1780 - 1789
“De Kroniek van Driek”
Bakel en Milheeze 1780-1789
Bakel 1780.
Vervolg van 1779.
d.d. 11-01-1780.
Momboirs.
Op heeden den elfden Januarij seeventien hondert tagtig so heeft JOOST van LEYENBURG inwoonder alhier als door Heeren President en Scheepenen deses Dorps met en beneevens JAN ARNOLDUS MOORS mede alhier woonagtig, aangestelde momboir en voogd over de vijff nog minderjarige kinderen van wijlen ANTONIJ JANSE van NEERVEN met namen ANTONIJ, MARIA, JENNEMARIE, JOHANNA en MATTIJS ANTONIS van NEERVEN wonende alhier den behoorlijken Eed staande hier voren Folio 6recto gedaan, afgelegt en bij hem uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de Eeds woorden: Zo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen,
JOOST van LEIJENBURGH
FRAENCIS MAERTENS
GOORT HENDRIKS
JACOBUS MANDERS
W. van OMMEREN
JAN PETER NOIJE
Mij present A.A. van NOORT Secrts.
Folio 12recto.
29-02-1780.
Momboirs.
Op huyden den neegen en twintigsten Februarij seeventien hondert en tagtentig, so hebben HUYBERT JANSEN en PIET MATTIJS MANDERS inwoonderen alhier als door Heeren President en Scheepenen deses Dorps aangestelde voogden over de drie nog minderjarige kinderen van wijlen MATTIJS TIJS MANDERS en zijne bevorens overleedene huijsvrouw JENNEKE JANSE van NEERVEN met namen; JAN, PEETERNEL en JOHANNIS alle mede alhier woonagtig den behoorlijken Eed staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt bij hem uytgeswooren, aen handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coran de ondergeteekende Scheepenen,
HUYBERT JANSEN
PIET TIJS MANDERS
J, van GRIENSVEN
JACOBUS MANDERS
Mij present A.A. van NOORT.
Folio 12verso.
d.d. 29-02-1780.
Momboirs.
Op huyden den neegen en twintigsten Febrarij seeventien hondert tagtentig so hebben WILLEM JOSEPH JASPERS en FRANCIS SCHEEPERS beide wonende alhier als door Heeren President en Scheepenen deses Dorps aangestelde en verkoore voogden over de vier nog minderjarige kinderen van wijlen DENIS PEETERS en zijne bevorens overleeden huysvrouw HENDRIEN ADRIAAN JASPERS met namen, PIET, ANTONET, MARIA en JENNEMIE alle mede alhier woonagtig den behoorlijken Eed, staande hier voor Folio 6recto, gedaan en afgelegt en bij hun uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de woorden: Zoo helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen
WILLEM JOOSEPH IJASPERS
Handmerk van FRANCIS SCHEPERS (kan niet schrijven).
J. van GRIENSVEN
JACOBUS MANDERS
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Folio 13recto.
d.d. 25-04-1780.
Armmeesters.
Op huyden den vijff en twintigsten April seeventien hondert tagtentig so hebben JAN CLAASE van de LAAR en JOOST SCHENKELERS beide wonende alhier als door Heeren Officier en Scheepenen deses Dorps genomineerde en aangestelde Armmeesteren deses Dorps van BAKEL en MILHEESE voor de jaeren in gegaan den 17e April 1780, 1781 en 1782 tot de maand April 1783 den behoorlijken Eed, staande hier voren Folio Folio 3recto, gedaan en afgelegt en bij hem uytgeswooren en aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de Eeds woorden: Zo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen,
JAN KLAAESSEN van de LAER
JOOST SCHENKELERS
J. van GRIENSVEN
JACOBUS MANDERS
Mij present A.A. van NOORT.
Folio 13verso.
d.d. 09-05-1780.
Momboirs.
Op huyden den neegenden Meij Seeventien hondert tagtentig, zo hebben JOHANNIS SWINKELS en PERO SWINKELS wonende alhier, als door Heeren Officier en Scheepenen deses Dorps aangestelde en verkoore momboiren en voogden over de drie nog minderjarige kinderen van wijlen HENDRIK SWINKELS en zijne nu onlangs overleedene huysvrouw PETERNEL BAERTEL SLAAT, met naemen JOHANNIS, IJZAEQ en FRANCIS SWINKELS alle mede alhier woonagtig, den behoorlijken Eed, staande hier voren folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hun uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de Eeds woorden: Zo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen.
JOHANNIS SWINKELS
PERO AERT SWINKELS
JACOBUS MANDERS
GOORT HENDRICKS
W. van OMMEREN
JAN PETER NOIJE
Mij present, A.A. van NOORT.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 1.
d.d. 20-06-1780.
Eerwaarde Heeren
De Heeren Regenten van BAAKEL.
Af te geven aan de Heer A.A. van NOORT, Secregaris etc.
te BAAKEL.
Eerwaarde Heeren!
Hier neven bekoomen U Eerw. finalen resolutie op het request met de reekening van den Heer PEIJPERS mij door zijn C. uit S'HAGE toegezonden, waar toe ik de eer heb mij te refereren en te noemen,
Eerwaarde Heeren
U Eerwaarde d.w. dienaar
WILLEM CONR. ACKERSDIJCK Junior.
S'BOSCH den 20 Juny 1780
Bakel 1781.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 322, folio 53.
d.d. 24-09-1781.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMONT onder genoemt PEETER HUYBERTS wonende tot LIEROP, ANDRIES HABRAKEN als in huwelijk hebbende CATHARINA HUYBERTS, woonende tot AERLE, GIJSBERT ANTHONY HUYBERTS woonende tot BAKEL, HUYBERT ANTHONY HUYBERTS woonende tot BEEK en DONK, PETER JAN CLAASSEN als in huwelijk hebbende ANNA ANTONY HUYBERTS woonende tot BAKEL, LEENDERT HENDRIKX van GERWEN als in huwelijk hebbende JOHANNA ANTHONY HUYBERTS woonende tot BEEK en DONK. En nog den voornoemden GIJSBERT en HUYBERT ANTHONY HUYBERTS in qualiteit als bij den geregte van BAKEL aangestelde voogden over MARIA en HENDRINA ANTHONY HUYBERTS haare minderjarige susters, sijnde de voorn. GIJSBERT, HUYBERT, ANNA, CATHARINA, JOHANNA, MARIA en HENDRINA ANTHONY HUYBERTS, naargelaten kinderen van wijlen ANTHONY HUYBERTS, ter eenre;
En HENDRIKUS van CROOY wonende alhier tot HELMONT voor hem selver, en nog den selven HENDRIKUS van CROOY en PEETER van CROOY woonende tot AERLE in qualiteit als bij den geregte van HELMONT aangestelde voogden over den minderjarigen JACOBUS van CROOY, sijnde voornoemde HENDRIKUS en JACOBUS van CROOY, kinderen van ELISABETH HENDRIKS in huwelijk verwekt bij ADRIAAN van CROOY, ter andere sijde.
Te kennen geevende dat over de nalatenschap van ADRIAAN HUYBERTS en MARIA HENDRIKX, in leeven echteluyden gewoont hebbende alhier, en bijde overleden, ter saake van de testamentaire dispositie door voornoemde ADRIAAN HUYBERTS, en MARIA HENDRIKX voor Schepenen opgeregt en gepasseert den 24 October 1770, en over de na de dood van gesijde MARIA HENDRIKX door ADRIAAN HUYBERTS nader opgeregte testamentaire en codicillaire dispositien bij de voorschepenen van AERLE-RIXTEL gepasseert den 12 en 14 February 1780, tusschen de comparanten ter eenre, en de comparanten ter andere sijde differentien waren ontstaan en daer uyt kostbaere procedures stonden te gerijsen, tot affsnijdinge en voortkominge van welke de comparanten soo voor hun selven, als in hunne voors. qualitijten, (dog voor soo veel de voogden over de minderjarigen aangaet, op approbatie van den geregte daer 't behoort) over de successie van voors. nalatenschap van ADRIAAN HUYBERTS en MARIA HENDRIKX te sijn geconvenieert <= overeengekomen> en verdragen in voegen en manieren naervolgende.
Ten eerste: Dat alle vaste goederen door voorn. ADRIAAN HUYBERTS en MARIA HENDRIKX beseten, en door den langstlevende ADRIAAN HUYBERTS naar gelaten, alle gelegen alhier tot HELMONT, ten spoedigste door de wedersijdse comparanten in twee egaele deelen sullen werden verdeelt en gepartageert <= verdelen>, en worden genoten en geproffiteert voor d'eene helft bij de comparanten ter eenre, te weeten bij PEETER HUYBERTS voor een derde part, bij CATHARINA HUYBERTS getrouwt met ANDRIES HAUBRAKEN met den band van Fidei commis <= erfmaking; erfstelling over de hand; als verzoek opgestelde wilsbeschikking> conform het testament van ADRIAAN HUYBERTS gepasseert voor Schepenen van AERLE den 12 February 1780 voor een derde part, en bij de voornoemde seven kinderen van ANTHONY HUYBERTS voor het overige een derde part, en voor de wederhelft bij HENDRIKUS van CROOY en JACOBUS van CROOY.
Ten andere, dat voornoemde HENDRIKUS van CROOY en JACOBUS van CROOY, uyt voorschreven nalatenschap nog sullen hebben en genieten een manuale obligatie <= erkende schriftelijke overeenkomst> van agthondert gulden capitaal door PEETER SWINKELS ten behoeve van ADRIAAN HUYBERTS gelooft in dato den tiende October 1779, en waar van den intrest ten hunne behoeve heden sal aanvang neemen, en nog daar en booven aan contante penningen eene somme van drie hondert guldens en dat alles vrij geld.
! In de marge !
De nevens gemelde obligatie van agthondert gulden alsmede de driehondert gulden aan contante penningen bij ons ontfangen op heden den vijffden December 1700 een en tagtigh.
HENDRIKUS van CROEIJ
PIETER van CROOIJ
Ten derden dat de comparanten ter eenre, te weten PETER HUYBERTS voor een derde part CATHARINA HUYBERTS getrouwdt met ANDRIES HABRAKEN, met den band van Fidei commis conform het testament van ADRIAAN HUYBERTS van 12 February 1780 voormeld, voor een derde part, en bij de seeven kinderen van ANTONY HUYBERTS voor het overige derde part sullen hebben en genieten alle de verdere effecten en goederen van de boedel en nalatenschap van meergemelde ADRIAAN HUYBERTS en MARIA HENDRIKX, soo erffhaaflijke, als haeffelijke, gelden, Schepen schuldbrieven, obligatien breder in den inventaris van de roerende goederen des boedels door ANDRIES HAUBRAKEN voor den geregte van AERLE den eerste November 1780 opgeregt vermelt, met alle de veragterde en lopende intresten der uytstaande capitalen alsmede de huurpenningen der vaste goederen tot Kersmis aanstaande veragtert en verschuld, en generalijk alle actien en pretentien des boedels egeene uytgeschijden, edog met de last dat de comparanten ter eenre yder voor sijn aandeel als voormeld, sullen moeten betalen het legaat van een hondert gulden aan den Arme van HELMONT, en verders alle andere legaten waar toe den boedel off erffgenamen uyt hoofden van voorschreven testamentaire en codecillaire dispositien verpligt mogten sijn, mits- gaders ook alle de schulen en lasten des boedels van wat aert of natuur die mogte weesen egeen uytgesondert.
Ten vierden, dat de comparanten ter eenre en andere sijde, de kosten door hen gemaakt yder aan sijne sijde sullen moeten dragen, sonder dat den eene in des anders kosten sal weesen gehouden, behoudens egter dat de kosten over deese acte bij parthijen contractanten gemeenschappelijk yder voor de helft sullen moeten werden geleden.
Met welk voors. geaccordeerden en geconvenieerde <= overeengekomen> sij wedersijtse comparanten verklaren volkomen vergenoegd en wel te vreeden te sijn, sonder daer tegens ooyt iets te sullen doen oft ondernemen en regten oft daer buyten, renuntierende ten dien eynde van reductie, relief <= sub. leenverheffing>, relivementen <= ontheffing van processuele voorschriften> en alle andere excepten <= woorden of formules van betuiging der goede trouw, in sommige oorkonen voorkomende, uitzonderingen, uitvluchten> en privilegien welke haer te staede soude konnen komen. Alles onder verband als naer regten, voortt te vreeden sijnde, hun respectievelijk in de inhoude van dese acte van accoord bij Heeren Schepenen van HELMOND vrijwillig te doen en te laten condemneren <= veroordelen>, daer toe bij dese onwederroepelijk constitueerende de twee eerstte procureurs voor desen geregte postuleerende <= werkzaam zijnde> den eene om de condemnatie <= veroordeling> te versoeken, en den andere om daer in te consenteren <= toestemmen; inwilligen; goedkeuren> belovende allent geene door de voornoemde procureurs in dese sal werden verrigt te sullen houden en doen houden voor goed en van waarde onder verband als voor.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van FREDERIK HOLLEIN en GERARDUS LEEMANS Schepenen binnen HELMONT op heden den vier en twintigsten September seeventien hondert een en tagtigh.
PETER HUYBERTS kan niet schrijven.
ANDRIES HAUBRAKEN ''
GIJSBERT HUYBERTS
HUYBERT ANTHONY HUYBERTS ''
PETER IJANSEE
LEENDERT HENDRIX ''
HENDRIK van GERWE ''
HENDRICUS van CROEIJ
PEETER van CROOIJ
F. HOLLEIN
GERARDUS LEEMANS
Mij present P. de LEEUW Secrts.
Rechtelijk archief Bakel, voor 1811, inv.nr. 1.
d.d. 13-10-1781.
Geadresseerd aan:
WelEdele Heer
de Heer A.A. van NOORD
Secretaris te BAAKEL en DEURNE.
Wel Ed. Heer en vriend!
De Schoolmeester BOCKHORST van AARLE zal U Ed. ter hand stellen een request van GIJSBERT JAN HUYBERT. ANTONY HUYBERS, waar bij zij verzoeken approbatie van het contract door hun met de verdere erfgenaamen van ADRIAAN HUYBERS, ende erfganaamen van MARIA HENDRIXS voor Scheepenen van HELMOND aangegaan, voor authorisatie, om de vaste goederen met de erfgenaamen van MARIA HENDRIXS te verdeelen, en het aandeel der erfgenaamen van ADRIAAN HUYBERS publieq en voor alle man te mogen verkoopen; etc.
Hoe seer ik in deze saak bediend ben, maak ik echter geen swarigheid, om tot informatie van Hr. Scheepenen te melden dat er geen bedenking of swarigheid kan zijn om het versoek zo als het legd te accordeeren, om dat het contract allezints nuttig voor de minderjarigen is, en de naaste vrienden door het zelve meede aan te gaan zulcx ook begrijpen. bizonder om dat hier door proceduuren worden afgesneeden, de twee andere versoeken spreeken van selfs dat volgen moeten, U E. weet seker het formulier, dat daar omtrend moet worden opgesteld;
Gezien bij mijn Heeren Scheepenen van etc. de requeste van etc. bij te kenne geeven etc. en versoekende dan etc. en op allen wel en rijpelijk geleth Mijn Hrn. Scheepenen approbeeren etc. en authoriseeren etc. (met deze bijvoeging) dat de suppl. in hunne qualiteijt gehouden en verplicht zullen zijn, om van het emplooi der penningen, welke voor het aandeel der minderjarigen van de verkogte vaste goederen zullen provenieeren binnen 6 weeken na het gedaane transport behoorlijk aan Heeren Scheepenen te doen blijken.
Ik heb de d'Eer met alle achting te zijn
Wel Edele Heer en vriend:
U Ed. W. dienaar
WILLEM CORN. ACKERSDIJCK.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1769 A, folio 105 t/m 111 verso.
d.d. 21-11-1781.
De Heer NICOLAUS JOSEPHUS PARIJS, woonende tot BRUSSEL, in den naam en als manuale procuratie hebbende van Sijne Excellentie den Hoogh Edelen Gebooren Heer NICOLAUS ANTHONIUS, Grave d'ARBERG, de VALLANJIN en van het Heyligh Rijk, Generaal ten diensten van Sijne Keyserlijke en Conincklijke Majesteyt, Colonel Proprietaris van den Regiment Dragonders van sijnen naam, Commandant der Stadt BERGHEN, Chambellan van Sijne voornoemde Keyserlijke en Conincklijke Majesteyt, etc. etc. wonende op sijn Casteel d'ALLIGNY. De voorzegde procuratie in dato achtiende October 1700 Eenentagtig, behoorlijk gecachetteerd soo verklaard word in de uytgemaakte authentique carte BRUSSELS gelegaliseerde acte van koop van s'geens navolgende, gepasseerd voor den Notaris PETRUS NUEWENS en getuygen te BRUSSEL, wesende van dato den negentienden October 1700 Een entagtig, ter Secretarije deser Hoofdstad S'HERTOGENBOSCH geregistreerd, en bij welke acte verder word verklaard, dat voorgemelde manuale procuratie in 't passeeren der acte van koop, originelijk, ende bij copye authentiecq aan de minute dier acte gevoegt en de overgegeven is de seer oude Heerlijkheyd des Stad, en Vrijheyd HELMONT, gelegen in het Quartier van PEELLAND, Meyerije dezes Hoofdstad S'HERTOGENBOSCH, leenroerig aan den Raade en Leenhove van BRABAND en Landen van OVERMAZE in S'HAGE, bij verwisseling van eenige goederen door JAN BERTHOUT, die men hiet Van BERLAER, tegens JAN Hertog van BRABAND geaquiseerd, ende alsoo door hoogte deselve Hertog voor hem en sijne oiren gecedeerd ende uitgegeven, volgens de brieven daar van gemaakt Vrijdags na St.PETER en PAULUSdag van den jaare Eenduyzend driehonderd en veertien, en Donderdag na den octave van St.PETER en PAULUS van hetselve jaar Eenduysend driehonderd en veertien copielijk berustende in de archiven van den Heer der Stad en Vrijheid HELMOND, hebbende de Hertog bij deselve brieven aan zig gereserveerd het hooge gerecht van manslijve of doodstraffe edog bij nadere brieven van den vijftiende November Eenduysend driehonderd agtentagtig aan JANNE van BERLAER, Heere van HELMONT, in pandschap overgegeven de hooge Heerlijkheid van die Stad en Parochie, blijkende bij den brief daar van gemaakt en onder Scheepen vidimus berustende in de archiven van den bovengemelden Heer der Stad en Vrijheid HELMOND, behoorende alsoo tot voorschreven Heerlijkheid, de hooge, laage en middelbaare jurisdictie, en gerichgelijk het recht van aanstelling van Drossard, Borgemeesters, Scheepenen, Secretaris, Vorsters en ingebieder, als mede het recht, om, met en benevens den Predicant, aan te stellen Kerk en Armmeesters, ende, met en benevens de Regenten; den Politiemeester, zijnde deselve Heerlijkheyd nog voorsien met andere uytmakende Regalien en Preeminentien, als visserijen, beginnende boven STIOPDONK en van daar neerlopende tot de Heerlijkheid van RIXTEL,, jagt of warande, hebbende ook de Stad van HELMOND bij voorgemelde brieven van Eenduusend driehonderd en veertien, van den Hertog vercreegen het recht om te mogen jagen in het Quartier van PEELLAND het geen bij diversche vonnissen is geconfirmeerd houtschat, groote en kleyne Waag, Tol van paarden, varkens en beesten op de jaarlijkse markten tot HELMOND verkogt wordende; Gruyt binnen de Stad HELMOND. Twee agterleenen en een Leen en Laatbank; Collatie van een of twee beneficien; vrijdom der helfte van Novale Thiendens van landen nieuwelings in het Parck wordende opgebrooken; specteerende wijders tot voorzegde Heerlijkheyd een groot schoon Kasteel, gelegen binnen de Stads muuren van HELMOND rondsom on zijn gragten, met stallingen, remiesen, schuur, tuynen, landerijen, weiden en boomgaarden, waar nevens vliedende de rivier DE AA, twee windmolens en een watermolen, considerabele grondgewinchijnsen over de Stad en Vrijheid van HELMOND en veele dorpen in het Quartier van PEELLAND geheven wordende, namentlijk ST.OEDENRODE, LIEMPDE, ZON en BREUGEL, LIESHOUT, AERLE BEEK en RIXTEL, BAKEL en MILHEEZE, DEURNE en LIESSEL, VLIERDEN, SOMEREN, LIEROP, NUENEN GERWEN en WETTEN, TONGELRE, ERP, VECHEL, MIDDELRODE, SCHIJNDEL en STIPHOUT volgens de Registers of leggers daar van sijnde; het recht der gruyten in de voorzegde dorpen, uytgesonderd ST.OEDENRODE, SON en BREUGEL, MIDDELRODE, LIEMPDE, SCHIJNDEL en LIESHOUT; en voorts nog een extra groot bosch of warande, beplandt met eijke en beuke boomen, voor het grootste gedeelte houbaar; nog eene uytgeslichte plantagie, in het park agter gemelde bosch of warande gelegen, in den jaare Eenduyzend seven honderd seven en vijftig aangelegd ende met dreeven ende een ontzaagelijk getal zoo eyke, beuke als denne boomen mitsgaders met allerhande soort van schaarhout bepoot; met nog eene huyzinge en hof genaamd DE KLUYS, staandt ende gelegen in 't voorschreven park; een klod en torfveld in DE HELMONDSE PEEL; twee vischvijvers met een groot moer en heyveld, gelegen onder de Heerlijkheid DEURNE omtrent DEN RIPPELBERG, drie capitaale hoeven lands, onder de jurisdictie van HELMOND gelegen, met deselve houtgewassen en plantagien, langs de straaten, van swaare eyke boomen, de eene genaamd DE GESTELSE HOEVE, d'andere DE NOORDSE HOEVE, en de derde DE HORSE HOEVE; boven dien eenen considerale partij beemden, weiden en teullanden; gedeeltelijk leenroerig aan opgemelde Raade en Leenhove van BRABAND in S'HAGE en tot voorschreven Heerlijkheid behoorende, en gedeeltelijk allodiaal, wordende dezen niet te min met voorschreven Heerlijkheid in eene massa getransporteerd; zoo als ook in eene massa nog getransporteerd word mids dezen met voorschreven Heerlijkheid de volgende allodiale goederen. item de twede volgende volgende leengoederen releveerende van de respectieve Leenhoven daar bij gespecificeerd, te weten, eene capitale hoeve lands genaamd DE CAMMENEYSE HOEVE met desselfs houtgewassen gelegen onder de jurisdictie van HELMOND, zedert twaalf jaar herwaarts nieuw in steen opgebouwd; Een kleyne hoeve met houtgewassen genaamd HET HELMONDS HOEFKE, gelegen onder STIPHOUT; Een capitale hoeve off Heerlijk goed, genaamd DE GROOTE en KLEYNE VAARLSE HOEVE, gelegen soo onder de jurisdictie van NUENEN als Heerlijkheid MIERLO, leenroerig gedeeltelijk aan het Leenhof van HERLAER en gedeeltelijk aan het Leenhof van MIERLO; Een akker genaamd LUKENSAKKER, gelegen onder de voornoemde Heerlijkheid MIERLO en leenroerig aan het Leenhof aldaar; vier huysen of wooningen binnen de Stad HELMOND met hunne hoven, Ses dito buyten de Stads poorten met henne hoven; Eene extra groote schuur dienende tot een magazijn of borginge van hooy, gelegen buyten de Stads poorten op DEN STEENWEG; allen welke goederen zoo van hoeven, beemden, weiden, ter aan bij en sondsom het kasteel, warande, parck en plantagien, en dat alles buyten de voorgemelde thien huyzen, groot sijn te samen omtrent tweeduysend Loopensen of driehonderd drie en dartig mergen, of soo groot en kleyn als alle deselve ter plaatse, daar die onder die gehooren, aldaar mogten gelegen zijn; Voorts in deezen transporte nog begreepen ende met de voorschreven Heerlijkheid nog getransporteerd wordende, Eene recognitie van driehonderd guldens jaarlijks aan den Heer betaald werdende door de Stad van HELMOND. Item een erffelijke rente van tien gulden jaarlijks, vergoden wordende door PEETER SWINKELS uyten den hof gelegen agter zijn huys aan de KASTEELSE POORT te HELMOND op korsmis; Item een erffelijke rente van vijf gulden, door denzelfde uyt den hof van 't huys daar naast, mede op korsmis, Item een jaarlijkse chijns van drie ganzen betaald wordende met tien stuyvers het stuk door PETER GILLENS en WILLEM EGGELMEERS, wonende te BEEK op Paasschen voor het wegen over seekeren weg; Zijnde de voorschreven Heerlijkheid geregtigheden en goederen met op en dependenten van dien. Den Heer NICOLAUS ANTONI Grave D'ARBERG aangekomen van zijnen vader MAXIMILIAAN Grave D'ARBERG, bij donatie inter vivos en opgevolgde overleyen, zoo van den Souverainen Leenhove van BRABAND, als Leenhove van HERLAIR en Leenhove der Heerlijkheid MIERLO, alle in den jaare Eenduyzend sevenhonderd seven en sestig gepasseerd ende verleeden, soo als allengeent voorschreeven woordelijk gespecificeerd staat in het koops contract, gepasseerd tusschen den Heere NICOLAUS JOSEPHUS PARYS, qualitate qua supra te eenre ende den andrer te noemen Heere verkrijger CAREL FREDERICK WESSELMAN, muntmeester van de Provintie ende Stad van UTRECHT, ter andere zijde, voor den Notaris PETRUS NUEWERS en getuygen binnen de Stad BRUSSEL, wesende van dato den negentiende October 1700 Een en tagtig ende den vijf en twintigste aldaar gelegaliseerd, ter Secretarije deser Stad S'HERTOGENBOSCH geregistreerd, ende het welk koopscontract bij deeze gerefereerd word, heeft hij in zijnen voorschreven qualiteit opgedragen ende overgegeven den voornoemde Heere CAREL FREDERICK WESSELMAN, wonende te UTRECHT .
De voormelde originalen op principalen Heere Grave constituant daar inne competeerende, ende heeft in zijne voorschreven qualiteit, helmelingen daar op verteegen in manieren in dien gewoonlijk zijnde. Belovende in meer genoemde zijne qualiteit, op verband van de persoon en goederen hebbende ende verkrijgende van meergemelde originale of principale heele grove constituant, dat opdragen ende vertijden als voorschreven voor goed, vast, stedig ende van waarden te zullen houden, ende alle kommer calange ende aantal daar in wesende ofte komende te zullen afdoen geheelijk dat sal de Heere verkrijgere gehouden zijn te betalen alle sodanige s'lands, stads en dorps reeele lasten, als bevonden sullen worden daar uyt te gaan of ten naeme van den meer gemelde Heere Grave, originale of principalen constituant, volgens het quohier der verponding aldaar bekend staan, ofte ook in tijden en wijlen daar op mogte worden begroot, welke lasten buyten de gene, die door de gebruykers moeten worden betaald en voldaan, door den verkoper in zijnen voorschreven qualiteit zullen worden betaald, tot over den jaare 1700 eenen tagtig incluys; dat insgelijks de voornoemde Heere verkrijger CAREL FREDERICK WESSELMAN uyt de voorschreven Heerlijkheid en goederen sal moeten blijven vergelden en betalen verscheide renten, te zamen bedragende agtentwintig guldens vier stuyvers en agt penningen, en een vat rog Peels, vergolden wordende aan 't geestelijk comptoir van PEELLAND te S'HERTOGENBOSCH, verschijnende op Ligtmis, Item eenen rente van drie gulden drie stuyvers aan St. CATHARINA gilde te HELMOND, verschijnende op Pinxteren; Item een <>chijns van elf guldens vergolden wordende aan 't Comptoer der Domeynen te S'HERTOGENBOSCH als meede een pacht van agt en veertig vaten rog, vergolden wordende aan den Arme van HELMOND, verschijnende op Ligtmis. Ordinair betaald wordende tegen veertien stuyvers ieder vat, of volgens de Peg <= een Helmondse inhoudsmaat>. Item uyt de Hoeve van VAERLE twee ronten <= volle>, d'eene tot twee gulden en vijf stuyvers en de tweede tot twee gulden twee stuyvers vergolden wordende respective aan den H.Geest of Armen van MIERLO en S'HERTOGENBOSCH. Item een chijns van vijf stuyvers agt penningen vergolden wordende aan het Comptoir der Domeynen van BRABAND te S'BOSCH. Uit de visserije, beginnende boven STIPDONK, jaerlix betaald wordende op den Sitdag te LIEROP. Item een chijns van eene stuyver en vijf penningen vergolden wordende aan het huys van MIERLO, uyt de goederen genaamd KLEYNE VAERLE. Item uyt de twee vischvijvers met het moer en heyveld onder DEURNE een chijns van twee stuyvers aan den Heere aldaar. Welke drie laatste chijnsen de voornoemde verkrijger de Heer CAREL FREDERIK WESSELMAN ten eygen kosten sal moeten doen op en afwinnen en wijders nog soodanig andere ofte meest deze gewingronden gebuurchijnsen als met recht bevonden sullen worden uyt de voorzegde Heerlijkheid en goederen te vergelden staande dat men nu niet en weet. Zonder dat de voormelde verkrijger daar voor enige vergoeding sal mogen vorderen off pretendeeren zullende door den verkoper in zijne voorschreven qualiteit de hier boven gespecificeerde renthen, pachten en chijnsen worden bij betaald, die reeds verscheenen zijn, of nog in deze jaare 1700 een en tagtig zullen komen te verschijnen. Ende word wijders de voorschreven Heerlijkheid, goederen geregtigheden, op en dependentien van dien getransporteerd met sodanige voor en nadelige lasten, kommeren, rechten en servituten, onderhouden van straaten, wegen, steegen, voetpaden, tuiningen <= heiningen, schutting>, waterlaaten, dijken en slooden <= slooten> en andersinds, als alle deselve enigsints mogten hebben of lijdende zijn, zonder dat de verkoper in zijne qualiteit ook in de precise legginge, distantie, maate of grootte, aanwijzinge van gronden of ook tot het presteeren van zeekere revenuen, regalen of geregtigheden gehouden zal zijn. Alzoo allentgene werd of is opgenoemd, ter goeder trouwe gesteld is. Voorts zij geweeten, dat, door de respective Heeren van HELMOND van tijd tot tijd op voorschreeven Heerlijkheyd of onder verband derselve goederen ap en dependentien van dien, zijn genegotieerd diverse capitale somme van diverse persoonen welke capitale de voornoemde Heer verkrijger CAREL FREDERICK WESSELMAN tot zijnen lasten laat dien aangaande tot gegrip gesegt bij voorschreven koopscontract geaccepteerd heeft als namentlijk een capitaal van tien duyzend guldens. Geloofd aan ARNOLDUS van WAMEL. Volgens obligatien, gepasseerd voor den Notaris OUDENHOVEN te OIRSCHOT den negende November 1700 veertien en gerealiseerd voor het Leenhof van BRABAND den seventiende September 1700 seventien, ten intreste van vier persente, gereduceerd op drie per cent, waar van nu houder is de Heer LOOYENS te MAASTRICHT; Item een capitaal van vijfduyzend guldens. Geloofd aan de Heer VALKENHOFF à vijf percent, verschijnende vier en twintigste January, in welk capitaal de Heer RAASSENS te EYNDHOVEN competeerd drie duysend guldens à drie percent zijnde de overigen twee duysend guldens, de Wed. de Heer van STRAATEN gedaan S'BOSCH gecompeteerd hebbende. Afgelost item een capitaal van tweeduysend guldens geloofd aan het Zinnelooshuys te S'BOSCH en vier guldens tien stuyvers percent. Gereduceerd op drie percent verschijnende vijftien December.
Item een capitaal van vijfhonderd guldens aan Juffrouw Van der HAAGEN te VENROOY, à vier percent, gereduceerd op drie percent, verschijnende Ligtmis. Item een capitaal van sesduysend guldens, aan de Erfgenamen wijlen den Heer Advocaat SCHONEES, à drie percent, verschijnende. Item een capitaal van sevenduysend gulden, aan ARNOLDUS LENAARTS te HELMOND, in Scheepen brieven te S'HERTOGENBOSCH den seven en twintigsten Juny 1700 vijf en seventig, en drie gulden tien stuyver per cento.
Item een capitaal van drie duysend guldens aan Juffrouw Van LIEMPD te HELMOND, in Scheepen brieff, gepasseerd aldaar, den eersten December 1700 negen en sestig, à drie percent. Item een capitaal van vierduysend guldens, aan Juffrouw de Wed. RAASSENS te EYNDHOVEN in Scheepen brief, gepasseerd aldaar den eersten December 1700 negen en sestig, à drie percent. Item een capitaal van vijfduysend guldens, aan de Heer CHRISTIAAN van RIJSINGEN te EYNDHOVEN in Scheepen brieven, gepasseerd te HELMOND den vijftienden May 1700 seventig, à drie per cent. Item een capitaal van Een duysend vierhonderd guldens, aan HENDRIK REYNDERS te MIERLO den sestienden October 1700 seventig, à drie percent. Item een capitaal van tweeduysend vijfhonderd guldens, aan de Heer van der HORST Secretaris te MIERLO. Aan desselfs Erfgenamen in Scheepen brief, gepasseerd te HELMOND den eersten December 1700 seventig, à drie per cent. Item een capitaal van tweeduysend guldens, aan de Heer RAASSENS in Scheepenbrief, gepasseerd te HELMOND den, (soo meer vernoemd) in Febr. 1700 eenen seventig à drie per cent. Item een capitaal van drie duysend guldens aan CORNELIS van der VOORT, MARTINUS BOGAERTS en JOHANNES SIEBENS te NEERWEERT, in Scheepenbrieven, gepasseerd te HELMOND den tweeden October 1700 een en seventig, à drie percent. Item een capitaal van tweeduysend guldens aan CATHARINA van LIEMPD te HELMOND in Scheepenbrieven, gepasseerd te HELMOND den agsten Juny 1700 een en seventig, à drie per cent. Item een capitaal van vierduysend guldens, aan de Heer CHRISTIANUS van RIJSINGEN te EYNDHOVEN, in Scheepenbrief te HELMOND den vijfentwintigste Mei 1700 twee en seventig gepasseerd, à drie per Cent. Item een capitaal van elfduysend guldens, aan wijlen den Heer JANNETTE in Scheepen brieff, gepasseerd te S'BOSCH den elfden October 1700 twee en seventig, à drie gl eyshen sx perCt soo en in dier voegen als allen deselve capitalen zijn opgegeven in eene simpele lijst bij het passeeren van den tegenswoordigen transporte overgenomen, ende aldus te samen bedragen de somma een en sestig duysend en vierhonderd guldens.
Ende heeft voornoemde Heeren NICOLAUS JOSEPHUS PARYS in sijne voorzegde qualiteit opentlijk bekend ende beleden, dat tot betalinge van den waaragtigen koopschat van het geene voorzegd bedragende een honderd vijfen vijftig duysend gulden. De voornoemde Heere CAREL FREDERIK WESSELMAN aan zijne handen ten behoeven van voornoemde Heere Constituant in geld of gelds waarden heeft overhandigt de somme drieentnegentig duysend seshonderd guldens scheldende oversulks hij Heere geconstitueerde in naame als boven mits desen los, vrij ende quijt den meergemelde Heer CAREL FREDERIK WESSELMAN van den voorschreven koopschat van Eenhonderd vijfen vijftig duysend gulden. Beloevende in sijnen voorschreven qualiteit op verband van den persoon en goederen hebbende ende verkrijgende van den Heere Constituant dat los vrij ende quijt schelden van den voorschreven koopschat van Een honderd vijf en vijftig duysend guldens altoos voor goed, vast, stedig ende van waarde te sullen houden, en daar tegens niets te sullen doen in rechten ofte daar buyten.
Ende is mede gecompareerd de voornoemde Heere verkrijger CAREL FREDERIK WESSELMAN, ende heeft geloofd sup. oblig. premies en wijders op verband van zijn persoon en goederen hebbende ende verkrijgende, dat hij den Heer voor begrootene lasten, renten, pagten en chijnsen eeuwig ende erffelijk sal dragen ende betalen als mede de hier boven gespecificeerde capitalen aan de houders deselve naar inhoude der brieven zal aflossen, quyten en betalen zoodanig, dat hij Heere geconstitueerde in zijne voorschreven qualiteit, ofte zijn Heer Principaal en constituante, hunnen oiren, erven of nakomelingen daar over nooyt worden aangesprooken direct of indirect hebbende voornoemde Heeren verkrijger tevens bijderen opentlijk verklaard dat zij de hier boven gespecificeerde lastgen capitaalen ter zijner lasten in der voegen als boven staand vermeld genomen heeft. Testes ut Supra. Datum den Eenen twintigste November 1700 Een en tagtig.
De quit. van 40e penning gebl. ongelijk ust.
N.J.PARYS & CAREL FREDERIK WESSELMAN.
C.S.ACKERDIJCK
H.A. van ADRICHEM.
Mij present A.BASTIDE
! In de marge !
Koopschat van de Heerlijkheid HELMOND met alle desselfs huyzen, Hoeven en landerijen, molens, chijnsboeken, jagt en verdere geregtigheden van dien te samen f. 155.000. Staat te weten dat onder den nevenstaande koopsom van f. 155.000 begrepen zijn f. 61.400 opgenomen capitalen
Koop f. 155.000
Lasten f. 2.272.17.14
f. 157.272.17.14
40e penning f. 3.931.16. 8
Dus luydende de quitantie van de 40e penning.
Want de lastige kapitaalen welke hier na folio 110 meto et verso gespecificeerd, en folio 111 in principo totaal f. 61.400
opgetrokken zijn, zijn vervat/gld. begreepen onder de rente f. 155.000
zoo dat de bovengemelde f. 2.272.17.14
het kapitaal is de lasten welke folio 100 verso in fine tot folio 109 recto incluys gespecificeerd zijn.
Bakel 1782.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 121, folio 182.
d.d. 02-01-1782.
Is aan ons vertoond zeekere uytgemaakte acte van Transport, Luydende van woorde tot woorde als volgt.
KOOPBRIEF VAN DE HEERLIJKHEYD VAN HELMONDT.
met alle deszelfs huyzen, Hoeven, Landerijen, Moolens, Chijnsboeken, Jagt en andere geregtigheeden van dien te zamen voor 155000: 0: 0
Staat te weeten dat onder deeze koop f. 155000
begrepen zijn 61400 opgenomen Capitalen dus 155000: 0: 0
Lasten in Capitaal 2272:17:14
Den 40e Penning tot 3931:16: 8
ten Comptoire van den ontfanger Mr. J.M. DEUTZ betaalt volgens quitantie in dato 20 November 1781.
De Heer NICOLAAS JOSEPHUS PARIJS, woonende te BRUSSEL in den naam en als manuale Procuratie hebbende van zijn Excellentie den Hoog Edele geboore Heer NICOLAAS ANTONIUS Grave d'ARBERG DE VALLENGEN en van het Heilig Rijk Generaal ten dienste van Zijn Keyzerlijke en Koninglijke Majesteyt Collenel Propridavis van een Regiment Dragonders van Zijnen naam Commandant der Stad BERGHEN CHAMBELLAN van Zijne voornoemde Keyzerlijke en Koninklijke Majesteyt, etc. etc. etc. wonende op Zijn Casteel de O(E)LLIGNIJDE voorsz. Procuratie in date agtienden October 1700 Een en Tagtentig behoorlijk gecachelleert, zoo verklaart word in de uytgemaakte authentycque en te BRUSSEL gelegaliseerde acte van koop van s'geens naarvolgende gepasseert voor den Notaris PETRUS NEUWENS en getuygen te BRUSSEL weezende van dato den neegentienden October 1700 Een en Tagtentig ter Secretarije deezer Hoofdstad S'HERTOGENBOSCH geregistreert, en bij welke acte verder wort verklaart dat voorgemelde nanuale Procuratie int Passeeren dier acte van koop originlijk en de bij Copie authentycq aan de minute dier acte gevoegt en overgegeeven is.
De zeer Oude Heerlijkheyd der Steede en Vrijheyd HELMOND gelegen in het quartier van PEELLANDT MEYERYE deezer Hoofdstad S'HERTOGENBOSCH Leenroerig aan den Raade en Leenhove van BRABAND en Landen van OVERMAAZE in S'HAAGE bij verwisseling van eenige goederen door JAN BERTHOUT die men hier van BERLAER tegens JAN Hertog van BRABANDT geacquireert, ende alzoo door Hoogst dezelve Hertog voor hem en zijne oiren, gecedeert en uytgegeeven volgens de brieven daar van gemaakt Vrijdag na St.PIETER en PAULUSdag van den Jaare Een Duizend drie hondert en veertien en Donderdag na den Octavo van St.PIETER en PAULUS van het zelve Jaar Een duyzend drie hondert en veertien, Copiëlijk berustende in de archiven van den Heer dier Stad en Vrijheyd HELMOND hebbende de Hertog bij dezelve brieven aan zig gereserveert het hooge geregt aan manslijve of doodstraffe. Edog bij naardere brieven van den vijftiende November Een duyzend drie Hondert agt en Tagtentig aan JANNEN van BERLAER Heere van HELMOND in Pandschap overgegeven de Hooge Heerlijkheyd van die Stad en Parochie, blijkende bij den brief daar van gemaakt en onder Scheepen vidumus berustende inde archiven van den boovengemelde Heer der Stad en Vrijheid HELMOND, behoorende alsoo tot voorseyde Heerlijheyd, de Hooge, laage en Middelbaare Jurisdictie en gevolgelijk het Regt van aanstelling, van Drossaard, Burgemeesters, Scheepenen, Secretaris, Vorster en Ingebieder, als meede het Regt om met ende beneevens den Predikant aan te stellen Kerk en Armmeesters, ende met en benevens de Regenten, den Politie meester, zijnde dezelve Heerlijkheyd nog voorsien met andere uytmuntende Regalien en Praeminentien als visscherijen beginnende boven STIPDONK, en van daar neerloopende tot de Heerlijkheyd van RIXTEL, Jagt of warande hebbende ook de Heer van HELMONDT bij voorgemelde brieven van Een duyzend drie hondert en veertien van den Hertog verkregen het Regt om te moogen jaagen in het quartier van PEELLANDT, het geene bij diverse vonnissen is geconfirmeert, Houtschat, groote en kleine waag, Tol van Paarden, varkens en Beesten, op de Jaarlijkse Markt tot HELMOND verkogt wordende, gruyt binnen de Stad HELMOND, Twee agterleenen en een Leen en Laatbank, Collectie van een of twee beneficien, vrijdom der helft vande Novale Tiendens van Landen nieuwlings in het Park wordende opgebrooken, Specteerende wijders tot voorschreeve Heerlijkheyd Een Groot Schoon Kasteel geleegen binnen de Stads Muuren van HELMOND, Rontsom in Zijne gragten, met Stallingen, Remisen, Schuur, Tuynen, Landerijen, weyden en Boomgaarden, waar neevens vliedende de Rivier "De AA", Twee windmolens en een watermoolen, Concederable grond gewin Chijnsen over de Stad en Vrijheyd van Helmondt en veele dorpen in het quartier van PEELANDT geheevenn wordende namenlijk St.OEDENRODE, LIEMPDE, SON en BREUGEL, LIESHOUT, AARLE, BEEK en RIXTEL, BAKEL EN MILHEEZE, DEURNE EN LIESSEL, VLIERDE, SOMEREN, LIEROP, NUNEN GERWEN EN WETTEN, TONGELRE, ERP, VECHEL, MIDDELROODE, SCHEYNDEL en STIPHOUT volgens de Registers of Leggers daar van zijnde.
Het Regt der gruyten inde voorsz. Dorpen uytgezonderd St.OEDENRODE, SON EN BREUGEL, MIDDELROODE, LIEMPDE, SCHEYNDEL en LIESHOUT.
En voorts nog een Extra groot Bosch of warande beplant met Eyke en Beuke Boomen voor het grootste gedeelte Houbaar nog een uytgestrekte Plantagie in het Park agter gemelde Bosch of warande geleegen in den Jaare Een duyzend zeeven Hondert zeeven en vijftig aangelegt en met dreven ende een ontsaggelijk getal zoo Eyke Beuke als denne Boomen, mitsgaders met allerhande soort van Schaarhout begroeit, met nog Een Huyzinge en Hof genaamt de Cluys Staande en geleegen int voorschreve Park, Een klot en Turfvelt in de HELMONDSCHE PEEL, Twee visvijvers met een groot moer en heytvelt geleegen onder de Heerlijkheyd DEURNE omtrent "Den RIJPELBERG".
Drie Capitale Hoeven lands onder de Jurisdictie van HELMONDT geleegen met derzelver Houtgewassen en Plantagien Langs de Straaten, van Swaare Eyke Boomen, de Eene genaamt "De GESTELSE HOEVE", de andere "De NOORDSE HOEVE" en de derde "De HORSE HOEVE". Booven dien Een Concederable Parthije Beemden, weyden en Teullanden gedeeltelijk Leenroerig aan opgemelde Raade en Leenhove van BRABAND in S'HAGE en tot voorscheeve Heerlijkheyd behoorende, en gedeeltelijk allodiaal wordende deeze niettemin met voorschreeve Heerlijkheyd in eene massa getransporteert, zoo als ook in eene Massa nog getransporteert word mits deezen met voorschreven Heerlijkheyd de volgende allodiale goederen.
Item de meede volgende Leengoederen Releveerende van de Respective Leenhove daar bij gespecificeerd, te weeten Eene Capitaale Hoeve Lands genaamt "De CAMMENEYSE HOEVE" met deszelfs houtgewassen, geleegen onder de Jurisdictie van HELMOND zeedert Twaalf Jaar Herwaarts nieuw in Steen opgebouwd.
Een Kleine Hoeve met houtgewassen genaamt " Het HELMONDS HOEFKE" geleegen onder STIPHOUT.
Een capitale Hoeve of Heerlijkheyd genoemt "De GROOTE en KLEINE VAARLSE HOEVE" geleegen zoo onder de Jurisdictie van NUENEN als Heerlijkheyd MEERLO, Leenroerig gedeeltelijk aan het Leenhof van HERLAAR en gedeeltelijk aan het Leenhof van MIERLO, Een acker genaamt "LUKENS ACKER" geleegen onder de voornoemde Heerlijkheyd MIERLO en Leenroerig aan het Leenhof aldaar vier Huyzen of wooningen binnen de Stads poorten met hunne Hooven, Een Extra groote schuur dienende tot een magazijn of berging van hooy, geleegen buyten de Stads poorten op den Steenweg, Alle welke gronden zoo van Hoeven, Beemden, wyden Terrain bij en rontsom het Kasteel, warande Park en Plantagien en dus allen buyten de voorgemelde tien Huyzen groot zijn te zaamen omtrent Twee duyzend Lopense of drie hondert drie en dertig mergen of zoo groot en kleyn als alle dezelve ter plaatse daar die onder gehooren aldaar mogten geleegen zijn.
Voorts in deze transporte nog begreepen ende met de voorsz: Heerlijkheyd nog getransporteert wordende Eene Recognitie van drie Hondert guldens Jaarlijks aan den Heer betaalt wordende door de Stad van HELMOND.
Item een erffelijke Rente van tien guldens Jaarlijks vergolden wordende door PEETER SWINKELS uyt den Hof geleegen agter zijn Huys aan de Casteelse Poort tot HELMONDT op Kersmis.
Item een Erffelijke Rente van vijf gulden door den zelven uyt den Hof vant Huys daar naast meede op Kersmis.
Item eenen Jaarlijxcen Chijns van drie gansen betaalt wordende met tien stuyvers het stuck door PETER GILLENS en WILLEM EGGELMEER woonende te BEEK op Paasschen voor het weegen over zeekeren weg.
Zijnde de voorschreeve Heerlijkheyd geregtegheeden en goederen met op en dependentien van dien den Heer NICOLAAS ANTAUUS GRAVE D'ARBERG aangekomen van Zijnen vaader MAXEMILIAAN GRAVE D'ARBERG bij donatie Intervivos en opgevolgde verleyen zoo van den Souverainen Leenhove van BRABAND als Leenhove van HERLAER en Leenhove der Heerlijkheyd MIERLO alle inden Jaare Een duyzendd zeven hondert zeven en sestig gepasseert ende verleendt, zoo als allen 't gunt voorschreeve woordelijk gespecificeert staat in het koop contract gepasseert tusschen Den Heere NICOLAAS JOSEPHUS PARIJS qualitate qua Supra ter Eenre, ende den onder te noemen Heer verkrijger, CAREL FREDERIK WESSELMAN muntmeester van de Provintie en de Stad UYTRECHT ter andere zijde voor den Notaris PETRUS NEUWENS en getuygen binnen de Stad BRUSSEL weezende van dato den neegentienden October 1700 Een en tagtentig ende den vijf en twintigste dito aldaar gelegaliseert ter Secretarye deezer Stad S'HERTOGENBOSCH geregistreert ende tot welks koop contract bij deezen gerefereert wort.
Heeft Hij in Zijne voorschreeve qualiteyt opgedraagen overgegeeven den voornoemden Heere CAREL FREDERIK WESSELMAN woonende te UYTRECHT te zamen met alle ende Igelijke Scheepene Transport verhef brieveen en alle andere Documenten munimenten en bescheiden daar van zijnde en eenigzints mentieneerende, en met den alingen Regten den voornoemden Principaal den Heere GRAVE Constituant daar inne competeerende en de heeft in zijne voorschreeve qualiteyt en uyt kragte der magte voorzeyd helmelingen daar op verteegen inne maniere van dien gewoonelijk zijnde.
Beloovende in meergemelde zijne qualiteyt op verband van de Persoon en goederen hebbende ende verkrijgende van meergemelde origineele of principaale Heere Graave Constituant dit opdraagen overgeeven ende verteyden altoos voor goed vast, stedig, ende van waarden te zullen houden, en alle commer calange en aantal daar inne weezende of koomende te zullen afdoen geheelijk.
Des zal den Heere verkrijger gehouden zijn te betaalen alle zodanige s'lands, stads en dorps Reeele Lasten als bevonden zullen worden daar uytte gaan of ten naame van den meergemelden Heere Grave origineele of principaale Constituant volgens het qouhier der verpondinge aldaar bekend staan ofte ook in tijden en wijlen daar op mogte worden begroot welke lasten buyten die geene die door de gebruykers moeten worden betaalt en voldaan, door den verkooper in zijne voorschreeve qualiteyt zullen worden betaalt tot over den Jaare 1700 Een en Tagtentig in Cluys, dat desgelijks voornoemt de Heere verkrijger CAREL FREDERIK WESSELMAN uyt de voorsz; Heerlijkheyd en goederenn zal moeten blijven vergelden en betalen verscheyde Renten, te zamen bedragende agt en twintig gulden vier stuyvers en agt penningen, en een vat rog Peels vergolden wordende aant Geestelijk Comptoir van PEELLANDT te S'HERTOGENBOSCH verscheynende op Ligtmis.
Item een Rente van drie gulden drie stuyvers aan St.CATRINA GILDE tot HELMOND verscheynende op Pinxteren.
Item een Recognitie Chijns van Elf gulden vergolden wordende aan het Comptoir der Domeynen tot S'HERTOGENBOSCH, als mede een pagt van agt en twintig vaaten rog vergolden wordende aan den armen van HELMOND verscheynende op Ligtmis ordinaar betaalt wordende tegen veertien stuyver ider vat of volgens de Peg.
Item uyt de Hoeve van VAARLE twee renten, de eene tot twee gulden en vijf stuyvers en de tweede tot twee gulden twee stuyvers vergolden wordende respective aan den H.Geest of armen van MIERLO en S'HERTOGENBOSCH.
Item een Chijns van vijf stuyvers agt penningen vergelden aan het Comptoir der Domeynen van BRABANDT te SHERTOGENBOSCH.
Uyt de visscherije beginnende booven STIPDONK Jaarlijks betaalt wordende op den zitdag te LIEROP.
Item eenen Chijns van eene stuyver en vijf penningen vergolden wordende aan het Huys te LIEROP uyt de goederen genaamt "KLEYN VAARLE".
Item uyt de twee visvijvers, met het moer en heytvelt onder DEURNE een Chijns van twee stuyvers aan den Heer aldaar welke drie laatste Chijnsen de voornoemde verkrijger de Heer CAREL FREDERIK WESSELMAN ten zijnen koste zal moeten doen op en afwinnen.
En wijders nog zodanige andere ofte meerdere gewin, grond, en gebuur chijnsen als met regt bevinden zullen worden uyt de voorz: Heerlijkheyd en goederen te vergelden staande des men nu niet en weet, zonder dat de voornoemde verkrijger daar voor eenige vergoeding zal moogen vorderen of pretendeeren zullende door den verkoper in zijen voorschreeve qualiteyt de hier booven gespecificeerde renten, pagten en chijnsen worden bij betaalt die reeds verscheenen zijn of nog in deeze Jaare 1700 een en tagtentig zullen koomen te verscheynen.
En word wijders de voorsz: Heerlijkheyd goederen, getranporteert met zodaanige voor en nadeelige lasten, kommeren, regten en servituten onderhouden van straaten, weegen, steegen, voetpaden, tuyningen, waterlaaten, dijken en slooden, en anderzints als alle dezelve eenigzints mogte hebben, of lijdende zijn zonder dat de verkooper in zijne qualiteyt ook inde preciesse legginge distinctie maate of groote aanwijzing van gronden of ook tot het presteeren van zeekere revenues, regalen of geregtigheeden gehouden zal zijn alsoo allen 't geene word of is opgenoemt ter goeder trouwe gestelt is.
Voorts zij geweeten dat door de respective Heeren van Helmond van teyd tot teyd op voorschreve Heerlijkheyd of onder verband derzelver goederen ap en dependentien van dien zijn genegolleert diverse Capitaale somme van diverse personen welke Capitaalen de voornoemde Heer verkrijger CAREL FREDERIK WESSELMAN tot zijnen laste (: Relaas deezen aangaande tot het geene gezegt is bij voorrschreve Coops Contract) geaccepteert heeft als namenlijk.
Eene Capitaale somme van Tien Duyzend gulden, geloofd aan ARNOLDUS van WAMEL volgens obligatie gepasseert voorden Notaris OUDENHOVEN te OIRSCHOT den negende November 1700 veertien en gerealiseert voor het Leenhof van BRABAND den zeeventiende September 1700 zeeventien ten Intrest ad 4 Pro Cent en gereduceert op drie pro Cent waar van nu houder is de Heer LOOYENS te MAASTRIGT.
Item een Capitaal van vijf duyzendt guldens gelooft aan de Heer VALKENHOFF a vijf pro cent verscheynende vier en twintigste January, en welk Capitaal de Heer RAASSENS te EYNDHOVEN Competeert drie duyzend gulden ad drie pro cent zijnde de overige Twee Duyzend gulden de Weduwe de Heer van STRAATE te S'BOSCH gecompeteert hebbende afgelost.
Item een capitaal van Twee duyzend gulden geloofd aan het Zinnelooshuys te S'HERTOGENBOSCH ad vier gulden tien stuyvers pro cent gereduceert op drie pro cent verscheynende den vijftiende December.
Item een capitaal van vijf Hondert gulden aan Juffrouw van der HAAGEN te VENROOY a vier pro cent gereduceert op drie op drie pro cent verscheynende Ligtemes.
Item een Capitaal van ses duyzent gulden aan de Erfgenaamen wijlen de Heer advocaat SCHONEUS ad drie pro cent verscheynende Ligtemes
Item een Capitaal van zeeven duyzend gulden aan ARNOLDUS LEENAARTS te HELMOND in Scheepenen brieven te S'HERTOGENBOSCH date zeeven en twintigsten Juny 1700 vijf en zeeventig ad drie gulden tien stuyvers pro cent.
Item een Capitaal van drie duyzend gulden aan Juffrouw van LIEMP te HELMOND in Scheepenen brief gepasseert aldaar den Eersten December 1700 neegen en sestig a drie pro cent.
Item een capitaal van vier duyzendt gulden aan Juffrouw de Weduwe RAASSENS tot EYNDHOVEN in Scheepenen brieven aldaar gepasseert den Eersten December 1700 neegen en sestig ad drie pro cent.
Item een Capitaal van vijf duyzendt gulden aan de Heer CHRISTIAAN van RIJZINGEN te EYNDHOOVEN in scheepenen brieven gepasseert tot HELMOND den vijftienden Mey 1700 zeeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van een duyzendt vier hondert gulden aan HENDRIK WIJNDERS te MIERLO den sestienden October 1700 zeeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van twee duyzend vijf hondert guldens aan de Heer van der HORST Secretaris tot MIERLO nu zijne Erfgenaamen in Scheepenen brieven gepasseert te HELMOND den Eersten December 1700 seeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van twee duyzend guldens aan de Heer RAASSENS in Schepenen brief gepasseert te HELMOND den zo men vermeent in February 1700 een en zeeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van drie duyzend guldens aan CORNELIS van der VOORT, MARTINUS BOGAARTS en JOHANNES SIEMENS te NEERWEERT in Scheepenen brieven gepasseert te HELMOND den Tweeden October 1700 Een en Zeeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van twee duyzendt guldens aan CATRINA van LIEMPT tot HELMOND in Scheepenen brieven gepasseert te HELMOND den agsten Juny 1700 een en zeeventig ad drie pro cent.
Item een capitaal van vier duyzend gulden aan de Heer CHRISTIAAN van RIJZINGEN tot EYNDHOVEN in Scheepenen brieven tot HELMOND den vijf en twintigsten Mey 1700 en zeeventig gepasseert ad drie pro cent.
Item een capitaal van ses hondert guldens aan wijlen de Heer JANNETTE in Scheepenen brieven gepasseert te S'HERTOGENBOSCH den elfden October 1700 twee en zeeventig a drie gulden vijftien stuyvers per conto zoo en in dier voegen als allen dezelve capitaalen zijn opgegeven in eene simpele lijst bij het passeeren van dezen Jiegenswoordige Transporte overgenomen en aldus te zaamen bedraagende, de somme van Een en Sestig duyzendt en vier hondert guldens.
Ende heeft voornoemde Heere NICOLAAS JOSEPHUS PARIJS in zijne voorschreeve qualiteyt openlijk bekend ende beleden dat tot betaaling van den waaragtigen koopschat van het geene voorsz: bedragende Een honderd vijf en vijtig duyzen gulden den voornoemden Heere CAREL FREDERIK WESSELMAN aan zijne handen ten behoeven van voornoemden Heere Constituant in geld of gelds waarde heeft overhandigt de somme van drie en neegentig duyzend ses hondert guldens, scheldende oversulks hij Heere geconstitueerde in naame als boven mits deezen los vrij en quyt den meergemelden Heer CAREL FREDERIK WESSELMAN van den voorschreven koopschat van een hondert vijf en vijftig duyzend guldens, belovende in zijne voorschreve qualiteyt op verband van den persoon en goederen hebbende en verkrijgende van den Heere Constituant, dit los vrij en de quyt schelden van den voorschreeven koopschat van een hondert en vijf en vijftig duyzend guldens altoos voor goed vast stedig en van waarden te zullen houden en daar teegens niets te zullen doen en regten of daar buyten.
Ende is meede gecompeteert den voornoemden Heere verkrijger CAREL FREDERIK WESSELMAN ende heeft geloofd op Speciaal en Reeel verband van de voorschreeve Heerlijkheyd HELMOND, de goederen en Inkomsten van dien, en wijders op verband van Zijn Persoon en goederen hebbende en verkrijgende dat hij de hier voor begrootene Lastn, Renten, Pagten en Chijnsen Eeuwig ende Erffelijk zal draagen ende betaalen.
Als meede de hier boven gespecificeerde Capitaalen aan de Houders der selver naar inhoude der brieven zal aflossen quyten en betaalen zodaanig dat hij Heere geconstitueerde in zijne voorschreeve qualiteyt ofte Zijn Heer Principaal en Constituant hunne Oiren, Erven of nakomelingen daar over nooyt en worden aangesprooken direct of indirect, hebben de voornoemde Heere verkrijger teevens bij deezen opentlijk verklaart dat hij de hier booven gespecificeerde Lastige Capitaalen ten Zijnen Lasten in der voegen als booven breeder vermeld genoomen heeft.
Getuigen waaren hier over Mr. CORNELIS LAMBERTUS ACKERSDIJK en Mr. HENDRIK ALBERT van ADRICHEM Scheepenen in S'HERTOGENBOSCH gegeeven den Een en Twintigsten November 1700 Een en Tagtentig En was geteekent A. BASTIDE en was deeze geschreeven op Francijn waar onder gedrukt stonden twee Cachetten.
Aldus de voorsz: acte van transport geregistreert in Conformiteyt van haar Hoog Moog Placaat van den 12 February 1670 en op gevolgde Compliatie van den 2e October 1716 binnen DEURNE deezen tweeden January Seeventienhondert Twee en Tagtentig ten overstaan van de Heere GERIT HAMPEN en ABRAHAM BOCKHORST Scheepenen
G.HAMPEN
A.BOKHORST
Mij Present A. van NOORT.
Folio 14recto.
d.d. 30-04-1782.
Momboirs.
Op huyden den dartigsten April 1700 twee en tagtentig, zoo hebben FRANCIS SCHEPERS woonende alhier als met ende beneevens HENDRINA PAULUS JANSSE Weduwe van JAN MARTEN WEERTS woonende te AARLE, als moeder en voogdesse, door de Heeren Officier en Scheepenen, deses Dorps aan gestelt en verkoore momboir en voogde over het onmundig kint van JAN MARTEN WEERTS met naeme JOHANNES JAN WEERTS, den behoorlijken Eed, staande hier vooren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hun uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen.
Handmerk van FRANCIS SCHEEPERS (kan niet schrijven)
Handmerd van HENDRINA PAULUS JANSSE (kan niet schrijven)
FRAENCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
GOORT HENDRICKS
Mij present A.A, van NOORT, Secrts.
Rechtelijk archief Bakel, voor 1811, inv.nr. 1.
d.d. 05-06-1782.
Eerwaarde Heeren.
Ter beandwoording van U Eerw. missive van den 24e passato diend dat het mij vreemd voorkomt dat U Eerw. vraagen, of de Weduwe van de Mulder hertrouwd zijnde Staat en Inventaris moet passeeren van de goederen met haar eerste man bezeeten, daar zulcx voor haar herhuwelijke had moeten geschieden en U Eerw. alvoorens geen bevoegdheid hadden haar in ondertrouw op te nemen.
Door het herhuwelijken vervald aanstonds de Erfstelling van het testament, zij blijft alleen de goederen in togt bezitten, en U Eerw. zijn verpligt van haar te vorderen dat zij alnog inventaria daar van moet passeeren, maar zij blijft voogdesse van haar kinderen sonder dat toevoeging van voogd noodig is, ten waare zij hare togt te buyte ging, wanneer de naast vrienden daar toe versoek bij request kunnen doen, en als dit geschied zullen U Eerw. wel doen die request aan mij ten advise te zenden.
De verdere aan mij gedaane generaale vraagen laaten zig niet wel zoo onbepaald beandwoorden, om dat dezelve varieeren na gelang van de varierende omstandigheden in de partikuliere gevallen, waarop ik altoos berijd ben U Eerw. van mijn gedagten te dienen.
Voor het overige heb ik de eer te zijn
Eerwaarde Heeren
U Eerwaarde Dienaar
WILLEM CORN. ACKERSDIJCK
S'BOSCH 5 Juny 1782
Rechtelijk archief Bakel, voor 1811. inv.nr. 1.
d.d. 18-06-1782
Eerwaarde Heeren.
Heeren Regenten van BAKEL.
Af te geven aan den Heer A.A. van NOORT Secretaris te BAKEL.
Wel Edele Heer,
Mij refererende tot de inleggende heb ik de eer te zijn in haast met agting.
S'BOSCH den 18 Junij 1782.
U E. d.w. dienaar
WILLEM CORN. ACKERSDIJCK.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr. 4019, folio 165recto.
d.d. 31-07-1782.
JAN van de LEEMPUT woonende tot BAKEL als man en momboir van ALEGONDA van den HEUVEL bevoorens weduwe en testamentaire boedelhoudster van wijlen HENDRIK SCHEEPERS, THEODORUS de LAURE woonende tot STRATUM als man en momboir van ANNEMARIA van den HEUVEL, en nog deselve THEODORUS de LAURE als gemagtigde van sijnen swager den Eerw. Heer WILHELMUS van den HEUVEL Cappellaan tot BOEKEL volgens procuratie opden 12e Juny 1782 voor Schepenen van BOEKEL gepasseert, en dat soo voor hem selven en meede in qualiteyt als geconstitueerde en gemegtigde van sijnen broeder den Eerw. Heer JOHANNIS ADOLPHUS van den HEUVEL woonende te VORST in Keysersk BRABAND, volgens procuratie met de clausule van substitutie door den selven Heer JOHANNIS ADOLPHUS van den HEUVEL op sijnen voorn. broeder d'Heer WILHELMUS van den HEUVEL gepasseert voor Schepenen der Stad EIJNDHOVEN den 5e Maart 1782 sijnde beijde procuratien bij het passeeren deser gebleeken en hier na geregistreert, verclaren alsoo en den voorn. F. de LAURE mede uyt kragte van voors. procuratien bij ende mits deese te cedeeren, transporteeren en in vollen eygendom over te geeven aan ende ten behoeven van de Wed. JOSEPH BIEMANS wonende tot BAKEL, een huys en hoff staande ende gelegen tot BAKEL voors. ter plaatse gent. DE KERKSTRAAT groot ontrent een Lopense gelegen nevens erve d'een seijde de Straat, d'andere seijde Juffrouw de Wed. Doctor GROTENACKER, deen eynde JEROEN de TRUIJ, d'andere eijnde de Straat.
Item een parcheel ackerland groot ontrent een Lopense, gelegen tot BAKEL voornt. neevens erve d'een seijde ANDRIES MANDERS, d'ander seijde FRANCIS DIRK de VETH.
Sijnde allodiaal goed soo verclaart wert, losch ende vrij uytgenomen s'Lands en Dorps lasten, nabuurlijke regten en servituten, en den Chijns van den gronde indien bevonden mogte werden eenige daaruyt te gaan, aan te veerden aanstonds met de s'Lands en Dorps lasten van en over desen jare 1782.
Belovende sij transportanten den laatsgenoemde mede in sijne voors. qualiteyten, dit cedeeren en transporteeren altijd te sullen houden en doen houden voor goed vast steedig ende van waarden, mitsgaders voors. getransporteerde altijd te sullen vrijen weere en guarandeeren van alle commer actie en aantaal die meer dan voormeld daarinne mogte weesen off bevonden werden onder verband van haare en der constituanten persoonen en goederen, hebbende ende verkrijgende egeene uytgesondert.
Testes scabine in HELMONT NICOLAAS WALKART en FREDERIK HOLLEM die deese beneffens den transportanten en mij ondergeschreven Secretaris ten prothocollen behoorlijk hebben onderteekent op heeden den leste Julij 1700 twee en tagtentigh.
J. v.d. LEEMPUT
THEODORUS de LAUWERE
F. HOLLEM
N. WALKART
P. de LEEUW.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1763 A, folio 58 - 58 verso.
d.d. 04-09-1782.
Wij Schepenen ondergeschreven maken kennelijk, certificerende mits desen, dat persoonlijk voor ons gecompareerd is PHILIPPUS de BERGH, s'lands Deurwaarder, en verklaarde uyt krachte van authorisatie van den Heer en Mr. DANKER de KEMPENAER, deze in qualiteit als Rentmeester der geestelijke goederen over het Quartier van PEELLAND, Meyerye van S'HERTOGENBOSCH van dato den derden September 1700 twee en tagtig, bij denselven eygenhandig onderteekend, alhier gebleeken, te neemen in arrest en te stellen in handen van de Hooge Overigheid alle de vaste goederen staanden te naamen van en toebehorende aan JAN zoonen FRANS WILBERTS te BAKEL, of den jegenwoordige eygenaer, ten einden daar aan te verhalen eene rente van twee gulden en seeven vaten rog Peelsche maat beide jaarlijks met het capitael en agterstallen van dien over de jaaren verscheenen Ligtmis 1700 tagtig, 1700 eenentagtig en 1700 twee en tagtig, aan de Administratie van gemelde Heere Authorisant ten behoeve van den Lande verschuld met den kosten hier omme bereyds gedaan, en in cas van gebreken mogte doen gereserveerd den voorigen agterstal. Ende versogt de voornoemde Deurwaarder dat hier van ter Secretarije deser hoofdstad aantekening gemaakt en hem acte in communi forma uytgereykt mogte worden, om te dienen als te rade in kennisse, Acte datum den vierden September 1700 tweeentagtig.
P. de BERGH s'lands Deurwaarder.
C.H.J. SWERTS de LANDERS.
Mij present A. BASUDE.
Bakel 1783.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud Archief. inv.nr. 28. Folio 1recto.
d.d. 14-01-1783.
Genegt gehouden ten Raadhuijse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 14 Januarij 1783. Present de Heeren WILLEM van RAVESTEIJN President, FRANCIS MARTENS, GOORT HENDRIKS, JACOBUS MANDERS, WILLEM van OMMEREN, JACOB HENDRIK van OMMEREN Scheepenen.
Gezien bij Mijn Heeren den President en Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE de requeste aan hun Eerw. gepresenteert door ofte van weegens WILHELMUS van den HEUVEL Rooms waereld Priester en Capellaan tot BOECKEL en JOHANNIS LIBREGTS inwoonder des dorps OORSCHOT.
Tendeerende: Dat HENDRIK SCHEEPENS, Molenaar alhier in de maand Meij des jaars 1781 deezer waereld was komen te overlijden nalatende zijne huysvrouw ALDEGONDA van den HEUVEL, mitsgaders een kind met naeme ISABELLA MARIA, aan dezelve zijne huysvrouw in huwelijk verwekt.
Dat gemelde ALEGONDA van den HEUVEL daer op ten tweeden huwelijk getreeden zijnde met JOHANNIS van de LEEMPUT, vervolgens daar door van de voogdije over haer voorsz. nog minderjarig kind vervallen was ......
En dewijl de voorzigtigheid scheen te vorderen dat er voogden over gemeld minderjarig kind werden aengesteld.
Zo namen zij Supplianten als naaste vrienden Mater en Paternel van gemelde kind de vrijheid te versoeken dat voogden over deselves minderjarige in forma wierden aengesteld.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorsz. het vorenstaende versoek ingezien en daarbij het schriftelijk berigt en belang van JOHANNIS van de LEEMPUT geexamineert hebbende stellen tot momboirs en voogden over de bovengemelde minderjarige ISABELLA MARIA dogtere wijlen HENDRIK SCHEEPENS en zijne nog in leeven zijnde weduwe ALEGONDA van den HEUVEL, teegenwoordige huysvrouw van voorsz. JOHANNIS van de LEEMPUT aan de personen van NOCOLAAS SCHEIJ Roomsch waereld Priester tot STRATUM als Oud Oom Maternel en JOHANNIS LIBRECHTS wonenede tot OORSCHOT als behuwdt Oom Paternel van dezelve minderjarige, mits de voorzeide personen gehouden zullen zijn den gewoonen Eed voor die van den gerechten alhier in hunne voersz qualiteit te presteeren en daar bij belooven dat zij het intrest van voersz. minderjarige haar persoon en goederen wel en na behooren zullen waarnemen, administreeren en ten allen tijden van haare gedaane administratie behoorlijke reekening en verantwoordinge te doen.
Actum den veertiende Januarij seeventien hondert drie en tagtentig.
W. v. RAVESTEIJN
FRANCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
GOORT HENDRICKS
J.H. van OMMEREN
W. van OMMEREN
Ter ordonnance van dezelve A.A. van NOORT Secrts.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21. Folio 15recto.
d.d. 21-01-1783.
Op heeden den een en twintigsten January seeventien hondert drie en tagtentig, zo hebben JOHANNIS LIBRECHTS wonende tot OIRSCHOT en ................ als door Heeren Officier en Scheepenen deses Dorps aangestelde en gekozen momboiren en voogd over ISABELLA MARIA minderjarige dogter van wijlen HENDRIK SCHEEPENS en zijne nu nog in leeven zijnde huysvrouw ALEGONDA van den HEUVEL woonende alhier den behoerlijke Eed staande hier voren Folio 6recto, gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Scheepen Loco Officier met de Eedswoorden: Zo helpe mij God Almagtig; Coram de ondergeteekende Schepenen
JAN LIBRECHTS
JACOBUS MANDERS
W. van OMMEREN
Mij present A.A. van NOORT Secrts.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud Archief. inv.nr. 28. Folio 2verso.
d.d. 28-01-1783.
Genegt gehouden ten Raadhuijse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 28 Januari 1783.
Present de Heeren WILLEM van RAVESTEIJN President, JOHANNES van GRIENSVEN, JACOBUS MANDERS, GOORT HENDRIKS, FRANCIS MARTENS en WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
Niets ter rolle gekomen.
Gezien bij Mijn Heeren den President en Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE de requeste aan hun Eerw. gepresenteert. door JAN van de LEEMPUT Molenaar alhier als in huwelijk hebbende ALEGONDA HERMANUS van den HEUVEL, bevorens weduwe van wijlen HENDRIK SCHEEPENS daar bij om gealegueerde reedenen versoekende dat hun Eerwaarde hem Suppliant met en beneevens de voogden over het minderjarig kinde van des Suppliants voormelde huysvrouw aangesteld geliefden te authoriseren om van de vaste goederen op den inventaris door deselve zijn huysvrouw voorkeinder des huwelijks met den Suppliant ten behoeven van haar minderjarig opgerigt eenige perceelen ter weerde van een duysent gulden te mogen verkoopen ten eijnde daar mede twee capitaalen te weeten een van ses hondert guldens bij den voorsz. HENDRIK SCHEEPENS op den 16 December 1776 geregestreert, en een van vier hondert guldens door dezelve ALEGONDA HERMANUS van den HEUVEL in den jaere 1782 opgenomen te kennen afleggen en voldoen off wel sodanige somme te mogen negotieeren en daar over de goederen op gemelden inventaris gestelt reël te affecteren.
Gezien ter dien het berigt van de naaste vrienden van gemelde minderjarig kind, ter voldoeninge aan hun Eerw. provisioneel appointement van 28 Januarij 1783 aan hun Eerw. overgegeeven daarbij voor het versoek adriseerende.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorz.: accordeeren het versoek van den Suppliant en authoriseeren mits dien d'Heer NICOLAUS SCHEIJ en JOHANNIS LIEBREGTS als voogden over gezeide minderjarig kind van wijlen HENDRIK SCHEEPENS ten laste van het zelve minderjarig kind een capitaal van een duyzend guldens te negotieeren en daer voerde de goederen op den inventaris ten behoeve van voermelde minderjarige opgerigt reëlijk te affecteeren off desnoods een gedeelte van dien ter waerde van een duyzend guldens publycq en voor alle man ter plaetse daer dezelve mogten geleegen zijn te verkoopen, den kooper off koopers daerinne naer Costumen Locaal te vesten en erven, de penningen daer van provenieerende tot afbetalinge der bovengemelde ses en vier hondert guldens respective te emploijeren, het resteerende ten meesten verdeele van geseide minderjarige aan te leggen, en voers. het applicaat der te provenieeren cooppenningen bij behoorlijke reekeningen te doceeren.
Actum den elffden Februarij seeven tien hondert drie en tagtentig.
W. v. RAVENSTEIJN
IJ van GRIENSVEN
W. van OMMEREN
GOORT HENDRICKS
JACOBUS MANDERS
Ter ordonnd. van dezelve: A.A. van NOORT, Secrts.
Bakel en Milheeze, Schepenbank, Oud Archief. inv.nr. 28. Folio 4recto.
d.d. 11-02-1783.
Genegt gehouden ten Raadhuijse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 11e Februarij 1783.
Present de Heeren: WILLEM van RAVESTEIJN President, JOHANNES van GRIENSVEN, GOORT HENDRIKX, JACOBUS MANDERS, WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
Niets ter rolle gekomen.
Gezien bij Mijn Heeren den President en Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE de requeste aen hun Eerw. gepresenteert door ofte van weegens MARIA JAN HENDRIKS laatst weduwe wijlen ANTONIJ DIRK BASTIAANS inwoonderesse alhier daar bij om gelegueerde reedenen versoekende dat zij als moeder en voogdesse over haare twee nog minderjarige kinderen mogte werden geauthoriseert om beneevens de andere mede erffgenamen pubycq en voor alle man alhier te verkoopen zodanig vijfde part in de naergelaetene gereede goederen, en in eenen acker genaemt HET BARTELVELD, groot in't geheel 2 1/2 Lop. geleegen alhier tot MILHEEZE en door der voerseide minderjarigen grootvader op dezelve voor het voorsz. vijfde part verstorven.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorsz. daar op verder gehoort het berigt en belang der naaste vrienden van geseide minderjarige voor het versoek adviseerende accordeeren aan de Suppliante de versogte verkoopinge van voorsz. een vijfde part dier nalatenschap, en authoriseeren dezelve diens volgens dat voorsz. een vijfde part van gemelden acker met de mede erfgenamen ter Secretarije alhier aan den kooper te mogen vesten en erven en de penninge van allen 't gunt provenieerende ten meesten voordeele van haere voormelde minderjarigen te emploijeren.
Actum den elffden Februarij seeventien hondert drie en tagtentig.
W. v. RAVESTEIJN
J. van GRIENSVEN
W. van OMMEREN
JACOBUS MANDERS
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Folio 15verso.
d.d. 17-02-1783.
Momboir.
Op heeden den seeventienden February seeventienhondert drie en tagtentig, zo heeft de Heer NICOLAAS SCHEIJ Rooms wereld Priester wonende tot STRATUM als door Heere, Officier en Scheepenen deses Dorps aengestelde en gekoore momboir en voogd over ISABELLA MARIA SCHEEPENS minderjarige dogter van wijlen HENDRIK SCHEEPENS en zijne nu nog in leeven zijnde huysvrouw ALEGONDA van den HEUVEL wonende alhier op zijn Priesterlijke woorden in plaats van Eede staende hier voren Folio 6recto belooft het zelve te zullen voldoen naercomen en agtervolgen onder verband van zijn persoon en goederen hebbende en verkrijgende als in regten. Coram de ondergeteekende Scheepenen:
NICOLAUS SCHEIJ
W. van RAVESTEIJN
JACOBUS MANDERS
W. van OMMEREN
Mij present A.A. van NOORT Secrts.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 347,
d.d. 31-03-1783.
Verkoop van een huys, stal en olijslagmolen met een schuur en landerijen, staande en gelegen te HELMOND, op HET HOOGEIJNDE.
Koper is: GERRIT van CRAIJ.
De verkopers zijn:
WILHELMUS van den HEUVEL, Cappelaan te BOEKEL.
JOHANNES ADOLPHUS van den HEUVEL te VORST in Keyzerlijk BRABAND.
ANNA MARIA van den HEUVEL, weduwe THEODORUS LAURÉ te STRATUM.
JAN van den LEEMPUT Molenaar te BAKEL gehuwd met ALLEGONDA van den HEUVEL, daarvoor weduwe van NICOLAAS SCHEIJ en HENDRIK SCHEEPENS.
JOHANNIS LIBREGTS als voogd over de minderjarige kinderen van ALLEGONDA van den HEUVEL.
Schepenbank Oud Archief, inv.nr. 292, folio 210 recto.
d.d. 08-04-1783.
Compareerde voor Heeren Scheepenen van BAKEL en MILHEEZE nagenoemt MICHIEL van de LAAR inwoonder alhier dewelke verklaart in geregte manieren van verhuuringe verhuurt en verpagt te hebben gelijk doet bij deesen aan WILLEM DIRK MICHGELS mede alhier woonagtig seekere zijn Comparante’s huysinge, schuur, schop, stallinge, hoff en aangelag met de daar aan en bij gehoorende hooy, groes en teullanden, staande en geleegen alhier ter plaatze genaamt DEN NEERSTRAAT groot omtrent in ’t geheel agtien Lopense off zo groot en klyn als dezelve huysinge en landerijen ter plaatze voorsz. met eene zijde aan erve daar de Wed. JAN MARTENS en met andere zijde aan erve van GOERT PEETER CLAASEN alhier geleegen is zo en in dier voegen als allen het zelve bij DERK LOURENS CUIJPERS tans bewoond en gecultiveert werd; en dat op Conditien en voorwaarden hier na volgende.
Eerstelijk zal deese huuringe en het gebruijk der voorseide huysinge zijn aanvang neemen te Pinxteren hoff en groese te halff Maart. En het land te oogstblood aan de stoppelen van deezen jaare 1783 en vervolgens duuren den tijd en termein van ses agter een volgende jaaren weederseits met de drie jaaren te mogen scheiden mits malkanderen een halff jaar voor het eyndigen van het derde derde – of wel laatste jaar behoorlijke opsegginge doen, zo moeten de sij dan allen het geene bij hem huurder aanvaard is op sodanige tijd als boven gemeld en in voegen als hij pagter allen het zelve aanvaard heeft verlaaten.
Den pagter zal ook gehouden weesen de voorschreeve bij hem gepagte huysinge en land wel en na behooren moeten bewoonen en gebruijken op dat door het slegte onderhoud en bewooninge van dien den verpagter niet beschaadigt en worde, en wel behoorlijk moeten sorge draegen dat door vuure of ligt geene ongelukken te verwagten zijn in welken onverhoopten gevallen hij pagter den verpagter in deese kost en schaadeloos zal moeten houden zoverre als regt is, zullende ook door hem verpagter de voorseide huysinge en verdere timmeringe behoorlijk hout- en glasdigt onderhouden worden.
Den pagter zal jaarlijx aan den verpagter of desselfs regt verkrijgende zijnen pagt in eene massa moeten betaalen ter somme van twee en dertig guldens ad twintig stuyvers Hollands iederen gulden gereekend waar van het eerste jaar Pagt omgekomen en verscheenen zal zijn den 2e Februarij 1785. – aanstaande, en zo voerts van jaare tot jaare deze pagting geduurende.
Item zal den zelven ook jaarlijx gehouden zijn aan den verpagter off zijn regt verkrijgende te leeveren twee vijmen dakstroo welke twee vijmen dakstrooij denzelven pagter op de voermelde zijn gepagte huysinge zal moeten leeveren op voorseide huijsinge zal moeten doen en laten verdekken waar voor hij genieten zal de oude of val van het dakstrooij mits den dekker te oeperen ende nodige kost en drank te leeveren naar Laet regt gebruijkelijk.
Daar en bove zal den pagter ook jaarlijx moeten betaelen de ordinaire verpondinge – beede en morgen gelden
< = Grafelijke schatting doe op den morgen rusten > mitsgaders den Reelen omslag nu weesende of namaals komende waar mede de voorseide goederen beswaart of belast zoude mogen weesen zonder eenige kortinge aan zijne uytgeloofde pagtpenningen.
Alle houtwas op de voorseide goederen staande en wassende zal hij pagter moeten laten staan, zonder het zelve te mogen beschadigen door – kappen, snijden, breeken off stroopen, mits zijn gerieff daar afte halen.
Den pagter zal gehouden weesen alle haagen, weegen, schouwen, straaten, waterlaten, slooten en gragten wel en na behooren te maken, veegen, repareren en onderhouden zodanig dat den verhuurder buyten schaade en calange van de schouwe blijft, welke schaade en onkosten hij huurder in dien gevalle zal moeten refundeeren < = vergoeden >.
Item zal den pagter gehouden zijn in het laatste jaar van zijnen pagt en dus in het afscheiden de drie vierde gedeelte van het teulland te bezaijen met goed wel gemest kooren zo – rogge als garst en het overige derde deel met zomer koorn het zij boekweijt oft ander graan.
Ende is alhier mede gecompareerd den voorseiden WILLEM DIRK MICHGELS dewelke verklaart de voorschreeven verhuuringe in voegen en op conditiën en voorwaarden hier boven gemeld te accepteeren en aan te neemen.
Voorts is al nog voor Scheepenen nagenoemt gecompareert < is niet ingevuld > mede alhier woonagtig dewelke verklaarde haar zelve te stellen tot Borge voor den voerseide MARIAAN GEEVEN en voor de naerkominge der bovenstaande conditiën en voorwaarden onder renuntiatie en afstand van de Beneficien ordinis divisionis et excutionis in houdende het voer regt dat de selfschuldige eerst aangepreezen en gecalcuteert <?> en de schuld onder haar Borgen zoude moeten werden gesplitst van de kragt van dien in dier voegen onderrigt zijnde
! In de marge !
Dit aangehaalde werd door de Comparanten verklaart tot deeze acte niet te behooren. A.A. van NOORT.
Tot naerkominge en wel voldoeninge, van het geene voorschreeven staat en elk point van dien in het bijzonder, zo verbindt hij huurder specialijk allen het geene in en op het gehuurde zal werden bevonden. En voorts generalijk zijn persoon en goederen egeene uytgezondert stellende dezelve ter bedwang en executie van alle Regten en Regteren, overgeevende en consenteerende vrijwillig zonder voergaande daaginge in den inhoude van deze te worden gecondemneert, en uyt kragten van dien volkomentlijk te werden geexcenteert alles ten kosten en lasten van den gemelden pagter ten dien eynde onweederroepelijk stellende en magtig maakende sodanige Procureurs als deze zal worden ter hand gesteld, den eenen om mede de condemnatie versoekt en den anderen om daar in te consenteeren. Beloovende voor goed vast en van waarden te houden het geene uijt kragte deses verrigt onder verband en submissie als na Regten.
Des zo belooft den voormelde ADRIAAN GEEVEN zijne voorschreeve Borgen int geheel en zij Borgen malkanderen voor de helft ter zaake dezer Borgtogt kost en schaadeloos te zullen en doen houden onder gelijke verband als boven.
! In de marge !
Dit aangehaalde werd door de Comparanten verklaart tot deeze acte niet te behooren. A.A. van NOORT.
Aldus gedaan verleeden en gepasseert binnen BAKEL voorschreeven deesen agtsten April Seeventien hondert drie en tagtentig ten overstaan van WILLEM van RAVENSTEIJN en JOHANNIS van GRIENSVEIN Scheepenen.
Dit ist X merk van MAGGIEL van de LAAR verklaart niet anders te konne schrijven.
Dit ist X merk van WILLEM DIRK MICHGELS verklaart niet anders te konne schrijven.
W. v. RAVESTEIJN.
J. van GRIENSVEN.
Mij present, A.A. van NOORT, Secretaris.
Dit is een transcriptie van Dhr. Wim Verhoeven te Milheeze.
Folio 16recto.
d.d. 22-04-1783.
Armmeesters.
Op heeden den twee en twintigsten April seeventien hondert drie en tagtentig zo hebben JAN PEETER de VETH inwoonder alhier als door Heeren Officier en Scheepenen dezes Dorps gekoore en aengestelde Armmeester dezes voorn. Dorps voor de jaeren ingegaen den 15 April 1783 jongstleeden,
En ADRIAAN van de MORTEL als door op gemelde Heeren Officier en Scheepenen gekooren en aangestelde Kerk meester der Parochie Kerke alhier voor de jaeren ingegaen 15 April 1783 jongstleeden.
Den behoerlijken Eed ieder in zijne qualiteit staende hier vooren Folio 3 en 5 gedaen en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVESTEIJN President Scheepen Loco Officier met de Eedswoorden: Zo helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen
JAN PETER de VETH
A. v.d. MORTEL
W. van OMMEREN
FRANCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
J.H. van OMMEREN
Bossche Protocollen, inv.nr. 1774 A, folio 27verso t/m 28.
d.d. 25-07-1783.
Wij Schepenen ondergenoemd maken kenlijk certificeerende mids dezen, dat voor ons persoonlijk is gecompareerd PHILIPPUS de BERGH s'lands deurwaarder en verklaarde uit kragte van autorisatie van den Heere Mr. DANKER de KEMPENAER in qualiteit als Rentmeester der geestelijke goederen over het Quartier van PEELLAND wezende van dato heden den vijf en twintigsten July 1700 drie en tagtig, bij den zelven eigenhandig onderteekend, alhier gebleeken, te neemen in arrest en te stellen in handen der hoge overheid alle de vaste en onroerende goederen staande ten naame van en toebehoorende aan JAN FRANS WILBERTS, wonende te BAKEL, ten einde is het doenlijk daar aan te verhaalen het capitaal met den achterstal van eenen pagt van zeven vaten rog, en eene rente van twee gulden beiden jaarlijks rest de jaaren vervolgens Lichtmis 1782 en 1783 gereserveerd de vorige achterstal aan het voorschreven comptoir verschuld met de kosten hier om gedaan en nog te doen. En verzogt de voornoemde Deurwaarder, dat hier van ter Secretarij alhier aantekening gemaakt en aan hem acte in ordinare form uitgereikt mogte worden, om te dienen zo en als te raade. In kennisse etc. Datum den vijf en twintigsten July 1700 drie en tagtig.
P. de BERGH Deurwaarder.
A.H. de ROOCK
F.VERSTER
Mij present Mr. ACKERSDIJCK
Oud Rechtelijk Archief Deurne, deel 121, folio 205v.
d.d. 20-09-1783.
(Fragment uit deze akte).
LAMBERT TOMAS BANKERS woonende tot BAKEL, heeft gekocht een hoeve genaamt GROOT BRUGGE, geleegen binnen de Heerlijkheyt DEURNE bestaande in een huysinge, schuur, stallinge, hof en aangelag, gelegen tot DEURNE ter plaatse genaamt BRUGGE.
Verder nog:
Een perceel teulland genaamt "Het STEEGACKERKE".
Een perceel teulland genaamt "Den KOPPEL AKKER".
Een perceel teulland genaamt "Den BERGACKER".
Een perceel deels groes en deels heyde genaamt "Het LEEG EEUWSEL OVER DE HEYDE".
Een perceel groes genaamt "STRIJP EEUWSEL NEEVENS DE AA".
Een perceel deels groes en deels heyde genaamt "NOG HEY IN DE STRIJPEN".
Een perceel groes genaamt "Het STRIKVELT".
Een perceel beemt onder HELMOND geleegen omtrent "De HAAGSE ACKERS".
Een vierde part in eenen Beemt gelegen onder LIEROP in "De BEEMDEN".
Laatstelijk nog een halve zil in een Beemt mede gelegen onder LIEROP in "De BEEMDEN.
De vorige eigenaar was de Heer WILHELMUS van HOEK, borger en inwoonder van de Stad HELMOND.
Acte DEURNE 20 September 1783.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 322, folio 169 verso.
d.d. 23-10-1783.
Compareerde voor Schepenen der Stad HELMONT ondergenoemt ANNA MARIA COOLEN Weduwe van ANTHONY van DEURSEN, woonende tot BAKEL, dewelke bij ende mits dese verclaert te cederen, transporteren, en in vollen eijgendom over te geven, aan ende ten behoeve van den HoogEdele Welgeboren Heere G.P. DIEST Heere van MEELISSANT als in huwelijk hebbende Vrouwe JULIANA PHILIPPINA Geboore Baronesse van LEEFDAAL, en aan de Hoogwelgeboore Freule MARIA F.T. Geboore Baronesse van LEEFDAAL, haer comparantes paard, beesten, en voorts generalijk alle haere haaffelijke en gereede goederen, egeene uijtgesondert en dat tot voldoeninge van sodanige somme van tweehondert seven en dertig gulden, als sij comparante wegens huurpenningen een huysinge en bij behorende landerijen staande ende gelegen tot BAKEL, aan voornoemde Heere DIEST en FREULE LEEFDAAL tot den jaare verschene Pinxteren seventien hondert drie en tagtentigh incluis is verschult en ten agteren, en alle welke voorschreve goederen sij comparante verclaert aan gesijde Heere DIEST, en Freule LEEFFDAAL off ewelijk overgegeven te hebben, sonder eenig het minste regt daer aen te behouden, maer deselve tot kennelijk wederseggen van de meergemelde Heere DIEST en Freule LEEFDAAL wederom ontfangen te hebben en precario <= als bij wijze van gunst> te besitten.
En compareerde mede d'Heer PIETER OLIFERS woonagtig alhier als gelaste soo verclaert van bovengemelde Heere DIEST, en Freule LEEFDAAL, denwelke in die qualiteijt verclaart met den voor-schreve transporter tot voldoeninge van de voorschreve veragterde en tot Pinxteren deses jaers 1783 verschene huurpenninge ter somme van twee hondert seven en dertig gulden verschult genoegen te nemen en daer mede voldaen te sijn.
Tot naerkominge van allent geene voorschreve, verbinden sij comparanten wedersijds, haere persoonen en goederen hebbende ende verkrijgende egeene uijtgesondert.
Aldus gedaan ende gepasseert ten overstaan van GERARDUS van HOGERLINDEN, en ADRIAAN de LEEUW Schepenen binnen HELMONT, op heden den drie en twintigsten October seventien hondert drie en tagtentigh.
ANNA MARIA COOLEN, Weduwe ANTHONY van DEURSEN, kan niet schrijven.
PIETER OLIFIERS
G. HOGERLINDEN
ADRIAAN de LEEUW
Mij present De LEEUWE Secrts.
Folio 16verso.
d.d. 25-11-1783.
Momboir
Op heeden den vijffentwintigsten November seeventien hondert drie en tagtentig, zo hebben GIJSBERT van de WEIJER wonende alhier, en JAN WILLEMS CLEMENT wonende te BEEK als door Heere Officier en Scheepenen gekoore momboieren en voogden over ANTONY, JOHANNIS, JOACHIMUS, <JAN?> en HENDRIK nog minderjarige kinderen van wijlen ANTONY van DEURZEN en zijne bevorens overleedene huysvrouw JENNEKE TIJSSE van de WEIJER in leeven gewoont hebbende en overleeden alhier, den behoerlijken Eed staende hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van WILLEM van RAVESTEIJN President Scheepen Loco Officier met de Eeds woorden; Zo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Schepenen.
JACOBUS MANDERS
GOERT HANDRIKS
FRANCIS MARTENS
GIJSBERT van de WEIJER
JAN WILLEMS CLEEMENT
JACOBUS MANDERS
FRANCIS MARTENS
Mij present A.A. van NOORT Secrts.
Bakel 1784.
Oud Rectelijk Archief Helmond, inv.nr. 4020, folio 5verso.
d.d. 20-03-1784.
D'Heer PIETER OLIFIERS woonagtig binnen dese Stad HELMONT, als gelaste van de Hoog Edele Welgeboore Heere GERARD PIETERS Drost Heere van MELISSANT als in huwelijk hebbende Vrouwe JULIANA PHILLIPPENA Geboore Baronnesse van LEEFDAAL, en van de Hoogwelgeboore Freule MARIA FRANCOISE THERESIA Geboore Baronnesse van LEEFDAAL volgens Procuratie onder Haar Hoog Edelen handtekening gegeeven in S'HAGE den dertiende Maart 1700 vier en tagtentig bij 't passeeren deeses gebleeeken en hier na geregistreert, verclaart uyt kragte van dien bij en de mits dese te cedeerren, transporteeren en in vollen eijgendom over te geven aan ende ten behoeven van LEENDERT van de VONDERVOORT woonagtig tot GEMERT:
Een huijs, schuur, schop, hoff en aangelag met een weijveld groot ontrent negen Lopense, staande en geleegen ter plaatsen genaamt OP GROOTEL onder den Dorpe van BAKEL.
Item eenen camp met den boomgaartacker samen groot ontrent elf Lopense, geleegen ter plaatse voors..
Item eenen Beemt groot ontrent vier Lopense gelegen ter plaatse voors..
Item een perceel genaamt HET NIEUWE ERFF zijnde groes en teulland groot ontrent vier Lopense mede gelegen ter plaatse voors..
En laatstelijk een eeuwsel groot ontrent agt Lopense gelegen ter plaatse voors..
En dat alles voor soo groot en klijn als de voors. goederen ter plaatse voormeld gelegen, en soo en in dier voegen als die tans in huure en gebruijk sijn bij ANNE MARIA COOLEN Weduwe van ANTONY van DEURSSEN.
Sijnde allodiaal goed soo verclaart werd, losch ende vrij, uijtgenomen s'Lands en Gemeentens lasten, nabuurlijke regten en servituten en daar uijt jaarlijks te blijven vergelden seeven stuijverss en vier penningen Chijns aan den Heer van HEELMONT, staande folio 240, 262, 266 en 287, alsmeede vier penningen Chijns jaarlijks aan den GULDEN HUIJSE van RIXTEL, en voorts soo veel meer Chijnsen als met regt bevonden sullen werden uijt voors. goederen te gaan, die den verkrijger op sijnen naam sal moeten laten winnen ten blijven vergelden en betalen sonder daar voor eenige vergoedinge te mogen pretendeeren. Aan te veerden met het lopende jaar huurpenningen ter somme van sestig gulden boven de lasten door de Wed. ANTONY van DEURSSEN over desen jaare 1700 vier en tagtentig te verschulden en met de lasten en Chijnsen van en over deesen selven jaare.
Belovende hij transportant in sijne voors. qualiteijt dit cedeeren en transporteeren altijd te sullen houden en doen houden voor goed vast steedig ende van weerden, mitsgaders voors. getransporteerde te stellen, vrijen, weeren en guarandeeren van alle commer, actien en aantaal, die meer dan voormeld daarinne mogte weesen off bevonden worden onder verband van des constituante persoonen en goederen hebbende ende verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van FREDERIK BARTELS en ADRIAAN de LEEUW Scheepenen die deese beneffens den transportant q.q. en mij ondergeteekende Secretaris ten prothocolle behoorlijk hebben onderteekent binnen HELMONT voornt. op heeden den twintigsten Maart 1700 vier en tagtentigh.
PIETET OLIFIERS
FR. BARTELS
De LEEUW
Mij present P. de LEEUW.
Coop is f. 1560 - 0 - 0
Lasten en cap. f. 9 - 7 - 8
f. 1569 - 7 - 8
40e Penning f. 39 - 4 - 12
Oud Rectelijk Archief Helmond, inv.nr. 4020, folio 7recto.
d.d. 20-03-1784.
Registratie van de procuratie van voorenstaande Transporte vermeld.
Wij ondergeschreeven GERARD PEETER Drost Heer van MELISSANT, NOORDERSCHORRE en WELLESTRIJPEN & als in huwelijk hebbende Vrouwe JULIANA PHILLIPPENA Geboore Baronnesse van LEEFDAAL, en ik meede ondergetekende JULIANA PHILIPPENA Geboore Baronnesse van LEEFDAAL met mijn voorn. Heere Gemaal geadsisteert en tot het passeeren deesen geauthoriseert, mitsgaders ik meeede ondergeteekende MARIA FRANCOISE THERESIA Geboore Baronnesse van LEEFDAAL, alsmede met mijnen voorn. Heere swager als mijnen gekooren voogd in deesen geadsisteert verclaren mits deese te constitueeren en magtig te maken den Heere PIETER OLIFIERS specialijk omme uyt haare constituanten naamen, als eenige overgebleevene Dessendenten en Erfgenamen van wijlen haaren vader en moeder Mher ROGIER Baron van LEEFDAAL en Vrouwe JOHANNA MOLEMAKERS te cedeeren, transporteeren en overt te geeven voor sodanige geregten als sal behooren aan LEENDERT van de VONDERVOORT zeeker hun huijs, schuur, schop, hoff en aangelag met een weijveld groot ontrent negen Lopense.
Item den camp met den boomgaartacker groot elff Lopense.
Item het Beemtje groot vier Lopense.
Nog het zoogenaamde NIEUWE ERF zijnde groes en teulland groot vier Lopense,
Ende laatstelijk een Eeusel groot agt Lopense, gelegen OP GROTEL onder BAKEL, dog alles voetstoots en zonder maate, en gelijt het selve in huure nu is gebruykt geworden bij de Weduwe van DEURSEN, alles met sodanige Chijnsen, renten, verpondingen, beede als het selve belast mogen zijn, en dat op soodanige condietien en voorwaarde als de voornd. Heer PIETER OLIFIERS op approbatie van de voornd. constituanten is overeengekomen met de voorn. LEENDERT van de VONDERVOORT, welke condietien en voorwaarden de voornd. constituanten zijn approbeerende en goedkeurende bij deesen. Vervolgens denselven te authoriseeren de kooppenningen ter somme van en duysend vijff hondert en t'zestig gulden vrij geld te ontfangen, en den kooper te quiteeren, hem int voors. verkogte te erven en te vesten, en hun constituanten te onterven en te ontvesten en voor alle naarmaninge te caveeren, en verder ten opsigte vam voors. transport en overgevinge meerder te doen, als daar toe naar costuyme locaal nodig en dienstig weesen sal, en de constituanten present sijnde, soude konnen en behooren te doen, houdende oversulks alle nadere te requireere magt voor hier inne geinsereerdt en uytgedrukt alles met magt van de substitutie, gelovende allen 't geene bij den geconstitueerden off desselfs gesubstitueerden uyt kragte deeses sal werden gedaan en verrigt te sullen houden en doen houden voor goed en van waarden, onder verband van hunne persoonen en goederen als na regten, behoudens om daar van bewijsen reliquarte doen, aldus gegeven in S'HAGE den 13e Maart 17c vier en tagtentigh // en waare onderteekent .
G.P. Drost van MELISANT, J.P. Drost van MELISSANT geb. Van LEEFDAAL, M.F. van LEEFDAAL.
Aldus geregistreert en met sijn principaal accorderende bevonden bij mij ondergeschr. Secretaris der Stad HELMONT op heeden den twintigsten Maart 1700 vier en tagtentigh.
L. de LEEUW.
Oud Rectelijk Archief Helmond, inv.nr. 4020, folio 8recto.
d.d. 20-03-1784.
LEENDERT van de VONDERVOORT woonagtig tot GEMERT, verclaert bij en de mits deese wel en de deugdelijk schuldig te weesen aan en ten behoeve van WILLEM en JAN van ASTEN woonende op ASDONK onder AERLERIXTEL eenen capitaele somme van neegen hondert Caroli guldens tot twintig stuyvers Hollands het stuk spruytende ter saake van deugdelijke geleende en aangetelde penningen door den gelover uyt handen van voorn. WILLEM en JAN van ASTEN soo verclaard gehad en de ontfangen, renuntieerende dien volgende van de exceptie van onaangetelde gelden. Belovende van de voorschreve capitaale somme van negenhondert guldens aan de voornoemde WILLEN en JAN van ASTEN off haar regt verkrijgende jaarlijks van dato deeser gereekent, voor intrest te sullen betaalen drie gulden tien stuyvers percento, en in de betalinge van dien intrest te sullen blijven continueeren tot de volle effectuele voldoeninge en aflossinge der gemelde capitaale somme toe, dag en cas van repetitie off restitutie van voorschreve capitaal, dat naar heden over een jaar ten allen teyde door den gelover off houder deeser, wie van deeser parthijen sal gelieven sal mogen geschieden, sal men gehouden wesen den anderen drie maanden te vooren te waarschouwen, en sal het aan den gelover vrij staan om soolange het voors. capitaal on opgezegt blijft jaarlijks in minderinge van het selve te mogen lossen hondert guldens, verbindende hij gelover tot naarkominge en welvoldoeninge van allentgeene voors. en elk poeincte van dien sijn persoon en alle sijne goederen hebbende ende verkrijgende egeene uytgesondert houdende in cas van wanbetalinge van capitaal op jaarlijkse intressen voormeld zijne vaste goederen mits deese voor verhandligt, omme deselve door den houders deeses off haar regt verkrijgende tot verhaal van voorsz. capitaal en intressen bij decreet van Heeren Schepenen deeses Stad (waar in den geloover nu voor als dan is consenteerende) publieq ende voor alle man ad opus jus habentium te verkoopen, renuntieerende ten dien eijnde van alle oppositie mitsgaders van de beneficien van verbuting en evictie.
Aldus gedaan en de gepasseert ten overstaan van FREDERIK BARTELS en ADRIAAN de LEEUW Schepenen die deese beneffens den gelover en mij ondergetekende Secretaris ten prothocolle behoorlijk hebben ondertekent binnen HELMONT op heeden den twintigsten Maart 1700 vier en tagtentigh.
Cap. is f. 900 - 0 - 0
40e penn. f. 22 -10 - 0
LENDERT van de VOONDERVOORT
F. BARTELS
A. de LEEUW
! In de marge !
Compareerde voor de ondergeteekende Scheepenen der Stad HELMONT WILLEM en JAN van ASTEN dewelke verklaaren van den inhout der neeevenstaande obligatie zoo wegens capitaal, als daar op verloopen intrest ten vollen voldaan en betaalt te zijn en overzulks te conseteeren, dat deeze ten prothocolle der Stad HELMONT den 4e April 1795.
Handmerk van WILLEM van ASTEN
Handmerk van JAN van ASTEN
Zij verklaaren niet te kunnen schrijven.
H. van BRUSSEL
C.BREYNAERTS
Mij present J.B. SWINKELS, Secretaris Proth.
Oud Rechtelijk Archief, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 7 recto.
d.d. 30-03-1784.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEESE op Dingsdag den 30e Maart 1784.
Present de Heeren: WILLEM van RAVESTEIJN President, JACOBUS MANDERS, GOERT HENDRIKS, JACOB HENDRIK van OMMEREN en WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
SOPHIA de RELOU Weduwe JAN MARTENS wonende alhier Eijsseresse en Aenleggere,
Op en teegens:
JOOST JAN GERITS mede alhier woonagtig, Gedaegde.
De Eijsseresse en Aenleggere dient van eijsch en aanspraak en concludeert als bij dezelve;
Den pretentselijk gedaegde onder uytdrukkelijke protestatie van geheel te willen blijven in alle exdeptien, weeren en defensien verzoekt copie van de pretense eijsch en annexe, uytgenomen van de authorisatie tot dagement en versoekt voersz onder protestatie als voor dog om te doen pro ut consilie onder U Eerw. appointement.
Scheepenen fiat copie en dagten naasten voerder gedaagde.
Oud Rechtelijk Archief, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 8 verso.
d.d. 28-09-1784.
Genegt gehouden ten Raadhuyze van BAKEL en MILHEESE op Dingsdag den 28e September 1784.
Present de Heeren: WILLEM van RAVESTEIJN President, JOHANNIS van GRIENSVEN, FRANCIS MARTENS, JACOBUS MANDERS, GOERT HENDRIKS en WILLEN van OMMEREN Scheepenen.
Gezien bij Mijn Heeren President en Scheepenen van BAKEL en MILHEESE de requeste aan haar Eerw. gepresenteert door ofte van weegens JENNEKE JANSE van ASTEN Weduwe wijlen JAN FRANS WILBERS wonende alhier als moeder en voogdesse en haare meerderjarige kinderen JOHANNIS RIJKERS als in huwelijk hebbende JOHANNA JAN FRANS WILBERS wonende te BOECKEL, JENNEMARIE en JOSINA JAN FRANS WILBERS, GOERT JOERDENS als in huwelijk hebbende WILLEMIJNA JAN FRANS WILBERS, JOHANNIS JAN CLAASE van de LAAR als in huwelijk hebbende MARIA JAN FRANS WILBERS en JAN WILLEM BIEMANS als in huwelijk hebbende HENDRIENA JAN FRANS WILBERS alle wonende alhier, zoo voor haar zelve als mede de eerst genoemde Suppliante als moeder en voogdesse voorsz. over haare drie nog minderjarige kinderen ANNA MARIA, YDA en JOHANNIS JAN FRANS WILBERS alle mede alhier woonagtig, zijnde alzo alle te zamen kinderen en Erfgenamen van wijlen JAN FRANS WILBERS gewoond hebbende en overleeden alhier. Daarbij om gealegeerde reedenen versoekende omme tot afbetalinge van zeekere gehypothequeerde schulden waermede dezelve nalatenschap welke aan de eerst genoemde ter togte en aan de laatst gemelde ten erfregte is gehoorende beswaart is waarvan eenige crediteuren bereyts geregtelijke opsegginge gedaan hebben een huysken, halven hoff en schop met nog eenige parceelen groes en land geleegen alhier tot MILHEESE publycq en voor alle man te moegen verkoopen, mede gezien het zelve versoek door FRANCIS JANSE en JAN JANSE HENDRIKS mede alhier wonende als naaste vrienden van de Supplianten ender minderjarigen in deese gemelt, gedaan te zijn.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorz. accordeert diensvolgens de bij de Supplianten en naaste vrienden het in deezen gedaane versoek in authoriseert dezelve diensvolgens de voormelde vaste goederen publycq en voor alle man te verkoopen mits de penningen inmediatelijk <= onmiddelijk> na gedaane transport aan den hoger of kooper tot off betaelinge der gehypothequeerde schulden in <naers?> voor zo verre als zullen hun u en strekken aan te leggen, en bij zo verre daarvan eenige mogten overschieten ten meesten nutte en voordeele van de Supplianten en der minderjarigen in deze vermeld te ampleegeeren.
Actum den agten twintigsten September seeventien hondertvier en tagtentig.
W. v. RAVESTEIJN
J. van GRIENSVEN
JACOBUS MANDERS
GOORT HENDRICKS
W. van OMMEREN
FRANCIS MARTENS
Ter ordonnantie van dezelve A.A. van NOORT, Secrts.
Oud Rechtelijk Archief, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 10 verso.
d.d. 02-11-1784.
Genegt gehouden ten Raadhuijse binne BAKEL op Dingsdags 2e November 1784.
Present de Heeren: WILLEM van RAVESTEIJN President, JOHANNIS van GRIENSVEN, FRANCIS MARTENS, GOERT HENDRIKS, JACOBUS MANDERS en WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
Gezien bij Mijn Heeren President en Scheepenen van BAKEL en MILHEESE de requeste aan haar Eerw. gepresenteert door ofte van weegens JENNEKE JANSE van ASTEN Weduwe wijlen JAN FRANS WILBERS wonende alhier als moeder en voogdesse over haare drie nog minderjarige kinderen ANNEMARIA, YDA en JOHANNIS JAN FRANS WILBERS mede alhier woonagtig, mitsgaders JOHANNIS REYKERS als in huweijk hebbende JOHANNA JAN FRANS WILBERS wonende te BOECKEL, JENNEMARIE en JOSINA JAN FRANS WILBERS, GOERT JOERDENS als in huwelijk hebbende WILLEMIJNA JAN FRANS WILBERS, JOHANNIS JAN CLAASE van de LAAR als in huwelijk hebbende MARIA JAN FRANS WILBERS en JAN WILLEM BIEMANS als in huwelijk hebbende HENDRIENA JAN FRANS WILBERS alle mede hier woonagtig, zamen meerderjarige kinderen van wijlen denzelve JAN FRANS WILBERS daarbij om gelegueerde reedenen versoekende dat aan de eerstgenoemde Suppliante ter togt en aan de laatstgemelde ten erfregte gehoorende was, een groot en kleyn huys, schuur, schob, stallinge en aengelag met de daarbij en aangehoorende groes en teullanderijen staande en geleegen alhier tot MILHEEZE.
Dat de voorzegde goederen recentelijk bezwaart zijn met verscheide opgenomen capitaalen te samen ter somme van agthondert en vijftig guldens aen verscheide crediteuren uytstaende waervan aan derzelve bereyts geregtelijk opsegginge gedaan heeft.
Dat zij Supplianten egeene middelen voorhanden hebbende of affbetaalinge van dien met eenen goedvinden van JAN HENDRIKS en JAN FRANCISSE beide mede alhier wonende als naaste vrienden van de voormelde minderjarigen zijn te raaden gewerden om een gedeelte der voorsz. vaste goederen bestaande in het groot huys, schop, stallinge, hoff en aangelag met het binnen veldje groot vier Lopense.
Item DEN HUYSACKER groot 32 Roeden.
Den BRAAKACKER groot 1½ Lopense.
Den CLOTACKER groot 25 Roeden.
Het BOVENSTE HEYTVELD off EEUWZEL naast DE HOEF groot 3 Lopense.
DE HAAG groot 38½ Roeden
Een nieuw heytveld zijnde het bovenste naast GEMERT tot vijff Lopense.
En den INACKER groot een en een halff Lopense.
Tot afbetalinge der voorsz. gehypothequeerde schulden publycq en voor alle man te verkoopen.
En de overige goederen door de eerstgenoemde Suppliante in togte mogen blijven behouden en bezitten.
Denigemerkt zulx ten aanzien der voorseide minderjarigen niet valide is zo dit U Eerw's <precalable?> toestemminge.
Zo waeren zij Supplianten zig door deze tot ons wendende met ootmoedig versoek om tot het gunt voersz. U Eerw's authorisatie ut forma te mogen erlangen.
Mijn Heeren President en Scheepenen voersz. gezien het verzoek der Supplianten en naaste vrienden hierbij gedaan, authoriseeren dezelve tot het doen der verkoopinge van de goederen in perceelen in deze gemeld, en daarvan ter Secretarije alhier om den kooper off koopers behoerlijke vest en opdragt te doen, en de overige onverkogte vaste goederen door de eerste Supplianten in togte te mogen blijven bezitten en behouden.
Actum den tweeden November seeventien hondert vier en tagtentig.
W. v. RAVESTEIJN
J. van GRIENSVEN
GOORT HENDRICKS
W. van OMMEREN
FRANCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
Ter ordonnantie van dezelve
A.A. van NOORT, Secrts.
Bakel 1785.
Rijksarchief Den Bosch, Kommanderije Gemert, inv.nr. 057.01, nr. 52.
d.d. jaar 1785.
Extract.
Leenregister der Commanderie GEMERT;
van alle zodanige Leenen als dieselve aan andere opgedragen heeft en aan diezelve zoo in cas van vercopinge, vermangelinge als versterf verheven worden.
.
Item houdt ten Leene den Eerwaarden Heer REINIER BIEDIJKX woonagtig tot MEGEN zekere Hoeve genaamt DIERDONK gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL laatstelijk verheven den 16 July 1768 betaalende voor verheff als boven.
Item houdt ten Leen DIRK FRANSSEN cum suis het Goedt genaamt DE CROMME AA welk voors. Leen op den 5 Juny 1709 bij sententie van Leenmannen des Leenhofs van GEMERT is toegewezen aan het Huys van GEMERT voors. tog vermits het overlijden van den Heere Commandeur LOE is deese sententie niet ten Executie gebragt ende door dien zedert den jaare 1678 den 31 December geen verheffing zijn geschiet zoo schijnt dit Leen meede gemortificeert te zijn. Memorie.
Oud Archief Schepenbank Bakel en Milheeze, inv.nr. 28, folio 13recto.
d.d. 25-01-1785.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 25 January 1785. Present de Heeren WILLEM van RAVESTEIJN President, FRANCIS MARTENS, GOORT HENDRIKS, JACOBUS MANDERS en WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
D'Heeren Mr. PIETER ADRIAAN de LA COURT wonende tot GEMERT in qualiteit als Rentmeester van Sijne Excellentie's den Heere Land Commandeur van den ALDEN BIESEN, eijsscher en aanlegger ter eenre,
Op en jeegens:
PAULUS FRANCISSE en erffgenamen MARCELUS MANDERS wonende zo alhier als tot GEMERT, gedaagde.
Den Priocureur ROVERS voor den Heere eijsscher en aanlegger qualitate qua, exhibeert authorisatie op ende relaas des versterf ten blijk dat PAULUS FRANCISSE en JACOBUS van DUYNHOVEN als vader en voogd over zijne drie minderjarige kinderen in huwelijk verwekt bij wijlen MARIA MARCELUS MANDERS alhier woonagtig, mitsgaders JOOST MARCELUS MANDERS wonende tot GEMERT, de twee laatst gemelde als erffgenamen, so qaulitate qua, als voor zig zelve respectievelijk van wijlen MARCELUS MANDERS gewoond hebbende en overleeden alhier ten genegte van hodie behoorlijk voor U Eerwaarde zijn gedagvaart den eerst gemelden om de retroactis voorts te procedeeren in dusdanige procedures als op ende jeegens voornoemde PAULUS FRANCISSE ende nu wijlen MARCELUS MANDERS tot voldoeninge van een renthe van vijftien guldens jaarlijx door den eijsscher en aanlegger q.q. voor U Eerwaarde zijn geentameert, en tot duplijen incluys geinstrueert dog zeedert den 11e July 1780 aan de Rol zijn gebleeven, ende twee laatst gemelde in qualiteit als voor om de Arremeester van dezelve proceduures aan te neemen sustinueerende diensvolgens den eijsscher en aanlegger dat de gedaagdens daar aan respectivelijk zullen hebben te voldoen, off van dezelve proceduures aff te sien en te <rensaiteeren?> in de conclusie van den eijsscher en aanlegger met voldoening der costen in cas van debat onder appointement van U Eerwaarde cum expensis.
De gedaagden behoudens alle hunne eeren en desen sien versoeken copie en dag van het verbaal bij U Eerwaarde's gedaan dicteeren.
Scheepenen stellen copie en dag te naaste.
Folio 14verso, d.d. 15-02-1785.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 15e February 1785. Present de Heeren WILLEM van RAVESTEIJN President, FRANCIS MARTENS, GOORT HENDRIKS, JACOBUS MANDERS en WILLEM van OMMEREN en JOHANNES van GRIENSVEN Scheepenen.
D'Heeren Mr. PIETER ADRIAAN de LA COURT wonende tot GEMERT in qualiteit als Rentmeester van Sijne Excellentie's den Heere Land Commandeur van den ALDEN BIESEN, eijsscher en aanlegger ter eenre,
Op en jeegens:
PAULUS FRANCISSE en erffgenamen MARCELUS MANDERS wonende zo alhier als tot GEMERT.
Den Procureur ROVERS voor den Heere eijsscher en aanlegger inheereeren zijn geverbaliseerde ter jongste leedene Rolle gedaan dicteeren versoekt in gevalle de gedaagden ietwes ter Rolle van heeden mogten doen brengen off indienen, daarvan onder protestatie van in alles te blijven in zijn geheel copie, om ten naaste te doen zoals te raaden.
De gedaagdens in judicio <proaltak?> zeggen de Rolle te naesten en zullen ten naest volgende genegt haar eerste prolongatie versoeken.
Folio 15recto, d.d. 01-03-1785.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEEZE op Dingsdag den 1e Maart 1785. Present de Heeren WILLEM van RAVESTEIJN President, FRANCIS MARTENS, GOORT HENDRIKS, JACOBUS MANDERS en WILLEM van OMMEREN Scheepenen.
D'Heeren Mr. PIETER ADRIAAN de LA COURT wonende tot GEMERT in qualiteit als Rentmeester van Sijne Excellentie's den Heere Land Commandeur van den ALDEN BIESEN, eijsscher en aanlegger ter eenre,
Op en jeegens:
PAULUS FRANCISSE en erffgenamen MARCELUS MANDERS wonende zo alhier als tot GEMERT, gedaagde.
Den Procureur ROVERS voor den Heere eijsscher en aanlegger qualitate qua, versoekt ingevalle de gedaagdens op de sustenue <= staande houding; dryving; gevoelen> van den eijsscher q.q. over 't voort procedeeren ex retro actis <= de eerste acten> over 't aanneemen van de arremente <= zijn de overblijfselen van een proces, van iemand die overleeden is, waar toe iemand gedagvaard word, om de zelve aan te nemen, en te agtervolgen> der procedures respectivelijk ter Rolle van den 5e January 1785 gedaan op heeden mogten antwoorden, 't zij verbalijk of in scribtis copie van dien onder nadrukkelijke protestatie van in alles te blijven in zijn geheel en in een dezelve op heeden desweegens in schrift of verbalijk niet mogten dienen versoekt als dan verstecq van andwoord salvo adprimam onder U Eerw. appointe.
De gedaagdens in judicio present versoeken haar eerste prolongatie.
Scheepenen fiat van verstecq van andwoord salvo ad primam volgens versoek.
! Attentie !
Dit proces wordt vervogd op 12 April 1785, 3 Mei 1785, 31 Mei, 1 Julij 1785, 5 Julij 1785, 25 Julij 1785, 30 Augustus, 20 September 1785, 18 October 1785, 1 November 1785, 7 Februarij 1786, 2 Mei 1786, 4 Julij 1786.
Bossche Protocollen, inv. nr. 1776 A. folio 52 + 52v.
d.d. 13-10-1785.
De Heer FRANCIS DECKERS wonagtig binnen dese Stad tot het geen naarvolgende gemagtigd van den Heer HENDRIK van RIEL Borger en inwonder der Stad en Heerlijkheid HELMOND volgens acte van procuratie op dato den vierden October des jaars 1700 vijf en tagtig voor Schepenen van MIERLO gepasseert, ter Secretarije alhier geregistreert en kragtens de magt aan hem daar bij so blijkende is gegeven en verleend.
Een Hoeve lands bestaande in Huys, schuur, schop, stallinge en verdere toebehoorten van houtwassen, plantagien met akker, teul en weylanden, heytvelden, strooisel en torffvelden, alle zoo groot en kleyn als alle die selve onder den Dorpe van BAKEL ter plaatse genaamt op 't BROUWHUYS gelegen zijn en den Constituant zijn aangekomen voor twee derde parten metn doode en aflijvigheid van zijn broeder JOHANNES van RIEL.
Leenroerig aan den Raden en Leenhove van BRABAND in S'HAGE laatst voor twee derde parten op den Constituant verheven op dato den ses en twintigsten April 1700 seeven en vijftig.
Transporteert de Heer PETERUS FRANCIS GULJE Medicine Doctor binnen de Stad HELMOND simul cum ort: uytgenomen s'lands en dorps lasten, regten, commeren en servituten daar soo van mids regt als gewoontewegen te onderhouden staande en gehorende. Testes ut Supra. Datum den dertiende October seventien honderd vijf en tagtig.
De quitantie van alle penningen gerekent.
FRANCI DECKERS
N.J.H. van S'GRAVENSANDE
W.M. VERHUYSEN
Mij present C. van BREUGEL
LEENDERT WILLEM van BEUSECOM
L.W. van BEUSECOM
N.J.H. van S'GRAVESANDE
W.M. VERHUYSEN
Mij present C. van BREUGEL
J. de B.
!In de marge!
Koop 3200
40 penning 80
Folio 17verso.
d.d. 08-11-1785.
Momboir.
Op heeden den agsten November seeventien hondert vijff en tagtentig, zo hebben MATTHIJS JAN TIJSSEN en JAN PETER SWINKELS beide wonende alhier, als door Heeren Officier en Scheepenen deses Dorps gekoren en aengestelde curateurs over de persoon en goederen van de meerderjarige dog innocente JOHANNA dogter van FRANCIS van den HOUT en sijne onlangs overleedene huysvrouw CATHARINA JAN TIJSSEN gewoond hebbende en overleeden alhier, den behoorlijken Eed, staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aen handen van JOHANNIS van GRIENSVEN President Scheepen Loco Officier met de Eeds woorden; Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen
JACOBUS MANDERS
PETER van de KERKHOF
MATHIJS IJAN TIJSSEN
Handmerk van JOHANNIS PETER SWINKELS (kan niet schrijven)
JACOBUS MANDERS
PEETER van de KERKHOF
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Folio 17recto.
d.d. 22-11-1785.
Momboir.
Op heeden den twee en twintigsten November seeventien hondert vijff en tagtentg, zo hebben ANTONIJ TIJSSE van OIRSCHOT en GOORT HENDRIK VLEMMINGS beide wonende alhier als door Heeren Officier en Scheepenen gekooren momboiren en voogden over JOSIENA nog minderjarige dochter van wijlen JOHANNA OORSCHOT en haere beneevens overleedene man HENDRIK VLEMMINGS gewoond hebbende en overleeden alhier den behoorlijken Eed staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytge-swooren aan handen van WILLEM van RAVENSTEIJN President Scheepen Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Scheepenen:
FRANCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
PETER van de KERKHOF
WILLEM van OMMEREN
Handmerk van ANTONY TIJSSE van OORSCHOT (kan niet schrijven)
Handmerk van GOORT HENDRIK VLEMMINGS ( " " " )
FRANCIS MARTENS
JACOBUS MANDERS
PETER van de KERKHOF
W. van OMMEREM
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Oud Archief Schepenbank Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 25verso.
d.d. 13-12-1785.
Genegt gehouden op Dingsdag den 13e December 1785.
Present de Heeren:
JOHANNES van GRIENSVEN President, JACOBUS MANDERS, WILLEM van OMMEREN, JACOB HENDRIK van OMMEREN, FRANCIS MARTENS, GOERT HENDRIKS en PETER van de KERKHOFF Schepenen.
Gezien bij Mijn Heeren President en Scheepenen van BAKEL en MIJLHEEZE de requeste van haar Eerw: gepresenteert door ofte van weegens WILLEM JOSEPH JASPERS inwoonder alhier als wettige aangestelde voogd over de twee nog minderjarige kinderen van wijlen DENIS PEETERS daarbij om gealegueerde reedenen versoekende om de gereede en andere goederen en inboel mitsgaders graenen te velde voor zo verre het aandeel van de minderjarigen betreft publycq en voor alle man te verkoopen en de vaste goederen te verhuuren off desnoods mede voor alle man te verkoopen.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorz. accordeeren de bij den Suppliante versogte te doene verkoopinge der gereede goederen meubelen en inboel mitsgaders graenen te velde en desnoods mede te doen verkoopinge of verhuuringe der vaste goederen, mits het appliceert der penningen voor zo verre de minderjarigen betreft bij behoorlijke bewijzen doceerende.
Actum den dertiende December seeventien hondert vijff en tagtentig.
J. van GRIENSVEN
JACOBUS MANDERS
FRANCIS MARTENS
GOORT HENDRICKS
J.H. van OMMEREN
PEETER van de KERKHOFT
W. van OMMEREN
Mij present: A.A. van NOORT Secrtrs.
Bakel 1786.
Oud Archief Schepenbank Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 27verso.
d.d. 07-03-1786.
Genegt gehouden ten Raadhuyze van BAKEL en MILHEESE op Dingsdag den 7e Maart 1786.
Present de Heeren:
JOHANNIS van GRIENSVEN President
JACOBUS MANDERS
GOORT HENDRIKX
JACOB HENDRIK van OMMEREN
PETER van de POEL, Scheepenen.
De Heer TH.A. BOIRET als Rentmeester des Hoogduytze Ordens en Commanderije van GEMERT inwonende aldaar in die qualiteyt Eijsscher en Aanlegger ter eenre
Op en jeegens;
JENNEKE Weduwe en boedelhoudster van JAN FRANSEN wonende alhier te MILHEESE gedaagdesse ter andere zijde.
Den Procureur Van de WERFF voor den Heere eijsscher en aanlegger dient van schriftuure van eijsch en aanspraak met vijff stukken annex met depositeeringe als in dezelve.
Concludeert, contenteert en versoekt als bij dezelve schrifture. En want de gedaagdesse mag niemand van haarent weege is gecompareert, ook niet ter Rolle heeft laten verbaliseeren, zo versoekt voorseiden Procureur ten naame als boven, ten laste van dezelve verstecq van andwoord en adjudicatie van den eijsch en conclusie bij aanspraak gedaan en genomen onder sommeere blijkinge der intentie gedaane dagement en dienende dag cum expensis.
Scheepenen weerhouden voor als nog desen vonnisse ten naasten.
! Attentie !
Dit proces werd vervolgd op 4 April 1786,
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 21, folio 18recto.
d.d. 02-05-1786.
Momboirs.
Op heeden den tweeden Meij seeventien hondert zes en tagtentig, zo hebben FRANCIS MARTENS en JAN JOOSTE BIEMANS beide wonende alhier als door Heere Officier en Schepenen dezes Dorps gekoren momboiren en voogden over de persoon en goederen van den nog minderjarigen FRANCIS zone van wijlen JOEST JANSE BIEMANS en CATHARINA van LEYENBURG gewoont hebbende en overleeden alhier den behoerlijken Eed, staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van JOHANNES van GRIENSVEN President Scheepen Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Schepenen:
FRANCIS MARTENS
JAN JOST BIEMANS
PETER van de KERKHOF
P. van der POEL
Mij present, A.A. van NOORT, Secrts.
Folio 18verso.
d.d. 23-05-1786.
Momboirs.
Op heeden den drie en twintigsten Meij seeventien hondert ses en tagtentig, zo hebben LOURENS CUYPERS en JOOST PEETERS van NEERVEN beide inwoonderen alhier als door Heeren Officier en Schepenen deses Dorps aangestelde curateurs over de persoon en goederen van den innocenten PIET PEETERS van NEERVEN mede alhier woonagtig in huweijk verwekt aan wijlen PEETER van NEERVEN en CATELIJN JAN MAASBROEKS gewoond hebbende en overleeden alhier, den behoorlijken Eed hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van den President Scheepen JOHANNIS van GRIENSVEN Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coran de ondergeteekende Schepenen:
Handmerk van LOURENS CUYPERS (kan niet schrijven)
Handmerk van JOOST PETERS van NEERVEN (kan niet schrijven)
JACOBUS MANDERS
PETER van de KERKHOF
P. van de POEL
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Bakel 1787.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1776 A, folio 96v + 97.
d.d. 05-04-1787.
Wij Schepenen onderg. maken kennelijk certificeerende mits desen dat voor ons persoonlijk is verschenen den Heeren DANKER den KEMPENAER, in qualitato Rentmeester der Geestelijke goederen des Quartiers van PEELLAND Meyerye deser Stad. Speciaal geregtigt tot s'geens naarvolgende bij resolutien van Hun Edelen Mogende den Heeren Raden van State der VERENIGDE NEDERLANDEN wesende van dato den veertiende Maart 1700 ses en tagtig in 't Register ter procuratien ter Secretarij alhier geregistreert en uyt cragte der magte ten voornoemden Heere Rentmeester daar bij zo blijkend was gegeven en verleend.
Een stuk teullands geleegen in de SCHOUWSEN ACKERS onder den Dorpe van BAKEL groot omtrent twee lopense of zo groot en klein het zelve aldaar in zijne bekende ringenoten gelegen en bij den na te noemen verkrijger thans in huur of pagt beteuld word het Gemeenen Land aangekomen bij confiscatie van de Geestelijk goederen.
Vendidite PEETER de WIT inwoonder tot BAKEL voorn. met zijn voor en nadeelen, regten en servituten Prom. van s'lands wegen warandiam uytgenomen de gronden gebuurchijnsen die daar uyt mogten gaan mitsgaders s'Lands en Dorps zoo ordinairen als extraordinaire lasten, regten, kommeren en servituten daar toe so van ouds regt als gewoonte wegen te onderhouden staande en gehorende inne lennige te Datum ut supra (= 5 April 1787.)
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 21, folio 19recto.
d.d. 08-06-1787.
Momboir.
Op heeden den agsten Junij seeventienhondert seeven en tagtentig, zo hebben PEETER PEETERS MANDERS en JASPER JOSEPH van NEERVEN beide inwoonderen alhier als door Heeren Officier en Scheepenen deses Dorps aangestelde voogden over den persoon en goederen van den nog minderjarigen JOOST zone JAN JOOSTEN van NEERVEN insgelijks alhier wonende, den behoorlijken Eed, staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van den President Scheepen JOHANNIS van GRIENSVEN Loco Officier met de Eeds woorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergeteekende Schepenen.
PEETER PEETER MANDERS
JASPER JOSER van NEERVEN
P. v.d. POEL
PEETER van de KERKHOF
Mij present, A.A. van NOORT, Secrts.
Folio 19verso.
d.d. 31-08-1787.
Momboir
Op heeden den een en dertigsten Augustij seeventien hondert en seeven en tagtentig, zo heeft JOHANNIS van de LEEMPUT inwoonder alhier als met en beneevens JAN FRANCIS CLUYTMANS mede alhier woonagtig (in qualiteit als testamentair voogd bij wijlen HENDRIK RIJS <?> over zijnet minderjarigen broeder HENDRICUS FRANCIS CLUYTMANS genomineert) geassinueertde mede voogd over HENDRICUS FRANCIS CLUYTMANS voorsz., den behoorlijken Eed, staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hem uytgeswooren aen handen van den President Scheepen JOHANNIS van GRIENSVEN Loco Officier met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coram de ondergetekende Schepenen.
PETER van der POEL
PETER van de KERKHOF
J. v.d. LEEMPUT
JAN KLUIJTMANS
P. v.d POEL
P. van de KERKHOF
Mij present: A.A. van NOORT, Secrts.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 323, folio 135verso.
d.d. 29-10-1787.
Interrogatorien.
Omme daarop ter Requisitie van het Officie Fiscaal van BRABANT, en de Landen van OVERMAASE, ten overstaan van Heeren Schepenen, Commissarissen te horen en te ondervragen.
1. LODEWIJK WIJCHEL, Drossaard der Heerlijkheid DEURNE.
2. GERRIT van SCHAIJK President Schepen der Heerlijkheid DEURNE.
3. PIETER EIJMERT GOOSSENS regeerend Schepen der Heerlijkheid DEURNE.
4. ALBERTUS ADRIANUS van NOORT, Secretaris der Heerlijkheid DEURNE.
5. GODEFRIDUS BIJZENS, Roomsch Cappellaan der Heerlijkheid DEURNE.
Compareerden voor Schepenen, Commissarissen der Stadt HELMONT, den Heer LODWIJK WIJCHEL Drossaard der Heerlijkheid DEURNE, GERRIT van SCHAIJK President Schepen der Heerlijkheid DEURNE.
PIET EIJMERT GOOSSENS Regeerend Schepen der Heerlijkhied DEURNE.
ALBERTUS ADRIANUS van NOORT Secretaris der Heerlijkheid DEURNE.
GODEFRIDUS BIJSENS Roomsch Cappellaan der Heerlijkheid DEURNE, welke op de volgende articulen hebben geantwoord, en verklaard als voor ijder derselve geschreeve staat.
Art. 1.
Der deponenten naamen, ouderdom en qualiteiten af te vragen.
Deponent 1 zegt genaamt te zijn LODEWIJK WIJCHEL oud te zijn 63 jaar, Drossaard der Heerlijkheid DEURNE.
De 2e deponent zegt genaamd te zijn GERRIT van SCHAIJK oud 39 jaar, President Schepen van DEURNE.
De 3e deponent zegt genaamd te zijn PIETER EIJMERT GOOSSENS, oud 67 jaar, Regeerend Schepen der Heerlijkheid DEURNE.
De 4e deponent zegt genaamd te zijn ALBERTUS ADRIANUS van NOORT oud 43 jaar, en Secretaris der Heerlijkheid DEURNE.
De 5e deponent zegt genaamd te zijn GODEFRIDUS BIJSENS, oud te zijn circa 37 jaar en Roomsch Cappellaan der Heerlijkheid DEURNE.
Art. 2.
Off binnen voorz. Heerlijkheid DEURNE, niet heeft geexisteert een Gezelschap, zijnde een Leer-Societeit of zogenaamde Vaderlandsch Collegie's.
Alle 5 de deponenten verklaaren, dat binnen de Heerlijkheid DEURNE, heeft geexisteerd een Lees Collegie alwaar wierden geleezen de couranten tot twee in getalle namentlijk de Haarlemsche en Zuidhollandsche.
Art. 3.
Off het zelve niet alle Donderdag agtermiddag en avond wierd gehouden ten huise en herberge van WILLEM ANTONIJ van de MORTEL in DE ROODE LEEUW.
Alle 5 de deponenten verklaaren, Ja.
Art. 4.
Off de deponenten niet alle zijn geweest Leeden van de voorz. Lees-Societeit off Vaderlandsch Collegie.
De 1e, 4e en 5e deponent verklaaren in zoo verre leeden van dat lees collegie te zijn geweest dat zij hunne portie in de onkosten der couranten voornd. betaald hebben.
De 2e en 3e deponenten verklaaren geen leeden daar van geweest te zijn.
Art. 5.
Wie der ingezetenen van DEURNE daar van meer leede geweest zijn.
De 1e, 4e en 5e deponenten verklaaren dat behalve hier nog leeden van voorz. Lees-collegie zijn geweest, binnen DEURNE de Roomsche Pastoir LEONARDUS SWINKELS beneffens WILLEM ANTHONIJ van de MORTEL uit DE ROODE LEEUW. Dat de vorige Cappellaan van DEURNE genaamd ....... LOOMANS thans Pastoir te BEEK en DONK, meede een lid daar van geweest is tot zijn vertrek omtrent een en een half jaar geleeden, dat de Predicant en Pastoir van BAKEL meede hebben gecontribueert in de onkosten der voornoemde couranten die hun toegezonden wierden, dat zij die couranten bekwaamen na dat deselve te HELMONT geleezen waaren.
De 2e en 3e deponenten verklaaren dat deeze zaak zig buijten hen heeft toegedragen.
Art. 6.
Off onder de Leden daar van meede niet behoorden den Roomsch Pastoir van DEURNE LEONARDUS SWINKELS en voorz. WILLEM ANTONIJ van de MORTEL.
Art. 6 is al beantwoord.
Art. 7.
Hoe lange dezelve Societeit heeft gesubsisteert <= heeft bestaan>.
De 1e en 4e deponenten verklaaren dat voorschreeve Lees-collegie heeft gesubsisteert nog geen twee jaaren.
De 2e en 3e deponenten verklaaren daar van niet te weten.
En de 5e deponent verklaard 't voorz. Lees-collegie gevonden te hebben toen hij te DEURNE Cappellaan geworden is.
Art. 8.
Off van de voorz. Societeit ook was een Secretaris, en of aldaar ook Notulen wierden gemaakt, en correspondentien met anderen Societeiten gehouden.
De 1e, 4e en 5e deponenten verklaaren, Neen.
De 2e en 3e deponenten verklaaren daar van niet te weten.
Art. 9.
Off in den voorschreeve Societeit niet zijn voor gevallen en gehouden veele discousen over de Comburtien in de Replublieq.
Den 1e deponent verklaard zig tot 't geen hij des wegen op den 10e deser maand mondeling heeft opgegeven aan den Heere Fiscaal van BRABAND.
Den 2e deponent verklaard twee à drie maalen circa in voorz. Lees-collegie te zijn geweest, dat en daar gesproken wierd over den inhoud der couranten.
Den 3e deponent verklaard twee maalen aldaar te zijn geweest, en over de couranten te hebben hooren spreeken.
De 4e en 5e deponenten verklaarden dat aldaar gesprooken is over de inhoud der couranten, en over de POST van de NEDER RHIJN.
Art. 10.
Als ook of men zig aldaar niet dikwijls zeer sterk heeft uitgelaaten tot declien <= verdraaingen van den inhoud> van eenige Staatsleeden en spiciaal van Zijne Doorl. Hoogheid den Heere Prince Erfstadhouder.
Den 1e, 4e en 5e deponenten verklaaren dat niet anders gesprooken is dan volgens de couranten ende POST van den NEDER-RHIJN.
De 2e en 3e deponenten verklaaren zulx niet gehoord te hebben.
Art. 11.
Gelijk ook of aldaar niet dikwils is gesprooken over den wapenhandel.
De 1e deponent verklaard, Ja.
De 2e en 3e deponenten verklaaren dat zij daar over hebben hooren spreeken, toen zij de laatste maal in dat Lees-collegie geweest zijn.
De 4 deponent verklaard daar over wel te hebben hooren spreeken dog niet dikwils.
Den 5e deponent verklaard niet beeter te weeten of hij heeft twee of drie keeren over den wapenhandel aldaar hooren spreeken.
Art. 12.
Of de voornoemde Roomsche Pastoir LEONARDUS SWINKELS zig meede over de voorz. zaaken aldaar niet sterk heeft uitgedrukt.
De 1e deponent verklaard, dat de Pastoir ten opzigte van 't gevraagde Art. 10 zig heeft uitgelaaten volgens de couranten en de POST van de NEDER-RHIJN, als meede dat deselve zig uitgelaaten heeft over de wapenhandel zonder zig de woorden te kunnen herinneren.
De 2e en 3e deponenten verklaaren dat zij de Pastoir zig niet hebben hooren uitlaaten tot declien van Zijne Doorl. Hoogheid maar wel over de wapenhandel.
De 4e deponent verklaard dat hij den Pastoir niet heeft hooren spreeken tot declien van eenige hooge Persoonen of van Zijne Doorl. Hoogheid, verders als volgens de couranten en de POST van den NEDER-RHIJN maar wel dat den zelve den wapenhandel heeft aangepreesen zoo verre dezelve tot eigen beveiliging konde dienen.
De 5e deponent verklaard dat de Pastoir volgens de couranten en POST van de NEDER-RHIJN gesprooken heeft opzigtelijk 't gevraagde Art. 10, en betrekkelijk den wapenhandel hem daar van eens heeft hooren spreeken.
Art 13.
Speciaal of deselve Pastoir in gepasseerde soomer daar ter plaatse, niet zeer sterk heeft aangedrongen op de noodzakelijkheid van het exerceren.
Den 1e deponent verklaard, zulx niet te weeten.
Den 2e en 3e deponenten verklaaren, Ja.
Den 4e en 5e deponenten verklaaren daar van niet te weeten.
Art. 14.
En of deselve toen niet gezegt heeft, dat het de pligt der Regenten van de plaats was, om dat werk, zoo veel mogelijk te bevorderen.
De 1e deponent verklaard niet te weeten.
De 2e deponent verklaard, Ja, althans dat hij zulx zoo begreepen heeft.
De 3e deponent verklaard zulx niet te weeten.
De 4e en 5e deponenten verklaaren zulx niet gehoord te hebben.
Art. 15.
Off WILLEM ANTHONIJ van de MORTEL uit DE ROODE LEEUW destijds aldaar ook niet gesegt heeft, dat de Regenten behoorden te zorgen, dat er geweeren wierden beschikt.
Den 1e deponent verklaard zulx niet gehoord te hebben.
Den 2e en 3e deponenten verklaaren, dat Van de MORTEL in den Articul gemeld des tijds gezegt heeft, Gijlie den moest dan de geweeren bezorgen, 't geen dezelve Van de MORTEL tegens hen 2e en 3e deponenten speciaal zijde.
Den 4e deponent zegt dat hem daar van niets voorstaat.
Den 5e deponent verklaard dat hij door Van de MORTEL voornd. heeft hooren zeggen in substantie, zoo hem voorstaat, Wat baat het exerceeren zonder geweeren of als men geen geweer heeft, en dat zulx gemeent is voor de Resolutie van den 13 Augusti 1787.
Art. 16.
Welke plans en projecten zoo van het exerceeren, als van andere zaaken almeer in de voortz. Societeit zijn gemaakt.
Alle 5 de deponenten verklaaren van geen plans of projecten in voornoemde lees collegie iets te weeten.
Nog verklaarden alle 5 de deponenten, dat alle de voortz. zaaken hierboven in hunne respective antwoorden opgegeeven zijn gebeurd en voorgevallen, voor dato van de publicatie van Haar Hoog Mog. van den 13e Augustus laatstleeden.
Aldus de deponenten gehoord en ondervraagd, en hebben deselven geantwoord zoo als bij ijder articul geschreeven staat, waarbij zij alle na duidelijke prelecturen hebben gepersisteerd, en zoo verre de vier eerste deponenten aangaat met Heiligen Eede bevestigt, hebbende den vijfde deponent 't zelve verklaard op zijn Priesterlijk woord in plaatse van Eede, op heeden ten Stadhuize binnen HELMONT den negen en twintigsten October 1700 seven en tachtig,
L. WIJCHGEL
G. van SCHAIJK
P. IJ. GOOSSENS
A.A. van NOORT
G. BEIJSENS
H. v. HOOGERLINDEN
H. CROMSIGT
Mij present A. TROMP Secretaris.
Oud Archief Schepenbank Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 32recto.
d.d. 13-11-1787.
Gezien bij Mijn Heeren President en Schepenen van BAKEL en MILHEESE de requeste aan haar Eerw. gepresenteert door ofte van weegen MATHIJS JAN TIJSSEN inwoonder alhier als wettige aaangestelde curateur over de persoon en goederen van de innocente JOHANNA FRANICS van HOUT daar bij om geallegueerde redenen versoeken om het aandeel der voorz. innocente in de vaste en erffelijke goederen op deselve voor een vijfde part van haare anderen verstorven aan de mede curateur JOHANNIS PEETER SWINKELS alhier voorder zelver onderhout te verkoopen.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorsz. hier op mede gehoord hebbende het mondelinge berigt en <> ANTONETTA FRANCIS van HOUT wonende te BOEKEL en ANTONY TIJSSE van OVERSHOT in huwelijk hebbende MARIA FRANCIS van HOUT mede alhier woonagtig, als naaste vrienden van de in dese gemelde innocent over het versoek door den Suppliant adviserende accordeeren het ten desen gedaan en authoriseeren den Suppl. mitsdien tot het doen van den versochte transporte.
Actum den dertiende November 1700 seeven en tagtentig.
J. van GRIENSVEN
JAN CLUYTMANS
P. van de KERKHOF
PEETER NOOIJEN
President van dezelve
A.A. van NOORT, Secrtrs.
Bakel 1788.
Oud Archief Schepenbank, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 33verso.
d.d. 02-01-1788.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEESE op Dingsdag den 2e January 1788.
Present de Heeren:
J.W. van NOUHUIJS Stadhouder
JOHANNIS van GRIENSVEN President
PETER van der POEL
PETER NOOIJEN
JAN CLUYTMANS
WILLEM van OMMEREN
PEETER van de KERKHOFF
JAN TIJSSEN Scheepenen.
ANTHONY CUYPERS Mr. Kleermaker en winkelier woonagtig alhier Eijsscher en aanlegger ten eenre;
Op en jeegens
FRANCINA TEMPELAAR Weduwe van wijlen NICOLAAS van OMMEREN in leeven President Scheepen alhier gedaagdesse ter andere zijde.
Den Procureur BARTELS voor en ten naame van den eijsscher en aanlegger dient van schriftuure van aanspraak cum annexis concludeert en contenteert als bij dezelves en want de gedaagdenesse nog niemand van haarent weegs en compareert zo versoekt gemelde Procureur ten naeme als vooren teegen dezelve default, en voor het proffijt van dien ad judicatie van zijnen eijsch en conclusie bij schrifture van aanspraak onder presentatie in de aanspraak gedaan, sumiere blijkinge der intentie dagement indienende dag cum expensis onder U Eerw. appointement, vermits de gedaagdesse in judicio is gecompareert zo is het verzoek van adjudicatie weerhouden.
Oud Archief Schepenbank, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 33verso.
d.d. 22-01-1788.
Genegt gehouden ten Raadhuyse van BAKEL en MILHEESE op Dingsdag den 22e January 1788.
Present de Heeren:
J.W. van NOUHUIJS Stadhouder
JOHANNIS van GRIENSVEN President
PETER van der POEL
PETER NOOIJEN
JAN CLUYTMANS
WILLEM van OMMEREN
PEETER van de KERKHOFF
JAN TIJSSEN Scheepenen.
ANTHONY CUYPERS Mr. Kleermaker en winkelier woonagtig alhier Eijsscheren aanlegger ten eenre;
Op en jeegens FRANCINA TEMPELAAR Weduwe van wijlen NICOLAAS van OMMEREN in leeven President Scheepen alhier gedaagdesse ter andere zijde.
Den Procureur BARTELS voor en ten naame van den eijsscher en aanlegger dient van schriftuure van aanspraak cum annexis concludeert en contenteert als bij dezelves en want de gedaagdenesse nog niemand van haarent weegs en compareert zo versoekt gemelde Procureur ten naeme als vooren teegen dezelve default, en voor het proffijt van dien ad judicatie van zijnen eijsch en conclusie bij schrifture van aanspraak onder presentatie in de aanspraak gedaan, sumiere blijkinge der intentie dagement indienende dag cum expensis onder U Eerw. appointement, vermits de gedaagdesse in judicio is gecompareert zo is het verzoek van adjudicatie weerhouden.
! Attentie !
Dit proces werd vervolgd op 12-02-1788, 04-03-1788.
O.R.A. Bakel. inv.nr. 21, folio 20recto.
d.d. 29-01-1788.
Momboir.
Op heeden den neegen en twintigsten Januarij seeventien hondert agt en tagtentig, zo heeft de Heer WILHELMUS van den HEUVEL Roomsch waereld Priester woonende tot BOECKEL Lande van RAVESTEIJN als door Heeren Officier en Scheepenen dezes Dorps aengesteld en gekoore voogd over ISABELLA MARIA SCHEEPENS minderjarige dogter van wijlen HENDRIK SCHEEPENS en zijne nu onlangs overledene huysvrouwe ALLEGONDA van den HEUVEL op zijne Priesterlijk woord in plaatse van Eede belooft aan het Sermucierdes Eeds staende hier boven Folio 6recto te zullen voldoen, en sig doen conform te zullen gedraegen onder verbintenis en submissie als na regten dezer Landen.
Actum ten Raadhuyse binnen BAKEL dato ut supra. Coram JOHANNIS van GRIENSVEN President Scheepen Loco Officier, PEETER van de KERKHOF en PETER van der POEL Schepenen.
WILHELMUS van den HEUVEL
J. van GRIENSVEN
P. van de KERKHOF
P. van de POEL
Mij present A.A. van NOORT Secrts.
Oud Archief Schepenbank, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 36recto.
d.d. 03-04-1788.
Gezien Mijn Heeren President en Schepenen des Dorps en Dingbanke van BAKEL en MILHEESE de requeste aan Haar Eerw: gepresenteert door ofte van weegens WILHELMUS van den HEUVEL
Roomsch waereld Priester wonende tot BOECKEL Lande van RAVESTEIJN en JOHANNIS LIEBREGTS wonende tot OORSCHOT daar bij om gealegueerde reedenen versoekende als door ons wettige aangestelde voogden over ISABELLA MARIA minderjarige dogter van wijlen HENDRIK SCHEEPENS en zijne nu onlangs overleedene huysvrouw ALEGONDA van den HEUVEL gewoond hebbende en overleeden alhier geauthoriseert te worden omme de gereede meubile goederen door dezelve ALEGONDA van den HEUVEL nagelaten welke meerendeel onder een vreemde hand waeren berustende en dus veelligt aan bederff of vermindering konden onderhevig zijn, publyeq en voor alle man te verkoopen.
Mijn Heeren President en Schepenen voorsz. gezien het versoek ten dezen gedaan en de reedenen daarbij gealegueert authoriseeren de Supplianten onder voorsz. nalatenschap der meubile goederen in deze vermeld publyeq en voor alle man te verkoopen mits het applicaat der penningen bij behoorlijke bewijzen doceerende.
Actum den derden April 1700 agt en tagtentig.
J. van GRIENSVEN
P. v.d. POEL
P. van de KERKHOF
P. NOOIJEN
MATHIJS IJAN TIJSSEN
Ter ordonnantie van de zelve A.A. van NOORT, Secrtrs.
Rijksarchief Den Bosch, Commissie van Breda 1798 - 1811, inv.nr. 388, Lheenboek, folio 98.
d.d.14-07-1788.
BAEKEL.
Compareerde voor mij Mr. ARNOLD WILLEM THIJBOSCH tot het naervolgende door Sijn Hoogw.de de Heer Prelaet te ECHTERNACH gecommitteerd, mitsgaders voor d'Heere EMMANUEL BROEX en SILVESTER VERSCHUUREN Leenmannen des Leenhofs van ECHTERNACH, d'Heer ROBIJNS Duyts Ordens Priester als gelaste van Sijn Excellentie FRANCISCUS JOHANNES NEPOMUCENUS FIDELIS Vrijheer van REYSACH des Duyts Ordens Ridder en Landcommandeur der BALLYE ALDENBISSE á NEERLANDEN Vrijheer van GEMERT etc. etc. - in procuratie brieve van Wel Gemelde Sijn Excellentie gegeven tot ALDENBISSEN de 12 Mey 1700 agten tagtig, aen ons onder het papiere deses gebleken, en heeft in die qualiteyt etc. uyt kragte als boven ter Leen ontfangen het derde gedeelte der tiende tot BAKEL ende sulx mits doode á aflijvigheyd van Sijn Excellentie d'Heer CASPAR ANTOON Vrijheer van BELDERBÜSSE als gewesene Land commandeur der BALLYE ALDENBISSE voorn. doende hulde en toezegging van trouw met belofte des gerequireerd den gewoonlijke Eed werkelijk af te leggen á te presteren, behoudens den Heere, en een ider sijn goed regt.
Actum in GEMERT met aerdvergunning des Heere Officiers desem 14 July 1788.
A.W. THIJBOSCH gecommitteerde.
Rijksarchief Den Bosch, Commissie van Breda 1798 - 1811, inv.nr. 388, Lheenboek, folio 98.
d.d.15-07-1788.
BAEKEL. (= MILHEEZE).
Compareerde voor mij Mr. ARNOLD WILLEM THIJBOSCH tot het naervolgende door Sijn Hoogw.de de Heer Prelaet te ECHTERNACH gecommitteerd, mitsgaders voor d'Heere EMMANUEL BROEX en SILVESTER VERSCHUUREN Leenmannen des Leenhofs van ECHTERNACH, d'Heer ROBIJNS Duyts Ordens Priester als gelaste van Sijn Excellentie FRANCISCUS JOHANNES NEPOMUCENUS FIDELIS Vrijheer van REYSACH des Duyts Ordens Ridder en Landcommandeur der BALLYE ALDENBISSE á NEERLANDEN Vrijheer van GEMERT etc. etc. - in procuratie brieve van Wel Gemelde Sijn Excellentie gegeven tot ALDENBISSEN de 12 Mey 1788, aen ons onder het papiere deses gebleken, en heeft in die qualiteyt en uyt kragte als boven ter Leen ontfangen de thiende van MILHEEZE ende sulx mits doode á aflijvigheyd van Sijn Excellentie d'Heer CASPAR ANTOON Vrijheer van BELDERBÜSSE als gewesene Land commandeur der BALLYE ALDENBISSE voorn. doende hulde en toezegging van trouw met belofte des gerequireerd den gewoonlijke Eed werkelijk af te leggen á te presteren, behoudens den Heere, en een ider sijn goed regt.
Actum in GEMERT den 15 July 1788 met aerdvergunning des Heere Officiers.
A.W. THIJBOSCH gecommitteerde.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 323, folio 179.
d.d. 22-08-1788.
Compareerde voor Schepenen der Stadt en Heerlijkheid HELMONT ondergenoemd:
JOHANNES ROIJACKERS oud ontrent 40 jaaren, woonende op het BROUWHUIJS onder BAKEL,
JAN HENDRIK GIJSBERTS, oud 68 jaaren, woonende meede op het BROUWHUIJS onder BAKEL;
En MARIANNA van der VORST huisvrouw van voornoemde JOHANNES ROIJACKERS oud omtrent 40 jaaren, luiden van eer, staande ter goeder naam en faam.
Dewelke (gerechtelijk) zoo verklaaren (geciteerd zijnde) ter requisitie van den WelEdele Gestrengen Heer DANIEL CORNELIS WESSELMAN Drossaard deeser Stadt en Heerlijkheid voor de suivere en opregte waarheid hebben verklaard, waar en waarachtig te weesen.
En wel de twee eerste on ordine deponenten JOHANNES ROIJACKERS en JAN HENDRIK GIJSBERTS verklaaren, dat op Dingsdag den vier en twintigsten Junij 1700 agt en tagtig des namiddags circa ten zes uuren, op het BROUWHUIJS onder BAKEL bij off aan de Hoeve bij den eerste deponent bewoond wordende, te paard van BAKEL zijn koomen aanrijden FRANCIS BERKERS, MICHIEL CLAASZ BERKERS, ARNOLDUS DIRK van MIERLO, en den knegt van WILLEM van KEMENADE, alle woonagtig alhier, welke hunne paarden, die in den acker van den eersten deponent geschut, en te BAKEL waaren opgebragt hadden gelost; dat de voormelde persoonen aan en bij de voormelde des eersten deponents huisingen, aan des eerste deponents voorn. huisvrouwe hebben gevraagd, off haar man t'huis was, dat zij hem eens spreeken wilde, dat den eerste deponent van huis en in zijn acker weesende, door den tweeden in ordine deponent, is geroepen om eens te huis te koomen dat de voormelde persoonen daar waaren, en dat zij hem eerste deponent spreeken wilde, dat den eerste deponent met den tweeden deponent, daar op na huis gaande gekoomen weesende, op zijns eerste deponents eigen grond bij hem in huure, schuijns tegens over de schuur van ADRIAAN van TILBURG, bij hun deponenten zijn gekoomen, de voormelde vier persoonen, als wanneer FRANCIS BERKERS tegens den eersten deponent zeijde, dat hij eens met hun daar in de huisinge van ADRIAAN van TILBURG zoude koomen, dat zij daar een goede lekkere coffij klaar hadden, en dat zij het daar met hem eerste deponent wilde affmaaken, wegens de schaade welke de paarden, hem eerste deponent in zijn goed hadden toegebragt, want dat men te BAKEL voor de schaade, van ider paard wilde hebben twee schellingen ten behoeven van den Armen, en dat zulks te veel was en zij daar voor borge hadden moeten stellen, dat door den eerste deponent daar op is geantwoord, dat het geene er aff te maaken was dat zij zulks bij de Heeren van BAKEL, off bij den schutter sie daar last toe had, moeten affmaaken, dat hij eerste deponent niets met hun aff te maaken had, en als zij hem eerste deponent spreeken moesten, dat zij dan bij hem in huis zouden koomen dat hij aldaar te spreeken was als een ordentelijk man, dat FRANCIS BERKERS voormeld na eene meerdere woordenwisseling al verder tegens den eerste deponent heeft gesegt; dat zijn paard nooit in de graanen van den eerste deponent was geweest, waarop door den eersten deponent is geantwoord, dat de paarden van hem FRANCIS BERKERS, te meermaalen in zijne graanen waaren geweest en 't voorige jaar mogelijk wel vijf en twintig maalen, dat den voormelde FRANCIS BERKERS, daarop nader bij den eerste deponent koomende en tegens den eerste deponent zeggende, dat liegt gij als een schelm, den eersten deponent aan gezegde FRANCIS BERKERS heeft toegebragt een slag met de hand aan het hooft, waarop MICHIEL CLAASE BERKERS, en ARNOLDUS DIRK van MIERLO, den eersten deponent op het lijff zijn gevallen, en den zelven agterover op de grond hebben gesmeeten en op den grond liggende hebben toegebragt verscheidene zwaare slaagen en stooten, dat den eersten deponent alsoo op de grond liggende en op een wreede en geweldaadige wijze geslaan en mishandeld wordende luijdkeels hulp heeft geroepen, dat daar op de vrouw van den eerste deponent met haar klijn kind op den arm zijnde toe koomen loopen, den eerste deponent door bijde voormelde persoonen is los gelaaten geworden dat den eersten deponent losch zijnde en zijn mes op den grond liggende het welk onder de voorschr. mishandeling uijt den zak en scheede van den eersten deponent was gevallen door den eersten deponent is opgeraapt geworden zoodanig dat den eersten deponent het mes met de lemmet off scharp in de regter hand hadde, dat als toen de bovengemelde MICHIEL CLAASZ BERKERS het zelve mes bij het heft aangrijpende op eene verwoede en zeer kwaadaartige wijse uit de hand van den eersten deponent heeft getrokken, zoo, dat den eersten deponent daar door is toegebragt een vrij zwaare wonde door de drie voorste vingers van de regter hand, waar aan zelfs tot heede de voorste vinger van gemelde hand is stijff gebleeven, dat gezegde MICHIEL CLAASZ BERKERS als toen met het mes in de hand staande te flanqueeren en dreijgen, en den eersten deponent toeroepende Kom maar hier, den derde in ordine deponente tegens denselve heeft gezegd; Wat doed gij met mijn mans mes, geeft het mes hier, waarop gemelden MICHIEL CLAASZ BERKERS het zelve mes heeft weggeworpen, en de voornoemde vier persoonen sijn heengegaan na en ten huise van ADRIAAN van TILBURG. De derde in ordine deponente MARIANNA van de VORST huisvrouw van JOHANNES ROIJACKERS verklaard, dat op tijde, plaatse uuren en volge hier voor bij de twee eerste in ordine deponenten verklaard te paard zijn koomen aanrijden, FRANCIS BERKERS, MICHIEL CLAASZ BERKERS, ARNOLDUS DIRK van MIERLO en de knegt van WILLEM van KEMENADE woonagtig alhier, vraagende aan haar deponente off haar man den eerste in ordine deponent thuis was, dat zij hem eens spreeken wilden, waar op haar voorn. man in den acker weesende door den tweeden in ordine deponent is geroepen dat zij deponente ter verrigting haarer besigheeden, in huis blijvende eenige tijd daarna luidkeels op een deeselijke wijse hoorende hulp roepen, met haar klijn kind op den arm na buiten is geloopen en gekoomen weesende agter haarer huisinge schuijns tegens over den schuur van ADRIAAN van TILBURG, aldaar heeft gesien, dat MICHIEL CLAASZ BERKERS boven op haar man lag, zijnde haar man op de aan en bij komst van haar deponente losch gelaaten, dat de deponente alstoen meede heeft gesien dat MICHIEL CLAASZ BERKERS het bloote mes van haar deponentes man in handen hadde, flankeerende en dreijgende daar meede, en zeggende tegens haar man komt maar hier, dat zij deponente daarop tegens denzelven MICHIEL CLAASZ BERKERS heeft gezegd; wat doed gij met mijn mans mes, geeft het mes hier; en dat daarop MICHIEL CLAASZ BERKERS het mes weg werpende, met de voornoemde FRANCIS BERKERS, ARNOLDUS DIRK van MIERLO, en de knegt van WILLEM van KEMENADE, is heen en na de huysinge van ADRIAAN van TILBURG gegaan hebbende zij deponente als toen gezien, dat haar man zeer deerlijk en geweldadig geslaan, en mishandeld was, en een vrij zwaare sneede door de drie voorste vingers van de regter hand hadde bekoomen, zoo dat zelfs de voorste vinger der gemelde hand tot heeden is stijff gebleven.
Eindelijk verklaaren de deponenten gezaamentlijk dat alle het geene voorschr. is voor gevallen op de grond door den eerste deponent in huure van den Heere PETRUS GULJÉ Medicine Doctor binnen deze Stadt.
Eijndigende de deponenten hier meeden deeze hunne opregte verklaaringe, hebbende na duidelijke prelecture daar bij gepersisteerd en voor redenen van welwetendheid geallegeerd, dat hun alle 't geene voorschr. zeer wel bewust en volkomen kennelijk is, en voorts als in den text, de waarheid van dien bekragtigd hebbende met de woorden: "Zoo waarlijk helpe ons God Almachtig" gedaan en affgelegd, aan handen van den Heere JOHANNES ANTHONIUS KUYPERS Stadhouder van den Heer Drossaard ten overstaan van PIETER OLIFIERS en GERARDUS NOOTEN Schepenen binnen HELMONT op heeden den twee en twintigsten Augustus 1700 agt en tagtigh.
Handmerk van JOHANNES ROIJACKERS; hij kan niet schrijven.
JAN H. GIJSBERS
Handmerk van MARIANNE van der VORST; zij kan niet schrijven.
PIETER OLIFIERS
Mij present H. TROMP, Secrts.
Oud Archief Schepenbank, Bakel en Milheeze, inv.nr. 28.Folio 36verso.
d.d. 18-11-1788.
Gezien Mijn Heeren President en Schepenen des Dorps en Dingbanke van BAKEL en MILHEESE de requeste aan Haar Eerw: gepresenteert door ofte van weegens JOACHIMUS van de WEIJER woonende alhier, weduwnaar van wijlen JOHANNA CORST van den BOMEN, daarbij om gealegueerde reedenen versoekende dat dewijl hem Suppliant het ongeluk heeft getroffen nu onlangs voormelde zijne huysvrouw te verliesen met twee nog klijne kinderen zijnde blijven zitten op den 3e November jongstleeden in den nagt zijne huyzinge, schuur en stallinge beneevens al zijn vee, graenen, hooij en meubile goederen zijn verbrant gewerden, zodanig dat hij Suppliant niets daar van heeft kunnen redden maar met zijne twee kinderen genoegzaam naakt en blood zijne woning heeft moeten verlaten tot restauratie van voormelde zijne affgebrande huyzinge en schuure, eenige penningen op de tans bij hem in togt bezeeten werdende goederen te negotieeren en dezelve daarvoor specialijk te veronderpanden. Daartoe mede gezien het schriftelijk berigt en belang van de naaste vrienden van des Suppliants voormelde kinderen voor het versoek van hem Suppliant adviseerende.
Mijn Heeren Scheepenen voorsz. accordeeren het versoek door den Suppliant bij voorsz. zijn requeste gedaan om drie a vierhondert guldens te negotieeren tot restauratie van zijne affgebrande huysinge en schuure en daartoe des selffe in togt bezeeten werdende goederen te veronderpanden off wel zo veel mindere somme van penningen op dezelve zijne goederen op te neemen als bij publyeque aanbesteeding off wel bij behoorlijke begrooting blijke zal hoeveel penningen er tot de herstelling van des Suppliants huyzinge en schuure benoodigt is geweest en eindelijk dat na dat het werk voltooijt zal weezen binnen de tijd van ses weeken met quitantien aengetoent werde dat de betalingen effective daartoe gedaan zijn.
Actum den agtienden November 1700 agt en tagtentig.
P. van de KERKHOF
W. van OMMEREN
P. NOOIJEN
J. KLUIJTMANS
Ter ondonnantie van dezelve A.A. van NOORT, Secrtrs.
Bakel 1789.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 21. Folio 20verso.
d.d. 27-01-1789.
Momboirs.
Op heeden den seven en twintigsten Januri seeventien hondert neegen en tagtentig, zo hebben GIJSBERT van de WEIJER en JAN CORST van den BOMEN beide inwoonderen alhier als door Heeren Officier en Scheepenen dezes Dorps gekooren momboiren en voogden over de persoonen en goederen van de twee nog minderjarige kinderen van wijlen JOACHIMUS van de WEIJERE en zijne bevorens overleedene huysvrouw JENNEKE CORSTIAAN van den BOMEN met namen GORDIEN en JENNE MARIA; den behoorlijken Eed staande en affgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van PEETER van de POEL, Scheepen Officier met de Eedswoorden: Zoo waarlijk helpe mij God Almagtig. Coran de ondergetekende Schepenen.
GIJSBERT van de WEIJER
IJAN KORSTEN van den BOOMEN
P. NOOIJEN
J.J. CLUYTMANS
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Regentenlijst no. 626.
Memorie in tweevoud over pachthoeven, andere onroerende goederen en tienden van de Kommanderij GEMERT, (tweede helft 18e eeuw): met bijlagen.
Regentenlijst no. 627.
Kaarten van de Kommanderij GEMERT en landerijen en Hoeven te ERP, BAKEL en GEMERT met verklaring van de daarop aangegeven nummers, (tweede helft 18e eeuw).
1 omslag.
N.B.
De kaarten zijn voor 1789 vervaardigd. Er bevindt zich ook een kaart van de Hoeve GROTEL te BAKEL in deze omslag.
Hieruit blijkt dat op het moment van het vervaardigen van deze kaarten de Hoeve GROTEL nog niet was verkocht.
Deze verkoop vond plaats in 1789.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1772 A, folio 11 t/m 12.
d.d. 20-03-1789.
De Heer ELARDUS ALBERTUS ROVERS, Secretaris van BEEK LIESHOUT en NEERWETTEN en procureur woonende te AARLE als last en procuratie hebbende van den Heer FRANCISCUS AUGUSTINUS MOERS Hooftschout der Stad ST.TRRUYDEN als in huwelijk hebbende MARIA GEERTRUDIS KANNEMAN volgends acte den vijfden January deeses voor den Notaris C. RUBENS en getuigen gepasseerd te ST.TRUYDEN, en bij Buremeesteren en Raad dier Stad den twintigsten January daar aan volgende gelegaliseerd, ter Secretary alhier geregistreerd, en alzo uit krachte der machte hem daar bij, zo blijkende was, gegeeven en verleend, Een obligatie groot in capitaal zestien honderd gulden, geloofd door den Heer JOHAN van NIEL Medicina Doctor en Heer der Heerlijkheid MILHEEZE aan den Heere Constituant ten erfrechte nomine uxors en den Heere JAN WILLEM KANNEMAN Schepen van AARLE RIXTEL ter tochte voor Schepenen der Stad EINDHOVEN den zeventienden Juny 1700 vijfentagtig en uit krachte der clausule daar in vervat den elfden July daar aan volgende voor Heeren Schepenen en ter Secretary alhier gerealiseerd, welke obligatie als nu den Heere constituant in vollen eigendom was competeerende uit krachte van zeekere acte van renunciatie en afstand van voorz. tocht door den Heer JOHANNES WILLEM KANNEMAN voornoemd gepasseerd voor den Notaris C.RUBENS en getuigen te ST.TRUYDEN den zes en twintigsten July 1700 agt en tagtig en tenzelven dag bij Burgemeesters en Raad dier Stad gelegaliseerd ter Secretary alhier mede geregistreerd, en waar door mits dien was koomen te vervallen de clausule, ten opzichte van het repeteeren of restitueeren van het zelve capitaal in het leven van voorz. JAN WILLEM KANNEMAN in die obligatie vervat, transp. Juffrouw JACOBA van LIEMPT woonende te HELMONT . Datum den twintigsten Maart 1700 megen en tagtig.
De quitantie van de 40e penning geb. en get. uts.
E.A.ROVERS
WERSTER
W.M.ALDHUYSEN
Mij present W.C.ACKERDIJCK.
Folio 21recto.
d.d. 24-04-1789.
Armmeesteren.
Op huyden den vier en twintigsten April seeventien hondet negen en tagtentig zo hebben FRANCIS MERTENS en GOERT HENDRIKS beide wonende alhier als bij Heeren Officier en Scheepenen aangestelde Armeesteren deses Dorps van BAKEL en MILHEESE den behoorlijken Eed staende hier voren Folio 3recto gedaan en afgelegt met de Eedswoorden; Zo helpe mij God Almagtig bij hen uytgeswooren aan handen van WILLEM van OMMEREN Scheepen Loco Officier. Coram de ondergetekende Schepenen,
FRANCIS MARTENS
GOORT HENDRIKS
P. NOOIJEN
J. KLUYTMANS
P. van de KERKHOF
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Notaris H. TROMP te Helmond, inv.nr 39. akte nr. 25.
d.d. 18-6-1789.
Mevrouwe Weduwe BROSET Rentmeesteresse van de Commanderije der vrije Rijks Neutrale Grond Heerlijkheid GEMERT namens van Zijne Excellentie den Hoog Waardigen Heer BARON BALYO ALDENBIEZEN des Hoogh Duitsch Ordens Souvereine Heere van GEMERT, verkoopt aan WILLEM van BAKEL woonende te BEEK EN DONK, Een Hoeve genaamd de GROTELSCHE HOEVE, gelegen onder de Jurisdictie van BAKEL en AARLE.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 4021, folio 57verso.
d.d. 18-06-1789.
Compareerde voor Schepenen der Stadt en Heerlijkheid HELMONT ondergenoemd Mevrouwe de Wed. BORRET Rentmeesteresse van de Commanderije der Vrije Rijks Neutrale Grondheerlijkheid GEMERT, en aldaar woonachtich, dewelke ingevolge de Contracte des koops op heeden gepasseerd voor den Notaris HENDRIK TROMP en getuigen binnen deese Stadt, en uijt kragte daar bij vermeld, en vermogens opgevolgde Authorisatie van Zijne Excellentie den Hoogwaardigen Heere Baron de REISCHACH des Hoogh Duits Ordens Ridder, Land Commandeur der Balije ALDEN BIESEN en Souveraine Heere van GEMERT etc. etc. etc. gegeeven, bezegeld en onderteekend, op de Land Commanderije ALDENBIESEN den 29e Meij 1789 alhier met behoorlijk Generaliteits zegel omslagen in orginali vertoond en gebleeken, en hier na geregistreert, alsoo verklaarde te cedeeren, transporteeren en in vollen en vrijen eigendom op te dragen en over te geeven, aan ende ten behoeve van WILLEN van BAKEL inwoonder der Heerlijkheid BEEK.
Een Hoeve genaamd DE GROTELSE HOEVE met alle derselver aan en bij gehoorende bouw, weij en teullanden, op den dependentien van dien, zoo als deselve thans in gebruik zijn bij ..... van den ENDEN en in zoo verre alle deselve onder de Jurisdictie van BAKEL en AARLE in haar respective ringenooten en belendigen geleegen, en aldaar ten Quohiere der verpondingen bekent zijn.
Zijnde de voorz. goederen allodiaal, losch ende vrij, zoo verklaard werd, uitgenoomen s'Lands en Gemeentens Lasten, nabuurlijke regten en servituten daar uit te blijven vergelden, een jaarlijkse rhente van een vat koorn, aan 't Comptoir des Geestelijke Goederen, des Quartiere van PEELLAND te S'BOSCH, mitsgaders een jaarlijkse rhente van een vat koorn aan den Armen van BAKEL, en wijders den Chijns van den gronden in dien met regt bevonden mogte worden eenige daar uit te gaan.
Aan te vaarden 't teulland t'oogst blood aan de stoppelen in deeze jaare 1789, de huisinge te Pinxteren, en de groese off weide te half Maart beiden in den aanstaande jaare 1790, met de s'Lands, Gemeentens lasten, rhenten en Chijnsen ingaande Pinxteren 1789.
Beloovende de Mevrouwe transportante kragtens en vermogens haare in 't hoofd deeses gemelde qualiteit, dit cedeeren, transporteeren in voegen en ten behoeven als voor, altijd te zullen houden en doen houden, voor goed vast stedig en van waarden, mitsgaders voorzt., getransporteerde te zullen vrijen waar en guarandeeren van alle commer, actie en naataal die meer dan voormeld daar inne mogte weezen off bevonden worden. Onder verband de persoon en goederen van Zijne Excellentie present en toekoomende.
En compareerde meede voorn. WILLEM van BAKEL, beloovende de voormelde begroote rhenten en chijnsen van den gronden, uit voorz. getransporteerde Hoeve en goederen gaande, te zullen blijven vergelden en betaalen, en de Mevrouwe transportante q.q. deswegens ten allen tijden te zullen indemneeren vrij kost en schadeloos houden onder verband van zijn persoon en goederen hebbende ende verkrijgende.
Aldus gedaan en gepasseert ten overstaan van NICOLAAS WALKART en FREDERIK BARTELS Schepenen binnen HELMONT op heeden den agtiende Junij 1700 negen en tagtich.
M.P. de Wed. BORRET
WILLEM van BAKEL
F. BARTELS
N. WALKART
Mij present H. TROMP, Secrts.
! In de marge !
Kooppenningen f. 2500.--.--
Lasten in captl. f. 37.10.--
Saamen f. 2527.10.--
40e penning f. 63. 8.12
f. 4. 5.--
-.18. 8
Bossche Protocollen, i
nv.nr. 1777 A, folio 101 verso.
d.d. 10-08-1789.
JACOBUS van GROTEL wonagtig te BAKEL met en benevens JOSEPHUS KIVIETS wonende tot GEMERT, te zamen Executeurs Testamentair van den boedel en nagelaten Effecten van wijlen JOHANNES WILBERT SWINKELS overleden te GEMERT volgens ...... testamente .......... op den negende January 1700 negen en tagtig voor tengenoten van GEMERT gepayeert. Denselven nog in qualitato last en procuratie hebbende van sijne voorn. mede executeur JOSEPHUS KIEVIDS volgens acte daar van op den elfden February 1700 negen en tagtig mede voor den Geregte van GEMERT gepayeert ter secretarye alhier gemagtigd en also uyt kragte der magte aan hem daar bij zo blijckende was gegeven en verleend.
Een erffelijke rente van neegen goude Peeters jaarlyx betaald wordende met agt guldens en elf stuyvers gaande en vergolden wordende uyt een der Hoeven genaamd SCHIPSTAL geleegen te BAKEL wijlen voorn. JOHANNIS SWINKELS aangekomen bij versterf van sijnen vader ut diceb. leenroerig aan de Abdije van ECHTERNAG binnen de Heerlijkheid DEURNE en laaste op voorn. vader van JOHANNIS SWINKELS verheven den vierden October 1700 vijff en tagtig.
Transp. ADRIAAN van de MORTEL wonagtig in BAKEL, . Datum den tienden Augustus seventien hondert negen en tagtig.
De quitantie van 40e penning ......
JACOBUS van GROOTEL
N.WALRAVEN
JOH. P.HOOMAN
Mij Present C.van BREUGEL.
Folio 21verso.
d.d. 20-10-1789.
Momboirs.
Op huyden den twintigsten October seeventien hondert neegen en tagtentig zo hebben JOHANNIS DIRK CUYPERS en PETER HENDRIK van de VEN beide wonende alhier als door Heeren Officier en Schepenen alhier gekooren momboiren en voogden over de het nog minderjartig kind van wijlen HENDRIK van de VEN en zijne bevorens overleeden huysvrouw JOHANNA GOERT JOORDENS met naeme JENNEMARIA den behoorlijken Eed staande hier voren Folio 6recto gedaan en afgelegt en bij hen uytgeswooren aan handen van PEETER van de POEL President Scheepen Loco Officier met de Eeds woorden: Zo helpe mij God Almagtig. Coram de ondergetekende Schepenen.
JOHANNES KUIJPERS
PETER HENDRIK van de VEN
W. van OMMEREN
P. van de KERKHOF
Mij present A.A. van NOORT, Secrts.
Schepenbank Oud Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 28.Folio 40recto.
d.d. 08-12-1789.
Registratie van de Procuratie in vorenstaande transporte vermeld.
Alsoo uit kragte van onse autorisatie dato 6 Februarii 1789 de Hoeve GROOTEL aan de Commanderie GEMERT gehoorende, met reservatie van onze Ratificatie van de Weduwe BORRET in de qualiteit als Rentmeesteresse van de voornoemde Commanderie verkogt is aan WILLEM van BAKEL voor eene somme van 2500 gulden Holl.
Soo is't dat wij FRANCISCUS JOANNIS NEPOMUCENUS FIDELIS des Hoogh Duitsche Ordens Ridder en Land Commandeur der BALLIJE ALDENBIESEN en Nederlandsch Commandeur tot MAASTRICHT, Souverainen Heer van GEMERT, ende St. PETERSVOEREN, Vrijheit van GRUIJTRODE, Vrijbander Heer van DIEPENBEEK, Heere tot ORDINGE, BEVERT en DAMEREIJS, van Haare Roomsch Keijserlijke Koninglijke Majestijd Kamer Heer, Lieutenant General Feld Mareschall, etc. etc. etc. bij desen gelasten en magtigen de bovengenoemde Weduwe BORRET, gemelde Hoeve GROOTEL, met aangehoorende gronden, zoo groot en klein, als deselve zijn mogte, ende gelijk bij den tegenswoordigen Hoevenaar in gebruik zijn. Except alleen 't geen onder GEMERT gelegen is, en alle ap- en dependentie van dien te transporteeren, cedeeren en op te dragen aan WILLEM van BAKEL voorss. inwoonder te BEEK, en voorts met soodanige voor en nadeelige Regten en Servituiten, daar aan en bij gehoorende, onder belastinge van daar uit jaarlijks te vergelden en te betaalen een vat kooren aan het Geestelijke Comptoir van PEELLAND te S'BOSCH, en een vat kooren aan de Armen van BAKEL, en verders onder belastinge van soodanige s'Lands en Dorps Lasten en Regten, als daar van verschulde en in 't toekoomende verschulde mogten en om den Eigendom bij 't doen van transport te hebben, en voorts het gebruijk en aanverdinge der Huijsinge te Pinxteren in den jaare 1790 van het Teulland te Oogst dezes jaars 1789 aan de stoppelen, ende de Groese off Wijde half Meert aanstaande.
Voorts gelastende gemelde Rentmeesterinne 't voorschr. te guarandeeren namens ons en voorts alle 't geene ter zaake voors, verder verrigt soude behooren of dienen te worden, namens en van wegens Ons te doen.
Ondertekent op onze Land-Commanderije OUDENBIESEN den 29e Mai 1700 negen en tagentig / Was geteekend / REISCHACH.
Zijnde op 't spatium gedrukt, 't Cachet van Hooggemelde Zijn Excellentie in Rood auwel overdekt met wit papier.
En was 't zelve met behoorlijke Generaliteits Klein Zegel van twaalff met de vereijscht wordende de Superscriptie daarop gesteld, omslagen.
Aldus geregistreerd en met zijn Orgineel bevonden te accordeeren bij mij.
Ondergeschreve Secretaris der Stadt HELMONT op heeden den Agtiende Junij 1700 negen en tagtich.
H. TROMP, Secretaris.
Schepenbank Oud Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 28. Folio 40recto.
d.d. 08-12-1789.
Gezien bij Mijn Heeren President en Scheepenen van BAKEL en MILHEESE de requeste aan hun Eerw. gepresenteert door ofte van weegens ANTONY JANS ACKERS inwoender tot BEEK in qualiteit als vader en voogd over zijne tans nog minderjarige zoon LOURENS in huwelijk verwekt aan wijlen LUCIA ADRIAAN PETER NELIS.
Daerbij om gealegueerde reedenen verzoekende dat met doode en overlijden van voorzeide zijne huysvrouw en daerna en wel onlangs van haar moeder CATHARINA VERBAKEL, weduwe ADRIAAN PETER NEELIS te BEEK, op des Suppliants voorn. minderjarigen zoon, is gesubdevolveert een vierde part in een zeevende part, in een huys, hoff en aangelag en aangehoorende teull en weylanden groot omtrent in't geheel twaalff Lopense, veertig roeden en in eenige haeffelijke en meubile goederen.
Dat hij Suppliant met de verdere erffgenamen van voornt. Weduwe ADRIAAN PETER NEELIS, den staat des boedels hadde overwogen, en in aanmerking genomen het geringe aandeel van eenieder der erffgenamen in de voorseide nalatenshap en ten anderen dat er verscheide schulden des voorsz. boedels te betaalen staat waar toe egeene penningen voor voorhanden waaren, en het tans een tijd is dat de goederen hoog in prijs zijn en daar verkogt werden en dus met de gezamentlijke erff-genamen geresolveert was aan de voorn. goederen te BEEK en DONK publycq en voor alle man te verkoopen, en van de te provenieeren penningen de schulden des voorn. boedels te betaalen en het resteerende aandeel van des Suppliants minderjarigen zoon in de overschietende penningen ten meesten nutte en profijte van den voors. minderjarigen te employeren.
Den vermits den Suppliant tot het een en ander zo veel zijner minderjarigen zoon betreft onse permissie en authorisatie benodigt hadde.
Zo was hij Suppliant zig in qualiteit voorsz. zig tot ons wendende met versoek om ter het gunt voorsz. onse authorisatie in forme .
Mede gezien het voorloopig berigt en consent zo van vaders als moeders zijde van voormelden minderjarige, als oomens en naast bestaande van den zelven zig confermeerende aan de positives in dese gemeld als bevindende het versoek daarbij gedaan voordelig en noodzakelijk te weezen, dermate dat zij voor het versoek hierboven gedaan volkomen waeren adviserende.
Mijn Heeren President en Scheepenen voorsz. authoriseeren den Suppliant tot het doen der publyeque verkoopinge van de goederen in deze gemelt voor zo verre het aandeel van den minderjarigen betreft, den kooper oft koopers der vaste goederen daar inne met de mede erffgenamen naar costume locaal te vesten en erven, en het applacaat der penningen naer afbetaalinge der schulden voor zo verre des minderjarigen aandeel betreft ten meesten nutte en voordeele van den zelven aan te leggen.
Actum den agtsten December seeventien hondert neegen en tagtig presente pleno cudicilo tot en met MATTIJS JAN TIJSSEN en ARNOLDUS van GRIENSVEN Scheepenen.
P. v.d. POEL
W. van OMMEREN
J. KLUIJTMANS
P. NOOIJEN
P. van de KERKHOF
Ter ordonnantie van dezelve
A.A. van NOORT, Secrtrs.
Rijksarchief Den Bosch, Kommanderij Gemert, inv.nr. 626.
Jaar 1789.
Ampele Memorie over de Pagthoven & andere objecten tot de Commanderie GEMERT.
Specterende met de verbeeteringen die daar omtrent kunnen gedaan en ter Executie gesteld worden, en wel voornamentlijk omtrent gemelde Pagthoven ten getalle van Elf.
Eerstens staat te reflecteeren over de Landmaat.
Dat tot GEMERT een Boender uitmaakt drie Loopens; ende 1 Loopens 50 Roeden.
Dat men op een Loopens zaaijt twee vaten rogge.
Dat men op een Loopens deurgaans trekt 16 tot 20 vat.
Dat tot GEMERT alle jaaren meer als 2/3 van allw velden bezaaijt worden met rogge.
Het ander 1/3 met boekweid, claver, vlas & aardappels.
De zelve landen worden somtijds tien jaaren consecutif bezaaijt met rogge, mits de zelve mestende.
Den Waas word ook deurgaans alle jaaren gemest.
Men geeft geen thienden van hooi, nog van zaad, nog van aardappels. -
Pagthof No. 9.
De Hoeve GROTEL onder BAKEL.
In de MEIJERIJE van DEN BOSCH gelegen, is van kleine waarde.
JACOB van den EIJNDEN Pagter betaald jaarlijks
42 vaten rogge á 20 stuyvers f. 42.--.--
18 vaten boekweid f. 12.12.--
In gelde f. 30.--.--
Samen f. 84.12.--
Bestaat in 38 Loopens 4 Roeden slegt heijdeland.
55 Loopens 41 Roeden Waas.
Waar af de verpondingen en Hollandsche Lasten moeten betaald worden. En twee vaten rogge erfpagt, dus niet veel over is, en is om zo te zeggen aan geene of weinige augmentatie <= vermeerdering; vergroting> subject.
Buiten dien is gemelte Hoeve heel en al bouwvallig en zoude moeten van gronds op herbouwt worden, het welk niet onder 1600 guldens zoude kunnen geschieden; zoo als ten overvloed blijkt uit zeekere remonstrantie bij de afgeleefde Rentmeester BORRET al Anno 1784 den 22 Xbris aan Haar Hoogwaarde Excellentie overgegeeven.
Men heeft wel over 10 á 15 jaaren ocasie gezogt om gemelde bouwvallige en slegte geleegene Hoeve te kunnen verkopen, dog zonder effecte.
Nu Anno 1788 presenteert zig een man die daar omtrent woont, en die Hoeve wilt trekken bij de zijnige, en heeft daar voor geboden 1600 Hollandsche guldens, en worde hoogst toegeraden deese Hoeve als terrula minimi valoris terrula minima valoris te verkopen, en het geld met meer nut aan goeden grond onder GEMERT te reappliceeren.
Anno 1789 is dese Hoeve om redenen als boven verkogt voor de somme van 1500 guldens.
Pagthof No. 11.
De Hoeve ESP onder BAKEL.
Pagterse de Wed. HENDRIK JANSSE RIJNDERS.
Betaald 7 mudden rogge á 20 stuyvers f. 84.--.--
5 mudden boekweid f. 42.--.--
3 mudden haver f. 18.--.--
in gelde f. 15.--.--
Samen f. 159.--.--
Deese Hoeve bestaat in
67 Loopens 2 Roeden land
38 Loopens 4 Roeden waas
Samen 105 Loopens 6 Roeden.
Waardig ider Loopens, terwijl meest thiende vrij is,
bijzonder den grooten akker gelegen voor 't huis,
4 guldens f. 420.--.-
Dus augmentatie f. 261.--.-
Anno 1789 is dese Hoeve verpagt voor 6 jaaren,waar af 1789 premus f. 260.--.-
Regentenlijst no.. 626.
Memorie in tweevoud over pachthoeven, andere onroerende goederen en tienden van de kommanderij GEMERT, (tweede helft 18e eeuw): met bijlagen.
1 omslag.
Regentenlijst no. 627.
Kaarten van de kommanderij te GEMERT en landerrijen en hoeven te ERP, BAKEL en GEMERT met verklaring van de daarop aangegeven nummers, (tweede helft 18e eeuw).
1 omslag.
N.B. De kaarten zijn voor 1789 vervaardigd. Er bevindt zich ook een kaart van de hoeve GROTEL te BAKEL in deze omslag.
Hieruit blijkt dat op het moment van het vervaardigen van deze kaarten de hoeve GROTEL nog niet was verkocht.
Deze verkoop vond plaats in 1789.
← Terug naar: Bakel 1770 -1779Verder naar: Bakel 1790 1799 →