CAD 1752
“De Kroniek van Driek”
Oud Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr. 39, folio 92 verso.
d.d. 12-01-1752.
Compareerde voor Heeren Schepenen der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL ondergenoemt ARNOLD van de MORTEL nu President Schepen deser Heerlijkheden, en HENDRIK KONINGS oud Borgemeester deser Heerlijkheden, gerigtelijk gedaagt om getuygenis der waarheyd te geven ter Requisitie van de Heer ANTONI LA FORME Drossard deser Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL. Dewelke hebben getuygt en verklaart voor waaragtig te weten den eersten in ordine deponent ARNOLD van de MORTEL dat op Saterdag namiddag ontrent drie uuren sijnde geweest den agtiende December 1751 de twee gearresteerde en gegijselde persoonen alhier te weeten JACOB REMONT en LOUIS ISNARD. Dat den voornoemde JACOB REMONT aan hem heeft gevraagt om een alemoes, en den anderen heeft sien staan aan huys van den tweeden deponent. Dat een van de soldaaten die alhier sijn op verdrijven van de vagebonden etc., aan den voornoemde JACOB REMOND gevraagt heeft waar sijn attestatie was. Daar op hij antwoorde dat hij die attestatie te VENRAY int hoy verlooren had. Dat daar op de soldaaten de voornoemde twee persoonen hebben aangehaalt en aan den Heere Drossard hebben over gebragt.
Den tweeden in ordine deponent HENDRIK KONINGS den welke heeft verklaart dat ten dage, tijde voorschreven aan sijn huys is geweest den voornoemde LOUIS ISNARD en aan hem een duyt gegeven heeft en dat hij doen weg is gegaan.
Eyndigende sij comparanten hier mede dese haare waaragtige verklaaringe en hebben na voorgaande prelectuure daar bij gepersisteert en redenen van welwetentheyd geallegeert en hebben ider haar gedeponeerde mette woorden soo waarlijk, moest haar God Almagtig helpen bevestigt. Actum DEURNE desen twaalfden January XVIIc twee en vijftig ten overstaan van JAN BOLLEN en WILLEM THORO Schepenen.
ARNOLD van de MORTEL
HENDRICK FRANS CONINCK
JAN BOLLEN
WILLEM THORO
Mij Present J. BOKHORST Schepen Loco Secretaris.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 47B, doos 49, nr. 37.
d.d. 13-01-1752.
Tweede Edutale Indaginge Vorster der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL wort mits desen van mijn ondergeschr. ANTONI LA FORME Drossard deser Heerlijkheden DEURNE en LIESZEL, uyt kragte van decreet van apprehensie, en mits Fugitiefschap met de Clausule van Edicte, verleend bij Heeren Schepenen deser Heerlijkheden van dato den 17 December 1751. Soo werd bij desen gerigtelijk gedagvaart bij Edicte den persoon van ANTOIN GROENEWALT woonende alhier, omme op Woensdag dat wesen zal den 26 deser maand January voor de middag ten elff uuren te compareeren voor gemelte Heeren Schepenen op de Crimineele Rolle, en aldaar te antwoorden op de Tigt, en Aansprake Crimineel. als bij, ende wegens den Nomine Officii Eysscher en Aanlegger is overgegeven met de Inthimatie, want den gedaagde bij Edicte Compareert, of niet, dat egter tegens hem zal werden voort geprocedeert, ende versogt worden het tweede default, ende voort proffijt van dien versteeken van sijne Exceptie dilatoir, en de den Heere Eysscher en Aanlegger zal worden geaccordeert, een ander herdaginge ad quindenam, ende zult gij Vorster Copie hier van op Donderdag den dertiende January deses jaars XVIIc twee en vijftig ter behoorlijke tijt en plaatse affigeeren, en geven <?> relaas.
Actum DEURNE desen dertiende January XVIIc twee en vijftig. Toorkonde A. LA FORME.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 47B, doos 49, nr. 37.
d.d. 13-01-1752.
Littera C.
Relatere ik ondergeschr. Vorster der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL het annexe tweede dagement bij Edicte van ANTONI GROENEWALT tegens de Criminele Rolle van den ses en twintigsten january XVIIc twee en vijftig des voormiddags ten elff uuren bij Edicte en klokkeslag gedaan te hebben op Donderdag den dertiende January XVIIc twee en vijftig, op tijt, uur en plaatse gewoonlijk, en copie van het selve op behoorlijke zegel, geaftigeert.
Actum DEURNE desen dertiende January XVIIc twee en vijftig, Toorkonde:
M.v. SCHAIJK.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr. 33, folio 27 verso.
d.d. 17-01-1752.
Gesien bij Mijn Heeren Schepenen der Heerlijkheden Deurne en LIESSEL, de remonstrantie met de informatien daar bij gevoegt, aan Haar Eerw. overgegeven door de Heer ANTONI LA FORME Drossard deser voorschreven Heerlijkheden, versoekende Haar Eerw. decreet ten lasten van LOUIS ISNARD gebooren te BARBANCON in PROVENCE en woonagtig te AVIGNON in VRANKRIJK, oud twee en twintig jaaren, mitsgaders ten lasten van seekeren JACOB RAYMOND geboortig van SAIVE, twee uuren van de Stad LUYK, oud ontrent twee en twintig jaaren, of wel dat deselve ingevolge Haar Ho. Mo. Placaat van den 1e April 1738 mogten worden gecondemneert, om aan den lijve gestraft te worden, of andersints, soo als in goede Justitie geoordeelt soude worden te behooren. En op alles wel en rijpelijk gelet waar op in desen eenigsintss te letten stonde en met betrekking tot den tweeden gegijselde JACOB RAYMOND speciaal reguard genoomen hebben, de op het declaratoir en verklaaringe van den Meyer, Schepenen, en Pastoor van SAIVE den 3e deser maand January 1752 aldaar gegeven, waar bij deselve verklaaren dat den gegijselde JACOB RAYMOND, is haren inwoonder, en een jongeling van een goed gedrag, en onbesprooken leven, uyt eerlijke ouders, aldaar woonagtig, gebooren mede gehad het pree advies van twee onpartijdige regtsgeleerdens. Mijne Heeren Schepenen voorschreven verklaaren dat, in het versoek, omme te hebben decreet niet kan worden getreeden en, word het selve derhalve mits desen van de hand gewesen, en relaxeeren den voornoemde tweeden gegijselden JACOB RAYMOND, uyt sijne gijseling en detentie, condemneeren hem niet te min, in de kosten. Bannen voorts den eersten gegijselden LOUIS ISNARD, voor den tijt van vijff jaaren, uyt het District en Jurisdictie van dese Heerlijkheden, op peene van binnen op gemelte tijt daar weder in komende, als dan te sullen wordenn gestraft, als in goede Justitie, en naar exigentie van saake sal bevonden worden te behooren, condemneeren hem tot dien in de kosten van regt, en misen van Justitie cum expensis. Actum in Judicio criminali binnen DEURNE desen seventiende January XVIIc twee en vijftig, door ons Schepeen desen onderteekent.
J. BOKHORST
A. van de MORTEL
JAN BOLLEN
WILLEM TORO
GABRIEL PLUYM
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 47B, doos 49, nr. 37.
d.d. 27-01-1752.
Derde Edictale Indaginge Vorster der Heerlijkheden DEURNE en LIESZEL.
Wort mits desen van mijn ondergeschr. ANTONI LA FORME Drossard deser Heerlijkheden DEURNE en LIESZEL, uyt kragte van decreet van apprehensie, en mits fugitieffschap met de clausule van Edicte verleende bij Heeren Schepenen deser Heerlijkheden van dato den 17e December 1751. Soo werd bij desen geregtelijk gedagvaart bij Edicte den persoon van ANTOIN GROENEWALT woonende alhier omme op Woensdag dat wesen zal den negende van de aanstaande maand February, voor de middag ten elff uuren te compareeren voor gemelte Heeren Schepenen op de Criminele Rolle, en aldaar te antwoorden op de Tigt en Aanspake Crimineel als bij, ende wegens de Nomine Officii Eyscher en Aanlr. is aangegeven, met inthimatie, want den ged.en bij Edicte Compareert, of niet, dat egter tegens hem zal worden voortgeprocedeert ende versogt het derde default, en de voort proffijt van dien versteeken van sijne Exeptie peremptoir, ende van antwoort ten principaalen, mitsgaders van alle weeren en exepte defentien, die hij soude konnen doen, ende den Heer Nomine Officii geaccordeert sal worden een vierde herdaagsel ex supra abundant ad quiurdenam. Ende zult gij Vorster copie hier van op Donderdag den seven en twintigsten January XVIIc twee en vijftig ter behoorlijke tijt en plaatse copie affigeeren, en geven mijn relaas. Actum DEURNE desen seven en twintigsten January XVIIc twee en vijftig, Toorkonde,
A. LA FORME.
<In de marge>
Exhibitium in Criminali den 9 February 1752. Lettera F.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 47B, doos 49, nr. 37.
d.d. 23-02-1752.
Exhibitium in Judicio Criminali den 23 February 1752.
Intendith, gedaan maken, en aan de Wel.Eerw. Heeren Schepenen der Heerlijkheden DEURNE en LIESZEL overgegeven, uyt naam, ende van wegens de Heer ANTOIN LA FORME Drossard deser Heerlijkheden Nomine Officii Eysscher en Aanlegger ter eenre:
Op ende Jegens:
ANTONI GROENEWALT, gewoont hebbende alhier, gedaagden bij Edicte, Latitant, en Defaillant, ter andere sijde.
Wel Eerwaarde Heeren Schepenen.
Omme welken Intendit te fundeeren zoo zegt den Heere N.O.-Eyssr. en Aanlr. en het blijkt bij de stukken.
1.
Dat den gedaagden, en defaullant, ingevolge Uw Wel Eerw. appoint: van decreet van apprehensie met den clausule van Edict in cas van Fugitiefschap, in dato 17 December 1751 hier gevoegt Littera A.
2.
Tot drie maalen toe, ordentelijk gedagvaart sijnde, als blijkt bijde respective actens van authorisatie, en daarbij gevoegde Relatien Sub Litteris B. C. D. E. F. G.
3.
Niet gelust heeft te compareeren.
4.
Dat den Heere N.O. Eyssr. en Aanlr. dienvolgens, tegens hem geobtineert heeft drie defaulten, met de profijten daer toe staande, en permissie, omme, denselve, ten vierde maalen te doen citeeren ex supra abundantie, omme te sien dienen van Intendit.
5.
Gelijk het selve dan ook is gedaan, als blijkt bij de acte van citatie en relatie, ten deesen geproduceert wordende, Sub Litteris M. et N.
6.
Mitsgaders, omme van desen sijnen intendit te mogen dienen, als blijkt bij het gevoegde Extract uyt de Dingrolle sub. Litrera H.
7.
En dat den Heere N.O. Eyssr, en Aanlr. bij sijne Ticht, en aansprake Crimineel geposeert heeft.
8.
Dat den gedaagden bij Edicte op Dinsdag, zijnde geweest den 30 November 1751 en wel des s'avonds, ontrent seven uuren, ontrent de huysinge van de Weduwe ANDRIES van BOMMEL alhier, op eene verradelijke wijse, aan JAN VERMEULEN, woonende te WEL, agter in den rugge, met een mes een moortdadige steek heeft toegebragt.
9.
Waar aan den gestokene moeste en immediaat (= onmiddelijk) ook overleden is.
10.
Dat al het voors. geposeerde, breeder, en onstandiger, geparreert, en bewesen word, bij de Ticht, en Aanspraake Crimineel, en Beeedigde attestatien van vier en twintig getuygen, ten desen geproduceert sub. Litteris J. et K.
11.
En nog een andere verklaringe van negen getuygen sub. Littera L.
12.
Als mede uyt de acte van beschouwinge van het doode lichaam, door Doctor en Chirurgijn, ten overstaan van de weth, op den 1e December 1751 gedaan.
13.
Ten dezen geproduceert sub. Litt. O.
14.
Door welke voors. moord begaan te hebben, den gedaagden, Latitant, en defaullant, inde eerste plaats, niet alleen volgens het gemeene Recht lijf en goed verbeurt heeft, vide paragraaf 5. Inst: Inst: de Publ. Index L. 3 paragraaf 5: L pen ff et L: 8 Cod: ad Legem Comel de Sicar.
15.
Waarmede het hedendaagsche over eenkomen.
<16 t/m 36 = latijnse tekst.
37.
Maar worde ook in de tweede plaats vermits des gedaagdens continnacie, vogelvrij verklaart moet worden.
38.
Want segt Haar Ho.Mo. Placcaat van den 28 April 1691.
39.
Indien de Rechters bevinden, dat de delinquanten sijn notoir moordenaars, zullen sij en haar gegevene vonnisse dat hebben uyt te drukkem.
En (N.B.) gecontumaceerden delinquant, des noods, vogelvrij te verklaaren.
En dat de geene die soo danige gedeclareerde delinquant, het sij levendig of doot, in handen van de Justitie brengt etc.
Waarmede desen Intendit geverifieert sijnde.
Concluderende, soo contendeert den Heere N.O. Eysscher, en Aanlegger, ten eynde dat den gedaagde bij Edicte, latitant, en defaullant, bij vonnisse van Uw Wel Eerw. in desen te geven, zal worden verstoten van alle Exeptien, dilatoir peranptoir, weeren, en defensien, die hij compareerende, hadde konnen doen, of maken, en dat hij ter saake voors. soodanig zal worden gestraft aan lijff en goed, als Uw Wel Eerw. na Wetten, Costuymen, en Placcaten van den Lande, sullen bevinden te behooren, den gedaagden bij Edicte, Latitant, en defaullant daar inne, mitsgaders in de costen van Regt condemneerende alias etc.
Imploreerende etc.
A. LA FORME Drossard.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 47B, doos 49, nr. 37.
d.d. 09-03-1752.
Gesien bij Mijn Heeren Schepenen der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL de Proceduure voor hen op de Crimineele Rolle van den twaalfde January deses jaars 1700 twee en vijftig opgestaan, en geresen tusschen den Heere ANTONY LA FORME, Drossaard der voornoemde Heerlijkheden. Nomine Officii, Eysscher, en de Aanlegger ter eenre, ende ANTONY GROENEWALT, wonende tot DEURNE, gedaagde bij Edict, latitam, ende defaillant ter andere zijde. Soo ende gelijk de voorschreve proceduure bij constumacie aan de zeyde des Heere Aanleggers is geinstrueert met de stukken, bescheeden en intendit daar toe gevoegt, ende overgelegt.
Gesien tot dien het decreet van apprehensie op den seventiende December 1700 een en vijftigh tegens den gedaagden bij Edict verleent, benevens de Edictale Citatien, vermogens de welke de respective defaulten tegens den gedaagde bij Edict van tijd tot tijd sijn gegaan. En op alles wel, en rijpelijk geleth, mede gehad het Preadvies van twee onpartijdige Regtsgeleerdens.
Mijn Heeren Schepenen versteeken den gedaagde bij Edict, latitant, en dfaillant van sijne exceptien declinatoir, dilatoir, perentoir, weeren, en defensien, die hij, comparerende, soude hebben kunnen, of vermogen te proponeeren, en allegeren. Hebben hem verders, ter saake dat in het HAAGH-EYND onder de Heerlijkheid DEURNE op den dertigsten November des gepasseerde jaars 1700 een ende vijftig JAN VERMEULEN, wonende te WEL in het Overquartier van GELDERLAND, Ressort van Sijne Koninglijke Majesteyt van PRUYSSEN met een mesche soodanige een steeck van agteren in sijne rugge souden hebben toegebragt, dat de dood immediaat daar op absoluut heeft moeten volgen, voor altoos gebannen, soo als Haar Eerwaardems hem bannen bij desen uyt de Heerlijkheyd DEURNE, en in handen van de justitie gerakende, dat ter dier sake gehoort, als dan nader tegens hem sal worden geprocedeerd, en gedisponeert, als na geleegentheyt van saaken bevonden sal worden te behooren. Den gedaagde bij Edict, latitant, en defaillant in het geene voorschreven is, mitsgaders in de kosten van regt, en misen van Justitie condomnerende.
Actum in Judicio den
Prasenten de Heeren.
Dat Heeren Schepenen in voege voors. soude kunnen en vermogen te vonnissen is't advies van de ondergetekende Regtsgeleerdens.
Actum S'BOSCH den negende Maart 1700 c twee en vijftigh.
SANTVOORT
JUYN
Oud Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr. 33, folio 30.
d.d. 17-03-1752.
Gezien bij Mijn Heeren Schepenen der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL, de Proceduure voor Hen op de Criminele Rolle van den twaalfden January deses jaars 1700 twee en vijftig opgestaan, en geresen, tusschen den Heere ANTONY LA FORME, Drossard der voornoemde Heerlijkheden, Nomine Offici, Eysscher, ende Aanlegger ter eenre, ende ANTONY GROENEWALT, woonende tot DEURNE, gedaagde bij edict latitant, ende defaillant, ter andere seyde. Zoo, ende gelijk de voorschreve proceduure bij contumacie aande seyde, des Heeren Aanleggers, is geinstrueert met de stukken, bescheeden, en intendit daar toe gevoegt, ende overgelegt. Gezien tot dien het decreet van apprehensie, op den seventiende December 1700 een en vijftig tegens den gedaagde bij edict verleent, benevens de edictale citatien, vermogens dewelke de respective defaulten tegens den gedaagde bij edict van tijd tot tijd sijn gegaan. En op alles wel, en rijpelijk geleth, mede gehad het prea advies, van twee onpartijdige rechtsgeleerdens.
Mijn Heeren Schepenen versteeken den gedaagde bij edict, latitant, en defaillant van sijne exceptien declinatoir, dilatoir, bremtoir, weeren, en defensien, die hij compareerende, soude hebben kunnen, off vermogen te proponeeren, en allegeren.
Hebbende hem verder, ter saake dat in het HAAG EYND onder de Heerlijkheyt DEURNE op den dertigsten November des gepasseerde jaars 1700 een en vijftig, JAN VERMEULEN, woonende te WEL in het Overquartier van GELDERLANT, Resort van Sijne Koninglijke Majesteyt van PRUYSSEN, met een mesch, soodanige een steek van agteren in sijn rugge soude hebben toegebragt, dat de dood immediaat daar op absoluut heeft moeten volgen, voor altoos gebannen, soo als Haar Eerwaardens hem bannen bij dezen uyt de Heerlijckheden DEURNE en LIESSEL en, in handen van de Justitie gerakende, dat ter dier, saake gehoord, als dan nader tegens hem sal worden geprocedeert, en gedisponeert, als na gelegentheyt van saacken bevonden sal worden te behooren. Den gedaagde bij edict, latitant, en defaillant in het geene voorschreeven is, mitsgaders in de kosten van regt, en misen van Justitie condemneerernde. Actum DEURNE in judicio criminalio den seventienden Maart XVIIc twee en vijftig. Presenten de Heeren JOHAN BOKHORST, ARNOLD van de MORTEL, G. van LOON, JACOB van HUGTEN, JAN BOLLEN, WILLEM THORO, en GABRIEL PLUYM, Schepenen.
J. BOKHORST
A. van de MORTEL
JAN BOLLEN
G. van LOON
WILLEM TORO
GABRIEL PLUYM
Oud Rechtlijk Archief Deurne, inv.nr. 33. folio 31.
d.d. 10-07-1752.
Gesien bij Mijn Heeren Schepenen der Heerlijkheden DEURNE en LIESSEL, de remonstrantie met de annexe stukken aan haar overgegeven door de Heer ANTONI LA FORME Drossard deser Heerlijkheden, Nomine Officie remonstrant, jegens MARIA KNUYTS, geboortig van S'HERTOGENBOSCH, dan woonagtig alhier gedetineerde. Versoekende ten eynde de voorschreven gedetineerde, ter saake van het fijt haar te laste gelegt. Soodanig mag worden gestraft, als na regt en wetten, ende placaaten van den Lande, bevonden sal worden te behooren. En op alles wel, ende rijpelijk gelet, speciaal op des gedetineerdes confessie. Mede gehad het pree advies van twee onpartijdige rechts geleerdens. Mijne Heeren Schepenen en wijsen, en verklaaren voor regt, dat de gedetineerde, in flagranti agterhaalt sijnde van tusschen den negentiende en twintigsten van de maand Juny deses jaars een kind te hebben gebaard, het geen deselve buyten echt, en in boelschap heeft overgewonnen, en kort na der selver bevalling, in haare wooninge verborgen en nog leevendig is bevonden, schuldig en gehouden is, aan den Heere Nomine Officie Remonstrant, op te leggen, ende te betaalen eene boete van een hondert guldens. Deselve daar toe mitsgaders, in de kosten van regt condemneerende. En permitteeren den Heere Nomine Officie Remonstrant bij conternaatie de gedetineerde te gijselen, tot tijt en wijlen, deselve de voorschreve boete, mitsgaders de kosten deses proceduuren, het sij in der minne, of bij taxatie en mede die sal hebben volgendaan. Actum DEURNE in Judicio den tiende July XVIIc twee en vijftig presenten de Heeren Schepenen JOHAN BOKHORST, ARNOLD van de MORTEL, GERIT van LOON, JAN BOLLEN, WILLEM THORO, GABRIEL PLUYM, JAN van LOON.
De Heeren Schepenen hebben allen getekend.
← Terug naar: CAD 1751