1800 - 1809
“De Kroniek van Driek”
Bakel en Milheeze 1800-1809
Bakel 1800.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, inv.nr. 28, folio 66verso.
d.d. 08-04-1800.
Gezien bij de Municipaliteit van BAKEL en MILHEEZE, de requeste aan hun gepresenteert door of van weegens PEETER van der POEL inwoonder alhier, daar bij te kennen gevende, dat aan hem requistrant ter togt en zijne drie voorkinderen met name CATHARINA, FRANCINA en JOHANNA bij hem in eerder huwelijk verwekt bij wijlen zijne overledene huysvrouw MARIA FRANCIS de VETH, ten erfrechte was gehoorende een perceel land geleegen alhier ter plaatse genaamt HET GEENENEIND groot omtrent een en een half Loopens. Dat hij requestrant voorsiende een meerder voordeel voor hem en zijne minderjarige kinderen daar in geleegen te zijn om het voorsz. perceel land te verkoopen en de penningen daar van provenieerende ten meesten voordeel onder verband van 't voorseijde perceel land uyt te zetten, dan waartoe zig eigener authoriteit onbevoegd reekende hij requestrant zig tot ons was wendende met versoek daartoe om authorisatie in forma te erlangen.
De Municipaliteit voorsz. het boovenstaande versoek gezien en in overweeging genomen hebbenden accordeeren het versoek daarbij gedaan en authoriseeren den Suppliant mits dien om het voorsijde perceel bouwland ter Secretarije alhier te cedeeren en de penningen daar van provenieerende ten meesten voordeele den minderjarige voorkinderen worden uytgezet.
Actum den agsten April een duijzend agt hondert.
J.M. MASTBROECK
J. BIEMANS
P. de VETH
J. van de KRUIJS
Ter ordonnantie van dezelve G. van RIET, Secrtrs.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, inv.nr. 28, folio 67recto.
d.d. 22-07-1800.
Gezien de Municipaliteit van BAKEL en MILHEEZE, de requesten hier gepresenteert door of van weegens ANNA ELISABETH WILMINCK, laatst weduwe van wijlen ARNOLDUS WIJNANTS woonende alhier, te kennen geevende dat zij requestante door het overlijden van gemelde haaren man is geworden togterse van een partije meubilaire goederen, dat zij requestrante te raaden geworden zijnde een gedeelte derzelve publicq en voor alle man te verkoopen, en de penningen daar van provenieerende op een goed hypotheecq ten meesten voordeele te bekomen van haar minderjarig kind uyt te zetten, dan waar ten zij requestrant eijgener authoriteit onbevoegt zijnde zij Suppliant, daar toe onse authorisatie in forma was verzoekende.
President en Schepenen voorsz. het boovenstaande verzoek gezien en on overweeging genomen hebbende, en daar bij mede gebleeken het goedvinden van JACOBUS van EIJMEREN woonende te DINTER en PEETER WIJNANTS woonende te DEURNE, als naaste van den bloede van des requestrante minderjarig kind accordeeren het versoek daar bij gedaan en authoriseeren deselve mits dien tot het doen den verkoopinge hier bovengemelde mits de penningen daar van provenieerende op sufficiante onderpanden ten meest mogelijke interesse worde uytgezet.
Actum den twee en twintigsten Julij een duijzent agt hondert.
P. v.d. POEL
J.M. MASTBROEKX
J. BIEMANS
P. de VETH
J. van de KRUIJS
Mij present G. van RIET, Secrts.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, inv.nr. 28, folio 68recto.
d.d. 02-09-1800.
Genegt gehouden ten Raadhuijze binnen BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den tweeden September 1800.
Present PEETER van der POEL President, JAN BIEMANS en JOHANNIS van de CRUIJS.
JAN TIJSSEN woonende alhier te MILHEEZE Eijscheren en Aanlegger ter eenre
Op en jeegens
ANTONY en JOHANNIS TIJSSEN beide woonenden alhier te BAKEL gedaagden ter andere zijden.
JAN TIJSSEN als Eijsscher en Aanlegger geadsisteert met den Procureur M. van SCHAIJK dient van schrifture van Eijsch en aanspraak cum annexis en concludeert als bij deselven.
De gedaagden versoeken simpele copie except van insinuatie, dagement in relaas en dag.
Schepenen fiat copie en dag ten naasten.
!!
Deze zaak wordt voortgezet op 23-09-1800, 07-10-1800, 21-10-1800, 04-11-1800, 18-11-1800, 10-12-1800, 16-12-1800, 13-01-1801, 27-01-1801, 10-02-1801, 24-02-1801, 10-03-1801.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 327, folio 4verso.
d.d. 23-09-1800.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd
Mr. C.T. KLEINEFELDT Advocaat wonende te RAVENSTEIN in qauliteit als Excecuteur Testamentair van wijlen de Heer A.G. BIEDIJKS in leven Heer van MILHEESE en Landschrijver te MEGEN, denwelke verklaarde in een geregte maniere van verhuuringe uitgegeeven en verhuurt te hebben, mits het overlijden van WILBERT DOENSEN mede pagter en huurder van de nagenoemde behuysinge, schuur en landerijen, en broeder van den nagenoemde huurder van, en respective aan HENRICUS DOENSEN, wonende onder BAKEL, zekere Hoeve genaamd DE DIERDONKSE HOEVE gelegen onder BAKEL voorschr. met verscheide parceelen groes, hooij, weij, en teullanden, onder BAKEL gelegen, alles zo en gelijk voorsz. twee broeders de voornoemde behuijsinge en goederen tot op het overleiden van WILBERT DOENSEN voornd. bewoond, gebruikt, bebouwd en becultiveerd hebben, en als nog bij den nagenoemde Huurder alles respective bewoond, gebruikt en becultiveerd word, en zulks op de navolgende conditien.
Eerstelijk zal deeze verhuuringe duuren den tijd en termijnvan zes eerstkomende en agtereenvolgende jaaren, de behuijsinge, schuur, hoff en groeslanden zijnde aanvaard met Pinxteren j.l., en 't teulland met oogst aan de stoppelen in deezen jaare 1800 te aanvaarden, en expireeren <= verlopen; verstrijken; ten einde lopen; vervallen; sterven> huis, schuur en groeslanden met Pinxteren en 't teulland met oogst aan de stoppelen 1806. Zo nogtans dat men met de eerste drie jaaren zal mogen scheiden, wie van partijen gelieven zal, zullende in dit geval, 't zij huurder of verhuurder gehouden zijn, elkander tijdig voor Kersmis van het expireeren van het derde jaar behoorlijk te waarschouwen.
Den huurder zal gehouden zijn, de behuijsinge en schuur ordentelijk te gebruiken, en te bewonen, en alle mogelijke zorg voor vuur en ligt dragen, ten einde er geen ongeluk aan de behuijsinge nog schuur komen te gebeuren.
Den huurder zal gehouden zijn deeze Hoeve goed te bezetten, dat is met omtrent twintig koebeesten en twee goede suffisante <= deugdelijke en geschikte> werkpaarden, zodanig dat groes, hoff en teullanden wel en goed en na behooren kunnen en moeten bemist en beteeld worden, zulkx dat den huurder de goederen wel en na behoren zal moeten bebouwen en bemisten, en zorg dragen dat dezelve in zijne paalen en limiten wel worden onderhouden, als meede dat er geen onbehoorlijke weegen van vaaren of drijven over de erve komen en onderhouden alle wegen, stegen, schouwen en waterlaaten, zodanig dat den verhuurder q.q. wegens schouwbreuken geen schade komt te lijden, zullende andersints dien schade op hem huurder worden verhaalt.
Den huurder zal gehouden zijn alle jaaren, en daar het op de behuijzing of schuur nodig is te verdekken het volgende goed en leverbaar en wel gezuiverd dakstroo namentlijk dit loopende jaar 8000 ponden en vervolgens alle jaaren geduurende de huurjaaren 4000 ponden waar toe den huurder de nodige latten, roeden, banden, spijkers, en al het geen daar toe verder vereijscht word, ten zijnen kosten zal moeten leveren.
Den huurder zal des behuijzinge en schuur in luijken en lijmen moeten onderhouden, deuren en vengsters behoorlijk sluijtbaar houden, en de glasen in reparatie moeten onderhouden.
In cas van vernieuwing of reparatie zal den huurder de arbeiders kost en drank moeten geeven, zullende de daggelden, voor den verhuurder q.q. worden betaald, en de nodige materiaalen worden geleverd, mits den huurder den toevoer daar toe hebbe te doen.
Het oude dakstroo en afval van houtwerk zal den huurder proffiteeren, als mede het schaarhout, mits geen ander dan vijf jarig te kappen, wordende alle de opgaande boomen en plantsoenen bij den verhuurder q.q. gereserveerd.
De verponding en Beede uit de goederen gaande, of die in 't vervolg geduurende de huurjaaren daar op mogte worden gesteld, als mede alle reeele omslagen aan de Borgemeesters koomen tot lasten van den huurder, zullende hij huurder bij 't betalen der huurpenningen jaarlijks de quitantien van de voors. belastinge aan den verhuurder q.q. moeten vertoonen.
Bij vertrek van den huurder zal denzelven geen kort mist mogen of doen vervoeren of van geene tas of schelfthouten mogen ontbloten, maar de behuijsing, schuur en goederen in behoorlijke staat verlaten.
Voor welk gebruik den huurder belooft jaarlijks vrij aan handen en ten huijse van den verhuurde q.q. te zullen betaalen eene somme van een hondert en tien guldens Hollands vrij geld, sonder daar van te blijven in gebreken, en wel voor of uitterlijk Kersmis van ieder jaar, zullende bij gebreken van prompte betaling op voors. tijd of ook van niet nakoming van alle het geene den huurder, uit hoofde dezer conditie verpligt is, na te komen, 't aan den verhuurder q.q. vrij staan, sonder eenige opzegging de Hoeve aan zig te behouden, en aan andere te verhuuren, tegen den als dan eerstvolgende verhuijsenstijd, sonder tegenzeggen, en waarin den huurder voor nu, en als dan consenteerd <= toestemd en inwilligd>.
En compareerde mede voor Schepenen voornd. JAN TEUNIS PEETERS en PIET TEUNIS PEETERS beiden woonachtig te MILHEEZE, onder BAKEL, dewelke verklaaren zig te stellen als borgen en principaale schuldenaaren voor de voldoening van alles 't geene voorschr. staat, onder expresse renuntiatie <= met opzet afstand doen> van alle exceptien <= uitsluitingen> ten deesen eenigsints contrarieeren <= overtreden; tegenwerken; tegenspreken; weerstreven.>, als mede en insonderheid van de benficien ordinis, divisionis et excussionis, van welkers kragt en uitwerking de voorsz. borgen verklaaren onderrigt te weesen, en zig wel onderrigt te houden bij deesen, ten dien einde verbindende met en beneffens den huurder voorsz. hunnen respective goederen en personen, zig ten dien einde onderwerpende aan de vrijwillige condemnatie <= vonnis in vrijwillige rechtspraak> van deezen Geregte, constitueerende daar toe zodanige persoonen of procureurs als deeze uitgemaakte acte zal worden ter handen gesteld, den eenen om de condemnatie te verzoeken, en den anderen om daar in te consenteeren, onder belofte van indemniteit <= schadevergoeding> en verband als na regten.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van PERO van der WALLEN en ARNOLDUS ZEGERS Schepenen binnen HELMOND, op heden den drie en twintigsten September een duizend agt hondert.
C.T. KLUNEFELDT Q.Q.
Een handmerk van HENDRIKUS DOENSEN, hij kan niet schrijven.
Een handmerk van JAN TEUNIS PETERS, hij kan niet schrijven.
Een handmerk van PIET TEUNIS PETERS, hij kan niet schrijven.
A. ZEGERS
P. van der WALLEN
Mij present J.J. v.d. FOELART Secrts.
Stadsarchief Helmond, inv.nr. 001 - 4025, folio 91verso.
d.d. 11-10-1800.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
MATHIJS van HAANDEL wonende te GEMERT, SIJMON van de KRUIJS wonende te BAKEL, JOOST van GROTEL als gelaste van en voor zo veel s'noods zig fort en sterk makende en de rato caveerende voor zijnen vader JACOBUS van GROTEL mede wonende te BAKEL, MEGHEL WELTEN, Weduwe GERRIT VERSTAPPEN, wonende te AARLE, in qualiteit als moeder en voogdesse over derzelver kinderen kragtens en vermogens Authorisatie van den President 't Officie in Loco waarnemende en leden van 't Gemeente Bestuur van AARLE RIXTEL weezende van dato 10e October 1800 alhier gebleken en hier na geregistreerd, DIRK WILLEM CROOIJMANS in qualiteit als voogd over HENDRICUS, CATHARINA en PETRONELLA kinderen van FRANCIS WELTEN en JOHANNA WELTEN huisvrouw van PETER ARNOLDUS GIJSBERS, beide mede wonende te AARLE, GIJSBERT ANTONIJ CORSTEN wonende te DEURNE, ANTONIJ JANSE TEUNISSE mede wonende te DEURNE, JOOST van den BROEK als gelaste van en zig fort en sterk makende en de rato caveerende voor zijne moeder de Weduwe JACOBUS van den BROEK wonende te MILHEESE, JAN PETER THIJSSEN in huwelijk hebbende CATHARINA van den BROEK mede wonende te MILHEESE, WILLEM van den BROEK wonende te VENRAEY. De Weduwe ANTONIJ van den BROEK wonende te GEMERT, GOORD van den BROEK en JOHANNA van den BROEK Weduwe JAN HENDRIK WELTEN beide wonende te LIEROP, de Weduwe PETER MANDERS wonende te GEMERT en ALLEGONDA MANDERS wonende te BAKEL.
Dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeven van LEONARDUS SWINKELS woonagtig alhier, den eersten comparant een vierde part, den tweeden comparant een agste part en een twee en dertigsten part, den derden comparant qq een derde in een agste en in een twee en dertigste part, de vierde comparante een zestiende part, de vijfde en zesde comparanten een zestiende part, den zevende comparant een twee en dertigste part, den agsten comparant drie twee en dertigste parten, de negende, tiende, elfde, twaalfde, dertiende en veertiende comparanten te samen een agste part en de vijftiende en zestiende comparanten een zestiende part en dus te samen drie en veertig agt en veertigste parten in eenen Beemd of perceel hooyland gelegen onder de Jurisdictie dezer Stad HELMOND, agter den Watermolen genaamd DEN GROOTEN HURKENSBEEMD, groot in 't geheel dertien Lopensen zestien Roeden of zo groot en klein als denzelven gelegen is nevens erven d'eene zijde de Rivier DE AA, de andere zijde DANIÈL SMITS, het een eind JOHANNES BAPTIST SWINKELS Cum suis, het ander eind C.F. WESSELMAN Cum suis.
Zijnde allodiaal goed (zoo verklaard word, los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens Lasten, nabuurige regten en servituiten, en den Chijns van den gronde die met regt bevonden zoude mogen worden daar uit te gaan;
Aan te vaarden bij het passeeren deezes, en zullen de s'Lands en Gemeentens Lasten tot deezens jaare 1800 incluis door de comparanten worden bij betaald, blijvende de volgende ten lasten van den vekrijger, zijnde geconditioneert en bij den koop bedongen dat den verkrijger de Rivier DE AA ingevolge aanwijzinge en Ordonnantie van Drossard en Schepenen alhier op last van den Rentmeester der Domeinen van 't voormalig Gewest BATAAFSCH BRABAND onlangs gedaan, behoorlijk zoude moeten verbreeden, en diepen, als mede een zuijl in de waterleiding tusschen voorn. Beemd en de Erve van JOHANNES BAPTIST SWINKELS Cum suis, voor de helft zoude moeten laten leggen, alles te zijnen kosten, sonder dat de comparanten deswegens eenigsints worden bemoeijelijkt.
Belovende de Comparanten dit cedeeren, transporteeren en overgeven invoegen en ten behoeven voormeld altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren voor allen commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daar inne mogte weezen of bevonden worden onder verband als na regten.
Wijders verklaaren de comparanten, van des kooppenningen in deezen, ieder voor zo veel hem daar in is consernerende door den verkrijger ten genoegen voldaan en betaald te zijn.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en ARNOLDUS de VETH Schepenen binnen HELMOND, op heden den elfden October Een duizend agt hondert.
SIJMEN van de KRUIJS
IOST van GROOTEL
Handmerk van MATHIJS van HAANDEL, (kan niet schrijven).
" " de Wed. GERRIT VERSTAPPEN (idem).
" " DIRK WILLEM CROOIJMANS (idem).
" " JOHANNA WELTEN huisvrouw van
PETER ARNOLDUS GIJSBERS (idem).
" " GIJSBERT ANTONY CORSTEN (idem).
" " ANTONY JANSE TEUNISSEN (idem).
" " JOOST van den BROEK (idem).
" " JAN PETER THIJSSEN (idem).
" " WILLEM van den BROEK (idem).
" " De Wed. ANTONY van den BROEK (idem).
" " GOORD van den BROEK (idem).
" " JOHANNA van den BROEK,
Wed. JAN HENDRIK WELTEN (idem).
" " De Wed. PETER MANDERS (idem).
ALLEGONDA MANDERS
A. van der VELDEN
A. de VETH
Mij present
J.J. v.d. FOELART Secrtrs.
! In de marge !
Kooppenningen (mede van 2/3 in 1/8 in 1/32 in voorn. Beemd Competerende GEERTRUIJ van der KRUIJS Wed. GERRIT KANTERS ter togte en hare kinderen ten Erfregten welke gedeelte uit hoofden dezelve geene authorisatie van de Weth haarer woonplaats tot het doen van transport heeft niet kan worden getransporteerd)
Bedragen samen f. 217.10. 0
40e penning f. 5. 8.12
Welke den Ontvanger van dat middel N.D. SMOLDERS in DEN BOSCH is voldaan, volgens geexhibeerde quitantie in dato 3 8ber 1800.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 296, folio 150 recto.
d.d. 25-11-1800.
Compareerde voor Scheepenen van BAKEL en MILHEESE nagenoemt HENDRICUS PEETER CLAASSE, WILLEM MICHGELS in huwelijk hebbende ANNA GOORT PEETER CLAASSE, LAMBERT MARTENS in huwelijk hebbende PETRONELLA GOORT PEETER CLAASSE, ANTON van NEERVEN in huwelijk hebbende WILLEMIJNA GOORT PEETER CLAASSE, mitsgaders al nog, FRANCIJNA HENDRIK TIJSSEN Weduwe en Boedelhoudster van wijlen JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE, zijnde voor veel des noods geadsisteert met HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE, alle woonende alhier dewelke bekennen en verklaaren zoo als doen bij deese met malkanderen te hebben aangegaan en bij deeze te maaken een minnelijke en wettige Erffscheijdinge en Deijlinge van zoodanige vaste goederen als alhier ter plaatse genaamt HET NUIJENEIJND gelegen en hen Comparanten bij versterff hunner ouderen aangekomen zijn, en welke scheijdinge en deijlinge word gedaan in voegen en manieren navolgende.
Eerstelijk zoo is met den Eersten minnelijken Cavel ten lote en deele gevallen aan HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE Een huijs, hof en aangelag groot omtrent drie Lopense vijff en twintig Roeden gelegen ter plaatse voorszt. Met eene zijde De Kinderen MATTIJS MANDERS, d’andere zijde de Straat.
Item een vierde part in een perceel land genaamt DE CRABBEN groot in ’t geheel omtrent drie Loopense 25 Roede geleegen voor dit gedeelte met een zijde aan Erve van ANTONY van NEERVEN, d’andere zijde De Weduwe DIRK van der ZANDE.
Item een perceel Land genaamt HET MEULENVELDJE, groot omtrent twee Loopense geleegen met eene zijde aan erve van PEETER van BERLO met andere zijde DE KERKPAD.
Item een vijffde part in een parceel groes genaamd HET EEUWSEL groot in ’t geheel omtrent ses Loopense geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van De Wed. JACOBUS GOORT CLAASSE en met andere zijde LAMBERT MARTENS.
Item en Laatstelijk een vijffde part in de helft van een parceel groes, genaamt DEN ROUWERT groot in ’t geheel omtrent een Lop. 25 Roede, geleegen voor dit gedeelte met aan een zijde aan erve van De Wed. JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE en met andere zijde PEETER van BERLO.
En is met den Tweeden minnelijken Cavel ten loote en deele gevalle aan WILLEM DIRK MICHGELS als man en momboir van ANNA GOORT PEETER CLAASSE zijne huijsvrouw, de helft in een perceel land genaamt DE SOPHEES groot in ’t geheel omtrent drie Lop. vijf en twintig Roeden geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van De Wed. JAN DIRK JANSE met andere zijde LAMBERT MARTENS.
Item een perceel land aan DE MOLENWEG, groot omtrent twee Loopense geleegen met eene zijde aan erve van MICHIEL van de LAAR met andere zijde JACOBUS van GROOTEL.
Item een vijffde part in een perceel groes genaamt D’EEUWSEL groot in ’t geheel omtrent ses Loopense geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van LAMBERT MARTENS, met andere zijde ANTONY van NEERVEN.
Item en Laatstelijk een vijfde part in de helft van een perceel groes genaamt DEN ROUWERT groot in ’t geheel omtrent een Lop. vijff en twintig Roeden geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van De Wed. JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE, met andere zijde MARTINUS JAN MARTENS.
Ende is met den derden minnelijken Cavel ten loote en deele gevallen aan LAMBERT MARTENS als man en momboir van PETRONELLA GOORT PEETER CLAASSE zijne huijsvrouw, de helft in een perceel land genaamt DE SOPHEES, groot in ’t geheel omtrent drie Lopense vijff en twintig Roeden geleegen voor dit gedeelte met een zijde aan erve van WILLEM DIRK MICHGELS, d’andere zijde GOORT van de VEN.
Item een perceel genaamt DE SCHOTTERMAN groot omtrent 2 Lopense geleegen met een zijde, aan erve van De Kinderen HUIJBERT van OORSCHOT met andere zijde De Wed. JAN MARTENS.
Item een vijffde part in een perceel groes genaamt HET EEUWSEL groot in ’t geheel omtrent zes Loopende geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE met andere zijde WILLEM DIRK MICHGELS.
Item en laatstelijk een vijffde part in de helft van een perceel groes genaamt DEN ROUWERT groot in ’t geheel omtrent een Lopense 25 Roeden geleegen voor dit gedeelte met eenen zijde aan erve van De Wed. JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE, met andere zijde PEETER van BERLO.
Ende is met den vierden minnelijken Cavel ten lote en deele gevallen aan FRANCINA HENDRIK TIJSSEN Wed. JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE ter togt en haar vijff minderjarige kinderen met naamen, HENDRICUS, GORDINA, PEETER, GOORT en JOOST, ten erffregte, een perceel land genaamt DE KERKPAD, groot omtrent twee Lopense, geleegen met eene zijde aan erve van de Wed. MICHIEL van de LINDEN, met andere zijde HENDRIK REIJNDERS.
Item een perceel land genaamt HET HORSTJE, groot omtrent een Lopense geleegen met eene zijde aan erve van de Wed. JAN MARTENS, met andere zijde haar eijgen erff en met andere.
Item de helft in een perceel groes genaamt DEN ROUWERT groot in ’t geheel omtrent een Lop. vijff en twintig Roede gelegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van PIET MATTIJS MANDERS, met andere zijde ANTONY van NEERVEN.
Item en laatstelijk een vijfde part in een perceel groes genaamt HET EEUWSEL groot in ’t geheel omtrent zes Lopense, geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE met andere zijde De Heer RAIJMAKERS.
Ende is met den vijffden en Laatsten minnelijken Cavel ten loote en deele gevallen aan ANTONY van NEERVEN en als man en momboir van WILLEMIJN GOORT PEETER CLAASSE zijne huijsvrouw, een perceel land genaamd DE DONKEN groot een Lopense neegen en dertig Roeden, geleegen met eene zijde aan erve van PEETER MARTENS, met andere zijde MICHIEL van de LAAR.
Item drie vierde parten in een perceel land genaamd DE KRABBE groot in ’t geheel omtrent drie Lopense vijff en twintig Roeden geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE, met andere zijde de Kinderen MATTIJS MANDERS.
Item twee vijffde parten in de helft van een perceel groes genaamt DEN ROUWERT groot in ’t geheel omtrent een Lopense 25 Roede geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan erve van de Wed. GOORT PEETER CLAASSE, met andere zijde MARTINUS JAN MARTENS.
Item en laatstelijk een vijffde part in een perceel groes genaamt HET EEUWSEL groot in ’t geheel omtrent ses Lopense geleegen voor dit gedeelte met eene zijde aan DE LOOP met andere zijde WILLEM DIRK MICHGELS en FRANCIJNA Wed. JACOBUS GOORT PEETER CLAASSE.
Zijnde deese goederen Los vrij allodiaal en niet Leenroerig zoo de Condividenten verklaren, dog zal een ieder uijt zijn aan hem ten deele gevallen perceelen van huijs en landerijen moeten blijven vergelden en betaalen zodanige s’Lands en Dorps lasten als daar op zijn staande of hier na gesteld wordende met alsulke verdere grond gewin Chijnsen, Renthen en Pagten als bevonden zullen worden met regt op een ieders aan bedeelde uijt te gaan.
Steegen, weegen, schouwen, straaten en waterlaaten zullen moeten houden haare oude zoo voor als nadeelige regten en gebruijken daar toe van oudts regts of gewoonte weegen te onderhouden staande en gehoorende aan te vaarden aanstonds gereserveert den gebruijker zijn regt,
Zullende den voorsten den agtersten moeten weegen ten naasten velden en minsten schaaden.
Geloovende de voorseijde Comparanten, Condividenten in ’t hoofd deeses gemeld met de voorschr. Scheijdinge en deijlinge zoo als onder ieder lot is staande volkomen genoegen te neemen en dienvolgende op en van den anderen portie en aandeel volkomentlijk te renuntieeren, verteijden en afstand te doen zonder eenige nadere of verdere Erffscheijdinge of deijlinge te konnen of mogen pretendeeren met Expresse renuntiatie van alle brieven, instrumenten en bescheeden daar van mentioneerende alle oude submissien verband en renuntiatie als na regten.
Aldus gedaan en gepasseert binnen BAKEL voorzt. deesen vijff en twintigsten November Een duizend agt hondert ten overstaan van JAN MATTIJS MASTBROEK en JOHANNIS van der KRUIJS Scheepenen.
Dit merk X steld HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE, verklaart niet te kunnen schrijven.
Dit merk X steld LAMBERT MARTENS, verklaart niet te kunnen schrijven.
Dit merk X steld WILLEM DIRK MICHGELS, verklaart niet te kunnen schrijven.
ANTONY van NEERVEN.
Dit merk X steld FRANCIJNA HENDRIK TIJSSEN Wed. JACOBUS GOORT CLAASSE, verklaart niet te kunnen schrijven.
J. van de KRUIJS.
J.M. MASTBROEK.
Mij present G. van RIET, Secrrts.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Bakel 1801.
Bakel en MILHEEZE, Schepenbank, Oud archief, inv.nr. 28. Folio 73recto.
d.d. 10-02-1801.
Genegt gehouden ten Raadhuijze binnen BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 10e Februarij 1801.
Present: JAN MATTIJS MASTBROEK, JAN BIEMANS, JOHANNIS van de CRUIJS, JASPER van NEERVEN en THEODORUS van GRIENSVEN Schepenen.
JENNEKE JAN KKUIPERS Weduwe DIRK van den HEUVEL inwoonderse tot DEURNE, Eijsscheresse en Aanleggerse, ter eenre,
Op en jeegens
JAN WILBORT RAYMAKERS als in huwelijk hebbende JENNEMARIA DRIES NOOIJEN woonende alhier gedaagden ter andere zijden.
Den Procureur Van HEUVEN geadsisteert met JAN RAIJMAKERS gedaagden en verweerder in deeze verzoekt opening en pronuntiatie van het ingehaald preadvies in zaake gedaan onder U Ed. appointement.
De Eijsscheresse verzoekt insgelijks opening en pronuntiatie.
Schepenen fiat opening en pronuntiatie van der ingehaalde preadviezen.
Gezien bij d'Municipaliteit van BAKEL en MILHEEZE d'proceduren voor haar opgestaan en gereezen ter Rolle van den 21e Junij 1796 tusschen JENNEKE JAN KUIJPERS Weduwe DIRK van den HEUVEL woonende te DEURNE Eijsscheresse en aanleggerse ter eenre en JAN WILBORT RAIJMAKERS als in huwelijk hebbende JENNEMARIA DRIES NOOIJEN woonende alhier gedaagden en verweerder ter andere zijde, zoo als deselve bij eisch cum annexis antwoord cum annexis re- en duplicq is geinstrueerd gezien tot dien de notulen en dingtalen <= procestaal> ter Rolle in zaake gehouden, mitsgaders de Memorie van recht van de zijde der Eijsscheresse en korte deductie
<= korte bewijsvoering> van de zijde van de gedaagden en verweerderen overgegeeven alles onder eenen gemeenen inventaris gefurneerd <= verschaft; bezorgd>. En op alles wel en rijpelijk gelet; meede gehad het preadvies van twee onpartijdige Rechtsgeleerden, de Municipaliteit voornoemd in naam van het Bataafsche Volk recht doende verklaart, dat de Eijsscheresse en Aanleggerse in haaren eijsch en conclusie niet is ontfangbaar, denselve aan haar ontzeggende en den gedaagde en verweerder daar van absolveerende en condemneert de Eijsscheresse en Aanleggerse in alle de kosten deezer proceduren.
Actum in Judicio den tiende Februarij Eenduizent agt hondert en een.
J.M. MASTBROEK
Th. van GRIENSVEN
J. BIEMANS
J. van de KRUIJS
P. de VETH
J. v. NEERVEN
Mij present G. van RIET, Secrtrs.
N.A.A. Helmond, inv.nr. 4025, folio 131recto.
d.d. 28-02-1801.
Compareerde voor Schepenen van HELMOND ondergenoemd,
BASTIAAN en JAN HENDRIK MANDERS, JOOST BIEMANS in huwelijk hebbende DOROTHEA HENDRIK MANDERS, HENDRIK PEETER JANSEN in huwelijk hebbende JOHANNA HENDRIK MANDERS, mitsgaders CATHARINA HENDRIK MANDERS meerderjarige jonge dogter zijnde voor zoo veel des noods geadsisteerd met haaren voormelden broeder BASTIAAN MANDERS, te samen kinderen van wijlen HENDRIK MANDERS, PIETER NOOIJEN, JOOST van den BERG in huwelijk hebbende CATHARINA HERMANUS MANDERS, LOURENS SCHEEPERS in huwelijk hebbende MARIA HERMANUS MANDERS en HENDRIK VERBAKEL in huwelijk hebbende JOHANNA HERMANUS MANDERS te samen kinderen van wijlen HERMANUS MANDERS, mitsgaders HENDRIK RAAIJMAKERS, allen wonende binnen den Dorpe BAKEL, mitsgaders alnog PIETER van de KERKHOFF wonende te GEMERT, zijnde alzoo alle te samen Erfgenaamen van wijlen PETER MANDERS gewoond hebbende en overleden te BAKEL, dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in volle en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeve van HENDRIK KUUNDERS wonende te BAKEL.
Een perceel hooijbeemd gelegen alhier in DE WEERT groot circa 3 Lopense 27 Roeden, d'eene zijde de Kinderen JACOBUS MANDERS C.S., d'andere zijde DEN BINDERSEN DIJK.
Zijnde allodiaal goed (zoo de comparanten verklaaren) los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens Lasten, naburige regten en Servituten. Aan te vaarden te halv Maart in deezen jaare 1801, En voorts alles ingevolge de Publicque verkoopcedulle daar van gehouden en gedaan, solemniseeren ten overstaan van Officier en Schepenen van BAKEL en MILHEESE, in dato 20 Januarij en 3e Februarij 1801 waar toe ten deezen werd gerefereert.
Beloovende de transportanten dit cedeeren, transporteeren, en overgeven, invoegen en ten behoeven voormeld altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daar inne mogte weesen of bevonden worden, onder verband van hunne persoonen en goederen, hebbende en verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en ARNOLDUS de VETH Schepenen binnen HELMOND.
Op heden den Agt en twintigsten Februarij Agttien hondert een.
B. MANDERS
IAN MANDERS
IOOST MANDERS
HENDRICK PEETERS JANSEN
Handmerk van CATHARINA HENDRIK MANDERS (kan niet schrijven)
Handmerk van PETER NOIJEN (idem)
Handmerk van JOOST van den BERG (idem)
Handmerk van LAURENS SCHEPERS (idem)
Handmerk van HENDRIK VERBAKEL (idem)
HENDRIK RAYMAKERS
PEETER van den KERCHOFF
A. van der VELDEN
A. De VETH
Mij present
J.J. v.d. FOELART Secrts.
! In de marge !
Kooppenningen x slagen f. 226.00.00
40ste penning f. 5.13.00
Welke aan den Ontvanger van dat middel N.D. SMOLDERS in DEN BOSCH is voldaan, volgens geexhibeerde quitantie in dato 6 Febr. 1801.
N.A.A. Helmond, inv.nr. 4025, folio 132verso.
d.d. 28-02-1801.
Compareerde voor Schepenen der Stadt HELMOND ondergenoemd,
BASTIAAN en JAN HENDRIK MANDERS, JOOST BIEMANS in huwelijk hebbende DOROTHEA HENDRIK MANDERS, HENDRIK PEETER JANSSEN in huwelijk hebbende JOHANNA HENDRIK MANDERS, mitsgaders CATHARINA HENDRIK MANDERS meerderjarige jonge dogter zijnde voor zoo veel des noods geadsisteerd met haaren voormelden broeder BASTIAAN MANDERS, te samen kinderen van wijlen HENDRIK MANDERS, PIETER NOOIJEN, JOOST van den BERG in huwelijk hebbende CATHARINA HERMANUS MANDERS, LAURENS SCHEEPERS in huwelijk hebbende MARIA HERMANUS MANDERS en HENDRIK VERBAKEL in huwelijk hebbende JOHANNA HERMANUS MANDERS te samen kinderen van wijlen HERMANUS MANDERS, mitsgaders HENDRIK RAAIJMAKERS, allen wonende binnen den Dorpe BAKEL, mitsgaders alnog PIETER van de KERKHOFF wonende te GEMERT, zijnde alzoo alle te samen Erfgenaamen van wijlen PEETER MANDERS gewoond hebbende en overleden te BAKEL dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeve van JOHANNIS van de CRUYS woonende te BAKEL.
Een perceel groes of hooybeemd geleegen in DE RIETBEEMDEN alhier, groot circa 2 Lopensen, een eijnde LAURENS SCHEPERS, 't ander eijnd de Rivier DE AA. Zijnde allodiaal goed (zoo de comparanten verklaaren) losch en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens Lasten, naburige regten en servituten, en daar uit te blijven vergelden een pagt van circa 2 gulden 5 stuyvers jaerlix ten comptoire der Geestelijk goederen deezes quartiers. Waar mede de voors. goederen belast zijn; Aan te vaarden te halv Maart in deeze jaare 1801. En voorts alles ingevolge de Publicque verkoopcedulle daar van gehouden en gedaan, solemniseeren ten overstaan van Officier en Schepenen van BAKEL en MILHEESE, in dato 20 Januarij en 3e Februarij 1801 waar toe ten deezen werd gerefereert.
Beloovende de transportanten dit cedeeren, transporteeren, en overgeven, invoegen en ten behoeven voormeld altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daar inne mogte weesen of bevonden worden, onder verband van hunne persoonen en goederen, hebbende en verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en ARNOLDUS de VETH Schepenen binnen HELMOND.
Op heden den Agt en twintigsten Februarij Agttien hondert een.
B. MANDERS
IAN MANDERS
IOOST MANDERS
HENDRICK PEETERS JANSEN
Handmerk van CATHARINA HENDRIK MANDERS (kan niet schrijven)
Handmerk van PETER NOIJEN (idem)
Handmerk van JOOST van den BERG (idem)
Handmerk van LAURENS SCHEPERS (idem)
Handmerk van HENDRIK VERBAKEL (idem)
HENDRIK RAYMAKERS
PEETER van den KERCHOFF
A. van der VELDEN
A. De VETH
Mij present
J.J. v.d. FOELART Secrts.
! In de marge !
Kooppenningen & slagen f. 102.00.00
Lasten capitaal f. 56. 5.00
f. 158. 5.00
40ste penning f. 3.19. 2
Welke aan den Ontvanger van dat middel N.D. SMOLDERS in DEN BOSCH is voldaan volgens geexhibeerde quitantie in dato 6e Februarij 1801.
BAKEL en MILHEEZE, Schepenbank, Oud archief, inv.nr. 28. Folio 76verso.
d.d. 30-06-1801.
Gezien bij de Municipaliteit van BAKEL en MILHEEZE de requeste hun lieden gepresenteert, door ofte van weegens CORNELIS van TILBURG woonende te HELMOND en WILLEM van den BROEK woonende te STIPHOUT in qualiteit als op den 14e Februarij 1798 bij Drossard en Scheepenen van HELMOND aangestelde en beëdigde voogden over ANTONIJ en WILLEMIJNA minderjarige kinderen van wijlen WILLEM VRIENDTS in echte verwekt bij meede wijlen MARIA van ASTEN. Tendeerende dat door overlijden van der adressant en pupillen groot ouders PEETER van ASTEN en WILLEMIJN gewoond hebbende en overleeden alhier, op haar adressanten pupillen voor een vijffde part als meede op JAN van ASTEN woonende alhier voor een vijffde part die meede het regt van een vijffde gedeelte bij koop en transport van GOORT WEERTS in huwelijk hebbende CATHARINA van ASTEN heeft verkreegen, mitsgaders op TOMAS WEERTS in huwelijk hebbende MARIA van ASTEN woonende alhier voor een vijffde part en op LOURENS AMBROSIUS SWINKELS in huwelijk hebbende PETRONELLA van ASTEN woonende te LIESHOUT voor een vijffde part, en dus alsoo te zamen in't geheel is gesuccedeert <= geerfd> onverdeeld, competeerende een huis, hoff en aangelag, geleegen alhier aan de STRAAT met verscheijde perceelen teulland, groeze ende beemden, zijnde belast met een capitaal van 270 gulden aan CATHARINA DIRKS.
Dat zij adressanten in overweeging hadden genoomen dat er veele reparatien aan de huijzinge nodig is, en dat des noods tot aflossing van het voornd. capitaal van 270 guldens geen penningen voor handen zijn, en dat tegenwoordigde vaste goederen zoo hoog in prijs en duur verkogt worden, zij tot meeste voordeel en profijt van hunne pupillen en de voornd. vaste goederen na voorafgaande schijding en deelinge van dezelve alleen of gezamentlijk met de vordere meede comportionarissen <= zij die samen deelen> welke daartoe geneegen mogten zijn publicq en voor alle man worde verkogt en met de penningen voor hun addressanten pupillen daar van komende de quota derzelve pupillen in voorn. capitaal en vordere schulden en kosten voldoen en 't overschot ten meesten voordeele desselve op sufficiante onderpanden belegt, dan geconsidereert dusdanige verkoopinge zonder alvoorens daartoe te hebben geobtineerd onse authorisatie en decreet niet validelijk kan nog vermogte geschieden.
Zoo waaren zij addressanten zig in qualiteit voorz. tot ons wendende, met verzoek om tot het gunt voorn. om authorisatie in forma te erlangen.
Mede gesien het goedvinden en consent zoo van vaders als moeders zijde van voormelde minderjarigen als Oomens en naastbestaanden van deselve zig conformeerden aan de possiven in voorn. requeste gemeld als bevindende het versoek daar bij gedaan voordeelig en noodzakelijk te weesen, dermate dat zij voor het verzoek hier boven gedaan volkoomen waaren adviseerende.
President en Schepenen voorz. authoriseeren de adressanten tot het doen der Publicque verkoopinge van de goederen in deese gemeld voor zoo verre het aandeel van de minderjarige betreft, den kooper of koopers der vaste goederen, daarinne met de mede erffgenamen te vesten en erven, en het applicaat der penningen naar afbetalinge der schulden, voor zoo verre de minderjarige aandeel betreft ten meesten nutten en voordeel van dezelve op sufficante onderpanden ten behoeve van voorm. minderjarige uyt te zetten.
Actum den dertigsten Juny een duijzent agt hondert en een.
J.M. MASTBROEK
J. v. NERVEN
P. de VETH
J. BIEMANS
Mij present: G. van RIET, Secrts.
Bakel 1802.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 001-4026, folio 166recto.
d.d. 18-01-1802.
Compareerde voor Schepenen van HELMOND ondergenoemd JAN PETER MANDERS wonende te BAKEL, zoo voor zig zelven, als mede zig fort en sterk makende en de rato caverende voor zijnen vader PETER MANDERS mede wonende te BAKEL, DIRK JAN van GEENEN, in huwelijk hebbende ANTONETTA PETER MANDERS wonende te GEMERT, PETER MATTHEUS HERMANS in huwelijk hebbende JENNEMARIA PETER MANDERS, JACOBUS HENDRIK SWINKELS in huwelijk hebbende JENNEMARIA ANDRIES FRANCIS JANSE, zoo voor zig zelven, als mede zig fort en sterk makende en de rato caveerende voor zijn gemelde vrouwe moeder HENDRINA TEUNIS HENDRIKS Wed, en boedelhoudster van wijlen ANDRIES FRANCIS JANSE, en ANTONY FRANCIS HENDRIKS alle wonende te BAKEL, ANTONY ANTONY HENDRIKS wonende te AAREL, PETER ANTONY HENDRIKS wonende te LOON, zoo voor hemzelven als zig ten deezen fort en sterk makende en de rato caveerende voor haare zuster JENNEMARIA ANTONY HENDRIKS meerderjarige jonge dogter wonende te BOEKEL, mitsgaders alnog MARIA ANTONY HENDRIKS meerderjarige jonge dogter mede woonachtig te BAKEL, zijnde voor zoo veel des noods geadsisteerd met haaren voormelden vader ANTONY TEUNS HENDRIKS, te samen Erffgenamen testamentair van wijlen JOOST JANSE van NEERVEN, overleden te BAKEL, dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeven van WILLEM JOOST BIEMANS wonende te BAKEL.
Een derde part in eenen Beemd gelegen alhier in DE GROOTE RIETBEEMDEN, groot in 't geheel 3 Lopensen, 8 Roeden, hooijende met de Wed. JOSEPH van NEERVEN en MARIA WILBERS.
Item een derde part in eenen Beemd gelegen alhier agter DE DUIZELDONK groot in 't geheel 2 Lopensen 1 Roede, hooijende met de Wed. JOSEPH van NEERVEN en MARIA WILBERS, en rijdenden met LAMBERT van HUGTEN en anderen.
En een derde part in eenen halven beemd gelegen alhier in de GEMEENE BEEMDEN agter 't HOOGEIND groot voor de helvt 5 Lopensen, 15 Roeden, hooijnde met de Wed. JOSEPH van NEERVEN en MARIA WILBERS.
Zijnde allodiaal goed (zoo die comparanten verklaaren) los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeente Lasten, naburige regten en servituten;
Aan te vaarden te halv Maart 1802 aanstaande.
En voorts alles ingevolge de Publicque verkoop cedulle daar van, gehouden en gedaan solemniseeren ten overstaan van Officier, Schepenen van BAKEL en MILHEEZE in dato 1e en 15e December 1801, waar toe ten deeze word gerefereerd.
Belovende de transportanten dit cedeeren, transporteeren en overgeven in voegen en ten behoeven, voormels altijd te zullen houden, en doen houden, voor goed vast stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren, en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal daarinne weezende of namaals komende meerder dan voormeld, onder verband van hunnen persoonen en goederen hebbende en de verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ARNOLDUS de VETH en ANDRIES NOOTEN Schepenen binnen HELMOND.
Op heden den agttienden Januarij 1800 twee.
JAN PETER MANDERS
DIRK JANSEN GEENEN
ANTONY TEUNIS HENDRIICKS
A. de VETH
A. NOOTEN
Merktekens van:
PETER MATTHEUS HERMANS
JACOBUS HENDRIK SWINKELS
ANTONY ANTONY HENDRIKS
PETER ANTONY HENDRIKS
MARIA ANTONIA HENDRIKS
Zij kunnen niet schrijven.
Mij present J.J. v.d. FOELART
! In de marge !
Kooppenningen en slagen f. 152.==.==
40e Penning f. 3.16.==
Welke aan den ontvanger van dat middel N.D. SMOLDERS in DEN BOSCH is voldaan volgens geexhibeerde quitantie in dato 15 Januarij 1802.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 001-4026, folio 168recto.
d.d. 18-01-1802.
Compareerde voor Schepenen van HELMOND ondergenoemd
JAN PETER MANDERS, wonende te BAKEL zo voor zig zelven als mede zig fort en sterk makende en de rato caveerende voor zijnen vader PETER MANDERS, mitsgaders voor HENDRINA FRANCIS HENDRIKS Wed. en Boedelhoudster van wijlen ANDRIES FRANCIS JANSE mede wonende te BAKEL, DIRK JAN van GEENEN, in huwelijk hebbende ANTONETTA PETER MANDERS wonende te GEMERT, PETER MATTHEUS HERMANS in huwelijk hebbende JENNEMARIA PETER MANDERS, ANTONY FRANCIS HENDRIKS wonende te BAKEL, ANTONY ANTONY HENDRIKS wonende te AARLE, PETER ANTONY HENDRIKS wonende te LOON, zoo voor hun zelve als zig ten deeze fort en sterk makende en de rato caveerende voor haare zuster JENNEMARIA ANTONY HENDRIKS, meerderjarige jonge dogter wonende te BOEKEL, mitsgaders alnog MARIA ANTONY HENDRIKS meerderjarige jonge dogter mede wonende te BAKEL, zijnde voor zoo veel desnoods geadsisteerd met haaren voormelden vader ANTONY TEUNUS HENDRIKS alle Erfgenamen testamentair van wijlen JOOST JANSE van NEERVEN overleden te BAKEL, dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeve van JACOBUS HENDRIK SWINKELS in huwelijk hebbende JENNEMARIA ANDRIES FRANCIS JANSEN wonende te BAKEL mede erfgenaam van wijlen voors. JOOST JANSE van NEERVEN.
Tien elfde parten in eenen Beemd gelegen alhier aan DE ZWANENDIJK in DE WEERT groot twee Lopensen, aan beide de zijden De STAD.
Zijnde allodiaal goed (zoo de comparanten verklaaren) Los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens Lasten, naburige regten en servituten; Aan te vaarden te halve Maart in deezen jaare 1802. En voorts alles ingevolge de Publieque verkoop cedulle daar van gehouden en gedaan Solemniseeren ten overstaan van Officier en Schepenen van BAKEL en MILHEEZE in datis 1e en 15e December 1801 waartoe ten deeze word gerefereerd.
Belovende de transportanten dit cedeeren, transporteeren en overgeven invoegen en ten behoeve voormeld, altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden, mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actie en aantal daar inne weezende, of namaals komen de meerder dan voormeld onder verband van hunne persoonen en goederen, hebbende en verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ARNOLDUS de VETH en ANDRIES NOOTEN Schepenen binnen HELMOND, op heden den agttienden Januarij 1800 twee.
JAN PETER MANDERS
DIRCK JANSEN GEENEN
ANTONIE TEUNIS HENDRICKS
Handmerken van:
PETER MATTHEUS HERMANS
ANTONY ANTONY HENDRIKS
MARIA ANTONY HENDRIKS
Zij verklaren niet te kunnen schrijven.A. de VETH
A. NOOTEN
Mij present, J.J. v.d. FOELART Secrtrs.
! In de marge !
Kooppennigen en slagen van den geheelen Beemd zijn f. 42.--.--.
40e penning f. 1. 1.--.
Welke aan den Ontvanger van dat middel N.D. SMOLDERS in DEN BOSCH is voldaan, volgens geexhibeerde quitantie in dato 15 January 1802.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr.116, folio 49v.
d.d.20-01-1802.
(Samenvatting van vermelde namen.)
JAN PEETER MANDERS te MILHEEZE, in naam van zijn vader PEETER MANDERS.
PEETER MATTEUS HERMANS gehuwd met JENNEMARIE PEETER MANDERS woonende te MILHEEZE.
DIRK JAN van GEENEN gehuwd met ANTONETTA PEETER MANDERS, woonende te GEMERT.
HENDRINA TEUNIS HENDRIKS, weduwe ANDRIES FRANCIS JANSE, woonachtig te MILHEEZE.
JACOBUS HENDRIK SWINKELS, gehuwd met JENNEMARIA ANDRIES FRANCIS JANSE, woonachtig te MILHEEZE.
ANTONY TEUNIS HENDRIKS, woonachtig te MILHEEZE.
ANTONY ANTONY HENDRIKS, woonachtig te AARLE.
PEETER ANTONY HENDRIKS, woonachtig te LOON.
JENNEMARIE ANTONY HENDRIKS, minderjarige jonge dochter woonende te BOEKEL.
MARIA ANTONY HENDRIKS, meerderjarige jong dochter, woonende te MILHEEZE.
JOOST JANSE van NEERVEN, gewoond en overleden te MILHEEZE.
Zij hebben op 15 December 1801 een stuk grond, gelegen te DEURNE in de MILHEESCHE GOOREN, verkocht aan FRANCIS VERBAARSCHOT woonende te MILHEEZE.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 327, folio 119 verso.
d.d. 16-03-1802.
Compareerde voor Schepenen van HELMOND ondergenoemde JOHANNES PENNINGS oud 29 jaaren woonachtig alhier, dewelke ter instantie en requisitie van NICOLAAS ROOYACKERS woonachtig alhier en JAN WAGEMANS wonende te VLIERDEN, beide in qualiteit als voogden over de vijf minderjarige kinderen van wijlen THOMAS ROOYACKERS in echte verwekt bij ELISABETH WAGEMANS, voor de zuivere en oprechte waarheid verklaard waar en waarachtig te weezen dat hij comparant in den jaare 1799 sonder echter de preciese tijd na 't overlijden van voors. THOMAS ROOYACKERS gewoond hebbende alhier ter plaatse genaamd IN 'T EUSEL op verzoek van de requiranten, met en benevens dezelve is gegaan na 't sterfhuis van voorm. THOMAS ROOYACKERS, ten einde voor de requiranten q.q. de papieren van den boedel van gem. THOMAS ROOYACKERS na te zien, en met deszelfs nagelatene weduwe HENDRINA de WITH te spreeken, over zekere somme van drie honderd guldens bij wijlen gezegde THOMAS ROOYACKERS in qualiteit als vader en voogd over zijne voors. vijf minderjarige kinderen van de nalatenschap van hunne grootmoeder ANNEKE Weduwe WALRAVEN WAGEMANS opgetrokken. Dat hij comparant en de requiranten ten huize voormeld gekomen zijnde, aan HENDRINA de WITH Weduwe THOMAS ROOYACKERS, aldaar present, eerst hebben gevraagd na de papieren, welke zij wijgerde, en vervolgens na de voors. drie honderd guldens, dat gem. HENDRINA de WITH daar op als toen een buyl of zakje met geld heeft gehaald en op tafel gelegd, zeggende dat er anders geen geld was; dat hij comparant op verzoek van voors. HENDRINA de WITH Wed. THOMAS ROOIJACKERS 't geld uit voors. buyl heeft nageteld en bevonden dat er was (zo hij meend) eene somme van drie en zeventig gulden zes stuyvers en vier penningen, welke gelden de requiranten qq (zo hem comparant nog welbewust is) als toen met bewilliging van voorn. HENDRINA de WITH Wed. THOMAS ROOIJACKERS hebben opgetrokken en eindelijk dat hij comparant als toen ten zijnen woonhuise voor de requiranten q.q. (als beide in 't schrijven onervaren zijnde) eene quitantie van de voors. ontvangene gelden, om aan HENDRINA de WITH Wed. THOMAS ROOIJ- ACKERS voors. te worden ter hand gesteld, heeft geschreven en ondertekend.
Eindigende hij comparant hiermede zijn voors. verklaringe, gevende voor redenen van welwetendheid als in den text en heeft na duidelijke voorleezinge daar bij gepersisteerd, en de waarheid van diens met Solemneele Eede bekragtigd ten overstaan van ARNOLDUS ZEGERS en JAN van den REEK Schepenen binnen HELMOND op heden den zestienden Maart 1800 twee.
JOH. PENNINGS
A. ZEGERS
J. van den REEK
Mijn Present
A. van der VELDEN, Loco Secretaris.
Rijksarchief Den Bosch, Not. archieven t/m 1842, inv.nr. 024.01, inv.nr. 2129.
d.d. 14-07-1802.
C. van VUGT W. COOLEN
Op huyden den veertiende July 1800 en Twee compareerde voor mij HENDRIK JAN van den PAVORT Openbaar Notaris binnen de Stad S'BOSCH resideerende, ter presentie van de ondergeteekende getuygen:
Den Wel Edelen Heer MAXIMILIAAN ANTONY van SPEELBERGH de LOVENJOUL woonende te LEUVEN.
Dewelke verklaarde te constitueeren en magtig te maaken De Heer WILLEM JOSEPHUS SPENS Coopman en woonende burger dezer Stad, om in naame van hem comparant te regeeren en te administreeren alle zijne goederen zo hier als in de Meijerije dezer Stad en elders gelegen, de vaste en onroerende goederen te verhuuren en te verpagten, het zij publieq ende voor alle man of wel uit de hand, de noodige actens en contracten daar van te passeeren, de jaarlijksche revenuen daaran provenieerende, als mede de interessen van de capitaalen, renten, cijnsen, en pagten van de debiteuren onder zijne quitantie te ontvangen, ook wanneer hij comparant zal goedvinden de vaste goederen zo te S'BOSCH als in de Meijerije als elders geleegen publieq of uit de hand te verkoopen, dezelve aan de respectieve koopers te vesten en transporteeren, met zoodaanige geloftens, renuntiatien en verthijdenisse als naar costuymen locaal gebruykelijk is, de kooppenningen te ontvangen, de koopers daar voort te quiteeren, de penningen daar van provenieerende ten behoeven van hem comparant uit te stellen, de capitaalen van Scheepenen schuldbrieven en obligatien die den geconstitueerde oordeelt niet suffisant te wezen, op te zeggen, ook in cas van aflossing dezelve te ontvangen, de brieven daar van mentioneerende ten Prothocolle en ter Secretarije daar dezelve mogte wezen gepasseerd ende geconstitueerd, zo in het een als ander geval te casseeren, gelofte van vrijwaring te doen, of zo dezelve in het ongereed mogte zijn geraakt, scabinaale quitantie te passeeren, en de afgelost capitaalen wederom ten behoeven van hem comparant uit te zetten, de onwillige debiteuren zo van capitaalen, renten, chijnsen en pagten als interessen bij middelen van recht tot aflossinge, betaaling en voldoening te constingeeren, alle dagen en termijnen te observeeren, Advocaat en Procureur te mogen assumeeren dezelve te substitueeren, de zaak totde definitieve sententie ende uiteinde toe zo in het eisschen als verweeren te vervolgen. De voordeelige sententie ter behoorlijke executie te stellen, ende van de nadeelige te appelleeren of reformeeren zo zijne goed raad gedragen zal, de goederen der debiteuren wettelijk te evinceeren, slijten, verkoopen en transporteeren op reekening der gesubhasteerde of geevinceerde goederen te compareeren, preeferentie te sustimeeren de toe te voegene penningen te ontvangen, schabinaale of andere quitantie te passeeren.
Voorts in alle voorkomende zaaken hem Heere comparants persoon te representeeren ende interesse van hem comparant in alles waart te neemen, en wijders generalijk alles meer te doen, handelen, en verrigten wat de geleegenheid der zaaken en ordre des rechts vereisschen en dicteeren zullen, en hij comparant zelfs present zijnde, zoude kunnen ofte mogen doen, alwaar het ook dat tot het een en ander eenige nadere of speciaalder last wierde gerequireert, dezelve alhier houdende voor gegeeven en geinsereert, alles onder belofte van approbatie, ratificatie, indemniteit en verband als naar rechten.
Des dat den geconstitueerde van zijn administratie verpligt zal zijn reekening, bewijs en repliqua te doen.
Aldus gedaan en gepasseert binnen de Stad S'BOSCH op dato als boven ter presentie van de Heer en Mr. JOHANNES JOSEPHUS FRANCISCUS van ZURPELE en JAN JONG beijde als getuygen.
De Minute Prothocollaire dezes is geschreeven op een zegel van twaalf stuyvers en behoorlijk onderteekent.
Quod Attestor
H.J. van de PAVORT Nots. Publ.
!! Op de achterkant.!!
Procuratie van De Wel Edele Heer MAXIMILIAAN ANTONY van SPOELBERGH DE LOVENJOUL woonagtig te LEUVEN.
Gepasseert op de Heer WILLEM JOSEPHUS SPENS Koopman en woonende te S'BOSCH.
Dato 14 Julij 1802.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 17.
ongedateerd (1802).
C. v. VUGT M. v. WOENSEL
Aan Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEESE.
Geevt met behoorlijk respect te kennen HELENA NIKOLAAS MANDERS weduwe en boedelhoudster van wijlen HENDRIK van de KERKHOF wonende alhier.
Dat met doode en overlijden van wijlen haaren voornoemde overleden man HENDRIK van de KERKHOF op haar suppliante ter togte en haar thans nog in leven zijnde kinds kind in huwelijk verwekt bij haar suppliantes zoon PIETER HENDRIK van de KERKHOF bij zijne thans nog in leven is zijnde huisvrouw.
Gedevolveert een huysje en hof gestaan en geleegen alhier te MILHEESE wijlen haare voornoemde overleedene man aangekomen bij koop en opdragte van meede wijlen JOHANNIS van GRINSVEN.
Dat zij suppliante zich wegens haare hooge jaaren thans buiten staat bevind om het nodige tot haar onderhoud te bekomen en mitsdien zonder onderstand uit de Arme middelen dezer gemeente niet langer kan subsisteeren en genooddrongen zal weezen haar toevlugt tot dezelve te neemen. Zij suppliante egter te raade geworden is, om voorsz. huysje en hof aan ANTONY CUENEN thans woonende te HEESE over te geeven en op te dragen, onder die mits en conditie dat denzelven ANTHONY CUENEN zal gehouden zijn, haar suppliante haar leven lang geduurende in behoorlijke kost, drank, kleedinge, logement en oppassing te onderhouden, zoo in ziekte als gezondheid, onder welke mits en conditie gemelde ANTHONY CUENEN geneegen is haar suppliante aan te nemen uitgezondert nogtans ingevalle (onverhoopt) gemelde ANTHONY CUENEN voor haar suppliante mogt komen te overlijden, of uit desselver bedieninge als Vorster van HEESE mogte worden ontzet, in welk geval gend. ANTHONY CUENEN of desselfs erfgenamen van de voors. last van alimentatie zal of zullen zijn ontheeven.
Dat zij suppliante meer dan overtuigd is dat de waarde van het voors. bij haar in togte bezeeten wordende huysje en hoff en meubile goederen geensints in comparatie komt met de last welk gemelde ANTHONY CUENEN in voegen voorschr. op zich zoude neemen, zooals U L. meede meer dan overkennelijk is, terwijl hij ook nimmer eene dusdanige last op zich zoude neemen, zoo zulks niet geschiede uit consideratie en biezondere geneegent-heid voor des suppliantes perzoon.
Dan daar sij supplinte onbevoegd is, een dusdanig contract met gemelde ANTHONY CUENEN aan te gaan, zonder alvoorens daartoe U L. decreet en authorisatie te hebben geobtineert.
Mits welk dokument zij suppliante zich tot U L. gedienstig verzoekende dat het U L. behagen mag haar suppliante te authoriseeren om het voorschr. bij haar in togt bezeeten wordende huysje en hof en meubile goederen in voege voorsz. aan gemelde ANTHONY CUENEN te cedeeren en op te dragen, en daar van aan haar suppliante te verleenen U L. decreet en authorisatie in forma.
'Twelk doende etc.
Handmerk van HIJLENA NIKLAAS MANDERS (kan niet schrijven).
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 18.
d.d. 21-09-1802.
Folio III verso.
C. van VUGT M. van WOENSEL.
Wij lieden van de Municipaliteit der gemeente van BAKEL en MILHEESE certifeceeren dat voor ons zijn gecompareert, de nagenoemde perzoonen dewelke respectivelijk op den voet van Art. 5 der Publicatie van het Departementaal Bestuur van BRABAND de dito 26 Augustij j.l. aan hun hebben gereserveert het regt om privatief op desselvs eigen grond te jagen, namentlijk De Wed. NICOLAAS van OMMEREN.
Een hof geleegen alhier ter plaatse genaamt DE KERK groot circa een Lopense met eene zijde de straat, met andere zijde de gemeente.
Item een perceel land geleegen ter plaatse voorschr. groot circa een Lopense vijf en twintig Roeden, met eene zijde aan erve van TOMAS WEERTS met andere zijde JACOBUS BIESEN.
Item twee Hoeven aangelag, teul, weij en hooijland, mitsgaders heide en bossche te zamen groot circa 59 Lopense geleegen alhier te MILHEESE met een zijde aan erve van de Wed. ANDRIES FRANCIS JANSEN cum suis met andere zijde DE LOOP, d'een eind PEETER van de VEN cum suis, d'ander eind de gemeente.
In waarheids kennisse hebben wij Municipaliteits Leeden deese beneffens onzen Secretaris eigenhandig ten Prothocolle onderteekend op heeden den een en twintigsten September een duizent agt hondert en twee.
Was geteekend:
J. BIEMANS
P. de VETH
J. van de CRUYS
J.M. MASTBROEK
Onder stondz; Mij present en was geteekend:
G. van RIET Secretaris.
Quod attestor
G. van RIET Secret:.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21.Folio 25recto.
d.d. 21-12-1802.
Op heeden den een en twintigsten December een duyzen acht honderd en twee, zoo zijn voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE ondergenoemt gecompareert MATTIJS HENDRIKS woonende alhier en JAN DIRK MICHGELS woonende te DEURNE, dewelke als door Officier en Scheepenen dezer gemeente gekoren curateurs over de persoon en goederen van de innocente JACOBUS WILLEM JACOBS meede alhier woonagtig.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN BIEMANS President Scheepen en Loco Officier deezen voorsz. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed van hen getrouwelijk in de voorzeide bedieningen te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde innocente, zijn persoon en goederen wel en na behooren zullen regeren, defenderen en administreren, om den belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijde de gerequireerd wordende van haar administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekeningbewijs en reliqua en hebben het zelven met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig.
Actum ten woonhuyse binnen BAKEL voornt. dato ut supra ten overstaan van JOHANNIS van de KRUYS en JAN MATTIJS MASTBROEK Scheepenen.
MATTIJS HENDRIKS
Handmerk van JAN DIRK MICHELS (kan niet schrijven)
J. BIEMANS
J. van de KRUYS
J.M. MASTBROEK
Mij present G. van RIET, Secrts.
Bakel 1803.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr, 21. Losse folio en ongenummerd.
d.d. 04-01-1803.
M. v. WOENSEL.
Aan President en Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE.
Geeven reverentelijk te kennen MATTIJS HENDRIKS woonende alhier en JAN DIRK MICHGELS woonende te DEURNE, als door U L. aangestelde Curateurs over de persoon en goederen van den innocente JACOBUS WILLEM JACOBS meede alhier woonagtig.
Dat aan denzelven innocente is behoorende een geregte en onverdeelde zesde part in een huys, hoff en aangelag met eenige perceelen land en groes, ter plaatse genaamt HET NUIJEN EIND.
Dat van voorn. huijzinge en landerijen weinig huur geprofiteerd word en daar en boven nog veele lasten jaarlijks moeten betaald worden.
Dat zij Supplianten te raaden zijn geworden om voornd. zesde part in voornd. huyzinge, hoff en aangelag en land en groes aan de Weduwe GOORT van de VEN, welke in voornd. goederen vier zesde parten is competeerende om en voor de somme van drie hondert gulden aan dezelve te transporteeren, welke somme hun Supplianten voorkomt volkomen de waarde dier goederen te zijn, en die penningen met en beneevens de verdere voorhanden zijnde penningen aan denzelven innocente toebehoorende aan te leggen tot aankoop van een huijsinge, hof, aangelag met bij gehoorende teul en weijlanden gestaan en geleegen te LOON.
Dan gemerkt het een en ander niet valide kan of vermogt geschieden, zonder alvorens U L. gedienstig verzoekende om tot het gunt voorz. U L. authorisatie en decreet in forma te mogen erlangen.
'Twelk dienende
MATTIJS HENDRIKS
Handmerk van JAN DIRK MICHGELS (kan niet schrijven).
! In de marge !
President en Scheepenen fiat volgens verzoek mits extensie deezer in Commissie formeel.
Actum in judicio den vierden Januarij 1803.
J. BIEMANS
Ter ordonnantie van dezelve,
G. van RIET, Secrts.
Stadsarchief van Helmond, inv. 001 - 4029. folio 93recto.
d.d. 08-01-1803.
Compareerde de voor Schepenen van HELMOND ondergenoemd:
JASPAR JOSEPH JASPERS in huwelijk hebbende ANNA van DUYNHOVEN wonende te BAKEL, denwelken verklaarde te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geeven aan en ten behoeven van JAN de VRIES wonende te AARLE RIXTEL.
Een perceel groese gelegen onder de Jurisdictie dezer Stad in GERWEN BEEMD groot 4 Lopensen, 5 roeden of zo groot en klijn gelegen is, nevens erven, d'eene zijde en een eind DIRK JACOBUS BERKERS, d'andere zijde HENDRIK ASSENBERG cum suis 't ander eind de Rivier DE AA.
Zijnde allodiaal goed (zo den comparant verklaarde) los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens Lasten, welke van voor- noemd perceel tans te AARLE RIXTEL vergolden worden, naburige regten en servituten; Aan te vaarden bij het passeeren dezes, met de Lasten van en over dezen Jaare 1803.
Belovende den transportant dit cedeeren, transporteeren en overgeven, in voegen en ten behoeven, voormeld altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren, en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daarinne mogte wesen of bevonden worden, onder verband van zijn persoon en goederen hebbende ende verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en MATHIJS CORNELIS SCHEPERS Schepenen binnen HELMOND, op heden den agsten January 1800 drie.
JASPER JASPERS
A. van der VELDEN
M.C. SCHEEPERS
Mij present J.J. v.d. FOELART Secrts.
! Naschrift !
Vermits voors. perceel groese; met een perceel groese gelegen onder AARLE RIXTEL in eene massa is verkogt voor f 435.== en bij het transport te AARLE RIXTEL den 3e dezer den 40e penning aan den Lande is betaald, dient zulx alhier voor ---- Memorie.
Stadsarchief van Helmond, inv. 001 - 4028. folio 26.
d.d. 02-04-1803.
Compareerde voor Schepenen van HELMOND ondergenoemd:
JACOBUS JOSEPH JASPERS wonende te GEMERT en JAN van den BOOMEN in huwelijk hebbende JENNEKE JOSEPH JASPERS en geadsisteerd met dezelve, wonende te MILHEEZE dewelke verklaarde als naaste van den bloede van JASPER JOSEPH JASPERS der comparanten broeder en zwager respt. te lossen en te naderen een perceel groes gelegen onder de Jurisdictie dezer Stadt in GERWEN BEEMD groot 4 Lopensen 5 Roeden of zoo groot en klein gelegen is nevens Erven d'eene zijde en een eind DIRK JACOBUS BERKERS, d'andere zijde HENDRIK WASSENBERG cum suis, het ander eind de Rivier DE AA. Door gemelde JASPAR JOSEPH JASPERS op den 8e January 1803 voor den Gerechte alhier aan JAN de VRIES wonende te AARLE RIXTEL getransporteerd en opgedragen, en dat voor allodiaal goed, los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentens lasten, welke van voornm. perceel tans te AARLE RIXTEL vergolden worden naburige regten en servituten.
En verklaarden zij comparanten als naasten in den bloede van voors. JASPAR JOSEPH JASPERS de voorN. koper JAN de VRIES van alle geloften ter zaake des koops voors. gedaan, te indemneeren kost en schadeloos te houden.
En compareerde alhier mede voorn. JAN de VRIES denwelke verklaard op gemelde vernadering te accepteeren en voorn. perceel groese bij deeze af te staan aan voors. JACOBUS JOSEPH JASPERS en JAN van den BOOMEN in huwelijk hebbende JENNEKE JOSEPH JASPERS, zo en in dier voegen als 't zelve aan hem is getransporteerd, latende hun volgens de veste en opdragte daar mede geworden als te raade; verklarende wijders van alle uitgeschootene penningen en kosten ter zaake dezes door hem gedaan door voornd. Naderaars voldaan te zijn.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van ARNOLDUS de VETH en ARNOLDUS ZEGERS Schepenen binnen HELMOND, op heden den tweden April 1800 drie.
JACOBUS JOSEPH JASPERS
JAN van den BOOMEN
Merkteken van JENNEKE JOSEPH JASPERS (kan niet schrijven)
J. de VRIES
A. de VETH
A. ZEGERS
Mij Present J.J. FOELART, Secrts.
! In de marge !
Vermits voorsz. perceel groese met een perceel groese gelegen onder AARLE RIXTEL in eene massa is verkogt geweest voor f 435 en bij de vernadering te AARLE RIXTEL voornd. den 1e April 1803 den 40e penning aan den Lande is betaald, dient zulks alhier voor Memorie.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv,nr. 21. Folio 25verso.
d.d. 12-04-1803.
Op heeden den twaalfden April een duizend acht hondert en drie, zoo zijn voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE ondergenoemt, ANTONIJ JAN TEUNISSE woonende te DEURNE en JAN PEETER MARTENS woonende alhier, dewelke als door Officier en Scheepenen dezes gemeente gekooren momboiren over de persoon en goederen van de nog minderjarige dogter wijlen HENDRIK LOURENS KUIJPERS en zijns onlangs overledene huijsvrouw HENDRINA WILLEM van de LAAR met name CATHARINA.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN BIEMANS President Schepen Loco Officier deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijde des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijse binnen BAKEL voorschr., dato ut supra.
Coram JAN MATTIJS MASTBROEKX en JOHANNIS van de KRUIJS Schepenen.
Handmerk van ANTONIJ JAN TEUNISSE (kan niet schrijven).
JAN PETER MARTENS.
J. BIEMANS
J.M. MASTBROEKX.
J. van de KRUIJS
Mij present G. van RIET, Secrtrs.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv,nr. 21. Folio 26recto.
d.d. 29-11-1803.
Op heeden den neegen en twintigsten November een duizend acht hondert en drie, zoo zijn voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE, ondergenoemt gecompareert: JOOST van de WEIJER woonende alhier en JOHANNIS van LAANEN woonende te DEURNE dewelke als door Schout en Scheepenen deser gemeente gekooren momboirs over de persoon en goederen van de vier nog minderjarige kinderen van wijlen FRANCIS van LAANEN en zijn bevoorens overledene huijsvrouw ANNAMARIA JAN JOCHUMS met name PEETER, HUIJBERDINA, PETRONELLA en JOSINA.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN BIEMANS President Schepen Loco Officier deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voornt. dato ut supra. Coram PEETER van de POEL en JAN MATTIJS MASTBROEK Scheepenen.
Handmerk van JOOST van de WEIJER (kan niet schrijven).
Handmerk van JOHANNIS van LAANEN (kan niet schrijven).
P. v.d. POEL.
J.M. MASTBROEK.
Mij present G. van RIET, Secrts.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv,nr. 21. Folio 26verso.
d.d. 31-12-1803.
Op heeden den een en dertigsten December een duizend acht hondert en drie, zoo zijn voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE ondergenoemt gecompareert JAN GOORT van de LAAR en WILLEM van de VEN beijde woonende alhier, dewelke als door Schout en Scheepenen deezer gemeente gekooren momboirs over den persoonen en goederen van de zes nog minderjarige kinderen van wijlen WILLEM van de VEN en zijne bevoorens overledene huijsvrouw JOHANNA GOORT van de LAAR, met namen: FRANCIS, JOHANNIS, PIETER, JENNEKE, JOSINA en HENDRINA.
Dewelke alzoo in qualiteit aan handen van JAN WILLEM van de MORTEL Schout-Civiel deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voornt. dato ut supra. Coram JOHANNIS VERBAARSCHOT en JAN BIEMANS.
IAN GORT van de LAAR.
WILLEM GOORT van de VEN.
J. BIEMANS.
J. VERBAARSCHOT.
Mij present G. van RIET, Secrts.
Bakel 1804.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 297, folio 158 verso.
d.d. 07-02-1804.
Compareerde voor Scheepenen van BAKEL en MILHEES nagenoemt ELISABETH JANSE LAMBERS Weduwe en Boedelhoudster van wijlen DIRK FRANCIS MICHGELS woonende alhier, dewelke verklaart in geregte manieren van verhuuringe verhuurt en verpagt te hebben gelijk doet bij deeze aan haaren zoon JAN van NEERVEN, mede alhier woonagtig, Een huijs, hoff en aangelag gestaan en geleegen alhier in DE NEERSTRAAT, groot omtrent 7 ½ Lopense.
Item een Eeuwsel of weijveld groot omtrent 2 ½ Lop.
Item DEN KRABAKKER groot omtrent 2 Lop.
Item DEN LANGEN AKKER in DE KRABBE groot omtrent 1 Lop. 12 Roeden.
Iten DE HERBERG, 1 Lop.
Item DEN BUSKESAKKER groot omtrent 25 roeden.
Item en laatstelijk een perceel land aan DE KERKPAD, groot omtrent 25 Roeden.
Welke huure den voormelde JAN van NEERVEN bij deeze verklaarde te accepteren, en dat op Conditien en voorwaarden hierna volgende.
Eerstelijk zal den huuringe duuren den tijd en Termeijn van agt agtereen volgende jaaren met vier jaaren wederzijts te mogen scheijden mits malkanderen van Korsmis van het vierde of wel laatste jaar huur behoorlijke opzegging doende moeten en als dan allen ’t geene bij hem huurder aanvaard is, op zodanige tijd als hier na gemeld, en in voegen als bij Pagten het zelve aanvaard heeft verlaaten.
De voornoemde hof en groeslanden zullen bij hem pagter aanvaard te halff Maart, de huijzinge te Pinxteren en het Teulland t’oogst blood aan de stoppelen, alles in gepasseerden jaar 1803
Den Pagter zal gehouden weeze zijn Jaarlijxe pagt ter Somme van veertig Guldens ad twintig stuyvers gereekend, waar van het eerste jaar verschijnen zal den 2e Februarij van den jaare 1805 aanstaande en zoo voorts van jaere tot jaere zoo lang den huuringe duuren zal.
De Pagter zal gehouden weezen de bij hem ingepagte huijzinge en land wel en na behooren te moeten bewoonen en gebruijken op dat door het slegt onderhoud en bewooninge van dien dezelve goederen niet beschadigt worden en wel behoorlijk moeten zorg dragen dat door vuur of ligt geen ongelukken komen te ontstaan in welke onverhoopt gevalle hij pagter de verpagterse kost en schadeloos zal moeten houden zoo verre als regt is, zullende ook door den pagter de voorz. huijzinge en verdere Timmeringe, dak, glas en wand digt moeten onderhouden worden.
Item zal hij pagter Jaarlijx op de voorsz. zijne en gepagte huijzinge en verdere Timmeringe zonder korting aan zijne pagt moeten leeveren twee vijm schoon dak stroo, die denzelven pagter daar op zal moeten doen laaten verdekken, waar voor hij genieten zal den ouden afval van het dakstroo, mits den dekker te deponeren de nodige kost en drank te leveren.
Item zal hij pagter ook jaarlijx moeten betaalen de s’Lande Beede verpondinge en morgengelden, mitsgaders alle andere Personeele Lasten en dat alles zonder kortinge aan de uitgeloofde pagtpenningen.
Den Pagter zal gehouden weezen alle steegen, weegen, schouwen, straaten, loopen, waterlaaten en gragten wel en na behooren te maken, repareeren, veegen en onderhouden, zodanig dat den verpagterse buijten schaade zal moeten vergoeden.
Den Pagter zal gehouden zijn in het laatste jaar van zijnen pagt, en dus in het afscheijden drie vierde gedeelte van het Bouwland te bezaaijen met goede en wel gemist koorn zoo rogge als gerst en het resteerende vierde deel met zomerkoorn ’t zij Boekweijt of ander graan.
Tot naerkominge van het geen voorz. staat de welvoldoeninge van elk Poinct van dien verbind hij pagter voornt. hier meede alle ’t geen in en op het gehuurde zal worden bevonden en voorts generalijk zijn Persoon en alle zijne goederen hebbende en verkrijgende.
Stellen die zelven ten bedwang van alle Regten en Regte van overgeevende en Contenteerende vrijwillig, zonder voorgaande daaginge in den inhoude en voldoeninge van deen te worden gecondemneert, en uit kragt van dien volkomentlijk te worden geexecuteert, zonder ooijt iets ter Contrarie te zullen doen of laten geschieden in Regten of daar buijten. Beloovende voor goed vast Stedig en van waarde te zullen houden alle ’t geene uit kragte deeses zal werden gedaan en verrigt onder verbanden Submissie als na regten.
Aldus gedaan en gepasseert binnen BAKEL voorzt. den zeevende Februarij Een duizent agt hondert en vier ten overstaan van JAN BIEMANS en WILLEM DIRK JANSE, Scheepenen.
Dit merk X steld De Weduwe DIRK MICHGELS verklaar niet te kunnen schrijven.
Dit merk X steld JAN van NEERVEN verklaart niet te kunnen schrijven.
J. BIEMANS
W.D. JANSEN
Mij present G. van RIET, Secrtrs.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Werkgroep OUD VLIERDEN.
Oud Rechtelijk archief VLIERDEN, protocol van allerhande actenfolio 102 verso.
d.d. 03-04-1804.
Akte van cautie versogt door JAN WAGEMANS tot decharge van de armen van BAKEL zulks ten behoeven van zijn kinderen:
HENDRINA, JAN, WILLEM, JAN WILLEM, ELISABETH en ANTHONY.
Getekend door:
J. GOOSSENS J. MEULENDIJK
J. v. TILBURG J. v. BREE
A. RAMAER.
Rijksarchief Den Bosch, Commissie van Breda 1798 - 1811.
inv.nr. 426.
Aan de Commissie van Administratie over de goederen, door de Fransche aan de Bataafsche Republiek afgestaan rediderende te Breda.
Geeft met schuldig Eerbied te kennen JAN HENDRIK RHIJNDERS, woonende te ESP onder BAEKEL,
Dat ingevolge den bepaaldene temijn en de laetst uitgegeven Pagtcedulle aen hem verleende de pagtjaere van sijne Bouwerije genaamd de HOEVE ESP ende zijn verscheenen,
Dat hij Suppliante deese Hoeve reeds een reeks van jaeren hebbende bewoond, de hoedanigheid van den grond, alhoewel daar eem vierjaerige opvolgende missers van Boekweit de gewenschte vruchten ontseggende, daer aen hand besteede en onvermoeide arbeid, tot sijn bestaan best heeft bequam gemaeckt, diesvolgens uit eene bijtende aengekleevtheid de selve de opvolgende jaere versukt te bewerken.
Mitswelke, soo heeft soo heeft hij Suppliant zich tot U.L. eerbiedig versoekende, dat het U.L. behaege hem op soortgelijke voorwaarden conditien, als in voorschr. pagtcedulle sijn bepaeld in de uitbetaling van de jaerlijkse somme van tweehonderd guldens willen laten voortgaan huer en af heilsaame dispositie met vertrouwen aenbeveelende.
't Welk doende
JAN de WILLEM REIJNDERS.
Rijksarchief Den Bosch, Commissie van Breda 1798 - 1811.
inv.nr. 426.
Remarques <= opmerkingen> op de antwoorden en Elucidatien <= toelichting> gegeven door Mr. P.A. van MEEUWEN, gewezen Rentmeester der Teatonique Order Commanderie van GEMERT, op de gevalle Remarques op deselfs ingeleverde Rekeningen van 1801 tot 1805 incluys, of liever gesegt op die van P.H.ROBIJNS zijn opvolger in officie. Pagina 49: o.a. De Hoeve onder ESP, in pagt bij HENDR. RIJNDERS volgens antwoord van den Rendent, etc.
Inv.nr. als boven. No. 18.
d.d. 11 April 1804.
Teutonische Orde Commanderie GEMERT.
Request van ANTONIUS van den BERG wonende te GEMERT omme Continuatie van Huur en van 8 andere op de binnenzijde geannoteerd: o.a. als no. 18 en Eindelijk van JAN HENDRIK RHIJNDERS, wonende te ESP onder BAEKEL, Bruiker van de Hoeve genaamd ESP, huur f. 260.-- als voorschreven.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv. 21. Folio 27recto.
d.d. 23-10-1804.
Op heeden den drie en twintigsten October een duijzend acht hondert en vier zoo zijn voor de nagenoemde Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE gecompareert: DIRK CORNELIS GEENEN woonende alhier en FRANCIS van den BERG woonende te GEMERT, dewelke als door Scheepenen deezer gemeente gekooren momboirs en voogden over de persoonen en goederen van de vijff nog minderjarige kinderen van wijlen LEENDERT van de VONDERVOORT en zijne bevoorens oveleedene huijsvrouw CATHARINA van den BERG, met namen JOHANNIS, PETRONELLA, PEETER, HENDICUS en JENNEMARIA.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van PEETER van de POEL President Schepen Loco Schout-Civiel deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voorschr., dato ut supra. Coram JOHANNIS VERBAARSCHOT en JAN BIEMANS Scheepenen.
Handmerk van DIRK CORNELIS GEENEN (kan niet schrijven)
FRANCIS van den BERG
J. VERBAARSCHOT
J. BIEMANS
Mij present, G. van RIET, Secrts.
Bakel 1805.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud archief, inv.nr. 28. Folio 103recto.
d.d. 15-01-1805.
Gezien bij Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE de requeste aan hun requeste door MARTINUS JAN MARTENS inwooner alhier, daar bij te kennen gevende, dat door doode en overlijden van wijlen zijne huysvrouw op hem Suppliant ten togten zijner zeven nog minderjarige kinderen ten erfregte was gedevolveert zeekere huysinge en landerijen staande en gelegen alhier genaamt DE NEERSTRAAT.
Dat staande huwelijk met wijlen zijne huysvrouw de voorzeide vaste goederen zijn verbonden met obligatien of Scheepen schuldbrief groot capitaal een honderd gulden door hem Suppliant op den 6e Junij 1797 ter Secretarije alhier wettig uitgeloofd.
Dat PIETER MATTHIJS MANDERS als wettige houder van voorn. obligaties of Scheepen schuldbrief niet geneegen is gemelde somme langer te laten staan, deselve mitsdien heeft doen opzeggen omme gemelde capitaale somme met den intesse van dien ad vier procents op den 6e Junij deses jaars restitueeren.
Dat hij Suppliant zig buiten staat bevind om gemelde capitaale somme met den interest van dien te kunnen voldoen, mits dien te raade geworden was, om de voornde. bij hem in togt bezeeten wordende goederen pubiek en voor alle man te verkoopen en de penningen daar van provenierende met voordeel van voornd. minderjarige en aftrek der schulden uit te zetten.
Dan alsoo daar ter eigener authoriteit onbeboegd is, zo is hij Suppliant zig daar tot ons wendende met verzoek om tot het gunt voorz. om decreet en authorisatie in forma erlangen.
Mede het geven het goedvinden en consent van JOOST JAN GERITS en PEETER van BERLO als naaste bloedverwanten van voorz. minderjarige en op alle wel en rijpelijk geleth. Scheepenen voornt. authoriseren den Suppliant bij deesen tot het doen der publieke verkoopinge van de goederen in dezen gemeld, den kooper of koopers derselven te vesten en erven en het applicaat der pennigen ten meesten nutte en voordeele na afbetalinge der schulden en kosten ter zaake des koops, ten behoeve van voornd. minderjarigen uit te zetten.
Actum in Judicio den vijfftienden Jauarij een duyzend agt honderd en vijf.
J. BIEMANS
P. v.d. POEL
J.M. MASTBROEK
J. VERBAARSCHOT
W.D. JANSEN
Ter ordonnantie van dezelven: G. van RIET, Secrtrs.
Oud Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 117, folio 21.
d.d. 16-01-1805.
Dat voor ons gekomens is FRANCIS PEETER TIJSSEN woonende te MILHEEZE, JOHANNIS PEETER MANDERS woonende te BAKEL zoo voor zich zelven als zig ten dese fort en sterck makende en de rato caveerende voor zijne broeders HERMANUS PEETER MANDERS woonende te DINTHER en PEETER PEETER MANDERS woonende te DELFT, CATHARINA PEETER MANDERS meerderjarige jonge dochter woonende alhier en JENNEMARIE PEETER MANDERS meerderjarige jongedochter woonende te VENROY zijnde de twee laatste voor zoo veel des noods geadviseert met mij ondergeschreven Secretaris, dewelke bekennen en verklaaren zoo als doen bij desen wel en wettig opte dragen en in vollen vrijen eigendom over te geven aan en den ten behoeve van JOHANNIS PEETER TIJSSEN woonende te BAKEL, twee gerechte en onverdeelde zesde parten in een perceel groes groot in 't geheel 1 lopense, geleegen alhier ter plaatse genaamd "De MILHEESE GOOREN" met eene zijde aan erve van JAN van den BOOMEN, met andere zijde De Weduwe PEETER NOOYEN.
Item laatstelijk twee gerechte en onverdeelde zesde parten in een perceel groes en hey, groot in 't geheel zes lopense, geleegen alhier ter plaatse genaamd "De SCHOUWE" met een zijde aan Erve van FRANCIS van den BERG c.s. met andere zijde GERRIT ANTONY CROYMANS.
Zijnde los en vrij allodiaal en niet leenroerig, zoo de transportanten verklaaren dog zal den verkrijger daar van jaarlijks moeten blijven vergelden en betaelen zodanige s'lants en Dorps lasten alsdaar op zijn staande of hier na gesteld wordende, beneevens alsulke grond gewin Chijnsen, renthen en pagten als bevonden zullen worden met regt daar uit te gaan. Steegen, weegen, schouwen, straaten en waterlaten zullen moeten houden haaren oude zoo voor als nadeelige regten en gebruiken daar toe van oudts regts of gewoonteweegen te onderhouden. Staande en geloovende aan te vaarden bij het passeeren deses.
Geloovende de voorzeide verkoopers en transportanten in deese dit opdragen en in vollen vrijen eigendom over geven van voormelde twee geregte en onverdeelde zesde parten in voorn. twee perceelen groes altijd voor goed en van waerde te zullen en doen houden onder verbant als na regte.
Actum DEURNE den zestiende January eenduizend acht hondert en vijf ten overstaan van ADRAAN CORSTIAANS en JOHANNIS van den BOOMEN Schepenen.
Marge!
En vermits deese goederen met meer andere goederen onder BAKEL geleegen aldaar in een massa verkogt en den 40e penning ter Secretarije aldaar van den
geheelen koopschat betaald zijnde dient zulks voor Memorie.
Rechtelijk archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 19.
d.d.
C. v. VUGT M. van WOENSEL
Aan Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEESE.
Geeve met behoorlijk respect te kennen MARTIENUS JAN MARTENS inwoonder alhier, weduwnaar en boedelhouder van wijlen MARIA BIEBOS.
Dat door doode en overlijden van wijlen des suppiantes huysvrouw op hem supplianter togt en zijne zeven nog minderjarige kinderen ten erfregte is gedevalueerd zeeker huyzinge en landerijen staande en geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT.
Dat staande huwelijk met wijlen zijne huysvrouw de voorseijde vaste goederen zijn verbonden met een obligatie of Scheepen schuldbrief groot in capitaal een honderd guldens, door hem suppliant op den 6e Junij 1797 ter Secretarij alhier wettig uitgeloofd.
Dat PIET MATTIJS MANDERS als wettige houder van voorn. obligatie niet geneegen is gemelde somme langer te laaten uitstaan, de.... mitsdien heeft doen opzeggen omme gemelde capitaale somme met den intresse van dien ad vier procento op den 6e Junij desen jaars te rectiviceeren.
Dat hij suppliant zig buyten staat bevind om gemelde capitaale somme met den intrest van dien te kunnen voldoen, mits dien te raade geworden is om de voornd. bij hem in togt bezeten wordende goederen publiek en voor alle man te verkoopen en de penningen daar van provenieerende na aftrek der schulden ten meeste voordeel van voorn. zijne minderjarige kinderen uit te zetten.
Dan alsoo daar toe eigener authoriteit onbevoegd is zoo is hij suppliant zig door deese tot U L. wendende, met verzoek om tot het gint voorre U Lieden decreet en authorisatie in forma te mogen erlangen en ten eijnde U L. van het consent en goedvinde van naaste ...... van des suppliants voorz. minderjarige kinderen te doen blijken zoo neemen de meede ondergeteekendes JOOST JAN GERRITS en PEETER van BERLO als oom van vaders zijde van voornd. minderjarige, de vrijheid U L. voorloopig te berigten dat zij het verzoek hiervoor gedaan, bevinden in alles voordeelig te weeren en ten eijnde in het versoek hier neevens gedaan voor zoo verre hun is aangaande volkomen zijn comanteerende, en tot het gunt voorn. meede U L. decreet en authorisatie zijn inspecteerende bij ende mits dien.
'Twelk doende etc.
Handmerk van MARTINUS JAN MARTENS (kan niet schrijven)
Handmerk van JOOST JAN GERITS ( " " " )
Handmerk van PEETER van BERLO ( " " " )
Rechtelijk archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 19.
d.d.
C. van VUGT M. van WOENSEL
Aan Scheepenen der Rechtbank van BAKEL en MILHEEZE.
Geevt met behoorlijke respect te kennen MARTIENUS JAN MARTENS inwoonder alhier, dat hij suppliant staande huwelijk met nu wijlen zijne overleeden huisvrouwe had verkogt en op den 20e September 1803 aan HENDRICUS GOORT PETER CLAASSE meede alhier woonachtig getransporteerd vijff parceelen land te zamen groot omtrent vier Lopense 43 Roeden geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT, om en voor de somme van drie hondert guldens - ten einde die penningen te emploijeeren tot voldoeninge en aflossinge van twee obligatie te zamen groot in capitaal twee hondert vijftig guldens door den suppliant aan wijlen JAN PETER van der LITH gewoond hebbende en overleeden te HELMOND wettig uitgeloofd en welke hem suppliant opgezegt waaren. Welke twee capitaalen hij dan ook op den 7e November 1803 met de verloopen en ten agteren zijnde intressen afgelost en gend. penningen daar toe geemployeert heeft.
Dat hij suppliant naderhand en wel op den 15e November 1803 de voors. parceelen land weeder ten behoeve van zijn oudste zoon met naame JAN MARTIENUS MARTENS heeft vernadert als ziende in't voors. goederen meerder voordeel voor zijne kinderen dan dezelve voor de voors. somme verkogt te laten.
Dat hij suppliant buiten staat zijnde de voors. kooppenningen met den 40e penning jura van transport en aankleeve van dien aan de kooper te restitueeren, bij suppliantn de gelden tot de voors. vernadering ter somme van drie honderd vijf en dertig gulden van HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE meede alhier woon-achtig heeft opgenoomen.
Dat hij suppliant in plaats van de voorschr. bij hem ten behoeve van gemelde zijnen minderjarige zoon vernaderde parceelen land na voorgaande decreet en authorisatie van U L. voor de voors. opgenoomen gelden te verbinden en veronderpanden, hij suppliant de goederen hem toen ter tijd in eigendom, dog nu mits het overlijden van gemelde zijne huisvrouw ter togt en zijne zeven minderjarige kinderen ten erfregten competeerende bij Scheepenen schuldbrief in dato BAKEL 22e November 1803 verbonden heeft.
Dat HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE als wettigen houder van voors. Scheepenen schuldbrief niet convenieert gemelde capitaale somme langer te laaten uitstaan, de zelve mits dien aan hem suppliant heeft doen opzeggen, omme dezelve op den eerstkomende verschijndag met de als dan vervallen en verscheenen intressen te voldoen en betaalen, blijkens copie dier opzeggeng hier bij annex.
Dat hij suppliant zich buiten staat bevind om gemelde Scheepenen schuldbrief groot in capitaal drie honderd vijf en dertig gulden aan den wettigen handen te kunnen voldoen, hij suppliant te raade geworden is om een gelijke capitaale somme van drie honderd vijff en dertig gulden ten minste mogelijken intresse, onder verband der voors. bij hem suppliant ten behoeve van gemelde zijnen zoon vernaderde goederen te negotieeren.
Dan gemerkt dat zulke door hem suppliante eigener authoriteit niet kan nog vermag te geschieden.
Mits welke zoo keert hij suppliant zich tot U L. gedienstig verzoekende dat het U L. behagen mag hem suppliant te authoriseren om onder verband der door hem ten behoeve van gemelde zijnen zoon JAN MARTIENUS MARTENS vernaderde parceelen land, eene gelijke capitaale somme van drie honderd vijf en dertig gulden tot afflossing van voors. Scheepenen schuldbrief te mogen negotieeren en daar van aan hem suppliant te verleenen U L. decreet en authorisatie in forma.
'Twelk dienende etc.
Handmerk van MARTINUS JAN MARTENS (kan niet schrijven)
Mij present:
G. van RIET.
Oud Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 117, folio 22.
d.d. 04-02-1805.
Dat voor ons gekomen is ANTONY CORSTEN in huwelijk hebbende JOHANNA ANTONY CROYMANS, en GERARD ANTONY CROYMANS, beide woonende alhier, mitsgaders JACOBUS ANTONY CROYMANS woonende te BAKEL, dewelke bekennen en verklaaren zo als doen bij desen wel en wettig op te dragen en in vollen vrijen eigendom over te geeven aan en den ten behoeve van JAN HENDRIK CROOYMANS mede alhier woonachtig, Een huys, hof en aangelag, groot ontrent vier lopense, gestaan en geleegen alhier ter plaatse genaamd "De SCHOUW" thans bewoond en gebruykt wordende bij ANTONY CORSTE, met een zijde "De AA" met andere zijde LEONARDUS van LEYENBURG, het een eynde de Kinderen HENDRIK CROOYMANS, het andere einde de transportanten.
Item de helft in een perceel groes genaamt "Den HOOYBEEMD" groot in 't geheel 11 lopense 37 roede, geleegen ter plaatse voorn., met eene zijde aan Erve van De Kinderen HENDRIK CROOYMANS met andere zijde de transportanten, het eene einde de Heer Docter RAYMAKERS, het andere einde De Kinderen HENDRIK CROOYMANS.
Item een perceel groes genaamt "Den MIDDELSTEN HOOYBEEMD" groot 8 lopensen gelegen ter plaatsen voorn. met beide de zijde en een einde van De Kinderen HENDRIK CROOYMANS, met aan een einde SIMON NOOYEN.
Item een gerechte en onverdeelde vierde part in een perceel groes en hey genaamd "Het HOOG SCHOUW EEUWSWEL" groot in 't geheel omtrent 49 lopense 27 roede, met een zijde aan Erve HENDRIKUS HENDRIKS Cum suis met andere zijde "De AA".
Item de helft in een perceel groes genaamt "Het SCHOUWS KOEY EEUWSEL", groot in 't geheel twaalf lopense 31 roeden gelegen voor dit gedeelte met een zijde aan Erve van de Kinderen HENDRIK CROOYMANS, met andere zijde en beide de einden de transportanten.
Item een gerechte en onverdeelde vierde part in een perceel groes genaamd "Het KLEIN BEEMDJE" groot in 't geheel omtrent twaalf lopensen, geleegen met een zijde aan Erve van SIMON NOOYEN met andere zijde WILLEM FRANCIS MARTENS, het een einde De Weduwe PETER van de KERKHOF, het andere einde De Kinderen HENDRIK CROOYMANS.
Dan zoo is onderdeene koop meede begreepen de helft in twee perceelen te zamen groot in 't geheel omtrent 19 lopense 14 roeden en een perceel land groot omtrent 1 lopense gelegen onder de jurisdictie van den dorpe BAKEL welke alhier niet kunnen worden getransporteerd, beloovende de transportanten het nodige trasport eerstdaags ten secretarije aldaar ten behoeve van den getransporteerde te doen, zijnde den 40e penning van den vollen koopschat en uitgaande pagte en chijnsen ten secretarije alhier ontfangen.
Zijnde voorn. goederen los, vrij allodiaal en niet leenroerig (zoo den transportant verklaarde) dog zullen verkrijgen daar van jaarlijx moeten blijven vergelden en betaalen zodanige s'lands en Dorps lasten als daar op zijn staande of hierna gesteld wordende beneevens de helft in twee gulden tien stuyvers pagt ten compture den geestelijke goederen deeser Quartiere en twee stuyvers twaalf penningen chijns aan den Heer van HELMOND, met alsulke verdere grond, gewin chijnsen, renthen en pagten als bevonden zullen worden met regt daar uit te gaan.
Steegen, weegen, schouwen, straaten en waterlaten te zullen moeten houden haare oude zoo voor als na deelige regten en gebruyken daar toe van oudts regts of gewoonte weegen te onderhouden, staande en gehoorende aan te vaarden het huys, hof en groes te half April en het land te oogstblood aan de stoppelen in den jaere 1806 aanstaande en dat om en voor de somme van Een duyzend vijff hondert gulden.
Geloovende de voorzijde verkoopers transportanten in deze dit opdragen en in vollen vrijen Eigendom over geeven van voormelde huis, hof en aangelag met bij gehoorende perceelen land en groes altijd voor goed en van waarden te zullen en doen houden onder verband als na regten.
Actum DEURNE den vierden February Eenduyzend agt hondert en vijf ten overstaan van ADRIAAN CORSIAANS en JOHANNIS van den BOOMEN Schepenen.
Rechtelijk archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 19.
d.d. 06-02-1805.
Copie.
C. v. Vugt. M. v. Woensel.
Vorster van BAKEL en MILHEEZE.
Alzo MARTINUS JAN MARTENS woonende te BAKEL bij Scheepenen Brieve in dato BAKEL 22e November 1803 ter zake daarbij vemeld, ten intresse ad vijff gulden per cento heeft bekend en verklaart, wel en deugdelijk schuldig te zijn aan en ten behoeve van HENDRICUS GOORT PETER CLAAASSE, meede te BAKEL voornt. woonachtig, eene capitaale somme van drie honderd vijf en dertig gulden tot twintig stuivers het stuk, Hollandsch; onder andere met stipulatie daar inne toegedaan, dat ingeval van opzegging van gemeld capitaal, men wederzijts gehouden zal zijn malkanderen drie maanden voor den verschijndag behoorlijke opzegginge te doen.
En want mij ondergeteekende HENDRICUS GOORT PETER CLAASSE niet convenieert gemelde capitaale te laten staan.
Zoo zult gij Vorster voornt ter instantie van mij ondergeteekende Uw vervoegen bij de perzoon van gemelde MATIENUS JAN MARTENS en aan denzelve doen behoorlijke sublimatie ende denuntieeren den losch van gemelde capitaale somme van drie honderd vijff en dertig guldens, met requisitie dat hij dezelve op den eerstkomende vervaldag zullende zijn den 22e November deezer jaare 1800 en vijff, met de dan verscheene interessen tegens behoorlijke cassatie ten prothocollen promptelijk aan handen van mij ondergeteekende zal hebben af te lossen, voldoen en betaalen.
Protesteer in cas aan het gerequireerde deeses niet mogte worden voldaan van kosten, schaden en interessen, leevert copie deeses en stel relaas in geschriften.
Actum BAKEL den vijffden Februarij Een duizend agt honderd en vijff onder stond dusdanig handmerk waarom geschreeven stond. Dit merk steld HENDRIKUS GOORT PEETER CLAASSE verklaart niet te konnen schrijven, mij present en was geteekend A.G. van RAVENSTEIJN.
Deeze accordeerende met zijn origineel behoorlijk geinsinueert, uitgegeeven voor copie en uit kragte van voorscheeve origineel, zoo is't dat ik ondergeschreeve Vorster bij deze Gerechtelijk insinueere en opzegge aan MARTIENUS JAN MARTENS, omme het gemelde capitaal op den gerequireerden tijd te voldoen en protesteere bij het zelve, zoo omme en ten fine als in d'origneel breeder is omschreeven waar toe mij refereren.
Actum BAKEL den sesde Februwaarreij Een duizend agt hondert en vijff.
A.G. van RAVENSTEIJN
Vorsters.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud archief, inv.nr. 28. Folio 107recto.
d.d. 27-02-1805.
Gezien bij Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE de requeste met den annex aan hun gepresenteerd door MARTINUS JAN MARTENS inwoonder alhier, daarbij te kennen gevende dat hij Suppliant staande huwelijk met nu wijlen zijne overledene huysvrouwe had verkogt en op den 20e September 1803 aan HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE meede alhier woonagtig getransporteerd vijf perceelen land te zamen groot omtrent vier Lopensaten 43 Roeden geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT, van en voorde somme van drie hondert guldens, ten einde die penningen te employeren tot voldoeninge en aflossinge van twee oblligatien te zaame groor in capitaal twee hondert vijfftig guldens door den Suppliant aan wijlen JAN PIETER van der LITH gewoont hebbende en overleden te HELMOND wettig uitgeloofd en welke hem opgezegt waren, welke twee capitalen hij dan ook op den ...... met de verloopen en ten agteren zijnde interessen afgelost en gemelde penningen daar toe geemployeert heeft.
Dat hij Suppliant naderhand en wel op den 15e November 1803 de voornd. perceelen land weeder ten behoeve van zijne oudste zoon met naame JAN MARTINUS MARTENS heeft vernadert als ziende uit voornd. goederen meerder voordeel voor zijn kinderen, dan dezelve voorde voornd. somme verkogt te laaten.
Dat hij Suppliant buyten staat zijnde de voornde. kooppenningen met den 40e penning Jura van transport en aankleeve van dese aan den kooper te restitueeren hij Suppliant de gelden tot de voornd. vernadering ter somme van drie hondert vijff en dertig guldens van HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE mede alhier woonagtig heeft opgenomen.
Dat hij Suppliant in plaatse van de voorschr. bij hem ten behoeve van gemelde zijne minderjaarige zoon vermelde perceelen land na voorgaande decreten authorisatie van ons voorde voornd. opgenomen gelden te verbinden en veronderpanden, hij Suppliant de goederen hem toentertijd in eijgendom, dog nu mits het overlijden van gemelde zijne huysvrouw ter togt en zijne zeven minderjarige kinderen ten erffregte competeerende bij Scheepen schuldbrief in dato BAKEL 22 November 1803 verbonden heeft.
Dat HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE als wettigen houder van voornd. Scheepen schuldbrief, niet convenieert gemelde capitaale somme langer te laten uitstaan deselve mits die aan hem Suppliant heeft doen opzeggen, omme dezelve op den eerstkomende verschijndag, met de als dan vervallen en verscheenen intresse te voldoen en betalen, blijkens copie die opzegging hier bij annex.
Dat hij Suppliant zig, buyten staat bevind om gemelde Scheepenen schuldbrief groot in capitaal drie hondert vijff en dartig guldens aan de wettige houder te kunnen voldoen, hij Suppliant te raaden geworden is om eene gelijke capitaale somme van drie hondert vijff en dartig guldens ten minst mogelijken interessen onder verband de voornd. bij hem Suppliant ten behoeven van gemelden zijnen zoon vernaderde goederen te negotieren.
Dan gemerkt dat zulks door hem Suppliant eigener authoriteit niet kan nog vermag te geschieden, zo keerde de Suppliant zich tot Scheepenen gedienstig verzoekende dat het ons behaage mogt hem Suppliant te authoriseeren om onder verband der door hem ten behoeve van gemelde zijne zoon JAN MARTINUS MARTENS vernaderde perceelen land eene capitaale somme van drie honderd vijff en dartig guldens tot aflossing van voornd. Scheepen schuldbrief te mogen negotieeren en daar van aan hem Suppliant te verleenen om decreet en authorisatien in forma.
Meede gehoord het bericht en advies van JOOST JAN GERITS en PEETER van BERLO beide woonende alhier naaste vrienden van den minderjarigen JAN MARTINUS MARTENS en op alles wel en rijpelijk gelet, Scheepenen voornoemd authoriseren den Suppliant bij desen, om onder verband de vijff perceelen land te zaamen groot vier Lopense, drie en veertig Roeden gelegen alhier ter plaatse genaamd DE NEERSTRAAT door den Suppliant den 15e November 1803 ten behoeve van zijne zoon JAN MARTINUS MARTENS vernadert, te negotieeren een capitaal van drie hondert vijff en dartig guldens ten intresse van vijff gulden pro cente en een behoorlijke obligatie daar voort passeeren mits daar mede aflossende en gelijk capitaal van drie hondert vijff en dartig guldens, door hun Suppliant den 22 November 1803 van HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSEN opgenomen en aan hem opgezegd.
Actum in Judicio den 7 en twintigsten February een duyzent agt hondert en vijff.
J. BIEMANS
P. v.d. POEL
J.M. MASTBROEK
J. VERBAARSCHOT
W.D. JANSEN
Ter ordonnantie van dezelven
G. van RIET, Secrtrs.
Rijksarchief in Noord-Brabant.
Commissie van Breda 1798 – 1811.
Inventaris nummer 431. d.d. 28-02-1805.
Pagtcedulle
Van
J.W. RHEYNDERS Pachter
Van de Hoeve ESP.
Conditiën en Voorwaarden waar op den Rentmeester der Goederen herkomstig van het ……….? P.A. van MEEUWEN als daar toen bij Resolutie der Commissie van Administratie over alle de Goederen en Domeinen door de Fransche aan de Bataafsche Republiek bij transactie van 5 January 1800 afgestaan, Resideerende te BREDA, van dato 19 October 1804 behoorlijk geauthoriseerd zijnde.
1.
Heeft het gegeeven ende verpagd aan JAN WILM RHEIJNDERS zekeren pagthof of Hoeve, genaamd DE HOEVE ESP onder BAKEL gelegen, met ap en dependentie van dien zo en gelijk de Wed. HENDRIE JANSSE RHEYNDERS die zelve Hoeve laastelijk in gebruik en pagting heeft, en zulks voor den tijd en termijn van drie na een volgende jaaren, waar van het eerste te weten de groese met halv Maart de huizinge met Pinxteren, en het land bloot oogst aan de stoppelen allis in desen jaare 18 honderd en vijf beginnen zal.
Zullen na verloop der drie benoemde pagtjaaren den pagter nooyt mogen sustineeren in eenen nieuwen pagt getreden te zijn, nog tacite < = stilzwijgend > reconductie < = verlenging > eenigsints plaats hebben, maar pagter zal gehouden zijn eene nieuwe pagtconditie te verzoeken.
2.
Den pagter, voornd. JAN WILM RHEYNDERS zal gehouden zijn voor voors. pagthof met den daar toe gehoorge groesen en Landerijen alle jaaren aan het ……? Dezer Commanderie GEMERT te zullen opleggen en betaalen eene somme van twee honderd en zestig guldens Hollandse munt, en zulks op St. Andries in den jaare 18 honderd en vijf eerstmaal, ende aldus in dito betaaling te zullen continueeren zonder eenige verschooning of uitstel, uit wat hoofde het ook mogte zijn.
3.
De pagter zal geene gratie of kwijtslag mogen pretenderen, wat schaade door droogte, natten oogst, wind, vries, honingsdouw of eenige andere hemels ongelukken, zoude kunnen overkomen, hagelslag en hijer kragt alleenlijk uit genoomen, in welken gevalle hij pagter gehouden zal zijn binnen de tijd van de eerste drie dagen na geleden schade, zig te vervoegen bij de Rentmeester der Commanderie voors., en de selve hebben te verzoeken omme de beleiding door dien kennende mannen ten kosten en lasten van hem pagter voors. alleen, des wegens te doen bijwoonen en te aanschouwen, in welken gevalle hij pagter de gepriseerde schaade ( agreatie < = goedkeuring > en goedvinden nogtans van de Commissie van Administratie over alle de goederen en domeinen te resideerende te BREDA ) zal mogen korten, andersints bij naarlatentheid van dien, zal hij pagter geen gratie of kwijtslag wegens zijne geleden schade kunnen of mogen pretendeeren, bevrijdende den verpagter echter de voors. graanen niet langer dan tot den laasten Augusti incluys.
4.
De schade door vuer of brand door de pagters dienstbodens of zijner familie versuym of onachtzaamheid ( het geen de goed God verhoede ) veroorzaakt, zal, hij pagter gehouden zijn alzulke schade op te richten, te voldoen, en te vergoeden.
5.
De pagter zal mede gehouden zijn de Landen naarstig en behoorlijk te cultiveeren, zoo en gelijks eene goede Bouman betaamd, en bij zijn vertrek in een goede staat te laten.
6.
Verders zoo eenig nieuw werk gemaakt word of aan voors. Hoeve zal worden gerepareerd, zal hij pagter de arbeiders in kost en drank moeten onderhouden, alles zonder kortinge aan zijnen beloofden pagt. Zullende echter de dagloonen door den verpagter betaald worden. Mede zal hij pagter de noedige materialen van hout, steenen, kalk de ter zijnen kosten moeten bij vaaren.
7.
Den pagter zal insgelijks gehouden wezen, alle de vensters en glasen aan die voors. huisinge gehoorig zo wel binnen als buiten boven en onder ten zijnen kosten wel en loffelijk te onderhouden, en bij zijn vertrek alle behoorlijk te laten repareeren sonder eenige kortinge aan zijne beloofte pagt. Mede zal hij de dorschvloeren op zijne eigene kosten moeten vernieuwen en onderhouden.
8.
Verders zal den pagter wel en naukeurig hebben op te passen, dat door hem onderdaanen of te zijne bestiaalen aan geen houtgewas van wat naam of natuur het ook zoude mogen wezen, het zij met kappen, vlaggen, snoeijen of ander verderffelijke maniere geene schade geschieden, en zo wanneer hij eenige delinquenten in ’t zelve bevond, verplicht te zijn de zelve daderlijk zonder eenig aanzien van persoonen aan te brengen, om behoorlijk na verdiensten gestrafd te worden.
Alle welke Conditiën Clausulen en artikelen bij pagter JAN WILM RHEYNDERS prezent en alle pteerende belooft stiptelijk naar te komen onder verband van zijne persoon, en goederen hebbende en verkrijgende gereede of ongereede de zelve stellende ten bedwang en parate Excecutie.
Des Oirkond geteekend op den 28 feb: 18 honderd en vijf.
J.M. RABBIJNS Gelaste van de Heer
P.A. van MEEUWEN.
JAN de WILLUM JANSE REYNDERS.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21. Folio 27verso.
d.d. 05-03-1805.
Op heeden den vijfden Maart een duijzend acht hondert en vijf, zoo zijn voor de nagenoemde Schepenen van BAKEL en MILHEEZE gecompareert PIETER ANTONIJ COX en JOHANNIS van den HOUT, beide woonende alhier, dewelke als door Scheepenen deezer gemeente gekooren momboirs en voogden over de persoonen van de drie nog minderjarige kinderen van wijlen WILLEM van HOUT en zijne nu onlangs overleedene huijsvrouw HELENA van BRUSSEL, MARIA, JACOBUS en ANTONY.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN WILLEM van de MORTEL Schout-Civiel deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voorschr., dato ut supra. Coram JAN BIEMANS en PEETER van de POEL Scheepenen.
PEETERUS COX
Handmerk van JOHANNIS van den HOUT (kan niet schrijven)
J. BIEMANS
P. v.d. POEL
Mij present, G. van RIET, Secrts.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, R 117, folio 35.
d.d. 01-06-1805.
(Korte samenvatting).
FRANCIS NOOYEN, in huwelijk hebbende ELISABETH SYMON van den BOOMEN woonende te BAKEL, verkoopt samen met de familie van zijn vrouw, onroerende goederen (een huiske, hof en aangelag) genaamt ter plaatse "De WASBERG" te DEURNE. De koper is ANTONY KOOLEN, woonende te DEURNE.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 298, folio 38 recto.
d.d. 04-06-1805.
Compareerde voor Schepenen van BAKEL en MILHEEZE nagenoemt ANTONIJ van NEERVEN woonende alhier, JAN van de MORTEL weduwnaar en Boedelhouder van wijlen JENNEMARIA van NEERVEN woonende te HELMOND en alzoo Vader en Voogd over zijn vier nog minderjarige kinderen met naame ANTONIJ, ANTONETTA, HENDRIN en PETRONELLA bij wijlen zijn voorn. huisvrouw in Echte verwekt, JAN van den BROEK in huwelijk hebbende JOHANNA van NEERVEN bevorens weduwe van wijlen WILLEM van NEERVEN woonende te GEMERT, NICOLAAS van den HEUVEL woonende te BERCHEM in qualiteit als door nu wijlen LAMBERT GOOSSEN KLING, gewoond hebbende en overleden te BERCHEM voorsz. wettige aangestelde momboir en voogd over ANHONIJ GOOSSEN KLING minderjarige zoon van wijlen GOOSSEN KLING en meede wijlen MARIA van NEERVEN Echtelieden gewoond hebbende te BERCHEM te zamen kinderen en kinds kinderen van wijlen ANTHONIJ van NEERVEN en PETRONELLA MATTIJS MANDERS Echtelieden gewoond hebbende en overleden alhier, mitsgaders JOHANNIS en PIETER MATTIJS MANDERS beide woonende alhier, dewelke bekennen en verklaaren zoo als doen bij deeze met malkanderen te hebben aangegaan en gemaakt een minnelijke en wettige Erfscheidinge en Deilinge van zodanige vaste goederen als alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT gelegen en hen Comparanten Competeerende zijn, en welke Scheidinge en Deilinge is gedaan in voege en manieren navolgende.
Eerstelijk zoo is den Eersten minnelijken Cavel ten lote en deele gevallen aan ANTONIJ van NEERVEN, JAN van de MORTEL weduwnaar en boedelhouder van wijlen JENNEMARIA van NEERVEN ter Togt en zijne vier nog minderjarige kinderen met naam ANTONIJ, ANTONETTA, HENDRIEN en PETRONELLA ten Erfregte, JOHANNA van NEERVEN in huwelijk met JAN van den BROEK, bevorens weduwe van wijlen WILLEM van NEERVEN, mitsgaders NICOLAAS van den HEUVEL, woonende te BERCHEM in qualiteit als Testamentair vooge – over ANTONIJ GOOSSENS KLING minderjarige zoon van van wijlen GOOSSEN KLING en MARIA van NEERVEN en dus ten behoeve van den zelven minderjarigen, Een huis, hof en aangelag staande en gelegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT, groot omtrent drie Lopensen, met eene zijde het Erf van PIETER MATTIJS MANDERS en met andere zijde HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSE.
Item een perceel land genaamt DE KRABAKKER groot omtrent drie Lop. met eene zijde het Erf van de Kind. DIRK van der ZANDEN met andere PIETER de WIT.
Item de helft in een perceel land genaamt DE HERBERG, groot in ’t geheel omtrent een Lopense 25 Roeden, met eene zijde het Erf van de Wed. DIRK MICHGELS en met andere de Kinderen MATTIJS MANDERS.
Item en laatstelijk de helft in en perceel groes genaamt DEN DRIES aan ’t GOOR groot in ’t geheel omtrent twee en een half Lopense, met een zijde het Erf van JOOST JAN GERITS en met andere PIETER MATTIJS MANDERS.
Ende is met den Tweeden en Laatsten minnelijke Cavel ten lote en deele gevallen aan JOHANNIS MATTIJS MANDERS en PIETER MATTIJS MANDERS, weduwnaar en boedelhouder van wijlen CATHARINA JAN HENDRIKS, als Erftogten en zijne zes nog minderjarige kinderen met naamen, MATTIJS, THOMAS, JENNEMARIA, CATHARINA, JAN en ANTHONY bij wijlen zijn voornoemde huijsvrouw in Echte verwekt ten erfregte een perceel genaamt het aangelag groot omtrent drie Lopense gelegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT met eene zijde het Erf van PIETER de WIT en met andere de Kind. ANTONIJ van NEERVEN.
Item een perceel land genaamt DE KRABAKKER groot omtrent twee Lopense geleegen ter plaatse voornt. met eene zijde het Erf van de Kind. DIELIS ADRIAANS met andere TOMAS WEERTS.
Item een perceel land groot omtrent drie Lopense gelegen ter plaatse voornt. met een zijde het Erf vab de Wed. WILLEM van de VEN met andere ANTONIJ van NEERVEN.
Item de helft in een perceel land genaamt DE HERBERG groot in ’t geheel omtrent een Lopense vijf en twintig Roeden gelegen ter plaatse voornt. met eene zijde het Erf van ANTONY van NEERVEN met andere de gemeente.
Item de helft in een perceel groes genaamt DEN DRIES aan ’t GOOR groot in ’t geheel omtrent twee Lopense vijf en twintig Roeden, gelegen ter plaatse voornt. met een zijde het Erf van ANTHONIJ van NEERVEN met andere zijde PIET de WIT.
Item laatstelijk een perceel groes genaamt HET KLEIN DRIESKE groot omtrent 25 Roeden gelegen ter plaatse voornt. met een zijde het Erf van JOOST JAN GERITS en met andere den ARME deser gemeente.
Zijnde Los en vrij en allodiaal, dog zullen de verkrijgers een ieder uit zijne aan hen ten deele gevallen perceelen moeten blijven vergelden en betaalen zodanige s’Lands en Dorpslasten als daar op zijn staande of hier na gesteld wordende beneevens alsulke grond gewin Chijnsen Renten en pagten als bevonden zullen worden met regt uit een ieder aan bedeelde te gaan.
Steegen, weegen, schouwen, straten en waterlaten zullen moeten houden hare oude zoo voor als nadeelige regten en gebruiken daartoe van oudts regts of gewoonte wegen te onderhouden staande en gehoorende aan te vaarden bij het passeren deses.
Geloovende de voorzeijde Comparanten en Condividenten in ’t hoofd deeser gemeld met de voors. Scheidinge en Deilinge zoo als onder ieders lot is staande volkomen genoegen te neemen en dienvolgens op en van des anders portie en aandeel volkomentlijk te renuntieeren verteiden en afstand te doen zonder eenige nadere of verdere Erfscheidinge of Deilinge te konnen of mogen pretendeeren met Expresse renuntiatie van alle brieven, Intstrumenten en bescheeden daar van mentioneerende, alles onder Submissie verband en renuntiatie als na regten.
Aldus gedaan verleeden en gepasseert op heeden binnen BAKEL voornt. deesen vierden Junij Een duizent acht honderd en vijf ten overstaan van JAN BIEMANS en PEETER van de POEL Scheepenen.
ANTONIJ van NEERVEN
Dit merk X steld JAN van de MORTEL verklaart niet te konnen schrijven.
JAN van den BROEK
N. v.d. HEUVEL
Dit merk X steld JOHANNIS MATTIJS MANDERS verklaart niet te konnen schrijven.
MATTIJS MANDERS
J. BIEMANS
P. v.d. POEL
Mij present
G. van RIET, Secrtrs.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 298, folio 40 verso.
d.d. 04-06-1805.
Compareerde voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE nagenoemt.
JOHANNUS MATTIJS MANDERS en
PIETER MATTIJS MANDERS
beide inwoonderen alhier, dewelke bekennen en verklaren zoo als doen bij deeze met malkanderen te hebben aangegaan en gemaakt een minnelijke en wettige Erfscheidinge en Deilinge van zodanige vaste goederen als alhier ter plaatse genaamt HET GEENENEIND geleegen en bij hen Comparanten tot nu toe in gemeenschap bezeten zijn en welke scheidinge en deilinge is gedaan in voegen en manieren navolgende.
Eerstelijk zoo is met den Eersten minnelijken Cavel ten loote en deele gevallen aan JOHANNIS MATTIJS MANDERS Twee Lopense in een parceel Land genaamt HET AANGELAG groot in ’t geheel omtrent drie Lopense, met eene zijde het Erf van PIET MATTIJS MANDERS en met andere de Wed. GOORT van de VEN.
Item een parceel land genaamt DE KRABAKKER groot omtrent twee Lopense, met eene zijde het Erf van De Kinderen DIELIS ADRIAANS met andere zijde TOMAS WEERTS.
Item een parceel land groot omtrent Een en drievierde Lopense gelegen met eene zijde aan het Erf van PIET MATTIJS MANDERS en met andere ANTONY van NEERVEN.
Item een parceel Land genaamt DE HERBERG, groot omtrent drie vierde Lopense, met eene zijde het Erf van ANTON van NEERVEN, met andere de gemeente.
Item een parceel Groes genaamt DEN DRIES AAN ’T GOOR groot omtrent drie vierde Lopense met eene zijde het Erf van PIETER MATTIJS MANDERS, met andere PIET de WIT.
Item een parceel groes genaamt HET KLEIN DRIESKE groot omtrent 17 Roede, met een zijde het Erf van PIET MATTIJS MANDERS en met andere den ARMEN dezer Gemeente.
Item een parceel Land en groes in ’t AANGELAG groot omtrent Een lopense zeeventien roeden, met een zijde het Erf van de Wed. GOORT van de VEN, met andere PIET MATTIJS MANDERS.
Item een parceel land genaamt DEN EEKELHOF groot omtrent vier Lopense, met eene zijde het Erf van De Kinderen DIELIS ADRIAANS met andere HENDRIK van den HEUVEL.
Item een parceel land genaamt DE MEERAKKER groot omtrent twee en een half Lopense, met beide zijde het Erf van HENDRIK van den HEUVEL.
Item een parceel Land genaamt DE KRABAKKER groot omtrent twee en een half Lopense met beide zijde het Erf van de Wed. DIRK MICHGELS.
Item een parceel groes genaam HET EEUWSEL groot omtrent Twee Lopense drie en dertig roeden, met een zijde het Erf van MARTINUS WEERTS, met andere zijde PIET MATTIJS MANDERS.
Item een parceel groes genaamt DEN DRIES aan DE LOOP groot omtrent twintig roeden met ene zijde het Erf van PIET MATTIJS MANDERS, met andere DE STEEG.
Item e$n laatstelijk een parceel groes genaamt HET BOVENSTE EEUWSEL groot omtrent een Lopense met eene zijde het Erf van de Heer van den HEUVEL, met andere De Heer RAIJMAKERS.
Ende is met den Tweeden en laatsten minnelijken Cavel ten loten en deele gevallen aan PIET MATTIJS MANDERS, bevorens weduwnaar van wijlen CATHARINA JAN HENDRIKS als Erf Togtenaar en zoo aan hem ten Erftogte en zijne zo nog minderjarige kinderen, met namen MATTIJS, TOMAS, JENNEMARIA, CATHARINA, JAN en ANTHONIJ bij wijlen zijn voornoemde huisvrouw in Echte verwekt, ten Erfregte, Een parceel Lande genaamt HET AANGELAG groot omtrent Een lopense geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT met eenen zijde et Erf van JOHANNES MATTIJS MANDERS, met ander ANTHONY van NEERVEN.
Item een parceel land groot omtrent een en een vierde Lopense, met eene zijde het erf van de Wed. GOORT van de VEN met andere JOHANNUS MATTIJS MANDERS.
Item een parceel groes genaamt DEN DRIES AAN ’T GOOR groot omtrent een half Lopense met een zijde het Erf van ANTONIJ van NEERVEN met andere JOHANNES MATTIJS MANDERS.
Item een derde part in parceel groes, genaamt HET KLEIN DRIESKE groot omtrent 25 roede, met eene zijde het Erf van De Kind. DIELIS ADRIAANS met andere JOHANNIS MATTIJS MANDERS.
Item een parceel Land-groes in ’t aangelag groot ontrent drie en dertig roeden, met eene zijde het Erf van de Kind. DIELIS ADRIAANS met andere zijde JOHANNIS MATTIJS MANDERS.
Item een parceel groes genaamt HET EEUWSEL groot omtrent een Lopense seeventien roede, met eene zijde het eene Erf van de Kind. DIELIS ADRIAANS, met andere JOHANNES MATTIJS MANDERS.
Item een perceel groes genaamt DEN DRIES aan DE LOOP groot omtrent twaalf roeden, met eene zijde het Erf van de Kind. DIELIS ADRIAANS met andere JOHANNIS MATTIJS MANDERS.
Item en laatstelijk een parceel land genaamt DE KARRE KAMP, groot omtrent twee en een half Lopense met een zijde het Erf van MARTINUS WEERTS en met andere de weg.
Zijnde vrij en allodiaal dog zullen de verkrijgers aan een ieder uit zijn aan hen ten deele gevallen parceelen moeten blijven vergelden en betalen zodanige s’Lands en Dorps lasten als daar op zijn staande of hier nagesteld worden en beneevens alzulke grond gewin cijnsen renthen en pagten als bevonden zullen worden met regt daar uit te gaan.
Stegen, wegen, schouwen, straten en waterlaten zullen moeten houden haare Oude zoo voor als nadeelige regten en gebruiken daar toe van oudts regt of gewoonte weegen te onderhouden staande en gehoorende aan te vaarden bij het passeren deezes.
Gelovende de voorzeide Comparanten en Condividenten in ’t hoofd deeses gemeld met de voors. scheiding en deilinge zoo als onder ieder lot is staande volkomen genoegen te nemen en dienvolgende op en van des anders portien en aandeel volkomentlijk te renuntieeren verteijden en afstand te doen zonder eenige nadere of verdere Erfscheijdinge of deilinge te konnen of mogen pretendeeren, met Expresse renuntiatie van alle brieven Instrumenten en bescheiden daar van mentioneerende alle onder submissie verband en renuntiatie als na regten.
De Comparanten verklaren dat de goederen onder ieder lot deeser deilinge begreepen onder de Duisent gulden waardig zijn.
Aldus gedaan verleden en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorn. den vierden Junij Een duizent agt honderd en vijf ten overstaan van JAN BIEMANS en PETER van de POEL Scheepen.
Dit merk X steld JOHANNIS MATTIJS MANDERS verklaart niet te kunnen schrijven.
P. TIJS MANDERS.
BIEMANS
P. v.d. POEL
Mij present
G. van RIET, Secrtrs.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud archief, inv.nr. 28. Folio 113verso.
d.d. 30-07-1805.
Alzo ANTHONIJ van OORSCHOT inwooner alhier te BAKEL op den 28e Junij 1805 gerechtelijk had doen dagvaarden JOHANNIS MICHGELS meede inwoonder alhier, om te compareren ter Rolle en gerichte voor Scheepenen van BAKEL op den tweeden Julij daar aan volgende, ten einde als breeder bij de dagvaarding was vermeld, en ter voorseide Rollen vanden 2en Julij had gedaan dienen van schrifture van Eisch en Aansprake met twee annexen, en daarbij onder de gewoone en behoorlijke beneficien en premissen van recht had gedaan zeggen dat de Eischer met derselve huisvrouw in het lest van de afgelopen jaar 1804 bij de gedaagde is koomen inwonen met belofte door den gedaagde aan hem Eischer gdaan, hem en zijn huisvrouw hun leven lang gedurende in kost en drank en zo in een als ander zullen onderhouden; dat de Eischer en Aanlegger met deselves huisvrouw in volge van voorschreven belofte, ten huize van de gedaagde is komen inwonen brengende de Eischer bij hem gedaagden en in zijn bewaring een huishorologie, zeven en een tweede pond fijn gaaren, een stijne pot, een koorenzicht, een broodkorf, twee spinheekels, drie ellen groflinden, zes en dertig vaten aardappelen, zes manden wortelen, een kar turf, een vuurijzer, een stoel, een kist, vier vimmen strooi, twee dorsvlegels, een wan.
Dat de gedaagden, in plaats van zijn gemelde belofte naar te komen, gelust heeft, hem Eischer en Aanlegger, na een circa neegentien weeken inwooning, hem en zijn huisvrouw verder verblijf op een brutaale wijze niet alleen te ontzeggen, maar hem Eischer op een onbetaamelijke wijze buiten de deur zettende, en alzoo hem het verblijf ten zijnen huize ontzeggende, houdende de gedaagden de voorschreven goederen, bij het vertrek van den Eischer onder zich, als hebbende hij gedaagden den Eischer belet dezelve meede te vervoeren weijgerende die te laaten volgen, hoe zeer ook aan den Eischer in eigendom gehoorende, en zoo als de Eischer aanbood met Eede te ver- klaaren, en de gedaagden nimmer zou kunnen ontkomen, geevende de Eischer aan de gedaagde ten Eede, of de voorvermelde goederen aan den Eischer in eigendom gehooren; dat dus ook voormelde meubilaire goederen geheel ten onrechte door de gedaagde gehouden zijn en worden; dat ook meede den gedaagde, na aftrek van eenige gedaane vorschotte voorden Eischer, onder hem zuiver verbleeven in eene somme van agt gulden zestien stuyvers zes penningen; dat al weijders door den gedaagden van den Eischer is aanvaerd eenig timmerhout ter waarde van omtrent zestien gulden, zoals de gedaagde dit een en ander onder Eede niet kan ontkennen, zeijnde echter de Eischer in staat, om de deuchdelijkheid dier gemelde somme als de waarde van het genoten timmerhout met Eede ge bezweeren, zoo als hij aanbood, dat hoezeer de gedaagden van de waarheid van al het voormelde en van zijne verschuldheid in zijne gewisse verzeekerd was, hij echter tot nu toe nalaatig was, het een of ander te restitueeren of voldoen, niet teegenstaande daar om verscheide aanzoeken door den Eischer gedaan waaren doch mids zulks alles vruchteloos tot nog toe was, de Eischer genoodzaakt was rechts middelen bij de hand te neemen, en zulks doende den gedaagde had doen dagvaarden ter Rollen en genechte voorschreven, zo als consteerde <= jur. een proces door het oproepen van getuigen aanhangig maken> bij dagement en relaas van de Vorster daar bij annex; mids welke constering mede die gemelde Eisch doende concludeerende, zo contendeerden de Eischer en Aanlegger, onder beneficie van Eede voormeldten einde bij vonnisse defenitief door Schepenen in deezen te geeven, zoo werden gezegd verklaart en uitgesproken voor recht dat de gedaagden schuldig gehouden en verbonden is, aan den Eischer en Aanleggers te laaten volgen restitueeren en voldoen en betaelen voorschreeven gelibelleerde <= bepleite rechtmatige> meubilairen, verdere goederen en gelden, of welde waerde derselven goederen meubilaire en timmerhout ter taxatie van Schepenen te voldoen en betaelen, den gedaagde daartoe en daar inne, als mede in de kosten condemneerende aut alias salutariter omnie meliori modo imploreerende etc..
En wijl de gedaagde zich ter Rolle geen partij stelde de Procureur MICHIEL van SCHAIJK voornt. in naam van den Eischer tegen den gedaagden had verzogt verstek van andwoord en adjudicatie van den eisch en conclusie, onder summiere blijking der intentie gedaane dagemente en dienende dag cum expensis welk verzoek bij Scheepenen was gehouden in advies.
Zo is het, dat Schepenen van BAKEL voornoemd op alles wel en rijpelijk gelet, speciaal dat de gedaagde zich ter Rolle geen partij heeft gesteld, summier gebleeken zijnde van de intentie, gedaan dagement en dienende dag, meede gehad het preadvies van een onpartijdig Rechtsgeleerde, doende recht in naam van het Bataafsche volk, versteeken den gedaagden van andwoord en adjudiceeren den Eischer en Aanlegger zijn eischen conclusie, condemneeren den gedaagde, om aan den Eischer en Aanlegger te laaten volgen, restitueeren voldoen en betaalen voorseide gelibelleerde meubilaire verdere goederen en gelden of wel de waarde derzelve goederen en meubilairen en timmerhout, ter taxatie van Scheepenen mids de Eischer met Eede zal hebben te verklaren, dat hem die gelibelleerde meubilaire en andere goederen in eigendom toe behooren, en dat de gedaagde van hem heeft aanvard eenig timmerhout ter waarde van omtrent zestien gulden, en condemneeren den gedaagden in de kosten ter taxatie en moderatie van Scheepenen.
Actum in Judicio ordinaris desen dertigsten Julij een duizend acht honderd en vijf.
J. BIEMANS
P. v.d. POEL
J.M. MASTBROEK
J. VERBAARSCHOT
W.D. JANSEN
Ter ordonnantie van derzelve, G. van RIET, Secrts.
! !
Bovenstaande zaak word vervolgd, respectievelijk op:
08-09-1805, 24-09-1805, 08-10-1805, 22-10-1805, 05-11-1805,
Oud Rechtelijk Archief Deurne, R 117, folio 39.
d.d. 12-08-1805.
(Samenvatting).
JAN van LEYENBURG, inwoonder van BAKEL heeft verkocht aan ANTHONY WILLEM WELTEN woonende te DEURNE: Een huis, hof en aangelag, staande en gelegen te DEURNE ter plaatse genaamd "Den BLEYS", groot ontrent twee lopensen, grenzend aan het erf van de Weduwe GIJSBERT KORSTEN en "De AA".
Verder nog een perceel groes en heyde geleegen ter plaatse voorn., groot ontrent 13 lopensen 20 roeden, genaamd "Het LAND OVER DE AA", grenzend aan de gemeente en aan "De AA".
Oud Rechtelijk Archief Deurne, R 117, folio 42 verso.
d.d. October 1805. Is niet gepasseert.
GERRIT ANTHONY CROOYMANS woonende te DEURNE en JACOBUS ANTHONY CROOYMANS woonende te BAKEL hebben 275 gulden geleend van WILLEM JOOST BIEMANS woonende te BAKEL.
Als borg staat een hypotheek de onroerende goederen die gelegen zijn op "De SCHOUW" te DEURNE.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, R 117, folio 45.
d.d. 24-10-1805.
(Samenvatting).
WILLEMYNA LOURENS KUYPERS, weduwe van wijlen GIJSBERT KORSTEN, woonende te DEURNE, samen met haar meerderjarige zoon LOURENS KORSTEN, ook te DEURNE woonachtig hebben verkocht aan HENDRICUS GERRIT DOENSEN, woonende te BAKEL: Een huis, hof en aangelag, genaamt: "Den BLEYS" met het land daar aan gelegen, te zamen groot omtrent 24 lopensen, grenzend aan de ene kant de gemeente, aan de andere kant "De AA".
Dan nog een perceel nieuwe erf van het jaar 1804, groot twee lopense, grenzend aan de ene kant het vorige perceel en aan de andere kant "De AA".
P.S.
Op dezelfde datum leent HENDRICUS GERRIT DOENSEN een som geld groot 575 gulden van WILHELMYNA LOURENS KUYPERS met als onderpande de voorschreven onroerende goederen.
P.S.
Ook op dezelfde datum heeft ANTONETTA JAN FRANSSEN, weduwe PIETER GIJSBERT KORSTEN woonende te DEURNE samen met haar zwager LOURENS KORSTEN, ook te DEURNE woonachtig; verkocht aan HENDRICUS GERRIT DOENSEN woonende te BAKEL, een perceel nieuw erf van den jaere 1804, groot vijf lopense gelegen te DEURNE, ter plaatse genaamd "BRUGGE, alias Den BLEYS". Grenzend aan de eene zijde den verkrijger, aan de andere zijde de gemeente.
folio 28recto.
d.d. 05-11-1805.
Op heeden den vijfden November een duijzend acht honderd en vijf, zoo zijn voor de nagenoemde Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE gecompareert ANTONIJ GIJSBERT van de WEIJER en JOHANNIS van BERLO, beide wonende alhier, dewelke als door Scheepenen deeser gemeente gekoore momboirs en voogden over de nog minderjarige zoon van wijlen PETER van de VEN en IDA GIJSBERT van de WEIJER, met name PIETER.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN BIEMANS SCHEEPEN Loco Schout-Civiel deese voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voorschr., dato ut supra.
Coram JOHANNIS VERBAARSCHOT en WILLEM DIRK JANSEN Schepenen.
ANTONI G. van de WEIJER
Handmerk van JOHANNIS van BERLO (kan niet schrijven)
J. VERBAARSCHOT
W.D. JANSEN
Mij present G. van RIET, Secrts.
Bakel 1806.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21. Folio 28verso.
d.d. 11-02-1806.
Op heeden den elfden Februarij een duijzend acht honderd en zes, zoo zijn voor de nagenoemde Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE gecompareerd ANDRIES JAN van den MEULENHOF en CORNELIS JAN CORNELISSE beide wonende alhier, dewelke als door Scheepenen deezer gemeente gekooren momboiren en voogden over de persoon van de drie nog minderjarige kinderen van wijlen PEETER van den MEULENHOF en zijne nu onlangs overledene huijs- vrouw JOHANNA GOORT JAGERS, met name HENDRICUS, HENDRIK en JAN.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN WILLEM van de MORTEL Schout-Civiel deeser voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voorschr., dato ut supra. Coram JAN BIEMANS en JAN MATTIJS MASTBROEKX Scheepenen.
ANDRIES van den MEULENHOF
Handmerk van CORNELIS JAN CORNELISSE (kan niet schrijven)
J. BIEMANS
J.M. MASTBROEK
Mij present, G. van RIET, Secrts.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 329, folio 101.
d.d. 23-08-1806.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
JOOST van GROTEL, JOHANNES van GROTEL en JOOST van den HEUVEL als man en momboir van JENNEMARIA van GROTEL
ter eenre, en:
JOACHIMUS van den HEUVEL ter andere zijde, alle woonagtig te BAKEL, en bekende de comparanten ter eenre verhuurd en den comparant ter andere zijde gehuurd te hebben, als:
Eerstelijk een perceel teulland genaamd DEN LANGENACKER, groot omtrent twee Lopensen, gelegen ter plaatse genaamd DEN RIJPELBERG, onder BAKEL, d'eene zijde de Wed. GERRIT KANTERS, d'andere zijde SIMON van der KRUIJS.
Item een perceel teulland genaamd DEN HUTBERG, groot omtrent 1 Lop. 44 R. gelegen ter plaatse voors.: d'eene zijde de Heer G.RAYMAKERS, d'andere zijde SIMON van de KRUIJS.
Item een perceel groes, genaamd HET EEUWSEL groot omtrent 1 Lop.: gelegen ter plaatse voors. d'eene zijde de Wed. GERRIT KANTERS, d'andere zijde SYMON van der KRUIJS.
Item een zesde part in de helvt in eenen beemd, gelegen alhier in DE MIDDELWEERT, groot in 't geheel 6 Lop. 21 R..
En laatstelijk een zesde part in de helvt in eenen beemd gelegen alhier in DE RIETBEEMDEN, groot in 't geheel 3 Lopensen 47 Roeden, laatstgemelde beide hooijende met de Heer G.RAIJMAKERS, den comparant ter andere zijde wel bekend zo verklaard, en dat alles voor den tijd van tien agter een volgende jaaren stede vast ingaande terstond bij 't passeeren dezes, zullende den comparant ter andere zijde bij de expiratie van deze huure de groese te halv Maart en de teullande te oogst bloot aan de stoppelen moeten verlaaten.
Den comparant ter andere zijde zal aan de comparanten ter eenre of hun regt verkrijgende van voors. goederen voor huurpenningen moeten betaalen tien gulden te betaalen alle jaaren te Kersmis precies over zulks het eerste jaar zal verschijnen te Kersmis 1800 zeven, en zulks alzo van jaar tot jaar de huurjaaren geduurende. Daar en boven zal den comparant ter andere zijde moeten betaalen zonder eenige korting de s'Lands en Gemeentens lasten, mitsgaders pagten en Chijns die uit voors. goederen gaan.
Den comparant ter andere zijde zal de schouwe op de wegen, rivieren en waterloopen door of langs voors. goederen lopende moeten maken en onderhouden ten zijne kosten zullende bij gebreeken van dien de schade en schouwboetens komen ten lasten van den comparant ter andere zijde.
Tot nakoming en voldoening van al het geene voors. staat en elk poinct van dien verbinden den comparanten hunne persoonen en goederen hebbende en verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van PERO van der WALLEN en PETER SWINKELS P.zn. Schepenen binnen HELMOND op heden den drie en twintigsten Augustus 1800 zes.
IOST van GROOTEL
Handmerk van JOHANNES van GROTEL
JOST van den HEUVEL
J. van der WALLEN
P.SWINKELS P.zn.
Mij present J.J.v.d.FOELART Secrs.
Oud Admin. Archief Helmond, inv.nr. 4029, folio, 173.
d.d. 23-08-1806.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
JOOST van GROTEL, en JOHANNES van GROTEL, mitsgaders JOOST van den HEUVEL als man en momboir van JENNEMARIA van GROTEL, alle woonagtig te BAKEL, dewelke verklaaren te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geeven aan en ten bbehoeven van GEERTRUY van der KRUIJS weduwe GERRIT KANTERS mede woonagtig te BAKEL.
Eerstelijk een perceel teulland genaamd DEN LANGENACKER, groot omtrent twee Lopensen gelegen binnen BAKEL ter plaatse genaamd DEN RIJPELBERG, nevens erven d'eene zijde de verkrijgeresse, d'ander zijde SIJMON van der KRUIJS.
Item een perceel teulland genaamd DEN HUTBERG, groot omtrent een Lopense, vier en veertig Roeden, gelegen ter plaatse voors. nevens erven d'eene zijde d'Heer G.RAIJMAKERS, d'andere zijde SIJMON van de KRUIJS.
Item een perceel groes gend. HET EEUSSEL groot omtrent een Lopense gelegen ter plaatse voors. nevens erven d'eene zijde de verkrijgeresse d'andere zijde SIJMOM van der KRUYS.
Item een zesde part in de helvt in eene beemd gelegen alhier in DE MIDDELWEERT groot in 't geheel zes Loopensen, een en twintig Roeden.
En laatstelijk een zesde part in de helvt in eenen beemd gelegen alhier in DE RIETBEEMDEN, groot in 't geheel drie Lopensen zeven en veertig Roeden, hooijende de beide laatstgend. perceelen met den Heere G.RAYMAKERS.
Zijnde allodiaal goed losch en vrij (zo verklaard word) uitgezonderd s'Lands en Gemeentens lasten nabuurige regten en servituten en daar uit te blijven betalen de helvt in vijf stuivers vier penningen Chijns jaarlijks aan den Heer C.F.WESSELMAN alhier,
Item de helvt in een zesde part in een half vat rogge volgens de peggen in geld te betalen aan 't Comptoir der Geestelijke goederen van PEELLAND in DEN BOSCH.
Aan te vaarden den eigendom terstond en het gebruik van de groese te halv Maart en van 't teulland te oogstbloot aan de stoppelen in den jare 1800 zestien zullende de verkrijgeresse de verhuuringe van voors. getransporteerde goederen inmiddels moeten gestand doen aan JOCHIMUS van den HEUVEL wonende te BAKEL tot halv Maart en oogstbloot aan de stoppelen respt. in den jaare 1816 en daar voor van den zelven genieten de huurpenningen tot tien gulden jaarlijks en wijders moeten presteeren de verdere conditien nopens voors. verhuuringe aangegaan, volgens de daar van opgerigte huurcedulle op heden voor Schepenen alhier gepasseerd, waarr toe alhier overigens word gerefereerd.
Belovende de transporttanten, den laatstgemelde als man en momboir vermeld dit cedeeren, transporteeren en overgeven in voegen en ten behoeven voormeld altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarde, mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle kommer actie en aantaal die meer dan voormeld daarinne mogte weezen of bevonden worden onder verband als na regten.
En compareerde mede voornd. GEERTRUIJ van de KRUIJS Weduwe GERRIT KANTERS, de welke verklaarde voornd. goederen alzoo onder de voors. conditien te accepteerren. Belovende en aannemende de s'Lands en Gemeentens lasten mitsgaders Chijns en pagt voors. altoos wel en na behooren te zullen blijven betaalen, en de voorn. verhuuringe te zullen gestand doen conform de gem. huurcedulle mitsgaders de comparanten des wegens ten allen tijde te zullen indemneeren kost en schadeloos houden onder verband als na regten.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van PERO van der WALLEN en PETER SWINKELS Pzn. Schepenen binnen HELMOND op heden den drie en twintigsten Augustus 1800 zes.
IOST van GROOTEL
Merkteken van JOHANNES van GROTEL (kan niet schrijven).
JOST van den HEUVEL
Merkteken van GEERTRUY van de KRUIJS Wed. GERRIT KANTERS (kan niet schrijven).
P. van der WALLEN
P. SWINKELS Pzn, mij present.
J.J. FOELART Secr.
Oud Archief Helmond, inv.nr. 4030, (oud 303) folio 55verso.
d.d. 16-10-1806.
Compareerde voor ons ondergeschrevene Schepenen der Stad MEGEN, de Heer PETRUS A. BIEDIJKX woonende binnen deeze Stad, zo voor zig zelve als gevolmagtigde van zijne zwagerinne Jufvrouw MARIA C. van HAM Wed. van wijlen den Heer ROGIER BIEDIJKX volgs. Acte van Procuratie door haar mede namens haar toenmaals minderjarige kinderen gepasseert voor President en Schepenen te BOXMEER van dato 29e Julij 1801, welke procuratie door de zelve thans meerderjarige dogters MARIA ANNA en WILHELMINA BIEDIJKX is worde geapprobeert bij acte van dato BOXMEER 12e April 1806, wijders PETRONELLA PRINCEN Wed. ADRIANUS BIESDIJKX en des zelvs meerderjarige dogter JACOBA BIESDIJKX beijde ten dees geassisteert als rechtens met JACOBUS BIEDIJKX en nog de eerstgenoemde Heer PETRUS A. BIEDIJKX als oudoom en bloedmomboir over het nog minderjarig kind van voorz. ADRIANUS BIESDIJKX. Voorts JACOBUS BIESDIJKX - inwoonder alhier en de Heer Medecinae Doctor LUCAS A. BOKSLANT wonende te LITH, als volmagtigen van REINIER BIEDIJKX broeder van voorn. ADRIANUS en JACOBUS BIEDIJKX volgens procuratie gepasseert voor den Gerechte van het Regiment Landgrave van HESSEN CASSEL van dato WESEL 24e September 1798 en laatstelijk de Heer MATHEUS JOSEPHUS TILMAN als in huwelijk hebbende Jufvrouw CATHARINA MARIA van NIEL wonende in DEN BOSCH, wederzijdsche Erfgenaamen van wijlen den Heer A.G. BIEDIJKX in leven Landschrijver s'Lands MEGEN de welke verklaarden zo voor hun als in hunne voors. qualiteiten te constitueeren en magtig te maaken zulks doende bij deeze den Eerwaarden Heer W.F. van NIEL Pastor te TEEFFELEN s'Lands MEGEN en den Heer JACOBUS ANDREAS BIEDIJKX wonende te RAVENSTEIN hunne meede erffgenaamen in dese speciaal om namens en van wegens de comparanten Publiek en voor alle man ten overstaan van den Gerechte te verkoopen:
Een Hoeve en daar bij gehoorende landerijen, genaamt DE DIERDONKSE HOEVE gelegen onder BAKEL Quartier van PEELLAND Meijerije van DEN BOSCH, als mede eene Hoef met der zelver landerijen genaamd DE BRASHOEF gelegen op het BROUWHUIS onder VLIERDEN.
Item een perceel groesland op de BUITEN BEEMDEN en een dito genaamd DE STRAAT ZILLE beijde gelegen onder LIEROP.
Wijders een vierde part in een Clamp Grove en Smalle Tiend van het huis van RIXTEL onder AARLE RIXTEL, en een gelijke vierde part van een Clamp Grove en Smalle Tiend geheven wordende ter plaatse genaamd 'T BROUWHUIS onder VLIERDEN voornt. alle de voors. ongerede goederen aan koopenen volgens costuimen locaal voor Schepenen op te dragen, vesten en transporteeren, met belofte van vrijwaaring en onder verband van hunne persoonen en goederen de koopspenningen te ontvangen daar voor te quitteeren en wijders generaal ten deesen alles meer te doen en verrigten het geen de boovengend. Erfgenaamen alle zelfs present zijnde zoude moge of moeten doen, als schoons tot het een of ander Ampelder en meer speciaaler magt dan voors. is mogte vereijscht worden, houdende de zelve voor alhier geinsereerd met de magt van substitutie en assumtie. Alles onder belofte van Approbatie, ratificatie als mede indemnisatie en wijders onder submissie en verband als na rechten, mits de geconstitueerdens gehouden zullen zijn te doen behoorlijke rekening bewijs en reliqua.
Aldus gedaan in oircond der waarheid hebben wij Schepenen ondergenoemd deeze in 't protocol der Stad MEGEN den 16e Junij 1800 zes. Was ten protocolle onderteekend B. GEORG TAABE Schepen HEND. SENGERS Schepen, J.C. van MAANEN Lands. lager stond Accordeert met 't origineelee ten prothocolle quad Attestpr. wastekend J.C. van MAANEN Lands.
Aldus geregistreert binnen HELMOND op heden den sestienden October 1800 zes.
J.J. v.d. FOELAERT, Secr.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, R 117, folio 90 verso.
d.d. 22-11-1806.
Dat voor ons gekomen is ANTONY CORSTEN woonende alhier, en JACOBUS en GERRIT ANTHONY CROOYMANS woonende te TERHORST (1. bij MARGRATEN, of 2. HORST, beiden in LIMBURG)?, dewelke bekennen en verklaaren zoo als doen bij deze wel en wettig op te dragen en in vollen vrijen eigendom over te geeven aan en ten behoeve van JAN van DINTER wonende te BAKEL, Een huis, schuur, stallinge en aangelag, staande en geleegen alhier ter plaatse genaamd "De SCHOUW" groot omtrent vier lopense, met aan een zijde het erf van de Kind. HENDRIK CROOYMANS, met anderen de rivier "De AA".
Item een perceel groes gelegen alhier ter plaatse voornd. groot omtrent 11 lopensaten, 37 roeden, met een zijde het erf van de Kind. HENDRIK CROOYMANS met andere zijde De Kind. PEETER TIJSSEN.
Item de helft in Een perceel groes genaamd "Het SCHOUWS KOEY EEUWSEL", groot in 't geheel omtrent 12 lopense, 31 roede gelegen voor dit gedeelte met eene zijde aan het Erf van JAN HENDRIK CROOYMANS, met andere LEONARDUS LEYENBURG.
Item een geregte en onverdeelde vierde part in een perceel groes en heide genaamt "Het HOOG SCHOUWS EEUWSEL" groot in het geheel 49 lopense, 27 roeden, met een zijde het erf van de Kind. HENDRICUS HENDRIKS Cum suis, met andere "De AA".
Item een gerechte en onverdeelde vierde part in een perceel groes genaamd "Het KLEIN BEEMDJE" gelegen ter plaatse voornd. met eene zijde het erf van SIMON JOOST NOOYEN, met andere WILLEM FRANCIS MARTENS.
Item en laatstelijk een perceel groes genaamd "Den ACHTERSTEN BEEMD" groot omtrent 4 lopense gelegen ter plaatse voornd. met een zijde het erf van De Kind. GOORT HENDRIKS met andere JAN HENDRIK CROOYMANS.
Was belast met eene gulden, vijf stuyvers pagt ten kantore van de geestelijke goederen van dit quartier. En twee stuyvers, twaalf penningen cijns aan den Heer van HELMOND. En verder alle gronde gewin chijnsen, renten en pagten als bevonden zullen worden.
Te aanvaarden: Het huis, schuur, stallinge en groeslande te half April, en het teullant te oogstblood aan de stoppelen den jaare 1807 aanstaande.
Actum DEURNE den Twee en twintigsten November Een duizend acht honderd en zes ten overstaan van ADRIAAN CORSTIAANS en JOHANNES van den BOOMEN.
Ondertekend door: ANTONIE KORSTIAANS, JACOBUS CROYMANS, ANTONY CROOYMANS (kan niet schrijven), A.CORSTIAANS, J. van den BOOMEN en G. van RIET, secretaris.
In de marge!
Deze goederen zijn met meer andere gelegen onder BAKEL en te samen in een massa verkocht voor het bedrag van f. 1593.-5.--.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 117, folio 92.
d.d. 25-11-1806.
DAT voor ons gekomen is DIRK ROOYAKKERS in huwelijk hebbende HELENA HENDRIK CROOYMANS woonende te HELMOND en met deselve hier present, dewelke bij dese verklaart met klinkende en blinkende penningen en woorden daar toe dienende met den regten van los en naderschap te vernaderen, Een huis, schuur, stallinge en aangelag, staande en gelegen alhier ter plaatse genaamd "De SCHOUW", groot omtrent vier lopense, met een zijde het erf van de Kind. HENDRIK CROOYMANS, met andere de rivier "De AA".
Item een perceel groes gelegen ter plaatse voornd. groot omtrent 11 lopense 37 roeden, met een zijde het erf van de Kind. HENDRIK CROOYMANS, met andere de Kind. PEETER TIJSSEN.
Item de helft in een perceel groes genaamt "Het SCHOUWS KOEY EEUWSEL" groot in 't geheel omtrent 12 lopense, 31 roeden, gelegen voor dit gedeelte met een zijde het erf van JAN HENDRIK CROOYMANS, met andere LEONARDUS LEYENBURG.
Item een gerechte en onverdeelde vierde part in een perceel groes en heide genaamd "Het HOOG SCHOUWS KOEY EEUWSEL" groot int geheel 49 lop. 27 roe. met een zijde het erf van de Kind. HENDRICUS HENDRIK Cum suis, met andere de rivier "De AA".
Item een gerechte en onverdeeld vierde part in een perceel groes genaamt "Het KLEIN BEEMDJE" gelegen ter plaatse voornd. met een zijde het erf van SIMON JOOST NOOYEN, met andere WILLEM FRANCIS MARTENS.
Item en laatstelijk een perceel groes genaamt "Den ACHTERSTEN BEEMD", groot omtrent vier lopense, gelegen ter plaatse voornd., met eene zijde het erf van de Kind. GOORT HENDRIKS, met andere JAN HENDRIK CROOYMANS.
Zoo en dien voegen als voornmd. huis, schuur, stallinge aangelag en percelen groesland op den 22e deeser door GERRIT en JACOBUS ANTHONY CROOMANS en ANTONY CORSTENS in huwelijk hebbende JOHANNA ANTONY CROOYMANS, aan JAN van DINTER wonende te BAKEL ter secretary alhier is getransporteert en opgedragen, en waartoe hij comparant voornd. Nomine Uxoris Predecte verklaarde nader regt te hebben daar voormelde JAN van DINTER, als zijnde gemelde HELENA HENDRIK CROOYMANS een nigt van gemelde GERRIT en JACOBUS ANTONY CROOYMANS en JOHANNA ANTONY CROOYMANS.
De comparant neemt bij deze dezelfde verplichtingen over van de vorige eigenaar.
JAN van DINTER erkent de voornoemde HELENA HENDRIK CROOYMANS als de rechtmatige vernaderse.
Actum DEURNE vijf en twintig November een duizend acht hondert en zes ten overstaan van ADRIAAN CORSTIAANS en JOHANNIS van den BOOMEN schepenen.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 298, folio 103 recto.
d.d. 02-12-1806.
Compareerde voor Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE nagegenoemt.
PEETER JAN PEETERS in huwelijk hebbende PETRONELLA van der ZANDE woonende alhier.
MARCELIS MEULENDIJK in huwelijk hebbende ANNAMARIA van der ZANDE woonende te AARLE, en
JOHANNA van der ZANDE Weduwe en Boedelhoudster van wijlen JAN van KEMENAIJEN, woonende te BEEK en DONK,
Dewelke bekennen en verklaren zoo als doen bij deese met malkanderen te hebben aangegaan en gemaakt een minnelijke en wettige Erfscheijding en deijling van zodanige vaste goederen als alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT geleegen en hun Comparanten door versterf hunner ouderen aangekomen zijn, en welke scheijding en deiling is gedaan in voegen en manieren navolgende.
Eerstelijk zoo is met den Eersten minnelijke Cavel ten lote en deele gevallen aan PEETER PEETER CLAASSE als man en moboir van PETRONELLA van der ZANDE zijne huisvrouw, Een huis, hof en aangelag groot omtrent 2 Lop. 35 roed., gelegen met eene zijde aan het Erf van ANTONY van NEERVEN met andere de Wed. GOORT van de VEN.
Item en laatstelijk Een parceel land groot omtrent 1 Lop. 48 Roed. Geleegen met eene zijden aan het Erf van MARCELIS MEULENDIJK, met andere JOHANNA van der ZANDEN.
Ende is met den Tweeden minnelijken Cavel ten lote en deele gevallen aan MARCELIS MEULENDIJK als man en momboir van ANNAMARIA van der ZANDE, zijne huijsvrouw, Een parceel land groot 1 Lop. 48 Roed. geleegen met een zijde aan het Erf van JOHANNA van der ZANDE met andere de Wed. HUIJBERT van OORSCHOT.
Item een parceel Groes groot omtrent 38 Roeden gelegen met eene Eijnde aan het Erf van JOHANNA van der ZANDE met een zijde de Wed. HUIJBERT van OORSCHOT met anderen PIET PEETER de WIT.
Item en laatstelijk een parceel land groot Een Lop. vijf Roed. geleegen met eene zijde aan het Erf van JOHANNA van der ZANDE met andere JOOST JAN GERITS.
Ende is met den derden en laatsten minnelijken Cavel ten loote en gevallen aan JOHANNA van der ZANDE Weduwe van wijlen JAN van KEMENAIJEN, moeder en voogdesse over haar minderjarig kind bij wijlen voorn. haaren man in Echte verwekt en alzoo aan haaren Erftogte en haar voorsz. kind ten Erfregte Een parceel groes groot 38 roeden geleegen met een zijde aan het Erf van MARCELIS MEULENDIJK met andere de gemeente.
Item een parceel land groot omtrent 1 Lop. 48 Roeden geleegen met een zijde aan het Erf van PEETER PEETER CLAASSEN met anderen de weg.
Item en laatstelijk een parceel land genaamt DE KRABBE groot 1 Lop. vijf roeden, geleegen met een zijde aan het Erf van MARCELUS MEULENDIJK met andere HENDRICUS GOORT PEETER CLAASSEN.
De Comparanten verklaaren dat de goederen in deese acte van scheiding begreepen te zamen beneeden de zeshonderd gulden waerdig zijn.
Zijnde de voorsz. goederen Los vrij en allodiaal, dog zullen de Condividenten aen ieder int zijnen aan hen ten deele gevallen parceelen moeten blijven vergelden en betalen zodanige s’Lands en Dorps lasten als daar op zijn staande of hier na gesteld wordende beneevens alsulke grond gewin Chijnsen, renten en pagten als bevonden zullen worden met regt uit een ieders aan bedeelde te gaan.
Stegen, wegen, schouwen, straten en waterlaten zullen moeten houden haare Oude zoo voor als nadeelige regten en gebruiken daar toe van oudts regt of gewoonte weegen te onderhouden staande en gehoorende aan te vaarden het huijs, hof en groes te half Maart en het land te oogstblood aan de stoppele inden jaere 1807 aanstaande.
Gelovende de voorzeide Comparanten en Condividenten in ’t hoofd deeses gemeld met de voors. scheiding en deilinge zoo als onder ieder lot is staande volkomen genoegen te nemen en dienvolgende op en van des anders portien en aandeel volkomentlijk te renuntieeren verteijden en afstand te doen zonder eenige nadere of verdere Erfscheijdinge of deilinge te konnen of mogen pretendeeren, met Expresse renuntiatie van alle brieven Instrumenten en bescheiden daar van mentioneerende alle onder submissie verband en renuntiatie als na regten.
Aldus gedaan verleden en gepasseert op heeden binnen BAKEL voorn. den Tweeden December achttien honderd en zes ten overstaan van JAN BIEMANS en JAN MATTIJS MASTBROEK Schepenen.
PEETER PEETER CLAASSEN
Dit merk X steld MARCELIS MEULENDIJK verklaart niet te kunnen schrijven.
Dit merk X steld JOHANNA van der ZANDE verklaart niet te kunnen schrijven.
J. BIEMANS
J.M. MASTBROEK
Mij present
G. van RIET, Secretrs.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
inv.nr. 1363, d.d. 11-12-1806.
Datum der Registratie:
den 11 December 1800 zes.
Benaming der Acte en datum derzelve:
Transport in den 1e December 1800 zes.
Op welk zegel de acte is geschreven:
Op een zegel van eenen gulden.
Namen der Opdragers:
JOHANNA DIRK van der ZANDEN.
Namen der Verkrijgers:
PETER PETER CLAASE.
Koopprijs:
Koopprijs met de belasting in Kapitaal f. 29.15.00.
Omschrijving van het Verkregene:
Een Parceel groes, groot omtrent 38 Roeden geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT met eene zijde het erf van MARCELIS MEULENDIJK met andere de Gemeente.
Datum der Registratie:
den 11 December 1800 zes.
Benaming der Acte en datum derzelve:
Transport in den 1e December 1800 zes.
Op welk zegel de acte is geschreven:
Op een zegel van dertig stuyvers.
Namen der Opdragers:
JOHANNA DIRK van der ZANDEN.
Namen der Verkrijgers:
PETER PETER CLAASE.
Koopprijs:
Koopprijs met de belasting in Kapitaal f. 57.01.20
Omschrijving van het Verkregene:
Een perceel land groot 1 Lop. 48 Roeden geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT met eene zijde het erv van PETER PETER CLAASEN met andere den weg.
Datum der Registratie:
den 11 December 1800 zes.
Benaming der Acte en datum derzelve:
Transport in den 1e December 1800 zes.
Op welk zegel de acte is geschreven:
Op een zegel van eenen gulden.
Namen der Opdragers:
JOHANNA DIRK van der ZANDEN.
Namen der Verkrijgers:
PETER PETER CLAASE.
Koopprijs:
Koopprijs met de belasting in Kapitaal f. 26.00.00.
Omschrijving van het Verkregene:
Een perceel land genaamd DE KRABBE groot ontrent 1 Lop. 5 Roeden geleegen alhier ter plaatse genaamt DE NEERSTRAAT met eene zijde het erf van HENDRIKUS GOORT PETER CLAASEN, met andere MARCEELIS MEULENDIJK.
Bakel 1807.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr.4030, folio 82.
d.d. 14-02-1807.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd.
GERRIT van HEUGTEN wonende te BAKEL, HUIBERT ROVERS wonende te VLIERDEN en HENDRIK ROVERS wonende te BAKEL de welke den eerste als schuldenaar principaal en de twee laatste als Borgen, doch ieder insolidum een voor al en elk als schuldenaar principaal onder renuntiatie van de voorregten van voorrang splissing en uitwinninge bekennen en verklaaren mits deze wel en deugdelijk schuldig te weezen aan en ten behoeven van HENDRINA van ASTEN Weduwe HENDRIK van ASTEN wonende alhier te HELMOND, of haar recht verkrijgende eene capitaale somme van twee honderd Caroly guldens van twintig stuivers Hollands het stuk, spruitende ter zaake en wegens deugdelijke geleende en wel aangetelde penningen bij den eersten comparant gehad en tot hun aller comparanten genoegen ontvangen zo verklaarden, renuntieerende over zulks van de Exceptie van onaangetelde gelden.
Belovende van de voors. capitaale somme van twee honderd guldens jaarlijks te rekenen van dato dezer, aan voornoemde HENDRINA van ASTEN Wed. HENDRIK van ASTEN of haar recht verkrijgende voor intrst te zullen betaalen ad vijf gulden percent en in de betaling van dien intrest jaarlijks prompt op den verschijndag te zullen blijven continueeren tot de volle en effedtueele voldoening en aflossing van gemelde capitaale somme toe, doch in cas van repetitie of restitutie van voors, capitaal, dat na heden over een jaar en vervolgens alle jaaren zal kunne, en mogen geschieden zal men gehouden wezen den anderen drie maande voor den verschijndag van den jaarlijksen intrest behoorlijke op of aanzegging te doen.
Tot ankoming en met voldoening van alle het geene voorschreven staat en elk poinct van dien verbinden de comparanten hunne persoonen en goederen hebbende en verkrijgende alle de zelve subjecteerende aan de Judicature van den Gerechte van BAKEL en VLIERDEN respect. te vreden zijnde hun zelven in den inhoude dezes goedwil liglijk te kunnen kosten en lasten bij een der voors. Gerechte te doen en te laaten condemneeren, ten dien einde onwederroepelijk constitueerende twee der respect. Procureurs voor gen. Gerechten postuleerende zo om de condemnatie te verzoeken als daar in te consenteeren respect. verklaarende de comparanten over zulks mede nog te renuntieren van de beneficien van verbuting en Evictie en te consenteeren dat door den wettigen houder dezes na sommatie en renovatie uit kragte der wettige condemnatie alle hunne goederen tot verhaal van den inhhoude dezer na drie Zondagsche vijlinge publiek en voor alle man worden verkogt.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van PETER SWINKELS Pzn. en ARNOLDUS VERBAKEL Schepenen binnen HELMOND op heden den veertienden February 1800 zeven.
X merk van GERRIT van HUGTEN verklaard niet te kunnen schrijven.
H. ROVUS.
HENDRIK ROVERS.
P. SWINKELS P.zn.
A. VERBAKEL
Mij present J.J. v.d FOELART Secr.
Oud Rechtelijk archief Deurne, deel 117, folio 108.
d.d. 02-05-1807.
Fragment).
ADRIAAN van TILBURG, in huwelijk hebbende HENDRINA WELTEN woonende te BAKEL.Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21.
Folio 29recto. d.d. 01-12-1807.
Op heeden den eersten December een duijzend acht honderd en zeven, zoo zijn voor de nagenoemde Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE gecompareert PEETER HENDRIK CROOIJMANS en JAN SWINKELS beide wonende alhier, dewelke als door Scheepenen deeser gemeente gekooren momboiren en voogden over de persoonen van de drie nog minderjarige kinderen van wijlen FRANCIS van NEERVEN en ANTHONETTA DEONISIUS MARTENS, met naame: JOHANNIS, HENDRINA en CATHARINA.
Dewelke alzoo en in die qualiteit aan handen van JAN BIEMANS Scheepen Loco Schout-Civiel deeser voornt. gemeente hebben afgelegt den behoorlijken Eed, van hen getrouwelijk in de voorzeijde bedieninge te zullen gedragen, en daar bij belooft dat zij het intrest van voormelde minderjarige, haar persoon en goederen, wel en na behooren zullen regeeren, defendeeren en administreeren onder belofte van des aangemaand wordende, ten allen tijden des gerequireert van haare administratie voor Officier en Scheepenen alhier te zullen doen behoorlijke reekening bewijs en reliqua en hebben het zelve met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig; bevestigd.
Actum ten Raadhuijze binnen BAKEL voorschr., dato ut supra. Coram JAN MATTIJS MASTBOREK en JOHANNIS VERBAARSCHOT Scheepenen.
PEETER HENDRICK CROOIJMANS
Handmerk van JAN SWINKELS (kan niet schrijven)
J.M. MASTBROEK
J. VERBAARSCHOT
Mij present, G. van RIET, Secrts.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr.4030, folio 144.
d.d. 19-12-1807.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
MATHIJS van de WEIJER, wonende te BAKEL, denwelke verklaarde mits deze als nader in den bloede wezende van JOHANNES JOOST PETERS, MARIA JOOST PETERS gehuwed met JOHANNES FRANCIS TIJSSEN en PETRONELLA JOOST PETERS alle mede wonende te BAKEL des comparants Neeven en Nicht resp. dan de Weduwe JOOST BIEMANS insgelijks wonende te BAKEL, en dus daar toe geregtigd met klinkende en blinkende penningen te lossen en te naderen, Een derde part in eenen Beemd gelegen alhier in de GROOTE RIETBEEMDEN groot in 't geheel 3 Lopensen 8 Roeden, hooyende met voorn. Wed. JOSEPH van NEERVEN en WILLEM JOOST BIEMANS.
Item een derde part in eenen Beemd gelegen alhier agter DE DUIZELDONK, groot in 't geheel 2 Lopense 1 Roede, hooyende met genoemde Wed. JOSEPH van NEERVEN en WILLEM JOOST BIEMANS, en rijdende met LAMBERT van HUGTEN en andere.
En een derde part in eenen halven Beemd gelegen alhier in de GEMEENE BEEMDEN agter het HOOGEIND groot voor de helvt 5 Lopensen 15 Roeden, hooyende met voornoemde Weduwe JOSEPH van NEERVEN en WILLEM JOOST BIEMANS allen 't welke door voornoemde JOHANNES JOOST PETERS, JOHANNES FRANCIS TIJSSEN als in huwelijk hebbende MARIA JOOST PETERS, en PETRONELLA JOOST PETERS, op den 24 October 1807 voor den Gerechte alhier aan genoemde Weduwe JOSEPH van NEERVEN en WILLEM JOOST BIEMANS is getransporteerd en opgedragen, en dat voor allodiaal goed, los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentes Lasten naburige rechten en servituten.
En compareerde alhier mede FRANCIS van NEERVEN als gelaste van en voor zo veel des noods zig fort en sterk makende en de rato caverende voor zijne moeder de Weduwe JOSEPH van NEERVEN en WILLEM JOOST BIEMANS voormeld, dewelke verklaarden op gemelde vernadering te accepteeren en voors. derde parten in voormelde Beemden bij deeze af te staan aan voornoemde MATHIJS van de WEIJER, zo en indier voegen, als 't zelve aan meergemelde Weduwe JOSEPH van NEERVEN en hem WILLEM JOOST BIEMANS is getransporteerd, latende hem volgens de veste en opdragte daar mede geworden als te raade;
Verklarende wijders van alle uitgeschoote penningen en kosten ter zaake dezes door hun gedaan, door voornoemde Naderaar voldaan te zijn.
Kooppenningen van de in deze vernaderde goederen zijn f. 90.--.--.
Dus ingevolge Art. 55 der Ordonnantie in dato 28 November 1805
op een zegel van f. 2.10-
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van PERO van der WALLEN en JOHANNES van LIESHOUT Schepenen binnen HELMOND op heden den Negentienden December 1800 zeven.
M. v.d. WEYER
JOS. v. NEERVEN
W. BIEMANS
P. van der WALLEN
J. v. LIESHOUT
Mij present J.J. v.d. FOELART.
Bakel 1808.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 117, folio 131.
d.d. 09-01-1808.
(Samenvatting).
WILLEM van MOORSEL woonende te MILHEEZE en LOURENS van MOORSEL thans woonende te BAKEL, verklaren over te dragen aan ADRIAAN CORSTIAANS woonende te DEURNE, een huis, schuur, stallinge, hof en aangelag, staande en gelegen te DEURNE in "Het KERKEIND", groot 2 lopensaten 15 roeden, met een zijde het erf van De Wed. ARNOLD van de KERKHOF met anderen NICOLAAS EEVERT van DOERNE.
Item een perceel land en heyde gelegen te DEURNE aan "Den BRUGSENDIJK" groot omtrent twee lopense, zijnde nieuwe erf van den jaere 1769, met een zijde het erf van CORNELIS van WEERT, met andere de Wed. HENDRIK PEETER FLIPSEN.
P.S.
Verder hebben de bovenstaande personen nog 12 andere percelen grond die allen te Deurne gelegen zijn, verkocht.
Zie hiervoor de folio's t./m. 137 verso.
Oud Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 4030. folio 149 verso.
d.d. 09-01-1808.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
FRANCIS VERBAARSCHOT wonende te MILHEEZE onder BAKEL, HENDRIKUS VERBAARSCHOT wonende te DEURNE en PIET KROOYMANS wonende te BAKEL voor het togtregt en in qualiteit als vader en voogd en zijne drie minderjarige kinderen in Echte verwekt bij nu wijlen JOSINA VERBAARSCHOT met naamen JOOST, BARBARA en JENNE MARIA voor het Erfrecht, dewelke alzoo verklaarden te cedee-ren, transporteren, op te dragen en over te geven aan JOHANNES VERBAARSCHOT wonende te BAKEL, voor het togtregt en zijne vier kinderen in Echte verwekt bij JENNE MARIA RAAYMAKERS met naamen JOHANNES, GORDINA, HENDRIKUS en HELENA voor het Erfregt, en aan ADRIAAN DIELIS ADRIAANS mede wonende te BAKEL voor het togtregt en zijne drie kinderen in Echte verwekt bij JENNE MARIA VERBAARSCHOT met naamen DIELIS, WILLEM en MARTINUS voor het Erfrecht.
Drie vijfde parten in eenen beemd in DE WEERT in DE HILLEBEEMDEN gelegen onder de Jurisdictie dezer Stad aan DE AA agter DE WATERMOLEN groot in het geheel 5 Lopensen 6 Roeden, rijdende met JOHANNES BAPTIST SWINKELS zijnde allodiaal goed (zo de comparanten verklaren) Los en vrij uitgenomen s'Lands en Gemeentes Lasten naburige rechten en servituten. Aan te vaarden bij het passeeren dezes, met de lasten over dezen jaare 1808, terwijl op de verponding van voors. Beemd over den jaare 1807 ingevolge quitantie van den Commissaris A. RAMAER gequoteerd No. 5630 op heden alhier geexhibeert is betaald f. 18.02.
Belovende de transportanten dit cedeeren, transporteeren en overgeven in voegen en ten behoeven voormeld, altijd te zullen houden en doen houden, voor goed vast, stedig en van waarden; mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daarinne mogte wezen of bevonden worden, onder verband als na rechten.
Kooppenningen zijn zo parthijen verklaren f. 95.--.—
dus ingevolge Art. 55 der Ordonnantie in dato 28 November 1805 op een zegel van f . 2.10
HELMOND den negenden January 1800 en agt, ten overstaan van PETRUS SWINKELS Pzn. en JOHANNES van LIESHOUT Schepenen.
FRANCIS VERBAARSCHOT
HENDRIKUS VERBAARSCHOT verklaart niet te kunnen schijven.
PEETER HENDRICK CROOIJMANS
P. SWINKELS Pzn
J. v. LIESHOUT
Mij present J.J. v.d. FOELART.
Oud Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 4030. folio 152 verso.
d.d. 09-02-1808.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd.
PETER van der POEL en THEODORUS van GRIENSVEN den eersten wonende te BAKEL en den tweeden te MILHEEZE beide in qualiteit als Executeuren Testamentair van den Boedel van wijlen ADRIAAN van de MORTEL en ANNA JACOB VERHOEVEN in leven Echtelieden gewoond hebbende en overleden te BAKEL, dewelke alzo verklaarden te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geven aan en ten behoeven van JACOBUS, JOHANNES en WILLEM VERHOEVEN alle wonende te BAKEL.
De helvt in twee Lopense groese of hooyland gelegen in de VOORSTE WEERT agter het GASTHUIS alhier, genaamd ZWEEPKENS BEEMD, waar van de Kinderen van wijlen PETER JACOB VERHOEVEN de wederhelvt competeerd. hooyende met de Wed. DIRK GOORD BERKERS.
Zijnde allodiaal Los en vrij uitgenomen s'Lands en gemeentes lasten, naburige regten en servituten; Aan te vaarden bij het passeeren dezes, met de s'Lands en gemeentes lasten over dezen jaare 1808, terwijl op de verponding van voors. perceel over den jaare 1807 ingevolge quitantie van den Commissaris A. RAMAER gequiteerde No. 4181 wezende van dato 19 December 1807 alhier geexhibeert, is betaald f. 1.15.-0.
Belovende de comparanten qq dit cedeeren transporteeren en overgeven invoegen en ten behoeven voormeld, altijd te zullen houden en doen houden voor goed vast stedig en van waarden, mitsgaders voors. getransporteerde te zullen vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actie en aantaal die meer dan voormeld daarinne mogte wezen of bevonden worden, onder verband als na regten.
En is bij permissie billet van G. van RIET als gequalificeerd tot de directie over de invordering der belasting op het regt van Successie in dato DEURNE den 17 February 1807 gebleken dat gem. belasting wegens de nalatenschap van wijlen voorn. ADRIAAN van de MORTEL aan den Lande is voldaan, en mits dien de toeeigening of verdeeling derzelve nalatenschap gepermitteerd is; zo als mede is gebleken quitantie van P.W. MOLHUIJSEN, gelaste van den Ontvanger van het regt der collateraale Successie, mitsgaders in ascendenti linia <= verwant in klimmende lijn>, over de Stad en Meyerije van S'BOSCH, wezende van dato 14 Mey 1801 wegens de betaling van den dubbelden 20e penning van alle zodanige goederen, het voors. middel Subject, als bij ANNA VERHOEVEN, overleden tot BAKEL en aldaar begraven den 19 December 1800 met de dood zijn ontruimd en agtergelaten.
Kooppenningen zijn f. 50.--.—
dus ingevolge Art. 55 der ordonnantien in dato 28 November 1805 op een zegel van f. 1.10.—
HELMOND den negenden February 1800 agt, ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en PETRUS SWINKELS Pzn. Schepenen.
P. v.d. POEL
J, van GRIENSVEN
A. van der VELDEN
P. SWINKELS Pzn.
Mij present J.J. v.d. FOELART.
Oud Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 330.
d.d. 23-04-1808.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMOND ondergenoemd:
JOHANNA JOOSTEN, Weduwe van JOHANNES PENNINGS oud circa 46 jaaren, wonende te BAKEL, dewelke tot het geven van getuigenis der waarheid met voorkennis en permissie van den Schout Civiel alhier, gerechtelijk gearresteerd en vervolgens geciteerd zijnde ter instantie en requisitie van JOACHIMUS van den HEUVEL mede wonende te BAKEL, voor de zuivere en oprechte waarheid verklaard waar en waarachtig te wezen: Dat WILLEMIJN GOORD WERTS insgelijks wonende te BAKEL op den derden November des gepasseerden jaars 1800 en zeven, ten huize van den requirant bekend heeft, dat zij uit zijne huizinge, buiten zijn weeten en consenten alzo heijmelijk ontdragen heeft, een blaauw Miselanen vrouwen rok, een strooijen zonnen hoed, en een blaauw linnen voorschoot.
Eindigende zij deponente hier mede haare voors. verklaringe; gevende voor redenen van welwetenheid als in den text en heeft na duidelijke voorlezinge daat bij gepersisteerd, en de waarheid van dien met solemneele Eede bekragtigd, haar wettig gestaafd en afgelegd aan handen van PETER van BRUSSEL Schout Civiel, ten overstaam vam ANTONY van der VELDEN en PETRUS SWINKELS P.Zn. Schepenen binnen HELMOND, op heden den drie en twintigsten April 1800 en agt.
Merk steld JOHANNA JOOSTEN, Weduwe JOHANNES PENNINGS verklaard niet te kunnen schrijven.
A. van der VELDEN.
P. SWINKELS P.Zn.
Mij present J.J. v.d. FOELART Secretaris
Oud Rechtlijk archief Helmond, inv.nr. 4040.
d.d. 03-09-1808.
Pro Justitia.
Compareerde voor Schpenen der Stad HELMOND, GERARDUS BERINGS Mr. Chirurgijn en inwoonende burger alhier, denwelke op de onderstaande artikelen gehoord en ondervraagd zijnde, daar op heeft geantwoord en verklaard zo als bij elke artikel staat aangetekend.
Artikelen om daar op ter instantie van J.W. van BAKEL ten overstaan van Schepenen, Commissarissen der Stad HELMOND onder solemneele Eede te hooren en te ondervragen GERARDUS BERINGS Mr. Chirurgijn wonende te HELMOND.
Art. 1.
Of hij deponent is Chirurgijn wonende te HELMOND.
Den deponent verklaard, Ja.
Art. 2.
Of als Chirurgijn ontboden is in de maand Augustus 1807 bij WILBERT PETER MARTENS te BAKEL.
Den deponent verklaard, Ja, conform het gevraagde.
Art. 3.
Of zulks was op den 17e Augustus 1807.
Den deponent verklaard, Ja.
Art. 4.
Of hij deponent een wonde verbonden heeft aan of in den heup.
Den deponent verklaard op den 17e Augustus 1807 aan den persoon van WILBERT PETER MARTENS voornd. een wonde verbonden te hebben, in den linker heup.
Art. 5.
Of den patient voors. WILBERT PETER MARTENS aan hem geopenbaart had, wie die wonde, en hoe die heeft toegebragt.
Den deponent verklaard dat gezegde patient WILBERT PETER MARTENS, aan hem heeft opgegeven, dat die wonde hem door zijnen broeder JOHANNES PETER MARTENS met een mes was toegebragt.
Art. 6.
Of deponent voorkomt dat die wonde met mes of scherp snijdend instrument geschied is?
Den deponent verklaard, Ja.
Art. 7.
Of voornd. patient WILBERT PETER MARTENS zulks ook aan hem betuigd heeft>
Den deponent verklaard, Ja. Zo als bij Art. 5 heeft gedeponeert.
Aldus den deponent gehoord en ondervraagd, en heeft denzelven geantwoord en verklaard als voor ieder Artikel staat genoteerd, hebbende na duidelijke voorlezinge daar bij gepersisteerd, en voor redenen van welwetendheid geallegeert dat hem het gene voors. volkomen bewust en in geheugen is, en voorts als in den text, de waarheid van dien hebbende bekragtigd met de woorden: "Zo waarlijk helpe mij God Almagtig" hem wettig gestaafd en behoorlijk gedaan en afgelegd, aan handen van PETER van BRUSSEL Schout Civiel ten overstaan van ANTONY van der VELDEN en ARNOLDUS VERBAKEL Schepenen binnen HELMOND, Op heden den derden September 1800 en acht.
G. BERINGS Chirurgijn.
A. van der VELDEN.
A. VERBAKEL.
Mij present
J.J. v.d. FOELART Secretaris.
Bossche Protocollen inv.nr. 1794 A, folio 182r - 200r,
d.d. 24-10-1808
Mejuffrouw ANNA MARIA van GEYN minderjarig en ongehuwd wonende binnen deezen Stad in qualiteit als Executeur inden boedel en nalatenschap van wijlen ADRIANUS van den DUNGEN aangesteld en ter het geen navolgende gemagtige bij zijn testamentaire despositie den achten twintigsten April 1800 en acht voor den Koninglijke Notaris ANTONI BOLSIUS alhier gepasseert ter dezer Stads secretarije geregistreert en is ten deeze geexhibeert tot verkoop door den Directeur van de belasting op het recht der J. de Berg alhier onderteekend den 30 Juny 1808.
De helft in een huisje, staande binnen deeze Stad aan de Diesestraat geg. D 421 en VD 264.
Wijlen voorn. ADRIANUS van den DUNGEN aangekomen bij koop en opdragte tegens MARCUS CAROLUS MOLHUYSEN qq pro ut in lett scab tu d.d. vierden September 1700 drie en negentig.
Transp. JAN MICHIEL WANMAKER wonende alhier < ??? > deponere, uitgenomen s'Lands en Stads lasten, rechten, kommeren en servituten daar toe, zoo van ouds, recht als gewoonte wegen te onderhouden staende en gehoorende.
Bij quitantie gebleken dat de verponding over 1807 is betaalt.
Testes ut supra datum den vier en twintigsten October 1800 en acht.
A.M. van GEIJN
M. v.d. RIPPINA
P.B. van BARKEL
Mij present J. de BERGH Secretaris.
Voorn. opdragersse uts.
Een jaarlijkse en erffelijke pacht van zeven vaten rog, Peelse maat, gaande uit onderpanden gelegen te BAKEL vergelden wordende door JAN WILLEM BIEMANS en de Wed. JAN FRANCIS WILBERTS.
Wijlen voorn. ADRIAAN van den DUNGEN aangekomen bij koop in opdragt van wegen het Kantoor der Geestelijke goederen van PEELLAND, zoo als breder blijkende is bij Schepen brieven dezer Stad in dato negen en twintigsten September 1700 zeven en negentig.
Transp. de Heer JOHANNES ANTONIUS NUYTZ Koopman wonende alhier, etc.
A.M. van GEYN
M.W. KIPPINX
P.B. van BERKEL
Mij present J. de BERGH Secretaris.
Bakel 1809.
Rechtelijke Archieven voor 1811, Bakel en Milheeze. inv.nr. 20.
d.d. 06-04-1809.
Aan Schepenen van BAKEL.
Geevt eerbiediglijk te kennen JOCHIEM van den HEUVEL woonende te BAKEL.
Dat de suppliant nu onlangs van U Eerwaarden verzocht en bekomen heeft, decreet en authorisatie om publiek te verkoopen eenige vaste goederen, bestaande in huis, hof, aangelag, en daar bij gehoorende teul en weijlanden, staande en gelegen onder MILHEEZE ter plaatse genaamd IN DE HOEVEN.
Dat de suppliant voormelde goederen ten verkoop gebragt hebbende, en oordeelende dat de daar voor uitgeloofde penningen, onvoldoende, en met derzelver waarde niet overeenkomende waren, alsook dat hij zonder die verkooping, zijne dringende schulden door andere middelen zoude kunnen bestrijden, vermeend heeft dier verkooping toenmaals te moeten ophouden:
Dat het intusschen nu zoo is, dat de suppliant, in het verkrijgen van de zoo even aangetogen hulpmiddelen, te loor gesteld is, midsgaders dat er thands, onder de hand, aan hem, voor opgemelde goederen aangeboden word de som van twaalf honderd en vijftig guldens, en alzoo kan verkrijgen, ten bedrage der som van dertig guldens:
Dat het omdsdien evident is dat dezelfde reden van noodzakelijkheid, om redenen voormeld blijft voortduuren: gelijk ook dat de aangebode onderhandsche verkoop, een wezentlijk voordeel voor den suppliant zal opleveren.
Dat de suppliant nogthands voormelde onderhandsche verkooping niet heeft willen volvoeren, zonder alvorens U Eerwaardens decreet van approbatie daar op preaallabel te hebben geem-ploijeerd. ten dien einde hier bij voegende een declaratoir van twee der naaste wederzijdschr bloedverwanten.
Mids welke zoo keerde de suppliant zich tot U Eerwaarden, met eerbiedig verzoek dat U Eerwaarden, de hier voor aangetoge onderhandsche verkooping der vaste goederen bij U Lieden aan den suppliant nu onlangs verleende decreet en authorisatie, breeder vermeld, en zulks voor en om de som van twaalf honderd en vijftig guldens, gelieve te approbeeren, en den suppliant daartoe, te authoriseeren: en dat hiervan aan den suppliant mogt worden uitgereikt.
U Lieden decreet en forma.
'Twelk doende etc.
J. van den HEUVEL
Rechtelijke Archieven voor 1811, Bakel en Milheeze. inv.nr. 20.
d.d. 06-04-1809.
Wij ondergetekende beide woonende te BAKEL en naaste bloedverwanten van s'vaders en s'moeders zijde respective van de Kinderen van JOCHIEM van den HEUVEL, in huwelijk verwekt aan nu wijlen JOANNA van de CRUIJS, verklaaren bij en mids deze, dat wij, gezien hebbende de rekweste van gemelden JOCHIEM van den HEUVEL, houdende verzoek, om te verkrijgen U Eerwaardens decreet van approbatie, op eene daarbij vermelde onderhandsche verkoopinge van vaste goederen, staande en gelegen onder MILHEEZE, in DE HOEVEN, van de waarheid van het geen daarbij geallegeerd is, ten vollen overtuigd zijn; en wij alzoo geene zwarigheid maakende voor zoo veel ons aangaat, in de daarbij vermelde verkoopinge te consenteeren, zoo als doen bij en mids deze.
Ten oorkonde der waarheid is deze door ons eigenhandig ondertekend op heden BAKEL den 6 April 1800 en negen.
JOST van GROOTEL
Handmerk van JAN van den HEUVEL (kan niet schrijven)
JOGIEMUS MANSVELSDERS Mij present.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 119.
d.d. 29-04-1809.
(Samenvatting).
Voor de Schepenen van DEURNE verklaart JOACHIMUS van den HEUVEL woonende te BAKEL dat hij uit authorisatie van Scheepenen der Regtbank van BAKEL en MILHEEZE in dato 11e van Grasmaand 1800 Negen wel en wettig te cedeeren, transporteren en in vollen vrijen eigendom over te geeven aan en ten behoeve van GEERTRUYDA van de KRUYS Weduwe GERRIT KANTERS meede te BAKEL woonagtig.
Een perceel groes geleegen alhier te DEURNE in de MILHEEZE GOOREN groot 2 Lopense met een zijde erf van GIJSBERT DRIESSEN met andere STEEG.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 119.
d.d. 29-04-1809.
(Samenvatting).
Voor de Schepenen van DEURNE verschenen: De Heer GODEFRIDUS WILHELMUS MANDERS, woonende te VENROOY in 't FRANSCHE KEYSSERRIJK in qualiteit als Speciale Last en Procuratie hebbende van zijn vader PETRUS MANDERS meede te VENROOY voornt. woonagtig zijnde, derhalve Procuratie in de VENROOY 8e van Grasmaand 1809 en alhier met behoorlijke zegel omslagen, DIRK de GROOT en CRISTIAAN de GROOT beide woonende te GERWEN, mitsgaders MATHIJS JANZEN woonende te HELMOND te zamen Erfgenamen van wijlen MARGO MANDERS laatst in huwelijk geweest zijnde met WILLEM van den BOGAARD beide gewoond hebbende en overleden alhier mitsgaders al nog JOHANNIS van den HOUT en PIETER ANTHONY COX in qualiteit als door Schout en Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE wettige aangestelde momboiren en voogden over de twee nog minderjarige kinderen van wijlen WILLEM van den HOUT woonende te BAKEL als meede nog JOHANNIS FRANCIS KLUYTMANS in huwelijk hebbende JENNE MARIA van den HOUT meede te BAKEL voornt. woonagtig, zijnde de voorz. voogden tot zoo geen navolgende behoorlijke geauthoriseerd bij authorisatie van Scheepenen der Regtbank der gemeente van BAKEL en MILHEEZE voornt. in den 18e van Grasmaand 1809, dewelke bekennen en verklaaren zo als doen bij deeze uyt kragte der Publieke verkoop conditie inde 10e en 24e deezer wel en wettig te cedeeren, transporteeren en in vollen vrijen eigendom over te geven aan en ten behoeve van JAN HENDRIK van de MEULENDIJK wonende alhier te DEURNE, Een schuur met de helft van het aangelag zijnde land en groes, groot in 't geheel 7 lopense 33 roeden No. 1180 en 1181, gelegen alhier in de ZIJLBERG met bijde zijde het erf van FRANCIS VERBEEK. Zijnde los en vrij, etc. etc..
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 119.
d.d. 27-09-1809.
(Samenvatting).
Voor de Scheepenen van DEURNE en LIESSEL verklaart GERRIT HENDRIK van HUGTEN Inwoonder alhier, een kapitale som gelds geleend heeft van JOOST PEETER van NEERVEN wonende te MILHEEZE.
← Terug naar: Bakel 1790 1799Verder naar: Bakel 1810 - 1819 →