1850 - 1859

“De Kroniek van Driek”.

Bakel en Milheeze 1850-1859

Bakel 1850.

N.A.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 4/3, folio 47recto.
d.d. 26-01-1850.

Vergadering d.d. 26 Januarij 1850.
Het Gemeente Bestuur van BAKEL en MILHEEZE behoorlijk geconvoceerd word door den voorzitter voorlezing gedaan van eenen brief van den Schoolonderwijzer te MILHEEZE resort dezer Gemeente, houdende verzoek hem eenige ondersteuning worde toegekend als onderwijzer voor den jare 1848.
Overwegende hij als zodanig in Julij 1848 is aangesteld en als toen geen bestaan had dan slechts het schoolgeld der kinderen hetwelk ontoereikend was hebben goedgevonden Heeren Ged. Staten dezer Provincie authorisatie te 25.00 uit Gemeente Kas mogen toekennen.¦verzoeken om aan hem hiervoor
Het Gemeente Bestuur voornoemd,
M. van de POEL
P. de VETH
H. BIEMANS
J. KUNDERS
A. MARTENS
D. HENDRIKS
J. NOOIJEN
J.G. van DUPPEN.

Bakel 1852. 

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 221. akte nr. 106.
d.d. 17-04-1852.

THOMAS KANTERS, bouwman wonende te BAKEL, koopt voor zijn nog minderjarige zoon GERARD KANTERS, een remplacant (= een plaatsvervanger) om diens militaire dienstplicht te vervullen.

Bakel 1853.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 226. akte nr. 6.
d.d. 18-01-1853.

PETER GOORD van de VEN en zijn huisvrouw HELENA RAYMAKERS nemen een obligatie van de Gemeente STIPHOUT.
Daar staan o.a. voor borg voor de onroerende goederen gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie N de nummers:
163, weiland groot 33 roeden en 30 ellen.
164, bouwland groot 1 bunder en 25 roeden.
174, bouwland groot 32 roeden en 20 ellen.
182, bouwland groot 21 roeden en 40 ellen.
190, bouwland groot 27 roeden en 60 ellen.
193, bouwland groot 27 roeden en 80 ellen.
337, bouwland groot 32 roeden en 10 ellen.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 230. akte nr. 245.
d.d. 27-10-1853.

Aan ELISABETH van de KRUIS, MARIA van de KRUIS, JOHANNA MARIA van de KRUIS, MARIA ANNA van de KRUIS, JOHANNUS van de KRUIS, PETRONELLA van de KRUIS en PETER van de KRUIS worden de volgende onroerende goederen die hen aangekomen zijn van hun ouders ARNOLDUS van de KRUIS en JOHANNA VRIENS toebedeeld die o.a. gelegen zijn te BAKEL, kadastraal in Sectie N de nummers:
179, bouwland groot 57 roeden en 90 ellen.
252, bouwland groot 68 roeden en 40 ellen.
263, bouwland groot 20 roeden en 20 ellen.

Bakel 1854.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 234. akte nr. 140.
d.d. 24-06-1854.

THOMAS KANTERS en PETER KANTERS bouwlieden te BAKEL, zoons van GERARDUS KANTERS en GERTRUDA van de KRUIS, delen de goederen van hun ouders, o.a. onroerende goederen te BAKEL.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 236. akte nr. 246.
d.d. 04-11-1854.

BARBARA CROOYMANS en PETER KANTERS, echtelieden, bouwlieden te BAKEL en JOOST CROOYMANS, bouwman wonende te DEURNE hebben verkocht aan THOMAS KANTERS, bouwman te BAKEL, onroerende goederen, gelegen te BAKEL in Sectie N de nummers:
89, weiland groot 19 roeden en 20 ellen.
166, bouwland groot 45 roeden en 80 ellen.
167, bouwland groot 98 roeden en 80 ellen.
170, bouwland groot 53 roeden en 60 ellen.
177, bouwland groot 27 roeden en 70 ellen.
180, bouwland groot 18 roeden en 80 ellen.
184, bouwland groot 58 roeden.
189, bouwland groot 34 roeden en 60 ellen.
192, bouwland groot 33 roeden en 90 ellen.
330, bouwland groot 51 roeden en 20 ellen.

Bakel 1856.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 240. akte nr. 146.
d.d. 04-06-1855.

PETER CLAASSEN, bouwman woonende te BAKEL neemt een obligatie en stelt als borg de onroerende goederen gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie N de nummers:
40, weiland groot 3 roeden en 70 ellen.
231, bouwland groot 27 roeden en 50 ellen.
346, bouwland groot 43 roeden en 10 ellen.
373, bouwland groot 19 roeden en 40 ellen.
En in de Sectie O de nummers:
188, huis en schuur groot 2 roeden en 34 ellen.
189, weiland groot 25 roeden en 34 ellen.
157, weiland groot 4 roeden en 20 ellen.
158, bouwland groot 13 roeden en 20 ellen.
167, weiland groot 43 roeden en 60 ellen.
513, weiland groot 28 roeden en 40 ellen.
515, bouwland groot 9 roeden en 60 ellen.
517, bouwland groot 2 roeden en 70 ellen.
518, bouwland groot 19 roeden en 80 ellen.
218, bouwland groot 15 roeden en 50 ellen.
107, bouwland groot 28 roeden en 60 ellen.
183, bouwland groot 27 roeden en 50 ellen.
523, bouwland groot 25 roeden en 80 ellen.
En in Sectie N de nummers:
20, bouwland groot 38 roeden en 70 ellen.
21, weiland groot 43 roeden en 20ellen.
305, bouwland groot 6 roeden en 60 ellen.
En in Sectie O het nummer:
237, bouwland groot 26 roeden en 80 ellen.

Rijksarchief Den Bosch. d.d. 07-10-1855.
Memorie van aangifte der nalatenschap van PETRONELLA JOOSTEN te BAKEL overleden.

De ondergeteekenden
PETER van ANSEM, HENDRICUS van ANSEM, CHRISTINA van ANSEM en MARIA van ANSEM allen wonende te BAKEL meerderjarige kinderen van nagemelde overledene. Voorts HENDRICUS de GREEF wonende te LIESHOUT als voogd over de minderjarigen JOOST, JOHANNA MARIA, en MARTINUS van ANSEM ook kinderen van nagemelde overledene, alle in huwelijk verwekt met wijlen haren overleden echtgenoot PETER van ANSEM, verklaren:
Dat PETRONELLA JOOSTEN in leven weduwe van PETER van ANSEM, te BAKEL hare woonplaats, is overleden den 14 Augustus 1855.
Dat hare gehele nalatenschap ab in testato wordt geërfd door voormelde hare eenige kinderen.
Dat de overledene geene onroerende goederen heeft nagelaten, geene goederen in vruchtgebruik heeft gehad en dat door dit overlijden geen fidei Commis is overgegaan of vervallen. Voorts ten effecte dees domicilie te kiezen te BAKEL ten woonhuize van PETER van ANSEM voornoemd.
BEEK en DONK, den 7 October 1855.
P. v. ANSEM
H. de GREEF
De overige comparanten verklaren niet te kunnen schrijven
Geverifieerd,
De Inspecteur,
onleesbaar.

Bakel 1857.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 250. akte nr. 29.
d.d. 26-01-1857.

GODEFRIDUS BRANTEN, bouwman wonende te BAKEL neemt een hypo­theek op zijn onroerende goederen, gelegen te BAKEL o.a in kadastraal Sectie N, de nummers 173, 176 en 248.

Notaris van de Kemenade te Gemert.
d.d. 16-05-1857.

Heden den Zestienden Mei achttien honderd zeven en vijftig, 'smorgens ten tien ure.
Te GEMERT in het logement DE KEIZER.
Ten verzoeke en in tegenwoordigheid van van de heeren:
BARTHOLD FRANS JOHAN ANNE Baron van VERSCHUUR, rentenier wonende te MAASTRICHT, in eigen naam en als in huwelijk hebbende Vrouwe ANNA WILHELMINA CAROLINA FREDERICA CATHARINA van RIEMSDIJK van GEMERT.
Voorts MATTHEUS HEINRICH JOHANNES LUPS, rentenier wonende op DEN BIJLAND, gemeente HERWEN en AERDT (GELDERLAND): in eigen naam en als in huwelijk hebbende Vrouwe JACOBA THEODORA GERARDA van RIEMSDIJK van GEMERT.
Beide comparanten eveneens als volgens hunne verklaring, hiertoe mondeling gevolmagtigd door Vrouwe DANIËLA WESSELMAN, douaire Jonkheer Meester ADRIANUS van RIEMSDIJK van GEMERT rentenierster wonende te MAASTRICHT, en door Jonkheer ADRIANUS WILLEM GERRIT van RIEMSDIJK van GEMERT, lid van het muntcollegie, belast met de werkzaamheden van Inspecteur Essayeur < = proever > Generaal der Munt te UTRECHT, wonende aldaar.
Is door CORNELIS van KEMENADE, notaris standplaats hebbende te BEEK en DONK, Arrondissement EINDHOVEN; provincie NOORD BRABAND, in tegenwoordigheid der nagenoemde twee getuigen.
Overgegaan, na gedane aankondiging in de nieuwsbladeren en op de alhier gebruikelijke wijze, tot het verhuren in het openbaar der na omschreven bouwhoeven en andere landerijen aan de echtgenooten der heeren Comparanten met bovengenoemde lastgevers, in gemeenschap toebehoorende en zulks op de lasten bedingen en voorwaarden alhier volgende, te weten:
Artikel een. Deze verhuuring geschiedt alleen bij inzet en opbod, elke bieder moet zijn bod gestand doen, de veiling kan, indien verzoekers zulks geraden achten nog een of meermalen worden herhaald, de meestbiedende bij de laatste veiling is huurder, behoudens echter de bevoegdheid der verzoekers van toekennen of inhouden waaromtrent zij, zulks goedvindende, zich nog een uur na den afloop, hun beraad voorbehouden; sommige der losse perceelen worden geveild in onderdeelen en massa, de meeste gelding komt bij de toewijzing in aanmerking, en gelijkstaande beslissen verhuurders ten aanzien der toekenning; iedere bieder of huurder wordt aangemerkt voor zich zelven te hebben gehandeld, in dien hij krachtens lastgeving heeft gehuurd, zijn verzoekers bevoegd den lastgever als huurder aan te nemen of te weigeren, zonder dat zij daarvoor eenige redenen behoeven op te geven, ingeval de lastgever niet als huurder wordt aangenomen blijft niettemin de lasthebber verpligt zijn bod gestand te doen en de huur voor zijne eigen rekening aan te nemen.
Artikel twee. Deze huurovereenkomst wordt aangegaan en gesloten voor eenen tijd en termijn van zes achtereenvolgende jaren, ingaande te weten van: de tuinen, wei-, hooi- en heidelanden, met zodanig bouwland als de tegenwoordige huurders als voorland hebben aanvaard, ter aanwijzing door of van wege verzoekers, half Maart, de huizen en verdere gebouwen met het erf Pinksteren, en het overig bouwland oogst stoppelbloot, alles in den jare achttien honderd acht en vijftig, en eindigende op evengelijke tijdstippen, in den jare achttien honderd vier en zestig, zonder dat daartoe wordt vereischt eenige op of aanzegging; sommige der losse perceelen echter worden verhuurd voor minder tijdvaste hetwelk bij de omschrijving zal worden bepaald.
Artikel drie. De huurprijs, zoo als die wordt uitgeloofd, is voor elk jaar verschuldigd en moet door den huurder jaarlijks worden betaald aan handen van de verhuurders of hunne gemagtigde in vaste cours hebbende Nederlandsche muntspecien ten Kasteele van GEMERT op den acht en twintigsten December, eerstmaal in den jare achttien honderd negen en vijftig en zoo vervolgens, tot dat de laatste huurtermijn is aangezuiverd; van de laste perceelen verschijnt de eerste huurtermijn in het jaar na de aanvaarding, behoudens ander beding bij de omschrijving: de nalatigen verbeuren zonder ingebrekenstelling voor boete eenen intrest van vijf ten honderd s'jaars, en betalen daarenboven alle onkosten tot invordering aan te wende, behoudens nog de bevoegdheid der verhuurders, om in zoodanig geval ten allen tijde, deze huurovereenkomst te kunnen doen ontbinden en den nalatigen huurder het gehuurde te kunnen doen ontruimen op den eerst daar opvolgenden gewonen verlatenstijd, alleen wordt hiertoe vereischt eene ingebrekenstelling, ten minste acht dagen voor de ontzetting, aan den huurder ten zijnen koste te beteekenen, dit alles behoudens de wettelijke voorregten den verhuurders competerende.
Artikel vier. De huurders der drie bouwhoeven moeten daarenboven, behalve het doen der geringe reparatien, volgens de wet ten hunnen laste, telken jare leveren ter plaatse door verhuurders aan te wijzen, te weten; die van nummer een vijftien honderd Nederlandsche ponden-, nummer twee duizend Nederlandsche ponden-, en nummer drie twee duizend Nederlandsche ponden goed geschud droog roggen dakstroo, de huurders moeten daarenboven bij het met stroo repareren of dekken, der daken, den dekker opperen en leveren de noodige dekbanden; bij andere reparatien of verbetering aan de gebouwen, die verhuurders zullen willen laten doen, zijn de huurders eveneens verpligt de bouwstoffen aan te voeren doch niet verder dan binnen drie uuren afstand, en altijd het werkvolk te verschaffen kost en drank, daarenboven zal elke huurder eener bouwhoeve verpligt zijn op vordering door of namens verhuurders en ten hunne behoeve telken jare vier dagen met kar en paard werkzaam te zijn, huurder vav nummer een en ook nog, om jaarlijks twee roggebrooden gereduceerd op zestig cents te leveren aan den Roomsch Katholijke Pastoor van GEMERT, alles zonder vergoeding, alleen genieten zij daar voor den onbruikbaren afval van het oude en nieuwe dakstroo, latten en dekroeden; de overige bouwmaterialen, daaronder de nieuwe latten, dekroeden en deknagels, leveren de verhuurders en betalen ook de daggelden van het werkvolk niet tot het huisgezin des huurders behoorende.
Artikel vijf. De huurders moeten hun gehuurde aanvaarden in alzulken staat en grootte als hetzelve zich bevindt, verhuurders willen geenszins tot vrijwaring wegens de opgegevene maat of toestand gehouden zijn, de huurders doen afstand van alle eischen daartoe betrekkelijk en worden geacht volkomen bekend te zijn met hun gehuurde, alle geschillen omtrent afpaling als anderzins beslissen verhuurders, de huurders moeten hun gehuurde in persoon, met eigen huisgezin, loffelijk bewaren, bemesten, bebouwen en beweiden, handhaven de voordeelige en gedogen de nadeelige erfdienstbaarheden, voorts elkander, alwaar het vereischt wordt, kosteloos overwegen toegang te verleenen; zij vermogen zonder toestemming der verhuurders, geene groes, wei- of hooiland hoegenaamd, omploegen, omspitten of afvlaggen; op boete van vijf en twintig gulden per bunder mindere groote naar evenredigheid, ten behoeve van den Algemeenen Armen der gemeente waaronder de gronden zijn gelegen; dadelijk bij ontdekking te betalen, boven en behalve de vergoeding van de schade daardoor aan verhuurders toegebragt, alleen wordt hun geoorloofd om met eene krabzeis het onder het hout groeijende loof en dorre bladeren, zonder de wortelen te benadeelen, afte krabben en ten hunnen voordeele te gebruiken, mits tevens de dorens en ander onkruid ruimende en goede aarde in de plaats brengende; het wordt den huurders uitdrukkelijk verboden; om van deze naar andere gronden te vervoeren of doen vervoeren, eenige aarde of mestspecie, hetzij stroo- of zoo genaamd kortmest, alle de aanwezige mestspecie, wordt zooveel het laatste als de overige jaren gebezigd op de onder de huur begrepen gronden, onaangezien eenige gewoonte of plaatselijke gebruik hiermede in strijd, en het laatste huurjaar moet het bouwland ten minste voor twee derde met rogge of tarwe worden bezaaid; alles op pene van vergoeding der schade, door verzuim en overtreding dezer voorwaarden, aan verhuurders veroorzaakt.
Artikel zes. Verhuurders reserveren voor zich alle jagtregten: en al het hout, zoo opgaande als schaarhout op de gronden groeijende, voorts de bevoegdheid van poten, planten, snoeijen, hakken, vervoeren, omdelven en doorslooten, op alle tijden en plaatsen, zijnde de huurders verantwoordelijk voor de schade die door hun vee aan het hout word toegebragt.
Artikel zeven. De huurders zijn verpligt te laten volgen de tiende, zooals die van sommige veldvruchten geheven wordt door de daarop regthebbenden, in cas van afkoop der tiendpligtigheid genieten de verhuurders dezelve; de huurders moeten ten hunnen laste in behoorlijken staat en schouwbaar onderhouden de wegen en waterleidingen, loopende of vlietende langs het gehuurde, en zijn de daarop te leggen keuren en schouwbreuken, ook de geregtskosten voor hunne rekening.
Artikel acht. Verhuurders betalen alleen de grondlasten, alle andere openbare belastingen zijn voor rekening der huurders.
Artikel negen. In cas van aanmerkelijke brandschade, niet komende voor rekening van den huurder blijft aan verhuurders het regt tot ontbinding van het huurkontrakt of tot herstel der afgebrande of beschadigde gebouwen, zonder gehouden te zijn om voor de herstelling in de tijdelijke woning van den huurder te voorzien.
Artikel tien. De huurders kunnen in geen geval aanspraak maken op vermindering, noch minder op kwijtslag van huurprijs of andere prestatien, wegens verlies van of te lijden nadeel aan de veldvruchten en het grasgewas, waardoor dan ook veroorzaakt hetzij door gewone, hetzij door buitengewonen toevallen, rampen of onheilen.
Artikel elf. De huurders der bouwhoeven onder GEMERT gelegen zijn verpligt al de granen voor het gebruik van hun huisgezin en vee benoodigd, te doen malen te GEMERT, op de korenmolens der verhuurders, bij overtreding dezer verbindtenis, verbeuren de overtreders telken male drie gulden, ten behoeve van den Algemeenen Armen van GEMERT.
Artikel twaalf. Al de onkosten op deze verhuring vallende, geene uitgezonderd en onaangezien eenige zonder beding de verhuurders, dezelve moete worden betaald dadelijk bij den toeslag, volgens begrooting, om nader bij declaratie te vereffenen.
Artikel dertien. De huurders zijn gehouden en verpligt om dadelijk bij den toeslag, op vordering en ten genoege van verhuurders, te stellen eenen of meer Solvente borgen, die alleen door hunne toestemming, hoofdelijk en onder afstand der voorregten aan borgen toegekend, even als de huurders zelf, zijn verbonden tot prompte jaarlijksche betaling der huurprijzen en naleving van alle de verdere lasten, bedingen en voorwaarden boven omschreven; buitenlanders, kunnen met toestemming van verhuurders hunne borgers later, doch in alle gevalle binnen vier weken aanwijzen.
Artikel veertien. De huurders der losse perceelen zijn eveneens als de huurders der bouwhoeven verpligt, de granen voor hun huis en hun vee benoodigd, te doen malen te GEMERT op de korenmolens der verhuurders, op pene als bij artikel elf bepaald.
Na voorlezing van al het vorenstaande aan de vergaderde personen is op de lasten bedingen en voorwaarden boven omschreven, aangeboden en vervolgens de bouwhoeven nummers een en twee ingehouden voorts in huur toegekend.
Nummer drie. Een bouwhoeve gelegen onder BAKEL, genaamd DE ESPERHOEVE, bestaande in huis, stal, schuur, schop, bakhuis, erf, hof en bij en aanhoorig bouw- en weiland, zamen in grond groot, volgens de kadastrale opmeting, negen en twintig Bunders vier Roeden, twee en negentig Ellen; alles zoo en in dier voegen als dezelve thans in huur is bij de kinderen PETER van ANSEM cum suis; aan GERARDUS HEESAKKERS, landbouwer wonende te BEEK en DONK jaarlijks voor vijf honderd vijftig gulden boven de meerdere lasten, present en accepterende.
< De 28 verschillende los liggende percelen in de gemeente GEMERT gelegen werden aan diverse comparanten verhuurd. Deze passage is door mij achterwege gelaten >.
Vervolgens compareerde onder andere:
JOSEPH KANTERS en JOHANNIS KANTERS landbouwers wonende te GEMERT, zich stellende als borgen voor den huurder der bouwhoeve nummer drie GERARDUS HEESAKKERS.
Al de comparanten zijn aan den notaris bekend.
Gedaan en verleden en daarvan dit proces verbaal in minute opgemaakt, in tegenwoordigheid van PETER de LOUW landbouwer, en MATHIJS van EUPEN deurwaarder, beide wonende te GEMERT en aan den notaris bekend als getuigen.
En is deze onmiddelijk na gegevene voorlezing onderteekend door de Comparanten, except PETER van BERLO, MARTINUS van DOORNIK, PETER PETERS, FRANCIS DIRKS, ANTONIE van ZEELAND, JOHANNES VERSCHUREN, HENDRIENA van GEMERT, JOHANNES JANSSEN, GERARDUS van SCHIPSTAL, JOHANNES WASSENBERG, WILHELMUS van MELIS, landbouwer, JOHANNES BEEKMANS, LAMBERT van der AA en MICHIEL BEEKMANS die verklaarden niet te kunnen schrijven of hunne naam teekenen, als zulks niet hebbende geleerd, voorts door de getuigen en den notaris.
Ter plaatse en ten dage als in het hoofd gemeld, des na middags ten vijf ure.
De huurder WILLEM PENNINGS is gebleken, zich bij het sluiten dezes te hebben verwijderd.
< Hierna volgen de handtekeningen van alle overige aanwezige comparanten >.
De ondergeteekende begroot, ter regeling van het registratieregt, de lasten aan den huurder der bouwhoeve nummer drie opgelegd, op twintig gulden 's jaars.
C. van KEMENADE, notaris.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 254. akte nr. 225.
d.d. 20-10-1857.

PETRUS van den BIGGELAAR, wonende te HEESCH, WILLEM van den BIGGELAAR, bouwman te DEURNE en MARTINUS van den BIGGELAAR bouwman te HELMOND, verkopen aan HENDRIK van SCHAIK een perceel bouwland, gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie N, nummer 221 groot 22 roeden en 20 ellen.

Bakel 1858.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 257. akte nr. 69.
d.d. 11-03-1858.

JOACHIMUS van den HEUVEL, landbouwer te BAKEL neemt een hypotheek van 800 gulden op zijn onroerende goederen, gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie O de nummers:
292, weiland groot 77 roeden 10 ellen.
363, weiland groot 87 roeden.
364, bouwland groot 45 roeden 70 ellen.
365, huis en schuur groot 3 roeden 26 ellen.
366, schuur groot 1 roede 44 ellen.
385, bouwland groot 1 bunder 8 roeden 80 ellen.
387, bouwland groot 1 bunder 52 roeden 10 ellen.
463, bouwland groot 78 roeden 30 ellen.
465, heide groot 21 roeden.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 258. akte nr. 138.
d.d. 29-05-1858.

PETRUS van ANSEM, bouwman wonende te BAKEL, in hoedanigheid van voogd over de minderjarige kinderen van THEODORUS MAASAK­KERS verklaart mede, verhuurt te hebben aan HENDRIKUS van ANSEM bouwman, wonende te NUENEN, GERWEN een bouwmanserf met bijbehorende teul, groes en weilanden staande en gelegen te NUENEN GERWEN.

Bakel 1859.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 264. akte nr. 120.
d.d. 25-05-1859.

PETRONELLA REINDERS, weduwe JOSEPH VERSPAGET, landbouwster wonende te BAKEL verkoopt aan JOHANNES JANSEN bouwman te BAKEL twee percelen bouwland gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie E nummer 108 en in Sectie N nummer 238, tezamen groot 18 roeden 40 ellen.

B.H.I.E. Eindhoven.
Notarieel Archief Beek en Donk.
d.d. 15-07-1859.

Kohier van lasten, bedingen en voorwaarden, op en overeenkomstig welke zal worden overgegaan tot het provisioneel veilen en finaal verkoopen in het openbaar, der volgende onroerende goederen gelegen en kadastraal bekend, te weten:
Onder BAKEL
Eerste koop Een bouwmanshuizinge, stal, schuur en verdere getimmerten, voorts erf, tuin, en aangelegen bouw en weiland, Sectie O, nummers 476, 477, 478 en 479, zamen in grond groot een bunder achttien roeden vier en negentig ellen.
Belast met eene rent groot vijf en zeventig cents 'sjaars, verschuldigd aan den Algemeene Armen der gemeente BAKEL overgaande ten laste van den koper.
Tweede koop. Een perceel bouwland bij THEODORUS KLAASSEN, Sectie O, nummer 211, groot drie en vijftig roeden tien ellen.
Derde koop. Een perceel bouwland DE HERBERG, Sectie O, nummer 380, groot tien roeden, veertig ellen.
Vierde koop. Een perceel bouwland DE ACHTERSTE KRABBE, Sectie O, nummers 225 en 528, zamen groot zes en veertig roeden tachtig ellen.
Vijfde koop. Een perceel bouwland DE LANGE KRABBE Sectie O nummer 224, groot zes en dertig roeden zestig ellen.
Zesde koop. Een perceel bouwland DE KRABBE, Sectie O nummers 236 en 237, zamen in grond groot zeven en vijftig roeden veertig ellen.
Zevende koop. Een perceel bouwland DE BULT, sectie O, nummer 241 groot dertien roeden twintig ellen.
Achtste koop. Omtrent de helft van bouwland DE KRABBE, Sectie O nummer 250, het geheel groot twee en vijftig roeden tien ellen, afgepaald aan de westzijde of aan de zijde van het erf van HENDRIK BIEMANS, bij onderlinge schikking aangegaan zonder geschrift, behoort het overschot van dit perceel aan de erven BLUISSEN, mede eigenaren.
Negende koop. Een perceel bouwland DE DONKEN, Sectie O nummers 160, 159 en 184, zamen in grond groot zes en zestig roeden tachtig ellen.
Tiende koop. Een perceel weiland HET EEUWSEL, Sectie O nummer 168, groot drie en veertig roeden tachtig ellen.
Elfde koop. Een perceel weiland DE DRIEHOEK, Sectie O, nummer 275, groot zestien roeden.
Twaalfde koop. Omtrent vier vijfde gedeelte van weiland HET LANGVELD en VISVIJVERKE, Sectie O nummer 306, het geheel groot vijf en negentig roeden zestig ellen, afgepaald, belend de eene zijde HENDRIK NOOIJEN de andere ANTONIUS de WIT en het resterende gedeelte van dit perceel, het welke volgens onderlinge schikking, aangegaan zonder geschrift, behoort aan, de erven BLUISSEN, mede eigenaren.
Dertiende koop. Een perceel weiland, DE STROOM, Sectie N, nummer 38, groot twee en zeventig roeden negentig ellen.
Belast met eene rent groot eenen gulden vijftig cent s'jaars verschuldigd aan den Algemeene Armen der gemeente BAKEL en MILHEEZE, overgaande ten laste van den kooper.
Veertiende koop. Een perceel weiland DE STROOM, Sectie N, nummer 41, groot zeven roeden dertig ellen.
Vijftiende koop. Een perceel bouwland HET GOOR, Sectie L nummer 56, groot negen en veertig roeden tachtig ellen.
Zestiende koop. Een perceel weiland DE HOOGE DRIES, Sectie N, nummer 73, groot vijf en twintig roeden veertig ellen.
Zeventiende koop. Een perceel bouwland en heide AAN DEN MOLEN, uitmakend de nummers 243 en 377 der Sectie N, geheel, en een daaraangrenzend gedeelte van nummer 378 dezelfde Sectie, afgepaald, de geheele grootte dezes onbekend.
Achttiende koop. Een perceel bouwland HET HAGELKRUIS, Sectie E nummer 205, groot veertien roeden vijftig ellen.
Negentiende koop. Een perceel bouwland DE DIJSSELBLOEM, Sectie Q nummer 79, groot twee en vijftig roeden tachtig ellen.
Twintigsten koop, Een perceel dennenbosch DE DIJSSELBLOEM Sectie Q, nummer 99, groot twee en zestig roeden.
Een en twintigsten koop. Een perceel bouwland achter DE SCHANS, Sectie O, nummer 507, groot negen en veertig roeden zeventig ellen.
Twee en twintigsten koop. Een perceel weiland HET VEN, Sectie P, nummer 20, groot zeven en veertig roeden zeventig ellen.
Drie en twintigsten koop. Een perceel dennenbosch HET VEN, Sectie A, nummer 183, groot een bunder.
Vier en twintigsten koop. Een perceel houtbosch IN DEN OLDERD, Sectie D, nummer 35, groot acht en zestig roeden.
Vijf en twintigsten koop. Een perceel houtbosch IN DEN OLDERD, Sectie D, nummer 43, groot zes en negentig roeden vijftig ellen.
Zes en twintigsten koop. Een perceel bouwland DE VILT, Sectie E nummer 252, groot een en dertig roeden.
Zeven en twintigsten koop. Een perceel bouwland AAN DE BEEK, Sectie E, nummer 245, groot twee en twintig roeden.
Acht en twintigsten koop. Een perceel dennenbosch DE EESSEN AAN DE PEEL, Sectie A, nummer 96, groot een bunder vier en twintig roeden tachtig ellen.
Onder AARLE-RIXTEL
Negen en twintigsten koop. Een perceel hooiland DE BEEMD, Sectie B nummer 655, groot een bunder achttien roeden veertig ellen.
Artikel een. Deze verkooping geschiedt provisioneel bij inzetten, opbieden, afhangen en hoogen of slaan, met slagen van vijf gulden elke, waarvan vier vijfde ten voordeele der verkoopers en een vijfde voor den verhooger zelve, door den kooper te betalen en finaal bij uitbranden van waslicht; ten dage der finale verkooping zullen de provisionele koopers het voorregt hebben om het eerst te hoogen of slaan op de wijze als voor, waarna wederom aan iedereen dezelfde bevoegdheid wordt toegekend, tot zoo lang er een waslicht zal zijn uitgebrand, zonder dat onder het branden van hetzelve gehoogd of geslagen wordt, houdende de verzoekers vervolgens nog een half uur aan zich het vermogen van toekennen of inhouden.
Artikel twee. De Notaris beslist alle geschillen betrekkelijk deze verkooping, van welken aard die mogten zijn, zonder hooger beroep.
Artikel drie. Elke bieder, mijner of hooger, moet zijn bod gestand doen en de hoogste blijvende zijnen koop accepteren, doch verkoopers behouden het regt om het bod van zoodanige verkopers die volgens hun oordeel, geene genoegzame zekerheid tot nakoming tot hunne verbindtenis aanbieden te weigeren, in welke geval de vorige bieders, mijners of hoogers, worden geacht de hoogsten te zijn gebleven, eveneens is elke bieder, mijner of hooger zoo wel als de koopers verpligt dadelijk, desgevorderd wordende, voldoender borgtogt te stellen, tot zekerheid voor de nakooming hunner handeling, de magt om voor een ander te koopen wordt echter verleend, mits nalevende de wettige voorschriften, doch het staat verkoopers vrij, den lasthebber al of niet te erkennen als kooper, in het laatste geval is de lasthebber voor zijne handeling verantwoordelijk.
Artikel vier. Boven er de behalve de kooppenningen betalel de kopers in nederlandsche op rijks kantoren gangbare muntspecien dadelijk bij de toekenning, al de kosten op deze verkooping vallende, te berekenen volgens wettig tarief, ook die der levering en alle andere hoe ook genaamd, hoezeer er mogten onder zijn, die zonder beding voor rekening van verkoopers zouden komen.
Artikel vijff. De koopprijs moet worden betaald aan hander der verkoopers, ten kantore en ten overstaan van den ondergeteekenden notaris van of op den vijftienden November achttienhonderd negen en vijftig, in muntspecie als voor 't een algemeen afschrift dezes zal ter diligentie van verkoopers ten kantore der hypotheken worden overgeschreven, en bij of na de betaling worden uitgereikt aan den kooper die den hoogsten koopprijs schuldig is, de overige koopers ontvangen slechts een uittreksel voor zoo veel elks gekochte aangaat, welk afschrift of uittreksel den belanghebbende koopers tevens verstrekke tot bewijs, dat de door hun verschuldigde kooppenningen zijn gekweten.
Artikel zes. Verkoopers waarborgen de koopers, welk niettegenstaande stoornis tot betaling van koopprijs en onkosten verpligt zijn, tegen alle namaning, doch verkopingen dat koopprijs en onkosten ten bepaalde tijde integraal moeten worden gekweten, zelfs in het geval de koopers zonder dit beding zich daartegen zonder kunnen verzetten.
Artikel zeven. De goederen werden verkocht voetstoots, met al de regten en lasten daaraan verbonden, in alzulken staat en grootte als dezelve zich bevinden, zonder vrijwaring wegens zichtbare of verborgen gebreken noch wegens de juistheid der kadastrale indeeling, en onder beding dat over of ondermaat, hoe aannemelijk die ook zijn zoude, is ten voor- en nadeele der koopers, die geacht werden er mede bekend bekend te zijn, en staat het huis en de verdere getimmerten, in onderhoud en wegens brand of andere rampen en onheilen, van af den finalen toeslag voor rekening gevaar en schade van den kooper.
Artikel acht. Tot zekerheid der kooppenningen en onkosten, bedingen verkoopers het regt van hypotheek op het te verkoopene met onherroepelijke volmagt, om bij gebreke van betaling ten bepaalden tijde hetzelve zonder voorafgaande in gebrekenstelling, wederom in het openbaar te kunnen doen verkoopen tot verhaal van dat een en ander met de kosten en renten, alles voorbehoudens hun regt, om het eventueie te kort komende, op den nalatigen kooper te verhalen.
Artikel negen. De koopers kunnen de goederen in gebruik aanvaarden, te weten, de heide, de bosschen, den tuin, het wei- en hooiland half Maart, het huis ende verdere getimmerten met het erf Pinksteravond en het bouwland oogst stoppelbloot, alles in den jare achttien honder zestig, doch het bouwland door den huurder als voorland aanvaard, gaat aan de koopers van hetzelve half Maart van dat jaar in genot over, terwijl de grondlasten voor hunne rekening zullen beginnen te loopen prima Januarij achttien honderd zestig, in welk jaar en zoo vervolgens op der verschijndag de voren omschreven op deze goederen gevestigde pachten door de koopers dier perceelen voor den eerstemaal moeten worden voldaan.
Artikel tien. De huurprijs dezer goederen ad twee honderd vijf en negentig gulden 'sjaars, verschijnende in dezen jare achttien honderd negen en vijftig, reserveren verkoopers ten hunne behoeven, doch dei verschijnende in den jare achttien honderd zestig genieten de koopers den verhuurder gronden, mits dezelve voor hunne rekening van de huurders invorderende, onder hun te verdeelen ponds ponds gewijze naarmate den door hun uitgeloofde kooppenningen verder worden gereserveerd al de roerende goederen in en bij de gebouwen aanwezig het eigendom zijnde van den bewoner, mitsgaders al het hout staande op de bosschen in DEN OLDERD, voorts al de opgaande boomen, het opreihout der knootboomen, en al het schaarhout in het aanstaande voorjaar oud vier of meer jaren, te ruimen: de eikenboomen voor Kersmis en de rest voor half Maart, alles in den jare achttien honderd en zestig.
Artikel elf. Boven omschreven onroerende goederen zullen worden geveild volgens de bovenstaande omschrijving of zoodanig gesplitst en bijeengevoegd als verkoopers zullen geraden achten, de meeste gelding echter komt in aanmerking bij den finalen toeslag en gelijk staande beslissen verkoopers omtrent de toekenning, ongeprejudiceerde < = onbevooroordeeld > hun recht van inhouden.

In het jaar achttien honderd negen en vijftig, den achtsten der maand Julij, des namiddags te twee ure, te BAKEL ten huize en herberge van HENDRIKUS van THIEL.
Ten verzoek van de Heeren:
Primo. MARTINUS SLITS, koopman wonende te ALMELO, in eigen naam, Secundo HENDRIK van DIJK, koopman wonende te AARLE-RIXTEL, in eigen naam en als meester der regten en actien zijnen echtgenoote ANNA MARIA SLITS; Tertio ALBERTUS JOHANNES SLITS, ook wel genaamd ELBERTUS JOHANNES SLITS, Roomsch Katholijk Priester wonende te MEXICO, Quarto ANTOON van WINKEL, Ontvanger van s'Rijks directe belastingen en accijnsen, wonende te UDEN, in zijne hoedanigheid van algemeen gevolmagtigde zijns broeders GERARD LAURENS van WINKEL, bediende in een kaarsenfabrijk wonende te LUIK (BELGIE) door deze aan hem verstrekt zoo in eigen naam als in zijne hoedanigheid van vader en voogd over zijne minderjarige kinderen, gesproten uit zijn huwelijk met wijlen LUCIA SLITS, genaamd IDA FRANCISCA CHARLOTTA, LOUIS GUSTAAF THEODOOR- en EDUARD AUGUST BERNARD van WINKEL, bij geregistreerde akte van den eersten December achttien honderd acht en vijftig, verleden en in minute berustende onder den ondergeteekende Notaris.
Voorts ten overstaan van MARTINUS SLITS bovengenoemd, in zijne hoedanigheid van toeziende voogd dezen minderjarigen. Krachtens regtelijke magtiging verleend door de arrondissements regtbank zitting houdende te EINDHOVEN, bij dispositie van den acht en twintigsten April achttien honderd negen en vijftig.
Is door CORNELIS van KEMENADE, Notaris standplaats hebbende te BEEK en DONK arrissement EINDHOVEN, provincie NOORD-BRABANT, als daartoe bij aangehaald regtelijk gewijsde benoemd, in tegenwoordigheid der nagenoemde twee getuigen.
Overgegaan tot het veilen of provisioneel verkoopen in het openbaar der boven omschreven onroerende goederen, den verkoopers onder Primo, Secundo en Tertio genoemd, met de minderjarigen onder Quarto vermeld, in eigendom toebehoorende, hun aangekomen uit de nalatenschappen hunner ouders en schoonouders grootouders de gezegde minderjarigen, wijlen ADAM SLITS en FRANCINA van de POEL en behoorden gedeeltelijk tot de tusschen hun bestaan hebbende huwelijks gemeenschap en voor het overige aan genoemden ADAM SLITS alleen; alles behoudens de regten daarin aankomende aan bovengenoemden GERARD LAURENS van WINKEL, van welke goederen aan partijen geen schriftelijk eigendomsbewijs of overschrijving in de hypothecaire registers bekend is.
De finale toewijzing of verkooping zal plaats hebben ook te BAKEL, ten huize en herberge van HENDRIKUS van THIEL, op den vijftienden dezer loopende maand, des namiddags ten twee ure te beginnen, in en buiten tegenwoordigheid der provisionele koopers, alles volgens plaatselijk gebruik alhier, en op de lasten, bedingen en voorwaarden, boven omschreven:
En is hierbij in persoon tegenwoordig de verzoeker HENDRIK van DIJK, handelende in eigen naam, terwijl de overige verzoekers ten dezen worden vertegenwoordigd door den heer THEODORUS SLITS, onderwijzer wonende te AARLE-RIXTEL, uit krachte hunner mondelinge volmagte.
Van al het vorenstaande duidelijke voorlezing gegeven zijnde aan de vergaderde personen, is vervolgens:
De eerste Koop ingezet bij den medeverkooper HENDRIK van DIJK bovengenoemd, op zeven honderd gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met vijf slagen.
De tweede Koop ingezet, bij evengenoemde HENDRIK van DIJK, op twee honderd gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De derde Koop ingezet door HENDRIKUS NOOIJEN, landbouwer wonende te BAKEL, op twaalf gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De vierde Koop ingezet bij HENDRIK van DIJK voornoemd, op een honderd en zeventig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De vijfde Koop ingezet bij JOOST van den BERG, landbouwer wonende te BAKEL, op een honderd en veertig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De zesde Koop ingezet bij JOOST van den BERG voornoemd, op twee honderd en twintig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De zevende Koop, ingezet bij JAN WILLEM JANSEN landbouwer wonende te BAKEL, op dertien gulden, niet afgemijnd. voorts verhoogd met twee slagen.
De achtste Koop afgemijnd door HENDRIK BIEMANS, landbouwer wonende te BAKEL, op een honderd en vijftig gulden, voorts verhoogd met tien slagen.
De negende Koop, afgemijnd door JOHANNES RAAYMAKERS, landbouwer wonende te BAKEL, op vierhonderd en vijftig gulden, voorts verhoogd met vijf slagen.
De tiende Koop, ingezet door HENDRIKUS van OORSCHOT, landbouwer wonende te BAKEL, op twee honderd en negentig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met vier slagen.
De elfde Koop, afgemijnd door JOHANNES de WIT, landbouwer wonende te BAKEL, op een honderd en vijf gulden, voorts verhoogd met twee slagen.
De twaalfde Koop, afgemijnd door JOHANNES HENDRIKS, landbouwer wonende te BAKEL, op vier honderd vijf en negentig gulden, voorts verhoogd met drie slagen.
De dertiende Koop, afgemijnd door WILLEM WAGEMANS, landbouwer wonende te BAKEL, op vier honderd en veertig gulden, voorts verhoogd met vier slagen.
De veertiende Koop, ingezet bij JOOST van den BERG, voornoemd, op vijftig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De vijftiende Koop, afgemijnd door JOHANNES HENDRIKS voornoemd, op twee honderd vijf en twintig gulden, voorts verhoogd met zes slagen.
De zestiende Koop, ingezet bij JOOST van den BERG voornoemd, op drie honderd gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met vier slagen.
De zeventiende Koop, ingezet bij HENDRIK van DIJK voornoemd, op een honderd en zestig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De zeventien eerste koopen in massa, ingezet bij JOOST van den BERG meergenoemd, op vierduizend drie honderd vijf en zestig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met drie slagen.
De achttiende Koop, ingezet bij JAN JANSEN, landbouwer te BAKEL, op twee en dertig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De negentiende Koop, waarvan geen hout wordt gereserveerd, afgemijnd door JAN de VETH, koopman wonende te BAKEL op drie honderd en zestig gulden, voorts verhoogd met zes slagen.
De twintigste Koop, waarvan geen hout wordt gereserveerd, afgemijnd door JAN CROOIJMANS, koopman wonende te BAKEL, op twee honderd en twintig gulden, voorts verhoogde met twee slagen.
De negentiende en twintigste koopen in massa, ingezet bij HENDRIK van DIJK meergenoemd, op zes honderd gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De een en twintigste Koop, ingezet bij JOHANNES van den HEUVEL, landbouwer wonende te BAKEL, op een honderd en vijftig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met zes slagen.
De twee en twintigste Koop, afgemijnd door JOHANNES van den HEUVEL voornoemd, op twee honderd en vijftig gulden, voorts verhoogd met vijf slagen.
De drie en twintigste Koop, ingezet door HENDRIK van DIJK, meergenoemd. op zeventig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen,
De vier en twintigste Koop, ingezet bij JOHANNES CORNELISSEN, landbouwer wonende te DEURNE, op een honderd en tachtig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met vier slagen.
De vijf en twintigste Koop, afgemijnd door WILLEM VERHOEVEN, landbouwer wonende te MILHEEZE, op twee honderd en tien gulden, voorts verhoogd met drie slagen.
De zes en twintigste Koop, afgemijnd door PETER JASPERS, buiten beroep, wonende te BAKEL, op een honderd en vijftig gulden, voorts verhoogd met twee slagen.
De zeven en twintigste Koop, afgemijnd door HENDRIK van DIJK, meergenoemd, op een honderd en twintig gulden, voorts verhoogd met twee slagen.
De acht en twintigste Koop, ingezet bij HENDRIK van DIJK, dikwijls genoemd, op vijf en negentig gulden, niet afgemijnd, voorts verhoogd met twee slagen.
De negen en twintigste Koop, afgemijnd door WILLEM van den BERK, landbouwer wonende te AARLE-RIXTEL, op vijf honderd en vijftig gulden, voorts verhoogd met vier slagen.
De comparanten zijn aan den Notaris bekend.
Gedaan en verleden en daar van dit proces verbaal in minute opgemaakt, in tegenwoordigheid van HENDRIKUS van THIEL tapper, en NICOLAAS ALTHUIZEN veldwachter, beide wonende te BAKEL en aan den Notaris bekend, als getuigen.
En dus deze onmiddellijk na gegeven voorlezing ondertekend door de comparanten, except JOOST van den BERG, JAN WILLEM JANSEN, JOHANNES RAAYMAKERS, HENDRIK van OORSCHOT, WILLEM WAGEMANS, JAN ADRIAAN JANSEN en WILLEM VERHOEVEN, die verklaarden niet te kunnen schrijven of hunne namen teekenen als zulks niet hebben geleerd, voorts door de getuigen en den notaris.
H. van DIJK F. SLITS H. NOOIJEN
H. BIEMANS J. de WIT
J. HENDRIKS J.W. de VETH J. CROOIJMANS
J. v.d. HEUVEL
J. CORNELISSEN P. JASPERS
W. v.d. BERK H. van THIEL
N. ALTHUIZEN C. van KEMENADE

En heden dn vijftienden der maand Julij, achttien honderd negen en vijftig, des namiddags ten twee ure, te BAKEL ten huize en herberge van HENDRIKUS van THIEL.
Ten verzoeke en in tegenwoordigheid van de heeren:
Primo MARTINUS SLITS, gepensioneerd landmeter en koopman wonende te ALMELO eerstens in eigen naam en ten anderen in zijne hoedanigheid van gevolmagtigde zijns broeders den Wel Eerwaardn Heer ALBERTUS JOHANNES SLITS, ook wel genaamd ELBERTUS JOHANNES SLITS, Roomsch Katholijk Priester, wonende te MEXICO, blijkens onderhandsche volmagt, verleend bij brief van den acht en twintigsten December achttien honderd acht en vijftig, welke aan deze akte is vastgehecht, na door den lasthebber in tegenwoordigheid van mij notaris en de getuigen voor echt erkend te zijn, ten blijke waarvan de daarop geschreven erkenning, door den lasthebber en de getuigen nevens mij notaris is onderteekend. Secundo HENDRIK van DIJK, koopman wonende te AARLE-RIXTEL, in eigen naam en als meester der regten en actien zijner echtgenoote ANNA MARIA SLITS. Tertio ANTOON van WINKEL, Ontvanger van 's Rijks directe belastingen en accijnsen, wonende te UDEN, in zijne hoedanigheid van algemeen gevolmagtigde zijns broeders GERARD LAURENS van de WINKEL, bediende in een kaarsenfabrijk, wonende te LUIK (BELGIE) door deze aan hem verstrekt en zoo in eigen naam als in zijne hoedangheid van vader en voogd over zijne minderjarige kinderen gesproten uit zijn huwelijk met wijlen LUCIA SLITS, genaamd: IDA FRANCISCA CHARLOTTE, LOUIS GUSTAAF THEODOOR en EDUARD AUGUST BERNARD van WINKEL bij geregistreerde akte van den eersten December achttien honderd acht en vijftig, verleden voor den ondergeteekende notaris, onder zijne minute berustende.
Voorts ten overstaan van MARTINUS SLITS, bovengenoemd, in zijne hoedanigheid van toeziende voogd dezer minderjarige.
Is door CORNELIS van KEMENADE, notaris, standplaats hebbende te BEEK en DONK, arrondissement EINDHOVEN, provincie NOORD-BRABANT, in tegenwoordigheid der nagenoemde getuigen.
Op de lasten, bedingen en voorwaarden, vervat in aan gehecht proces-verbaal van provisionele veiling van den achtsten dezer loopende maand, waarvan als nu wederom aan de vergaderde personen is gegeven voorlezing.
Krachtens regtelijke magtiging daarbij breeder vermeld.
Overgegaan tot het finaal verkoopen in het openbaar der onroerende goederen, bij gezegd proces verbaal van provisionele veiling breeder omschreven en ingezet; en wordt te dien einde het tegenwoordig proces verbaal, overeenkomstig die voorwaarden van verkoop, tot naderen ontvang van hooger opengelegd.
Vervolgens compareerden:
JOHANNES HENDRIKS voornoemd, verhoogende den twaalfden koop met drie slagen.
JAN CROOIJMANS voornoemd, verhoogende den twintigsten koop met twee slagen.
NICOLAAS van GRIENSVEN, voerman, wonende te AARLE-RIXTEL, verhoogende den een en twintigsten koop met elf slagen.
WILLEM VERHOEVEN voornoemd, verhoogende den vijf en twintigsten koop met twaalf slagen.
en ANTONIE JASPERS, tapper, wonende te BAKEL, verhoogende den zeven en twintigsten koop met twee slagen.
Daarna eenigen tijd gewacht hebbende en vervolgens een kaarsje ontstoken en uitgebrand zijnde, zonder dat nog iemand is verschenen om meerder te hoogen, zoo verklaarden de verzoekers en verkoopers, zoo in eigen naam als in gezegde hunne hoedanigheden, met overleg en toestemming van den toezienden voogd over de geinteresseerde minderjarigen, in de eerste plaats den eersten-, tweeden-, vierden-, vijfden-, zesden-, dertienden-, vijftienden-, zeventienden-, drie en twintigsten en acht en twintigsten koop op en aan zich te houden, de provisionele koopers dezelve ontslaande van hun gedaan bod, voorts de overige geveilde goederen volgens de meeste gelding finaal in koop toe te kennen en alzoo hiermede wel en wettig in vollen eigendom af te staan en over te dragen aan de laatste verhoogers, volgenderwijze:
Den derden Koop, aan HENDRIKUS NOOIJEN, landbouwer, wonende te BAKEL, voor twintig gulden de slagen onder begrepen, en die alhier present verklaarde dezen aankoop voor zich te accepteren.
Den zevenden Koop, aan JAN WILLEM JANSEN voornoemd, voor een en twintig gulden, de slagen daaronder begrepen en die alhier aanwezig verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve van JOHANNES RAAIJMAKERS landbouwer wonende te BAKEL, mede present en accepterende.
En den negende Koop, aan denzelfden JOHANNES RAAIJMAKERS, voor vierhonderd en zeventig gulden, met inbegrip der slagen, die alhier aanwezig verklaarde dezen aankoop ten zijnen behoeve aan te nemen.
Den achtsten Koop aan HENDRIK BIEMANS, landbouwer wonende te BAKEL, voor een honderd en negentig gulden, met inbegrip der slagen, die aanwezig verklaarde dezen aankoop voor zich te accepteren.
Den tienden Koop aan HENDRIK van OORSCHOT voornoemd, voor drie honderd en zes gulden, de slagen daar onder begrepen, en die alhier aanwezig verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve van JOHANNES van OORSCHOT, zoon van PETER, bouwknecht wonende te BAKEL, voorts zulks voor denzelven aan te nemen, uit krachte zijne mondelinge volmagt.
Den elfden Koop aan JOHANNES de WIT voornoemd, voor een honderd en dertien gulden, die alhier present verklaarde dezen aankoop voor gezegde som, waaronder de slagen begrepen zijn, gedaan te hebben voor en ten behoeve van ANTONIE de WIT, landbouwer wonende te BAKEL, alhier aanwezig en zulks ten zijnen behoeve aannemende.
Den twaalfden koop aan JOHANNES HENDRIKS voornoemd, voor vijf honderd en negentien gulden, de slagen daar onder begrepen, die aanwezig, verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve zijner moeder JOHANNA VERHOEVEN, weduwe JOOST HENDRIKS, landbouweresse, wonende te BAKEL, mede present en zulks ten haren behoeve accepterende.
Den veertienden Koop, aan JOOST van den BERG, landbouwer wonende te BAKEL, voor acht en vijftig gulden f. 58.00
En den zestiende Koop, aan dezelfde voor drie honderd en zestien gulden f. 316.00
Zamen uitmakende drie honderd vier en zeventig guldn, de slagen daar onder begrepen f. 374.00
En die hier aanwezig verklaarde deze beide aankoopen ten zijnen behoeve aan te nemen.
Den achttienden Koop, aan JAN JANSEN, zoon van ADRIAAN, landbouwer wonende te BAKEL, voor veertig gulden, de slagen daar onder begrepen, en die present verklaarde deze aankoop voor zich te accepteren.
Den negentienden Koop, waarbij ook behoort de houtwal aan de zijde van de volgende koop, aan JAN de VETH voornoemd, voor drie honderd vier en tachtig gulden, de slagen daar onder begrepen, en die alhier aanwezig verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve zijne moeder ELISABETH JANSEN weduwe van wijlen PETER de VETH, koopvrouw wonende te BAKEL, voorts zulks ten haren behoeve te accepteren, als daartoe mondeling gevolmagtigd.
Den twintigsten Koop, aan JAN CROOIJMANS, koopman wonende te BAKEL, voor twee honderd zes en dertig gulden, met inbegrip der slagen, die present verklaard dezen aankoop ten zijnen behoeve aan te nemen.
Den een en twintigsten Koop, aan NICOLAAS van GRIENSVEN voornoemd, voor twee honderd en achttien gulden, met inbegrip der slagen, en die aanwezig verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve van WILLEM THEODORUS van NEERVEN, landbouwer wonende te BAKEL, voor wien hij zulks accepteert, als daartoe door denzelve mondeling gevolmagtigd.
Den twee en twintigsten Koop, aan JOHANNIS van den HEUVEL, landbouwer, wonende te BAKEL voor twee honderd zeventig gulden, de slagen daar onder begrepen, die present verklaarde dezen aankoop voor zich te accepteren.
Den vier en twintigsten Koop, aan JOHANNES CORNELISSEN, landbouwer wonende te DEURNE, voor een honderd zes en negentig gulden, de slagen daar onder begrepen, die alhier tegenwoordig, verklaarde dezen aankoop voor zich zelven aan te nemen.
Den vijf en twintigsten Koop, aan WILLEM VERHOEVEN, landbouwer, wonende te MILHEEZE, voor twee honderd en zeventig gulden, met inbegrip der slagen, die present verklaarde dezen aankoop voor zich zelven aan te nemen.
Den zes en twintigsten Koop, aan PETER JASPERS voornoemd, voor een honderd acht en vijftig gulden, de slagen daar onder begrepen die alhier aanwezig verklaarde dezen aankoop gedaan te hebben voor en ten behoeve van zijnen vader ANTONIE JASPERS, tapper, wonende te BAKEL, die ook present, verklaarde zulks ten zijnen behoeve aan te nemen.
En den zeven en twintigsten Koop, aan denzelfde ANTONIE JASPERS, voor een honderd zes en dertig gulden, de slagen daar onder begrepen, die aanwezig verklaarde dezen aankoop ook voor zich te accepteren.
En den negen en twintigsten Koop, aan WILLEM van den BERK, landbouwer, wonende te AARLE-RIXTEL, voor vijf honderd zes en zestig gulden, de slagen daar onder begrepen, die alhier tegenwoordig, verklaarde dezen aankoop ten zijnen behoeve aan te nemen.

De comparanten zijn aan den notaris bekend.
Gedaan en verleden en daarvan dit proces verbaal in minute opgemaakt, in tegenwoordigheid van HENDRIK van THIEL tapper, en NICOLAAS ALTHUIZEN veldwachter, beide wonende te BAKEL en aan den Notaris bekend, als getuigen.
En is deze onmiddellijk na gegevene voorlezing onderteekend door de comparanten, except JAN WILLEM JANSEN, JOHANNES RAAIJMAKERS, HENDRIK van OORSCHOT, ANTONIE de WIT, JOHANNA VERHOEVEN, JOOST van den BERG, JAN JANSEN zoon van ADRIAAN en WILLEM VERHOEVEN die verklaarden niet te kunnen schrijven of hunne namen teekenen, als sulks niet hebbende geleerd, voorts door de getuigen en den notaris.
Ter plaatse en ten dage als in het hoofd gemeld des avonds ten tien ure.
M. SLITS H. van DIJK A. van WINKEL
J. HENDRIKS J. CROOIJMANS N. van GRIENSVEN
onleesbaar
H. NOOIJEN H. BIEMANS J. de WIT
JAN de VETH J. v.d. HEUVEL J. CORNELISSEN
P. JASPERS W. v.d. BERK
H. van THIEL N. ALTHUIZEN
C. van KEMENADE
De ondergeteekende notaris verklaart naar aanleiding van artikel tien der wet den zestienden Junij achttien honderd twee en dertig / Staatsblad (No. 29) dat van den eigendoms overgang bij deze akte, de volgende kadastrale perceelen van BAKEL uit krachte der wet van den zesden Junij achttien honderd veertig (Staatsblad W07) door Heeren Gedeputeerde Staten der Provincie NOORD-BRABANT is verleend aan den nu overleden vader en grootvader der verkoopers, vrijdom van proportioneel registratie en overschrijvingsregt, te weten: voor de nummers 99 der Sectie Q en 43 der Sectie D, bij besluit van den vijf en twintigsten Februarij achttien honderd vijf en veertig Letter f f f f voor nummer 35 der Sectie D bij besluit van den vierden Junij achttien honderd twee en vijftig, Letter P P P welke vrijdom uitdrukkelijk wordt ingeroepen: en zijn die perceelen mits deze verkocht, te weten No 99 der Sectie Q als twintigste koop voor twee honderd zes en dertig gulden W 43 der Sectie D, als vijf en twintigsten koop voor twee honderd en zeventig gulden: en W 35 der Sectie D als vier en twintigsten koop voor honderd zes en negentig gulden.
C. van KEMENADE.

Notaris A.F. BOCHOLT te Helmond, inv.nr. 266. akte nr. 217.
d.d. 28-09-1859.

CATHARINA van de POEL, zonder beroep wonende te BAKEL heeft verkocht aan den Wel Eerw. Heer HENDRIKUS van de POEL Rooms Katholiek priester en Kapelaan van en wonende te ERP, onroe­rende goederen gelegen te BAKEL, kadastraal in Sectie O de nummers 471, 330, 280, 305, 437, 456, 457, 459 zijnde huis, schuur, bouw- weiland en heide zamen groot 2 bunders 9 roeden 86 ellen.
Getuigen: MATHIJS VLEMMINGS smid, en ANTHONY MARTENS, dienst­knecht, beide te BAKEL.