschreven, de andere seijde hunne gelijcken samendeijleren wech, d’eene eijnt op erffnis BERTHENT JANSSEN van de BOER, d’andere eijnde streckende op THONIS GEERLINCX selffs erffnis, op sijnde huijsplaetsche aen. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN TULDER, groot ontrent 2 Lopensaet 2 Roeden, 15 Voet, de eene seijde THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler erffnisse, d’ander seijde op erffnisse der erffgenamen JAN JANSSEN VERHOEVEN, d’eene eijnde eenen gemeijnen wech, d’ander eijnde op erffnis PETER HENRICK den SCHEPER. Noch een stuck ackerlants, genaempt DE BERCHVLAESCH, groot ontrent een Lopensaet acht Roeden derthien Voet, de eene sijde erffnis LENART WILLEMS van HOUT, de andere sijde de Cappelle van MILHEZE, d’eene eijndt eenen gemeijnen wech, dander eijndt JOOST CORSTIAEN CRAKELAERS, ende op erffnis der erffgenamen van den Seer Wel Edelen Joncker, wijlen EVERARDT van LIJSSEL. Noch een stuck ackerlants genaempt DE HOEFF, groot ontrent twee Lopensaet met de eene seijde neffen erffnis THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler voorschr., dat eene op hunne gelijcken samen deijleren wech, het andere eijnde streckende van daer op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck ackerlants genaempt HET CLEIJN STEEN ACKERKEN, gelegen met de eene seijde neffen erffnis, Weduwe wijlen DRIES de NEEFF, de andere seijde GOORT GOOSSENS, het eene eijnde op eenen gemeijnen wech, het andere eijnde streckende op erffnis HANRICK LAUREIJNSSEN. Noch een stuck ackerlants genaempt DE KIEVITS BRAKE groot ontrent twee Lopensaet, met de eene seijde erffnis THONIS JANSSEN van HOVE mede deijler, de andere sijde JOACHIM JANSSEN van HOVE, mede deijler, het eene eijnde op hunne samen deijleren steegen, het andere eijnde op erffnis JAN WILBORT MATHIJSSEN van NEERVEN. Noch een stuck ackerlants genaempt DEN MUGHEUVEL, met de eene seijde beneffen erffnisse den Heijligen Geest van BAKEL, de andere seijde JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler, het eene op erffnis WILLEM PETER SCHEPERS, het andere eijnde streckende op eenen gemeijnen wech. Noch een deel of stuck heijtvelts in DEN HEIJTCAMP met de eene sijde beneffen erffnis der erffgenamen Joncker wijlen EVERARDT van LIJSSEL, de andere sijde JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler, het eene eijnde op de gemeijnt van BAKEL, het andere eijnde streckende op erffnisse AERT FRANSSEN mede deijler. Noch een heijtvelt in HET BUECKVEN, voor sijn deel met de eene seijde beneffen hun samen deijleren gelijcke steege, de andere seijde hun samen deijleren wech, ende beijde de eijnden op erffnis JOACHIM JANSSEN van HOVE mede deijler voorschreven. Noch een eusselvelt soo groot ende cleijn, het selve daer is gelegen, met de eene seijde JOACHIM JANSSEN van HOVE erffnisse, de andere sijde AERT FRANSSEN mede deijler voorschr., het eene eijnde op erffnis gehoorende aen het Convent van BIJNDEREN, het andere eijnde streckende op erffnis DIRCK VRIENTEN. Noch een heijtveltken, het CLEIJN EUSSELKEN aen gelegen met beijde de seijden beneffen erffnis THONIS van BAKEL, het eene eijnde op erffnis der erffgenamen, wijlen HANRICK FRANSSEN, ende het andere eijnde streckende op erffnis gehoorende aen het Convent van BIJNDEREN.Item is ANTHONIS GEERLINCX mede deijler voorschr. te loote ende te deel gevallen, vuijt dese sijne bovengeschreven te vergelden, ende te betalen jaerlijckx aenden Heijligen Geest tot HELMONT twee gulden vijff stuijvers. Noch aende Schutterije van Sinte Catharina, seven vaten roggen reducibel. Noch een vat roggen reducibel aen den Pastoor ofte Pastorije tot GEMERT eest als sij seijden. Emde is bij de voorschreven gelijcke samendeijleren verdragen, ende geaccordeert, dat den backoven, met een huijsken daer boven altijt, ende eeuwelijcken op erffnis ANTHONIS GEERLINCKX mede deijler voorschreven, daer hij nu tegenwoordich op staet onbecroont< = onverstoord > ende onverhindert daer op sal mogen blijven staen, om dat sij samen deijleren, ieder een, oock onbecroont, ende onverhindert daer in sullen mogen backen, soe wanneer iemant van hen het selve gelieven sal. ende die aen het huijsken ofte backoven voorschreven niet en wil repareren, sal inden selven niet mogen backen.Item is alnoch bij hen samen deijleren verdragen, altijt sullen mogen varen, over den wech, van het nieuwe huijsken aff recht toe op AERT FRANSSEN mede deijlers huijs, beneffen voor het oude huijs, door.Item is noch geconditioneert ende verdragen, dat sij samen deijleren voorschreven malcanderen sullen wegen te varen, ende te drijven waer ’t selve iemant van hun lieden, van doen sal hebben, soo verre iemant sijn selven niet gewegen en can, op sijn eijgen toegedeijlde erffnisse soe dat iegelijck van hun samen deijlere bequamelijcken, op sijn erffnis can gecomen daer sij ’t selve van doen sullen hebben, onbecroont van iemanden ofte van malcanderen.Item sullen sij samen deijleren oock malcanderen de pachten voorgespecificeert ende toegedeijlt oock gelijckelijcken bij helpen betalen totten jare 1635 toe incluijs ende voorts is toegedeijlt, ende ofte iemant van hen samendeijleren, eenige renten obligatien, ofte andere schulden, aen iemanden vuijtstaende waren toegedeijlt, ende vande selve niet en conté betaelt gewoorden, ende daeromme moste rechten, sullen sij samendeijleren malcanderen gelijckelijck, daer toe helpen, ieder zijn gelt daer toe geven, omme van de selve voorschr. schulde betaelt te woorden, ’t sij metter minnen ofte met recht, soo wel buijten als binnen onsen Dorpe van BAKEL.Item alnoch in slot van dese erffdeijlinge, is bij de gelijcke condividenten ondersproken, ende geconditioneert, dat sij iedereen van hun selven, alsoo dese voorschreven pachten malcanderen, hier voor toegedeelt jaerlijckx sullen hebben te betalen, soe voorschr. staet, dat den eenen van des anders wegen des aengaende, hare goederen voorgespecificeert daer van vrij, ende onbeschadicgt, sullen ende blijven, nu ende ten eeuwigen dage.Ten lesten is alnoch ondersproken, oft gebeurden dat hier inne, eenige oude pachten ofte calaengien bevonden woorden, daer met recht vuijt te gaen, daer men nu ter tijt, niet aff en weet sullen sij samen deijleren voorschreven, malcanderen helpen dragen. Voorts gelovende sij samen deijleren voorschreven, respective dese henne voorschreven scheijdinge, ende erffdeijlinge, te houden, altijt voor goet vast, stedich, ende van werden, sonder de selve wederom in te mogen werpen, op verbant van henne samen deijleren voorschreven respective persoonen, ende goederen nu ter tijt hebbende ofte noch maels vercrijgende, egeen van allen vuytgescheijden sonder alle argelist.Aldus gedaen voor Schepenen in BAKEL, LENART JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.Actum ten dage jare maent als boven.In margine staetANTHONIS GEERLINCKX behout sijn vijffde paert van den WOLFFS CAMPKEN.Dat dese copie accordeert met het concept, daer voorders van is gesproken, ende beschreven van dato den 27 Decembris 1658.Attesteer ick ondergeschreven SecretarisHENRICK PETERSS, Secretaris.
Inv.nr. AB.016 231. d.d. 30-06-1636.
Copie. Dat voor ons gecomen is JOACHIM JANSSEN van HOVE ende ANTHONIS JANSSEN van HOVE hebben gesamenderhant, vercocht, opgedragen ende overgegeven, ieder zijn aenpart ende contingent van eenen grooten halven Buender hoijlants, hun van wijlen JANS GOORTS van HOVE haren vader aenbestorven, gelegen inden CLEIJNEN WERDT tot HELMONT, rijdende tegen sijne wederpartije, ende dat aen JAN JAN JOOSTEN hennen Swagere met de eene seijde beneffen de gemeijne OUDE AA, de andere seijde beneffen erffnis, der erffgenamen wijlen JAN VLOEIJMANS tot DOIRNEN, d’eene eijnde op erffnis LUIJTGEN Weduwe wijlen JAN RAESSEN tot HELMONT het andere eijnde streckende op erffnis ANTHONIS JANSSEN van HOVE mede vercopere GROOTEN GOORKENS BEEMPT als sij seijden. Ende hebben sij respective vercoperen ieder een op sijn voorschreven aenpaert ende contingent van ‘tselve hoijlant helmelinge vertegen, tot behoeff hunnen copere voorschreven. Gelovende sij respective vercoperen als schuldenaren principael, op hunne respective personen ende goederen hebbende ende vercrijgende egeen van allen vuijtgescheijden, dat voorschreven vercope, opdragen ende overgeven metten vertijden van dien eeuwelijcken voor goet vast stedich te houden van weirden, ende ’t selve los ende vrij uijtgenomen, den gront chijns, aenden Seer Wel Edelen Heere van HELMONT, jaerlijckxs daer met recht vuijtgaende bij den coopere te betalen sonder argelist voor Schepenen in BAKEL, LENART JANSSEN, ende MARTEN JAN JOOSTEN.Actum den 30 Junij, 1636.Accordat cum originali.Quod AttestorHENDRIK PETERS, Secretaris. (Zie ook het vorige document.)