Taken van de Gilden vroeger en nu
Terug naar: Sint Willibrordusgilde 700 Jaar
Alvorens verder te gaan met dit hoofdstuk, wil ik nog even terugkomen op artikel 8 van het vorige hoofdstuk. Zoals u zich misschien nog kunt herinneren, stond daar 'n woord in waarvan ik, en velen met mij - inclusief gildeleden - toen nog niet de betekenis kenden.
Mijn oproep heeft echter succes gehad. Bij de ontmoeting met één van de nieuwe inwoners van Bakel werd mij door hem de betekenis van het woord "peen" uitgelegd: dit komt van het ons allen bekende woord "penitentie": de zogenaamde boete die je kreeg opgelegd als je wat had opgebiecht in de biechtstoel. Vaak waren dit drie weesgegroetjes of zoiets, zeker zolang je nog kind was.
In artikel 8 staat dus dat dekens mogen uitpanden voor een boete van 6 gulden. Nu dit hiaat in onze kennis is opgevuld, gaan we verder met dit hoofdstuk.

geleiden de nieuwe priester naar of van de kerk. Deze foto werd genomen bij de eerst H. Mis van Noud van den Eikhof,
maart 1948. Van het Gilde ziet u hier: Hannes Royackers, Marinus Smits, Marinus de Haan, Nard Jacobs,
Toon Sleegers, Jan Martens en Tinus Verbaarschot.
De functie of taak van het Gilde is veel eenvoudiger aan te geven dan de betekenis ervan. Duidelijk is voor iedereen te constateren dat er zich aangelegenheden voordoen in onze gemeenschap die typisch tot de taak van 't Gilde behoren. De aanwezigheid van de Schut zet immers luister bij aan allerlei kerkelijke en wereldlijke gebeurtenissen, alleen al omdat het

in 1967. Vóór de deur van het oude, niet meer
bestaande gemeentehuis.
Gilde ontstond en bestaat voor verdediging van de belangen van wereldlijke en geestelijke overheden. Dus voor Kerk en Staat. Zo zal er in een plaats met 'n gilde geen priesterfeest zijn of het Gilde is er bij ter opluistering. Zo zal het Gilde er ook bij zijn als er een nieuwe pastoor (vroeger ook kapelaan) wordt aangesteld. Dan halen de gildebroeders in vol ornaat hem in bij zijn aantreden. Dat doen ze ook als er een nieuwe burgemeester in onze gemeente wordt benoemd, die zijn eerste officiële schreden op Bakelse bodem zet.
Ze brengen serenades bij inwoners die een koninklijke of kerkelijke onderscheiding hebben gekregen, en nog wel op dezelfde dag. Ze openen met 'n rondgang de jaarlijkse kermis; ze maken 'n rondgang op Koninginnedag. Ze zetten luister bij aan herdenkingen, openingen, enz. enz., en alles voor en in de gemeenschap.
Eigenlijk heeft het Gilde zoveel taken dat ze niet allemaal genoemd kunnen worden. Eén speciale taak mag echter niet onvermeld blijven. Sterft een gildelid in onze gemeente, dan wordt hij met gilde-eer begraven. Alle gildebroeders hebben dan de plicht om hem in stoet en met de omfloerste trom naar de kerkdienst en zijn laatste rustplaats te dragen en te begeleiden. Hierdoor betuigen ze hem de laatste eer. Alle gildeleden die door mij zijn gevraagd wat zij van die plicht denken, zijn van mening dat het één van de belangrijkste - zo niet dé belangrijkste - taak is van het gilde en dat ze zich daar nooit aan zullen onttrekken.
En er is nog een taak die we niet mogen vergeten. Hun aanwezigheid op gildedagen in andere plaatsen geeft aan onze eigen woonplaats meer bekendheid. Belangrijk genoeg, dunkt me, om daarmee te proberen de waardering voor onze dorpen bij anderen te verhogen.
Bovendien is er voor onze Schut nog een heel specifieke taak. Ze dienen mee te helpen aan 't voortbestaan van het Gilde zelf. Waarmee de leden van het Gilde invulling geven aan de instandhouding van 'n traditie, waarvan velen onder ons - zoniet allemaal - de waarde beseffen. Laten we daarom ons vertrouwen schenken aan het Gilde om die specifieke taak ten behoeve van ons allemaal uit te voeren.
Tot in lengte van dagen zullen zij ons blijven herinneren aan alles wat onze gemeente en haar inwoners in de loop der tijden heeft beleefd en meegemaakt. En daarvoor mogen wij hen dankbaar zijn. We kunnen dit o.a. doen door met hen en ter ere van hen het komende 700-jarig jubileumfeest groots en enthousiast mee te vieren.