Dingbank van Bakel 1808

“De Kroniek van Driek”

Transcriptie door Driek Smits te Venray.

Gemeente Gemert-Bakel.
Inv. nr AB. 016.

BAKEL en MILHEEZE.
Schepenbank Oud Archief.
Inv. nr. S 28.

1808.

Folio 130 verso. d.d. 22-01-1808.

Gezien bij Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEEZE den Requeste aan hun gepresenteerd voor en van weegens DOROTHEA de VETH, Weduwe van wijlen HENDRIK RAAIJMAAKER bevoorens Weduwnaar van wijlen woonende alhier, daar bij te kennen geevende,
Dat wijlen haaren man bij wijlen voornt. zijne Eerste Huijsvrouwe in Egtte had verwekt vijf kinderen.
Dat door het overlijden van voorgem. op wijlen gemelde haaren man ter togte en zijn vijf kinderen ten Ervregten was gedevolveert, een Huijs, Hof en aangelag met eenige parceelen land en Groes staande en geleegen alhiet ter plaatse genaamt RAVENSGAT.
Dat wijlen voorn. haaren man het togtregt van voorschr. vaste goederen op hem mits het overlijden van wijlen zijne Eerst Huijsvrouw gedevolveerde aan voorn. zijne vijf kinderen hadden getransporteerd en opgedragen.
Dat drie der voormelde kinderen voor wijlen des Suppliants voormelden Man zijn koomen te overlijden dat daar weder parten en geheel de vaste goederen op wijlen haaren man waaren gedevolveerd.
Dat door het overlijden van wijlen voornoemden haaren man de voorschr. parten beneevens < onleesbaar > parceelltjes Nieuwe Erven is groot.
Op haar Suppliante ter Togte en haare nog minder Jaarige kinderen bij wijlen haaren voorn. man HENDRIK RAAYMAKER in Echten verwekt ten Ervregten zijn gedevolveerd.
Dat zij Suppliante alzoo belast is met de onderhouding en opvoeding haaren voorn. kinderen waar van het Jongste eerste den ouderdom van jaaren bereikt heeft en zijne geene middelen van bestaan nog eenig ander eigendom heeft dan alleen het Togtregt aan voormelde 1/9 parten in voorschr. vaste goederen.
Dat zij Suppliante deeze haare Armoedige situatie zoo aan haare Broeder als aan wijlen haare man twee nog in leeven zijnde voorkinderen heeft bekent gemaakt en vort dezelve heeft geraadpleegd welke middelen best aan te wenden om gemelde haare minderjarige kinderen te kunnen opvoeden en onderhouden.
Dat gemelde haare mans voorkinderen met namen: JOHANNES RAAYMAKERS de armoedige situatie waar in zij Suppliante met haare 8 vormelde kinderen zig bevond ter harte neemende haar hebben aangebooden om de voormelde haare minderjarige kinderen geheel buijten des Suppliants kosten en lasten te zullen opvoeden en onderhouden tot dat het jongste kind den ouderdom van veertien jaaren berijkt heeft mits dat zij Suppliante daar voor in tegendeel de voorn. Een negende part in voorschr. Huijs, Hof en aangelag met bij hoorende Land en Groes beneevens voorschr. parceeltjes Nieuwe Erven aan gemelde in eigendom cedeeren en overgeeven.
Dat zij Suppliante dit aanbod gaarne zoude accepteeren dan daar zij Suppliante zulks Eigenaar autoriteit niet kan nog vermag te doen, ofschoon de voors. 1/9 part in voors. vaste goederen in verre na niet kunnen opweegen tegen den last welke gemelde daar door op zig willen neemen zonder daartoe alvoorens ons ---------------- pernissie en authorisatie te hebben geobtineerd.
Zoo keerden zij Suppliante zig tot ons zeer gedienstig verzoekende dat het ons behagen moogen haar Suppliante te Authoriseeren om de voorschr. parten in voorschr. Huijs, Hof en aangelag met de bij gehoorende Parceelen land en groes aan voormelde JOHANNES RAAYMAKERS te cedeeren en op te dragen onder den last en mits dat de voormelde JOHANNIS RAAIJMAKERS zullen gehouden weezen daar voor haar Suppliants kinderen te zullen op voeden en onderhouden tot dat het jongste kinde den ouderdom van veertien jaaren berijkt heeft.
En ten einden ons van het Consent en goedvinden der naaste vrienden te doen blijken, zoo nam de mede ondergetekende GOORT de VETH oom van voormelden minderjarige de vrijheid ons voorloopig te berigten dat hij het verzoek hier voor gedaan heeft ingezien het zelve ten aanzien van voormelde minderjarige alle zints bevind voordeelig te weezen en dien volgens mede tot het gunt voorschr. ons decreet en authorisatie was emploreerende bij deezen.
Scheepenen en de Rechtbank voornoemd op alles wel en rijpelijk gelet, accordeeren aan de Suppliante haar gedaan verzoek en authoriseeren dezelve dien volgens omme de voorschr. 1/9 parten en voorschr. Huijs en Hof en aangelag met de bij gehoorende Parceelen land en groes Cedeeren en op te dragen onder den last en mits dat de voormelde JOHANNIS RAAIJMAKERS zal gehouden weezen daar voor haar Suppliante kinderen te zullen op voeden en onderhouden tot dat het jongste kind den ouderdom van veertien jaaren bereikt heeft.
In Judicio Extra ordenaria den twee en twintigsten Januarij 1800 en Acht,
J. BIEMANS.
P. v.d. POEL.

Folio 132 recto. d.d. ??

Gezien bij Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEEZEN de Requesten aan hun Lieden gepresenteerd, door of van weegens HENDRIK JANSE GEENEN en FRANCIS HENDRIK ADREAANS beijden woonende te GEMERT in qualiteit als wettege aangestelde voogden over de drie nog minderjaarige van wijlen FRANCIS GEENEN en HELENA FRANCIS van GERWEN in leeven Egte lieden gewoond hebbende en overleeden te GEMERT te kennen gevende dat zij als voogden ten lasten van den Boedel en geringe nalatenschap op den voors. minderjaarige verstervene billijke schulden bevinden aan de Armekas van GEMERT ter zaaken van het Allementeeren en uit de Arme kas besteeden aan twee der voorn. kinderen zeedert dooden van hunne moeder langleevene te hunner oudere en zoo lang voor doden der Grootmoeder wijlen ELISABETH ADRIAANS zoo als zij meede bevinden en meede dat Armmeesters van GEMERT daar van Restitutie pretenteerende.
Dat zij ook geadviseerde zijn dat voorn. Armen op gronde van Regt en Billijkheid en Constante practijke kunnen vorderen Restitutie van het genootene van voors. Arme kas.
Dat ook de Armekas zig anderzints onverpligt zoude Reekenen tot de aanstaande of voortduurende Alimentatie door kinderen zoo lang nog Vaste en Ervhaeffelijke goederen bezitten en welke goederen veel te gering zijn voor de opvoeding dier kinderen en des alzints als noodzaakelijk te agten en om de zelve te verkoopen.
Dat zij dus verlangen die verkoop te doen om voorsz. Restitutie te konnen doen en vervolgens de twee kinderen aan de Arme haar over te geeven met naamen MARGO en MARIA GEENEN terwijl het derde kind met naamen JOHANNES GEENEN bij den eerstgemelden gratis is en word gealimenteerd en ofschoon den eerst onder geteekende wel voorneemens en (waar van hij zoo als over de twee andere Oom als Paternel < = vaderlijk > is) op te voeden, agten de Supplianten egter meede noodzaakelijk tot betaaling der personeele schulden van een Borgtogt voor Huijs huur dood en begrafenis schulden het onverdeelde aandeel der geringe Ervhaafelijke en vaste goederen meede te verkoopen en de overschietende penningen van dat deel ten behoeven van dat kind tot kleeding en anderzints te besteeden hoe gering het provenue ook mogte zijn terwijl zoo er overschot voor de twee andere kinderen mogte zijn men voornemens is dien aan gaande (andere Approbante) mits de Arme kas te condemneeren.
Dat het ons is bekent hoe gering en wijnig de Ervhaafelijke en vaste goederen zijn bestaande de vaste en een geringe Boerderije of leeme boerenhuijs en magere gronden, deels onbebouwde Heijgronden geleegen ter plaatse in DE GREEVEN te MILHEEZE bewoond en in gebruijk bij HENDRIK ADRIAANS.
Dan aangezien voorn. verkoop veel min Transport van de vaste goederen valide kan geschieden zonder Authorisatie, zoo keerden de Supplianten als over voorn. Boedel zijn de hun daer over tot ons verzoekende Authorisatie om ten einden voormeld voornoemden Boedel of voormelde vaste goederen Publiek ten overstaan van Officier en Scheepenen te verkoopen en aan den kooper of koopers gewoon Transport ter Secretarije alhier te doen.
Scheepenen der Rechtbank voornoemt op alles wel en rijpelijk gelet al condemneerende Supplianten gedaane verzoeken authorisatie de zelven dien volgens om de Ervhaaffelijke en vaste goederen door het overlijden van dier Pupillen Grootmoeder aan de zelven aangekoomen met de meede Ervgenaamen Publiek en voor alle man te verkoopen den koper of koopers de vaste goederen na Costume Locaal ter Secretarije alhier te Transporteeren de penningen daervan provenuerende zoo tot afbetaaling der schulden als tot Restitutie van de Armen kas van GEMERT ter zaake van het Allementeeren en besteeden aan twee der voorn. kinderen zedert doode van hunne moeder te Employeren voorts de twee kinderen met naamen MARGO en MARIA van de zelve Arme kas over te geeven of wel in doen en ten behoeve aan dezelve minderjaarige nog gelden mogten overschieten ten aanzien van dezelve met Provisoore van den Armen van GEMERT zoodanige schikkinge te maaken als zij Suppliante billijk zullen oordeelen.
Ten Raadhuizen binnen BAKEL op heeden den < niet ingevuld >
J. BIEMANS.
P. v.d. POEL.

Folio 135 recto. d.d. 08-03-1808.

Gezien bij Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEEZE de requeste aan hun Lieden gepresenteerd door of van weegens JOHANNES JAN van de KRUIJS, inwoonder alhier tendeerende
Dat ANTHONY WELBERS inwoonder alhier te MILHEEZE bij Acte obligatoir voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE gepasseert op den Een en twintigsten December 1800 vier heeft verklaart wel en deugdelijk schuldig te zijn aan ende ten behoeven van des Suppliants huijsvrouw voorn., eene Capitaale somme van drie hondert tagtig guldens tot twintig stuijvers het stuk Hollandse spruijtende ter zaake van deugdelijke geleende penningen hebbende den geloover ANTHONY WELBERS aan alle ------------- Contrarie gerenuntieerd en gelooft van op gemelde Capitaale somme van Drie Hondert Tagtig guldens Jaarlijks voor Interesse te zullen betaalen vier gulden tien stuijvers procento, en de betaalinge aan den zelven interest te zullen blijven contenueren tot de volle effectueele voldoeninge en aflossinge toe dog in cas van op eissing of aflossing het geen over een jaar na dato zou kunnen en moogen geschieden mits drie maanden te vooren behoorlijk waarschuwende.
Dat den geloover voorn. tot naarkooming en welvoldoening zoo van Capitaal als Interesse bij voors. Acte obligatoir heeft verbonden zijn perzoon en alle zijne goederen toen hebbende en namaals verkrijgende hebbende daar bij in Cas van geene voldoening van het Capitaal en Interesse zijne vaste goederen toen voor als dan gehouden voor verhand ligt omme dezelve tot verhaal van Capitaal en Interessen ad opus Jusabentteriun bij Decreet van Scheepenen alhier te konnen en te moogen verkoopen waar in den geloover al mee was consenteerende met renuntiatie ten dien einden van alle oppositien mitsgaders van de beneficien van verbuiting en Evictie zoo als dit alles breeder is blijkende bij Copie Authentiek der voorsz. Acte obligatoir daer bij gedaagde Sub no. 1. en waarvan het origineel ter Secretarije alhier gedepositeerd ten fine van alles visie en Copie.
Dat den Suppliant Nom sartor is ongeneegen zijnde de voorz. Capitaale Somme van Drie Honderd Tagtig gulden langer te laaten uit staan, overzulks op Twaalfde September aan hem geloovere ANTONY WELBERS den los van voors. Capitaal is gedenuntieerd en het zelve behoorlijk opgezegd om met de dan verschuldigde Interesse op Een en Twintigsten December des Jaars 1807 te voldoen en betaalen zoo een en ander breeder blijkt uit de opzegginge en Relaas des Vorsters aan voorv. requeste annex Sub. No. 2 en 3.
Dan dat voorn. ANTHONY WELBERS daar aan heet heeft goedgevonden te Defereeren haer notoir hij zulks verpligt is en den Suppliant mits dien genoodzaakt te end en Nominee astoris geregtigt en aan ----------- te verzoeken ten einden des geloovers vaste goederen staande en geleegen alhier tot MILHEEZEN tot verhaal van Capitaal en interesse ad opus Jushabentcum te mogen verkoopen volgens en kragtens voorn. acte obligatoir van Een en Twintigsten December 1800 vier.
Om welke redenen zoo keerden den Suppliant zig tot ons eerbiedig verzoekende ons Decreet om Comform den inhoud der voormelde Acte Obliatoir de voorschr. vaste goederen van meergemelde ANTHONY WELBERS tot verhaal van voors. Capitaale Somme van Drie Honderd tagtig gulden en Intressen van dien onder Korting van al het geene daar op in mindering mogt verstrekt zijn met de kosten Publiek en voor alle man ad opus Jus abentium te mogen verkoopen en dat wij vervolgens die goederen voor gemeld Capetaal en Interesse geloeven Ecte cutabel te verklaaren Cum Expensis.
Scheepenen der Rechtbank voornmt. na alvoorens gemelde Requeste met de annexe bij Copie Authentiek in handen van ANTHONY WILBERS gesteld hebben ook ten einden ons binnen veertien dagen te dienen van berigt of belang dog waar aan den zelven niet heeft gelieven te defereeren ( op alles wel en rijpelijk gelet hebbende accordeeren dan den suppliant zijn verzoek bij voornd. Requeste gedaan en authoriseeren den zelven dien volgends om de vaste goederen van voorn. ANTHONY WILBERS Comform desselves voorschr. consent en overgift ad opus Jus abentium na daar voorgaande Zondagsche publidatie en alhier publiek en voor alle man te verkoopen mits van het provenue van daer ter Secretarije deezer gemeente diende behoorlijke Rekening en bewijs en Reliquia.
In Judicia Extra ordinario ten Raadhuijze binnen BAKEL op heeden den Agsten Maart, Een duizend acht hondert en Acht.
J. BIEMANS.
P. v.d. POEL.
J.M. MASTBROEK.
Ter ordonnantie van het zelve
G.van RIET, Secrtrs.

Folio 136 verso. d.d. 05-07-1808.

Genegt gehouden op Dingsdag den 5e Julij 1808. Present PETER van der POEL, JOHANNIS VERBAARSCHOT en WILLEM DIRK JANSEN, Scheepenen.
J.W. van de MORTEL Schout-Civiel van BAKEL, en zoo als Publieken aanklager, R:O: Eisscher en Aanlegger
Op en jegens
ADAM SLITS inwoonder en Schoolmeester te BAKEL gedaagden ter andere zijde.
Den R:O: Eijsscher als Publieken Aanklager diend van aanspraak en Eijsch, sustineerd en concludeerd als bij deselve.
De gedaagden verzoekt copie en dag.
Scheepenen houden den zaak in advies.

Folio 137 recto. d.d. 19-07-1808.

Genegt gehouden op Dingsdag den 19e Julij 1808. Present JAN BIEMANS, PETER van der POEL, WILLEM DIRK JANSEN, JAN MATTIJS MASTBROEK, Scheepenen.
J.W. van de MORTEL Schout-Civiel alhier N:O: Calangenant, Eijsscher en aanlegger ter Eenre
Op en jeegens
JOHANNES PETER MARTENS inwoonder alhier, gedaagden ter andere zijde.
Den N:O: Eijsscher en aanlegger diende van Aanspraak en Eisch Cum annexis en colcludeert als bij deselve.

J.W. van de MORTEL Schout-Civiel van BAKEL, en zoo als Publieken aanklager R:O: Eisscher aanlegger ter Eenre\
Op en jeegens
ADAM SLITS inwoonder en Schoolmeester te BAKEL gedaagden ter andere zijde.
Den R:O: Eisscher als Publiek aanklager persisteerd bij zijn verzoek bij Eisch en aanspraak ter vorige Rolle gedaan.
Den gedaagden verzoekt al nog Copie en dag ten naasten.
Scheepenen accordeeren aan den Gedaagden de verzogte kopie, mitsgaders dag ten naasten, om zodanige defensie te doen als te rade.

Folio 137 verso. d.d. 13-09-1808.

Genegt gehouden op Dingsdag den 13e September 1808. Present JAN BIEMANS, JAN MATTIJS MASTBROEK, PETER van der POEL, JOHANNIS VERBAARSCHOT, Scheepenen.
J.W. van de MORTEL Schout-Civiel alhier N:O: Calangant, Eisscher en aanlegger ter Eenre
Op en jeegens
ADAM SLITS, Schoolmeester te BAKEL, gedaagde ter andere zijde.
Den R:O: Eisscher verzoekt copie en dag van het geene den voors. gedaagden ter deezer Rolle mogt indienen, en dat in Cas van geen indienen op grond van Art. 18den wat van den 17e April 1807 een korte en peremtoir termijn, om te antwoorden op peene van verstecq aan den gedaagde mag worden gesteld, of zoo als op ’t stuk der jagt ten deesen mogt vereischt worden.
De gedaagden verzoekt alnog kopie van ’t relaas van den Extra Koninklijke jager en opziener der jagt en veldwagt bij Art. 18 van Eijssch gemeld.
Scheepenen stellen den gedaagden een termijn van veertien dagen om te antwoorden op peen van verstecq en accordeeren aan den selve de verzogte kopie van ’t relaas van den Extra Koninkelijke jager en opziener der jagt en veldwagt.

Folio 138 recto. d.d. 27-09-1808. 

Genegt gehouden op Dingsdag den 27e September 1808 present JAN BIEMANS, PETER van der POEL, JAN MATTIJS MASTBROEK, JOHANNIS VERBAARSCHOT en WILLEM DIRK JANSEN Scheepenen..
J.W. van de MORTEL Schout-Civiel van BAKEL, en zoo als Publieken aanklager R:O: Eisscher en aanlegger ter Eenre
Op en jeegens
ADAM SLITS inwoonder en Schoolmeester te BAKEL gedaagden ter andere zijde.
De gedaagde diend van antwoord in geschriften, en consolideert als bij het zelven den Eisscher en aanlegger verzoekt copie van de door den gedaagden ingediende antwoorden en dag ten naasten.
Scheepenen fiat volgens verstek.

d.d. 11-10-1808.

Genegt gehouden op Dingsdag den 11e October 1808. Present JAN BIEMANS, JAN MATTIJS MASTBROEK, JOHANNES VERBAARSCHOT en WILLEM DIRK JANSEN Scheepenen.
J.W. van de MORTEL Schout-Civiel van BAKEL, en zoo als Publieken aanklager R:O: Eisscher en aanlegger ter Eenre
Op en jeegens.
ADAM SLITS inwoonder en Schoolmeester te BAKEL gedaagde ter andere zijde.
Den R:O: Eisscher en aanlegger diend van Repliecq met drie annexen.
Den gedaagden verzoekt kopie van Dingbank Schriftuur van repliecq -------- mission van den Heer Officier van de Jagt en dag.
Fiat kopie dag mits de zaak moet getermineert zijn stelle peramptoire dag heden over agt dagen om te dienen van Duplicq ofte doen als te raden waar meede, mits de kortheid van tijd, de zaak voor getermineerd zal gehouden worden.

Folio 138 verso. d.d. 18-10-1808.

Genegt gehouden op Dingsdag den 18e October 1808. Present JAN BIEMANS, JAN MATTIJS MASTBROEK en JOHANNIS VERBAARSCHOT, Scheepenen.
J.M. van de MORTEL Schout-Civiel van BAKEL, en zo als Publieken aanklager, R:O: Eisscher en aanlegger, ter eenre
Op en jeegens
ADAMS SLITS inwoonder en Schoolmeester te BAKEL gedaagde ter andere zijde.
Den gedaagde diend van Duplicq en concludeert als bij dezelve.
Scheepenen houden de zaak hier mede nu voor getermineert en hier op na ingenomen preadvies zodanige uitspraak doen als te raden zullen worden.