Heemkundekring Bakel en Milheeze

Deel 4

Toegangsnummer 80, inventarisnummer 433.

d.d. 22-7-1802.
BAKEL
Conditie der verpagte Tiende
Toebehoord hebbende aan de
Teutonicque van GEMERT, folio 86.
Den 22e Julij 1802.
Jura voor instellen Prothocollen, passeeren pachtcondite, uitleveren van Copie van dien aan den Heere verpagter qq misgaders voor overstaan van Officier Scheepenen en afhanger in alles te zamen f. 45=..=..
Fol. 86 verso.
Voor’t Landt.
Conditien en voorwaarden waar op den Burger P. A. van MEEUWEN als Gecommitteerde van de Commissie van Administratie over alle goederen en Domeinen door de Fransche aan de Bataafsche Replublicq bij transactie van den 5en Januarij 1800 afgestaan resideerende te BREDA, ten overstaan en bij weesen van den Gerechte deezer Gemeente na Zondaagse Publicatien Publicq en aan de meestbiedende over den oogst van deezen jaaren 1802 zal verpagten zodanige grootte koorn en Spurrie Tiende als meede de Smalle Tiende, zoo en in dier voegen als het Teútoniqúe Order of Commanderije van GEMERT zoo binnen MILHEEZE alhier als GROOTEL, SCHIPSTAL en WOLFSPUTTEN alle gelegen onder BAKEL is geweest heffende en beurende en van Oudts zijn verpagt getiend en opgevaaren geweest, en welke Tiende tans in naam van bovengemelde Commissie bestierd word door den geme. Burger Mr. P.A. van MEEUWEN Practicerend Advocaat binnen de Stad van DEN BOSCH.
Art. 1.
Eerstelijk zo zullen de voorsz. grootte Tiende alle verpagt worden in geld, omme munte van Carolij Guldens tot Een en twintig Stuijvers het stuk Hollandsch gereekend en in geen mindere Specie dan gereduceerde Schellingen te betaalen aan handen van den Rendmeester of Administrateur binnen de Stad DEN BOSCH voorsz. in eenen termeijn te weeten op den eersten April in den jaare 1803, dog zoo wanneer pagteren haaren verschulden pagt prompt op den voorsz. termijne zullen komen te voldoen, zoo zullen dezelve konnen en mogen volstaan met iederen gulden te betaalen tegens twintig stuijvers Hollandsch gerekend.
2.
Deeze Tiende off iederen Clamp derzelve in ’t bijzonder zullen of zal eerst ingezet, en daar na affgehangen worden, zullende den hoogsten inzetter het voormeijnen hebben, vervolgens zal den meijnder verplicht zijn te doen en te slaan twee slagen doende iederen slag eene Gulden half tot profijt van den Heere verpagter, en de weederhelft voor de slagers of ontslagers na gewoonte dienende.
3.
Den hoogste inzetter zal profiteeren en genieten tien stuijvers trekgeld van iederen Clamp zoo den ingezetten Blok Clamp off perceel bij een ander gemeijnt word, welk trekgeld den meijnder aan den hoogsten inzetter zal moeten betaalen zonder aan zijnen beloofde pagtpenningen te korten.
4.
Een Clamp Blok off parceel ten beurde gesteld wordende en niet genoeg mogende gelden na het oordeel van den verpagter zoo zal hij het zelve mogen ophouden, en in zijn beraad mogen neemen voor den tijd van circa een halff uur zullende den hoogsten inzetter en bieder egter zijn bod moeten gestand doen, en vervolgens aan den verpagter zonder eenige Contradictie geoorlooft zijn, om alle de verpagt zijnde Clampen en perceelen weederom in ’t bijzonder off eenige derzelver te gelijk mogen opveijlen en zullen in Cas van meerdergeldinge in dat geval de pagters van Clampen en perceelen als ook de inzetters niets konnen off mogen pretendeeren.
5.
De Pagters zullen gehouden zijn te betaalen aan handen van den Rentmeester of Administrateur van iederen gulden met de slagen eene stuijver voor randsoen geld en van iedere Clamp tien stuijvers Godsgeld en weijders verpligt zijn zonder eenige kortinge te betaalen de ’s Lands en Dorps lasten, zoo als teegen off onder ieder perceel off clamp zal zijn uijtgetrokken en geannoteert staat.
6.
Den verpagter zal zig mogen houden aan den Eersten, Tweeden, Derden meerderen off minderen meijnder slag off ontslager en in ’t affhangen meede mogen hoogen zonder bekroon off teegen zeggen van iemand.
7.
Bij aldien twee off meer te gelijk meijnden off dat den affhanger hem kwam te misgrijpen en dat daar over questie geviel zoo reserveert den verpagter zig telkens de magt om zodanige Clamp off Clampen op nieuws weederom te doen affhangen, zonder dat den zelven verpligt zal zijn eenige getuijgen hier over te zien bij brengen off dezelve te doen aanhooren.
8.
De pagters zullen geen quijtslag of remissie kunnen praetenderen uijt welken hoofde het zoude mogen weesen, zullende de gepagte Clampen onmiddellijk na het uijtgaan van het hoogsel staan ten schaade en baaten van den pagter.
9.
De pagters zullen wijders op pene als na regten en Placaaten van den Landen gehouden zijn te tienden, en dus vooral goede zorgen moeten draagen, dat den Tiendheer in zijne geregtigheijd niet worde benadeelt en inzonderheijd hebben te vigileeren < = waken, toezien, oppassen > om alle haare gepagte Clampen en blokken tienden op alle haare oude Limieten en paalen wel te bewaaren, en daar van niet te laaten onderkoomen off verlooren gaan en weijders doen en laaten het geen ale voorige tiendpagteren gedaan en gelaaten hebben, beloovende den verpagter die pagters voorsz. teegen alle tiendpligtingen, en alle die geene welke haar in opzigte van haare gepagte perceelen deugdelijk Tienden derselve eenige hinder off molestie zouden zoeken aan te doen na vermoogen, dog voorgaande kennisse en goedvinden van desselvs hooge Principaalen te zullen beschutten en beschermen.
10.
De Pagters zullen gehouden zijn te stellen twee goede sufficante < = geschikt; in staat om; bij machte zijn > binnen borgen ten genoegen van den verpagter, dewelke ieder een voor al en elk als schuldenaar principaal en in ‘t geheel onder renuntiatie van de Beneficien Ordinis Divisionis et Excussionis den borgen na regten toekomende, zullen instaan voor de voldoeninge des pagts, en voor de praestatie der verdere Conditien en bij foute van dien daar voor weesen Executabel, en zal niemand tot Pagter of borgen worden aangenomen welke van voorgaande jaaren ten Comptoire van opgemelde Heere verpagten Schuldig staat.
11.
Tot naarkoominge van het geene voorsz. staat zal den pagter en zijne borgen ieder in Solidum als Schuldenaar principaal als voor verbinden haar erff en erffhaaffelijke, mitsgaders gereede goederen hebbende ende verkrijgende dezelve stellende ten bedwang van alle Regteren hooven ende gerechten en specialijk den Hoove der Justitie deeser Provintie, of zodanige Departementale Gerechtshoff als overeenkomstig de Staatsregeling over het Departement van BRABAND zal worden gesteld te vreeden zijnde, zonder voorgaande daginge haar ten haaren kosten in den inhoude deeses te doen en te laaten Condemneeren, het zij bij den voorsz. Hoove off geregte alhier ten dien eijnde Constitueerende zodanige Procureurs als deese zal worden ter hand gesteld, den eenen om de Condemnatie te versoeken en de anderen om daar in te Consenteeren, zullende de Pagters en hunne Borgen zig moeten submitteeren aan het regt van Parate Executie.
12.
De pagter diergelijke borgen niet konnende stellen off voldoen aan de verdere pagtconditien zal den blok, Clamp off perceel bij hem gepagt andermaal opgeveijlt en bij mindergeldinge de schaade ten zijnen lasten verhaalt worden, zonder eenig deel te hebben aan de meerdergeldinge van dien.
13.
Het hoogsel zal uijtgaan kort na het meijnen en slaan, als wanneer de Pagters gehouden zullen zijn te betaalen aan handen van den Heere verpagter of Rentmeester het randzoen en Godsgeld, en verdere Jura, en mag een ieder middelerwijl zoo lange het hoogsel niet uijt is, slaan en ontslaan aan handen van den Rentmeester, of administrateur, zullende de respective pagters gehouden zijn de ‘sLand- en Dorpslasten van iederen clamp off perceel te betaalen en te voldoen met den geloofden pagt op op den voorsz. Eersten April eerstkoomende.
14.
De Smalle TIenden zullen apart verpagt worden en dus onder de Grootte Tienden niet begreepen zijn welke den pagter ook in alle zijne deelen, zoo wel lammeren, varkens, biën, vlas, zaad, en al wat verder onder de Smal Tiende is gehoorende, zal hebben te Colligeeren volgens de Placaaten en voorsz. Conditie.

Ingevolge de voorenstaande Conditiën en voorwaarden, zoo word alhier ten beurde gesteld de MILHEESCHE Tiende.
En wel eerst de Clamp tiende beginnende bij den HOOGENBERG < = HOBERG >, off bij het inkomen van BAKEL, ter linkerhand Noordwaardts naast GEMERT tot DE BERKSE STRAAT.
Den Pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 41= 3= 8.
Verp. f. 27= 9=..
½ reëele f. 13=14= 8
41= 3= 8
Ingezet bij FRANCIS van de LAAR alhier op ses hondert en tien gulden, afgehangen van zeeven hondert gulden en gedaalt op ses hondert vijff en veertig gulden en daar voor gemeijnt bij FRANCIS JOSEPH van NEERVEN alhier, dico f. 645=..=..
Slaat twee slagen
den zelven slaat nog agtien slagen.
Borgen: JOHANNIS RAIJMAKERS en JACOBUS van NEERVEN Voldaan.
De tweede verdeelinge off Clamp van over de voorsz. BERKSE STRAAT of langst DE CAPELSTRAAT ten Eijnde ui meede ter slinkerhand Noordwaarts
Den pagter zal voor verponding en reëele lasten betaalen f. 41= 3= 8
Verp. f. 27= 9=..
½ reëel f. 13=14= 8
Ontfange f. 41= 3= 8
Ingezet bij FRANCIS van de LAAR
alhier op vijff hondert veertig gulden, afgehangen van zes hondert gulden en gedaalt op vijff hondert vier en vijfftig gulden, en daar voor gemeijnt bij CORNELIS
JAN CORNELISSE alhier, dico f. 554=..=..
Slaat twee slagen
denzelven slaat nog agtien slagen.
Borgen: JACOBUS SWINKELS en FRANCIS van de LAAR.
Derden Clamp bij den HOOGENBERG of bij het inkoomen van BAKEL ter Regterhand of Zuijdwaarts naast de kant van DEURNE of langst de CAPEL STRAAT tot WILLEMIJN FRANCEN, den gemeenen weg langst het KASKE tot den VENEIJK.
Den pagter zal dienen verdagt te zijn om aan JAN JAN HENDRIKS vrijdom van Tiende te geeven Provisioneel voor het jaar in circa drie Lopense, in het HEIJTVELD genaamt DE WOLFSVLAAS ingestooken.
Den pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 56= 7= 4
Verp. f. 37=11= 8
½ reëel f. 18=15-12
Ontfange f. 56= 7= 4
Ingezet bij CORNELUS JAN CORNELISSE alhier op agt hondert Gulden, afgehangen van eenduijzent gulden, en gedaalt op agt hondert en zestig gulden, en daar voor gemeijnt bij JACOBUS HENDRIK SWINKELS, alhier, dico f. 860=..=..
Slaat twee slagen
Denzelven slaat nog agtien slagen.
Borgen: CORNELIS JAN CORNELISSEN en JAN van DUIJNHOVEN.
Vierden clamp van over den VENEIJK langst DE CAPELSTRAAT regt door op DEN PEEL uit, meede ter Regterhand na DEURNE.
Den pagter zal zonder kosten voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 56= 7= 4
Verp. f. 37=11= 8
½ reëel f. 18=15=12
Ontfange f. 56= 7= 4
Ingezet bij JOHANNIS MICHGELS Alhier op zeeven hondert twintig gulden, afgehangen van agt hondert en vijftig gulden en gedaalt op zeeven hondert agt en dertig gulden en daar voor gemeijnt bij ANTONIJ van OORSCHOT alhier, dico f. 738=..=..
Slaat vier slagen.
Borgen: MATTIJS van de CRUIJS en MATTIJS COX.

De BAKELSE Tiende nu genaamt DEN SCHOUTSEN CLAMP beginnende aan DEN RIJPELBERG, langst DE BAKELSE BRUG Zuijdwaarts tot ANDRIES JAN van NEERVEN en de Akkers Noordwaarts, schietende langst de BEEK bij DEN SCHOENMAKER en van daar langst de weg tot de Weduwe TOMAS LAMBERS tot de CAMPKENS genaamt PAAPENRIJT en CALVEREUWSEL Noordwaarts.
Den pagter van deezen Clamp zal moeten betaalen aan den pagter der Tiende van de Abtdije ECHTERNACH, twintig vaten rogge in specie, zonder kortinge aan zijnen pagt, zullende niet te min gehouden zijn de quitantie bij het voldoen zijner pagtpenningen aan den Heere Rentmeester off Administrateur te Produceeren.
Den pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 46=11= 8
Verp. f. 31= 1=..
½ reëel f. 15=10= 8
f. 46=11= 8
Den pagter van deezen Clamp zal dienen verdagt te zijn om aan LEONARDUS van LEIJENBURG vrijdom van Tiende te geeven Provisioneel voor dit jaar voor circa drie Lopense ingestooken in het HEIJTVELD aan DE SCHOUW, mitsgaders aan GERRIT ANTONIJ CROOIJMANS voor circa een en een halff Lopense en aan HENDRIK KUUNDERS meede voor circa drie Lopense in DEN HEIJBERG.
Ingezet bij MARCELIS MANDERS
alhier op vijff hondert gulden
Afgehangen van zes hondert gulden en gedaalt op vijff hondert vier en dertig gulden en daar voor gemeijnt bij LEONARDUS CUIJPERS alhier,
dico f. 534=..=..
slaat twee slagen
Denzelven slaat nog agt en veertig slagen.
Borgen: JOACHIMUS CROOIJMANS en HENDRIK KUUNDERS.
De Tweede verdeelinge van DEN SCHOUTSEN CLAMP, zijnde de andere zijde Westwaarts, beginnende bij WILLEM RAAIJMAKERS, regt door de Straat tot het Brugsken bij DEN SCHOENMAKER en zoo voorts neeven de BEEK Zuijdwaarts.
Den pagter zal van deezen Clamp der Tiende van de Abtdije ECHTERNACH vijff en twintig vaten rogge in specie zonder korting aan zijnen pagt, zullende niet te min gehouden zijn de quitantie bij het voldoen zijner pagtpenningen aan den Heere Rentmeester off Administrateur te Produceeren.
Den pagter za voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 46=11= 8
Verp. f. 31= 1=..
½ reëel f. 15=10= 8
f. 46=11= 8
Ingezet bij LEONARDUS van LEIJENBURG alhier op drie hondert Gulden, afgehangen van vier Hondert vijftig gulden, en Gedaalt op vier hondert gulden En daar voor gemeijnt bij GERRIT ANTONIJ CROOIJMANS te DEURNE, dico f. 400=..=..
Slaat twee slagen
Denzelven slaat nog agt en Dertig slagen
Ontfange de somme van f. 201= 5=..
Borgen: JAN MANDERS en ANTONIJ CORSTIAANS.
De Smal Tiende van GROOTEL onder BAKEL, zoo als voor een verpagt en getiend is geweest den Pagter zal voor verpondinge en reëele lasten moeten betalen
f. 40= 7=12
Verp. f. 26=18= 8
1/2 reëel f. 13= 9= 4
f. 40= 7=12
Ingezet bij HENDRIK GRUIJTERS alhier op twee hondert en tien gulden, afgehangen van drie hondert gulden en gedaalt op twee hondert tagtig gulden en daar voor gemeijnt bij JAN BIEMANS alhier, dico f. 280=..=..
Slaat tien slagen
denzelven slaat nog dertig slagen.
Borgen: LEONARDUS van LEIJENBURG en TOMAS WEERTS. Voldaan.
De Tiende van SCHIPSTAL onder BAKEL, WOLFSPUTTEN onder AARLE, zoo als voorheen verpagt en getiend is geweest, een aan voorsz. Commanderije is Competeerende, waar van den Pagter voor verponding en Reëele lasten zal moeten betaalen f. 27= 3=10
Verp. f. 18= 2= 6
½ reëel f. 9= 1= 4
f. 27= 3=10
Ingezet bij HENDRIK GRUIJTERS te AARLE op twee hondert gulden afgehangen van drie hondert gulden en gedaalt op twee hondert zes en dertig gulden en daar voor gemeijnt bij PEETER van de f. 236=..=..
Slaat drie slagen TOMAS WEERTS twee slagen PEETER van de LAAR vier slagen Voldaan
Borgen: JOHANNES en PERO van GROOTEL.
De Smal Tiende van MILHEEZE onder BAKEL, zoo en gelijk die bij den laatsten pagter is gecollecteert en getiend geweest, en waar van den pagter voor verponding en Reëele lasten zal moeten betaalen f. 3=11= 4
Verp. f. 2= 7= 8
½ reëel f. 1= 3=12
f. 3=11= 4
Ingezet bij HENDRIK WEERTS alhier op vijftig gulden Afgehangen van tagtig gulden en gedaalt op twee en vijftig gulden, en daar voor gemeijnt bij WILLEM
FRANCIS MARTENS alhier, dico f. 52=..=..
Slaat zes slagen Voldaan
denzelven nog zes slagen
Borgen: FRANCIS van den BERG en JOHANNIS NOOIJEN.
De Smal Tiende van GROOTEL, SCHIPSTAL en WOLFSPUTTEN, zoo als van oudts is getiend geweest, en waar van den pagter voor verponding en Reëele lasten zal moeten betaalen f. ..= 8= 4
Verp. f. ..= 5= 8
½ reëel f. ..= 2=12
f. ..= 8= 4
Ingezet bij ANTONIJ van GROOTEL alhier op zes gulden, afgehangen van tien gulden en gedaalt op agt gulden, en daar voor gemeijnt bij ANTONIJ van GROOTEL voorsz. dico f. 8=..=..
Slaat twee slagen Voldaan
Borgen: LEENDERT van de VONDERVOORT en PERO van GROOTEL.

En alzoo ten uitgang des Hoogsels niemand meer hoogende of slaande dan de respective laatste slagers zoo zijn dezelve naar het aftellen van tien ieder van zijn Clamp pagter gebleeven, dewelke beneevens haar gestelde Borgen hebben belooft de vorenstaande Conditie te zullen voldoen naarkoomen en agtervolgen, onder verband, submissie en renuntiatie als in dezelve breeder gemeld.
Aldus gedaan, gemeijnt, beslagen en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorsz. deezen Twee en twintigsten Julij Een duizent agt hondert en twee, ten overstaan van JAN BIEMANS Scheepen Loco Officier, JOHANNIS van de KRUIJS en JASPER van NEERVEN Scheepenen, die de minute deeses beneevens den Heere verpagter en mij ondergeschreeve Secretaris eijgenhandig ten Prothocolle hebben onderteekend.
Quod Attestor
G. van RIET, Secrts.


Toegangsnummer 80, inventarisnummer 433.
d.d. 19-07-1803.

BAKEL
Conditie der verpagte Tiende toebehoord hebbende
De Teutonicque Order of Commanderije van GEMERT, folio 5 ~.
Dato 19e Julij 1803
Jura voor instellen Prothocollen en Passeeren Pagtconditie, uit leeveren van Copie aan den Heere verpagter, overstaan van Schout en Scheepenen en Afhanger in aller te zamen als van oudts f. 45=..=..
Voor ’t Landt
Fol. 5 recto.
Conditien en Voorwaarden waar op de Heer en Mr. P.A. van MEEUWEN als Gecommitteerde van de Commissie van Administratie over alle de goederen en Domeinen door de Fransche aan de Bataafsche Replublicq bij transactie van den 5en Januarij 1800 afgestaan resideerende te BREDA, ten overstaan en bijweesen van het Gemeente Bestuur alhier na Zondaagse Publicatien Publicq en voor alle man aan de meestbiedende over den oogst van deezen jaaren 1803 zal verpagten zodanige grootte koorn en Spurrie Tienden als meede de Smalle Tiende, zoo en in dier voegen als het Teútoniqúe Order of Commanderije van GEMERT zoo binnen MILHEEZE alhier als GROOTEL, SCHIPSTAL en WOLFSPUTTEN alle geleegen onder BAKEL is geweest heffende en beurende en van oudts zijn verpagt getiend en opgevaaren geweest, en welke Tiende tans in naam van bovengemelde Commissie bestierd word door den geme. Burger Mr. P.A. van MEEUWEN Practicerend Advocaat binnen de Stad van DEN BOSCH.
Art. 1.
Eerstelijk zo zullen de voorsz. grootte Tiende alle verpagt worden in geld, omme munte van Carolij Guldens tot Een en twintig Stuijvers het stuk Hollandsch gereekend en in geen mindere Specie dan gereduceerde Schellingen te betaalen aan handen van den Rentmeester of Administrateur binnen de Stad DEN BOSCH voorsz. in eenen termeijn te weeten op den eersten April in den jaare 1804, dog zoo wanneer pagteren haaren verschulden pagt prompt op den voorsz. termijne zullen komen te voldoen, zoo zullen dezelve konnen en mogen volstaan met iederen gulden te betaalen teegens twintig stuijvers Hollandsch gerekend.
2.
Deeze Tiende off iederen Clamp derzelve in ’t bijzonder zullen of zal eerst ingezet, en daar na affgehangen worden, zullende den hoogsten inzetter het voormeijnen hebben, vervolgens zal den meijnder verplicht zijn te doen en te slaan twee slagen doende iederen slag eene Gulden half tot profijt van den Heere verpagter, en de weederhelft voor de slagers of ontslagers na gewoonte dienende.
3.
Den hoogste inzetter zal profiteeren en genieten tien stuijvers trekgeld van iederen Clamp zoo den ingezetten Blok Clamp off perceel bij een ander gemeijnt word, welk trekgeld den meijnder aanstonds aan den hoogsten inzetter zal moeten betaalen zonder aan zijnen beloofde pagtpenningen te korten.
4.
Een Clamp Blok off parceel ten beurde gesteld wordende en niet genoeg mogende gelden na het oordeel van den verpagter zoo zal hij het zelve mogen ophouden, en in zijn beraad mogen neemen voor den tijd van circa een halff uur zullende den hoogsten inzetter en bieder egter zijn bod moeten gestand doen, en vervolgens aan den verpagter zonder eenige Contradictie geoorlooft zijn, om alle de verpagt zijnde Clampen en perceelen weederom in ’t bijzonder off eenige derzelver te gelijk mogen opveijlen en zullen in Cas van meerdergeldinge in dat geval de pagters van Clampen en perceelen als ook de inzetters niets konnen off mogen pretendeeren.
5.
De Pagters zullen gehouden zijn te betaalen aan handen van den Rentmeester of Administrateur van iederen gulden met de slagen eene stuijver voor randsoen geld en van iedere Clamp tien stuijvers Godsgeld en weijders verpligt zijn zonder eenige kortinge te betaalen de ’s Lands en Dorps lasten, zoo als teegen off onder ieder perceel off clamp zal zijn uijtgetrokken en geannoteert staat, beneevens eene gulden tien stuijvers Clampgeld, uitgezondert van de Smalle Tiende.
6.
Den verpagter zal zig mogen houden aan den Eersten, Tweeden, Derden meerderen off minderen meijnder slager off ontslager en in ’t affhangen meede mogen hoogen zonder bekroon off teegen zeggen van iemand.
7.
Bij aldien twee off meer te gelijk meijnden off dat den affhanger hem kwam te misgrijpen en dat daar over questie geviel zoo reserveert den verpagter zig telkens de magt om zodanige Clamp off Clampen op nieuws weederom te doen affhangen, zonder dat denzelven verpligt zal zijn eenige getuijgen hier over te zien bij brengen off dezelve te doen aanhooren.
8.
De pagters zullen geen quijtslag of remissie kunnen praetenderen uijt welken hoofde het zoude mogen weesen, zullende de gepagte Clampen onmiddellijk na het uijtgaan van het hoogsel staan ten schaade en baaten van den pagter.
9.
De pagters zullen wijders op pene als na regten en Placaaten van den Landen gehouden zijn te tienden, en dus vooral goede zorgen moeten draagen, dat den Tiendheer in zijne geregtigheijd niet worde benadeelt en inzonderheijd hebben te vigileeren < = waken, toezien, oppassen > om haare gepagte Clampen en blokken tienden op alle haare oude Limieten en paalen wel te bewaaren, en daar van niet te laaten onderkoomen off verlooren gaan en weijders doen en laaten het geen ale voorige tiendpagteren gedaan en gelaaten hebben, beloovende den verpagter die pagters voorsz. teegen alle tiendpligtingen, en alle die geene welke haar in opzigte van haare gepagte perceelen deugdelijk Tienden derselve eenige hinder off molestie zouden zoeken aan te doen na vermoogen, dog voorgaande kennisse en goedvinden van desselvs hooge Principaalen te zullen beschutten en beschermen.
10.
De Pagters zullen gehouden zijn te stellen twee goede sufficante < = geschikt; in staat om; bij machte zijn > binnen borgen ten genoegen van den verpagter, dewelke ieder een voor al en elk als schuldenaar principaal en in ‘t geheel onder renuntiatie van de Beneficien Ordinis Divisionis et Excussionis den borgen na regten toekomende, zullen instaan voor de voldoeninge des pagts, en voor de praestatie der verdere Conditien en bij foute van dien daar voor weesen Executabel, en zal niemand tot Pagter of borgen worden aangenomen welke van voorgaande jaaren ten Comptoire van opgemelde Heere verpagten Schuldig staat.
11.
Tot naarkoominge van het geene voorsz. staat zal den pagter en zijne borgen ieder in Solidum als Schuldenaar principaal als voor verbinden haar erff en erffhaaffelijke, mitsgaders gereede goederen hebbende ende verkrijgende dezelve stellende ten bedwang van alle Regteren Hooven ende gerechten en specialijk het Departementale Gerechtshoff over het Departement van BRABAND te vreeden zijnde, haar in den inhaude deese vrijwillig te doen en te laaten Condemneeren, het zij bij ’t Departementaal Gerechtshof voorsz. Scheepenen van DEN BOSCH of Scheepenen alhier, ten dien eijnde Constitueerende zodanige Procureurs als deese zal worden ter hand gesteld, den eenen om de Condemnatie te versoeken en de anderen om daar in te Consenteeren, zullende de Pagters en hunne Borgen zig moeten submitteeren aan het regt van Parate Executie.
12.
De pagter diergelijke borgen niet konnende stellen off voldoen aan de verdere pagtconditien zal den blok, Clamp off perceel bij hem gepagt andermaal opgeveijlt en bij mindergeldinge de schaade ten zijnen lasten verhaalt worden, zonder eenig deel te hebben aan de meerdergeldinge van dien.
13.
Het hoogsel zal uijtgaan kort na het meijnen en slaan, als wanneer de Pagters gehouden zullen zijn te betaalen aan handen van den Heere verpagter of Rentmeester het randsoen en Godsgeld, en verdere Jura, en mag een ieder middelerwijl zoo lange het hoogsel niet uijt is, slaan en ontslaan aan handen van den Rentmeester, of administrateur, zullende de respective pagters gehouden zijn de ‘sLand- en Dorpslasten van iederen clamp off perceel te betaalen en te voldoen met den geloofden pagt op op den voorsz. Eersten April eerstkoomende.
14.
De Smalle TIenden zullen apart verpagt worden en dus onder de Grootte Tienden niet begreepen zijn, welke den pagter ook in alle zijne deelen, zoo wel lammeren, varkens, biën, vlas, zaad, en al wat verder onder de Smal Tiende is gehoorende, zal hebben te Colligeeren volgens de Placaaten en voorsz. Conditie.

Ingevolge de voorenstaande Conditiën en voorwaarden, zoo word alhier ten beurde gesteld de MILHEESCHE Tiende.
En wel eerst de Clamp tiende beginnende bij den HOOGENBERG < = HOBERG >, off bij het inkomen van BAKEL, ter linkerhand Noordwaardts naast GEMERT tot DE BERKSE STRAAT.
Den Pagter zal voor verpondinge en reëele lasten moeten betaalen f. 41= 3= 8
Ingezet bij JAN JACOBUS KUIJPERS alhier op vier hondert veertig gulden Afgehangen van zes hondert gulden, en gedaalt op vier hondert twee en vijftig gulden en daar voor gemeint bij JACOBUS HENDRIK SWINKELS alhier, dico f. 452=..=..
Slaat twintig slagen
Borgen: JOHANNIS MICHGELS en JAN van DUIJNHOVEN.
De Tweede verdeelinge of Clamp van over de voorsz. BERKSE STRAAT of langst de CAPEL STRAAT ten einde uit meede ter slinkerhand Noordwaarts.
Den Pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 41= 3= 8
f. 13=14= 8
f. 27= 9= 0
Ingezet bij JAN JACOBUS KUIJPERS alhier op drie hondert zeeventig gulden Afgehangen van vierhondert vijftig gulden en gedaalt op vier hondert en twee gulden en daar voor gemeint bij TOMAS HENDRIK SWINKELS, alhier, dico f. 402=..=..
Slaat agt slagen.
Borgen: JOHANNIS van de WEIJER en JAN JACOBUS KUIJPERS.
Derden Clamp bij den HOOGENBERG of bij het inkomen van BAKEL ter regterhand of Zuidwaarts naast de kant van DEURNE of langst de CAPEL STRAAT tot WILLEMIJN FRANCEN, den gemeenen weg langst het KASKE tot den VENEIJK. f. 37=11= 8
Den Pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaale f. 56= 7= 4
Ingezet bij TOMAS WEERTS alhier op zeeven hondert en vijf gulden.
Afgehangen van agt hondert en vijftig gulden en gedaalt op zeeve hondert en tien gulden en daar voor gemeint bij ADRIAAN DIELIS ADRIAANS alhier, dico
f. 710=..=..
Slaat zes slagen.
Borgen: JOHANNIS van de KRUIJS en JAN GIJSBERT DRIESSE.
Vierden Clamp van over den VENEIJK langst de CAPEL STRAAT regt door op den PEEL uit, meede ter regterhand na DEURNE.
Den Pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 56= 7= 4
Ingezet bij HERMANUS BIEMANS alhier op zes hondert en tien gulden, afgehangen van zeeven hondert gulden en gedaalt op zes hondert twee en twintig gulden
en daar voor gemeint bij JAN FRANCEN alhier, dico f. 622=..=..
Slaat vier slagen f. 618=..=..
Borgen: JAN WILLEM BIEMANS en ANTONIJ JAN van den HOUT.
De BAKELSE TIENDE nu genaamt DEN MATTIJS EINDSEN CLAMP met de CRUIJSSCHOT beginnende op de CRUIJSSCHOT, en zoo voorts op de Weduwe JAN SIJMEN NOOIJEN Zuidwaards, schietende op de HOOGE INGT, scheidende op de LIJKWEG, zoo en gelijk deese verdeelinge door de Pagters der Abtdeije Tiende en die van SCHIPSTAL zijn verpagt en getiend geweest.
Den pagter van deesen Clamp zal moeten betaalen aan den Pagter der Abtdeije Tiende neegen vaten rogge in specie welke aan den Pagter mits produceerende quitantie zullen worden goedgedaan.
Den pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 46=11= 8
Ingezet bij JOHANNIS VERBAARSCHOT alhier op drie hondert en zestig gulden Afgehangen van vijff hondert gulden en gedaalt op vier hondert gulden en daar voor gemeint bij JOHANNIS VERBAARSCHOT alhier, dico f. 400=..=..
Slaat twintig slagen WILLEM DIRK JANSEN nog tien slagen.
Borgen: JOHANNIS VERBAARSCHOT en JAN PEETER CLAASSE.
De Tweede verdeelinge off Clamp nu genaamt DE NUIJEN EINDSE CLAMP, beginnende aan de HOOGE INGT voorsz. Noortwaarts, schietende op DE NEERSTRAAT, zoo en gelijk deeze verdeelinge door de Pagters der Abtdeije Tiende en die van SCHIPSTAL is gepagt en getiend geweest.
Zullende den Pagter van deezen clamp moeten betaalen aan den Pagter der Tiende van SCHIPSTAL, twaalf vaten rogge in specie, welke aan hem pagter mits produceerende quitantie zullen worden goedgedaan.
En zal de pagter voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 46=11= 8
Ingezet bij PEETER HENDRIK CROOIJMANS alhier op vijff hondert en twee gulden Afgehangen van zes hondert gulden en gedaalt op vijf hondert zeventig gulden
en daar voor gemeint bij den inzetter PEETER HENDRIK CROOIJMANS voorsz., dico f. 570=..=..
Slaat dertig slagen.
Borgen: TOMAS JANSE REINDERS en JAN RIJNDER KLUIJTMANS.
De Tiende van GROOTEL onder BAKEL, zoo als voorheen verpagt en getiend is geweest.
Den pagter zal voor verponding en reëele lasten moeten betaalen f. 40= 7=12
Ingezet bij HENDRIK van GROOTEL alhier op twee hondert gulden.
Afgehangen van drie hondert gulden, en gedaalt op twee hondert vijf en neegentig gulden en daar voor gemeint bij PEETER van de LAAR alhier, dico f. 295=..=..
Slaat twaalf slagen
Borgen: HENDRIK en ANTONIJ van GROOTEL.
De Tiende van SCHIPSTAL onder BAKEL WOLFSPUTTEN onder AARLE zoo als voorheen verpagt en getiend is geweest, en aan voorsz. Commnderije is Competeerende, waar van den pagter voor verponding en reëele lasten zal moeten betaalen f. 27= 8=10
Ingezet bij HENDRIK van GROOTEL alhier op een hondert twee en zestig gulden.
Afgehangen van drie hondert gulden en gedaalt op twee hondert vijftig gulden en daar voor gemeint bij GIJSBERT PEETER GIJSBERS te AARLE, dico f. 250=..=..
Slaat twintig slagen
Borgen: JOACHIMUS PEETER CROOIJMANS en JAN van DUIJNHOVEN.
Ontfangen defect quitantie van Borgemeesters.
De Smal Tiende van MILHEEZE onder BAKEL, zoo en gelijk die bij den laatsten pagter is gecollecteert en getiend geweest, en waar van den Pagter voor verponding en reëele lasten zal moeten betaalen f. 3=11= 4
Ingezet bij TOMAS WEERTS alhier op twee en vijftig gulden, afgehangen van tagtig gulden, en gedaalt op den voorz. inzet, en daar voor aan den inzetter TOMAS
WEERTS voorsz. gebleeven, dico f. 52=..=..
Slaat twee slagen.
Borgen: MARTIENUS en HENDRIK WEERTS.
De Smal Tiende van GROOTEL, SCHIPSTAL en WOLFSPUTTEN, zooals van oudts is getiend geweest, en waar van den pagter voor verponding en reëele lasten zal moeten betaalen f. ..= 8.. 4
Ingezet bij TOMAS WEERTS Alhier op vijf gulden Afgehangen van vijftien Gulden en gedaalt op agt Gulden en daar voor gemeint Bij JOHANNIS VERBAKEL,
Dico f. 8=..=..
Slaat twee slagen.
Borgen: PEETER van de LAAR en HENDRIK van GROOTEL.
En alzoo ten uitgang des Hoogsels niemand meer hoogende of slaande dan de respective laatste slagers zoo zijn dezelve naar het aftellen van tien ieder van zijn Clamp pagter gebleeven, dewelke beneevens haar gestelde Borgen hebben belooft de vorenstaande Conditie te zullen voldoen, naarkoomen en agtervolgen, onder verband, submissie en renuntiatie als in dezelve breeder gemeld.
Aldus gedaan, gemeijnt, beslagen en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorsz. deezen Neegentienden Julij Een duizent agt hondert en drie, ten overstaan van JAN WILLEM van de MORTEL Schout-Civiel, JAN BIEMANS en PEETER van der POEL Scheepenen, die de minute deeses beneevens den Heere verpagter en mij ondergeschreeve Secretaris eijgenhandig ten Prothocolle hebben onderteekend.
Quod Attestor
G. van RIET, Secrts.


Toegangsnummer 80. inventarisnummer 391.
d.d. 20-07-1803.

BAKEL.
Verpagt-Conditie der TIENDENS toebehoord hebbende
De Abtdeije van ECTERNACH, fol. 1.
Over de jaare 1803.
De 20e Julij 1803
Jura binnen gemeld.
Conditie der verpagte Tiende toebehoord hebbende aan De Abtdeije van ECHTERNACH, fol. 82 verso.
Den 16e Julij 1802.
Jura binnen gemeld.
Folio 1 recto.
Voor ’t Landt.
Conditien en voorwaarden waar op den Burger H.F. de L’HEUREUX als de administrateur over de goederen toebehoord hebbende aan d’Abtdije van ECHTERNACH en gecommitteerde uit de Commissie van Administratie over alle de Goederen en Domeinen door de Fransche aan de Bataafsche Replublicq bij transactie van den 5en Januarij 1800 afgestaan resideerende te BREDA, ten overstaan van het Gemeente Bestuur van BAKEL en MILHEEZE aan de meestbiedende of eerstmeinende Publiek en voor alle man zal verpagten de Groove en Smalle Tienden, toebehoord hebbende aan gemelde Abtdeije van ECHTERNACH en thans in naam van bovengemelde Commissie bestierd wordende door den zelven Heere H.F. HEUREUX Practicerend Advocaat binnen de Stad EIJNDHOVEN en zulx voor den oogst van deesen jaare Een duizend agt honderd en drie.
Art. 1.
Deese verpagtinge zal geschieden om Carolij Guldens tot twintig stuijvers het stuk Hollandsch gereekend en in geen mindere munte dan gereduceerde Schellingen aan handen van den Rentmeester of Administrateur tusschen Kersmis en Ligtemis eerstkomende binnen de Stad EIJNDHOVEN voorsz. ten lasten en Pericule des pagters offte der pagteren aan te tellen te betaalen en te leeveren Generalijk vrij van alle lasten egeene ter waereld uijtgescheijden, hoe die ook zoude mogen genaamt worden het zij derzelve ten laste des Pagters offte der Pagteren, of wel des Eijgenaars bereijd zijn in gesteld of namaals ingesteld mogte worden, en inzonderheid vrij van alle ordinaire en Extraordinaire verpondinge met derselver verhooginge of beurloon, zonder dat den Pagter off Pagters hen van eenige Placaate off resolutien ter Contrarie deeses zullen moogen laaten bedienen maar dien onvermindert de beloofde Pagtpenningen van alle lasten los en vrij moeten betaalen als voor.
2.
En specialijk vrij van den Reëelen omslag ofte omslagen, van welkers gedaane betaalinge als meede van de bovengemelde verpondinge de Pagter of Pagters zal of zullen gehouden zijn de quitantien meede tusschen Kersmis en Ligtemis eerstkomende aan handen van den Rentmeester binnen EIJNDHOVEN voormeld te overhandigen en aan hem onder behoorlijk recepsis < = bewijs van ontvangst > over en aff te geeven op peene van zulx niet doende te verbeuren een boete van drie zilvere Ducatons ten behoeve van den Armen alhier, alles meede zonder de minste korting aan de beloofde pagtpenningen.
3.
Opgemelde Tiende zal eerst ingezet en daarna afgehangen worden, en zal den hoogsten inzetter het voormeijnen hebben, mitsgaders aanstonds tot een premie trekken een zilvere ducaton, dog zal den geenen welke bij uytgang des hoogsels pagter blijven zal, gehouden zijn het emport < = waarde > van dien aan den gemelde Heere verpagter te restitueeren, zonder de minste korting, aan de geloofde pagtpenningen, waarna deselve weederom zal worden affgehangen en zal den geenen die deselve afmeijnt gehouden zijn te slaan luttel of veel slagen doende iederen slag eene gulden, gaande half ten profijte van den Heere verpagter en half ten voordeele van den meijnder slager of ontslager, de slagen en weederslagen te betaalen paratelijk bij den uytgang des hoogsels, kunnende een ieder hier op hoogen en slaan en welk hoogsel na het aftellen van een tot tien zal uytgaan, wanneer den geenen pagter blijven zal, dewelke na het aftellen van tien daar aan zal zijn gebleven.
4.
De voorsz. Tiende word verpagt zonder dat aanzien of reflectie zal genomen worden op al te Excessiven; reegen, te veel droogte, honingdauw, wind, vries, hagelslag, of andere des Hemels ongelukken ter zake van alle dewelke den Pagter ofte Pagters egeene affslag of kortinge aan zijne geloofde pagtpenningen zal mogen pretendeeren, maar onmiddellijk na het uitgaan van het Hoogsel, staan ten baate en Laste van den Pagter.
5.
De Pagter of Pagters zal of zullen bij het afmeijnen of bij het uijtgaan des hoogsels ten allen tijden des gerequieerd wordende een of meer sufficiante en aan den Heere verpagter aangenaame borgen te stellen, die beneevens de Pagter of Pagters als schuldenaar principaal onverscheijden en ieder een voor al zullen moeten gelooven alle de Conditien en voorwaarden promptelijk te zullen voldoen naarkomen en agtervolgen onder verband als na regten.
6.
En indien den pagter off pagters van zulx te doen bleeff in mora en gebreeken zoo zal den Heere verpagter die voorsz. Tiende weederom aanstonds op nieuws mogen verpagten het zij Publicx en voor alle man of mond aan mond, meerdergeldinge zal weesen ten profijte van den Heere verpagter en de mindergeldinge zal men met alle de kosten, schaade en intressen aan de gebreekige Pagter als met regt verwonnen schuld konnen en mogen verhaalen, daar van en van allen ’t geene voorsz. wel Expresselijk protesteerende bij deeze en Constitueerende weijders den Pagter of Pagters en zijne gestelde Borgen alle en een iegelijk Toonderen deeser uijtgemaakte Conditie en specialijk zodanige Procureurs als welke voor de gerechte van DEN BOSCH zijn Postuleerende < = optredende voor iemand als verdedigers in rechte >, omme haar bij Scheepenen der zelve Stad in den inhoude en in het naarkomen deezes volontairlijk ten hunner kosten en lasten te doen en te laaten Condemneeren, den eene om de Condemnatie te verzoeken en den anderen om in dat verzoek vrijwillig te Consenteeren en verders hun onverscheijden en een voor al nu en voor als dan, zig Submitteerende aan en over het regt van ingebod en judicature van Scheepenen der Stad van DEN BOSCH voorschreeve zullende de Pagters beneevens hunne Borgen zig moeten Submitteeren aan het regt van Parate Excecutie.
7.
Den Pagter of Pagters of die geene welke voorsz. Tiende zal of zullen aangeslagen hebben, zal of zullen hebben zodanige ses en neegentig vaten rogge in Specie als aan de Abtdije van ECHTERNACH Jaarlijx in Erfpagt Competeert gaande uijt het gedeelte der Tiendens eertijds gebruijkt zijnde bij de hoevenaars op SCHIPSTAL, te verschijnen Ligtemis 1804 aanstaande, mits daarvoor aan den Heere Verpagter betaalende sodanige somme van Penningen als te Ligtemis naastkomende aan de ontfangers voor het vat rogge betaald moet worden.
8.
Den Pagter of Pagters zal of zullen bij het uijtgaan des hoogsels aan den Heere verpagter moeten betaalen van iedere Clamp drie zilvere ducatons of de waarde van dien met nog twee gulden en tien stuijvers van iedere Clamp, als meede Eene gulden tien stuyvers voor Klampgeld, uitgezondert van den Smalle Tiende volgens Resolutie van welgem. Commissie van den 11e Januarij 1803.
9.
De Pagters van de na te melden Clampen Tienden zullen gehouden zijn respectivelijk zorge te dragen, dat ingeval in ’t volgende Jaar die Clampen Tienden niet tijdig genoeg of niet verpagt zoude mogen worden en zulx nodig waare voor de verpagtinge deselve te Tienden, dat zulx door hem pagter of pagters respectivelijk van den eersten en tweede Clamp werden gedaan en verrigt ten behoeve van die geene welke deselve eerste en tweede Clamp naderhand respective zullen komen te pagten, zonder daar voor iets te reekenen of te mogen declareeren en zonder dat iemand anders zig daar meede zal hebben te bemoeijen als werdende zulx wel Expresselijk geinterdiceert bij deese.
10
De respective pagters zullen moeten betaalen voor Jura van Schout en Scheepenen mitsgaders Secretaris voor het instellen, houden en beschrijven deeser Conditie, en het leeveren van Copie Authenticq aan den Heere verpagter mitsgaders voor afhanggeld in alles te zamen tien Gulden Hollandsch geld van iedere Clamp.

Op alle welke zo Generaale als Speciale Conditien en voorwaarden zoo word alhier om te verpagten ten beurde gesteld.
Eerstelijk den Clamp Tiende nu genaamt KERKEIJNDSEN CLAMP beginnende van het SOERSEL regt langst DE KERKSTRAAT met den MOOLENAKKER daarbij, scheijdende DEN LIJKWEG op het huijs van JAN PIETERS en voorts op DE BEEK uit schietende op den Gemeenen Weg aan het OVERSCHOT, en voorts weeder tot aan HET SOERSEL en verdere Landerijen aldaar geleegen onder BAKEL. volgens oud gebruijk.
Den Pagter zal voor verponding en Reële Lasten moeten betaalen f. 51=..= 6
Den Pagter van deesen Clamp zal genieten de zes en neegentig vaten rogge zooals Art. 7. staat vermeld.
Verp. f. 34=..= 4
½ Reëel f. 17=..= 2
51=..= 6
Ingezet bij FRANCIS MARTENS alhier op vijff hondert vijff en tagtig gulden, afgehangen van zes hondert en twintig gulden en daar voor gemeijnt bij PEETER de VETH alhier, dico f. 620=..=..
slaat tien slagen, denselven nog zestig slagen, te zamen 70 slagen op f. 35=..=..
conditiën geld f. 11=19=..
666..19=..
Borgen: MARCELIS MANDERS en FRANCIS MARTEN.
De Tweede verdeeling nu genaamt DEN KERKEIJNDSEN CLAMP, scheidende DE KERKSTRAAT beginnende op DEN VLINKERT, en schietende op ESPH, met een derde deel van den SCHAAPSDRIES volgens oud gebruik.
Den Pagter van deesen Clamp zal genieten de neegen vaten rogge die door de Commanderije van GEMERT aan gemelde Abtdeije moet gelevert worden.
En zal den Pagter voor verponding en Reëele Lasten moeten betaalen f. 51=..= 6
Verponding f. 34=..= 4
½ reëel f. 17=..= 2
51=..= 6
Ingezet bij JAN TOMAS PEETERS alhier op zes honderd en zeeventig gulden.
Afgehangen van zeeven honderd en dertig gulden en gedaalt op zes hondert vier en zeeventig gulden en daar voor gemeijnt bij JAN TOMAS PEETERS voorsz., dico f. 674=..=..
Slaat tien slagen, denselven nog tien slagen, dus 20 slagen f. 10=..=..
Conditie gelden f. 11=19=..
695=19=.
Borgen: GUILHELMUS den DOOP en ADRIAAN van de MORTEL.
De Smal Tiende zoo als van oudts is Competeerende aan gemelde Abtdeij bestaande in lammeren, varkens, biën, vlas, zaad, etc. van voorsz. twee Clampen Tienden vrij van onraad mits betaalende de s’Lands en Dorps lasten.
Verponding f. 1=11=..
½ Reëel f. ..=15= 8
f. 2= 6= 8
Ingezet bij MARTINUS WEERTS alhier op Een en vijfftig gulden
Afgehangen van Tagtig gulden en daar voor aan den inzetter MARTINUS WEERTS voorsz. gebleeven, dico f. 51=..=..
Slaat twee slagen f. 1=..=..
52=..=..
Borgen: JAN JOOST BIEMANS en JOACHIMUS NOOIJEN.
En alzoo ten uijtgang des hoogsels niemand meer hoogende of slaande dan de respective laatste slagers, zoo hebben deselve beneevens hunne gestelde Borgen belooft de voorenstaande Conditie te zullen voldoen naar koomen en agtervolgen onder verband Submissie en renuntiatie als in deese Conditie breeder staat vermeld.
Aldus gedaan gemeijnt beslagen en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorsz. deesen twintigsten Julij Eenduizent agt hondert en drie, ten overstaan van PEETER van der POEL Scheepen Loco Schout Civiel, JOHANNES VERBAARSCHOT en JAN BIEMANS Scheepenen die de minute deeses beneevens den Heere verpagter en mij ondergeschreeve Secretaris Eijgenhandig ten prothocolle hebben onderteekend.
Quod Attestor,
G. van RIET, Secretaris.

Toegangsnummer 80, inventarisnummer 391.

d.d. 20-07-1804.
BAKEL
Conditie der verpagte Tiende te BAKEL toebehoord hebbende aan
De Abtdeije van ECHTERNACH, fol. 17 recto.
Dato 20e Julij 1804
Jura binnen gemeld.

Voor ’t Land.
Conditien en voorwaarden waar op en volgens welke De Heer en Mr. H.F. de L’HEUREUX als de administrateur over de goederen toebehoord hebbende aan d’Abtdije van ECHTERNACH en gecommitteerde door de Commissie van Administratie over alle de Goederen en Domeinen door de Fransche aan de Bataafsche Replubliek bij transactie van den 5en Januarij 1800 afgestaan resideerende te BREDA, ten overstaan en bijweesen van het Gemeente Bestuur van BAKEL en MILHEEZE aan de meestbiedende of eerstmeinende Publiek en voor alle man zal verpagten de Grove en Smalle Tienden, toebehoord hebbende aan gemelde Abtdeije van ECHTERNACH en thans in naam van bovengemelde Commissie bestierd wordende door den zelven Heere en Mr. H.F. HEUREUX Practicerend Advocaat binnen de Stad EIJNDHOVEN en zulx voor den oogst van deesen jaare Een duizend agt honderd en vier.
Art. 1.
Deese verpagtinge zal geschieden omme munten van Carolij Guldens tot twintig stuijvers het stuk Hollandsch gereekend en in geen mindere munte dan gereduceerde Schellingen aan handen van den Rentmeester of Administrateur tusschen Kersmis en Ligtemis eerstkomende binnen de Stad EIJNDHOVEN voorsz. ten lasten en Pericule des pagters offte der pagteren aan te tellen te betaalen en te leeveren Generalijk vrij van alle lasten egeene ter waereld uijtgescheijden, hoe die ook zoude mogen genaamt worden het zij derzelve ten laste des Pagters offte der Pagteren, of wel des Eijgenaars bereijd zijn in gesteld of namaals ingesteld mogte worden, en inzonderheid vrij van alle ordinaire en Extraordinaire verpondinge met derselver verhooginge of beurloon, zonder dat den Pagter off Pagters hen van eenige Placaate off resolutien ter Contrarie deeses zullen moogen laaten bedienen maar dien onvermindert de beloofde Pagtpenningen van alle lasten los en vrij moeten betaalen als voor.
2.
En specialijk vrij van den Reëelen omslag ofte omslagen, van welkers gedaane betaalinge als meede van de bovengemelde verpondinge de Pagter of Pagters zal of zullen gehouden zijn de quitantien meede tusschen Kersmis en Ligtemis eerstkomende aan handen van den Rentmeester binnen EIJNDHOVEN voormeld te overhandigen en aan hem onder behoorlijk recepsis < = bewijs van ontvangst > over en aff te geeven op peene van zulx niet doende te verbeuren een boete van drie zilvere Ducatons ten behoeve van den Armen alhier, alles meede zonder de minste korting aan de beloofde pagtpenningen.
3.
Opgemelde Tiende zal eerst ingezet en daarna afgehangen worden, en zal den hoogsten inzetter het voormeijnen hebben, mitsgaders aanstonds tot een premie trekken een zilvere ducaton, dog zal den geenen welke bij uytgang des hoogsels pagter blijven zal, gehouden zijn het emport < = waarde > van dien aan den gemelde Heere verpagter te restitueeren, zonder de minste korting, aan de geloofde pagtpenningen, waarna deselve weederom zal affgehangen worden en zal den geenen die deselve afmeijnt gehouden zijn te slaan luttel of veel slagen doende iederen slag eene gulden, gaande half ten profijte van den Heere verpagter en half ten voordeele van den meijnder slager of ontslager, de slagen en weederslagen te betaalen paratelijk bij den uytgang des hoogsels, kunnende een ieder hier op hoogen en slaan en welk hoogsel na het aftellen van een tot tien zal uytgaan, wanneer den geenen pagter blijven zal, dewelke na het optellen van tien daar aan zal zijn gebleven.
4.
De voorsz. Tiende word verpagt zonder dat aanzien of reflectie zal genomen worden op al te Excessiven; reegen, te veel droogte, honingdauw, wind, vries, hagelslag, of andere des Hemels ongelukken ter zake van alle dewelke den Pagter egeene affslag of kortinge aan zijne geloofde pagtpenningen zal mogen pretendeeren, maar onmiddellijk na het uitgaan van het Hoogsel, staan ten baate en Laste van den Pagter.
5.
De Pagter of Pagters zal of zullen bij het afmeijnen of bij het uijtgaan des hoogsels ten allen tijden des gerequieerd wordende gehouden zijnde een of meer sufficiante en aan den Heere verpagter aangenaame borgen te stellen, die beneevens de Pagter of Pagters als schuldenaar principaal onverscheijden en ieder een voor al zullen moeten gelooven alle de Conditien en voorwaarden promptelijk te zullen voldoen naarkomen en agtervolgen onder verband als na regten.
6.
En indien den pagter off pagters van zulx te doen bleeff in mora en gebreeken zoo zal den Heere verpagter die voorsz. Tiende weederom aanstonds op nieuws mogen verpagten het zij Publicx en voor alle man of mond aan mond, meerdergeldinge zal weesen ten profijte van den Heere verpagter en de mindergeldinge zal men met alle de kosten, schaade en intressen aan de gebreekige Pagter als met regt verwonnen schuld konnen en mogen verhaalen, daar van en van allen ’t geene voor en na beschreeven staat weer Expresselijk protesteerende bij deeze en Constitueerende weijders den Pagter of Pagters en zijne gestelde Borgen alle en een iegelijk Toonderen deeser uijtgemaakte Conditie en specialijk zodanige Procureurs als welke voor de gerechte van DEN BOSCH zijn Postuleerende < = optredende voor iemand als verdedigers in rechte >, omme haar bij Scheepenen der zelve Stad in den inhoude en in het naarkomen deezes volontairlijk ten hunner kosten en lasten te doen en te laaten Condemneeren, den eene om de Condemnatie te verzoeken en den anderen om in dat verzoek vrijwillig te Consenteeren en verders hun onverscheijden en een voor al nu en voor als dan, zig Submitteerende aan en over het regt van ingebod en judicature van Scheepenen van DEN BOSCH voorschreeve zullende de Pagters beneevens hunne Borgen zig moeten Submitteeren aan het regt van Parate Excecutie.
7.
Den Pagter of Pagters of die geene welke voorsz. Tiende zal of zullen aangeslagen hebben, zal of zullen hebben zodanige ses en neegentig vaten rogge in Specie als aan de Abtdije van ECHTERNACH Jaarlijx in Erfpagt Competeert gaande uijt het gedeelte der Tiendens eertijds gebruijkt zijnde bij de hoevenaars op SCHIPSTAL, te verschijnen Ligtmis 1805 aanstaande, mits daarvoor aan den Heere Verpagter betaalende zodanige somme van Penningen als te Ligtmis naastkomende aan de ontfangers voor het vat rogge betaald moet worden.
8.
Den Pagter of Pagters zal of zullen bij het uijtgaan des hoogsels aan den Heere verpagter moeten betaalen van iedere Clamp drie zilvere ducatons of de waarde van dien met nog twee gulden en tien stuijvers van iedere Clamp, als meede Eene gulden tien stuyvers voor Klampgeld, uitgezondert van den Smalle Tiende volgens Resolutie van welgem. Commissie van den 11e Januarij 1803.
9.
De Pagters van de na te melden Clampen Tienden zullen gehouden zijn respectivelijk zorge te dragen, dat ingeval in ’t volgende Jaar die Clampen Tienden niet tijdig genoeg of niet verpagt zoude mogen worden en zulx nodig waare voor de verpagtinge deselve te Tienden, dat zulx door hem pagter of pagters respectivelijk van den eersten en tweede Clamp werden gedaan en verrigt ten behoeve van die geene welke deselve eerste en tweede Clamp naderhand respective zullen komen te pagten, zonder daar voor iets te reekenen of te mogen declareeren en zonder dat iemand anders zig daar meede zal hebben te bemoeijen als werdende zulx wel Expresselijk geinterdiceert bij deese.
10
De respective pagters zullen moeten betaalen voor Jura van Schout Scheepenen mitsgaders Secretaris voor het instellen, houden en beschrijven der Conditie, en het leeveren van Copie Authenticq aan den Heere verpagter mitsgaders voor afhanggeld in alles te zamen tien Gulden Hollandsch geld van iedere Clamp.
Op alle welke zo Generaale als Speciale Conditien en voorwaarden zoo word alhier om te verpagten ten beurde gesteld.
Eerstelijk den Clamp Tiende nu genaamt DEN SCHOUTSEN CLAMP, beginnende aan DEN RIJPELBERG langst DE BAKELSE BRUG Zuidwaarts tot ANDRIES van NEERVEN en de akkers Noordwaards langst DE BEEK bij DEN SCHOENMAKER, en van daar langst de weg tot de Weduwe TOMAS LAMBERS met de Clampkens genaamt PAPENRIJT en KALVEREEUWSEL Noordwaards, en is onder deesen Clamp verdeelinge mede begreepen de Tienden van de Ackers op DEN HOOGEN AARLE en KIEVIDSBRAAK.
Den Pagter zal bij deesen Clamp genieten de zes en neegentig vaten rogge zo als Art. 7 staat uitgedrukt.
Verp. f. 34=..= 4
½ Reëel f. 17=..= 2
51=..= 6
Ingezet bij WILLEM DIRK JANSEN, alhier op zes hondert en een gulden, affgehangen van zeeven hondert gulden en gedaalt op zes hondert eene gulden, en daar voor aan den Inzetter WILLEM DIRK JANSEN voorn. gebleeven, dico f. 601=..=..
Slaat twee slagen, denzelven Slaat nog vier slagen f. 3=..=..
Conditie f. 11..19=..
615=19=.
Borgen: WILLEM JAN PTR. CLAASSEN en JOHANNIS VERBAARSCHOT.
Den andere zijde van denzelven Clamp Tiende Noordwaards beginnende bij WILLEM RAIJMAKERS, regt door de Straat tot het BRUGSKEN bij DEN SCHOENMAKER, en zoo voorts neevens DE BEEK Zuijdwaards, en is onder deese verdeelinge begreepen de Tienden van de Akkers op ESPH zoo als van oudts gebruijkelijk.
Den Pagter zal bij deesen Clamp genieten de neegen vaten rogge die door de Tienden van de Commanderije van GEMERT aan opgemelde Abtdije uit DEN KERKEIJNDSEN CLAMP moet geleeverd worden.
Verpond. f. 34=..= 4
½ Reëel f. 17=..= 2
51=..= 6
Ingezet bij JAN van den HEUVEL Te DEURNE op vijff hondert veertig Gulden, afgehangen van zes honderd Twintig gulden en gedaalt Op vijff hondert en veertig
Gulden En daar voor aan den Inzetter JAN Van den HEUVEL voorsz. gebleeven, dico f. 540=..=..
Slaat twee slagen f. 1=..=..
Conditie f. 11=19=..
f. 552=19=..
Borge: JACOBUS LAMERTS en JAN MATTIJS MANDERS.
De Smal Tiende zoo als van oudts is Competeerende aan voormelde Abtdeij bestaande in lammeren, varkens, biën, zaad, vlas etc. van voorsz. twee Clampen Tienden vrij van onraad mits betaalende de s’Lands en Dorps lasten.
Ingezet bij JOHANNIS TIJSSEN alhier op Een en veertig gulden Afgehangen van Tagtig gulden en gedaalt op twee en veertig gulden en daar voor gemeijnt bij MARTINUS WEERTS alhier, f. 42=..=..
Slaat twee slagen denselven f. 3=..=..
Slaat nog twee slagen f. 45=..=..
Borgen: JAN BIEMANS en HENDRIK WEERTS.
En alzoo ten uijtgang des hoogsels niemand meer hoogende of slaande dan de respective laatste slagers, zoo hebben deselve beneevens hunne gestelde Borgen belooft de voorenstaande Conditie te zullen voldoen naar koomen en agtervolgen onder Submissie verband en renuntiatie als na regten.
Aldus gedaan gemeijnt beslagen en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorsz. deesen twintigsten Julij Eenduizent agt hondert en vier, ten overstaan van PEETER van der POEL President Scheepen Loco Schout Civiel, JAN BIEMANS en JOHANNES VERBAARSCHOT Scheepenen die de minute deeses beneevens den Heere verpagter en mij ondergeschreeve Secretaris behoorlijk ten prothocolle hebben onderteekend.
Quod Attestor,
G. van RIET, Secretaris.

Website door Active-Bits