1600 - 1699
“De Kroniek van Driek”.
Bakel en Milheeze c.a. 17de eeuw
Bakel 1608
Regentenlijst no. 824. Algemeen.
Akten waarin de inwoners van BAKEL verklaren dat zekere goederen te BAKEL, met name op GROTEL, op ESP en de zogenaamde VLASCLOTEN, sedert aankoop of sedert mensenheugenis zijn gebruikt door de kommandeur van GEMERT en dat de genoemde kommandeur ook mede de gemeente van BAKEL heeft gebruikt, 1608; eenvoudige afschriften, ca. 1608.
1 katern.
Voor meer onderzoek moet men zich wenden bij de KOMMISIE VAN BREDA.
Overdrachten van bezittingen van de KOMMANDERIJ aan de NEDERLANDSE STAAT (Staten Generaal).
Bakel 1609.
Rijksarchief Den Bosch, Kommanderij Gemert, inv.nr. 057.01, nr. 809.
d.d. 18-01-1609.
Wij Borgemeesteren, Schepenen ende Dekens der Stadt HELMONT, representerende het geheel corpus der voorschr. Stadt, ende met consente van de Schout deser Stadt, inden naeme van Mevrouwe van HELMONT ende Pastoor van HELMONT hebben gekent ende belijdt, kennen ende lijden mits desen, dat Jonckheer HENRICK van HOLTROP, Duyts Ordens Commandeur tot GEMERT, den HeyligenGeest van HELMONT erffelijck affgelost ende gequeten heeft alle alsulcke jaerlijcke ende erffelijcke pacht van ses vaten rogge, als zijn Edelheyt schuldich was te gelden ende alle jaere op Lichtmisdach te betalen den voorgenoemde HeyligenGeest van HELMONT van ende vuyt zekere Hoeve gelegen inde prochie van BAECKEL, genaampt DEN ERTBORNE ter plaetse op GROOTEL Nae vuytwijsen des HeyligenGeest van HELMONT registrerende. Ende dat die HeyligenGeestmeesteren ofte Provisoiren der voorschr. Stadt voorde voorschreven afflossinge ofte affquytingen des voorschr. pachts van ses vaten roggen jaerlijcx, bekennen de voorschr. HeylighGeestmeesteren oft Provisoiren ontfangen te hebben vanden voorschr. Heere Commandeur in een geheele ende volle somma van hondert guldens eens, den gulden tot twintich stuyvers gerekent. Ende drie mauwer roggen in specie, vanden verschenen drie jaeren pachten, met noch twee eijcken boomen, dienende tot wormen, om daer mede die Hoeve op GROOTEL op te timmeren, scheldende die voorschr. Borgemeesteren, Schepenen ende Dekens der voorschr. Stadt HELMONT den voornoemde Heere Commandeur van GEMERT daeraff quyt van de voorschr. afflossinge. Ende alleen anderen die dese tegenwoordige quitantie mochten dienen oft behoeffuelijck zijn. Geloevende dat hennen lijden ende quytschelden eewelijck vast, stedich ende van weerden te houden sonder wederseggen. Toirconden van 't sgeens voorschr. staet, soo hebben wij Borgemeesteren, Schepenen ende Dekens bovengenoempt den zegel der Stadt HELMONT hier onder aen doen hangen. Ende bij de handt van den Secretaris doen bevestigen.
Gegeven den achtiensten Januarij Anno Sestienhondert ende negen.
JASPAR GELLIUS HELMONDS Parichus.
JOSSEFO van GEFFEN
J. BEEX 1609.
Bakel 1610.
Algemene Schepenprotocollen Helmond, deel XIX. No. R 248 (1610-1611). Akte 42, folio 31.
d.d. 29-04-1610.
JAN GERARDTS, wonende te BAKEL, heeft overgegeven aan Heer HENDRICK van HOLTROP, Commandeur van het Huis van GEMERT, een rente van 6 vaten/3 coppen rogge, uit een huis te BAKEL neven erf. GOER die SNYDER en erf. der erfgen. GEERLINCK THUENIS (?) en van erf. WILLEM die WIT tot aan de gemeijnstraat. Nog een akker ontrent de NEERSTRAET (twee lopense minus een copse) neven erf. GEERLINCK THOENIS en erf. HENNEKEN LIJNEN en van erf. der erfgen. ARIEN GIJBEN tot op erf. WILLEM ARIENS.
29 April 1610.
Get: WOLFF FRANCK en
LENART WILLEMS (van HOUT).
N.B. Dit is een transcriptie van Dhr. SIMON van WETTEN.
Bron als boven. Akte 51, folio 40.
d.d. 19-05-1610.
Jonkheer WALRAEVEN van WITTENHORST heeft bekent van de 'ernsten' capitam JOHAN BAPTISTEN DANIELS, 66 Rosenoebels -zwaar genoeg van gewicht- (een rosenoebel is een gouden munt) over een jaar weerom te geven. Onderpand: een hoeve genaamd HOERENVOERT te BAKEL, die JAN LENARTS in gebruik heeft. Bij wanbetaling mag de capitam de hoeve verkopen, maar het 'superplus' moet dan aan de jonkheer worden teruggegeven.
19 Mei 1610.
Get: WOLFF FRANCK en JAN MARTENS.
N.B. Dit is een transcriptie van Dhr. SIMON van WETTEN.
Bron als boven. Akte 52, folio 41.
d.d. 19-05-1610.
Jonkheer WALRAEVEN u.s. heeft vercocht aan jonkheer WOLFART EVERT van WITTENHORST, heer tot DOERNEN (DEURNE) een beemd tot BAKEL genoemd DIERDONCK, liggende achter den CRUYSSCHOT (8 dachmaten groot) neven de gemeyn AA, het CRUYSSCHOT, de beemden aldaar en de gemeynt van BAKEL.
19 Mei 1610.
Get: WOLFF FRANCK en JAN MARTENS.
N.B.
Dit is een transcriptie van Dhr. SIMON van WETTEN.
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 336.
d.d. 08-06-1610.
HENRICK MAES van DUYNHOEVEN cum suis, stellen te buerde om te verpachten voor een jaer gedurende, terstont aen te verden alsulcken erffenisse geheyten DEN HOF gelegen inde Prochie van BAECKEL ter stede geheyten MILHESSE, met allen anderen parceelen gelijck als Scepenen letteren van HELMONT van dato XXIXen dage Decembris Anno 1511 breder inhoudende ende vermellende zij. Als tegenwordich int gebruick is hebbende HEYLKEN PETERS van GROETEL ende CORSTIAEN JACOPS, welcke voors. erffenisse met allen anderen parceelen die voorschreven HENRICK MAES van DUYNHOEVEN cum suis gerustelijck met allen termijnen van recht nyet vuytgescheyden, nae allen costuymen deser bancke van HELMONT hebben geemuceert. Ende dat voor een jaerlickse ende erffelicke pacht van drije mauwer rogge. Ende dat in vuege ende manieren als hier nae volcht.
Inden iersten zal die pechter die voorschr. erffenis met allen parceelen ter vuytgaende burender kersse moegen aen bieden ende gebruycken, mits latende die gebruycker die halleff schare nae haers recht..
Ende zal die pechter van de voors. erffenisse met allen voors. parceelen moeten slaen doende elck slacht eenen gulden hallef voor den verpachter ende hallef voor den pachtere.Ende zal dese verpachtinge terstont gerichtelick voor Schepenen van HELMONT vuytgaen met berendede karssen.
Item zal die pachter gehouden ende verbonden weessen allen gerichts costen die gedaen sijnde ter instantie van dese Evictie ende die huyden op dato van desen gedaen sullen worden terstont te betaelen nae vuytgaen der berendede kersse.
Item zal die pachter gehouden ende verbonden weesen den Secretaris te geven voor die gofectie van deser cedulle X stuyver.
Item zal de pachter gehouden sijn ten versuecke van de verpachteren te stellen goede sufficiente cautie <= voldoende borg.> ende borgen die metten pachter geloeven zal om voor al in soliden op zijnen persoon, die voorschr. pachtinge te voldoen sonder arglist.
Item zal die pachter gehouden en verbonden weesen sijnder pachtinge te betaelen van huyden dato van desen over een jaere. Ende die slaegen scrijffgelt en,,,,,, terstont nae vuytgaende berendende kersse.
HENRICK MAESSEN en JAN HENRICHS met henne mede erffgenaemen stellen in de erffenissen voorschr. voor die costen van rechten die gedaen sijn.
En huyden op dato van desen gedaen sullen worden, nae vuyt wijsen dese verpachtcedulle ende daerenboven noch bekent met eenen jaerlicxe pacht van drye mauwer rogge testes WOLFF FRANCK en PEETER van HEMSELROY Borger in HELMONT in bij weesen van JAN HENRICH Vorster tot HELMONT en daerop geslaegen eenen slach. Testes ut supra. ASTEN den VIIIe Juny 1610.
Op huyden datum voorschr. soo is het voorschr. erffenisse metten anderen genoemde perceelen gerichtelijck vuytgegaen met berendende kersse op HENRICK MAESSEN en JAN HENRICH met hennen mede erffgenaemen nae vuytwijsen der verpachtcedulle voorts ende hebben geloeft HENRICK MAESSEN, JAN HENRICH en CLAES HENRICH voor hen stellen en acte voor hennen mede erffgenaemen onder verbijntenisse van hennen personen en alle hennen goederen de verpachtcedulle in allen puncten te voldoen sonder arglist testis datum ut Supra.
FRANCK ...
PETER van HENSELROY
J. BECX 1610.
Op huyden dato voorschr. hebben die voorschr. verpachteren en pachteren wederom verhuert huys, schuur, en hoff metten lande daer bij behorende aen HEYLKEN PETERS voor een jaere te Pyncxte aencomende af te staen voor de somme van twelff gulden te betaelen nu te Lichtmisse toecomende daer voor verbijnt die voorschr. HEYLKEN met haere sone ART PETRUS hennen personen en allen henne goederen tegenwordich hebbende en vercrijgende die voorschr. somme van twelff gulden alse te betaelen en de halff schaere toest Anno 161 daer op te laeten.
Testes WOLFF FRANCK en PEETER van HENSELROY.
Acte et Supra.
FRANCK
PETER van HENSELROY
J.BECX 1610.
Algemene Schepenprothocollen Helmond, deel XIX.
No. R 248 (1610-1611)
Akte 72, folio 57.d.d. 18-06-1610.
AERT JOESTEN heeft vercocht aan jonkheer EVERT van DOEREN, heer tot LIESSEL, de helft van een hoeve geheten den CRUYSSCHOT te BAKEL, gepacht door HENRICK FRANSEN,
Last: 19 vaten rogge aan de Commandeur van GEMERT, de helft van een sester rogge aan het H. Grafaltaar in de St. Janskerk te 'S-HERTOGENBOSCH, en 7 gld. aan het St. Anthoenisaltaar in dezelfde kerk. Grondchijns aan de heren van EPTERNAKEN en HELMOND.
Vorige eigenaar was Jonker JOHAN van WITTENHORST, heer te HORST.
18 Juni 1610
Get: WOLFF FRANCK en PEETER van HEMSELROY.
N.B.
Dit is een transcriptie van Dhr. SIMON van WETTEN.
Bron als boven. Akte 73, folio 59.
d.d. 18-06-1610.
Jonker EVERT voors. heeft vercocht aan AERT u.s. een rente van 100 gld. met als onderpand de helft van de voors. hoeve te BAKEL, en uit een extra onderpand, n.l. een hoeve te DEURNE aan DE WATERMOELEN, door JAN van HAENDEL in gebruik met 30 lopense land. Met voorwaarden.
18 Juni 1610.
Get: WOLFF FRANCK en PEETER van HEMSELROY.
N.B.
Dit is een transcriptie van Dhr. SIMON van WETTEN.
Algem. Sch.prtcln. Helmond, deel XIX. No. R 248 (1610-1611). Akte 198, blz. 149.
d.d. 20-10-1610.
(Grote akte, kort samengevat betreffende Bakel).
De familie Van den BERGH, wonende te Helmond, deelt hun erfgoederen.
Aan JASPAR van den BERGH wordt o.a. toebedeeld:
De Hoeve "ESPE" te BAKEL waarvan WIJN SCHEPERS de pachter is, 2 zillen hooi te BAKEL in "de DUERDONCK", achter de beemden van de voorschreve hoeve. Dan een huis te BAKEL in "de NEERSTRAAT", in gebruik bij JAN EMONTS.
Aan WILLEM REYNDERS wordt toe bedeeld o.a.:
Het huis "den HILLACKER" onder BAKEL (de pachter is HENRICK GOOSSENS).
Verder wordt er verwezen naar de "gepasseerde troubelen" waarvan al de erfenis te BAKEL, waar JAN EMONTS op woont, te lijden heeft gehad, en afgesproken dat in zo'n geval een commissie van twee wijze, notable personen, een eerlijke verdeling der lasten zal moeten regelen.
Akte 20-10-1610.
Kerkmeesters van Deurne:
1527; PETER ROYMANS.
1559; WILLEM van OSS.
1618-1635; HENDRIK JAN JACOBS.
Uit: H.N.OUWERLING, pagina 161.
HENDRIK JAN JACOBS was gehuwd met JENNEKE AERT ROYMANS.
HENDRIK JAN JACOBS was de vader van de latere pastoor van DEURNE en BAKEL, Mr.GERARD JACOBS.
Was tevens de zwager van Pastoor ANTONIUS ROYMANS,
in 1616 pastoor van DEURNE en BAKEL.
Bakel 1611.
Schepenprotocollen. te Helmond, deel XIX, no R 248 (1610-1611).
Blz. 165, akte 205.
d.d. 14-01-1611.
FRANCK ARTS als m/m van CATALIJN JAN HANNEN heeft overgegeven aan de onm. kinderen van JAN van den BERGH en diens vrouw DINGEN, al zijn recht op een goed te BAKEL in "de NEERSTRAETE" welk JAN THIJS aan JAN van den BERCH heeft verkocht.
Bakel 1613.
d.d. 11-02-1613.
In nomine Dominie, Amen. Bijden inhouder van de tegenwoordige openbaar instrument vercondt eenyegelijck hoe dat inden jaer onzes Heere duysent ses hondert derthien opden XI dach February voor den middag omtrent thien uren voor mij notaris en naebestaen getuygen onder te noemen sijnde CORSTIAEN AERT WILLEMS van de WASBERCH ierste Schepen van BAKEL en CATHARINA AERTS sijne wettige huysvrouwe bijde gesont van lichaeme staende en de welvaerende hebben irtijts willen maecken
Notaris Brouwers te Helmond, inv.nr. 5, jaar 1613.
d.d. 12-02-1613.
(Samenvatting).
GERRIT WILLEMS van de WASBERCH, ierste Schepen van BAKEL en CATHARINA AARTS sijne wettige huysvrouwe maken testament.
Als getuygen treden op LODEWIJCK PETERS en PETER WILLEMS den BOER beyde ingesetenen van HELMOND.
Notaris Brouwers te Helmond, inv.nr 5, akte 19, jaar 1613.
d.d. 08-06-1613.
Op huyden den achtsten Juny Anno Sesthien hondert derthien Compareerde voor mij ADRIAAN BROUWERS Openbaer Notaris en getuygen naergenoempt, Den Eersamen GABRIEL van BERGEN Ierste Schepen in sijnen tijt van HELMONT, LAMBERT HENDRIX ende JAN DIERIX van BAKEL eertijts aldaer Borgemeesters ende tegenwoordig Kerckmeesters, hebben bij versuecke van de kerckmeesters van OS sonder eenige simulatie persuasie oft inductie van yemanderlijck maer in sau eno van instantie geattesteert op hennen mannen waerheyt in plaetse van Eeden met presentatie vanden selven Eedt tot allen tijde voor alle geene hoven en de gerechten in behoorlijcken sermen aff te leggen den voorschr. GABRIEL van BERCHEN dat waerachtich ende hen te goeder memorien noch wel kennelijck is, dat hij met wijlen Heere JANNEN van REY priester ende pastoor van STIPHOUT ten anderen tijden ten versuecke van Heer PHILIPS BOCHOVEN Raet van hennen Hoecheden in BRABANT als dadministratie hebbende van de thienden en goederen van OSCH is geweest tot binnen den dorpe van BAKEL en aldaer den Schepenen, kerkmeesteren en den gemeynen naegebueren aengegeven en verpacht hebbende dat de voorschreven Heer BOCXHOVEN ende de thiende tot BAKEL en der reparatie der kerk aldaer in egeen processe en behoeven te binden, dan waer welcke meden metten voorschr. Schepenen en Kerckmeesters inder billicheyt te transfigeren pro Patria en, etc. etc.
Niet afgemaakt van wegen moeilijk schrift.
Bakel 1614.
Notaris Brouwers te Helmond, inv.nr. 5, jaar 1613.
Rechtelijk archief Helmond, 1396 - 1810, inv.nr. 336.
d.d. ± 1614.
HENRICK JANSoen van VUCHT stelt te buerde om te verpachten voor een jaere geduerende en terstont aen te verden alsulcke groesvelts houdende in groote stijff twee mutse saets <= Landmaat, waars. de "sille".(Stallaet's glossarium)> genaempt HET LANCK HOUT gelegen inde Prochie van BAKEL gelijck Scepenen letteren van HELMONT breder inhoudende en vermeldende zijnde wesende van dato den VIe February Anno 1562 welcke voorschr. stuck groesvelts HENRICK voorschr. gerichtelijck met allen sijnen termijnen van recht, nyet vuyt gescheyden, nae allen costuymen dese banck van HELMONT heefft geeniceert <= bekend gemaakt>. Ende dat voor een jaerlickse en erffelicke pacht van twee mudden erffpacht. Ende dat in vuege en maniere als hier na volght.
Inden ierste zal die pachter in vuytgaende berendende kersse het voorschr. stuck groesvelts moegen aen verden ende gebruycken ende zal den pachter dan op slaen doende elcke slacht eenen gulden. halleff voor den verpachter ende halleff voor den pachtere.
Ende zal dese verpachtinge terstont op huyden vuytgaen met bernende kersse gerichtelick voor Schepenen van HELMONT.
Item zal den pachter gehouden ende verbonden weeten allen gerechts costen die gedaen zijnde ter instantien van deser evictie ende die huyden op dato van desen gedaen sullen worden terstont gereet opt buert in vuytgaende bernende kersse te betaelen.
Item zal den pachter gehouden weesen te geven den Secretaris voor die confectie <= opmaken> van deser cedullen X stuyvers terstont gereet opt buert.
Ende zal die pachter gehouden weesen ten versuecke van verpachter te stellen goede cautie en borge, die metten pachter geloeven zal in soliden op sijnen persoen die pachtinge te voldoen, waer in de die verpachter de verpachter te vinden zal weesen. Ende dat al op reale executie.
Item zal den pachter gehouden en verbonden weessen hen die voorschr. pachtinge, met die slaegen te betaelen over een jaer.
Rechtelijk archief Helmond, 1396 - 1810, inv.nr. 336.
d.d. 06-05-1614.
HENRICK JANSoen van VUCHT stelt te buerde om een jaer te verpachten terstont op huyden date van desen aen verden een groesvelt stijff twee mudtssen groot genaempt LANCKHOUT gelegen inde Prochie van BAECKEL neve erffenis toebehorende der Hoeve TEN MOLENHOFF ende erffenis EVERTS van HAENDELT, voerts rondtomme aen erffensi LAMBERTS VERSCHAUT al nae breder inhouts die constitutie brieffs van HELMONT wesende van dato den VIen February Anno 1562 welcke voorschreven groesvelt die voorz. HENRICK van VUCHT, met allen sijnen termijnen van recht nyet vuytgescheyden nae allen getuygen onsen bancken van HELMONT recht heeft gecomuniceert. Ende dat voor een jaerlickse en erffelicke van twee mudden roggen erffpachts maten van HELMONT ter saecken van XIII jaeren achterstellen pachten, blyevende nyet te minne die voorschr. verpachter in sijne geheel nae inhaut den vonnisse in maniere van contradictie gegeven opten XXIen Novembris Anno 1613, noopende den voordere achterstel, daervan wel expresselick protesterende.
Ende zal die pachter terstont metten vuytgaende brenende kersse het voorschr. groesvelt aenverden en gebruycken, ende leste oock gehouden weesen het voorschr. groesvelt over een te verlaeten.
Item zal den pachter gehouden weesen alle gerichts costen die ter cause <= terzake> van desen zijne gedaen nae inhout den voorschreven winste betaelen ter somme van negen gulden Vde halve stuyver.
Ende insgelijcx allen die costen die op huyden in dese verpachtinge gedaen sullen worden metter vuytgaende berendede kersse te betaelen telkens ter somme van twee gulden twelff stuyvers, te samen XI gulden XVII stuyvers twee oirt.
Ende die pachtinge zal men voldoen op huyden date deses over een jaer et.
Item zal die pachter gehouden ende verbonden sijnde te stellen goede sufficiante cautie en borgen die metten pachter geloeven zal in solidum onder verbant van hennen persoenen en allen hennen goederen die pachtinge te voldoen op reale executie.
Item men zal op dese pachtinge leggen en slaen met guldens die slaegen halleff voor den verpachter en halleff voor den pachtere.
Item sal de verpachtinge terstont metter vuytgaende berendende gerichtelick voor Schepenen van HELMONT vuytgaen. Ende die pachter zal gehouden en verbonden weesen te geven voor de confectie van deser verpachtcedulle vijffentwintich stuyvers.
WOLFF FRANCK heeft geint van de buerde voor die somme van negen gulden vijffthien stuyvers nae inhout deser verpachtcedulle en geslaegen twee slaegen, testes ANTHONIS HUYBERTS BASTHIAN van HERTSROY en ANTHONIS die MOL.
Acte den VIen Mey Anno 1614.
HENRICK van VUCHT ontslaget met eenen slagt. Testes datum ut supra.
Op huyden dato voorschr. is dese voorschr. verpachtinge gebleven met vuytgaende brendende kersse aen HENRICK van VUCHT en heeft geloeft op sijnen persoen en allen sijnen goederen tegenwoordich hebbende en vercrijgende deser verpachtinge in allen poincten en acten te voldoen sonder argelijst. Testes in supra.
ANTONIS HUYBERSSEN
BERTRAM van HETSROY
ANTHONIS de MOL
J. BECX 1614.
Bakel 1616.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1516, folio 281 + 281 verso.
d.d. 07-03-1616.
ANTHONY ADRIAANSSE ...., als wittich man ende momboir soo hij verclaert van BARBARA sijne huysvrouw, dochtere PEETERS JANS HERMANSSEN sijne ......... [slecht leesbaar] hem ANTHONY van wegen sijne voorschreven huysvrouw competerende, ende bij selveren erffdeylinge den dryentwintichste February lestleden, ten dele gevallen, in eenen Schepenen saulfbrieff deser Stadt van vierhondert ende vijfftich gulden staende op den dorpe van BAKEL beginnende GEERAERT WILLEMSSEN voor Schepenen .... dati dertien Mey Anno XVIc ende dertien. Heeft hij wettelick opgedragen mits desen ARNDEN JANSSEN van ERP, alias Van MIL ten behoeve van JOHANNA nog minderjarige dochter van saliger Jonckh. JOCHEMS van MIL, verweckt bij wijlen CATARINA van VENLOO sijne ierste huysvrouwe, et effecten. Geloevende de voornoemde ANTONY opdragere supra omnia ........ deponeren. Testes WERDERHOVEN en COCK, Datum seven Marty Anno XVIc ende sestien.
! In de marge !
HERMAN zoonen wijlen PEETERS JANS HERMANSSEN van den zelven wijlen ELISABETH zijnen huysvrouwe, dochtere JANS van COLENs lichaemen verweckt heeft getoont blijckens ....... die hij vercklaerde ..... toe te behooren, met woorden daertoe ....... omme uyt de lasten van de rechten van naerderschap om te lossen en te quyten het een der delingen dezer de somme van vierhondert ende vijftich gulden naerder in deze contracten begrepen bij ANTHONY en DRA..BUSSE de ROOVER man en momboir van BARBARA zijn huysvrouwe en vier dochteren PEETERS JANS HERMANS en ELISABETH voorschreven opgedraegen ARNDEN JANSSEN van ERP alias Van MIL tot behoeft van JOHANNA onmundigse dochter Jonck. JOHANNES van MIL verweckt bij CATHARINA van VENLOO sijne ierste huysvrouwe, in absentie des voorschreven ARNDTS van MILL ende helft deselven HERMAN zelver een derde deel, metten rechten van naerderschappe alsoo behouden mits desen. Testes PIJNAPPEL et COCK, Datum XXe Juny Anno XVIcXVI.
Rechtelijk archief Deurne, deel 8, folio 70.
d.d. 15-11-1616.
Allen den geenen die dese onse schepenbrieven van Attestatie sullen sien lesen oft hooren lesen, lesen saluyt ende dilictie.
Wij HENDRICK IJDEBRANTS, JAN JAN UNEN ende PAUWELS WYLLIMSEN VAN HEYNSBEECK Schepenen van Dingbancke der Heerlijckheyt van DOERNE doen cond eenen yegelycken:
Certificeerende ende Attesteerende midts desen voor dye genechten waerheyt hoe dat voor ons erschenen sijn en gecompareert in properen persoone sekere naebueren van DOERNE te weten deersamen PETER HENRICSSEN VAN HERSSEL out ontrent LXX jaern, seer grootelyck ende affgrijselyck gebroken sijnde met alsulcken gebrokenheyt dat hij daer mede, sonder te rusten niet verre en heeft cunnen gegaan.
Item JAN WYLBORTS met twee van sijnen soonen, den eene van acht maenden, genaempt FRENSKEN, met eene soubbelen affgrijselycken hazemont ende den andere gaende in sijn vijfde jaere, geheyten PAUWELSKEN, geboren met eene enckelen hazemont.
Item TRUYKEN JAN HOIREVOETS, huysvrouwe out ontrent XL jaeren ook gebrocken sijnde met eene affgrijselycken breucke soo dat sij daarmede niet en heeft cunnen gaen sonder behulp van te dragen eene groote ijseren bant, weegende wel stijff drie pont.
Item PAUWELS PROEMEN met eene dito van drie jaeren gebroken sijnde aen deen sijde.
Item CORST DRIES JOETSEN met eene dito van drie jaern van gelijcke aen deen sijde gebrocken.
Item sekere nabueren van BAKEL den eene genaempt JAN WYLBORTS hebbende een knegten out ontrent derdalff jaer gebroken sijn aan beyde sijden met twee afgrijselycken breucken waarmede dyt tzelve aen deen sijde geboren is geweest, soo dat hem sijn dermen hongen totte knijen den navel hangende ter plaatssche aldaar tgenecht soude behoren te hangen.
Den anderen JOCHYM WYLBORTS met eene soone van ontrent twee jaeren gebroken sijnde aen deen sijde.
Ende heeft dye voorschreven PETER HENRICSSEN VAN HERSSEL bekent en beleden gelijck oock alle die andere voorschreven goede mannen oock bekennen ende lijden bij dese inde pretentie van Mr. REINERT JACOPSEN alias GULIS, Operateur steen en breuck snijder Oculyst (= onderzoeker) aen de wonde in zake hoe dat hij de patienten voorschreven ieder en in sijn particulier ten respecte van heure voorschreven gebrecken gesneden heeft ende daeraff werden gecureert (= verzorgd) ende genesen mette hulpe GODTS soo dat sij comparante den voorschreven meester daeraff bedanken voor nu en in allen daegen ende want Goedelyck ende behoorlycken der waerheyt getuych oover te schrijven in rechtveerdige saecken der oirconde hebben wij Schepenen voorschreven dese voornoemde Attestatie met onsen gemeynen Schependoms zegel van DOERNE bezegelt opten 15 November Anno 1616.
Rechtelijk archief Deurne, deel 8, folio 72 verso.
1616.
Heer PETER HENCKENS Pastoor van BAECKEL dient van Aenspraecke tegens JAN WILLEMS laeth (= onderhorige persoon die bij de grond behoorde) van de Hoeve opte SCHAUWT.
Bossche Protocollen inv.nr 1517, folio 64verso - 65recto.
d.d. 04-12-1616.
Joncher GUERART van DOERN Heere tot LIESSEL sonen wijlen Joncker HENRIX van DOERN heeft wettelijck en erffelick vercost ADAM KESSELS en tot behoeff van GHISBRECHT van den VELDE Sycretaris ende Griffier deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE ....JANS PETERS van eene jaerlicken ende erffelicken chijns van eenenegentich Carol. gulden ende vijff stuyvers tot twintich stuyvers goets gancbaer gelts elcken gulden gereckent, te betalen alle jaer erffelick St. Andreas Apostel, en voirden iersten termijn van betalinge Andrea Apostel toecomende. Dit in S'HERTOGENBOSSCHE vrij van allen beden ons Heeren des Hertochs partie sub ......., tiende, twintichste, honderdste ........ en ...... penningen commende scattingen ende lasten gewoenlick, ongewoenlick ingestelt ende naemaels ingestelt te worden geen lasten uytgescheyden te leveren ende te vergelden, van ende tot een Hoeve lants genoempt DE COWWEYE gelegen onder de Prochie van BAKEL ter plaatsen genoempt MILHEEZE. Te weten ....... erven, hoven, schuere, ackerlanden, groot ontrent drie Mudtsaet, weylanden en groesvelden, houtwasschen ende aldaer toebehoorten in zulcken voegen ende manieren deselve Hoeve lants met haeren toebehoirten tegenwoirdelijck aldaar gelegen is ende JAN VERLINT in zijn tochtinge of gebruyck is hebbende, Besondelick dat hij den voirs. loss een halff jaer te voir wittelick sal te kennen geven ende opseggen.
Testes BARSOUL et JAGERS, Datum Jiij December XVIc sesthien.
! In de marge !
Kennelyck sij eenen yegelicken want alsoo geseidt is, als hier inne verhaelt is, Soo sijn gestaen voor Schepenen opder gescreven HENRICK sone Wijlen HENRICX MOLENDIJCX, ende JAN sijne sone, hebben geleist ende geloven mits desen tot behoeff van Juffrouwe ANTOINETTE van ASSENDELFT, Weduwe Wijlen Joncker GUERART van DOERN Heere tot LIESSEL, dat sij HENDRICK ende JAN, int Hoochfeest van Sint Andries int toecomende oft acht dagen daar voor sullen leveren in handen der voorschr. Juffrouwe ANTOINETTE, de somme van vierhondert gulden tot XX stuyvers den gulden gereckent omme deselve somme mede geemployeerd te worden tot affquytinge deses voorschr. chijns van een ende dartich gulden vijff stuyvers, overmits de voors. HENDRICK en JAN bekende mits desen vande hoofdsomme deser Rente, selver genoten ende ontfangen te hebben de voors. somme van vierhondert gulden, ende dat de voorschr. Joncker GUERART van DOERN, sijn eygen panden, tot hennen versoecker ende gerieve daer voor heeft verobligeert. Ende de resterende hondert gulden heeft de voorn. Joncker GUERART behouden, soo sij verclaerden.
Testes GESTEL et GRIENSVEN, Datum twintich January XVIc ende twintich.
Bakel 1617.
Rechtelijk Archief Helmond. inv.nr. 252/1.
d.d. 06-05-1617.
HENRICK PETERS de HARD affgaende sijn tochte in des naebescreven ackeren tot behoeft HENRICK HENRICS PETERS zijnen sonen heeft also HENRICK HENRICK PETERS erffelijck vercocht overgegeven ende opgedraegen JAN JOESTEN LENARTS eenen acker gelegen inde prochie van BAECKEL inde NEERACKER genaempt DEN SANTACKER neve erffenis JAN WALRAVEN van WITTENHORST ex uno L ende ex alio erffenis d'erffgenaemen JOEST LENARTS ex alio L streckende ronts op erffenis JAN JANS die BERCKER tot SHERTOGENBOSSCHE. Item noch een acker gelegen inde prochie voorschr. ter plaatse genaempt 't GEHEUFFT neve erffenis ten beijde seijde PETER LAUREIJSEN, streckende van erffenis JAN MATHIJS die BERCKER en WILBORT JAN THIJS tot op eenen gemeijnen wech. Ende helmelingen vertegen. Geloeven ende te vrijen en te weren los en vrij van genoemden die renthen pachten en chijnsen met recht vuijtgaende voorts van allen anderen ende met van zijnent wegen sonder argelist. Testes datum ut Supra.
Datum is 6 Mei 1617.
Bakel 1618.
Rechtelijk archief Deurne, deel 8, folio 122verso.
d.d. 08-03-1618.
HENR. PETERSSEN in de naeme en de wegen GOERT JANSSEN van MILHEEZE tanq resumeert alsulcken processe als dye voorschreven wijlen GOERT JANSSEN bij sijne leven geintenteert (= ondernomen) hadde tegens LIJSKEN naegelaeten weduwe wijlen JAN LUBERTS wethouderen alhier ongedecideert en onbeslecht hangende om etcetera.
Administratief archief Helmond, 1300 - 1811, inv.nr. 380.
d.d. 04-09-1618.
Gesien inden Rade vande Ertshertogen
Onse Genadige Heeren ende Princen geordonneert in desen hennen Hoogheden Lande ende Hertogdomme van BRABANT die requeste aldaer overgegeven ende gepresenteert den elffden Aprilis lestleden bij de Schepenen Borgemeesteren ende andere Regeerders des dorps van ARLEBEECK ende met hun gevueght die Schepenen Borgemeesteren ende Raedt der Stadt van HELMONT, versueckende bij den dispositive der selve dat den voerschr. Rade gelieven wilde decidur <= besluit> van den vonnisse van den sevensten May XVIc ende elff aldaer geruert te redresseren, ende in plaetse van die rescribenten in 't voorschr. vonnis begrepen te stellen supplianten, gesien tot dyen die rescriptie bij de Borgemeesters ende Gemeyne ingesetenen van BAECKEL rescribenten op ende tegen die voorschr. requeste overgegeven, mits gaeders die persisteringe der supplianten daerop gevolght ende op al wel ende rijpelijk geleth, 'T HOFF redresserende 't voerschr. decidur int dispositiff van den voerschr. vonnisse van den sevensten May XVIc ende elff sedt ende stelt in plaetse van rescribenten supplianten. Ordonnerende de selve supplianten hun daer naer te reguleren, condemnerende die selve inde costen van de rescriptie rapporte ende dese tegenwoirdighe acte bedraegende t'samen ter somme van sesthien Rinsguldens ende thien stuyvers eenen halven. Aldus gedaen inden voerschr. Rade den vierden September int jaer XVIc ende achthien.
.
! Op de voorzijde !
Die Peelmeesters der Stadt HELMONT ende AERLEBEEK.
Administratief archief Helmond, 1300 - 1811, inv.nr. 380.
d.d. 25-09-1618.
Opten vijff en twintigsten dach der maent van September XVIc ende achthien, heb ick MARTEN FABRY Deurweerder vanden Raede van BRABANT m.n. getransporteert vuyter Stadt HELMONT tot binnen den dorpe van BAECKEL, ende aldaer aende Borgemeesters ende Gemeyne ingesetenen geinstrueert ten versuecke van de Schepenen Borgemeesteren ende Regeerders des dorps van AERLEBEECK ende met hen gevuecht die Schepenen, Borgemeesteren ende Raedt der Stadt van HELMONT d'orginale vonnisse aende marge vande welcke dese mijne relatie is gehecht. Ende dat aen hennen voerschr. Schepenen oft President GEERAERT WILLEMSEN ten eynde zij hen volgende den selven ende den voergaende vonnisse van den VIIen Marz XVIc ende elff souden hebben te reguleren, hem genen enen copie vanden selven vonnisse. Ende het hem voorts van wegen der voerschr. Gemeynte gesommeert tot voldoeninge van der sommen van sesthien Rijnsguldens thien stuyvers ende eenen halven. Daer inne zij tijden voerschr. lesten vonnisse sijn gecondemneert ende dat binnen twelff daegen. Op pene van daer boven geexecuteert te worden. Die de selve insinuatie ende sommatie heeft geaccepteert. Hem tot dyen eynde genoemde copie, om allet welck te doene, ontfangen met gaen ende keeren. Mits gaders dese relatie t'samen XXXXste articul.
Oorconden mijns hanteekens hier onder gestelt.
FABRIE.
Bakel 1619.
BOSSCHE PROTOCOLLEN. Inv.nr. 1519 volgnr. 319 fol. 137-139;
d.d. 21-01-1619.
GEERART WILLEMS ende JAN JOOSTEN Scepenen des dorps van BAECKEL, resorterende onder de MEYERYE deser stadt SHARTOGENBOSSCHE als gemechticht inne behoorlicke besegelde procuratie brieven onder den Scependoms segel desselffs dorps geexpedueert, ende gedateert den vierden dach deser loopender maent Januarij, ende uit crachte der machte den voors. GEERARDEN WILLEMSSEN, ender JANNEN JOOSTEN, daer inne, bij JANNEN GOERTSSEN van HOEFF, WILLEM HANRIX van de KERCKHOFF, GERAERT JANSSEN MARCELIS, JAN JANS LENAERTSSEN, ende MARTEN MICHIELSSEN, Scepenen des voors. dorps van Baeckel, JAN JAN GEERT WILLEMS, ende HOUB GEENEN borgemeesters MARTEN HENRIX de WIT, ende JAN DIERIX kerckmeesters, PEETER DIERIX, ende WILLEM HERMES Heijlich Geestmeesters, van de notabelste ingesetenen van den voors. dorp, JOOST PEETERS van NERVEN aude borgemeesters, WILLEM JANSSEN de WITH ende JAN SCHOUTEN oock oude borgemeesters, naer voorgaende convocatie ende vergaderinge, soo blijckende was, gegeven ende verleent, Ende dit uit crachte ende vermogens seeckeren oepene brieven van Octroije van hunne Doorluchtichtste Hoocheden, als Hertogen van BRABANT met der selver Hoocheden uithangende segelen besegelt, in date den sevensten martij anno xvic ende seventien, dyen van BAECKEL voors. verleent wesende consent omt opt corpus des voors. dorps van BAECKEL te mogen lichten ende opnemen eene capitaele somme van tienduijsent guldens eens ende daer voor tselve corpus te mogen belasten met renten tegens den penningen sestien mits dat dese penningen sullen worden geemployeert tot quijtinge van gelijcke somme, daermede de voors. innegesetenen van BAECKEL tot zeer hoogeren interest sijn belast, hebben inne dyer qualiteijt wittelick ende erffelick vercost ende vercoopen mits desen Joncker PEETER van BROECKHOVEN, Rentmeester der Heeren Staten van BRABANT inne desen quartiere van SHARTOGENBOSSCHE Eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van hondert carolus gulden, den gulden tot twintich stuijvers goets ganckbaers gelts gereeckent, Te betalen alle jaer erffelick den eenentwintichsten dach der maent van Januario Ende voor den iersten termijn van betaelingen den eenentwintichsten dach der maent van Januarie anno xvic ende twintich, Ende inne S HARTOGENBOSSCHE vrij van alle beden onsheeren des Hertochs, partien, submentien, soo tienste, twintichste, hondertste, als alle andere meerdere ofte mindere penningen, commeren, scattingen ende lasten, ordinarisse, extraordinarisse, gewoonelicke, ongewoonlicke innegestelt, ofte bij avontueren naermaels innegestelt te wordene, egeene lasten ter werelt uitgesaeyden, alle jaer ten voors. verscijndage te beuren ende te vergelden,
Ende ten eynde desen voors. chijns van hondert carolus guldens siaers, alle jaer ten termijne van betaelinge, ende ter plaetsse voors. metter daet worde betaelt ende gelevert, ende hebben de voorn. gemechtichde comparanten in hennen eygen name, als mede ingesetene des voors. dorps van Baeckel, ende voorts uit crachte als boven voor de betaelinge des voors. chijns, mits desen Wittelick ende erffelick verbonden ende tonderpande gestelt, sijnen eijgen persoonen ende voorts de persoonen van alle omgheven, regeerderen ende gemeyne innegeseten naebueren des voors. dorps van Baeckel, nu sijnde ende naermaels wesenden onversceyden ende elck een voor alle, ende alle henne gereede haeffelijcke, meublen erffhaeflicken ende erffelicke goederen, ende .......goederen des voors. gemeijne corpus van Baeckel oock onversceijden ende een voor alle intresten der Jaerlixen betaelinge des voors. chijns, daerop oft daer aene, onversceijden ende een voor al te mogen vervolgen, innen, ende verhaellen ...... bij arrestamenten ofde becommeringen verhaelen aenden, steden, dorpen, plaetsen, stroomen, wateren, ende havenen, daermede die sal weten te becomen, ofte so bevijnden, zoo wel op Donderdaegen als andere dagen van mercten, weeckmercten, ende alle andere mercten, ende mercktdaegen hoe men dan souden moegen noemen. nyettegenstaende alle vrijheden van steden, landen, dorpen, plaetschen havens ende waeteren, ende alle andere prievilegien, exceptien ende costuymen der selver hiermey die souden mogen noemen. Op alle de welcken, ende allen andere beneficien, provisien, atterminatien, ende gratien bij den voors. innegesetenen van BAECKEL alwerde geimpetreert ende alnoch so impetreren: ende alle andere saecken die sij oft heure naercomelingen souden moegen voerweynden, om hen daer mede te behelpen, tegens die affectaele Jaerlixen betaelinge des voors. chijns, de voern. gemechtigden comparanten, in naemen van wegen, hebbende uit crachte als boven, mits desen tot behoeff des heffers die voors. chijns, wettelick ende erffelick hebben vertegen ende geruncieert, om hen tot egeenen tijde daermede te mogen behelpen. Ende sal de voorn. heffer desselffs chijns, die jaerlicx betaelinge van dyen mogen vervolgen ente innen bij de ordinarisse indeelen voor justitie, als met ingebot, offt intimatie brieven deser stadt S HARTOGENBOSSCHEN, soo dat den heffer deses chijns telkenmaele tsijndere optie geraed saemste verdincken sal, met conditie inne desen toegedaen dat de naastingesetenen des voorn. dorps van BAECKEL desen voorschreven chijns van hondert gulden, ten allen tijde sullen mogen lossen ende quijten, ten eenenmale de somme van sestienhondert carolus gld. tot xxtich stuyvers elcken gulden gereeckent, in goede gouden munten, ende tot sulcken prijs ende valeur, als bij placaet van Hunne Hoocheden, als Hertogen van BRABANT, ten tijden van de lossinge sal sijn gepermiteert, met den loopenden jaerchijns ende afterstellen soo verre eenige onbetaelt sijn staende, mits denselven losst een halff jaer te voorens wittelick opzeggende, Bekoomende sij comparanten de voors. hooftsomme van sestienhondert gulden wel ende te danck uit handen des voors. Joncker PEETERS van BROECKHOVEN ontfangen te hebben, in goede gouden munten naer de tegenwoordige permissie gancbaer, Omme deselve hooftsomme te employeren tot voldoeningen van twee obligatien, te saemen beloopende twelfhondert gulden, aen ANTONIS HUYBERS woonende inden SWIJEN tot HELMONT ende ..... ...... oock wegende tot HELMONT eene obligatie van vierhondert entiend enen tijde ten laste van voors. corpus van Baeckel opgenomen, ende tot rechten op interesten geloepen soo sij verclaerden, verclaerende sij comparanten alsoo voor ..... ..... in dese octroyen ende gecosenteerde ....... .......toelichten ende daer voor rente te vesten, Testis BUICHOVEN et COCK. Datum eenentwintich January anno xvic ende negentien.
! In de marge !
JOSTEN G LUCIA van HOHENSTEIN Weduwe tot PETER van BOECKHOVEN heeft bij heure quijting, dato den 19 January anno xvjc acht ende twintich beleden dat JAN GERART WILLEMS Schepen des dorps van BAECKEL van wegen desselve dorpe den chijns van hondert gulden jaerlicx voorschreven deser contracte begrepen aen haeren handen heeft affgelost en gequeten.
Actum den xxste Jan.ij Anno xvic achtendetwintich van xxste dach January duo xvj ende op viij.
G Vursgt Ach.
Bossche Protocollen inv.nr. 1519 fol. 207v - fol. 209v.
d.d. 01-03-1619.
GERAERT WILLEMSSEN, scepen des dorpes van BAECKEL, resorterende onder de Meyerye deser stadt 'S HARTOGENBOSSCHE, als gemechticht inne behoorlicke besegelde procuratie brieven, onder den scependoms segel desselfs dorps geexpedeert, ende gedateerd den vierden dach der maent January lestleden, ende uit crachte dier machte den voorn. GERAERT WILLEMSSEN waer inne bij JANNEN GOERTSSEN van HOOFF, WILLEM HENRIX van den KERCKHOFF, GERAERT JAN MARCELLISSE, JAN JANS LENAERTSEN ende MARTEN MACHIELSSEN, oock scepen des voorschr. dorps van BAECKEL, JAN JAN GEERIT WILLEMS, en HOUB GEENEN Borgemeesters, MARTEN HENRIX de WIT, ende JAN DIERCKX, Kerckmeesters, PEETER DIERCKX, ende WILLEM HERMES, Heijlichgeestmeesters, van de notabelste ingesetenen van den voorschr. dorp, JOOST PETERS van NERVEN oude Borgemeesters, WILLEM JANSSEN de WITH, ende JAN SCHAETEN, oock oude Borgemeesters, naer voorgaende convocatie, ende vergaderinge, soo blijckende was gegeven ende verleent. Ende dit uit crachte ende vermogens seckere opene brieven van octroye van Hunne Doorluchtigste Hoochheden, als Hertogen van BRABANT, met der selver Hoochheden uithangende segele besegelt, in dato den sevenste Martij Anno XVIc ende seventien, dijen van BAECKEL voorschr. verleent, wesende consent, om opt corpus des voorschr. dorpes van BAECKEL te mogen lichten ende opnemen eene capitale somme van tien duysent guldens eens, ende daer voor tselve corpus te mogen belasten met renten tegens den penninck sestien, mits dat dese penningen souden worden geëmployeert tot quijtinge van gelijcke somme daermede de voorschr. Innegesetenen van BAECKEL, tot seer hoogeren interest sijn belast, heeft inne deser qualiteijt wittelick ende erffelijck vercost, ende vercoopt mits desen JANNEN LAUREIJNSSEN COCX, tot behoeff, tot behoeff desselfes LAUREIJNSSENS PEETERSSEN COCX sijnes vaders, Eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van hondert en twintich carolus guldens, tot twintich stuyvers op elcken gulden goets gancbaeres gelts gereeckent, Te betaelen alle jaer erffelick inne den Hoochtijde van Sinte Mathijs des Apostels. Ende voor den iersten termijn van betaelingen op Sinter Mathijs dach des Apostels anno xvic ende twintich, Ende inde 'S HARTOGENBOSSCHE vrij van alle beden onsheeren des Hertochs, partiën submentiën, soo tienste, twintichste, honderste, als andere meerdere ofte mindere penningen commeren, scattingen, ende lasten, ordinansse extraordinansse, gewoonlicke, ongewoonlicke, inne gestelt, oft bij anontiën naermaels ingestelt te worden, egeene lasten ter werelt uitgesceijden een jaer ten voorschr. verscijndaegen te leveren ende te vergelden. Ende ten eijnde den voorschr. chijns van hondert ende twintich guldens siaers, alle Jaere ten termijnen van betaelinge, ende ter plaetsen voorschr. metter daet werden betaelt ende gebeurt. Soo heeft de voorn. gemechtichde comparant in sijnen eijgen naemen als mede Ingeseten des voorschr. Dorpes van BAECKEL, ende voorts uit crachte als boven, voor de betaelinge des voorschr. chijns, mits desen wittelick ende erffelick verbonden ende tonderpanden gestelt, sijnen eijgen persoon, ende voorts de persoonen van alle overheden, regeerderen, ende gemeijne Innegesetenen nabueren des voorschr. Dorpes van BAECKEL, om sijnde, ende naermaels wesenden onversceijden ende elck een voor alle, ende alle henne gereede, haeffelijcke, meuble, erffhaeffelicke ende erffelicke goederen, ende oock de goederen des voorschr. gemeijnen corpus van BAECKEL, oock onversceyden ende een voor all, ommerde Jaerlicxe betaelinge des voorschr. chijns, daer op oft daer aen onversceijden ende een voor all te mogen vervolgen Innen ende verhaelen, tsij bij arrestamenten ofte becommeringe ten allen teyden, steden, dorpen, plaetsen, stroomen, wateren, ende havenss, saem en die sal weten te becomen, ofte so bevijnden, soo wel op donderdagen, als andere vrije Jaermerckten, weeckmarckten, en de alle andere merckten ende mercktdagen, ........ .. ....... ........, nyettegenstaende alle vrij heeden van steden, landen, dorpen, plaetsen, havenen ende waeteren: ende alle andere previlegiën, excepten, ende costuymen der selver, hoe men die souden mogen noemen, Op alle dewelke, ende alle andere beneficiën, proviciën, atterminatiën ende gratiën bij den voorschr. Innegesetenen van BAECKEL alsmede geimpetreert, ende alnoch te impetreren, ende alle andere saecken, die sij oft heuren naecomelingen souden mogen voorweynden om hen daermede te behelpen, tegens de effectuele Jaerlicxe betaelinge des voorschr. chijns, de voorn. gemechtichde comparant, In name van wegen, ende uit crachte als boven, mits desen tot behoeff des heffers des voorschr. chijns, wittelick ende erffelick heeft vertegen ende gerenuntieert om hen ........ geenen tijde daermede te mogen behelpen. Ende sal de voorn, heffere desselffes chijns, de jaerlicxe betaelinge van dyen mogen vervolgen ende innen bij de ordinarisse middelen van Justitie, als met ingebot oft Intimatie brieven deser stadt Shartogenbossche, soo dat den heffere deses chijns telckenmaele tsijnder opten geraed saems te verduncken sall, Met conditie Inne desen toegedaen, deede voorschr. Innegesetenen des voorn. Dorpes van BAECKEL, desen voorschr. chijns van hondert ende twintich guldens ten allen tijden sal mogen lossen ende quijten ten eenenmaele ofte des smaels met een vierendeel, te weeten den voorschr. geheelen chijns met de somme van tweeduysent carolus gulden, elcken gulden tot twintich stuyvers Inne permissie gelden bij openbaere plaetsen van den Lande van Brabant gepermitteert sijnde gereeckent ...... ...... .... ........ ... Behoudelick dat men elcken loss een halff jaer te voorens wittelick sal vercondigen ende opseggen. Verclaerende de voorschr. gemecht ichde comparant de voorschr. capitale somme van tweeduysent gulden te worden geemployeert tot betaelinge vande naertesamen obligatien, tot noch ter laste der voorschr. Inngesetenen van BAECKEL gestaen hebbende, te weeten aen den voorschr. LARREIJNSSEN PEETERSSEN COCX twee obligatien beloopende de somme dertienhondert guldens. Item aen JANNEN MARTENSSEN tot BAECKEL, hondert hondert guldens ende vijffentseventich, Item aen AERDEN NELIS tot BOECKEL tweehondert guldens, Item aen ELISABET JANSSEN vann de WAEER, ende BEELKEN naegelaeten Weduwe GOYAERT van ENGELANT tweehondert guldens, Item aen PEETERKEN THOMASSEN tot GEMERT hondert guldens, Ende aen DIERICK CORNELISSEN tot EYNDHOVEN vijffentwintich guldens. Beloopende te samen de voorschr. somme van tweeduysent gulden. Testes LOEFF en BROECKHOVEN Datum den Iersten Marty Anno XVIc ende negentien.
!In de marge !
Bij quitantie van BEATRIX SCHENCK en BEATRIX SCHENCK als last hebbende van haare moeder en moije staande in dorso van den uytgenaeste brief dato V. Maart 1731. is gebleeken dat de regenten het restant capitaal dezer gelofte met den agterstal lige interest van dien aen haaren handen heden hebben voldaan en wettelicken dat sij diens volgens waeren consenterende in de cassatie deses. Datum den Agt en twintigsten Maart seven-tien hondert een en dartig.
!In de marge !
Op heden den seventiensten dach der maendt Aprilis Anno XVIc ende achtentwintich, is dese rente van 1e rechte ter begeerte ende met consent van LAUREIJNSSEN PEETERSSEN COCX propiëtariss derselver gereduceert tegensden penningen twintich dat is tegen vijff ten hondert, op hondert gulden te sjaeren beginnende alzoo hij op te heffen op Ste. Mathijs dagh des Apostels XVIc negen ende twintich ierstcomende daeraff ierste jaer alzoo sal wesen ierstcomende Ste. Mathijs dach XVIc ende dertich ......... de capitaele somme van loss wesende twee duysent guldens in sijn geheel. Datum ut supra .... testie ...........
! In de marge !
'S Heere ende Mr. HUYBERT COCX Viceatoir in beijde rechten sone wijlen LOUWEREIJNS PEETERSSE COCX zaliger hem selver, dedatum als momboir van de onmundige kijnderen LENARTEN STRIJBOSCH verweckt metten PEERKEN COCX sijne huysvrouwe dochtere LAUREIJNS COCX voorn. voor een vierde gedeelte mitsgaders hier ende Mr. HUYBERT COCX in der naeme ende als gemechtigt van ANTHONI JANSSENS van der HEYDEN als man en momboir van MARGERIET sijne huysvrouwe oick dochtere desselve LAUREIJNS COCX. Voorschreven procuratie brieven voor Schepenen der Stadt EYNDHOVEN gepasseert opten eenentwintichsten November lestleden alhier originalick gebleken, heeft believe dat NICOLAES JOOSTEN van NEDERVEN Stadthouder ende LEENAERT JANSSENS President van BAECKEL inden naeme ende van wegen ......... corpus van BAKEL voorn. en aen sijne handen heeft gelost veertig gulden jaerlicx van hondert gulden jaerlicx gereduceert vanden chijns van hondert ende twintich guldens jaerlicx inden bijstaenden contractie begrepen, ende dat mette somme van achthondert gulden capitaels. Actum den IXIden Meert Anno XVIc XII
w.g. Van KESSEL.
!In de marge !
D'Heer HERMAN CREMERS gemagtigt tot het navolgende van de kinderen en erffgenamen van S. WILHELMUS van der BROECK inne procuratie brieven voor den Notaris HENDRICK de BIJE en sekere getuygen gepasseert wezende van dato den 19 Meert XVIc en twaalf ende heeft alzo bekent ende beleden dat PETER de CORT cum suis Regent en van Baeckel aen handen van Wed: van PETRUS van OUDENHOVEN op den sestienden July XVIIc en negen hebben gelost ende gequeten de helffte van't restant van de nevenstaende chijns, zijnde ses hondert guldens, consenterende uyt kragte voorschreven, voor soo verre inde cassatie deses.
Actum den drie en twintichsten September Seventien hondert dertien.
w.g. ........?
1713.
Bakel 1620.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1531, folio 379v. - 380.
d.d. 21-05-1620.
Joncker CORNELIS TACK, sone wijlen Joncker PEETERS TACK, vanden selven wijlen Joncker PEETEREN, ende wijlen Jouffrouwen zaliger CATHARINA zijn huysvrouwe, dochtere zaliger Joncker JOHANS WIJFFLETEN te samen verweckt. Heeft wittelick ende erffelick vercost ende vercoopt desen, JACOBEN PIJNAPPEL sone wijlen JANS PIJNAPPEL D'OUDE, eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van achtien Ca. gulden ende vijftien stuyvers, elcken gulden tot twintich stuyvers goets ganckbaer gelts gerekent. Te betalen voor den iersten termijn, ende te leveren ut supra in praecedentibus contracten. Van ende uyt een gerecht vierden gedeelt dey voorschreven vercooperen soo hij seeghde toebehoirden. Ende hem door de doot en aflijvichheit vuyt zijne voorschreven ouders aengecommen, hij eenen coorenwijntmolen werffelick gerechtiche van den wijnt, ende 'tgemale der voorschreven moele mitsgaders een vierden gedeelt van de molenhuys ende alle de landerijen daertoe behoirende, int geheel anderhalven bunder lants oft daeromtrent groot zijnde. Ende bijden meergenoemde gestaen ende gelegen inde prochie van BAKEL omtrent DER KERCKE aldaar. Welcke voorschreven geheele molen, huys ende landerijen CATARINA nagelaten Weduwe PEETERS DIERCX ende haeren tegenwoirdigen tweeden man als nu in pachtinge zijn hebbende . Uytgenomen eenen erffelicken pacht van een mud roggen aan de Gasthuyse tot BAKEL, eenen jairlicksen chijns van twelff gulden aenden Jouffrouwen CONVENT van BIJNDEREN. Ende achtentwintich stuvers grontchijns tgheen aen den Huyse van DOERN, oft den penen, daertoe gerecht zijnde, jaerlicx van te voorens ende van rechts wegen van ende uyt de voorschreven geheele molen, molenhuys, ende landere=ijen voornoemd te vergoeden, staende ut cht Atyne satisfaceren. Testes BROECHOVEN en Van den DUNGEN. Datum ut supra (= 21-05-1620.)
Ende zall de voornoemde vercoopere den voorschreven chijns van achtien gulden en vijftien stuyvers, tot eeuwigen dagen mogen lossen ende quijten tsamen en ten eenenmale metter somme van drije hondert gulden Caroli gulden tot xx stuyvers in gouden permissie gelden bij placcaet van den Hove van BRABANT gepermitteert elcken Caroli gulden gerekent . Gelijck de voorschreven coopere dat oipelijk heeft beleden en bekent, ende sup den vercooperen wech omnia gelooft behoudelick dat deselve vercooper schuldich en verbonden sall wesen den loss een halff jaer te voorens wittelick te vercundichen en op te seggen. Testes ut Supra et Datum ut supra.
(= 21-05-1620.)
!In de marge!
JACOB, JENNEKE ende HEYLKEN sijne susteren, kinderen wijlen LOWIES PIJNAPPEL, hebben bekent dat Jouffrouwe JOSINA BECX Weduwe Joncker PEETEREN TACK den chijns van achtien gulden vijftien stuyver in dit contract vermelt aen hem heeft affgelost en gequeten. Comme inde cassae consente respectivelick mits desen naerder blijckende Schepenen quitantie dien aengaende op huyden in mijn prothocolle gepasseert.
Actum den XXIIII Maij Anno XVIIc LVI.
Van KESSEL.
Administratief archief Helmond, 1300 - 1811, inv.nr. 380.
d.d. 05-11-1620.
Die Borgemeesters Schepenen ende andere Ingesetenen van BAECKEL Suplianten .
Die Borgemeesters Schepenen ende Regeerders van ARLEBEECK ende met hen gevueght die Schepenen Borgemeesteren ende Raedt der Stadt HELMONT rescribenten.
Gesien inden raede van de Ertshertogen onse genadige Heeren ene Princen geordonneert in dezen Heuren Hoogheden Lande en Hertochdomme van BRABANT 't proces der voorschr. partijen soe 'tselve aldaer bij communicatie is beleydt ende geinstrueert totte duplicaten toe mette stucken daer bij gevueght.
Ende op al wel ende rijpelijk geleth 'T HOFF seeght ende verclaert voor Recht, dat die voorschr. Supplianten met pertinente ende deughdelijke opteekeninge In handen van den Secretaris onder Eedt te doene van allen torff ende brandt bij hen te vervueren off te vercopen nochtertijt sullen gestaen, behalven nochtans datse de selve opteekeninge sullen schuldich zijn maentelijks ener te draegen aenden Borgemeesteren off Secretaris der vuerschr. rescribenten off hunne gevueghde, om bij hen daer van contrenotuo gehouden te wordene naer behoiren.
Dat partijen om voerdere off andersints versoght te hebbene neyt en sijn ontfanckbaer. Die costen om Redenen compenserende aldus gedaen inden voerschr. Raede den vijffden November int Jaer XVIc twintigh.
< Volgt een handtekening, is niet leesbaar.>
Opten XXIIIIen dach der maent van November 1621 heb ick MARTEN FABRY Deurweerder van den Raede van BRABANT een versuecke van de rescribenten mij wenden binnen den dorpe van BAECKEL ende aldaer geinsinueert aende Supplianten dit vonnisse, ten eynde zij hen dyen volgende souden hebben te reguleren. Ende tot hennen versuecke oyck copie authentycke geafficheert op de kerckdeure op dat nyemant ignoratie daer van en soude pretenderen. Om dwelck te doene ontfangen met gaen teeren, copie ende dese relatie tsamen .
Oirconden mijns hanteekens hier onder gestelt.
FABRIE.
! Op de voorzijde !
Schepenen doen rapport van weegen der rescribenten twelff ende acte XXXIXX.
Bakel 1621.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1532, folio 228recto.
d.d. 26-02-1621.
Joncker CORNELIS TACK, soone wijlen Joncker PEETERE TACK, van selven wijlen Jonckeren PEETEREN ende wijlen Jouffrouwe CATHARINA zijne huysvrouwe dochtere wijlen Joncker JOHANN WIJFFELTH tesamen verweckt, heeft mits desen wittelick ende erffelick vercocht, JACOBEN PIJNAPPEL soone wijlen JANS PIJNAPPEL D'OUDE. eenen jaericken en erffelicken chijns van sess Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts, elcken gulden gereeckent. Te betaelen alle jaer erffelick int Hoochthijt van Sinte MATHIJS Apostel, Ende voor den iersten termijn van betalinge inden Hoochtijt van Sinte MATHIJS Apostel XVIc ende twee en twintich ierstcommende. Ende in S'HERTOGENBOSSCHE vrij van alle Hertochs beden, en actien, subventien, vijffde, thiende, twintichste, hondertste, en alle andere meerdere en mindere penningen, commeren, scattinge en lasten, gewoonlicke, ongewoonlicke, ordinarisse en extraordinarisse, ingestelt te worden, egeen uytgescheyden te leveren ende te vergelden. Van ende uyt een gerechte vierde gedeelt, aen voorschreven vercoopere soo hij verclaerde toebehoorende ende hem door de doot en affleyvicheyt van de voorschreven sijne ouders aengecomen, in eenen coorenwijntmolen werff, gerechticheyt van den weynt, ende 't gemale der voorschreven molen, mitsgaders den vierden gedeelt van het molenhuys ende alle de landerijen daertoe behoirende, int geheel anderhalven bunder lants gestaen en gelegen inde Parochie van BAKEL, omtrent der Kercke aldaer. Welcke voorschreven geheele molen, huys ende landerijen, CATHARINA naegelaeten Weduwe PEETERS DIERCX en in haeren tegenwoordiche tweeden man alsnu in pachtinge sijn hebbende soo hij verclaerde. ......[latijn]. Geloevende de voorschreven Joncker CORNELIS vercoopere .........[latijn] deponere uyt genomen eenen erffelicken pacht van een mud roggen aenden gasthuyse als dorps van BAKEL, eenen jaerlicken chijns van twelff gulden aen Jouffrouwen Convent van BIJNDEREN ende achtentwintich stuyvers grontchijns .... aenden Huyse tot DOORN oft den geenen daertoe gerecht zijnde van ende uyt de voorschreven geheele molen, molenhuys ende landerijen voornoemt mitsgaders alnoch eenen jaerlicken chijns van achtien gulden ende vijfftien stuyvers aen den voorschreven JACOBIE PIJNAPPEL coopere van ende uyt den vierde gedeelt der erffenisse bovengenoempt respectieve jaerlix van te voorens ende van rechts wegen te vergelden staende ........ Testes WERIMONT ende BORGHGREVE. Datum den XXVIen February Anno XVIc XXI.
! In de marge !
Ende zall de voorn. vercoopere desen voorschr. chijns van zess gulden mogen afflossen ende quyten tot allen tijden tsamen ende tenenmael mette sommme van hondert Carolus gulden, tot twintich stuvers in goeden permissie gelde bij placcaet gepermitteert, elcken gulden gerekent. .
Testes et datum ut supra.
(P.S.) De tekst die in de marge staat is niet getranscribeerd van wege het slecht leesbaar schrift.
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 336. d.d.
15-03-1621.
WOLFF FRANCK vuyt crachte van Octroye van den Hoeve, ende met consente van sijne kijnderen, stelt te buerde om te vererffcoepen, een Hoeffe genaempt DIE SCHAUWT, liggende onder DOERN, ende BAECKEL, mette huyssinghe, schueren, bachuys ende schaepskoyen, met alle die groesen, zoo weyvelden, hoybemptden ende heydtvelt, als landt zoo groot, ende cleyn als hem vercoopere dat is competerende, ende gelijck JENNEKEN, Weduwe wijlen JAN WILLEM GENEN dat tegenwoordich in haer gebruyck, ende huyringhe is hebbende egheen vuytgescheyden, in hoeghe, in leghe, in diepte, ende droeghe. Reseverende hier inne het wordt gereserveert, ende vuytgescheyden, los ende vrij vuytgenoemen thien stuyvers chijns ofte zoo veel, als met recht daer is vuytgenoemen ende den chijns van het weyvelt bij hem .... ten anderen tijden van JAN THIJS tot BAECKEL .... gerecht zoo veel als bevonden wordt met recht daer vuytgaende, int boeck des Heeren van HELMONDT, mette gerechticheyt van oever 't voerschreven velt te vaeren, ende te drieven, die daer met recht oever geweest is. Ende dese naevolgende ondergeschreven renthen, ende jaerlicxe pachten, soe vuytte voerschr. Hoeffe, als oock vuyt zeekere andere sijns vercoepers goederen gaende met expresse voorwaerden oock, dat die coepere alle die zelve pachten, ende renthen, vuyt sijne vercoepers andere goeden gaemde 't soo sal betaelen, lossen, ende inder erffelicheyt quyten, dat alle die zelve sijne andere goederen, sijnen persoen ende erffgenaemen, daer van altijt sullen sijn, ende blieven ontlast. Ende voor allet dwelcke den selven coepere, beneffens sijnen voirschreven gecochte Hoeffe, oock specialick sal hebben te verobligeren, alle sijne andere goederen, met geloefte, ende werschappe <=waarborg>, daer toe dienende.
Item alsoe die Weduwe JAN WILLEM GEVEN noch twee jaeren pachtinge aen die voorschr. Hoeffe is hebbende, in, ende aengaende te PFINCXTEN, ende 'tlandt ter stoppeltijt, naer ouder gewoonten, ende achtervolgens die verpacht cedulle daer aff sijnde, wordt hier inne gerefereert, dat die voorschr. pachtersse, haere jaeren sal continueeren, daer aff bijden coepere treckende die pachtinge bij de voorschr. pachtersse gepacht, conforme die verpacht cedulle daer aff sijnde, welcke jaere beloepende, veertien mudden rogge, een mud garsten, ende vier mudden boeckents mate van HELMONDT, ende tot voirlijff <= aanbetaling ook geschenk dat gegeven wordt als een beleefdheid bij pacht en huur> vijftich gulden, veertich ponden boeteren <= boter>, acht vijmmen schoeven <= 800 schoven stro>, wegende elcke buerdel veertich ponden, met noch jaerlicx vier voeder cloth <= vier karrevrachten turf> en een veth vercken <= varken>. Ende den coeper sal voer die huysvrouw des vercoepers een dubbel ducaet geven.
Item sal die coeper vuytte voerschr. Hoeve jaerlicx gelden aen die leprosen tot HYNTOM <= HINTHAM bij DEN BOSCH> twee Bossche mudden roggen reduciebel <= verminderbaar, konverteerbaar vernietigbaar>, bij den vercoepere jaerlicx betaelt met XII stuyvers.
Item alnoch aen die L.Vrouwen Broederschap bijnen DEN BOSSCH twee Bossche zester roggen seduciebel.
Item aen St.Jans altaar tot BAECKEL eenen jaerlicxen pacht van XVI vaten roggen, bijden vercoepere voer reductie in sijne coepe van de zelve Hoeve aengenoemen, ende altijt betaelt.
Item alnoch aende kercke van BAECKEL, tot behoeff van een lesende misse jaerlicx XII stuyvers.
Item aenden HeylligenGeest tot BAECKEL II gulden en XV stuyvers.
Item aenden HeijligenGeest tot HELMONDT een jaerlicxen pacht van XXV vaeten roggen, in natuere soe die zelve pacht is.
Item aende derffgenaemen van RUTH STEVENS jaerlicx XXIII gulden.
Item aen d'erffgenaemen Mr. JAN TIJPOOTS tot S'HARTOGENBOSSCHE jaerlicx XII gulden.
Item opten Grooten Begijnhoff ten BOSS, tot behoeff vande firmarie <= een ziekenzaal in een klooster> jaerlicx III gulden.
Item aen LIJSKEN Weduwe JANS de WEER jaerlicx XVIII gulden. HENRICK JANS van VUCHT tot HELMONDT jaerlicx twee mud roggen ende voordt betaelt met negen gulden, staende te lossen met hondert gulden tot XX stuyvers 't stuck in gevalueerde stuyvers.
Item aen Heer, ende Mr. JAN HANSGENS Scholaster tot St.OEDENRODE jaerlicx XIIII stuyvers.
Aen JENNEKEN Heer JAN CREMERS dochter ten BOSSCHE XIIII gulden staende ten achteren twee jaeren en alnoch eenen pacht voer den vercoeper.
Item aen JAN REYNDERS den interest van V gulden met het capitaal.
Welcke voorschr. pachten, zoe cooren, als gelt pachten den coepere gehouden sal sijn aen te neemen met drie verscheenen pachten.
Item sal den coepere schuldich, ende gehouden wesen sijne coepperen, boeven die voorschr. pachten bij hem vanden buerde te mijnen, aen den vercoepere, ofte aenden gedeputeerden te tellen op te Lichtmisse ierstcomende, die somme van II hondert ende vijftich gulden, om die geemploeert te worden met kennisse van sijnen kijnderen tot hennen meesten oirbaer ende prouffijte. Ende die resterende van de zelve cooppenningen telck Lichtmisse ende jaere daenae, die somme van twee hondert gulden, metten behoirlicken interest, thondert tegens ses gulden ende vijff stuyvers, geduerende die zelve betalinge tot dat die volle voorschr. vercoepinghe metten interest van dijen, sullen voldaen, ende betaelt weesen. Ende voor allet d'welcke den zelven coepere gehouden, ende verbonden sal sijn beneffens hem te stellen goede sufficiente cautie, ende borghe, die geloeven sal met hem tsamentlick ende onverscheyden, die voorschr. betaelinge, ende geprifigeerde termijnen loffelick ende behoirlick te voldoen. Om alle die zelve coeppenningen bij den vercoepere, met advys van sijne kijnderen, ofte geconstitueerden hem vercoepere op jaerlicx renthen beleet te worden.
Item sal den coepere gehouden sijn ten Licop te geven van elcke gulden van de cooppenningen eenen stuyver, bijden vercoepere te weynden <= keren; wenden>, ende te keeren nae sijne belieften, zonder tegenseggen van iemanden, ofte XXXV gulden daer voor, ten cuere, ende belieft des vercoepers.
Item soe wie op dese voorschr. Hoeffe wil slaen, ofte legghen, sal slaen, ofte legghen met guldens, den gulden tot XX stuyvers gereeckent die slaege halff voir den vercoepere, ende halff voir den coepere.
Item die vercoepere sal hem moegen houden aenden iersten II slagen, III slagen, IV slagen, ofte lesten coepere, mijndere ofte slaegere oft ontslaegere, die den coepere believen sal, zonder tegenseggen van iemanden.
Item oft iemants opte voorschr. Hoeffe slaen ofte lecht daer die vercoepere nyet mede te vreden en waere, soe sal die vercoepere het buert <= bord voor afkondigingen> moegen opnemen, zonder tegenseggen van iemanden.
Item den hoegsten legger sal 't voirmijnen hebben, medts leggende int parck eenen goedtspenning, ende dit te verhoeghen, 'tzij bij den ontslaegere ofte verhogere.
Item oft iemandts op dese voorschr. Hoeffe wil slaen, sal slaen aen handen, hebbende dese voorschr. vercoepcedulle, ende dat voer twee getuygehen. Ende sal die voorschr. Hoeffe ten hoochsel staen, tot dat wederom geveylt sal worden.
Item oft den affhanger hem int affhangen misgreep, ofte onweetens hem verabuseerden, soe sal die zelve het verabuseerde woordt wederom moeghen op neemen ende verhaelen zonder tegenseggen van iemanden.
Item die coeper sal gehouden wesen voirde confectie <= vervaardiging> van des vercoopcedulle te betaelen eenen gouwen <= betaelen> jaerlicx doende.
Item die coepere sal gehouden, ende verbonden wesen, ter vuytgaende bernende kersse te betaelen, licop, slachgelt, ende schrieffgelt gereet opt buert.
Item oft die coeper, ofte sijnen borghe die vercoop cedullen, als voirschreven staet, nyet en voldeeden, soe sal die vercoeper sijnne vercochte Hoeve wederom moeghen aenvierden ende vercoepen 'tzij gerichtelick, oft vuytter handt. Geldet dan meer, sal weesen tot prouffijt vanden vercoeper, ende geldet dan mijn, sal den vercoeper ofte sijnen borghe moeten bij leggen, ende betaelen, mede alle commer, schaeden, ende interesten die de vercoeper daer om heeft moeten doghen <= gelden>, ende lijden, sonder dat den coeper, ofte sijnen borghe sullen moegen impetreren <= afbedelen> eenighe andere wese vonden, die soude strecken moeghen tot dilay <= uitstel> der voirschr. betaelinghe. Maer geloeven dese voirschr. vercoopcedulle in alles te voldoen, sonder erch ofte list.
Mr. THOMAS PAULI REGIS heeft achtervolgens ter voirschr. vercoopcedulle die gementioneerde <= vermelde> Hoeffe gemeynt voordie somme van vijftien hondert, ende eenen vijftich gulden, ende geslaeghen twee hondert en vijftich slaegen elcken slach doen als voerschr. staet.
Getekend:
PETER van HEMSELROIJ.
CORNELIS van den SCHOET.
! Marge. !
Voor den Goedtspenningen is een dubbel ducaat, deen voor HELMONT en dander voor de aerme van DOERN.
Vijftich slaegen sijn hem om redenen geschonken.
Mr. THOMAS PAULI voorgenoempt, slaet alnoch vijftich slaegen doende elcke slach als boeven, ende twee slaegen int gelaeth?.
Actum den XIIe January Anno 1621, voor getyghen desen onderteeckent ende dat met consent des vercoepers verschreven.
JOSEFFO van GEFFEN.
ANTONIS HUIBERTSCH.
! Marge. !
Dese slaegen en valideren <= te goed schrijven> maer die helft.
De post heeft Mr. THOMAS, alnoch met consent vanden vercoeper ?? gelaech geslaeghen eenen slach,. Actum datum ut supra testes Schepenen
ANTONIS HUIBERTSCH
DYRYCK JAN SIJMONS
GOORT MICHIELS ontslaeget Mr. THOMAS voorschr. met twee slaegen, doende elcken slach als boeven.
Actum den XIX January Anno 1621.
Testes PETER die LOUW, en DIERICK SIMONS Schepenen in HELMONDT.
Mr. THOMAS voorschr. ontslaeget den voorschr. GOERT met ses slaegen doende halff en halff, ende noch sels slaegen met consent van de vercoeper, int gelaech actum als voor, ende voor getuygen als boven. De post slaet Mr. THOMAS voorschr. alnoch met consent des vercoepers int gelaech drie slaegen diende als voor.
Die karsse is achtervolgens die voorschr. vercoepzedulle gevuyghelick vuyt gegaen, ende is gebleven aen handen van Mr. THOMAS voorschr., die geloeft die vercoepzedulle in alles, te voldoen met alle conditien ende poincten daer inne gementioneert, egheen vuytgescheyden, testes Schepenen in HELMONDT desen onderteeckent opten XIX January Anno 1621.
ANTONIS HUIBERTSCH
PETER dye LOW
DYERCK JAN SYMONS
! Marge !
Den licop, schrieffgelt, Goedtspenning voer die helft vier gulden en die dobbelducaat voir mijn huysvrouw is betaelt opten XXen January met het slachgelt ter presentie van Mr. JAN LOYS ende EYMERT DIERICK THEUNIS.
< handtekening onleesbaar>
Opten VIe February Anno 1621 heeft Mr. THOMAS in affcortinghe vande coop voorschr. getelt aen handen van HENRICK JANSSEN van VUCHT die somme van LXXXIII gulden procederende van zeeckere contrackt, tusschen hem vercoeper en sijn kijnderen presentien, en in presentie van Schepenen deser Stadt. Gemaeckt testes Schepenen in HELMONDT desen onderteeckent.
PETER dye LOW
CORNELIS van den SCHOOT.
Opten XIII January Anno 1621, heeft Mr. THOMAS voorschr. getelt aen Heer PETER HEYECKERS die somma van XXVIII gulden precederende vande achterstelde pachten.
Alnoch aenden zelven 4 gulden 16 stuyver van een jaerpachte van 16 vaeten roghen. Ende aen Heer POUWELS van MILHEES 4 gulden vande 2 jaeren pachten op hem verachtert van de 16 vaeten rogghe verschr. met accordt. Facit te saemen 36 gulden 16 stuyvers en dat ter presentie van MARTHEN FABRI den Schepenen van GEMERT, ende andere.
Den XIIIIen February Anno voorschr. alnoch van Mr. THOMAS voorschr. tot sijnen huyse ontfanghen de somma van veertich gulden.
Opten XIen Marty Anno voorschr. heb ick noch van Mr. THOMAS ontfangen die somma van dartich gulden.
Den XVen Marty heeft Mr. THOMAS mij met mijn dochter MERIEN gesonden XV gulden.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. ??
d.d. 20-03-1621.
AERT THIJS van EBBEN transporteert aan JAN DIRCK SCHOUTEN een perceel land groot 2 Lopense dat in gebruik is bij WILBERT THIJSSEN.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1497, folio 273 verso.
d.d. 05-04-1621.
Joncker OCTAVIO BANSIJ inden naeme ende als gemechticht van Jo: CORNELIS TACK zoene wijlen Jo: PEETERS TACK, ende van Jouffrouwe CATHARINA van WIJFFLIET, inne bezegelde procuratie brieven der Schepenen in ALEM, wegens ende van dato der derden des lopende maent Aprilis XVIc eenende twintich, ende uyt crachte der machte den bovengenoemde Jonckere OCTAVIO BANSIJ vande voirschr. Joncker CORNELISSE TACK, ende Joffr. CATHARINA WIJFFLIET (zoo blijckende was) gegeven ende verleendt eenvierdengedeelt actie ende recht, den voorn. Jo: CORNELISSEN TACK ende Joffrouwe CATHARINA van WIJFTLIET, zoo zij verclaerden, competerende inde wijnt cooren moelen mitte gerechte vande gemaele ende molenwerff gelegen binnen de Parochie van BAECKEL in PEEDELANDT.
Heeft hij wittelijck ende erffelijck opgedraegen ende overgegeven, mits desen Jo: BERTHOUDT van WIJFFLIET zoene wijlen Jo: HENRICX van WIJTFFLIET. .
Gelovende die voirnoemde Jo: OCTAVIO BANSIJ uit crachte zijnen voirschr. gegenene machte op verbijntenisse van allen den goederen der voirschr. constituante present ende toecoemende waeraf.
Omnes obligatione et impositione deponere, uitgenoemen het vierde part van eene jaerlicken pacht van vier mudden roggen siaers reductie aen 't Convent van BIJNDEREN.
Item het vierde part in eenen erffelicken pacht van een mud roggen siaers aende Taeffele van den Heijligen Geest tot BAECKEL.
Item het vierde part van eene jaerlicken Chijns van achtentwintich siaers siaers s'Heeren Chijns.
Item eene geheelen Loschijns van achtien gulden ende vijftien stuyvers siaers aen JACOP PIJNAPPEL.
Ende alnoch eene erffelicken Chijns van seste gulden siaers aen Jaerlicx van rechts wegen daer uit te vergelden staende, zoo hij verclaerden.
Testes BAECKHOEVEN et COCK.
Datum V. Aprilis Anno XVIc XXI.
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 336,
d.d. 27-04-1621.
ELISABETH naegelaeten Weduwe ART JOESTENS stelt te buerde om voor een jaere te verpachten dese twee naevolgende parcelen.
Ten iersten eenen hoybeempt gelegen inde Prochie van BAECKEL ter plaetse ACHTER DIE DIERDONCK groet omtrent elff zillen, toebehorende JOESTEN ARTS.
Item noch een huys, hoffstadt, hooff ende toebehoerten gelegen inde Prochie van DORNEN ter plaetse genaempt DIE CUYLHEUVEL never erffenis des Heren van DORNEN aan ene zijde die gemeyne straete, aan andere zijde streckende van erffenisse ART COOLEN tot opte gemeyne straete.
In verstande dat alsulcken drye te gebruycker <copste?> lants offt daer omtrent als bijde selvene wesende ten bijsijnne van de constitutie is beloeft en als met recht besayt is bij JAN die SNEYER den pachter, deen helfft mede zal hebben laetende, dander helfft tot behoeff vande voorschr. gebruycker voer het ploech recht. Waervan tegenwoerdich gebruycker is JOEST die SNEYER.
Al nae breeder inhout der constitutie bryeffs van de Schepenen van HELMONT wesende van dato den vierden Septembris 1611 welcke voorschr. twee parceelen met meer anderen met allen termijnen van recht nyet vuytgescheyden nae costuymen deser bancken van HELMONT heeft gerichtelijck geevicteert opten IIIen Aprilis Anno 1621. Ende dat voor ende over eenen jaerliche rente van twee en tzestich gulden thien stuyvers ter coutie van negen jaeren achterstellen renthen.
Ende dat in weegen ende manieren hier nae volgende.
! Hier na volgen de pachtvoorwaarden !
Op huyden date <= 27-04-1621> voorschr. is die voorschr. hoybeempt gebleven aen JOEST ARTS en het voorschr. huys, hoff met zijne toebehoerten aen ART JANS Schoutende met vuytgaen vande berendende kersse nae inhout der voorschr. verpachtcedulle ende elck in sijn respect, heeft geloeft onder verbant van zijnen persoen ende allen sijnen goederen present en toehorende die voorschr. verpachtcedulle in allen puncten ende articulen te voldoen sonder argelist testes datum ut Supra.
Get. J.BECX, Secretaris, 1621.
Bakel 1622.
Rijks Archief Den Bosch, inv.nr. 057.01.
Kommanderij Gemert, nr. 806. Latijnse tekst.
Inhoud:
Vonnis, gewezen door een zekere officiaal en raad in S'HERTOGENBOSCH, in de zaak tussen de pastoor van BAKEL en DEURNE met de regenten van DEURNE enerzijds, en HENDRIK van HOLTROP, kommandeur van GEMERT, met GODEFRIDUS ABSALONS als ontvanger van de goederen van de abt van ECHTERNACH anderzijds, betreffende een zekere aanvullende bijdrage in het onderhoud van de pastoor van BAKEL en DEURNE en diens vicarius, 1622; eenvoudig afschrift, (17e eeuw).
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 229, 15-02-1622.
HILDEGONDA Weduwe van HENDRIK PETERS van WERT transporteert aan WILBERT MATHIJSSEN van NEERVEN een rente van 10 vaten rogge.
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 336. d.d. 26-02-1622.
WOLFF FRANCK vuyt crachte van Octroye van den Hoeve, ende met consente van sijne kijnderen, stelt te buerde om te vererffcoepen, een Hoeffe genaempt DIE SCHAUWT, liggende onder DOERN, ende BAECKEL, mette huyssinghe, schueren, bachuys ende schaepskoyen, met alle die groesen, zoo weyvelden, hoybemptden ende heydtvelt, als landt zoo groot, ende cleyn als hem vercoopere dat is competerende, ende gelijck JENNEKEN, Weduwe wijlen JAN WILLEM GENEN dat tegenwoordich in haer gebruyck, ende huyringhe is hebbende egheen vuytgescheyden, in hoeghe, in leghe, in diepte, ende droeghe. Reseverende hier inne het wordt gereserveert, ende vuytgescheyden, los ende vrij vuytgenoemen thien stuyvers chijns ofte zoo veel, als met recht daer is vuytgenoemen ende den chijns van het weyvelt bij hem .... ten anderen tijden van JAN THIJS tot BAECKEL .... gerecht zoo veel als bevonden wordt met recht daer vuytgaende, int boeck des Heeren van HELMONDT, mette gerechticheyt van oever 't voerschreven velt te vaeren, ende te drieven, die daer met recht oever geweest is. Ende dese naevolgende ondergeschreven renthen, ende jaerlicxe pachten, soe vuytte voerschr. Hoeffe, als oock vuyt zeekere andere sijns vercoepers goederen gaende met expresse voorwaerden oock, dat die coepere alle die zelve pachten, ende renthen, vuyt sijne vercoepers andere goeden gaemde 't soo sal betaelen, lossen, ende inder erffelicheyt quyten, dat alle die zelve sijne andere goederen, sijnen persoen ende erffgenaemen, daer van altijt sullen sijn, ende blieven ontlast. Ende voor allet dwelcke den selven coepere, beneffens sijnen voirschreven gecochte Hoeffe, oock specialick sal hebben te verobligeren, alle sijne andere goederen, met geloefte, ende werschappe <=waarborg>, daer toe dienende.
Item alsoe die Weduwe JAN WILLEM GEVEN noch twee jaeren pachtinge aen die voorschr. Hoeffe is hebbende, in, ende aengaende te PFINCXTEN, ende 'tlandt ter stoppeltijt, naer ouder gewoonten, ende achtervolgens die verpacht cedulle daer aff sijnde, wordt hier inne gerefereert, dat die voorschr. pachtersse, haere jaeren sal continueeren, daer aff bijden coepere treckende die pachtinge bij de voorschr. pachtersse gepacht, conforme die verpacht cedulle daer aff sijnde, welcke jaere beloepende, veertien mudden rogge, een mud garsten, ende vier mudden boeckents mate van HELMONDT, ende tot voirlijff <= aanbetaling ook geschenk dat gegeven wordt als een beleefdheid bij pacht en huur> vijftich gulden, veertich ponden boeteren <= boter>, acht vijmmen schoeven <= 800 schoven stro>, wegende elcke buerdel veertich ponden, met noch jaerlicx vier voeder cloth <= vier karrevrachten turf> en een veth vercken <= varken>. Ende den coeper sal voer die huysvrouw des vercoepers een dubbel ducaet geven.
Item sal die coeper vuytte voerschr. Hoeve jaerlicx gelden aen die leprosen tot HYNTOM <= HINTHAM bij DEN BOSCH> twee Bossche mudden roggen reduciebel <= verminderbaar, konverteerbaar vernietigbaar>, bij den vercoepere jaerlicx betaelt met XII stuyvers.
Item alnoch aen die L.Vrouwen Broederschap bijnen DEN BOSSCH twee Bossche zester roggen seduciebel.
Item aen St.Jans altaar tot BAECKEL eenen jaerlicxen pacht van XVI vaten roggen, bijden vercoepere voer reductie in sijne coepe van de zelve Hoeve aengenoemen, ende altijt betaelt.
Item alnoch aende kercke van BAECKEL, tot behoeff van een lesende misse jaerlicx XII stuyvers.
Item aenden HeylligenGeest tot BAECKEL II gulden en XV stuyvers.
Item aenden HeijligenGeest tot HELMONDT een jaerlicxen pacht van XXV vaeten roggen, in natuere soe die zelve pacht is.
Item aende derffgenaemen van RUTH STEVENS jaerlicx XXIII gulden.
Item aen d'erffgenaemen Mr. JAN TIJPOOTS tot S'HARTOGENBOSSCHE jaerlicx XII gulden.
Item opten Grooten Begijnhoff ten BOSS, tot behoeff vande firmarie <= een ziekenzaal in een klooster> jaerlicx III gulden.
Item aen LIJSKEN Weduwe JANS de WEER jaerlicx XVIII gulden. HENRICK JANS van VUCHT tot HELMONDT jaerlicx twee mud roggen ende voordt betaelt met negen gulden, staende te lossen met hondert gulden tot XX stuyvers 't stuck in gevalueerde stuyvers.
Item aen Heer, ende Mr. JAN HANSGENS Scholaster tot St.OEDENRODE jaerlicx XIIII stuyvers.
Aen JENNEKEN Heer JAN CREMERS dochter ten BOSSCHE XIIII gulden staende ten achteren twee jaeren en alnoch eenen pacht voer den vercoeper.
Item aen JAN REYNDERS den interest van V gulden met het capitaal.
Welcke voorschr. pachten, zoe cooren, als gelt pachten den coepere gehouden sal sijn aen te neemen met drie verscheenen pachten.
Item sal den coepere schuldich, ende gehouden wesen sijne coepperen, boeven die voorschr. pachten bij hem vanden buerde te mijnen, aen den vercoepere, ofte aenden gedeputeerden te tellen op te Lichtmisse ierstcomende, die somme van II hondert ende vijftich gulden, om die geemploeert te worden met kennisse van sijnen kijnderen tot hennen meesten oirbaer ende prouffijte. Ende die resterende van de zelve cooppenningen telck Lichtmisse ende jaere daenae, die somme van twee hondert gulden, metten behoirlicken interest, thondert tegens ses gulden ende vijff stuyvers, geduerende die zelve betalinge tot dat die volle voorschr. vercoepinghe metten interest van dijen, sullen voldaen, ende betaelt weesen. Ende voor allet d'welcke den zelven coepere gehouden, ende verbonden sal sijn beneffens hem te stellen goede sufficiente cautie, ende borghe, die geloeven sal met hem tsamentlick ende onverscheyden, die voorschr. betaelinge, ende geprifigeerde termijnen loffelick ende behoirlick te voldoen. Om alle die zelve coeppenningen bij den vercoepere, met advys van sijne kijnderen, ofte geconstitueerden hem vercoepere op jaerlicx renthen beleet te worden.
Item sal den coepere gehouden sijn ten Licop te geven van elcke gulden van de cooppenningen eenen stuyver, bijden vercoepere te weynden <= keren; wenden>, ende te keeren nae sijne belieften, zonder tegenseggen van iemanden, ofte XXXV gulden daer voor, ten cuere, ende belieft des vercoepers.
Item soe wie op dese voorschr. Hoeffe wil slaen, ofte legghen, sal slaen, ofte legghen met guldens, den gulden tot XX stuyvers gereeckent die slaege halff voir den vercoepere, ende halff voir den coepere.
Item die vercoepere sal hem moegen houden aenden iersten II slagen, III slagen, IV slagen, ofte lesten coepere, mijndere ofte slaegere oft ontslaegere, die den coepere believen sal, zonder tegenseggen van iemanden.
Item oft iemants opte voorschr. Hoeffe slaen ofte lecht daer die vercoepere nyet mede te vreden en waere, soe sal die vercoepere het buert <= bord voor afkondigingen> moegen opnemen, zonder tegenseggen van iemanden.
Item den hoegsten legger sal 't voirmijnen hebben, medts leggende int parck eenen goedtspenning, ende dit te verhoeghen, 'tzij bij den ontslaegere ofte verhogere.
Item oft iemandts op dese voorschr. Hoeffe wil slaen, sal slaen aen handen, hebbende dese voorschr. vercoepcedulle, ende dat voer twee getuygehen. Ende sal die voorschr. Hoeffe ten hoochsel staen, tot dat wederom geveylt sal worden.
Item oft den affhanger hem int affhangen misgreep, ofte onweetens hem verabuseerden, soe sal die zelve het verabuseerde woordt wederom moeghen op neemen ende verhaelen zonder tegenseggen van iemanden.
Iten die coeper sal gehouden wesen voirde confectie <= vervaardiging> van des vercoopcedulle te betaelen eenen gouwen jaerlicx doende. 1 gulden.
Item die coepere sal gehouden, ende verbonden weesen, ter vuytgaende bernende kersse te betaelen, licop, slachgelt, ende schrijffgelt gereet opt buert.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, Rolle inv.nr. 10.
Kladblaadje.
d.d. 11-05-1622.
Opten 11e May 1622 soo heeft JAN GOERTS van HOOFF woonende onder BAKEL tot MILHEES, ende heeft in specyen getelt MARCUS LAUWREYNSSEN, ende AERT THIJS TEGGERS tweeendertich dobbel Philippen en veertich padeconse dalers, en eenen rosen nobel van Engelant gedeern mits noch eenen cleyn payment bedragende ter somme van drye hondert gulden in payement yederen gulden XX stuyvers. Wel verstaende een gulden van dese drye hondert gulden sullen hem iaerlicx geven XVIII gulden van intrest en dese voirgenoemde specyen sullen sij wederom restitueeren in betalinge als dien dach sall coemen alss JAN van HOOFF sal gelieven. En tot mielder versekeringe sullen sij dit dit den secretarije te laten beschrijven tot een schepen geloeffte en beyde onderteekent.
Bakel 1623.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 90, folio 202 verso.d.d. 21-08-1623.
Geextendeert.
Heer PAUWELS PROEMMEN als Rector van St.THEUNIS cappelle in MILHEEZE onder de Parochiekerke van BAECKEL geautoriseert bij Mijn Eerwaardigste Heere den Bisschop der Stadt TSERTOGENBOSSCHE den 19e Augusti 1623 blijckende bij de handt van heuren vergelsom ons Schepenen gebleken ende verthoent bijden voorschreven Heeren PAUWELS heeft wel wettelick ende erffelic vercocht, overgegeven ende opgedragen LAMBERDEN DIRCK SCHUTE een weyvelt gelegen in de Parochie van DOERNE int DOERP aldaer tusschen erffenis de erffgenaemen FRANCQ GEVERTSS van ASTEN ter beyden zijden ende metter eenen eynde streckende voorts metten anderen einde opte gemeyn straet aldaer ut .
Vertijdende ende geloevende pront in forma los en ven te weeren ende voorts alle saecken van opdragen ende overgeven ewelijcken vast ende stedich te houden. etc. etc.
Actum den 21 Augusty 1623 voer Schepenen ANTEUNIS HEN. GOLOFFS ende JAN UNE JANSSEN.
Rechtelijk Archief Deurne, deel 9. d.d. 19-12-1623.
AERT THIJSSEN verpacht aan EVERDEN PETERSSEN zijn goet tot MILHEEZE onder BAKEL gelegen aen de WEYER aldaar, dewelk de weduwe zaliger nu lest verstorven bewoont hebbende, etc. etc.
Bakel 1624.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1524, folio 428v - 429v.
d.d. 05-07-1624.
Heer ende Meester PAULUS PROEMEN Presbyter ende Lectoor van het beneficie des aultaers van Sint Antonis, in de capelle van MILHEZE, onder de prochie van BAECKEL, des bisdoms deser stadt S HARTOGENBOSSCHEN Ende inne dyer qualiteyt deser Heere Comparant gemechticht tot sgeens naervolgende ende bij acte van autorisatie van mijnen Eerw.sten Heere den Bisscop deser stadt, op gisteren verleent, ende vermogens der machte hem Heere Comparant daer bij soo blijckende was, gegeven ende verleent, Eenen alsulckenen jaerlicken ende erffelicken pacht van drye vaten roggen, als de voors. Heere Lectoor, van wegen des voors. beneficie, jaerl. is heffende, uit seeckere onderpanden gelegen onder de voors. prochie van BAECKEL, ter plaetssen genoemt MILHEZE, resorterende onder eene hoeve lants, toecomende Juffrouwe CATARINA MONIX, weduwe Joncker WILLEMS van CHEMI soo men verclaerde, heeft hij wittelick ende erffelick opgedraegen ende overgegeven mits dezen der voors. Juffrouwe CATARINA MONIX, Ende dat bij maniere van erffmangl- linge tegens een lopensaet ackerlants, off daeromtrent, tot MILHEZE voors. gelegen, bij der selver juffrouwe CATARINA, desen dage, voor den ondergescreven Heeren Scepenen, ten behoeve van 't voors. beneficie opgedragen, met allen den afterstel. daer van versaemen ende onbetaelt staende et eff, Gelovende de voors. Heere Lectoor vermogens sijne voors. auctorisatie, op verbant van alle de goederen des voors. beneficie waraene, ommes wey etc. imp. ens deponeren aqz satisfaceres Testes VERCUYLEN et ABSELVONS datum den vijfften July anno XVI vierentwintich.
De voors. Juffrouwe CATARINA MONIX cum suo tutore, Een stuck ackerlants, groot ontrent een lopensaet, oft sij alsulcker vuegen, grootte, ende manieren dit stuck ackerlants gelegen is onder de prochie van BAECKEL, ter plaetssen genoemt "MILHEEZE", tussen erffenissen JANS GOYAERTSSEN van HOVE, ten beyden sijden, ende met den eenen eynden streckende met den anderen eynde aen erve des Convents van BIJNDEREN soo sij verclaerden heeft sij wittelick ende erffelicken opgedraegen ende overgegeven mits desen, den voors. Heer Lectoor van 't voors. beneficie, tot behoeff van tselve beneficiën, Ende dat bij maniere van erffmangtlinge, tegens eenen pacht van drye vaeten roggen, te vergelden uit onderpanden tot MILHEEZE voors. gelegen, bij den voors. Heere Lectoor, desen dage, voor den ondergescreven Heeren Scepenen, ten behoeve vant voors. beneficie opgedragen, et offte gelovende de voors. Juffrouwe CATARINA MONIX met haeren momber voorn. super omnia et hua waram, omnes ob.em et imp. en deponeren uitgenomen eenen chijns van seven stuyvers, aen tconvent van BIJNDEREN jaerlix van rechts wegen daer uit te vergelden staende soo sij seede. Testis et datum ut supra.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1520, folio 437v - 438v.
d.d. 08-07-1624.
CORSTIAEN sone WILNER JANS MATIJSSEN wonende tot BAECKEL, heeft wittelick ende erffelick vercost, ende vercoopt mits desen maeninge ARNDEN van ASPEREN, tot behoeff van den Vrouwen Gasthuys gefundeert bij sa: AGNEES van den BROECK. staende binnen deser Stadt SHARTOGENBOSSCHE, ontrent Sinte Barbara capelle, Eenen jairlicken ende erffelicken chijns van negen caroli gulden, elcken gulden tot twintich stuyvers goets gelts gereeckent, te betaelen alle jaer erffelick den negensten dach der maent July, Ende voor den iersten termijn van betaelinge den negensten July anno XVIC ende vijffenteintich. Ende inne SHARTOGENBOSSCHE vrij van alle beden ons Heeren des Hertochs, exactien, subventien, soo tienden, twintichsten, hondersten als alle andere meerdere ende mindere penningen commeren, scattingen, ende lasten, ordinarissen extraordinarissen innegestelt, ofte bij avontueren naermaels innegestelt te wordene egeene lasten ter werelt uytgescheyden te leveren ende te vergelden, van ende uit huys, brouhuysinge henne gronden, hoff ende boomgaert, groot te samen ontrent een lopensaet gelegen binnen der prochie van BAECKEL voors., ontrent de kercke aldaer, tussen erve Jo: JOHANS TACK, ende Joncker BERTHOLT WIJFFLET laetheer deser stadt, als behoorende totter wintmolen van BAECKEL, ex vuo, ende oock metten eenen eynden ende tussen erve JANS MARCELISSE ex alio, streckende metten anderen eynde aen "den KERCKPAT" aldaer. Item van ende uit een stuck ackerlants, groot omtrent anderhalff lopensaet, gelegen aldaer, neffens erve der erffgenamen JANS MARCELISSE ex vuo, ende neffen erve der erffgenamen GOOSSENS JANSSEN, ex alio, streckende van de voors. erffenisse toebehoorende totte voors. wintmolen, tot aen erve des voors. vercoopers. Item van ende uit een stuck lants genoemt "BERCKENBOSCH" groot ontrent twee lopensaeten, oock aldaer gelegen, tussen erve des aultaers van Onser Liever Vrouwe in de voors. kercke van BAECKEL, ex vuo, ende tusse erve AERTS JANSSEN, ex alio, streckende van den "KERCKENWECH", tot op den gemeynen vaerwech. Ende alnoch van ende uit een stuck lants groot ontrent vijff lopensaeten, gelegen aenden voors. wintmolen, neffen erve WILLEMS JANSSEN VERHAGEN ex vuo, neffen erve der erffgenamen JANS HENRIXSSEN van de GOOR, ex alio, streckende van erve PEETERS HENRIXSSEN, tot aen andere erve des voors. vercoopers, soo hij verclaerden. van den selven Gasthuyse ach effs, gelovende de voorn. vercooper super omnia et hua waram, omnes alias ob em et imp em deponere atqz satisfaceren.... Met conditie dat de voorn. vercooper desen voors. chijns ten allen tijde sal mogen lossen ende quijten ten eenenmaele met de somme van hondert ende vijftich carolus gulden, elcken gulden tot twintich stuyvers inne permissie gelde bij openbaeren placcate van den Rade van BRABANT gepermitteert sijnde, gereeckent ende dat in egeene mindere specien van penningen dan scellingen et cum censu anni redenit chi Behoudelick dat de voorn. vercooper desen loss een halff jaer te voorens wittelick sal vercondigen ende opseggen.
Testes VERCUYLEN et DUNGEN, datum acht July anno XVIC ende vier en twintich.
In de marge:
Mr. ARNT van ASPEREN voorn. in qual. voors. heeft bekent dat ANTONIS ARIEN CAMPERS als proprietaris voorn. onderpant dezen chijns voorn. negen ...............oren zijnen handen heeft gelost met een jaer achterstels lesten ......... opten ... voorn. originalen constitutiebrief geschreven.
Actum iii July XVIC XXV.
me teste A v HEES Schepen
Bossche Protocollen, inv.nr. 1535, folio 574-575.
d.d. 02-09-1624.
JAN sone wijlen GEERARDTS WILLEMS ingeseten des dorps van BAKEL als wittich man ende momboir van GERTRUYT zijne huysvrouwe dochtere wijlen GERLINGS ANTHONISSE, heeft wittelick ende erffelick vercost ende vercoopt mits dese mij .......... uyt tot behoeff van JACOBEN sone wijlen MARTENS ERASMUS die beyde timmerman, eenen jairlicken ende erffelicken chijns van Elff gulden, carolus gulijck gemeynlick genoempt, twentich stucks vandie stuvers gemeynt genoempt oft te werde. Daarvoor innuderen goeden gelde voor elcken gulden te rekeenen, te betalen alle jaer erffelick op den iersten dach der maent September ende voor den iersten termijn van betaelinge den iersten dach van September zestienhondert vijff ende twintich toecomende ende in sHERTOGENBOSSCHE vrij van alle beden onsheeren des hertoge exactien subvientien vijffde, tiende, twintichste, honderste meerder ende mindere penningen, commere, scattingen ende lasten, gewoonlicke ongwoonlicke, ordinarisse ende extrordinarisse ende ingestelt ende ter avonturen noch naermaels inne te stellene egeene lusten uitgescheyden te leveren ende te vergoeden van ende uit een stuk ackerlants als den voorschreven vercoopere genoempt "den DORPSCAMP" seven lopensaeten lants oft daer ontrent groot zijnde gelegen onder de parochie van BAKEL ter plaetse genoempt "Aan den BENTEM" tussen erffenisse EVERARTS WILBORTS hiertegens eertijts affgedeylt op vuo ende tussen erffenisse MARTENS WEYNEN op alio, streckende met beyde den eynden aen den gemeyntelijcken ulen, inde Ende alnoch van ende uit een stuck ackerlants genoempt "den BRUGACKER" vijff lopensaeten oft daerontrent begrijpende gelegen in de parochie voorschreven bij unile ontrent "de BAKELSCHE BRUGGE" neffens den gemeynen "BRUGHDIJCK" ex uno, ende ende neffens den erve PEETERS MARTENS ex ulio streckende van den erve des voorschreven EVERTS WILBORTS tot aen de gemeynde strate al.. ut dicebat, ab eodem JACOBO doet effesttuc....Gelovende de voorschreven JAN vercoopere super ovid et luae voaram omnes ailias obligatien et up deponere uitgenomen een chijnshoen ende eenen halven braspenning chijns aen Jonker GODEFROY ubstoors van ende vuyt den iersten onderpande ende eenen erffelicken chijns van twee ende een halven gulden aen de fabrijcke der kerke van BAKEL van ende uit den lesten onderpanden jairlicx van te voorens ende van rechtswegen respective te vergelden staande ut dicebe atij satisfurere met conditie inne de voorschreven toegedaen, dat de voorschreven vercoopere lesten voorschreven chijns van elff gulden tot allen tijde sall moghen afflossen ende quijten tsamen ende ten eenenmale metter somme van tweehondert carolus gulden tot twintich stuvers in goeden permissie gelde, ten tijde van der aflossinge bij placcaet van den hove van BRABANT gepmitteert elcken gulden te rekenen et com censo et arrestadijs 't zijnde nochtans dat de voors. vercoopere gehouden ende verbonden sal wesen dusdanigen loss een halff jaer te voorens wittelick te vercondigen ende op te seggen testes testie ende Dungen. datum den tweeden dach September anno XVI ende XXIIII.
In de marge:
Actum den XII September anno XVICXLI
De rest niet afleesbaar van de copie
Bakel 1625.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1536, folio 300v - 302.
d.d. 02-04-1625.
JAN sone wijlen GEERARDT WILLEMSSEN inwonder des dorps van BAKEL en soo voor hun selven als meede als man ende momboir soo hij segde van GERTRUYT zijn huysvrouwe, dochtere wijlen GERLINGHS ANTHONISSE heeft wittelick ende erffelick vercoght ende vercoopt mits desen Heeren ARNDEN van EMPEL pbrie ende canunick van de Enptie der collegiale kercke van Ste GERTRUDENBERGHE soo tot sijn behoeff als mede ten behoeve van NICLAES sijnen broedere ende HENDERA zijne sustere alle kijnderen ende erffgenamen van wijlen ADRIAEN van EMPEL sone Mr. GOYAERTS van EMPEL als secretaris als hij leeffden.... stadt eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van elff gulden carolus guldens gemeynlick genoempt twintich stuvers oft de werde daer voor sij anderen goudens gelde voor elcken gulde te rekenen te betalen alle jaer erffelick nul mitatis johis baptiste ende voor den ierste termijn van betaelinge (notanter) in de Hoochtijde der geboirte van St. Jan Baptist ierstcommende ende binnen der stadt van 'SHERTOGENBOSSCHE vrij ut supra in preceden. constitutione te leveren ende te vergelden van ende uit een stuck teullants gemeynlick genoempt "den LANGENAKKER" sess lopense lants of daer ontrent begrijpende gelegen in de parochie van BAKEL ter plaetse genoempt "de SCHIJVE" tussen erffenisse HENRICX JOOSTEN van den SANDE ende ander erve des voors. JANS vercoope...... ex vuc ende tussen erffenisse des onmundichs kijnts JOOST RAESSEN ex alio, streckende van eenen gemeynen meswech totten erve WILBORTS HENRICX van de KERCKHOFF. Item van ende uit eenen acker teullants gemeynlick geheyten " 't HOECKENDAELL" groot ontrent vier lopensaeten gelegen in de parochie ende plaetsse voorschr. beneffens erffenisse CATARINE wed. des voors. EVERARTS WILLEMSSE ende des vercoopers moedere ex vuo, ende beneffens den erve des voors. WILLEMS HENRIXSEN van de KERCKHOFF ex alio, streckende van den voors. "LANGENAKKER" van sess lopensaeten totten gemeynen wech ales (AARLE?). Ende alnoch van ende uit huys ende erve met eenen camp teullants rueren daeraen ligende, seven lopensaten lants oft daer ontrent tesamen begrijpende gestaen ende gelegen in de voors. parochie van BAKEL ter plaetsse genoempt "den BENTHEM", neffens den erve EVERTS WILBORTS ex vuc ende neffens den erve MARTENS WEYNEN ex alio, streckende metten eenen eynde aen "het FROMMELSTRAETKEN" ende mettn anderen eynde aen gemeynte Ale.i ut cht van den selven kijnderen ADRIAENS van EMPEL ech. suppt. et harum. nnes alias obligatione et imp.. em deponere, uitgenomen eenen stuver met een chijns hoen aen den Regulieren Convent van Onser Lieve Vrouwen HAGE bij EYNDHOVEN jairlics van te voorens ende van rechtswegen uit den lasten met den onderpenningen te vergelden staen ..... ut cht at qz sutiffacere met conditie hier inne toegedaen dat de voors. vercoopere desen voors. chijns ten eeuwigen dage zal mogen lossen ende quijten tsamen ende tenenmael metter somme van tweehondert carolus gulden tot XX p in goeden permissie gelde ten tijde van der lossinge bij juralen placcate des hooffs van BRABANT opt stuck van de munte gepermitteer elcken gulden te rekenen ende metten coop tans valien dusdanigen loss een halff jaer te voorens wittelick zullen moeten te kennen geven ende opseggen. Testes de ABSTOONS ende van LEEMPUTTE.
Actum den III Aprilis anno XVIC ende XXV.
Marge.
Desen chijns van 11 gulden tegens? is aen handen van Mr. GEVART van HERLAER iccentanes guerechten man van HENRICX sijne huysvrouwe dochtere ADRIAEN van EMPEL afgelost ende gequeten. Actum den XXXI May anno XVI ende XXXI. Me teste (signatuur).
Bakel 1627.
Helmondsche Protocollen, Archiefnummer A-2001.Inv.nr. 3832.
d.d. 27-03-1627.
WILLEM AERDTS ende PETER BERNARDT woonende tot BAKEL en MILHEEZE hebben een voor al, als principael erffelijck vercocht, overgegeven ende opgedragen PEETER JANSSE BUNNENS woonende tot ZILST bij EIJNDHOVEN een Jaerlijckse en erffelijcke renthe van seventhien gulden, vijff stuijvers jaerlijcx, die welck sij hem geloeft hebben een voor al alle jaer te gelden ende te betalen, op onsen Liever Vrouwen Lichtmisse dach waer van het ierste jaer renthen vallen ende verschijnen sal Lichtmisse dach anno 1628 vrij van alle lasten binnen HELMONT te leveren, en dat vuijt eenen bempt groot ontrent vier Loopensaeten gelegen binnen den Dorpe van BAKEL inde NEERSTRAET genoempt DEN LUSSEMAN neffens erffenisse de Commanderije van GEMERT ex uno MAIJKEN dochtere JANS van BERGHE ex alio L streckende met beijde eijnde op de gemeijnte vuijt. Item alnoch vuijt een stuck ackerlants groot anderhalff loopensaets gelegen als voor neffens erffenisse WILLEM BERLINX ex uno, JACOP BERNAERTS ex alio L streckende van erffenisse NELIS HEUSKENS den Sneijder tot op erffenisse JAN CEELLENS ende een vaerwech genoempt DEN CROMMEN HOECK. Item nog vuijt een stuck ackerlands genoempt DEN HEUVELSEN ACKER, groot ontrent anderhalff Loopensaets neffens erffenisse JACOP BERNAERTS ex uno LIJSKEN naegelaeten Weduwe JAN BERNAERTS ex alio L streckende voorts met beijde eijnden op een ghemeijn wech: los en vrij ende geseth etc.
Beloevende in solidum etc. Actum ut supra. Testes MR. ADOLPH BECX en GOORT JAN MATTHEUSSEN.
Recognitio quitandi dat men dese voors. renthe van XVII gulden V stuijvers sal moghen lossen en quijten met drij hondert gulden cappitaels permissie midts XVII leggende alle vervallen pachten ende een halff jaer te voerens oppseggende. Actum et Testes ut Supra.
PEETER BERARDTS geloeft op sijnen persoon ende alle sijne goederen WILLEM AERDTS van dese voors. geloefte costeloos ende schadeloos t'invenneren ende .
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 53A, doos 1, nr. 23.
d.d. 10-05-1627.
Op huyden den tienden May sestienhondert sevenentwintich compareerde voor ANTHONIS HANRICK GOLOFFS ende PAUWELS WILLEMS van HIJNSBEECK, den eersamen GOORDT MEUSSE inwoonder des dorpen DOERNE out ontrent sesensestich jaren heeft ten versoecke van JAN JAN JOESTEN ingesetene van BAEKEL opde Interrogatorium hyer naer nageschreven gedeponeert onder voorgestaefden Eede die hij deponent aen handen des Stadthouders met opgereyckte vingeren heeft gedaen waer aff de voorschr. Interrogatorium was luydende soo volght dat waerachtich is ende des deponent gemelijck <= misnoegd> dat bij de deijlinghe ende scheijdinghe tusschen de hennen kijnderen ende erffgenamen van wijlen JAN de GREEFF, BARTHOLOMEUSSEN GOORTS van LOEN en als getrout met JENNEKE JAN de GREEFF dochter te deel gevallen sijnde zeeckere parthijen van gronden van erffen gelegen onder BAEKEL ende ter plaatse MILHESE uv den producent toebehooren nyet een is vuytgesteken of gegroot geweest eenen erffelijcken pacht van een malder rogge tot behoeff van den Rectoers van St.Jans Altaer binnen de kercke van BAEKEL dat den selve pacht bij BARTHOLOMEUS GOORTSSE van LOEN sijnen deponents vader noyt en is betaelt geweest noch oyct bij den Rectoers van den voorschr. Altaer gemaent oft vervolght.
Welcken volghende deselve Interrogatorium des voorschreven deponent voorgehouden heeft op sijnen Eedt als voor gedaen verclaert ende gedeponeert dat hij geen kennisse en is hebbende dat sijn ouders oyt betaelt souden hebben een malder rogge vuyt den gooet tot MILHESE aen eenige Rectoers tot behoeff van St.Jans Altaer inde kercke van BAKEL nu toebehoorende den voorschreven producent of dat hij deponent sijne ouders noyt en heeft hooren seggen dat sij vuyt het voorschr. goet deel goet voorschr. pretens malder rogge uyt schulden noch souden sijn geweest allegerende alnoch dat bij dat hij deponent den voorschr. wijlen JAN de GREEFF seer wel heeft gekent als wesende naesten nagebueren en dat hij den voorschr. JAN noyt en heeft hooren vermanen dat hij den selve rogge schuldich soude sijn.
Oud Rechtelijk Archief Helmond, inv.nr. 336,
d.d. 18-06-1627.
Onder conditien ende voorwaerden hier naer beschreven soo hebben MARCELIS VERHOUTERT voor een vierde part, ende JENNEKEN huysvrouwe Mr. CORNELIS van MONTFORT voorde andere vierde part, erffelijcken vercocht, overgegeven STIJNTKEN naegelaten Weduwe DIERCK AMBROSIUS van DUYNHOVEN, de hellicht van een Hoeve landts Leenroerich, staende te Leene, aen de Heere ende Commanderije van GEMERT, genoempt DE HOEVE TE CROOM AA, gelegen onder de Parochie van DEURSEN, ende BAECKEL. Inden vuegen, ende manieren gelijck de selve in gebruyck ende labeur sijn hebbende <= onder de ploeg hebbende>, PEETER ende GEERLING GEERLINGS gebroeders, ende dat mette lasten, chijnsen, renthen, ende pachten daervuyt gaende, hier naer sijnde gespecificeert die welcke sullen staen, tot laste van de coopersse voorschr.
Inden eersten een mudde roggen jaerlijcx, de maete van HELMONT, aende Heijlighe Geest tot HELMONT.
Item seventhien gulden ende thien stuyvers jaerlicxe renthen aen het Convent van MARIEWATER ontrent SHERTOGENBOSSCHE.
Item twee mudden roggen jaerlijcx aen het Cappittel van St.Jan tot SHERTOGENBOSSCHE, die welcke altijt betaelt sijn naer de reductie met acht gulden jaerlijcx.
Item acht stuyvers een oort, jaerlicxe chijns int chijnsboeck des Heeren van ASTEN.
Item alnoch thien smalhoenderen <= kuikens of jonge kippen> int chijnsboeck des Heeren van HELMONT, ende ingevalle daer met rechte ennige renthen, chijnsen, oft lasten vuyt de hellicht van de Hoeve voorschr. quaemen te gaen, sullen de vercoopers de coopersse voerschr. goet doen, de renthen tegens den penning sesthien, ende de chijnsse dese bovengeschreven lasten moeten betalen voor de een hellicht, ende dander hellicht staende tot laste van HENDRICK van HIJNSBERCH, ende d'onmundighe kijnderen JACOP de BERCKER, die welcke dander hellicht van de Hoeve sijn toebehooren.
Item staet tot laste des coopersse het verheff van het Leen en afwinnen van den chijnsen. Voor alwelcke voerschreven halffve Hoeve met alle haere appendentien, ende dependentien de voors. STIJNTKEN geloeft de voorschr. vercoopers te betalen de somme van twee duysent achthondert vijftich gulden permissie gelt den gulden ad XX stuyvers het stuck gereeckent, eens te betalen bijde veste <= koopbrief, koopakte>, welcke veste sal geschieden binnen ses daeghen binnen der Stadt van SHERTOGENBOSSCHE alwaar de voerschr. vercoopers geloeven de coopersse behoirlijcke vest ende opdrachte te doen met behoirlijcke waerantschappe, gelijck Heeren Schepenen, ende Secretarissen sullen seggen dat genoch sal wesen.
Item sal de coopersse de voerschr. halve Hoeve aenveerden, met eenen loopenden pacht t'oogxst aende stoppelen alsmen schrijven sal Anno 1628 met de halffve schaere volgens de heurcedulle ende de weijde naer Laets recht te Sijnxen <= Pinksteren> Anno 1628 ende de halffve schaere, oft den pacht daervan ter optie vande vercoopers.
Item reserveren de vercoopers tot hun alle vercochte eijcken boomen bijde gelijcke erffghenamen Mr. JAN de BERCKER saliger onlancx vercocht.
Item alnoch twee ongesmette bomen den eenen staende teghens over WILBERTS backhoven inde coeweijde van de CROM AA, den anderen staende over die AA schups <?> ontrent den coop ende smette <= smidse; smederij> bij JOOST de BERCKER gecocht.
Item alnoch eenen boom tot een spille <= paal waaraan door middel van een spil met een touw vee kon worden opgehangen om te slachten> voor JOOST AERDTS van LANDONCK ende twee oude willighen boomen. Den lijcoop sal gaen halff, ende halff. Den Goedtspenning sijnde ses vaten roggen die welcke bijde coopersse geheel sal gegeven worden ende de hellicht daervan te cortten ende de hellicht daervan bij de vercoopersse gedistribueert te worden naer hun belieften.
Item sal de coopersse alnoch betalen voorde confectie van dese vercoopcedulle ende contracte ende schrijver twee Rijcxdaelders in specie.
Alle welcke bovengeschreven poincten ende articulen de bovengeschreven vercoopers, ende JAN ende DIERCK DIERCX gebroederen inden naeme van STIJNTKEN DIERCX haere moeder coopersse, in dese daervoor hun vervangende, hebben gelooft op hunne respective persoonen ende goederen nu hebbende ende naemaels vercrijgende, punctuelijcken t'achtervolghen renuntieren midts desen, op alle beneficien van rechte, ende principalijcken op het beneficie den rechte dicterende dat generale renuntiatie van egheender weerden en is, ten sij dat speciale voorgae, ende geloft JENNEKEN voorschr. dat Mr. CORNELIS van MONTFORT haeren man dese vercoopcedulle sal approberen ende ratificeren, daervoor verbijndende haeren persoon ende goeden hebbende ende vercrijgende, renuntierende midts desen op alle beneficien van rechte, ende insgelijcx op het beneficie den Vrouwen verleent, al sonder arch oft list.
Aldus gedaen ende gecontracteert binnen de Stadt HELMONT ten huyse van JACOP AMBROSIUS van DUYNHOVEN opten achthiensten dach der maendt van Junio Anno 1627, tet presentie van Mr. JOHAN LOIJEN BOTS vande Raede van BRABANT JACOP FABRY Secretaris der Stadt HELMONT, JOHAN BECX Heylichgeestmeester der voorschr. Stadt. Als Loffweerdighe getuygen hier over geroepen, ende gebeden, die dese beneffens de voorschr. contractanten hebben onderschreven.
JAN LOEYEN
FABRY Secretaris.
JEAN BEEX Subt. testes.
JAN DIERCKX
DIRECK DIERCK DIERCX van DUYNHOVEN
JAN RENDERS
MARCELIS Schouteth
Bij mij <.............?>
JACOP BRUISTENS
Bossche Protocollen, inv.nr. 1538, folio 472v - 473v.
d.d. 06-07-1627.
MARCELIS sone wijlen JOSEPH VERHOUTERT als wittich man ende momboir van ANNEKEN sijne huysvrouwe, dochtere wijlen Mr. JANS de BERCKER JANSsoon, ende Mr. CORNELIS sone wijlen Mr. LAUREYNS van MONTFOIRT chirurgijn, als als wittich man ende momboir van JENNEKEN sijne huysvrouwe, eenige dochtere wijlen JANS de BERCKER, sone des voorschreven wijlen Mr. JANS de BERCKER JANSSEN, twee vierde gedeelte makende de geregte helfte hen comparanten ende henne voorschreven huysvrouwen soo zij seeghden competerende in eene hoeffve lants, consisterende in huysingen, erven, hoven, ackerlanden, weylanden, hoylanden, heylanden ende houtwassen, met allen anderen hennen rechten ende toebehoirten gestaen ende gelegen onder de parochien van DOERN ende BAKEL respective gemeynlick genoempt "de Hoeffve te CROM AA", gelegen hangende aenden Heere ende Commanderije van GEMERT, in alder vuegen ende manieren, gelijck PEETER ende GERLINGH gebroederlijck, sonen JANS GERLINGHS als laten deselve Hoeffve tegenwoirdelick in henne teulinge ende gebruyck sijn hebbende, ende welcke voorschreven twee vierde gedeelten off helfte der Hoeffve lants voorschreven, den voorschreven comparanten ende henne voorschreven huysvrouwen door crachtebanden testamente des voorschreven wijlen Mr. JANS de BERCKER hennen vader ende grootvader respective zijn aengecomen ende aenverstorven, ende van welcke Hoeffve dandere hellichte, HANRICKEN van den HIJNSBERCH man van AELKEN sijne huysvrouwe, dochtere des voorschreven wijlen Mr. JANS de BERCKER, ende den onmundigen kijnderen wijlen JACOB de BERCKER, sone vandev selven Mren JANNEN, tegenwoirdelick is toebehoorende, soo men verclairde, hebben zij wittelick, ende erffelick gecedeert, getransporteert, ende overgegeven mits desen, JANNEN sone wijlen DIERCX AMBROSIUS van DUYNHOVEN, tot behoeff van CHRISTINA sijne moedere dochtere GEVERTS JAN HEYBEGHEN, ende wittige naergelaeten weduwe deselffs wijlen DIERCX AMBROSIUS van DUYNHOVEN, tesamen metten alingenrecht hen MARCELIS ende Mr. CORNELIS ende henne voorschreven huysvrouweN competerende in alle end eenyegelicke de brieven, titalen ende munimenten van sgeens voorschreven is ennichssins mentionerende, et effestucando, Gelovende de voorschreven MARCELIS, ende Mr. CORNELIS, super omnia et huae warandiam, omnes obligationem et impetitionem deponere, uitgenomen eenen pacht van een mud roggen mate van HELMONT, aen de taeffele van den Heyligengeest tot HELMONT. Item een reducibelen pacht van drye ende eenhalff mudden roggen, dienmen altoos heeft betaelt met seventien ende eenen halven gulden, aen den convent van MARIAWATER genoempt COUWATER, gelegen onder de parochie van ROOSMALEN. Item eenen reducibelen pacht van twee mudden roggen die men altoos jairlicx betaelt heeft met acht gulden aen den Capelle der Cathedrale kercke van St. Jan Evangelist binnen SHERTOGENBOSSCHE. Item eenen chijns van seven ofte vijff duyts, aen den convent van den Regulieren van Onser Liever Vrouwen HAGE bij EYNDOVEN, indien die met recht daeruit te vergelden staet. Noch eenen chijns van acht stuvers een oirt, ende twee smael hoenderen int boek des Heere van ASTEN, ende alnoch eenen chijns van acht smael hoenderen, int chijnsboek des Heere van HELMONT, jairlix van rechtswegen uit de voors. geheele Hoeffve lants te vergelden staende soo men verclairde, welcke voors. lasten voor deene helfte, de voors. JAN in den name van de voors. CHRISTINE zijne moedere heeft aengenomen van nu voortaan tot allen tijden, alzoo te gelden, voldoen ende betalen, ofte die losbaer zijn te lossen ende quijten, dat den voorn. opdrageren, noch henne andere goederen, erven, ende naecomelingen, ter saecke van dyen egeenen schade, hijnder, noch molestatie en sullen overcomen, noch aengedaen worden in ennigerhande manieren, gelijck de voors. JAN in den name als voor dat oipelick heeft beleden. ende bekendt ende op verbant van zijnen eygen persoon ende alle zijne goederen nu hebbende ende naemaels vercrijghende den voors. opdrageren gelooft. Met conditie hier inne oock toegedaen, oft naemaels met wege van recht bevonden wordden, meer vuyt de haelfte der voors. Hoeffve lants te vergelden te staen, den voor verhaelt is, alsulcken meer sullen de voors. MARCELIS ende Mr. CORNELIS der voorschreven CHRISTINE goet doen ende refunderen lossrenten tegen den peen erfthien ende erffchijnssen tegens den penningen zesthien, ende erffchijnsen tegens den penning twee ende dertich gelijck de voors. opdrageren dat oock hebben beleden ende bekent ende op verbant als boven den voorn. JANNEN tot behoeff van zijne voors. moedere gelooft, blijvende voorts alle voirdere besproocken conditien inde vercoopcedulle van den achtiensten Juny XVIc sevenentwintich ende affgemaeckt begrepen in hen geheel, omme bij parthijen, naegegaen ende onderhouden te wordden, ende alhet sonder argelist. Testis van GRIENSVEN ende SOEMEREN datum den sesten dach July anno XVIc ende XXVII dict s Johes loco Matris promisit in sendum recipie.
Bakel 1628.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 229.
d.d. 03-01-1628 en 26-04-1628.
JAN JAN JOOSTEN gehuwd met LIJNTKEN, vernadert transport van het perceel "DIE HEGGE" van PAUWEL MARCELIS PROENEN aan JOOST JANSEN.
Schepenprothocollen van Helmond. Archiefnr. A-2001.Inv,nr, 3833.
d.d. 15-01-1628.
WOUTER ARIAENS BARTELS Mulder tot BAECKEL gelooft op sijnen persoon, ende alle sijne goederen nu tegenwoordih hebbende ende namaels vercrijgende te betalen aen RUTGER JANS tot WETTEN Coopman nu te Paesschen toecomende 1628 de somme van vijffendet'zeventich gulden, den gulden ad XX stuijvers het stuk gereeckent, Item van van gelijke vijffendet'zeventig gulden dem iersten dach van Julio daernaer, oft te Bamisse wel betaalt procederende van eenen molensteen bij den voorschr. RUTGER JANS aen voorgenoempden WOUTER ARIAENS vercocht. ende tot sijns contentemente ontfangen; oft ingevalle den voorschr. WOUTER ARIAENS den lesten termijn nijet en betaelen gelijck den iersten op datum voorschr. soo sal den voorschr. RUTGER sijnen meulensteen wederom van de Meulen tot BAKEL moeghen laeten doen sonder tegenseggen van hem ARIAENEN WOUTERS oft sijne Mrs. ende het gelt datter op betaelt is sal betaelt blijven, sonder arch oft list restes.
GOORT JAN MATTHEUSEN ende ROBBERT SWEERTS. Actum den XVen Januari Anno 1628.
Bossche Protocollen. inv.nr. 1539, folio 275v.
d.d. 29-01-1628.
De voors. juffrouwe ANNA van GERWEN uthe de tochte haer competerende in eenen jaerlicken ende erffelicken renthe van sess d halve rinsgulden te twintich stuvers 't stuck gereeckent welcke renthe HENDRICK AERT THONIS, JAN ende HENRICK de JONCXTE sone, JAN SLUYTERS ende AERT HERMAN GEERARTSsoon als man en momboir van MARGRIET sijns wijffs, dochtere JANS voors. erffelic vercogt, overgegeven ende opgedragen hadden JANNEN de LOUW ende die zij hem gelooft hadden alle jaer te gelden op Onser Vrouwen Lichtmisdach te betaelen loss ende vrij van alle beden, schettingen ende onraet, van ende vuyt eenen huyske, hostadt ende hoff met zijnene toebehoirtens gelegen in de parochie van BAKEL ter stede geheyten MILHEZE. Item noch van ende uit eenen acker houdende on grootten drye lopenss oft daer ontrent gelegen in de prochie ende ter stede voors. neffens erffenis LAMBET MICKARTS ter eenre ende erffenis HENRICX die WEWER ten ander zijen, streckende van de gemeynen straten tot erffenisse WOUTERS AERTS HOBRECHTS aldaer. Item noch van ende vuyt eenen acker geheyten "die MIL" gelegen in de parochie ende ter stede voornoemd, neven erffenis des convents van BIJNDEREN ter eenre ende erffenis JANS de BERCKER anne zijde, streckende van den gemeynen wech tot erffenis ADAMS van BUDEL prov t in bris scabinorum de HELMONT, wesende van der date den negentwintichsten January anno XVI achtentwintich heeft zij wittel opgedragen ende overgegeven mij tot behoeff uyth sinne com bris et inre et omnibus arr... vish, eff geloven de voors. jouffrouwe ANNA pertotum, utsh, testes et datum ut supra.
Rechtelijk Archief Deurne, deel 11, folio 11 verso.
d.d. 29-11-1628.
PETER JANSSEN Secretaris, GERAERT JANSSEN en MARTEN MICHIELSEN Schepenen van BAECKEL sijn gecompareert alhier in pleno Indicio, ten versuecke van CATHARINA weduwe van MARTEN RUTTEN en hebben alhier overgebracht seeckere proces voor hun bedinght bijde provisoeren der taffelen des Heyligen Geest (= peuse RK instelling van liefdadigheid, bekend als Tafel van de H.Geest) tot BAKEL als aanleggerse, ter eenre en tegens JAN WILBERTS als gebruycker van erffenisse, tot BAKEL gelegen aende GROENSTRAAT, competeren CATHARINA nagelaeten weduwe MARTEN RUTTEN als verweerdere ter andere zij. Nopende seeckere vat rogge breder in de stucken vermelt, welck proces is begost van aenspraecke Antwordt reproche en salvatie met productie van hyer mede overguns thoen bijde provisoers voorschreven daerop geleyt en den vonnisse daer naer gevolght volghens den inventaris bij hun daer van gemaeckt, verclaeren de voornoemde Schepenen 't voornoemde proces als voor geschreven alsoo voor hun bedingt te sijn.
De costen van desen voorschreven processe over te brengen is yder persoon bij Schepenen alhyr getaxeert op twintig stuyver naer voorgaende versueck op hunne costen.
Deurne 29 November 1628.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48,
d.d. Jaar 1628.
Extract vuytten Hondersten Penninckboeck des Dorps van BAKEL waerinne onder ander staet folio 14 verso als volght:
ANTHONIS GERIDTS als proprietaris van huijs, schuer met derthien Loopense landts, vier hooijweijen getauxeert op twee mudde rogge twee vaeten ende vier gulden beloopt thien guldens eenen halven den hondersten penning.
Item folio 15recto.
.... ZEGERS als proprietaris dhele huys, schueren met veerthien Loopensaet landts.
Noch drije sillen graesen getauxeert op twee mudden vier vaeten ende twee guldens vijf stuyvers t'samen in geldt negen gulden vijf stuyvers den hondersten penning IJ get. IJen ort.
Nederstondt geschreven dese origineele gecollationeert teghen sinen Origineele is daer mede bevonden t'accorderen.
Quod attestor, Ende was ondertekent D. WIJTVELT Notaris.
Bakel 1629.
Rechtelijk Archief Deurne, deel 11.
d.d. 07-05-1629.
Extraordinaire de saeck gespannen opten vii May 1629 ten versuecke van CHRISTINA naegelaeten weduwe DIRCK AMBROSIUS qualitate qua.
MR. JAN LOYEN VAN HELMONT te kause in persoon geassisteert met DIRCK soone als voorschreven CHRISTINA leght over alhiyr in recht seeckere versueck onder appointement tegens PETER JAN GELICX geintimeerde.
Ende soo de saecke questieus is lopende op seeckere meulle hueringe den Saterdach lestleden aengegaen tot groote interesse den meulle pachters ende sijne betaelen, versueckt daaromme dat Schepenen gelueve daarop recht te doen sunder dilay en vuytstel mar door redenen oock aenden voorschreven versuecke geallegeert, onder expresse protestaten van alle schaden en interesse rijck van dese hunne persoonele comparitie.
De voornoemde gerequireerde versueckt van alles copij.
De voorschreven requirante doer redenen boven verhaelt en datten dese saecke de plano et sine surexitus Judicy behoort geprocedeert te worden nochtans om redenen accordeert de geantemneerde de voorschreven rechte copie onder expresse cond... van dat hij daertegen binnen 24 uuren daer sal hebben te seggen sijn raet op pene van versteck en dat de requirant naerder op haere versueck sal worden versocht, Schepenen gemaent sijnde op 't voorschreven versueck appointen dat den geantemneerde hyer tegens sal hebben te seggen raet tegen morgen middach op desen den 8e der voornoemde maent op pene van versueck soo recht is.
Rechtelijk Archief Deurne, deel 11, folio 22.
d.d. 02-06-1629.
CHRISTINA nagelaeten weduwe van DIRCK AMBROSIUS verpachtersse voor dien helffte en voor dander helft van HANRICK VAN HIJNSBEECK tot BOSCHE soo voor hun selven als mede van wegen de onmondige kijnderen van wijlen JACOB DE BERCKER van hunne hoeve DE CROM AA versueckt dat PETER JAN GELICX oude pachter, den nieuwen pachter genaempt JAN WILBERTS als nu daetelijck sal hebben te ruymen en wijcken en ingevalle van weygeringe en dilay protesteert zij verpachtersse metten selven haren meullen pachter, van alle costen, schaden en interesten om die op hum PIETEREN te versuecken.
Actum den tweeden Juny sijnde Pijncxteravont 1629.
Coram GOLOFFS en VAN HIJNSBEECK Schepenen.
PIETER JAN gelijcx versueckt dagh en recht tegen 't voorschreven versueck en is hum bij Schepenen voornoemd gegunnen soo recht is.
Actum ut Supra.
Deurne 2 Juni 1629.
Bron als boven.
d.d. 09-06-1629.
Extraordinaire de saeck gespannen ten versuecke van PETER JAN GELICX gerequireerde tegens CHRISTINA naegelaten weduwe DIRECK AMBROSIUS VAN DUYNHOVEN ter presentie van GOLOFFS, VAN HIJNSBEECK en JOSEPHES Schepenen opten 9e Juny 1629.
Die voorschreven gerequireerde exhibeert antwoort mede versueckende en seght de gerequireerde dat nae dyn hij tegens 't pretens affgeboth der voornoemde hoeve in oppositie ontslagen sijnde en de hyer mede liten (= geschil) gecontesteert en de nieuwe pachter in pretudicie van selver litispendente, sijn beesten hout en doet houden inde eusselen en weyden der voornoemde hoeve et quod pendento litu nigel sit innelanden den selven indullen pachter en oyck de requiratie op seeckere peene te verbinden tot behoeff van Heer oft sijnen officier geordineert sal worden de voorschreven beesten terstonts vuyte voorschreven eusselen te doen gaen hum verdraegen eenige voorder attentaet te doen dese litispendente geduerende versuecke hyer op appointeren ter manisse desen Stadthouderen, Schepen gemaent sijnde ordonneeren den nieuwen pachter en oyck de requirante dat sij hunne beesten vuyte eusselen oft weyden van HOEVE DE CROM A sullen hebben te houden en dat voorschreven hoeven onderganck op den peene van tien gulden tot behoeff van officier te verbueren soo recht is.
Deurne, 9 Juni 1629.
Helmondsche Prothocollen, Archiefnr. A-2001. Inv.nr. 3833. Blz. 156.
d.d. 23-07-1629.
Compareerde voor ons Schepenen der Stadt van HELMONT Mr. PEETER van BEERDONCK Practisijn ende Poirter der Stadt van S'HERTOGENBOSCH, ende heeft bekent ende belijdt gelijck hij mits desen is doende, dat JAN JOOSTEN de WEIDT tot BAKEL hem heeft afgelost ende gequeten, eenen erffelijcken Chijns van vier Carolus guldens, met alle achterstalle van dijen, als den voorschr. Comparant jaerlijcx was heffende, opden voorschr. de WEERDT vuijt seeckere goederen hem behoorende, eertijts vercreghen in coope teghens d'erffgenaemen JACOB de BERCKER gelegen onder den Dorpe van BAKEL ter plaetse ontrent den Winthmoelen: all conformelijcken den originalen Constitutie brieff voor Heeren Schepenen der Stadt van S'HERTOGENBOSCHE gepasseert, ende bedanckt den voorschr. van de BEERDONCK hem der goeder betaelinghe soe vande cappitaele penningen als vervallen pensionen, den iersten penninck bij den lesten scheldende den voorschr. JAN JOOSTEN midts desen daervan quijtende end den voorschr. los der renthe van vier gulden jaerlijcx teghens eene jaerlijcken te guaranderen ...... ende sal den voorschr. van de BEERDONCK tot sijnen cope hem werdt leveren de constitutie als transport brieven met allen het bescheet daervan sijnde, soo heeft de Stadt van S'HERTOGENBOSCHE wederom sal open wesen al sonder arch oft liste. Getuijghen waeren hier over Schepenen der Stadt van HELMONT Mr. ADOLPH BECX, ende JOHAN BECX. Actum den XXIIJen Julij Anno 1629.
Rechtelijk Archief Deurne, deel 11.
d.d. 12-09-1629.
CATHARINA weduwe MARTEN RUTTEN aanleggerse Contra AERT MATHIJSSEN VAN EBBEN qualitate qua verweerdere, gesien hebbende 't frivoel (= lichtzinnig) antwordt exeptioneel dese voornoemde verweerdere ende contradict enen ten lesten genechtdaeghe in recht geexerceert en de 't selve als frivoel ende dilae enen affslaende ten opsiene dat soo vuele soude mueghen aengaen de gementioneerde reserve van quarande de voornoemde aanleggerse alhyer is intendeerende vuyt crachte van haere vercoopbrieven en geloefte van quarande daer inne gedaen alhyer in dierste instantie van quarande geexhibeert en nopende 't selve dabuysieff geabusseerde geallegeerde van dat voor wethouderen van BAECKEL nyet en soude sijn geexhibeert dacte van sommatie in quarande van haer hen vestten weghen doen deselven dese respectieve vorsten aen selven verwerderen gedaen seght 't selve noedeloes te sijn geweest dan wel en de alhyer in dese materie geintendeerde van quarande waer inne dat sij oyck bij twee DUERNESE acten met haeren emploey van thoen overgegeven den x de January lestleden en onder de letter en geformeert bij twee DUERSSENSE acten en sommatien in quarande sufficientelijck is geblecken, sulcx dat het maer eynckel frivoliteyten en sijn daermede hun de voornoemde verweerdere en de contradicteuren in desen soeckt te behelpen, ende egeen voorder tegensch ...... metiterende sluyten daeromme iter at melyck in saecke mede versuecken dat den selven verwerdere en de contradicteuren nu of ten naesten insgelijcx sal hebben te doen oft dat andersints van wegen mijn Heeren Schepenen de saecke van sijnentwegen de saecke sullen houden voor gesloten daerop alsoe appointen voorschreven ter manisse des rechters cum exxensis protesteren dae usse van haere ogens comparanten arger te naeste, Schepenen gemaent sijnde het actrijp vst: appointen dat de contradicteuren de saecke van sijnen twegen, nu oft ten naesten sal hebben te sluyten of dat andersints mijn Heer Schepenen de saecke van sijnen twegen sullen houden voor gesloten.
Deurne 12 September 1629.
Bakel 1630.
Rechtelijk archief Deurne, deel 91, folio 123 verso.
d.d. 28-05-1630.
FRANS WILLEM GHIELENS als man en momboir van JENNEKE wettighe dochter DIERCK JACOBS VAN BAKEL verweckt bij GRITTEN CORNELIS VAN DEN BOGAERT dochter soo voor hen selven als mede hun sterck maeckende voor PETER DIERCX sijnen swaeger bekent te vollen vernuecht (= tevreden gesteld) betaelt en gecontenteert te wesen van erffgenaemen LUCAS NELEN van alsulcke actie pretentie ofte leghaet van vier vaten rogge iarlijcx als voor hun aenpart
(= hun aandeel) als CORNELIS VAN DEN BOGHART met sijne huysvrouwe gelegateert hadde MARGARETA haere dochtere doer haer impotentheyt vier vaten rogge geen actie recht oft pretentie meer te hebben moch te behouden in eenieder manieren bedanckt hun van hunne goede betaelinge en hun daer van weyderen nimmer meeren te eyschen.
Super so et omnia.
Actum den 28 Augusti 1630.
Coram JACOBS en BOLLEN Schepenen.
Bakel 1631.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. R.A. 337,
d.d. 18-03-1631.
Onder conditien ende voerwaerden hier naer beschreven, soo stellen naer voergaende veylinghe Jonckheer JOHAN van WIJFFELEIJT als gemachticht van Jr. ADRIAEN van WIJFFELEIJT sijnen neeff voor een vierdepart Jr. JOHAN van GERWEN inden naeme van Juffr. MARIA <XALTO?> Weduwe Jor. CORNELIS TACQ voor het tweede vierdepart, Jor. WOLFFAERT ENDEVOETS als man ende momboir van Joffr. MARIA van BOSSHUYSEN, voor het derde vierdepart, ende Heer HENDRICK van DUPPEN, als Curateur van de onmundighe kijnderen wijlen Jo. JOHAN TACQ altesamen proprielarissn <= eigenaren> van de Wintmoelen met sijn aengelach tot BAKEL stellen te burde om te verpachten voor alle man den meesten daervoer biedende, seeckere hunne Wintmoelen, met alle haere rechten, ende maelderije metten Meulenhuys, daerbij gelegen met sijne toebehoorten, ende gestaen binnen den Dorpe van BAKEL voerschr., eenen tijt ende termijnen van sess continuele jaeren, d'een den anderen eenpaerlijck volghende ende dat opde conditien hier naervolghende.
Dat den hoogsten legger het voermijnen hebben sal verleggende int parck eenen Godtspenning, ende die het verhooghen.
Item den pachter sal van iedere mud roggen gheven tot Lijcoop XV stuyvers.
Item sal op dese moelen slaen met guldens ad XX stuyvers ieder stuck gereeckent, doende ieder slach drij gulden twee deelen voorde Heeren verpachteren, ende een deel voorden pachter.
Sal den pachter moeten stellen drij ofte vier sufficiente borgen daer die verpachteren mede te vreden sijn die in solidum hun lieden sullen verbinden dese verpachtcedulle in alle haere pointen en articulen te voldoen.
Item oft saecke waere dat iemandt pachten mijnden slaet oft ontslaet op dese moelen, daer de Heeren verpachteren nyet mede te vreden en sijn sullen het burdt moeghen openen onbecroont van iemanden, ende wie sij den palmslach gheven, sal pachteren blijven.
Item den pachter sal dese moelen aenveerden nu terstont en op St.Geertruyden dach halff Meerte sal dese pachtinghe aen en vuyt gaen, ende sal sijnen pacht betaelen alle vierdendeel jaers, ende het coren te leveren twee uren int ront van de voerschr. moelen naer beliefte van de verpachteren sal den pachter het selve coren leveren wel bereijt met wan en vlegel in spesie te betaelen oft gelt oft coren naer beliefte der verpaghteren vrij alle lasten egheen oyck vuytgescheijden, en soo den pachter in <mora?> bleeff van de betalen alle vierdedeel jaers sal sijne paghtinge vuyt wesen, en sullen de verpaghteren hunne moelen wederom moeghen verpaghten. ombecroont.
Item is noch geconditioneert dat den pachter van deser meulen, dese sijne paghtinge aen niemanden anders en sal moeghen overlaeten, oft overgeven, sonder consent van de verpachteren gedurende dese pachtinge noch oyck egheen andere moelens moeghen pachten, dat dese moelen mocht achterdeelich wesen, maer sal de selve moelen selver in persoon oft sijnen knecht daer de verpachteren mede te vreden sullen wesen, moeten bemaelt worden.
Item sal den voerschr. pachter hem altijt gehouden wesen opte voerschr. moelen, oft daerontrent te moeten laeten vinden soo dat het meulenrecht verheijscht, bezondere in onweder waerbij de voerschr. moelen soude veronrecht, oft verongeluckt moegen worden, ende ingevalle dat daer controve bevonden worde, soo sal de pachte oft hunne borghen voor het gebreck staen, en 't zelve moeten draeghen end oprichten sonder cost, last, oft schade van de verpachteren.
Item soe wanneer snachts ennighen wint, oft onweder op stonde, oft gebeurde, soo sal die pachter schuldich sijn te verificeren met twee nabeuren bij sijnen Eedt sijn vuytterst deligentie gedaen te hebben, om 't zelve te voercoemen, en den meulen te bewaeren, oft anderssints bij sijns pachters foutte en neggligentie het zelve moeten oprichten.
Item oft anderssints den voerschr. meulen oft huysinghen in brandt, hagel, oft donder bijden molder oft sijne knapen, neyt en worde bewaert, soo dat behoort ende hij schuldich is te bewaeren ende te wachten, ende den meulen daerbij versuympt werde dat de pachter of Mulder de schade daeraff alleene sal draeghen, opleggen ende betaelen.
Item sal de pachter den voerschr. meulen onderhouden in zeijlen, kammen, hecken, scheijden, binnen zeelen ende buyten zeelen, caebijseren boom, billen, assenen, spillen, spoere, ende allen mispelen hout, soo zij het int selen ende andere gereetschappen totten voerschr. moelen behoorende onderhouden, ende bewaeren sonder cost der verpachteren.
Item sal de pachter het Meulenhuys houden in goede reparatie, ende dicht van wende en dack sonder cost van de verpachteren.
Item als de verpachteren eenich cooren laeten haelen ter plaetse van de leveringhe soo sullen sij ierst het selve moeghen verstooven believet hun sonder becroon des pachter.
Item oftmen des Wintmoelen binnen des voerschr. pachtinghe noch soude moeten repareren ende daeraen timmeren soo sullen de verpachteren dat houdt dat men daertoe behoeven sal aende voerschr. moelen besorghen, end doen aenbrenghen, vuytgescheyden standart oft meulenasse, die hij betimmert sal moeghen brenghen, ende die dacheuren van de timmerlieden betaelen. Ende wilt de pachter aende voerschr. meulen wercken, soo en sullen de verpachteren nyet meer gehouden wesen dan de werck- luyden te betaelen de dachueren, ende den pachter sal de wercklieden den cost gheven, daervoor sal hij pachter d'affvallen hebben ten waere groot houdt goet sijnde om te vertimmeren welck sal blijven ende wesen voerde verpachteren, oft en sal den pachter nyet moeghen repareren sonder consent van de verpachteren <monterende?> <?> XX guldens.
Item oft den voerschr. moelen bij gebreecke van reparatie oft timmeringhe langer dan acht daeghen stille moeste staen, soo sullen de verpachteren den pachter affslaen aen sijn pachtinghe, des daeghs vierden achsten dach alle daeghe vijff cop roggen.
Item de pachter sal int aenveerden van dess moelen de verpachteren gheven eens voor spel gelt hondert gulden sonder corttinghe aende cooren pacht jaerlycx de gulden ad XX stuyvers ieder stuck gereeckent.
Item is ondersproocken dat d'een oft dander van de verpachteren ofte pachter van dese pachtinghe sal moeghen affstandt doen mette drije jaeren wie van beijde belieft, midts t'zelve opseggende drije maenden voor d'exspiracke van de voerschr. drije jaeren, all sonder fraude oft argelist.
Item den pachter sal gehouden wesen ten vuytganghe van de brendende keerse gereet opt burdt te betaelen Lijcoop slachgelt Goidsgelt ende eenen dobbelen ducaet voorden Secretaris ende schrijver deser cedulle die de vier voerschr. verpachteren beneffens den pachter van dese verpachtcedulle ieder een wettighe instrument ..... sal gheven.
Item den pachter sal beneffens sijne borghen gehouden wesen dese borchtochte, ende voldoen van dese verpachtcedulle te stellen, ende beleenen voor Poirters der Stadt van SHERTOGENBOSSCHE ofte onder condemnatie voluntair altijt ter beliefte van de Heeren verpachteren, sonder coste oyck der selve verpachtingen.
Item den pachter sal dese verpachtcedulle van de graenen betaelen in Helmondsche mate goet hard coren.
Item dat desen teggenwoordighen mulder WOUTER ADRIAANSE nijet en sal moeghen pachten oft mijnen ten sij hij ierst alle achterstel van sijne pachtinghe bij betaelt heeft.
Item die Heeren verpachteren protesteren teghens eenen iegelijcken, die dese hunne verpachtinghe infructueus <= vruchteloos; nutteloos> oft litigieus <= aanvechtbaar; betwistbaar; pleitziek> wilde maecken, dat sij teghens den selven, alle de schaden, costen ende interessen sullen verhaelen, oijck soo daer ennich ongeluck geschiede. Ende ingevalle hen den pachter te buyten ginck in sijn scheppen, oft dienen ende gerieven van de naegeburen, sullen die selve naegebeuren clachtich vallen aende verpachteren, die het selve sullen remedieren <= herstellen; verhelpen; voorzien; raad verschaffen.>, ende soo hij bevonden wordt iewaerts <= ooit ergens> hen in misdraghen te hebben, sal den pachter het selve moeten goet doen ende repareren.
Ende heeft de voerschr. Meulen, huysinghe, ende alle sijne gerechticheyt, van wurde afgemeynt GOERT GERITS voor seven en sestich mudden roggen, opde conditien voers. ende daerop geslaghen XXV slaghen, noch ses slaghen, noch vijfftich slaghen, noch viertich slaghen, noch dartich slaghen ter presentie van WOUTER van den BERGHE ende ANTHONIS CAMPERS affgegaen Borghemeesters der Stadt van HELMONT en Poirters der selver als getuyghen hierover geroepen ende gebeden opten XVIIIe Meerth der maendt Anno 1631. Depost JAN HENDRICX van BEECK ontslaet met thien slaghen, noch vijff slaghen ter presentie als voor, noch vijff slaghen, noch geslaghen twee slaghen voor de geselle ter presentie van Poirters dese onderteeckent ten daeghe, maende en jaere als boven.
De keersse ontsteken sijnde ten tijde des hoochsels is de voerschr. pachtinghe van den Meulen ende huysinghe met alle haere gerechticheyt metten vuytgange der bernender keersse gebleven, achtervolghens de voerschr. conditien voor eenentzestich mudden roggen jaerlijcx den mate van HELMONT, aen JAN HENDRICX van BEECK die gelooft op verbandt van sijnen persoon ende alle sijne goederen hebbende ende vercrijghende dese verpachtcedulle in alle haere poincten ende articulen te voldoen ende de Borchtochte te doen ten verseucke vande verpachteren soo binnen de Stadt van SHERTOGENBOSSCHE voor Heeren Schepenen oft Poirters ter optie der verpachteren, sonder arch oft liste ende des toecomende dese beij de Heeren verpachteren ende pachter beneffens de getuighen en mij Secretaris der Stadt HELMONT voorschr.. Onderteeckent opten XVIIIe MARTY Anno 1631.
JEAN van WIJFFLIET
JAN van GERWEN
WOLFFGANG ENTTENFEUS
DRS. HENRICUS JOIS a DUPPEN
JAN HANDRIX pachter
WOUTER van den BERGH als getuyghe
ANTHONIS CAMPERS als getuyghe.
In conformiteyt vander voorschr. verpachtcedulle nopens der Meulen van BAKEL voorschr. geteeckent en gepasseert voor Poirters in HELMONT ende gepacht bij JAN HENDRICX opten XVIIIe Marty 1631 comparerende voor Schepenen in HELMONT dese onderteeckent hebbende THOMAS JAN MAES woonende tot BEECK ende WILLEM JANSSEN woenende tot GEMERT die hebben hen voorde voldoeningen van alles sij eens inde voornoemde verpachtcedulle verhaelt staet Borgen ende Cantonnarissen gestelt indivisium <= persoonlijk; onverdeeld.> als schuldenaers principael geloevende daer van te verantwoorden mitsgaders oyck allen gebreecken ende faulten <= fouten> in desen te rijsen gedurende den tijt van drije ierstvolgende jaeren op hennen eygen privaten naeme te volvueren <= uitvoeren> en voldoen allen exceptien ende beneficie hier vuytgeslooten op verbant van hender comparanten personen ende goederen hebbende ende vercrijgende soo haeve als erffenisse egeenen vuytgescheyden. Des geloift insgelijck den voorschr. JAN HENDRICX Mulder der selver meulen dese sijne Cantonarissen ende Borgen tallen tijden van dese henne borchtochten costeloos en schuldeloos en ontheffen op gelijcken verbandt als voortallet selve wettegh iin handen van ons Schepenen stipuleren. Actum HELMONT fine frande den vijfden May sesthienhondert een en dertich. Testes scabini respective JOHAN BERCH en PEETER van HEMSELROY.
JOHAN BECX
PEETER van HENSELROOY.Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 337,
d.d. 22-03-1631.
Onder conditien, ende voorwaerden hier naerbeschreven, soo heeft Sr. JEAN FABRY vuyt crachte van volcomen procuratie hem gegeven als Amodiateur, en Renthmeestere bij en van weghen Wel Edele Heere Heere van DONGELBECK met hem gevuecht Heere JAN van TROUGUEES als
Agent ende facteur van de voors. Heere van DONGELBECK gepasseert voor J. COCX Secretaris van NEDERHEIJLESSEN, en de getuyghen daer genoempt van date den XIIIen Meerte 1631 van welcke procuratie wij Schepenen der Stadt van HELMONT ondergenoempt volcomelijcken sijn geinformeert ende ons oijck gebleecken. In pachtinghe vuytgegeven, ende verhuert, gelijck hij in pachtinghe vuytgeeft midts desen aen MENKEN naegelaeten Weduwe REYNDER THOMAS seecker sijne Eedele Hoeve gelegen onder den Dorpe van BAKEL genoempt DE HOEVE DE OUDE SCHIPSTAL; als die voorschr. CATHALIJN tegenwoordich in haer gebruijck is hebbende, soo in huysinghen, landerijen, weijden, heijtvelden met noch de hellicht vande Schipstalsche thiende tot BAKEL en alle haere gerechticheden, appendentien, en dependentien van dijen voor eenen tijt ende termijn van vier continueele jaeren, d'een den anderen eenpaerlijck volghende met tween aff te staen, wijen van beijde belieft, Sijnxen <= Pinksteren> toecomende aen te veerden van desen teghenwoordighen jaere 1631 ende wederom alsdan bijde pachtersse te verlaten metter halffuer schaere, waervoor de voors. CATHALIJN geloeft beij voorschr. Sr. JEAN FABRY jerlijx te betaelen hondert tzestich gulden gepermitteert gelt naerden placcate van BRABANT, den gulden ad XX stuyvers iedere stuck gereeckent en alnoch seventig mudden roggen Helmontsche mate jaerlicx op Onser Lieve Vrouwen Lichtmisse dach te betaelen het vath tegens de mercktdach en pegge, soo den selven binnen de Stadt van HELMONT sal op den Saterdach voor Onsen Lieven Vrouwen Lichtmisse dach gesteken werden te betaelen in goeden ganckbaeren gelde, vrij van alle lasten egheen vuytgescheijden, soo wanneer oijck den voors. pacht van hondert ende tzestich gulden, als boven sal moeten betaelt worden alles binnen de Stadt van DEN BOSSCHE oft HILVERENBEKE ter optie van de voors. verpachter, en sal den pachter alsnoch betaelen jaerlijcx aende Heeren Gremisten <= personen die behoren tot een colleg; een lichaam van vertegenwoordigers> inde kercke van HELMONT eenen Hollandtschen gulden, en alle tsijnssen, pachten, densamenlijck Dorps commerren ende lasten alsoo te betaelen dat daerover egheen schade, ofte faulte <= heimelijkheid> en come, sonder de selve aen haere pachtinghe becortten. En sal de pachtersse voorschr. die huere betaelen ende zij goede gereeck <= in goede staat van onderhoud; in goede orde en staat> houden, sonder die selve te moghen vuytvergelden ende het landt infructeluelick <= onvruchtbaar> te maeken, en het landt int affscheijden verlaeten t'oigxst aen de stoppelen en de weyde all naerlaets recht, ende en sal de pachtersse nijet moeghen houwen oft doen houwen eenich opgaende hout, dan alleenlijck schaerhout, sonder consent van de voerschr. gemachtichde, oft oyck egeen reparatie doen, dan nootelijcke en sullen de huijsinghe onderhouden moeten in loffelijck reparatie, soo in dack, wenden <= wanden> als andersints sonder affcortinghe, ende soo wanneer sij eenighe merckelijcke groote reparatie soude doen, sal de pachtersse tzelve ierst aenden voerschr. Renthmeester moeten te kennen gheven, en sal hem alsdan haudt worden gewesen om te houwen en sal de pachtersse cost en dranck die arbeijders gheven midtsgaders die dacheuren, waervoor sij pachtersse die spaenderen en affval hebben sal sonder corttinghe aen dese verpachtcedulle. En sal den pachter tot sijnen coste moeten onderhouden, alle weghen, waterlaten, den grachten oepenen totte voerschr. Hoeve toebehoorende ende die selve behouden in alle haere paelgenoten, ende gerechticheden. En oft saecke waere dat de voorschr. Hoeve ofte huysinghen wordden versuympt door onachtzaemheyt van de pachtersse oft haer familie, het sij bij brandt oft andersints doen den Heere voor behoeden wil, sal de pachter voor de selve schade altijt moeten innestaen en repareren, en bevrijdt den voorschr. Renthmeester de voorschr. thiende van hagelslach, ende hercracht <= het soldatenleger>, midts het selve bijden pachter twee daeghen mede beschadichden adverterende om daerover behoirlijck beleijdinghe te worden gedaen, oft andersints sal het selve staen tot laste van de pachtersse. Ende dat de pachtersse alle behulp en bijstandt sal doen doene int graven ende poeten van eenighe heesters oft plantagien, sonder corttinghe aen dese verpachtinghe. Geloevende de voorschr. pachtersse met GHIJSBERT HENDRICK GHIJSEN, en FRANCK AERDTS haere momboiren, en borgen een voor all als principael onder verbintenisse van haere persoonen en goederen hebbende en de vercrijghende, dese voerschr. verpachtcedulle in alle haere poincten ende artikelen te voldoen, dies gelooft de voerschr. pachtersse haere borgen altijt van dese borghtochte t'ontlasten onder verbintenisse als boven, alle bedroch in desen vuytgescheyden.
Getuigen waeren hier over Schepenen der Stadt van HELMONT DIERCK WILLEMS en JACOP AMBROSIJ. Acten den XXIIen Marty Anno 1631.
! Achterzijde !
Verpachtcedulle van de Hoeve op SCHIPSTAL onder BAKEL. 1631.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 337,
d.d. 22-03-1631.
Contract vuytgegeven en geleevert aen den Renthmeester.
Onder conditien, ende voorwaerden hier naerbeschreven, soo heeft Sr. JEAN FABRY vuyt crachte van volcomen procuratie hem gegeven als Amodiateur, en Renthmeestere bij en van weghen Wel Edele Heere Heere van DONGELBECK met hem gevuecht Heere JAN van TROUGUEES als Agent ende facteur van de voors. Heere van DONGELBECK gepasseert voor J. COCX Secretaris vanNEDERHEIJLESSEN, en de getuyghen daer genoempt van date den XIIIen Meerte 1631 van welcke procuratie wij Schepenen der Stadt van HELMONT ondergenoempt volcomelijcken sijn geinformeert ende ons oijck gebleecken. In pachtinghe vuytgegeven, ende verhuert, gelijck hij in pachtinghe vuytgeeft midts desen aen MENKEN naegelaeten Weduwe REYNDER THOMAS seeckere sijne Eedele Hoeve gelegen binnen den Dorpe van BAKEL op SCHIPSTALLE genaemt DEN NIEUWE SCHIPSTAL als de voerschr. MERIKEN tegenwoordigh in haere gebruyck is hebbende soo in huysinghen, landerijen, weijden, heijtvelden met noch de hellicht vande Schipstalsche thiende tot BAKEL en alle haere gerechticheden, appendentien, en dependentien van dijen voor eenen tijt ende termijn van vier continueele jaeren, d'een den anderen eenpaerlijck volghende met tween aff te staen, wijen van beijde belieft, Sijnxen <= Pinksteren> toecomende aen te veerden van desen teghenwoordighen jaere 1631 ende wederom alsdan bijde pachtersse ofte pachter te verlaten metter halffuer schaere, waervoor de voors. MERIKEN oft THOMAS ende JAN REYNDERS haere soenen geloeven een voor alle als principael te betaelen bij voorschr. Sr. JEAN FABRY jerlijx te betaelen hondert tzestich gulden gepermitteert gelt naerden placcate van BRABANT, den gulden ad XX stuyvers iedere stuck gereeckent en alnoch seventig mudden roggen Helmontsche mate jaerlicx op Onser Lieve Vrouwen Lichtmisse dach te betaelen het vath tegens de mercktdach en pegge, soo den selven binnen de Stadt van HELMONT sal op den Saterdach voor Onsen Lieven Vrouwen Lichtmisse dach gesteken werden te betaelen in goeden ganckbaeren gelde, vrij van alle lasten egheen vuytgescheijden, soo wanneer oijck den voors. pacht van hondert ende tzestich gulden, als boven sal moeten betaelt worden alles binnen de Stadt van DEN BOSSCHE oft HILVERENBEKE ter optie van de voors. verpachter, en sal den pachter alsnoch betaelen jaerlijcx aende Weduwe JAN MATTHIJSSEN de BERCKER acht gulden elff stuyvers.
Item alle chijnsen, pachten ende renthen eensaemelijck Dorps commer ende lasten alsoo te betaelen dat daerover egheen faulte <= heimelijkheid> en come, sonder de selve aen hunne pachtinghe te cortten.
Item sal den pachter die selve Hoeve beteulen ende in goede reecken houden <= in goede staat onderhouden>, sonder die selve te moeghen vuyter gelden en het landt in infructeluelick <= onvruchtbaar> te maeken, en het landt int affscheijden verlaeten t'oigxst aen de stoppelen en de weyde all naerlaets recht, ende en sal de pachtersse nijet moeghen houwen oft doen houwen eenich opgaende hout, dan alleenlijck schaerhout, sonder consent van devoerschr. gemachtichde, oft oyck egeen reparatie doen, dan nootelijcke en sullen de huijsinghe onderhouden moeten in loffelijck reparatie, soo in dack, wenden <= wanden> als andersints sonder affcortinghe, ende soo wanneer sij eenighe merckelijcke groote reparatie soude doen, sal de pachtersse tzelve ierst aenden voerschr. Renthmeester moeten te kennen gheven, en sal hem alsdan haudt worden gewesen om te houwen en sal de pachtersse cost en dranck die arbeijders gheven midtsgaders die dacheuren, waervoor sijpachtersse die spaenderen en affval hebben sal sonder corttinghe aen dese verpachtcedulle. En sal den pachter tot sijnen coste moeten onderhouden, alle weghen, waterlaten, den grachten oepenen totte voerschr. Hoeve toebehoorende ende die selve behouden in alle haere paelgenoten, ende gerechticheden.
Item is geconditioneert dat THOMAS REYNDERS des Hoeve met alle haere appendentien sal aenveerden soo wanneer de voerschr. MERIKEN woude aff standt doen oft van lijve ter doot quame. De welcke geloeven sal dese voerschr. verpachtcedulle in alle haere poincten en articulen te voldoen.
Item oft saecke wiere dat de voerschr. Hoeve ofte huysinghe worden versuympt door onaxamheyt van de pachter, het sij bij brandt oft anderssints dat den Heere voor behoeden will, sal de pachter voor de selve schade altijt moeten inne staen ende reparatien ende bevrijdt den voorschr. Renthmeester de voor-schr. thiende van hagelslach, ende hercracht <= het soldatenleger>, midts het selve bijden pachter twee daeghen mede beschadichden adverterende om daerover behoirlijck beleijdinghe te worden gedaen, oft andersints sal het selve staen tot laste van de pachter. Geloevende de voerschr. verpachtere en pachter dese voerschr. pachtcedulle in alle haere poincten en articulen nae te gaen; en geloeven JAN REYNDERS, en THOMASREYNDERS gebroederen, soo voor den voorschr. MERIKEN haere Moedere in faulte bleeff van dese pachtcedulle te voldoen dat sij een voor alle als principael dese geloeven te voldoen inden naeme van heure Moedere onder verbandt van huere respective persoonen ende goederen hebbende en vercrijghende.
Item dat den pachter alle behulp ende bijstandt sal doen int graeven en poeten van eenighe heesters oft plantagien, sonder corthinghe aen dese verpachtinghe alle bedroch vuyt gescheyden sonder argelist. Getuyghen weren hier ook Schepenen in HELMONT DERCK WILLEMSSEN en JACOP AMBROSIJ. Actum den XXII Marty Anno 1631.
JAN REYNDERS
THOMAS REYNDERS
DIJRIST DIJLLENSSEN
JACOB AMBROIS
FABRI Secretaris.
R.A. Deurne deel 11,
16 April 1631.
BAKEL
MARGARETHA dochtere nagelaten weduwe van HANRICK WILBERTS en met haar MICHIEL haeren broeder als haren gekozen momboir arrestanten en aanleggers,
tegens:
JOEST Soone JAN JOESTEN VAN BAECKEL gearresteerde ten presentie van JAN JAN van JAN PETER GOOSSENS en HANRICK JAN JACOBS Schepenen. 16 April 1631.
Rechtelijke Archieven voor 1811. Bakel en Milheeze. Inv.nr. 48,
d.d. 25-06-1631.
Op huyden den vijffentwintichsten Junij sesthienhondert een ende dertich hebben wij ons ondergeschreven Notarissen ten versuecke vande Regeerders des Dorps van BAECKEL gevonden ter plaetse genaempt OP GROOTEL resort onder BAECKEL voorschreven ende dyervolgende verhoort ende geexamineert over sekere questien ende verschillen den persoon van JOOST HENDRICK LAENEN Hoevenaer aldaar oudt ontrent t'sestich jaeren die welcke onder meer anders ten versoecke als voor sonder eenige simulatie ynductie off persuasie maer alleenlijck in faveur van Justitie heeft verclaert op manne waerheyt in plaats van Eede met presentatie van den selven Eedt des versocht zijnde in forma juris affte leggen waerachtich te wesen dat hij van over de dryentwintich jaeren oft daeromtrent gewoont hebbende opt' goedt ende erffenisse van THONIS THONISSEN woonende in het Landt van RAEVESTIJN voor deene helfft en dander helft JACOP PEETERS van KAUWENBERCH woonende tot AERLEN daer aff tegenwoordig de gebruyckers sijn die Kynderen van wijlen JAN GEVERTS de gronden ende landerijen vanden huysen ende erffeniss geleghen synde onder tresort ende Jurisdictie van BAECKEL ende gecomen vande Erffgenaemen van wijlen PEETRI JAN SNAWEN alias RUYTERS vuytten boesschen van BAECKEL voorschreven die beeden ende contributien vande selven landerijen tot BAECKEL altijt geset ende verschijde betaelinghen daer aff gedaen sijnde. Dat oock den voorschreven attestant vande selve landerijen ende gebruyck van dyen tot BEECK oft AERLEN nyet en is geseth oft getauxeert geweest gelijck dyen volghende d'attestant de thiende vande selve landerijen oock heeft gegeven aende Thiendenaers van BAECKEL ende tegenwoordich als pachter vande selve thiende op de selve landerijen alnoch is haelende.
Eyndende hier mede den voorschreven attestant dese sijne attestatie ende resoective vercleringen consenteerende ons Notarissen hier van acte in forma om etts.
Depost comparerende PEETRI GASPARS insgelycx Hoevenaer aldaer oudt ontrent achtenvietich jaeren deponeert ende attesteert ter instantie ende in forma als voor dat de landerijen vanden Huyse vanden voorschreven THONIS THONISSE en JACOB PEETERS van KAUWENBERCH daer aff de gebruyckers sijn die voorschreven kynderen van den voorschreven JAN GEVERTSSEN onde BAECKEL geleegen sijn, ende dat daeraff de thiende tot BAECKEL gegeven woordt seggende redenen van welwetentheyt dat hij op GROOTEL onder BAECKEL gelegen ter plaetsche daer de voorschreven landerijen gelegen sijn is woonende ende daer beneffens sijn labeur <= zware arbeid> is doende ende dat oock van 't gebruyck vande voorschreven landerijen tot BEECK de laste vande contibutien nyet en sijn betaelts geweest.
Actum ut Supra.
Den selven daege hebben wij Notarissen ter instantien als boven ons van daer voorts getransporteert naer BEECK yerstelijck aenden persoon van AART NELIS Borgemeester aldaer vanden jaere van duysent sess hondert negen en twintich, die welcke afte ferdigen ende verclaerden ter instantien ende in forma als voor waerachtich te wesen dat hij de gebruyckerers van t'goedt van THONIS THONISSEN ende JACOP PEETERS van KAUWENBERCH op sijnen Borgemeesters boecke nyet en hadde ende alsoo daer aff egeene contributie ontfanghen, nyet weetende wat daeraff geschieden soude. In tijde van Reeckeninghe anderssints wel weetende dat de voorschreven gebruyckers ende henne beesten comen opte gemeynte van BEECK aldaer als aftgesetenen geschuth woorden.
Actum ut Supra tot BEECK.
LOY JANSS van de MORTEL tegenwoordich Borgemeenster tot BEECK attesteert ter instantie ende in forme als voor dat hij d'officie van Borgemeesterschap corts heeft aengevert nyet lesen ofte schrijven konnende maer alsoo den voorgaende Borgemeester AERT NELIS deselve gebruyker te boecke nyet en heeft ende sijnen boecke geschreven sijnde vuytten selven voorgaende Borgemeesters boecke deselve aldaer nyet bevonden en woorden geseth te sijn in sijnen boeck oock nyet en sal sijn geseth. Verclaerende voorts dat de beesten vande voorschreven gebruyckers opte gemeynte van BEECK commende aldaer als affgesetenen geschut woorden gelyck hij sulcx als Borgemeester selver in persoon heeft helpen doen.
Actum ut Supra.
JAN GERAERDTS Borgemeester vanden jaere duysent sess hondert sessentwintich attesteert ter instantien ende in forme als voor dat hij int jaer van sijne Borgemeesterschap vande gebruyckers vande voorschreven landerijen de contributie nyet en heeft ontfangen noch oock te boeck te staen ende dat de beesten vande selven gebruyckers als affgesetenen geschudt woorden.
Actum in BEECK ut Supra.
JAN PEETER GERAERDTS Borgemeester van den jaere duysent sess hondert achthien attesteert ter instantien ende in forme als voor dat de voorschreven gebruyckers van 't voorschreven goedt int jaer van sijne Borgemeesterschap inde lasten van den voorschreven Dorps van BEECK metten anderen naebueren nyet en hebben gecontribueert noech oock geseth geweest noech te boecke gestaen noech oock van gelijcken te voore us int jaer van duysent sess hondert elff dat oock de beesten van de voorschreven gebruyckers commende opte gemeynte van BEECK geschuth woorden.
Actum BEECK ut Supra.
GOESSEN ANTHONIS GOESSENS Onderweisser tot BEECK attesteert ter instantien ende in forme als voor dat hem altijt belast is vande Regeerderen van de voorschreven Dorpe van BEECK de peerden ende beesten vande gebruyckers van 't goet van THONIS THONIS ende JACOP PEETERS van KAUWENBERCH commende op te gemeynte van BEECK onder sijnen behoorlijcken salaris te schutten gelijck hij dyenvolghe ende de selve beesten tot veel verscheyden rijsen geschuth heeft.
Actum BEECK ut Supra.
Ende want voor ons A. BROUWERS ende D. THYBOSCH als Openbaer Notarissen bijden Raede van BRABANT geordonneert tot HELMONT residerende 't ghene voorschreven staet alsoo gepasseert is soo hebben wij daeraff gemaendt ende gelevert dese tegenwoordige acten geteeckent met onse gewoonlijcke signaturen Notarial hier gestelt in confirmatien van dyen daer toe gerequireert en versocht sijnde ende was onderteeckent bijde voorschreven Notarissen.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 25-06-1631.
Employen met recollectie van Thoon.
Voor
GOORDT GERIDTS van WAESBERGH Stadthouder van de BAECKEL resoribent ende met hem die Bedesetters ende Regeerders van BAECKEL gevueghde
Tegens
d'Erffgenaemen van wijlen JACOP PETERS van CAUWENBERGH ende ANTHONI GERAERDTS Supplianten.
Die rescribenten exhiberen ende employeren tot bewijs van henne intentie in forme van Thoon verschijden depostitien van den vijffentwintichsten Juny XVIc XXXI gegeven voor Mr. ADRIAEN BROUWERS ende Meester DANIEL TIJBOSSCH Notarissen bij JOOST HENRICK LAENEN, PETER GASPARS inwoonderen op GROOTEL onder BAECKEL, AERT NELIS, LOY JANSSEN, JAN GERAERDTS, JAN PETER GERAERDTS, GOOSSEN ANTHONIS GOOSSENS inwoonderen van BEECK deponenten.
Ende mits JOOST HENRICK LAENEN, PETER GASPARS, LOY JANSSEN ende JAN GERAERTS voorschreven deser werelt sijn overleden nijet cunnende voor sulcx gehoort ofte recolleert woorden.
Soo versuecken die rescribenten dat die restherende deponenten in margine genomineert die voorschreven depositien notariael bij mijn Heeren Schepenen in GEMERT vuyt crachte vande voor-schreven Commissie ende authorisatie vanden Hove sullen woorden gehoordt ende gerecolleert ende henne depositien ende recollectie gestelt in behoorlijcke forme.
Employerende
Rechtelijke Archieven voor 1811. Bakel en Milheeze. Inv.nr. 48,
d.d. 20-??-1631.
Ick GOOSSEN ANTHONISSEN attesteer voor die gerechte waerheijt dat mij altijt is belast van onsen Heeren dat wij bijden altijt JAN GEVEN perden, besten soo anderssints wat wij op onse gemeijnte vinden dat van BECK wij so op haelen voor onse gerechticheijt opten 20e dach der maent Anno 1631.
Ende was ondergeschreven bij mij GOESEN ANTHONISSEN GOESENS Onder Voorster tot BECK bij ARLE.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1842, folio 347,
d.d. 08-07-1631.
Alsoe Heer ende Mr. GIJSBRECHT van den VELDE President ende Canonick der Kercken allegaert van Sinte Jan Evangelisten inde Stadt van SHERTOGENBOSSCHE Joffrouwe ALEIJDT ende Joffrouwe YSABELLA ofte Joffrouwe BELA zijne zusteren, kijnderen wijlen LOENIS van den VELDE huden dees daechs hadden gemerct voor de Schepen NIRBESTEN, zekere scheydingen end deylingen der goederen hen bij ende naeder doot salige Joffrouwe LUYTGAERTS huerder zuster, Weduwe wijlen LAMBRECHT WILLUMSEN dochter wijlen LOENIS vanden VELDE voorschr., vuyt machten nae te nemen ende vuytwijsen des testaments ende lesten wille van den zelve Joffrouwe LUYTGAERDEN huerder zusters geordonneert ende testamentelijck aengecomen.
Inne welcke scheydingen ende deylingen den voorschr. Mr. GIJSBRECHTEN vanden VELDE onder dandere te deelen is gevallen eenen erfchijns van negen Rijnsgulden XX stuyvers gerekent.
Te betalen alle jaer erffelick inden Hoochtijet van St. Mathijs des Apostels van ende vuyt huijs, hoff ende erffenisse hen aenliggende toebehorende HENRICKEN soon HENRICX CELEN ende gelegen inder Parochie van BAKEL ter plaetsen genoempt GHEENEN EIJNDE ende vuijt sekeren anderen onderpanden inden zelver parochie van BAKEL gelegen, welcken chijns vanden Meester CLAES KUYTEN tot behoeff der voorschr. Joffrouwe LUYTGAERDEN tegen den voorgenoempten HENRICKEN soon HENRIX CELEN ende inne .... ...... hadde nae vuytwijsen des Schepen deylbrieffs heden dan aff geexpedieert welcke onderpanden en erffelicken chijns die voorschr. Mr. GIJSBRECHT expresselick verclaert ende seeghet te zijnen insufferent ende nyet goet genocht voor die deylinghe desselfs chijns ende die zelve onderpanden des voorschreven chijns met anderen dat doen .. daer den ........ desselfs chijns geevimeert ende opgewonnen te zijn.
Bakel 1633.
Helmondsche Protocollen, inv.nr.3839, akte 99,
d.d. 23-02-1633.
JAN JOOSTEN alias DE WERDT woonende tot BAECKEL voor de tochte, JAN MARTENS als man ende momboir JENNEKEN dochtere des voorn. JAN JOOSTEN zijne huijsvrouwe, JAN GOORTS als man ende momboir MENTEN dochtere desselffs JAN JOOSTEN zijne huijsvrouwe voor erffelijckheijt hebben alzoo erffelijk vercocht, overgegeven ende opgedragen LIJSBETH nagelaten weduwe ARE JOOSTEN een jaerlijcke ende erffelijke renthen van vijff gulden thien stuijvers jaerlijckx den gulden ad XX stuijvers stuck gerekend die zij haer gelooft hebben alle jare te gelden op Lichtmisse dag te betalen waervan ierste jare in pacht zal vallen op Onser Lieve Vrouwen Lichtmissendach alhier schrijven zal anno XVIc vier ende dartig ende dat van ende vuijtte zeeckere huijs hoffstad aende tuellande daer bij gelegen groot ontrent vier loopenssen inde Parochie van BAECKEL ter plaetse genampt op GENEN EIJNDE neve de erffenisse d'erffgenamen EVERT VLINCKERS ex uno, ende neve eene Stee ex alio, streckende van zeeckere steechen en huijs tot op erffenisse WILLEM GEIJSBERTS. Item nog van ende vuijt zeeckere acker groot ontrent thien loopensaets gelegen ind Parochie ende plaatse voorschr. neve erffenisse MARTEN die WITH ende rondelom voors.. Inde erffenisse EVERT VLINCKERS streckende voors. opde gemeijnte zijnde die voors. los en vrij vuijtgenomen eenen Dalder jaerlijcke ad 8 guldens van HELMOND. Item drije vat rogge reductie en een chijns vande gronde. Item nog van ende vuijt eenen acker gelegen ter plaetsche ende Parochie voorschr. genaempt 't CRABBE groot ontrent vijff talff loopensaeten neve erffenisse MARTEN die WITH ex uno ende neven erffenisse WILLEM die WITH ex alio streckende van erffenisse van WOUTER van den BERGH tot op een mestwech aldaer als zij seijden ende deselver gelovende. Getuijgen waeren hierover Schepenen in HELMONT,
Actum den XIJe Martij 1633.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1809, folio 465,
d.d. 16-08-1633.
GIELIS soene ARIIAENS WIJNEN van OS is mits vonnisse der Heeren Schepenen deser Stadt gericht geweest tot acker teulants ses Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen binnen de Parochie van BAECKEL gemeunelijk genoempt HET MAUWERSE, ontrent HET HAGELCRUIJS neffen erffenisse MARIJ PETER VREIJNSSEN ex uno, ende neffen erffenisse der erfgenaemen JANS BECX ex alio, streckende vande straet aff opt HAGELCRUIJS achterwaerts tot een dwersche straet. Over mits gebreck van betalinghe van eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vierendetwintich Carolus gulden, tot twintich stuijvers goets gelts den gulden gerekent. Te betalen alle jaer erffelicke op Bamisdach, ende binnen dees stadt S'HERTOGENBOSSCHE vrij van alle beden en actien subventien, tiende, twintichste, honderste, meerdere ende mindere penningen, commeren, schattingen ende costen, ordinarise, extraordinarise, ingestelt ende alnoch naermaels inne te stelle, egeene costen uijtgescheijden te leveren ende te vergelden. Welcken voorschr. chijns JAN soene wijlen JOOST COSTERERSEN woonende tot HELMONT hadde erffelick vercost den voorn. EGIDIO soone ADRIAENS WIJNEN van OS coopman binnen dese Stadt, van ende uyt s'geens voorschr. stont in lettris, wesende vanden dato den XVIden Augusti Anno XVIc drieendertich <?>, ende heeft opgedraegen LAMBERTEN meer dus soo geroepen heeft eerstwerff, anderwerff, derdewerff.
Ende vercost MICHIEL van HAUBRAKEN tot behoeff van GIELIS ADRIAEN WIJNEN, costen coper, TIELEMANS en Vanden BERCH.
Datum den XVIden Augusti Anno XVIc XLIII.
Die geboden heeft tweehondert ende sestien gulden mitte costen van recht.
Bakel 1634.
Gemeentearchief Helmond, O.R.A. inv.nr. 337,
d.d. 11-10-1634.
Onder conditien ende voorwaerden hyer naer verclaert begheert de Heer HENDRICK van DOERNE naer voorgaende kerckelijcke proclamatien int openbaer te vercoopen de Hoeven hyer naer gespecificeert wesende nu tegenwoordich in huere oft vuyter huere ende gelegen ter plaetsen gelijck bij yder parceel hyer naer geseydt sall worden.
< Hier na volgen de condities en de verschillende Hoeven breed omschreven. De eerste Hoeve is bij het Huys tot DOERNE gelegen. De tweede is de Hoeve gelegen op HEUSDEN onder ASTEN. De derde is de Hoeve genaempt DE CAUWEYE onder BAKEL. De vierde is de Hoeve genaempt DEN CLEYNEN BOTTEL gelegen onder DOERNE.
De vijfde is de Hoeve OP MILHEES onder BAECKEL >.
De Hoeve genaempt DE CAUWEYE onder BAKEL gelegen welcke in vaste hueringhe heeft ARIAEN LAMBERTS tot Sincxen <= Pinksteren> 1636 met alle haere landerijen, heyden ende weyden met alle den houtwas daerop staende, vuytgescheijden ses getekende eycken boomen welcke gereserveert worden met conditien als voorn.. Voorts met alle haere appendentien ende dependentien sall verkocht worden, te weeten de beterschap van dyen metten Loepensaet als vooren. Eene huysinghe metten houtwas binnen en is dese Hoeve belast met eene rente aen Onse Lieve Vrouwen Altaer tot HELMONT van een mud roggen twelck tot noch toe betaelt is geweest aen Heer SYMON alhyr met seve gulden. Noch is dese Hoeve belast met eenen Chijns aen Heere van MELIS, bedraeghende jaerlijcx ontrent drie gulden. Voorts als andere naebuere landen contribuerende en betaelende 't voorschr. mud roggen bij den coper aente vanghen met twee staende ende eenen loependen pacht.
! In de marge !
Affhanger XXIIIJ stuyver.
De Hoeve OP MILHEES onder BAECKEL is tegenwoordich vuytet huere ende sall met alle haere landerijen, weyvelden en heytvelden, met houtwas en alle haere appendentien en dependentien int geheel verkocht worden met de last van eenen Chijns aenden Heere van MILHEES bedraeghende ontrent XXV stuyvers en voorts als andere naegebueren contribuerende ende betaelen, bij den copere van stondenaen aen te vanghen.
! In de marge !
Affhanger XXIIIJ stuyvers.
Bakel 1635.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1512, folio 103 t/m 104.
d.d. 23-03-1635.
JANS GERITSEN voorschepen ende MARTEN JACOPS Boergemeester des dorps van BAECKEL, gemechticht tot sgeens naervolgende is, door crachte van seeckere besegelde procuratiebrieven des dorps van BAECKEL voorschreven onder den gemeynen Schependomszegel desselffs dorps geexpediteert ende gedateert den XXe deser loopende maendt Marty, ende vuyt crachter der machte den voorschreven Comparanten daer inne van GERIT JANSSEN, MARTEN MICHIELS, WILLEM JAN AERTS, LEONART JANSSEN, JOCHUM JANS van HOOFT ende MARTEN JAN JOOSTEN, Schepenen, MARTEN JACOPS ende JAN CELEN Borgemeesteren, MARTEN HENRICX de WITH, ende JOCHUM WILBORTS Kerckmeesteren, PEETER CELEN ende WILLEM JANSSEN de WITH Heylich Geestmeesteren, HENRICK PEETERS de BRUYNEN ende CLAUS THONIS BOLLEN Peelmeesteren, alle Wethouderen en Regeerders des dorps ende gemeynte van BAECKEL voorschreven ende representerende het Corpus desselfs dorps. Specialick ten effecte naebeschreven (soo blijckende was) gegeven ende verleent hebben gelooft ende geloven mits desen soo op verbant van hender Comparanten eygen persoonen en alle henne goederen, present, ende toecomende, als mede onder de verbintenisse van die persoonen ende alle diens goederen der voorschreven respective Constituanten, nu hebbende, ende alnoch naermaels vercrijgende, JACOPPEN soone wijlen ADAM JAN ADAMS, tot behoeft van ANTHONISCKEN sijne moedere weduwe des voorschreven wijlen ADAM JAN ADAMSSEN moldere, de somme van sessendertich Carolus gulden tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts den gulden gerekent van heden datum deses over een jaer. Geleycke somme van sess ende dertich Car. gulden, van heden wesende den XXIIIe Meert over twee jaeren. Ende alnoch de somme van sesthondert sessende dertich Car. gulden prijse voorschreven gevende egeene mindere specien dan Rijcxdaelders tot vijftich stuyvers 't stuck, opten XXIIIe Meert als men scrijven sal Anno XVIc Acht ende dertich te voldoen, en te betaelen. Ende binnen dese Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE vrij van alle commeren, lasten, wegengelden, egeene vuytgescheyden, te leveren sonder voorder diloy, vuytstel, oft tegenseggen, in recht, oft daerbuyten, overmits de deuchdelijckheyt deser schult, als hercomende van goeden geloevende ende wel getelde penningen, bijden voorschreven HANS GERITS, ende MARTEN JACOPS tot behoeft des voorschreven dorpes te dancke van de voorschreven ANTHONISKEN (soo die selve dat bekende ende verclaerde mits desen) ontfangen. Testes OUTHEUSDEN en CUYCK.
Datum XXIII Marty 1635.
Bakel 1636.
Rechtelijk archief Deurne, deel 11.
d.d. 04-04-1636.
Op huyden ten daghe naergenoempt, soo sijn alhyer voor ons Schepenen naer best gecompareert, den HEERE PATER der Conventuaelen van OMMEL, geassisteert met LAURENTIUS VOLDERS Schepen der Heerlyckheyt ASTEN, en heeft in onse presentie affgevraeght AERDEN JAN TEUWENS cum suis, off hij alsulcken pacht, soo roghpacht als geltpacht, ontfangen hadde als de Conventuaelen voorschreven so is toecomende in een Hoeve geleghen tot BAKEL genaempt DE SCHAUT, hun aengecomen bij testamenten van Heer AERT WILLEMS en MARIA des voornoemde GEERAETS suster respectieve, waerop den voorschreven AERT JAN TEUWENS heeft verclaert dat hij eerst heeft ontvangen te weten verschenen Lichtmis 1636, protesterende die voorschreven Heer PATER vande onbehoorlick ontfanck en van turbatie van sijn deughdelijcke possescie, mitsgaders van gewelt als sonder concent last en ordre van hun geschiet sijnde en oyck van alle costen, schaden en intereste ter saecke van dyen geleden en noch te leyden, resermerende sijn beclach defensie en andersints naer vereyschen van saecke en soo naer recht behooren sall. Aldus gedaen ter presentie van COELEN, GOOSSENS, GOLOFFS en GERAERTS Schepenen. Opten iiije April 1636.
Deurne 4 April 1636.
Bossche Protocollen inv.nr. 1555, folio 182 t/m 183.
d.d. 09-12-1636.
Alsoo die van den dorpe van BAECKEL door crachte van procuratien ende opene brieff inten van octroyen, van Heeren Door Luchtichsten Hoogheden, als Hertogen van BRABANT, erffelick vercocht hadden, ARNDT van HEES, tot behoeff van JACOB soone wijlen MARTEN BRASMANS Tiendman, ......... Jaarlicken ende erffelicken chijns van sevenendertich Carolus ende thien stuyvers tot twintich stuyvers elcken gulden in goeden gankbaer geld gereckent, verschijnende alle jaar eerstelick int Hoochtijt van Onse Lieve Vrouwen Lichtmis ....... binnen de Stadt van S'HERTOGENBOSCHEN vrij van allen commeren, schattingen ende lasten, egeene uytgestegen doen te leveren ten laste van voorn. Corpus van BAECKEL gelijck inne Schepene brieffenen der voorschreven Stadt daerop gemaeckt boeken staet begrepen,'t lesene van den dato desen XXV dach der maent January Anno sestienhondert ende negentien. Heeft gestaen voor Schepenen ondergeschreven ARNDT soone wijlen JACOB MARTENS de WILDE, den voorschreven jaerlicken ende erffelicken chijns van seven ende dertich Carolus gulden ende thien stuyvers om gereckent op vijffentwintich Carolus guldens ende hem ARNTEN de WIT deo met meer andere goederen, ........ erffdenlinge tusschen hem ende sijne mede erffgenaemen, van den goederen bijden voorschreven zaliger JACOB MARCELIS de WILDE ende THONKEN CRETUERS sijne huysvrouwe, achtergelaten, genaemt, ter delende te looten gevallen (precent in lixis ?) die soonen, wesende van de date datum deses XXII dach Augusti Anno Sestienhondert sessen sestich heeft hij mits desen wettelick ende erffelick opgedraeghen en overgegeven DIERICK soone zaliger CORNELIS FABRY .......cum dictis liberis et juxa, ...... met eene jaer achterstellig van de voorschreven chijnsen op Lichtmis lestleden vervallen en effectuerende. Geloovende deze voornoemde ARNDT de WILDE sich omme met heden datum negen December 1636.
Bakel 1637.
O.A.A. DEURNE, inv.nr. XXXXI C/ 1/4, blz. 59.
datum onbekend.(± 1637).
Omtrent den siecktijt ten tijde dat JOHAN IDELET Secretaris en Stadthouder tot DOERNE was is op het veldt van BARTERT van MILLIS woonende te MILLIS onder BAECKEL gecalendiert <= bekeurd> geweest door den Vorst Officier van DOERNE die kaere ende peerdt van den voors. Van MILLIS over het abvueren van een kaere torfs vant selleve veldt waer van hij BARTERT voorschr. soude betaelt hebben de somme van seven guldens van allen het wellicke voorschr. is tegenwoordich noch soude kennisse hebben.
JAN BARTERS woonende van gelijcken tot MILLIS.
Bakel 1638.
Gemeentearchief Helmond, R.A. inv.nr. 337,
d.d. 26-05-1638.
MARGRIETEN van ..... nagelaeten Weduwe HANDRICK HERNICKS heeft vuyt crachte van dieselve van date den XXXen April 1637 te buerden gestelt van te ..... voor een jaer ende terstont aente veerden zeeckere erffenisse gelegen tot BAECKEL van PEETER JAN GEVELNICKX gelegen in de VOSS metten huyse.
Item alnoch een huys en erffenisse gelegen als voor genaempt AENDEN PEUTH <?> soo groot ende cleyn als het selve erffenisse daer gelegen zijn.
Ende dat ter cause <= ter zake> van een jaerlickse ende erffelicke rente van van twintich gulden jaerlickx volgens Schepenen van HELMONT de dato den vierden January 1633 gereserveert nochtans het ...... staende ten achter vier jaeren salvo supra.
! Afgesloten van wegen het slechte schrift. !
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 1638.
Extract vuyt verscheijden seth ofte Commerboecken van den Dorpe van BAECKEL waerinne onder andere bij geswooren setters sijn geseth ende gequoteert respecive de gebruijckers van de goederen ende Landerijen, erve toebehoorende THONIS THONISSEN tot BAECKEL inden Lande van RAVENSTEIJN ende JACOB PETERS tot AERLEN, als proprietaris vant voorschreven goedt geleghen onder BAECKEL nu toebehoorende de ghebruijckers daer van de Kinderen ende Erffgenaemen van JAN GHEEVEN.
LAMBERT HENRICXSEN cum suis borgers <= Borgemeesters> van den jaere 1601 gehawen ende affgeroepen hondert ende twintich rijsen.
Extract.
Den gebruijckers van den landt THONIS GERTSEN onder BAECKEL XII stuyvers.
GERART JANSSEN cum suo Borgemeesteren 1602 gehauen ende affgeroepen vijffendertich rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van den lant THOMIS GERRITSEN onder BAECKEL XIJ stuyvers.
Noch die selve Borgemeesters gehouden tsestich landt settingen.
Extract.
JOOST LAENEN op GORTEL Landt onder BAECKEL facit XXI Lopen II stuyvers.
roij 13 ??
WILLEM HENRICX cum suo Borgemeesters 1603 gehauen vijffentwintich landt settingen.
Extract.
JOOST LANEN op GROTEL lant onder BAKEL
facit XXI Lopensen IJ Royen I voet.
Noch de selve Borgemeesters gehauen hondert beden.
Extract.
Den gebruijcker van 't landt THONIS GERITS onder BAKEL XII stuyvers.
JAN SCHAETEN cum suo Borgemeester 1604 gehauwen hondert ende acht reijsen.
Den gebruijcker van het landt THONIS GERTEN onder BAECKEL XI stuyvers.
LAMBERT HENRICX cum suo Borgemeester 1605 gehauen ende affgeroepen tnegentich rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van 't landt THONIS GERITSEN onder BAECKEL X stuyvers.
WILLEM JANSSEN de WIT cum suo Borgemeesteren 1606 gehauen hondert ende vijff rijsen.
Extract.
Den gebruijcker v an 't landt THONIS GERITS onder BAECKEL X stuyvers.
MARTEN MICHEILSSEN cum suo Borgemeesteren 1607 gehauen hondert en derthich rijsen.
Extract.
JAN HEVERS met het gebruijck van sijn landt onder BAECKEL XV stuyvers.
MARTTEN HENRICX de WETH cum suo Borgemeesteren 1608 gehauen hondert en thien rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van 't lant THONIS GERITS onder BAKEL X stuyvers.
JAN JAN LEONWERTSEN cum suo Borgemeesteren 1609 gehauen hondert vier rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van 't landt THONIS GERITS onder BAECKEL X stuyvers.
GOORT JOOSTEN cum suo Borgemeesteren 1610 gehauen 68 rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van 't lant THONIS GERITSEN onder BAECKEL X stuyvers.
JAN DIERCX cum suo Borgemeesteren 1611 gehaen 60 rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van 't landt THONIS GERITSEN onder BAKEL.
LAMBERT HENRICX ende PETER WELTEN Borgemeesteren 1612 gehauen tweentsestich rijsen.
Extract.
JAN GEVERS met 't gebruijcken van sijnen landt onder BAKEL XV stuijver
en hier wegh GUILLIAM ontfangen.
JOOST PETERS cum suo Borgemeesteren 1613 gehauen 60 rijesen.
Extract.
JAN GEVERS met het gebruijckt van sijn landt onder BAKEL XV stuyvers.
PEETER JAN HERMENS cum suo Borgemeesteren 1614 gehauen 46 rijsen.
Extract.
JAN HEVERS met het gebruijck van sijn landt onder BAKEL XV stuyvers.
MARTTEN MICHIELSEN cum suo Borgemeesteren 1615 gehauen 55 rijsen.
Extract.
Den gebruijcker van het landt THOMIS GERITS onder BAECKEL. X stuyvers.
JAN WILLEMS SCHATEN cum suo Borgemeesteren 1616 gehauen 60 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS met gebruijck van sijn landt onder BACKEL XV stuyvers.
MARTTEN HENRICX cum suo Borgemeesteren 1617 gehauen 52 rijsen.
Extract.
JAN GEEVEN met gebruijck van sijn landt onder BAKEL XV stuyver.
JAN GERITS cum suo Borgemeesteren 1618 ende gehauen 50 rijsen.
Extract.
JAN GEULNEN met 't gebruijck van sijn lant onder BAKEL XV stuyvers.
WILBOORT THIJSSEN cum suo Borgemeesteren 1619 ende gehauen 50 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
PEETER CEELEN cum suo Borgemeesteren 1620 gehauen 50 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
THONIS GELINCX cum suo Borgemeesteren 1621 en gehauen 60 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
THONIS JANSSEN de HOOFF cum suo Borgemeesteren 1622 gehauen 70 rijsen.
Extract.
JAN GEEVEN XV stuyvers.
JAN REIJNDERS cum suo Borgemeesteren 1623 gehauen 92 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
LEONART JANSEN cum suo Borgemeestern 1624 ende gehauen 92 rijsen.
Extract
JAN GEVERS XV stuyvers.
JOOST ARIAENS cum suo Borgemeesteren 1625 ende gehauen 94 rijsen.
Extract.
JAN GHEEVEN XV stuyvers.
WILLEM HERMENS cum suo Borgemeesteren 1626 gehauen 95 rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
GUERT GERITSEN cum suo Borgemeesteren 1627 ende gehauen 95 rijsen.
Extract.
JAN GHEVERS XV stuyvers.
REIJNDER WILLEMS cum suo Borgemeesteren 1628 ende gehauen twintich rijsen.
Extract.
JAN GEVERS XV stuyvers.
Item inden selve jaere XVIc ende agtentwintich is het tuellant binnen den Dorpe van BAKEL bij den gesworen Landtmeter voor Schepenen van BAKEL gemeten ende is bevonden 't landt van den progrietaris THONIS GERITSEN ende JACOB PETERS onder BAKEL gelegen groot te sijn VII Lopensen ende XLII Roeien ende ieder Loopensaat gequiteert op II stuyvers.
Extract uyt het selve landt.
JAN GHEVEN landt is in alles XV Lopensen XLI Roeien.
Noch extract vuyt het beurboeck van den selven Borgemeesteren REIJNDER WILLEMS cum suo.
JAN GHEVEN XXXI stuyvers II ort.
HENDRICK JANSSEN cum suo Borgemeesteren 1629 gehauen 21 rijsen.
Extract.
JAN GHEEVEN XXXI stuyvers II ort.
HUIBERT JANSSEN cum suo Borgemeesteren 1630 gehauen 19 rijsen.
Extract.
JAN GHEENEN XXXI stuyvers II ort.
THONIS JANSSEN de HOEFF cum suo Borgemeesteren 1631 ende gehauen ende noch heffende.
Extract.
JAN GHEEVEN XXXI stuyvers II oort.
Dat dese Extracten met haere seth ende commer ende Landtboecken etc. alles sijn accorderende ick GOERT JANSSEN Secretaris in BAECKEL onderstont G. JANSSEN Sects. ter sijden stont aldus
1635 JAN GEERT
1636 CLAUS JOSTEN
1638.
Bakel 1639.
Helmondsche Protocollen, Archiefnr. A-2001. Inv.nr. 3841.Concordans nr. 1.O.R.A. 3841, akte 296,
d.d. 05-04-1639.
JAN MARTEN RUTTEN woonende tot BAECKEL op't GENENEIJNDE gelooft super se et bove te betalen Sr. DIRCK van den BROECK van Lichtmis voorleeden voor vier jaer te weeten op Onser Lieve Vrouwe Lichtmisse dagh als men schrijven sal XVIC dry en veertich, de somme van hondert gulden ...... daer bijleggende alle jaere op Onser Liever Vrouwen Lichtmissen dach van interest ses gulden waer van d'Ierste jaer Interresse vallen. Ende verschijnen zal op Onse Lieve vrouwe Lichtmissedach XVI veertich, ende wordt met deese geloofte gecasseerd ende geannuleert zeeckere anderen geloofte van hondert gulden capitael, die welcken JAN JOOSTEN van DOORNE hadde gelooft te betalen voor Schepenen van HELMONT op den Prothocolle op den XXIIIJe moet XVIc XXIIJ aen wijlen GOORT HENDRIKX POMPEN
Alles sonder argelist.
!In de marge
Voorschreven DIRCK van den BROECK bekent van den inhouden deser voldaen te sijn. Actum den .. 7bris 1660.
GEERLOFF WUIJDKEN.
Helmondsche Protocollen, Archiefnr. A-2001.Inv.nr. 3841.Concordans nr. 1.O.R.A. 3841, akte 297,
d.d. 05-04-1639.
EVERT PETER GOORTS woonende opte BEEKSE DONK heeft erffelijk vercocht, overgegeven, ende opgedragen ADRIAN JANS VERSANTVORT alsulcke versterff off goederen als hem aengecomen zijn bij afflijvicheijt van HANRICK ANTHONIS zijnen neve gelegen de selve goederen in de Parochie van BAECKEL inde NEERSTRAETE, aldaer. Ende helmelingen vertegen geloevende te vrijen ende te weeren, en vrij vuijtgenomen alle commer lasten ende pachten daer vuijtgaende, oft opcomende egheen vuijtgescheijden, waer voer deselve GOORT PETERS bekend ontfangen te hebben de somme van vijfftich gulden, sonder argelist.
Testes scabini in HELMONT]
H. BERN en PETER van HEMPELROIJ datum den Vden April 1639.
GOORT PETER GOORTS heeft erffelijck vercocht ut Supra ANTNONIS GEERLINCKX woonende tot BAECKEL zeeckere vijffgedeelte van goederen gelegen inde NEERSTRAET den voorschr. GOORT PETERS aengestorven door afflijvicheijt van voorschr. HANRICK ANTHONISSEN van weegen welken JAN VERSCHUIL ende helmelingen vertegen geloevende vrij ende te weren los ende vrij vuijt genomen alle pachten lasten commer daerop zijnde, oft naemaels opcommende gheen vuijtgescheijden, waer voor die voorschr. GOORT bekend ontfangen te hebben de somma den vijf en twintich gulden sonder argelist testes dag ut Supra.
Bakel 1640.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1812, folio 227recto - 229verso.
d.d. 07-02-1640.
Mevrouw COX Weduwe van Joncker LAMBERT BECX is mitdts vonnisse van Mijn Heeren Schepenen deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE de dato den thienden November sesthien hondert ses en tseventich naer gedaene handtlichtinghe de dato den vierden December opden derthiende derselver maent December allet des jaers sesthien hondert ende sesent seventich ghericht gheweest tot Huijs, schuere, hoff ende aengelegen erffenisse gelegen onder de Heerlijckheijdt van MILHESEN tusschen de gemeente aen d'eene sijde, end tusschen den gemeenen wegh aen d'andere sijde, streckende van Erve GOIERT GOSSENS mette sijne tot op Erve der Erffgenaemen JAN GORTSEN van HOEVE.
Item tot een stuck ackerlants geheeten DEN HEUVELMAN gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen Erve der Erffgenaemen LAURENS DENIS, aen d'eene sijde, en de tusschen Erve des Heijligen Geest tot BACKEL aen dander sijde, ende metten eenen eijnde, streckende metten andere eijnde aen de gemeijne straet.
Item tot een stuck ackerlants gelegen inde voorschreven Heerlijckheijdt ter plaetsche genoemt DE HAGE tusschen Erve des Convents van BIJNDEREN aen d'een sijde ende metten eenen eijnde, ende tusschen Erve der Erffgenaemen JAN GORTSEN van HOEVE aen d'ander sijden, streckende metten anderen eijnde op Erve der Erffgenaemen DIRCK JACOBS.
Item tot een stuck lants geheeten DEN HUIJSACKER, gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen Erve LENAERT WILLEMS alias DAME aen d'eene sijde, ende tusschen Erve BERTRAM JANSSEN met meer andere aen d'ander sijde, streckende van Erve JOOST CORSTIAEN KRAECKELERS tot op Erve der Erffgenaemen JAN JAN TEUWENS.
Item tot een stuck lants geheeten DE BRAECKE gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen Erve HENDRICK SCHEPENS aen d'eene sijde, ende tusschen Erve LENDERT WILLEM DAMEN voornoemt aen d'ander sijde, streckende van Erve der Erffgenaemen JANS de BECKER tot op de gemeene straet.
Item tot een stuck landts gheheeten DE STREEPE gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen Erve der Erffgenaemen JAN GORTS van HOVE aen d'ander sijde, streckende van Erve des Convents van BIJNDEREN tot op Erve JOOST ARIENS voorschreven.
Item alnoch tot een stuck landts geheten DEN CLEIJNEN HOVELMAN gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen het voornoemde stuck lants aen d'eene sijde ende tusschen Erve des Heijlingen Geest tot BACKEL aen d'ander sijde, ende metten eenen eijnde, streckende metten anderen eijnde op Erve BASTIAEN ANTHONISSEN VERHAGEN.
Item tot twee stucken Erve soo heijlants als weijlants, gelegen eensdeels onder MILHESE voorschreven, ende eensdeels onder de Jurisdictie van DOIRNE, tusschen de gemeente van DOIRNE aen d'eene sijde, ende tusschen Erve d'Erffgenaemen Heer WALRAVEN van WITTENHORST aen d'ander sijde, streckende van Erve des Convents van BIJNDEREN met meer andere tot op Erve der Erffgenaemen THIJS PEETERS met meer andere.
Overmidts ghebreck van betaelinghe van eenen iarelijken ende erffelijken Chijns van t'seventich guldens, welcken voorschreven Chijns HENDRICK sone PEETER SCHEPENS wettelijck ende erffelijck hadde verkocht ende gelooft Joncker HENDRICK van DOIRNE sone Wijlen Joncker EVERARTS van DOIRNE Heere van LIESSEL als hij leeffde van ende uyt s'geens voorschreven staet.
Pro ut de dato den sevensten Februarij Duijsent ses hondert ende veertich ende heeft opgedraegen .
Die geroepen eerst eerst, twee ende derdeeerst.
Ende verkocht.
Die geboden heeft.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1550, fol.nr. 371v-372v. d.d.
07-02-1640.
Jonker HENDRICK van DOIRNE sone wijlen Jonker GEVERAERTS van DOIRNE, Heere van LIESSEL als hij leeffde, huysinge, schuere hoff ende aengelegen erffenisse gelegen onder Heerlijckheyt van MILHEZE onder de parochie van BAECKEL tusschen de gemeente ex vuo ende tusschen den gemeenen wech ex alio streckende van erve GOYAERT GOOSSENS metten sijne tot op erve der erffgenamen JAN GOORTS van HOVE. Noch een stuck ackerlants geheten "den HEUVELMAN" gelegen ter plaetse voors. tusschen erve der erffgenamen LAURENS DENIS ex vuo ende tusschen erve des H.GEEST tot BAECKEL ex alio et fine nuo streckende metten anderen eynde aen de gemeene straete. Noch een stuck ackerlants gelegen in de voorn. heerlijckheyt ter plaetse "die HAGE" tusse erve .... des Convents van BIJNDEREN ex suo et fine nuo ende tusschen erve der erffgenamen JAN GOORTS van HOVE ex alio, streckende metten anderen eynde op erve der erffgenamen DIRCK JACOBS. Noch een stuck lants geheeten "den HUYSACKER" gelegen ter plaetsen voors. tusschen erve LENART WILLEMS alias DAMEN ex nuo ende tusschen erve BERTRAM JANS met meer andere ex alio streckende van erve JOOST CORSTIAEN KRAKELERS (Zie Armentafel W.V) tot op erve der erffgenamen JAN JAN THEUWENS. Noch een stuck lants geheeten "de BRAEKE" tusschen erve HENDRICK PETER SCHEEPERS ex nuo ende tusschen erve LENART WILLEM DAMEN voorn. ex alio streckende van erve der erffgenamen JANS de BERCKER tot op de gemeene straete. Noch een stuck lants geheeten "de STREEPE" gelegen ter plaetsen voors. tusschen erve der erffgenamen JOOST ARIENS ex nuo ende tusschen erve d'erffgenamen JAN GOORTS van HOVE ex alio streckende van erve des convents van BIJNDEREN tot op erve JOOST ARIENS voors.. Alnoch een stuck lants geheeten "den CLEYNE HEZEMAN" gelegen ter plaetse voors. tusschen het voorn. stuck lants ex nuo ende tusschen erve des H.GEEST tot BAECKEL ex alio et fine nuo streckende metten anderen eynde op erve BASTIAEN ANTHEUNES VERHAEGEN ende al noch twee stucken erve soo hey als weylant geheeten "het EEUSEL" gelegen eensdeel onder MILHEESE voors. eensdeels onder de jurisdictie van DOIRNE tusschen de gemeente van DOIRNE ex nuo ende tusschen erve d'erffgenamen Heer WALRAVEN van WITTENHORST ex alio streckende van erve des convents van BIJNDEREN met meer anderen tot op erve der erfgenamen THIJS PETERS oock met meer anderen, selven Jonker HENDRICK van sijne ouders aengecomen (....................) den voorn. HENDRICK sone PETER SCHEPERS (..............) gelovende Super (....................) deponeren uytges.........) grontchijnsen als vanoudts ende met recht daer uyt te vergelden staen ende voorts dorpslasten commeren binne... lants ende servituyten daer toe gehoren .
Testes Van HOVEN7 February 1640.
Bakel 1641.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 22, pagina 17.
d.d. 14-03-1641.
ART JAN THEWENS van DOIRN versoeckt dach en recht tegen alsulcken affgeboth als d'Erffgenaemen van JAN PEETERS en JENNEKEN sijne huysvrouwe ende d'Erffgenaemen HUIJBERT JAN COLEN gerichtelick hebben doen dachen aen de gebruijckers van de Hoeffve ghenoemt DIE SCHAUW alhier, om de drij deelen vande voorschr. Hoeff nijet meer van de voorschr. gebruijcker onderweijnt <= beheert> te worden en is den voorschr. ART JAN THEWENS dach en recht geaccordeert tegen den ierst en nacommende genechtdach onder behorlijcke coutie en binnenborghe. Compareerde alhier tot dijn eijnde MATHIJS WILMS, HANRICK van de KERCKHOFFsoon en stelt hem en blijfft borghe voorden voor-schr. ART JAN THEWENS, Gelovend 't recht ende gewijsde in alles dies aenspraecke en overcommende te voldoen, contragelovende d'voorschr. ART JAN THEWENS sijnen voors. borghe van dien wederom, geheeldelick te ontlasten en ontheffen. Alsoo rechtens, coram scabinus in BAKEL LEONART JANSSEN ende REINDER WILLEMS de WIT desen ondertekent. Actum den 14 Mert 1641.
LEONART JANSSEN.
Gemeentearchief Helmond, R.A. inv.nr. 338,
d.d. 19-07-1641.
Aen mijn Heere Scholteth ende Schepenen alhijer.
Verthoonen U Ed. de gelycke kijnderen en de kijntskijnderen van wijlen WILLEM van de KERCKHOFF met GEERTRUYT sijne achtergelaten Weduwe, hunne Moedere. Hoe dat door de veele en diversche sijne achtergelaten passive schulden sij Remonstranten tot betalinghe van dijen egheenen naer denen raeth en hebben cunnen vijnden dan mette crediteuren van dijen in communicatie te treden en soo lieff te spreecken dat sij bij eenighe gratie souden moeghen betaelt worden ende dat vuytte penninghe dije bij vercoope van allen de selve sijne achtergelaeten goederen soo tot MIERLOO, BAECKEL als oock alhijer geleghen souden moeghen commen waerbij dat oijck soude moeghelick geprecaveert <= voorkómen; verhoeden> worden de vuele distractie <=verduis- tering van goederen> van allen de selve goederen tot hunne gemeyne crediteuren proffijte hebbende dijen conformelijck <=overeenkomstig het gebruik> allen dye selve erffgoederen op de respective plaetsen daer dye gelegen souden moeghen sijn bij drye diversche publicatien doen vijlen om dije selve op huyden alhyer ten hoochsten voor alle man te moeghen vercocht worden, maer soo onder dye selve erffgenaemen sygt wes onmundighe kijnderen delen gecommen van JANNEN WILLEMS van de KERCKHOFF en d'ander van WILLEM sijnen overleeden broeder daer van dan momboiren sijn PEETER van de KERCKHOFF U Ed. mede Schepen cum suis. En is in hunne machte nijet mede tottes selven vercoope validelijck te procedeeren sonder U Ed. voorgaende advies decreet en authorisatie in conformiteijt van de privilegien bij wijlen CAROLI QUINTI als Souvereyne Prince van dese Landen opt poinct van dijen den onmundighen vergunnen, soo hebben sey de selve momboiren beneffens die voorschreven hunne andere mede erffgenaemen totte voorschr. U Ed. biddende dat de selve gelieve tot 't gheens voorschr. sey te vergunnen en op de marge van dese te stellen het voorschr. advies decreet en authorisatie d'welck doenelijck ende dit alle in verstande ende onder de protestatie naer der inde vercoopcedulle te stellen.
! In de marge !
Advyes aende naeste vrijnden van de selve gehoort te hebben te doen naer behooren, Actum per Scabium, HELMONT den XIIe July 1641.
Ter ordonnantie van mijne Heeren Schepenen.
P. VLODROP.
Gehoort hebbende de naeste ? tijnde oirbarlijcen vercocht zijnde dan gereeden mijne Heer Scholtet ende Schepenen voornoempt. Accordeeren den remonstranten tot publicque vercoopinge hen daer toe bij forme haer decreet vergunnende, myts dat de coopers daer van sullen worden gestelt, onder handen van mijne Heer Schepenen tot betalinge van de schulden.
Actum ut Supra.
Ter ordonnantie voorschr.
P. VLODROP.
GERTRUYT naegelaeten Weduwe WILLEMS van den KERCKHOFF voor de tochte, HENDRIK, ADRYAAN ende PEETER haere drije soonen, LAMBERT ANTHONIS WILLEMS, als man ende momboir van ALEKEN haere dochtere, ende den voorschr. PETER cum suis als momboiren van de twee onmundige kijnderen Wijlen JANNEN van de KERCKHOFF, ende insgelijcx, van de onmundige dochtere Wijlen WILLEMES van den KERCKHOFF, allen kijnderen ende kijntskijnderen WILLEMES van den KERCKHOOFF, voor d'erffelijcheyt, stellen alhier in dyer qualiteit naer drije Sondachse veylinge, advyes, vande Heere ende decreete van de weth, om te vererffcoopen, seeckere diversche huysen, landen ende gronden van erffve, soo bij den voorschr. WILLEM van de KERCKHOOFF achtergelaeten alhier binnen deser Stadt als oock andersints daer buytten, onder dese Jurisdictie gelegen mytsgaeders oock binnen den Dorpe respective van MIERLE ende BAECKEL dat soo bij den voorschr. KERCKHOOFF oock zijn achtergelaeten diversche passive schulden, soo in erfbrieven als oock andersints in obligatie schulden mette cooppenningen van de voorschr. vercochte goederen procedeerende sullen worden betaelt, volgens den consepte dyen aengaende, mette selve respective crediteuren, nu onlangs is geraempt ende aengegaen, sonder dat zij kijnderen ende kijnts kijnderen bij desen hem voorders willen verobligeeren. Inde voorschreven betalinge der selver schulde dye aen dese vercoopinghe ende cooppenningen soude moegen commen te ? daer van zij mydts desen zijn protesteerende, ende om d'bij desen oock te thoonen tot het genes voorschr. (hennen goeden eyndre) hebben geconsenteert, dat de voorschr. cooppenningen aen handen van Heere Schepenen oover dese cooppenningen staende, bijde respective cooperen ten behoeve der voorschr. crediteuren respectieve sullen worden getelt.
Inden iersten seeckere huysinghe ende schuere, myt zijne aenlegende landen ende weyde ende het hout daer op staende gelegen tot BAECKEL, ter plaetsche genoempt HET GOERCKEN, gemeynlijcken genoempt DE BLOETE HEGGE, met het een eynde beneffens de Hoeve op ESSPE toebehorende GOIJAERT COPPENS, dander zijde de gemeynte, aldaer streckende van de NEDERSTRAETE tot voor opde gemeynte, aldaer los ende vrij vuytgenoemen den chijns van de gronde, zijnde een halff blancke, voorts los ende vrij vuytgenoemen Dorpscommer, aente verden 't voorschr. huys mette schuer ende hooff 'tPinxten ierstcommende ende het landt aente verden nu vande stoppeltijt nu vandes een jaer dys sal den cooper genyeten den pacht van het selve jaer.
Dit voorschr. perceel affgemijnt vande buerte bij Sr. GOYAERT COUPENS voor de somme van seshondert acht en vijfftich guldens duo 658 gld. ende geslaegen vijfftich slaegen.
De 1ste kersse bij den Heere Schouteth ontsteeken zijnde is 't voorschr. parceel met vuytganck der selver gebleven aen den voorschr. Sr. GOYART COPPENS.
Coram pretore et Scabium HELMONT respective ADOLPH BECX ende PEETER van HENSELROY, datum den XIX July 1641.
Item alnoch seeckeren hoybempt gelegen bij de Hoeve DE DIERDONCK, groot ontrent een sille of soo groot ende cleyn als JAN PEETERS Pachtere in gebruycke heeft gehadt aente verden als voor.
Affgemijnt dit boven geschrevene perceel van de buerde bij Mr. GERRIT LEMMENS Licentiaet in den Rechte voor de somme van achtentachtentich gulden ende geslaegen, vijfftich slaegen, en noch drye slaegen.
De kers iste bij den Heere Schepenen gemechtelijck ontsteeken zijnde is met vuytganck der selver kersse tvoorschr. parceel gebleven aenden voorschr. Heer Sr. GEERART LEMMENS Licentiaet inden Rechten.
HELMONDE 19 July 1641.
! Bovenstaand document is nog enige pagina's langer, maar zijn niet opgetekend, om reden dat het goederen betreft die buiten BAKEL gelegen zijn.
Helmondsche Prothocollen, Archiefnr. A-2001.Concordans inv.nr. 1. inv.nr. 3842, blz. 113, akte 362,
d.d. 23-07-1641.
GERTRUIT, naergelaeten Weduwe wijlen WILLEMEN van de KERCKHOOFF voor de tochte, HENDRICK, ADRIAEN ende PETER haere drye soonen, LAMBERT ANTHONIJ WILLEMEN als man ende momboir ALECKEN haere dochtere, ende den voorschreven PETER sine als momboir en van de twee onmondighe kynderen wijlen JANNEN van de KERCKHOOFF, ende insgelijcx van de onmundighe dochter WILLEMEN van de KERCKHOOFF, allen kynderen ende kynts kynderen, ende kynts kynderen des voorschr. WILLEMEN van de KERCKHOOFF, hebben in dyer qualiteyt met advys van de Heere ende decreet van de Weth, mede naer vermellens de vercoopcedulle daer van sijnde gepasseert voor Heeren Schout en de Schepenen der Stadt HELMONT alsoo erffelijck vercocht oovergegeven ende opgedraegen Sr. GOYAERT COPPENS, Coopman ende Borger der Stadt EYNDHOVEN seeckere huysinghe ende schuere met zijne aen gelegen landen ende weyden, met het houdt daer op staende gelegen tot BAECKEL ter plaetsche genoempt HET GOERCKEN, gemelijcken genoempt DE BLOTE HAEGHE met de eene zijde beneffens de Hoeve op ESSPE, toebehorende GOYAER COPPENENS Coopere voorschr., dandere zijde de gemeynte aldaar. Streckende van de NEDERSTRAETE tot voor op de gemeijnte aldaer. Los ende vrij vuytgenoemen een halff blanck < = zilveren munt > chijns, voorts los ende van vuytgenoemen Dorps commer ende helmelingen daerop vertegen, geloevende etc. sonder arglist off effect. Getuyghen waeren hier voor Schepenen in HELMONT respective Mr. ADOLF BECX ende PETER van HEMSELEN.
Actum den XXIIJen Julij 1641.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv..nr. 22, pagina 25,
d.d. 27-08-1641.
Alsoo sDorps van BAKEL ingesetenen ende nageburen hun bestialen bij ghesampten ende vergaederden gemeijnen wethouders alhier sijn mondelinghe gheraemt, geordonneert ende gesloten, jaerelickx, geset ende gestelt te worden tzij perden, coeijen, leege beesten en schaepen ijder op zijnen quote van gelden tot Paasstijt der ghemeijnte alhier om dies ghemeente contributien en andere lasten van dien daer mede te contravenieren ende ....... soo daer van off onder machte gebonden worden defaliant verswigen en ontkennen personen, faelgeren, verswigen en ontkennen de hoeveelhijt van henne bestialen, verclaeren ende appointeren daer over de voorschr. Heeren Wethouderen die defaianten, etc. als voorschr. executabel, om hun oft aen hunne goederen voor-den gedecreteerden peenen van 3 gulden aen yder best toties quoties daer over goed ...... te mogen richten tot voldoeninge van dien, en tot claere bekentenis van hunne verzwegen bestiallen naer behooren alzoo recht is.
Schepenbank Bakel, Oud archief inv.nr. 22, folio 26.
d.d. 06-10-1641.
Aenspraeke voor derffgenamen JAN PETERS en JENNEKE JAN COLEN zijn huysvrouw en d'erffgenamen HUYBERT JAN COLEN in materie van affgeboth obtinenten en aenleggeren. Ierst en is MATIJS WILLEMS gebruijcker van Hoeffve genoemt DIE SCHAUW gelegen alhier en ART JAN TEWIS van DORNE voor den voorschr. gebruicker en alsoo appoinent en geintinueerde, ut companement in personen Heer PETER COX en LAMBERT HUIBERT COLEN.
Bakel 1642.
Archiefnr. A 2001, inv.nr. 3894. d.d.
16-01-1642.
Aen mijn Heeren Schouteth ende Schepenen alhijer.
Verthoonen U E. de gelijcke kijnderen ende kijntskijnderen van wijlen WILLEM van de KERCKHOFF met GEERTRUYT sijne achtergelaeten Weduwe, hunne moedere hoe dat door de veele en diversche sijne achtergelaeten passive schulden sij remonteren <= tekort aanvullen?> betaelinghe van dijen egheenen naerdenen raeth en hebben cunnen vijnden dan mette crediteuren van dijen is communicatie te treden en soo lieff te spreecken dat sij bij eenighe gratie souden moeghen betaelt wordden ende dat uytte penninghen dije bij vercoope van allen de selve sijne achtergelaeten goederen soo tot MIERLOO, BAECKEL als oijck alhijer gelegen souden moeghen comme waerbij dat oijck soude moeghen geprecaveert <= verhoedt> wordden de vele distractie <= aftrekking, uitdeeling> van allen de selve goederen tot hunne gemeijne crediteuren proffijt hebbende dijen gelegen souden moeghen sijn bij drije diversche publicatien doen wijlen om dije selve op huijden alhijer ten hoochsten voor alle man te moeghen vercocht worden maer soo onder dije selve erffgenaemen sijn twee onmundighe kijnderen d'een gecommen van JANNEN WILLEMS van de KERKHOFF en d'ander van WILLEM sijnen overleeden......
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 18-09-1642.
Schepenen bij Mijne Heeren die Wethouderen der Stadt van BRUSSEL 't proces van hun geport ende hangende ombeslicht tusschen den Heere Amptman Tresoriers ende Rentmeesteren deser Stadt ende JASPAR THONIS als pachter vanden Wijnaccijse <= verbruikersbelasting op wijnen> deser Stadt, aenleggeren ter eenre: ende ANTHOEN DU RIJ gedaagde ter andere sijden.
Mette acten ende stucken daermede overgegeven alsoo 't proces is gheinstrueert tot sextuplieck toe inslics, ende bij vier desstincte <= aparte> inventarissen gefurneert <= bezorgd> den lesten buijten gequitteert No. XXXIIJ. Ende op al geleth verclaeren mijne voorschreven Heeren dat 't voors. proces noch ter tijt niet en is in staete om diffinitievelick beslist te worden ende dat ierst ende voor al de voors. Aenlegger sal worden gelevert coppije vanden sevenendertichsten totten tweeenveertichtsten Artikel toe incluijs vanden sextuplieke des Gedaaghdes om bijde voorschr. Aenleggeren daer tegens te schrijven bij forme van sextuplieken de voorschr. gedaaghde geheel in hunne octuplieke ter contrarien <= tot tegenspraak> om alleen te voorschreven gedaen ende de saecke naerder geinstrueert sijnde voorts recht gedaen te worden naer behooren. Aldus gedaen ende vuijtgesproecken den achthiensten September Anno 1642.
Notarieel archief Helmond, inv.nr. 12A, nr.43.
d.d. 27-10-1642.
Compareerde voor mij, Notaris openbaer ende de getuygen naer genoempt, De eersame en vroome HANRICK WALEN en GIELEN JANSSEN CUYPERS, ingesetenen en gequalifiseerde naegebueren van de capelle en gehuchte van "BROUWHUYS" genoempt, gelegen inde prochie van BAEKEL, int quartiere van PEELANT, MEYERYE der Stadt SHERTOGENBOSCHE int Hertogdom van BRABANT, neffens hem LEONARD DRIESSEN, Schepen inspecteur tot VLIERDEN in de prochie van DEURNE, hebben allen te samen ter instantie van Heer PETER DE COCK, bij mannieren van .......... eendrachtelijck gedeponeert en mits dese geaffectioneert, gelijck sij deponeren en affectioneren, op henne manne waerheyt, in plaats van eedt, dyen sij comparanten verclaeren bereidt te sijn voor alle wetten en bancken des noot en versocht sijnde aff te leggen en presteeren, waerachtich te wesen, dat den voorschreven Requirant is de serviteur en bediende van hem deponenten Capelle van BROUWHUYS voorschreven, ende de selven Dienst duergaens geduerende dese retorsie der Stadt en MEYERYE SHERTOGENBOSCHE, getrouwelijck voldaen soo ende gelijck oyt voormaels voordien van selve retorsie den selven dienst heeft voldaen oft voldoen connen oft vermogen worden, nyettegenstaende de menigvuldiche perikelen, die eichelijck hen waeren aenstaende, tot grooten danck seggende van sijne getrouwicheyt. Allegerende redenen van welwetenwetenheyt, die sij comparanten en deponenten, sij de gebueren enen den selven des Requiranten dienst sondach, heyligdach gehoort hebbende en present geweest en de alsoo de goude kennis daeraf sijn hebbende, einde.
Aldus gedaen en ter presentie van getuygen, PETER MATHIJS en MARTEN STERCEN, burgers der Stadt HELMONT, die dese met mij Notaris, neffens de deponenten onderteekent op den Sevenentwintichsten October 1642.
LEONAERT DRYESSEN
Merk van GIELIS JAN CUYPERS
Merk van HANRICK WALEN
PEETER MATHIJSSEN van de VELDE
MARTEN STERCKEN
WIJTVELT Notaris.
Schepenbank Bakel, Oud archief inv.nr. 22, folio 26.
d.d. 18-11-1642.
SEBASTIAEN PEETERSSE Molder tot BAKEL dient van aenspraeke als hij ten naesten gerichtsdach zal overgeven op en teghens LAMBERT GERITS van RUUL gedaeghde.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze. inv.nr. 48.
d.d. 12-12-1642.
Reprochen voor <= antwoord op tegenspraak> GOYAERT GORTSE van den WASBERCH inwoonder tot BAEKEL, com suo Rescribenten
Tegens
d'Erffgenaemen JAN PETERS van CAUWENBERCH en consorten Supplianten.
Die rescribenten onder copije gesien den thoon der Supplianten seggen daer tegens reprocheren hoe naevolgende.
Inden ierste daer tegens te employeren <= gebruiken> die generalia iuris contra <= de algemeenheden van het recht tegen of voor>, om resp.
Int particulier reprocherende tegens die deponenten bij de Supplianten geproduceert blijckt bij het getuygenis van ANTHONIS GEERLINCX, dat die goederen questieus ten tijde bij sijn Borgemeesterschap sijn geseth, ende dat de selve settinge in sijne rekeninge worde verhouden om redenen, welcke plaatse van repocheren geaccepteert wordt in quanti pro.
Tegens HEYLKEN Weduwe PETER JASPERS ende haere depositie repocherende, seggen dat die voorschr. HEYLKEN is de suster van LAMBERT GARITS Pachter der goederen questieus dewelcke bij de Supplianten geexecuteert is voor die betaelinge der contributie in questie. En dat PETER JASPERS haeren man tcontrarie getuycht heeft voor die rescribenten, te weeten dat van 't gebruyck der landerijen in questie die lasten vande contributie tot BEECK niet en sijn betaelt geweest, volgens sijn getuygenis van de 25 Juni 1631 voor Notarissen N. BROUWERS ende D. THIJBOSCH gegeven in forme van thoon bij de rescribenten geemployeert.
Dat JOOST HENRICKX LAENEN bij sijn getuygenisse gegeven voor die Notarissen A. BROUWERS ende D. TIJBOSCH op den 25 Juni 1631 bij de rescribenten in forme van thoon geemployeert verclaert ende getuygt heeft dat hij noijt onder BEECK gesethen is geweest noch gecontribueert of gegeven en heeft van de questieuse goederen ter contrarie van haer getuygenisse, maer dat hij altijt onder BAEKELL geseth is geweest ende verscheyde betaelinge gedaen heeft etc.
Ter contrarie van welcke sij tuygende dat die voorschr. goederen altijt onder ARLEBEECK gecontribueert soude hebben nyet en kan gelooft worden.
Mits JOOST voorschreven haeren meester meer geloofft moet worden als die deponente sijne dienstmaget.
Ende dat sij mits haeren jonckheyt van vijffthien jaeren die welcke sij ten tijde bekent alleent daer van oock nyet een lijste gehadt te hebben van tuyghen.
Het verclaeren van het haelen der Kercke gerechten is impertinent, want de bewoonders vande voorschr. goederen hebben naer henne kennis ende goedtduncken henne Kerckelijcken rechten oock gehaelt tot BAKEL.
Ende dat en heeft in alle gevalle egeene jurisdictie temporaal <= tijdelijke rechtsmacht> noch exeptie van nyet te moeten onder BAKEL contribueren.
Op de designatie ende pael bij haer betuycht en sal nyet staen te letten mits ter contrarie vanden selven pael ende designatie het geheel gehuecht van Grootel altijt onder BAKEL is geweest soo inde jurisdictie als contributie van over memorie van menschen.
Tegens het getuychnis van PETER BERNARTS deponent seggen die rescribenten dat deselven deponent die Supplianten ten tijde soo beschoncken hebben dat hij in sijn getuygenis merckelijck is verabuseert geweest.
Want naer dyen tentijde van sijn Borgemeesterschap die goederen questieus geseth sijn geweest, ende dat die selve settinghe hen in handen is gestelt om in te voorderen.
Mede dat sij Supplianten bekennen dat twee parceelijck van voorschr. goederen altijt schuldich sijn geweest onder BAKEL te contribueren.
Soo en heeft den voorschr. deponent met de waerheyt nyet comen tuygen dat die pachters van dyen nyet schuldich en waeren aen die van BAKEL te contribueren, behoudelijck datte selven deponent seeght dat hij 't selve alsoo met en heeft getuycht naer inhout van d'acte daer van desen annex.
Tegens JAN JANSSEN GEVEN deponent ende sijne depositien reprocheren die rescribenten dat den selven deponent is geweest den soon van JAN GEVEN lesten pachter der goederen questieus noch wel aen die van BAKEL schuldich van de verachterde contributie tuygende alsoo, om den selven achtestel die van BAKEL te ontrekken ende aen hem te houden tot sijnen voordeel.
En can den selven deponent oock nyet geloofft worden tuygende dat sijnen vakere tot BEECK gegeven soude hebben, mits JOOST HANRICK LAENEN de welck voor sijnen vader op de questieuse goederen gewoont heeft ende gelabeurt <= gewerkt>, verclaert heeft noyt onder BEECK gegeven te hebben maer wel onder BAEKEL gelijck hier voor geseecht.
Dat oock nyet en sal blijven bij de sethboecken van BEECK die JAN GEVEN sijnen vadere voorschrevene oyt tot BEECK geseth is geweest veelmin dat hij betaelt heeft.
Sijn verclaering van de Kerclelijcke rechten ende graeven van de dooden is als voor impertinent in desen ende tot BAKEL en sijn deselve hem nyet geweygert geweest.
Het is wel waer dat die goederen questieus ende andere huysen op GROOTEL chijns gelden aen den Heere van RIXSTEL, die heyde meyen aldaer bij ende onder GROOTEL gelegen.
Maer gelijck alle die andere huysen op GROOTEL gelegen soo wel chijnsgeldende tot RIXSTEL als ander liggende mette huysinghe ende goederen questieus in eenen circule, nyet den vuytgescheyden, van over memorien van menschen in alderley manieren sijn subject geweest onder die van BAKEL soo moeten oock volgen die selve questieuse goederen.
Die relaxatie <= vrijlating> van sijnen vadere betuycht is impertinent <= onbeschaamd>, want die van BAKEL souden hem oock wel een diergelijcke certificatie hebben verleent ende los gemaeckt met meerdere ende verstandiger redenen.
Het getuygenis van PETER JANSSEN HOEFFNAGELS en can de rescribenten nyet preindiceeren <= voorstellen, aanwijzen>, naer dyen daer bij blijckt dat die settinghe in questie altijt in rekeninghe bij de Borgemeesters van BAKEL is gebrocht, ende verhoudelijck om redenen dat mits die trouble tijde ende armoede vande gemeente nyet en worde goet gevonden met recht van executie tegens die gebruyckeren vande goederen te procederen of proces te moveren <= het vraagstuk opwerpen>, en dat sij nu ende dan oock eenighe betaelinge van hem waeren ontfangende, gelijck bij den thoon die rescribenten is blijcken.
Het getuygenisse van Heer GERARDT MICHIELSSEN Pastoor tot BEECK bij AERLE aengaende die contributie ende gebuerlijcke gerechticheit is van hooren seggen, ende alsoo nul.
Van de Geestelijcke administratie is impertinent, mits de selve die Wereltlijcke nyet nootsaeckelijck en perimeer <= nietig>, ende dat sij binnen BAKEL die selve oock subject sijn geweest bij tijde.
Het getuygenis van JAN GERARTS is meer tot voordeel der rescribenten als der Supplianten, soo hij daer bij tuycht dat sij aen hem nyet en hebben betaelt, maer nyet dat sij nyet schuldich en sijn.
Jae dat sij vanden RUYTERACKER ende DIE BRAECKE aen hem betaelt hebben ende dat inde reeckeninghe die reste worde verhouden om die voor verhaelde redenen.
Tegens PETER JANSSEN GEVEN ende sijn depositie datten selven deponent is eenen soon van JAN GEVEN gewesene pachtere der questieuse goederen die welcke veel van achterstelle van contributie schuldich is ghebleven, ende welcke deponent daer voor oock bij die van BAKEL geexecuteert is tot minderinghe der selver contributie, tuygende alsoo tot sijnder ontlastinghe ende profijte.
Dat nyet en can bestaen sijn ghetuygenisse, van dat sijnen vader noch iemandt van sijnent weghen noyt eenighe contributie onder BAKEL gegeven en soude hebben als negatyff ende dat in confesso <= in bekentenis> is dat hij van RUYTERS ACKER en DE BRAEK toe behoorende bij de selve goederen die settinghe betaelt hebben.
Dat hij tuycht dat die Borgemeesters van BEECK, van sijnen vaders die settinghe ende contributie tot BEECK vande voorschr. goederen ontfangen soude hebben is sonder kennisse ende weetenschap des deponenten, mits bij den thoon der rescribenten blijckt dat JAN GEVEN sijnen vader noyt oft te nimmer binnen dartich jaeren tot BEECK inde laste meer is ten geset gweest.
Dat altijt sijne beesten op de gemeente van BEECK door den Vorster van BEECK als affgesetene sijn geschudt ende inde vronte <= gemeenschappelijke gronden> gelijdt geweest.
Waer vuyt volcht dat hij aldaer nyet en heeft gecontribueert, want in dyen gevalle soude sij hem wel continueert geseth hebben, ende sijne beesten niedt laeten genieten die gemeente.
Maer ter contrarien van dijen is den geheelen last vande selve beesten gecomen op de gemeente van BAKEL.
Tot consort van welcke reprochen daten, dat den deponent te jonck is geweest om te tuygen mits hij ten tijde vande compste van sijnen vadere op de goederen in questie Anno 1608 alleenlijck een kijndt is geweest van twelff jaeren.
Oock nyet tuygende in wat jaeren betaelinghe gedaen soude sijn ende waer van oock egeen andere bewijs en is ter werelt.
Het gravenen der dooden ende administratie van de H.Sacramenten is impertinent als voor.
Het is waer dat de Regeerders van BAKEL voor die contributie in questie die gebruyckeren der questieuse goederen affgepandt hebben twee schaepen.
Het vangen ende relaxeren van sijnen vaders is impertinent om redenen voorschreven.
Behoudelijck dat den Heere van RIXSTEL 'tselve nyet en heeft gedaen als Heeren van BEECK.
Het hermaecken vande straeten en can oock nyet geschiet sijn door ordre vanden Heer van BEECK mits sij hen nyet en waeren kenneden maer dat heeft hij gedaen tot sijn eygen gerieff, ende vanden andere passanten naer DEN PEEL door last ende publicatie van Schouteth oft Stadthoudere van BAKEL.
Het getuygenis van GORDT JAN GEVEN is nul, mits den deponent is den soon van JAN GEVEN alsoo veel ten achteren in contributie aen die van BAKEL, en welcke daer voor oock geexecuteert is tot betaelinghe.
ende dat het getuygenisse bij hem gegeven voor Schepenen in AERLEBEECK ende RIXSTEL op den derde Januarij nyet en is geexhibeert, noch geemployeert sulx dat die pretense recollectie bij fonte van dijen oock compt idel te wesen.
Die depositie van JAN HUEFFKENS dept. vanden pael aldaer verhaelt is wes inter alios, ende ter contrarien van dyen hebben die van BAKEL hen iurisdictie ende settinghe ende betaelinghe gehadt over geheel SCHEPSTAL ende GROOTEL tot aen HET BROECK van die gemeente van RIXSTEL ende AERLE BEECK van over memorien van menschen.
Het getuygenis van JAN JAN JOOSTEN deponent gegeven op den iersten Decemberis 1642 is tot merckelijck voordeel der rescribenten, mits daerbij blijckt dat hij als Borgemeester vanden Jaer 1630 die gebruyckers vanden goeden in questie nyet alleenlijck gemaendt en heeft maer oock geexecuteert tot betaelinghe van Dorps lasten van BAKEL ende dat allentselve worde verhouden tot profijt van BAKEL.
Mede oock dat JAN GEVEN pachtere voorschreven aen LAMBERT HEINTIENS Borgemeester tot BAKEL op sijne settinghe betaelt heeft hoe wel daer tegens sommighe ter contrarie hier voorens qualick getuycht hebben.
Soo oock het ghetuygenissen van AERT FRANSSEN mede brenght dat hij als Borgemeester van BAKEL Anno 1624 de pachters van de voorschr. goederen in questie gemaent heeft, ende dat hij sijne rekeninghe dien text worde verhouden om redenen.
Van gelijck blijckt bij het getuygenis van CORNELIS JANSSEN dat die selven text inde rekeninghe van sijns borgemeesterschap van den jaer 1625 is verhouden tot profijt van BAKEL ende dat JAN GEVEN op het Bedeboeck van LAMBERT HEINTIENS Borgemeester tot BAKEL sijn contributie betaelt heeft.
Het getuygenis van HENDRICK HUYBERTS deponent is teenenmael obschuer <= verdacht> ende impertinent ende ter contrarien van dyen soo gebruyckelick die van GROOTEL het selve heyken daegelycx behoudelicke d'impertinentie van dijen want dat heyken en heeft geen gemeenschap met de goederen in questie.
Bij die depositie van WILLEM JAN SCHAETEN blijckt dat hij oock beneffens andere Borgemeesteren de pachteren van de questieuse goederen gemaent heeft.
Sijnde abusieff dat hey in sijne rekeninghe de betaelinghe in foute worde gegeven tsoo tselve aen den gemeente worde verhouden sonder foute daer van te maecken gelijck andere Borgemeesters tuygen.
Op het getuygenis van JOSEPH BASTIENS van den tweeden Decembris volgende en staet nyet te letten, mits den deponent is ingeseten tot BEECK tuygende alsoo tot voordeel van sijn gemeente.
Dat hij deponeert dat de huysinge waeromme is questie onder de gemeente van AERLE BEECK soude wesen en can nyet bestaen, mits het geheel gehuecht GROOTEL waer inne die selve huysinghe ende goederen sijn begrepen van sijde aen sijde, eynde aen eynde in eenen begryp van over memorie van menschen sijn geweest ende alnoch sijn onder het resort ende gebuer van BAKEL.
Dat hij verclaert dat de pachters van de selven goederen altijt onder BEECK gecontribueert souden hebben is onwaerach-tich naer dyen LAMBERT gent. LAMBERTS den tegenwordigen pachtere verclaert dat hij bij sijne pachtinghe noch tot BEECK AERLE oft tot BAKEL er heeft gecontribueert gelijck aen hem oock ende andere voorgaende pachteren die Supplianten die goederen hebben verpacht vrij van allen contributien.
Ende dat nyet en sal bethoont worden dat inde dartich jaeren die goederen tot BEECK sijn inde Beede oft contributie geseth geweest.
Men laet staen het schutten der beesten bij die van BEECK gedaen.
Ende dat JOOST HANRICK LAENEN pachter ende voorseyde gewesene Borgemeesters van BEECK tuycht dat de selve pachters noijt gecontribueert en hebben tot BEECK, immers nyet in henne boecken ende andere sulx dat opentlick onwaerachtich is dat sij altijt tot BEECK gecontribueert soude hebben.
Dat de questieus huysinghe onder BEECK soude liggen voor die jurisdictie temporeel daer van en heeft den deponent geen redenen gegeven.
Blijckende claerlick bij den thoon die rescribenten dat de selve huysinghe ende goederen beneffens alle die andere onder GROOTEL aen malcanderen gelegen die jurisdictie van BAKEL subject sijn geweest die vuegen dat die landerije naerder bij de gemeente van AERLE BEECK ende RIXSTEL gelegen als die huysinghe ende goederen in questie altijt onder BAKEL gecontribueert hebben.
Die houten pael bij hen betuycht en sijn die rescribenten nyet kennende noch die questie die daer soude sijn geemaneert <= bekend worden> geweest tusschen die van AERLE BEECK ter eenre ende die van GEMERT ter andere sijde en is die rescribenten nyet raeckende.
Ende dat men vande meulen van SCHIPSTAL tot op dien pael soude nemen die Limieten van BAKEL ende AERLE BEECK, soo soude halff SCHIPSTAL ende geheel GROOTEL onder RIXSTEL AERLE ende BEECK wesen.
Daertoe contrarien van dyen over honderden jaeren ende memorien van menschen geheel SCHIPSTAL ende geheel GROOTEL sonder contradictie van iemanden onder BAKEL soo in jurisdictie als contributie geweest is.
Ende volgens die pretensie Limiten soo soude die huysinghe questieus ende goederen, nyet liggen onder BEECK, maer wel onder RIXSTEL of AERLE distincte <= aparte> Prochien.
Nu ist soo dat die van RIXSTEL of AERLE hen die saecke nyet en bemoijen.
Het schouwen van straeten bij hen betuijght en can oock nyet bestaen, want naer dyen dat die goederen questieus onder BEECK over die dartich ende veertich jaeren noyt gecontribueert en hebben, ende dat die beesten daer op geweijdt bij die van BEECK op henne gemeente geschudt sijn soo en can nyet verstaen worden dat sij aldaer eenighe schouwinghe gedaen hebben.
Tegens 't getuych van de Paelen is hier vooren gereprocheert.
Het aff vlaggen van de groene plaetsen is impertinent want die van GROOTEL gebruycken die gemeente oock ende die van BEECK compt mede toe die geheele gemeente van BAKEL ende die selve gebruycken sij naer hen goedtduncken als deselve van die van BAKEL bij coope vercregen hebbende.
Maer die gemeente van BEECK en compt die van BAKEL nyet toe.
Het relaxeren of los maecken bij hen getuycht is impertinent, want in sulcken gevalle comen lichtelick een certificatie maecken, maer het is ter contrarien van dijen waerachich dat bij certificatie van die van BAKEL den selven met meerdere fundamenten soude sijn los gemaeckt hadde tselve versocht geweest.
En blijckt oock nyet van de selve certificatie, ende alsoo de staet daerop nyet te letten.
Tegens die depositie van LAMBERT GEUTEN wordt gesegt, dat den deponent is partijdich als wesende ingeseten van AERLE ende aldaer gheweest Borgemeester tuygende alsoo tot begrootinghe van de selve gemeente.
Wijders employeren die rescribenten daer tegens die solutien ende reprocheren hier voorens gegeven.
LAMBERT gendt. LAMBERTS LAMBERTS en can in sijn getuygenisse nyet geloofft worden mits hij is dien pachter vande questieuse goederen, die GOYAERT GERARTS van den WASSBERCH Stadthouder en Resbt. heeft affgepandt sijnen bestiaelen ende doen betaelen die contributie vande ??
Het is wel waer dat hij noch die proprietarissen supplianten <= eigenaars verzoekschrijvers> in vijff jaeren sijnder pachtinghe van den selve goederen noch tot BEECK noch tot BAKEL en hebben betaelt die contributie.
Ende dat door dijen die Supplianten hen erffenisse aen hen hadde verpacht los ende vrij van alle contributie en om negeren te contribueeren.
Sulx dat hij noch sijne predecesseuren <= voorgangers> noyt egeene contributie laste tot BEECK betaelt te hebben, noch daer bij geseth en sijn geweest over dartich jaeren, ende bij die van BAKEL sijn sij altijt geseth geweest, ende somwijlen hebben sij daer bij eenighe betaelinghe gedaen.
Doch hen vuyterste meyninghe is geweest om het ierste te seggen dat sij noch tot BAKEL noch tot BEECK noch ergens en soude contribueren tot hennen merckelicke voordeel ende tot belastinghe van die van BAKEL henne naerste naerbueren.
Het gheene hij tuycht van hooren seggen is nihil, want van hooren seggen liecht men veel.
Dat die van BEECK hen aenseggen dat hij die straete souden maecken is impertinent want dat doen sij om dat hennen wegh daer naer den Pael om hennen brant te haelen is gelegen met getuygh van veele karren ende waegens, sulx dat die wegh nodich gemaeckt ende gerepareert moet worden.
Maer dat moet hij doen door ordre ende bevel vanden Officier van BAKEL tselve jaerlicks op behoorlijcke tijden doende publiceren op cueren ende breucken daer op staende.
Het getuygenis van GOOSSEN THONIS en can nyet geloofft worden gegeven op den XIJ Decembris volgende, mits den deponent is partijdich als wesende ingeseten van BEECK tuygend alsoo tot voordeel van sijn gemeente ende tot sijn eygen profijt.
En blijckt oock nyet van sijns vader boeck noch oock van betaelinghe van impost <= indirecte belasting> waer van hij is unicqe ende singulier <= enig en afzonderlijk> immers voor sijn jaer pachtinghe.
Ende ingevalle dat sij de laste tot BEECK betaelt hadden gelijck hij tuycht soo en soude hij door last van die Borgemeesters tot BEECK henne beesten op die gemeente van BEECK nyt hebben mogen schutte ende het schutgelt affnemen gelijck hij voor die rescribenten gedaen ende getuycht heeft, ende waerachtich is.
Mits die de lasten vande ghemeente betaelt ende helpt draegen oock de profijten daer van maer genieten.
Sijnde het gepallieert <= verzachten> ende gecolleceert <= overhoort> excuse van het gedaene schutten ende calengieren <= beboeten> der beesten teenen mael ter quader trouwen gelijck oogenschijnlick is blijckende.
Soo het selve schutten gedaen is door dien die gebruyckers van questieuse goederen onder BEECK nyet en wile contribueren, seggende dat sij onder BAKEL hoorden ende aldaer moeten contribueren, ende daer omme en hebben die van BEECK henne beesten op de gemeente van BEECK nyet willen tolereren.
Want bij aldien sij bij die van BEECK gesedt waeren geweest ende daer onder gecontribueert hadden (des ??) ende dat die van BEECK recht hadden gehadt totte selve contributie soude hen wel daetelick hebbn doen betaelen ende die gemeente laeten gebruycken gelijck andere naegebueren dat sij bij foute van egeen betaelinghe ende recht alsoo nyet gedaen en hebben.
Die Limiten aldaer verhaelt worden ontleendt ende sijn impertinent mits immer moriale contrarie possessie alles te nyet doende.
Het different tusschen AERLE ende BEECK is die rescribenten onbekendt, ende hoe het selve soude hebben moege wesen weder die van AERLE die contributie op de voorschreven goederen pretendeerde of die van BEECK en soude sij daer omme van gemeente nyet hebben connen gedwongen worden, mits die van AERLE soo wel als die van BEECK die selve gemeente promptelijck toecompt ende onder malcanderen sijn sijn gebruyckende.
Tegens het getuychenis van den wegh is hier voorens gereprocheert.
Het getuychenisse van het schutten bij hen gegevene tegens die Bakelsche persoonen ende beesten op de heyde ende groene pleyne is paruaal als voorseyt is ende impertinent mits tselve mette huysinghe ende goederen in questie egeen connexie noch dependentie en is hebbende.
Ende gelijck hij die bestialen vanden Hoeve questieus op de gemeente van AERLE BEECK geschudt ende gecalengeert heeft, soo souden hij op de heyde ende groene pleyne die selve beesten oock als geschut hebben of connen schutten in alle gevalle.
Het getuychenis van JAN REYNDERS en contrarieert die intentie der rescribenten nyet, jae is tot hennen voordeel.
Tegens Heer JACOB PETER SMIDTS Pastoor tot ERP dienen dese volgen reprochen dat den deponent nyet en tuycht absolutelick dat die questieuse goederen soude liggen onder BEECK maer alternatieve of onder AERLE BEECK distincte prochien ende alsoo milliter, behoudelick d'advys van dyen.
Dat wijlen ANTHONIS GERARTSE propretarius ende gebruycker der voorschr. goederen aen wijlen sijnen vadere als Borgemeester tot BEECK Anno 1591 betaelt soude hebben die contributie volgens het heff off bedeboeck. Daer in wordt bevonden dat hij maer eens daer in soude betaelt hebben met een teecken op een linie H.
Welcke heff off bedeboeck bij die supplianten in forme van thoen geëmployeert, is een opgeraepte cladde, ende nyet d'originele te weete nyet geloeffelick, sulx dat daer op nyet en staet te leesen ende waer tegens naerder gereprocheert wordt daet toe gecomen sijnde.
Tegens die redenen van Limiten bij hen betuycht is hier voorens gereprocheert van dat die selve Limiten over het resort van goederen questieus die van BAKEL nyet en kennen ende dat sij bij possessie van oudt memorie van menschen iurisdictie opt gehucht GROOTEL gehadt hebben tot aen het BROECK oft gemeente van RIXSTEL AERLE ende BEECK verre buyten die huysinghe ende goederen questieus naer BEECK west waerts ingaende.
Dat het selve goedt onder BEECK gecontribueert soude hebben en bij hen in verscheyde boecken gesien is die boecken ende worden nyet geexhibeert.
Het administreeren vande H. Sacramenten dopen ende begraven is in alle gevalle impertinent als voor gereprocheert.
ende mits hij deponent is Custer ende Capellaen geweest tot BEECK, ende dat hij ende sijnen broeder ende suster aldaer erffgoederen hebben liggen soo en can hij nyet geloofft worden in sijn getuychenisse.
Die redenen over het getuychenis gegeven van dat die gebruyckers ende propretarissen der goederen questieus tot BEECK nu over langhe nyet en hebben gecontribueert sijn nul, opentlijck suspect ende versiert.
Mits nyet en blijckt van eenighe questie van contributie over de selve goederen tusschen die van AERLE BEECK.
Ende dat daer omme die betaelinghe van contributie nyet en coste worden opgehouden mits die van hem die daer toe recht soude hebben willen menteneren <=handhaven> bij goude middelen die contributie wel souden ingevordert.
Maer mits sij wel wisten dat sij egeen recht daer toe en waeren hebbende, door dyen dat deselve goederen beneffens die andere van het gehucht van GROOTEL aen malcanderen rontsomme liggende, onder BAKEL was resorterende soo hebben sij die contributie verlaeten ende daer toe die supplianten in desen processe nyet willen helpen onderstaen noch succureren <= te hulp komen>.
Blijckende die versientheyt vande voordere redenen van sijn getuychenisse claerlijcken door dyen nymandt vuyt piccantreije oft vijandtschappe vuyt die bed boecken worden gelaeten tot sijnen merckelijcke voordeel, maer wel ter contrarien daer (Godt betere) inde bedeboecken gestelt ende verhocht.
Sijnde het laeten vuyte bedeboecken nyet te presumeeren <= zich voornemen> geschiet te sijn vuyt sulcken redenen bij eenen nu Eedt sijnde van gemeente, maer wel van dat sij aen die van BEECK nyet schuldich en waeren.
Waer mede ende dat sij tot BAKEL nyet veel gecontribueert en hebben soo hebben van soo veel jaeren herwaerts tot hennen merckelijcke voordeel en schuldighe contributie die van BAKEL ontrocken.
En blijckt oock nyet dat sij voor het jaer van BASTIAEN DERICX continueelijck opt bedeboeck gheseth geweest.
Noch bij dien middele en coste henne beesten vande gemeente nyet gekeert worden hadde hij geweest onder hen resort ende aldaer betaelt (des neen) weshalvens sij oock al toe ghestaen hebben het schutten van hennen beesten, ende het recht van dienen het doen betaelen.
Ende de selven redenen verhaelt den deponent noch meermaels in het vervolghen van sijn getuygenissen nyet als eenen onpartijdigen tuyghman niet verclaeren van 't geene hij gehoort en gesien soude moegen hebben, maer als een agent off practisijn voor de Supplianten met sijne versierde onwaerachtige concepten.
Ende inder waerheyt soo is den deponent den agent ende mede directeur van dese saecke voor die Supplianten, gelijck des noot sal blijcken ende gelijck hij al meer naegebueren in verscheyde saecke tot voorsprecken inde bancken van recht.
Tegens het getuyghenis over den wegh worden geemployeert die voorighe reprochen van ARLE.
Vuegende daer toe dat hij deponent daer in nyet en is gelooffelyck mits hij deponent van vijfftich jaeren kennisse als wanneer hij alleenlijck twelff of dartien jaeren oudt was, ende alsulcke jongeren en kunnen egeene kennisse hebben noch tuyghen van schouwen van straeten ende weghen ende wij den die toecompt te repareren.
Gelijck het graeven van leem bij hen betuycht op de gemeente oock in alle gevalle nyet en soude comen geven, want hadde Schouteth Schepenen oft Vorster tselve gesien, soude dat nyet toegelaeten, maer verbooden hebben gelijck sij hennen beesten nyet en wilde laeten genieten henne gemeente.
In sijn getuygenisse van dat die Hoeve heyden soude gebruyckt sijn bij die van AERLE BEECK met seclusie <= uitsluiten> van die BAKEL compt den deponent vacceren, ierst als voor als hennen agent tselve seer claerlijck affermerende, ende in het leest verclaerende daer van egeene kennisse te hebben.
Sulx dat sijn getuyghenis is partijdich suspect inconstant.
Tegens JAN PETER GERARTS ende sijn getuyghenisse reprocheren.
Achting.
Al dwelk noch al claerder compt te blijcken uit het geene datten selven deponent opden IX Januari 1642 voor Schepenen van GEMERT te voorens getuyght heeft dat die questieuse goederen den tijt van 50 iaeren van Dorps lasten altijt tot rechte gecontribueert soude hebben, ende niet tot BAEKEL, gelijck blijckt uitte copye daer van desen annex ende in sijn getuygenis vande 12 December 1642 ende derft hij 't selve alsoo niet tuyghen, maer tuyght tenenmael anders sijn niet ennen die selve getuyghe alsoo als voor suspect te staefe etc.
Bakel 1643.
Rechtelijk Archief voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 23-01-1643.
Duplycke respective ende antwoerde
Voor
GOORT GEERARTSSEN van WALBERCH Stadhouder tot BAECKEL res-cribent ende met hen gevueght die bedesetters van BAECKEL
Tegen
dErfgenaemen van wijlen JACOB PEETERSSEN van COUWENBERCH ende ANTHOIN GEERARTSSEN supplianten.
Die voorschreven rescribent ende gevueghde communicatie gecregen hebbende van de replycke respective ende requeste te Hove gepresenteert den dryentwintichsten January Duysent sessehondert dryeenveertich segghe daertegen het naervolgende onder alle
1. Inder iersten wel constantelijck te persisteren bijde waerachtighen inhout hunder rescriptie.
2. Dan alsoo die Supplianten selfs metten vierden articule van replycke seggen dat dese questie bestaet in facto oft de goeden van GROTTEL gelegen sijn onder BAECKEL oft wel onder AERLEBEKE ende waer de selve goederen respectivelijck geseth sijn.
3. Soo meynen die rescribenten dat sij dyenaengaende rescroberende pertinent teyt gemaeckt hebben dewelck sy nyet eens in peyn ende sullen sijn om te proberen in tyet van noode.
4. Vuegende tot een naerder leeckende van dat deselve Hoeffve ende goederen vande questii, gelegen sijn onder BAECKEL ende nyet onder AERLEBEKE dat die regeerders van BAECKEL daerover hebben geexerceert allen soorten van Jurisdictie.
5. Als naementelijck dat in de selve baenderijen Heere gesworen Landtmeter in voortije hebben doen meten als onder tegenseggen van die van AERLEBEKE oft van yenandt anders.
6. Ende wat belanght des possessie van settinghen de rescribenten hebben bij effective settinghen doen blycken dat sij dese goederen over dertich viertich en vijfftich ende meer jaere geseth hebben.
7. De supplianten oft die van AERLEBEKE en hebben de magt nyet dat sij te voorschijn connen brenghen eenighe settinghe die sy gedaen souden hebben over deselve goederen.
8. Maar meynen hun te behelpen metter attestatie in den vijffden articule van desen vermelt die welcke nochtans gefabriceert ende bij denzelven partije selfs gegeven syn pendente lite ende voor sulcx moeten vuytten processe worden gereycieert <= rejicieren = verwerpen> gedaagde versocht ende geinsinueert wordt bij deses.
9. Sijnde dat men endes getuygenissen al veel stercker ende beter die de rescribenten met hun rescriptie hebben geexhibeert als sijnde over twintich jaeren voor dato van processe verleden ad perpetuam rei memoriam.
10. Ende daeromme in dyen dat de eyghenaers oft pachters van de voorschreven goederen oyck het onder AERLEBEKE er souden gecontribueert hebben, sulck soude moeten geschiedt sijn ten opsiene van anderen goederen die deselve pachters gebruyckt souden hebben ende geleden souden sijn geweest onder AERLEBEKE maar nijet ten regarde van desen vande questio.
11. Ter contrarien van desselven articul van replycke sullen die rescribenten bewijsen dat d'inwoonders van deselve huysen Prochien onder BAECKEL ende daer hunne Paesschen gehouden doopsels ontfangen ende diergelijcken.
12. Salve imperpertinentia midts dat sulcx weynich geeft int stuck van settinghen door dyen dat dickwils gebeurt dat eenich huys staet op de Limiten ende int scheyden van twee dorpen daar van het meestendeel vande goederen gelegen sijn onder den dorp ende het huys staet in dander.
13. Donta entenisse van den sevensten articul is calomineus aengesien het feyt posityff van dyen bye rescribenten al reede metter settinghen is geverificeert, ende tegen den achtsten, negensten, thiensten, elffsden ende twelffden persisteren 12 simpliciten.
14. Dan nemen ten voordeel aen dat inden 13den bekent wordt dat de Supplianten en hun goederen inde Commerboeken van BAECKEL gseth sijn.
15. Advoijerende den vierthiensden articul wordt den vijffthiensten wel expresselick ontkent.
16. Ende den sesthiensden en heeft geen waerscheynlyckheyt alsoo een ijeder wel weet al wanneer eenige goederen ist pachters op de settinghe die geseth ende getaxeert stonden ende deselve settinghen in handen van de Collecteurs gestelt worden, dat de selve Collecteurs alsdan nijet naer den lasten deselve optehaelen midts sijne ontfanck ende import off aenbesettinghen moeten verantwoirden.
17. Ende gelijck die Supplianten metten seventhiensten articul voor hun, soe argumenteren die rescribenten oyck inden eenentwintichsten articul van hunne rescriptie ter contrarien.
18. gedanen articul XVIII deselve coemt ex permissis nom veris opden negenthiensten twintichsten, een en twintichsten ende tweeentwintichsten wordt gepersisteert bij d'gene rescriberende is geseght ende oyck bij het geexhibeerde deselve articulen anderssints quatemus facty contrary ontkennende.
19. Ende wat belanght den dryentwintichsten vierentwintichsten ende vijffentwintichsten articulen sprekende vanden provisie die de rescribenten hebben verworven op hunne rescriptie dyenaengaende staet te letten dat 'tHoff naer voorgaende rapport opde selve rescriptie heeft gedecreteert communiecatie om binnen vierthien daghen daerthegen te de heffingen nyet op gene van verdelen ende regt op de copyen.
20. Maer wel op pene dat men de rescribenten hunne versochte provisie sal aenwijsen.
21. Die Supplianten en hadden binnen den gelimiteerden tijdt nyet ter werelt teghen de rescriptie geseght ende alsoo heeft het Hoff op den requeste der rescribenten ende leste de stucken andermael gesien hebben ende aen de rescribenten de provisie geaccordeert.
22. Dewelck en is geschiedt ex abundantie <= gewezen overvloed> aengesien datter te voorens genen interdictie off surseantie en was verleent ende dat de rescribenten evenwel waenen in possessie van teselven.
23. Soo dat dese provisie principael dient om daermede te verhuedende debath van gepretendeert attentaet daermede de Supplianten souden krijgen ende hebben. In dyen dat men met excecutie nyettegenstaende de litis pendentie <= aanhangig geding> hadde willen voirtgaen sonder expresselijke permissie off provisie van den Hove.
24. Sulcx dat de provisie wel te regt is gedecreteert conform den gecomitteerden peene.
25. Dat de Supplianten seggen gehadt te hebben prolongatie is abuyss ende impertinent.
26. Abuyss midts dyen de rescribenten wel expresselijck hebben doen ondersoecken ten comptoire off daer prolongatie was off nijet aleer sij het decreet vande provisie hebben versocht.
27. Ende ten register oft ten comptoire en is gene prolongatie bevonden daer den Secretaris STEENHUYSE nochtans is soe pertinente in sijn register dat hij altijdt yerst ten register stelt de ordonnantien van den Hove aleer hij deselve stelt off verleent opde schrifturen off op de requesten.
28. Ende tot dyen heeft den selven aen de rescribenten verscheyden reysen verclaert geen prolongatie te wesen hebbende in teekenen van dyen de copye van rescriptie mette naerder requeste selff gedraeghen in handen van den Heere Rapporteur gesteld derselve noch wel indachtich sal wesen.
29. Daerenboven tot naerder teeckenen van dyen soo en doende ende Supplianten deser ure nyet blycken van eenige prolongatien.
30. Vele min dat sij de selve souden hebben doen insinueren gelijck int gelijcke soude hebben moeten geschieden
Item het soude impertinent wesen, dat alwaer daer prolongatie versocht geweest want de provisie en is nyet gegeven bij versteck maer wel expresselijck op naerder requeste der res- cribenten, sonder datter oijt pene van versteck is gecommineert quod bene notandum.
31. Ende in welck van dyen hebben dese XXten oyck gedient van repliecken sonder.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 27-03-1643.
Extract vuijt den Register off mamuale van allen die renten, pachten, lanthueren ende huyschhueren des Susterhconvents vanden Derden regele Sanckt Francisski, gestaen ende gelegen binnen der Stadt SHERTOGENBOSSCHE opten ULENBORCH, beginnende 1e January XVIc sevenentwintich ende is luydende ende andere van woorde tot woorde als volght:
CLAES HENDRICX de JONGE, THOMAS GEVERTSEN ende PETER JASPARSEN gebruycker der Hoeve gelegen opt GROOTELT toebehoorende THOMAS GERIS ende FIJKEN Weduwe wijlen HENDRICK de JONGHE Lichmis.--------------------------------------------------------------------------------- XV gulden.
VESTAEN PETER JASPARSEN 1625 ende aen JAN GEERTSSEN sesthienhondert ende sessentwintich.
Ontfangen van HENDRICK CORSTEN van wegen CLAES HENDRICKS de JONGE den derthiensten Febr. sesthienhondert ende sevenentwintich VII gulden.
Verschenen van sijnentwegen sesthien hondert ende vijffentwintich.
Ontfangen van PETER JANSSEN den thiensten Februarij sesthien hondert ende achtentwintich van wegen JAN GEVERTSEN VII gulden 8 stuyvers.
Verschenen van sijnent wegen 1626.
Ontfangen van PEETER JANSSEN van wegen die Erffgenaemen van JAN GEEVERTSEN den thienden Februarij 1629 VII gulden 8 stvrs. verschenen van hunnen twegen Anno 1627.
Ontfangen van JAN JANSSEN wegen THONIS GEERTS den tweede September Anno sesthienhondert ende eendertich XV gulden.
verschenen van sijnen tweghen Anno 1628 ende sesthienhondert ende negenentwintich.
Ontfangen van MAXIMILIAEN BARDOULS van wegen die Kinderen van SOPHIA Weduwe HENDRICK de JONGHE den achtsten Octobris Anno 1631 XV gulden.
verschenen van hunnen weghen 1626 ende sesthienhondert seven entwintich.
Ontfangen van JAN JANSSEN van wegen THONIS GERITSEN den thiende Meert Anno sesthienhondert ende drijen dertich XV gulden.
verschrenen van sijnen twegen Anno 1630 ende Lichtmisse 1631.
Ontfangen van MAXIMILIAEN BARDOULS van wegen die Kinderen van SOPHIA Weduwe HENDRICK die JONGHE den thiende July 1634 XV guldens.
verschenen van hunnen twegen 1628 ende 1629.
Ontfangen van WILLEM AERTSEN van wegen JACOP MARTENS der goederen vande Kinderen van FIJCKEN Weduwe HENDRICK de JONGHE den XXVe November 1627 XV guldens.
verschenen v an hunnent wegen 1630 ende 1631.
Ontfangen van JAN JANSSEN van weghen THONIS GERRITSEN den XVIIJe December 1627 XV guldens.
verschenen van sijnen weghen 1632 ende Lichmis 1633.
Ontfangen van PEETER Meester JACOPS van wegen die Kinderen van FIJKEN Weduwe HENDRICK de JONGHE den 16e Januarij 1641 VII guldens 8 stuyvers.
verschenen van hunnen wegen 1632.
Ontfangen van MICHIEL COENEN gelijck van wegen de Kinderen van FIJCKEN Wed. HENDRICK de JONGHE den 27e Martij 1643 VII guldens 8 stuyvers.
hier mede betaalt 1633.
Neder weerts stont geschreven Geaccordeerde van desen metten voorschreven manuale register voor soo veel dit Extract concerneert, attesteert GUILLIAM DONCKERS Openbaer geadmitteert Notaris des Toirconden ende was onderteekent GUILLAM DONCKERS Nots.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, no. 48.Jaar 1643.
.
de rescribenten dat den selven deponenten is ingeseten van BEECK ende den broeder van Heer JACOB PETERS Pastoor tot ERP die welcke te samen tuygen op eene manniere soo dat het schijndt dat sij malcanderen daer toe hebben gesprooken.
Waer tegens die voorschr. reprochen alsoo dienen ende mede geemployeert worden.
Dat hij tuycht dat die voors. goederen onder BEECK soude sijn gelegen is tegens die oude possessie waer bij van over memorie van menschen het geheel gehucht GROOTEL onder BAKEL geweest soo in iurisdictie contributie als andersijns.
Ende gemerckt dat den deponent compt bekennen dat die voor-schr. goederen nu ettelijcke jaeren onder BEECK nyet gecontribueert en hebben te weeten dat hij ten tijde van sijn Borgemeesterschappe tot BAKEL ende sedert den jaere XVI ende elffene tot BEECK nyet geseth en soe geweest noch betaelt en hebben die contributie ende dat henne beesten bij foute van dien van de gemeente van BEECK geschut ende gekeert sijn geweest. Welck bij de proprietarissen van de voorschr. goederen oock worde getollereert gelijck blijckt vuyt die depositie bij den selven deponent gegeven Anno 1631 op den 25 Juny bij de rescribenten in forme van thoen geemployeert, ende waer bij den selven deponent gerecoleert sijnde gepersisteert heeft ende ten versuycke der rescribenten daer op gerecolleert nu in terminus probandi op den waer toe gerefereert wordt.
Soo en geven die gepallieerde ende geprogiteerde redenen van dat selve soud geschiet sijn mits sekere different tusschen AERLE ende BEECK.
Ende vuyt andere particuliere vijandtschappe int minsten geen argumente dat daer selve geschiet soude sijn, om redenen haer voornemens tegens Heer JACOB sijns deponents broeder verhaelt.
Gemerckt naer recht ende coustuyme eene omissie van settinghe ener betaelinghe tsedert den jaere elffene ende noch langer tot dese toe van over die drijendartich ende meer jaeren end het schutten ende calengueren van die beesten op der gemeente bij die van BEECK daerop gedaen ende getolereert by die pro-prietarissen der voors. goederen, geeft een sekere argement dat die van BEECK hen nyet en hebben willen houden onder hennen resort ende datsij onder BEECK nyet en hebben willen wesen.
Wes halvens sij middelertijt bij die van BAKEL altijt geseth sijn geweest ende eenighe betaelinghe gedaen hebben ende henne bestiaelen op de gemeente van BAEKEL altijt gebrocht hebben.
Het repareren van wegen aldaer moeten die gebruyckeren van de goederen doen, door ordre van die van BAKEL.
Dat sij leem gesteecken soude hebben en geeft geen iurisdictie mits die van BEECK hen nyet en wilde laeten op henne gemeente.
Die groene pleynen gebruycken die van BAKEL oock mede ener is onder BAKEL gelegen volgens d'oude possessie hier voor verhaelt.
Die limiten aldaer betuycht aen hennen die rescribente nyet, ende hebben daer tegens contrarie possessie van over hondert ende meer jaeren.
Tegens JAN PETER DERICX van RIJACKER depenent dat mits den selven is Keurmeester tot BEECK dat hij in sijn getuygenisse nyet en can gelooft worden.
Ende tegens sijn getuygenisse van het contribueeren, is sonder dach of jaer ende alsoo nul.
Noch en blijckt daer van oock nyet bij eenighe boecken waer op die selve soude sijn aengeteckent.
Blijckende ter contraien van dijen dat sij over die dartich ende meer jaeren nyet gecontribueert en hebben tot BEECK.
Sijn getuygenisse van die paelen off limiten en can oock nyet bestaen, want daer bij soude het geheel gehucht van GROOTEL bestaende in veele verscheyde Hoeve een halff SCHIPSTAL wesende twee pacht Hoeven onder RIXTEL ende AERLE wesen (nochtans nyet onder BEECK) tegens alle oude possessie kennisse ende memorie van menschen ende prothocollen waer bij het selve gehucht GROOTEL ende geheel SCHEPSTAL onder BAKEL is geweest in alder ley manieren tot aen het BEESTEN BROECK van RIXSTEL ende AERLE welck BAKEL van RIXTEL ende AERLE is scheydende, ende waer binnen ochstwaerts <= oostwaarts> desen questieuse huysinghe ende goederen verre naer BAKEL beneffens alle dandere goederen egeen vuytgescheyden sijn gelegen.
Sulx dat sij rescribenten die limiten noch paelen bij hun betuycht nyet en kennen of langhs gheprescribeert.
Tegens sijn getuygenisse over den wegh ende die groene pleyne worden alhier gerepeteert die voorgaen reprochen.
Tegens AERT CORNELISSEN dat den selven is een ingeseten van BEECK tuychende tot profijte van sijne gemeente ende vervolgens voor sijn selvene.
Tegens sijn getuygenisse dat tselve is van hooren seggen ende dat vuyte gelegentheyt der plaetsse het contrarie claerlijck blijckt te weeten dat die questieuse goederen liggende onder het gehucht van GROOTEL wesende een merckelijk deel van BAKEL.
Van de bedeboecken bij hem betuycht en blijckt nijet noch en sal oock nyet blijcken ad moris sufficientiaen.
Den deponenten bekendt oock dat Anno 1621 ende 1629 die voor-schr. goederen nyet en hebben gecontribueert.
Dwelck is waerachtich, gelijck die voorens oock tot BEECK nyet gecontribueert en hebben.
Van die verschillen tusschen AERLE ende BEECK en blijckt oock nyet noch en soude daer bij die dagelycxe loopende contributie ende swaere lasten hebben connen worden opgehouden, hadde eenighe van hen beyde daer toe gerecht geweest (des neen) maer soude middeler tijt aen die van AERLE oft BEECK die selve betaelt hebben, dewelck sij aen nemande van hen gedaen en hebben maer wel aen die van BAKEL.
Het geene den deponent tuycht over het schutten, calengeren ende keeren vande beesten der goederen questieusen van ende vuytten gemeenen weybroeck van AERLE RIXSTEL ende BEECK is gepalleert <= gepleisterd, geplaveid> ende sonder fundament mits die geallegeerde redenen van verschille nyet en blijcken ende daeromme en costen sij altoos die selve van die gemeente nyet dringhen willende iemandt van hen beyden die selve onder hen gebiedt ende als henne medehalderen van henne lasten ende contributieen houden voor dien die selve gemeente ofte weybroeck hen indivise <= persoonlijk, onverdeeld> is toecomende.
Het volgende van de Kerckelijcke onderhoudinghe is impertinent in alle gevalle, ende dat tuycht den deponent over vijfftich jaeren gheschiet te sijn, ende hij verclaert dat hij maer tweeenvijfftich jaeren oudt is.
Sijn voordere getuygenisse over het resort vande goederen vanden wegh, groene pleynen ende limiten en heeft den deponent egeene redenen particulier ende daer tegens worden gerepeteert die voorighe reprochen van immemoriaele possessie ter contrarie van andere hier voorens verhaelt.
JAN JANSSEN van MEURS en can nyet gelooft worden mits hij is ingeseten tot BEECK.
Sijn depositien sijn van hooren seggen.
Noch en can oock nyet bestaen sijn depositie van dat eenen LAMBERT HENRICX soude hebben ontfangen den impost off consumptie van BEECK vand gebruyckeren der questieuse goederen, mits het claer ende bij die van BEECK selver bekendt wordt dat die selve gebruyckeren ten tyde nyet gecontribueert en hebben aen henne Borgemeesteren van de Dorpslaste van BEECK, naementlijck JAN PETER GERITS ende AERT CORNELIS wesende Borgemeesters van BEECK van ende voor den jaere 1621.
Daer in is den deponent actie singulier (= persoonlijk, afzonderlijk> het haelen van Bruydegoms gelt en heeft geen iurisdictie, jae is bij placaeten verboden, ende dat doen die jonge gesellen feytelijck hier ende daer sij 't connen crijgen.
Ende dat geschiet door denen de dochteren, somtijts op andere plaetse oft in henne prochien te bier geven, om bij het Bruidegomsgelt hennen schaede te verhaelen ende dat en geeft geen recht tot betaelinghe van contributie.
Tegens ALBERT HUYBERTS deponent wordt geseght dat hij is Vorster van AERLE BEECK ende alsoo nyet gelooffelijck als tuygende voor sijn gemeent.
Sijne depositien van dat die goederen questieus onder AERLE BEECK soude liggen ende daer alleenlijck soo langhe hij kennisse is hebbende gecontribueert soude hebben ende can nyet geloofft worden mits dat Borgemeesters van BEECK contrarie tuygen, dat inde dartich jaeren geleden sij tot BEECK aen hen geen lasten betaelt en hebben.
Van het bescheedt bij hen getuycht over die restitutie vande genomene panden en blijckt nyet.
Blijckende alnoch vuyte immemoriale pessessie dat GROOTEL meer BAKEL is liggende.Vanden Houten Pael ende scheydinge bij hen betuycht ende draegen die rescribenten egeene kennisse ende is alle tselve bij prescriptie <= verjaring> te nyet gegaen in henne regarde <= met betrekking tot>.
Tegens die depositie van straeten ende wegenen ende die groene heyde is hier voorens gereprocheert.
LENNART WILLEMS van HOUDT ende tuycht nyet als van hooren seggen, ergo nihil <= derhalve niets>.
Tegens die depositie van beyde die persoonen JAN AERTS tot GEMERT woonachtich wesende die lest in ordine deponenten reprocheren die rescribenten dat beijde die deponenten tuyghen op eene manniere ende een woordt, in teecken dat sij malcanderen daer toe te voorens gesproocken hebben om alsoo te tuyghen.
Ende tot contrarien van dyen blijckt dat die gebruyckers van de goederen questieus ende proprietarissen van dyen over die dartich ende veertich jaeren tot BEECK neyt gecontribueert en hebben.
Hebbende middelertijt nu ende dan onder BAKEL gecontribueert.
Bekennen die deponenten dat die beesten vande goederen questieus vande gemeente oft weybroeck van AERLE BEECK gekeert, geschut ende gecallengeert sijn.
Vande designatie <= aanwijzing> en hebben die deponenten egeen kennisse enden is hen voorder getuygenisse impertinent, noch en sijn die depositien van voorschreven deponenten, eene geheele productie van thoon oock nyet geteeckent bij die Secretaris der Schepenen van GEMERT oft iemant in sijn plaetse, wes nochtans soude behooren.
Passerende hier mede den beneden geprocheerde thoon des Supplianten als genoech gereprocheert ende onderhande nemende die designatie bij hen gedaen op den 19e Novembris 1642 seggen daer tegens reprocherende dat deselve designatie bij hen is gedaen sonder partije daer toe gedaecht te hebben die welcke voor sulx daer bij nyet ensijn present geweest ende dat die Supplianten tselve alsoo ghedaen hebben naer hennen appetyt <= lust>.
Dat die selve designatie mits die immemoriale contrarie possessie nyet en soude connen comen in consideratie soo volgens de selve designatie halff SCHEPSTAL wesende twee pacht Hoeven ende het geheel gehucht genoempt GROOTEL bestaende in acht oft thien pachthoeven soude wesen onder RIXSTEL ende AERLE daer geheel SCHEPSTAL ende het selve geheel gehucht altijt is geweest in paiselijcke ende vriendelijcken possessie onder BAKEL soo in iurisdictie contributie, thienden, ende van over memorie van menschen tot aen het gemeen Broeck van RIXSTEL AERLE ende BEECK gelijck bij de rescribenten gethoont is.
Dat de selve designatie ten meesten deel impertinent is, ende dat die Schepenen daer over gestaen hebbende van de waerheyt vande plaetse ende gerechticheyt van partije egeene kennisse verclaeren te hebben.
Mits bij die voors. immemoriale possessie die gedesigneerde Limiten aldaer connen te cesseren <= verzuimen; veronachtzamen>, waer van oock egeen waerachtich bewijs en is gedaen, ende dat ter contrarie van dijen weestwaerts tot aen het gemeen Broeck van AERLE ende BEECK verre boven die goederen in questie die van BAKEL contributie ende iurisdictie sijn hebbende tot aen het Broeck designeert inden XIIen Aertikul der voorschr. designatie, waer van binnen naer BAKEL Oostwaerts die voorschreven goederen in questie soo wel het een als allen d'andere beneffens die geheeleen gehuchte van GROOTEL verre sijn liggende.
Inder vuegen dat die van BAKEL egeene andere paelen oft limiten henne gemeente scheydende van RIXSTEL, AERLE ende BEECK wesende dry besundere Prochien en sijn kennende als het voor-schreven weybroeck liggende Westwaerts buyten den gehechte van GROOTEL, ende die huysinghe ende goederen in questie, gelijck bij hennen thoon claerlijck gededuceert <= afgeleid> is, mits sij daer toe van alle oude tijde henne iurisdictie ende contributie gehadt hebben.
Dat oock die selve designatie bij egenen Secretaris en is geteeckent ende alsoo in forme met de voorgaende productie van thoon nul is.
Hier mede onder hande nemende die employe ende exhibitie <= die aanwending en vertoning > van thoon der Supplianten ende reprocherende tegens die geexhibeerde conformatie vande Landtcarte van RIXSTEL, AERLE ende BEECK vanden jaere 1546. Dat die Limiten oft Paelen vande gemeente oft communiteyten aen hen daer bij gegeven ende geconfermeert in regaerde der Supplianten bij immemoriale possessie gheprescribeert <= voorgescheven verordende> doot ende nul sijn.
Noch en blijcken oock claerlijcken ende waarlijck die voor-schreven Limiten ende Paelen niet principalijck die geene die tot de schuldige vande gemeente van GEMERT sich extenderende naer inhoudt vande concessie ende vuyt geven van de gemeente aen die van RIXSTEL, AERLE ende BEECK gedaen, welcke nochtans soude moeten blijcken.
Andersijns souden bij de selve Limiten ende Paelen daer inne ene indie concessie vanden jaere 1300 in die Beaty BARBARE Virginis et Marteris <= Gezegende BARBARA Maagde en Martelares, Feestdag 4 December> verhalt halff Schepstal ende het geheel gehucht GROOTEL wesen onder RIXSTEL ende AERLE ter contra inde van BEECK tselve bij over memorie van menschen, is geweest in iurisdictie contributie, thienden ende gebuurlijck servituyten onder de Heerlijcheyt van BAKEL gelijck hier voor geseght ende bethoont is.
Ende volgens deselve Limiten ende Paelen soude SCHIPSTAL ende goederen questieus onder AERLE, mits deselve alsoo naerder bij RIXSTEL ende AERLE respective sijn gelegen ende egeene van dyen en cunnen comen in verre naer bij BEECK sulx dat die selve Carte om die goederen onder BEECK te brengen teenenmael impertinent sijt.
Reprocherende tegens die geexhibeerde extracten vuyten seth of heffcedulle ende boeck des Dorpes van BEECK. Inden iersten dat deselve nyet en connen in contributie, mits het begin van dijen is alleenlijck vanden jaere 1586 ende daer te voorens sijn de voorschr. goederen al lange geseth te weten inden hondersten penning gelijck bij die settinghe van BAKEL is blijckende ende soo voorts.
Blijckt oock dat inden iersten Articule der voorschreven settinghe ende meer ander volgende noyt en sijn betaelt, ende waer van sij die betaelinghe hebben verlaeten gelijck hier naer gesegt sal worden.
Naer het jaer 1586 compt het jaer 1589 ende daer naer 1591 en van daer het jaer 1602 sulx dat de selve settinghe nyet continueel en is, maer dat inde twee ierste, drye jaeren, ende inde derde settinghe negen jaeren sijn overgeslaegen.
Ende inde settinghe 1586 staet ANTHONIS GEUDTS ende inde settinghe vanden jaere 1589 staet die kijndere van ANTHONIS GEUDTS tot het jaere XVIc twee.
Sonder dat blijckt dat daer van volle betaelinghe gedaen is ende dat eenighe Anno tatum van groote reste van 119 is vuytgescrapt ende alsoo alleenlijck pro forma int boeck gestelt is.
In den jaere XVIc twee en soude de voorschr. goederen maer eens geseth sijn.
Inden jaere sesthienhondert drye staet geseth JOOST HANRIX ende veele betaelinghe daer op geteeckent, tot contrarie van dewelcke den voorschr. JOOST HENRIX heeft verclaert noyt onder BEECK geseth te sijn geweest gegeven oft gecontribueert te hebben gelijck blijckt vuytte attestatie vanden XXV Junij 1631 bij den selven voor Notaris A. BROUWERS ende D. TIJBOSCH gegeven bij de Rescribenten in forma van thoon geexhibeert ende dat hij altijt tot BAKEL is geseth ende verscheyde betaelinghe gedaen heeft.
Sulx dat op de selve heffboeck ende cedullen als wesende op geraept ende versiend oude cladde hier ende daer bij een geraept als onwaerachtich ende egeene connexie hebbende nyet en stadt te letten.
Te meer naedien het teecken van + gestelt op de settinghe vanden jaere 1608 ende 1609 wesende de leste voor den naem van JAN GEVEN nyet en significeren betaelinghe, maer vuytroijingehe vuytte settinghe, soo betaelinghe pertinentelijck moet woorden aengeteeckent met de penninghe daer aengegeven, ende nyet met een cruijsken als nyet daer inne gerekent sijnde ende vuytgeroeyt.
Maer medegeextract vuyte settinghe van de beesten aen JOOST HANRIX op GROOTEL van jaere 1602 oock gereprocheert is mits hij getuycht heeft, dat hij noyt tot BEECK is geseth noch en heeft gecontribueert in eenighe manieren bij sijn getuygenissen hier voor verhalt etc. Articulo.
Ende tsedert den jaere 1609 en is geene voirdere apparentie dat die van BEECK in alle gevalle die voorschreven goederen hunner meer geseth hebben ende tselve henne beesten van die gemeente ghekeert sulx dat sij egeene fundament en hebben gethoont van den beginnen van settinghe egeene jaerlycxe continuatie egeene betaelinghe, ende waer inne sij gecomuniceert worden van onwaerachticheyt ende dat sij daer naer nu meer als daertich jaeren geleden gegeene settinghe daer op hebben gedaen, off betaelinge ontfangen, noch van de achterstel der settinghe, ende die voorschr. goederen voor aff gesetenen gehouden, gelijck sij waeren sijnde mette schutten vande beesten vande gemeente.
Heer JACOB OUDART Heere van RIXSTEL AERLE ende BEECK ende tuycht nyet bij synen segel van den jaere 1582 dat die voorschreven goederen onder BEECK waeren gelegen ende aldaer waeren contribuerende maer wel elders aenden eenen particuliere Rentmeesteren welck impertinent is.
En staet oock geensijns te letten op het getuygenisse van JOSEPH BASTIAENS, JAN PETERS, THOMAS JACOBS ende AERT CORNELIS vanden negenentwintichsten Mey 1643 tot conformatie vande voorschr. heffboecken, gegeven want dat sijn alle ingesetenen van BEECK tuygende tot voordeel van henne gemeente ende de selve eendeels hier voorens gereprocheert noch en heeft hij deselve het nyet sien schryven.
Finaelijck hebben die Supplianten bij hennen geproduceerden thoon gethoont nihil, immer nyet die geallegeerde situatie, settinghe, iurisdictie ende betaelinghe van questieuse goederen onder BEECK, noch oock bij die dupliyce bij thoon.
Maer blijckt daer mee vuyt dat sij die voorschreven goederen onder hen nyet en hebben begeert ende dat alle situatie settinge ende betaelinghe van dyen is gepresenteert indien die selve oyt geweest is (des neen).
Maer hebben die rescribenten claerlijck gethoont deselve goederen onder BAKEL te sijn gelegen geseth ende betaelt te hebben gelijck tselve sal worden aengeseght.
Eyndende hier mede reproche resenneren salvatien <= verdedegingsschrift> cum expensis interesse.
Employerende etc.
Rechtelijk Archief Deurne. inv.nr. 66, 66A, 66/1 Aanw. 1950 : 14.
d.d. 06-07-1643.
De Schouth en de Schepenen, de Kerkmeesteren en de H.Geestmeesters van de Heerlijkheyt DEURNE laten weten dat den Eerw. Heere, Heere Mr. RUDOLPHUS PETRI, priester in de jare 1640 alhier door de benoeming van den Heere Prelaat van ECHTERNACH is aangesteld als pastoor van deze Heerlijkheyt en Parochie van DOERNE, de welcke zeer bekwaam en zeer habiel <= vaardig> is om deze onze gemeente als pastoor te dienen en dat deze noyt van de inkomsten van de pastorie, als voornamentlijk van de thiende, onder de Parochie BAKEL gehorende en heeft geproffiteert of genoten.
Actum DEURNE 6 July 1643.
O.R.A. Helmond, inv.nr. 338,
d.d. 13-08-1643.
JAN JANSSEN RAESSEN cum suo vuytt crachte van evicte <=rechts- pleging bij uitwinning> van dato den 4 7bris 1642 stellen ten buerde om voor een ieder te verhueren de panden, gronden ende erffen gelegen tot BAECKEL ter plaetsche genaempt AEN MATTHIJS EINDE toebehoort hebbende wijlen PETER MARTENS HOUBEN, ende bij zijne kijnderen gerepudeert <= verworven hebben> t'samentlijck THOMAS AERT EMONTS, soo groot ende cleyn als het selve aldaer gelegen is neffens erffen JAN RAESSEN met beyde eynden, streckende van de gemeynte van BAECKEL tot op erffenisse ANTHONIS JANSSEN aen te verden nu stoppeltijt van desen tegenwoordigen jaere 1643, om daer aen te verhaelen sesthien vaeten roggen reductie den jaerlijcx betaelt worden met ses gulden verachtert vijffthien jaeren, salvo justo, mette costen van rechte over dese evicte gedaen.
Affgemijnt dit voorschr. perceel voor de ierste reysse bij JAN RAESSEN cum suis voor een jaer ter somme van elff gulden ende geslaegen twee slaegen.
De kersse bij den Heer Schouteth ontstecken zijnde is, is dat voorschr. erffenisse in hueringhe met vuytganck voor een jaer gebleven aen JAN RAESSEN cum suis de gelooft dese verpachtcedulle in alle jaeren punctelijck te voldoen. Coram .... in HELMOND respective dese geteeckent op den XIIIst Augustus 1643.
BEEX
PETE van HEMPEN
P. BUNNEN
VLODROP
Bossche Protocollen, inv.nr. 1598, folio 578 t/m 579.
d.d. 14-08-1643.
GIELIS soone wijlen ADRIAEN WIJNEN van OS denen acker tuelants ses Loopensaten lants oft daerontrent begrijpende gelegen binnen de prochie van BACKEL ontrent "Het HAGELCRUYS" genoempt "Het MAUWERSE", tussen erve MARIJ PETER VREYNSEN aan deen zijde, en de neven erve derffgenamen JANS BECX aen d'ander zijde, streckende van de straet aff opt Hagelcruys Oostewaerts, tot een diversche straet. Welcken buizt acker tuelants MICHIEL van HAUBRAKEN tot behoeff van den voorschreven GIELIS ADRIAEN WIJNEN tegens LAMBERT van der MEER bijden koster en de met vonnisse der Heeren Schepenen deser Stadt in coupe vercregen hadde pront ...... (latijn) in date den XVIe January Anno XVIc eenendartich, ende daernaer voir eenychelyck geintresseerden en de meest daer voir biedende volgende dordonnantie op alle opgewonnen goeden gemaeckt ten beurden en de verbinten gestelt zijnde. Was deselven GIELIS ADRIAEN WIJNEN met uytganck der kersse des verbintenis daeraen in conformiteyt van den instrument van ...... daerom voer Notaris en de getuygen gepasseert in dato den XVIIIe September Anno XVIc tweeenveertich. In alzulckes wegen, grooten en de manieren, eenen uit alsulcken rechten en de toebeoerten den voorschreven ackertuelants tot BAEKEL voorschreven tegenswirdich gelegen is, ende JAN JOOSTEN COSTERS heeft toebehoert, heeft hij wittelick en de erffelick opgedragen en de overgegeven mij L. van KESSEL tot behoeft van WILLEM Sone des voorschreven ADRIAENS WIJNEN van OS sijnen broeder. ...........(latijn). Geloevende de voirnoemde opdragere ...........(latijn) deponere des sal nochtans de voorschreven WILLEM onderhouden gebruickelijcke lasten ende servituten, en de betalen dorpscommeren daertoe t'onderhouden ende betalen staende.
Testes van HOUTD et RUIJSTEN, datum den XIIen Augusti Anno XVIcXLIII.
Die voorschreven WILLEM Soone ADRIAENS WIJNEN van OS, den voorschreven acker teulants voorgaende contracte begrepen, welcken voorschreven acker teulants die voorschreven GIELIS WIJNEN hadde erffelicke opgedraegen tot behoeft van den voornoemde WILLEMEN ADRIAENS WIJNEN zijnen broeder prout in Cuis, wesende van den date den XVIIden dach deser loopende maent Augusti heeft hij wederomme wittelick ende erffelick opgedraegen ende overgegeven midts desen den voorschreven GIELISSEN WIJNEN van OS sijnen broeder, .........(latijn). Geloevende die voorsegde opdraegere ........ (latijn).
Testis COPUS et van den BOSCH, datum den XVIIIIc Augusti Anno XVIc XLIII.
Rechtelijk archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48,
d.d. +/- 1643 of later.
Extract vuijtten Prothocolle der Heeren Schepenen in BAECKEL waerinne onder meer andere stont als volght.
Dat voor ons commen is AERT THOENIS DIERCXE ende heeft wel ende wettelick vercocht opgedraegen ende overgegeven WILLEMEN ende THOMAS beijde wettige kinderen ANSEM SEGERS enen beemptien gelegen inde Prochie van BAECKEL teer stede GROOTEL genoempt DEN HAECK, met deen sijde derffenissen THOENIS GERARTSEN en met beijden eijnden op erffenisse d'erfgenamen LAMBERT HAENEN ijst als sij seijden ende dat los ende vrij, ende heeft helmelinge vertegen opt voorgen. beemptien tot behoeff sijns cooperen voorschreven gelovende t'vercoopen d'op draghen d'overgeven met vertijen eeuwelijck vast ende steedich te houden, op hen alle sijne goederen, hebbende ende vercrijghende sonder argeliste besegelt mitsgaders gegeven int jaer Ons Heeren doen men schreeff Duijsent vijffhondert ende een ent negentich den vijffentwintichsten Junij der maendt lestes REIJNDER THOMASSEN ende GERART WILLEMSSEN Schepenen.
In margine stondt aldus geextendert.
Alnoch Extract vuijtten voorschreven Prothocolle als voor.
Dat voor ons commen is JAN LAMBERTSSEN hem mede sterck maeckende voor sijn kinderen ende heeft wel ende wettelick opgedragen ende overgegeven WILLEM WILLEMSSEN van HELMONDT sijnen neeff alsulcken versterff als hem aengecommen is van LAMBERDEN SANDEN, saliger sijnen vaeder ende sijn moeder gelegen inde Prochie van BAECKEL ter stede GROTEL soo waer 't selve gelegen is in hogen in legen, in diepen in droogen egheen vuijtgescheijden als sij seijden, ende heeft alsoo helmelinghe vertegen opt voorschreven versterff tot behoeff sijnen Neeff voorschreven. Gelovende 't voorgen. opdraegen, overgeven ende verthijden eeuwelijck goet vast stedich ende van weerden te houden ende daer op nu oft immermeer te spreken oft te doen spreken in eeninghen maniere op verbintenisse sijnen persoon ende alle sijne goederen hebbende ende naermaels vercrijghende, sonder argelist. Besegheldt met etc. gegeven ont jaer Ons Heeren Duijsent vijff hondert ende vijffentseventich den vijffden Aprilis der maent lestes Scabium REIJNDER THOMAS ende GERARDT WILLEMSSEN.
In margine stondt aldus geextendeert.
Alnoch Extract vuijtten Prothocolle van BAECKEL als voor:
Op dato ondergeschreven soo hebben JAN HENDICXSSEN GORTSSE voor hem selven ende ISBOUT HENDRICK GORDTS hem fort ende sterck maeckende voor die onmundighe kinderen van ARIEN HENRICX sijnen broeder JAN LUCASSEN voor hem selven ende hem sterck maeckende voor PHILIPS PETERS van GLEBBEECK MICHIEL JANSSEN van ZITTART ende CARLE man en ende momboir van CATHERINA sijn huijsvrouwe als swaegers ende condividenten des voorschreven JAN LAUCASSEN, allen erffgenaemen van wijlen GORDEN HANRICK GORTSEN heurder huijsvrouwe vaedere, ende hebben gesaemenderhandt erffelijcke vercocht opgedraegen ende overgegeven MICHIELEN HENRICK CRAMERS die enen helft van elck sijns kindts portie van eenen stuck groesvelts gelegen inde Prochie van BAKEL terstede op GROTEL gelegen met sijn een sijden beneffens erff TUENIS JANSSEN van HOVE, d'ander sijde neffens die gemeente van BEECK deen eijnde vuijtschietende op erft der erfgenaemen GORDT WILLEMS SEGERS, ende d'andere eijnde streckende eenendeels op erft ISBOUT HENRICX, eensdeels oock op AERT JACOBS erff als sij seijden, geweght sijnde over erff IJSBOUT HENRICX ende AERT JACOBS henne mede condividente voorschreven opden voornoemde genomineerden vercoope helmelinge vertegen tot behoeff hens coopere voorschreven. Geloovende hen als schuldenaeren principael op hen ende alle henne goederen hebbende ende vercrijghende geen geexemteert 't voorschrevene vercoopen opdraegen ende overgeven metten vertijden van dijen eeuwelijck goet vast stedich ende van weerden te houden, ende hennen coopere te weeren los ende vrije vuijtgenomen Dorps lasten ende commer. Voorts vrije van alles, ende allen voor commer vans coopers wegen te affdoen. Testes Schepenen LEONART JANSSEN ende MARTEN JAN JOOSTEN.
Actum den elfsten Martij Sesthien hondert ende sessendertich.
Alnoch Extract vuijtten Prothocolle van BAKEL als voor.
Dat voor ons gecommen sijn HANRIJCK ARRIAENS ende JAN LUCASSEN van GEMERT in hennen volle bede, ende hebben wel wettelijck ende erffelick vercocht opgedraegen ende overgegeven AERDEN JACOBSSEN tot GEMERT het vierde parte van ende vuijt eenen heijbeempt gelegen tot BAECKEL op GROTEL hem vercooperen van hennen ouders aengecommen, gelegen met deen sijde neffens erffe JAN JANSSEN de LOUWE, d'andere sijde neffens erffe WILLEM den onmundigen sone ISBRANT HANRICK GORTS, deen eijnde vuijtschietende op de gemeente van BEECK, ende d'andere eijnde streckende op erffe THEUNIS JANSSEN van HOVE als sij seijde, ende hebben sij vercooperen opt veerendeel ende part voorschr. ende op allen 't recht ende toeseggen hen daer in compenterende Schepenen letteren daer van mentionnerende helmelinge verteghen tot behoeff hens coopere AERT JACOPS voorschreven. Geloovende sij vercoopere hun als schuldenaeren principael op hen ende alle henne goederen hebbende ende vercrijgende gheen vuijtgescheijden dat voorschreven vercooperen opdraegen ende overgevende met het vertijden eeuwelijck ende altijt voor goet vast stedich ende van weerden te houden ende hennen coopere AERT JACOBS voorschreven te weeren los ende vrije ende allen coorcommer vans coopers weghen te aff doen. Testes Schepenen LENART JANSSEN ende MARTTEN JAN JOOSTEN.
Actum den seventhiensten Octobris Sesthienhondert ende negenendertich.
Alnoch Extract vuijtten Prothocolle van BRABANT als voor.
Dat voor ons commen is GERARDT LAMBERTSSEN in sijnen volle bedde ende heeft wel ende wettelick opgedraegen ende overgegeven JANNEN HENDRIXSSEN van WOLFFSWINCKEL eenen jaerlijcxschen Chijns van ses Carolus guldens den gulden tot twintich stuijvers gerekent te lossen staende met hondert Carolus gulden eens verschijnende den selven t'allen jaer op Onser Liever Vrouwe Lichtmissedach van en uit huijs, hoff, hostadt ende ontrent een Lopense saijlandt dienaen ende bij gelegen inde Prochie van BAKEL ter stede GROOTTEL met deen sijde, ende deen eijnde neven erffe WEEL TER EIJCKEN, d'andere sijde die gemeijn straete, ende d'erffgenaemen RUDT TEUWENS ende het ander eijnde op erffe den Commandeur van GEMERT.
Noch vuijt een stuck lants genoempt DEN HAECK met deen sijde neffens erffe THOMAS GERAERTS, d'ander sijde neffens erffe THOMAS SEGERS, deen eijnde op erffe den H. GEEST van HELMONDT ende dander eijnde op erffe WEEL TER EIJCKEN voorschr..
Noch vuijt een stuck lants genoempt DEN BOGAERT van ontrent eenen Lopense met deen sijde ende deen eijnde neffens erffe WILLEM SEGERS, d'ander sijde, ende d'ander eijnde neffens erffe THOMAS GERARTS voorschr..
Noch vuijt een stuck landts genoempt DE SCHUERSTADT met deen sijde ende deen eijnde neffens erffe den Commandeur van GEMERT voorschreven, d'ander sijde neffens erffe derfgenamen RUDT TEUWENS, ende d'ander eijnde op erffe den Heijligen Geest van HELMONDT voorschreven als sij seijden. Ende heeft alsoo helmelinge vertegen op de voorschreven Chijns tot behoeff JANS voorschreven. Gelovende 't voorschreven opdraegen, overgeven met 't vertijen eeuwelick te houden ende de voorschreven onderpanden altijt te vrijen ende te bewaeren, ende wel dogende te maecken voor den voorschreven Chijns op hem alle sijnde goederen hebbende ende vercrijghende egheen vuijtgescheijden sonder argelist besegelt met etc.
Gegeven int jaer Ons Heeren Sesthienhondert den sesden Junij der maendt.
Testes scribium BAKEL GERART WILLEMS ende HENDRICK FRANSSEN.
Boven in margine stondt aldus
Geextendeert.
Alnoch Extract vuijtten prothocolle van BAKEL als voor.
AERT PETERS ROEFFEN soon in sijnen vollen bedde als man ende Momboir van ALEIJDENs sijnder huijsvrouwe wettighe dochter RUDT TEUWENS ende heeft wel ende wettelick getransporteert opgedraegen ende overgegeven WILLEMEN ANSEM SEGERS, soo ende gelijck een stuck landts gelegen inde Parochie van BAKEL ter stede GROOTEL, genoempt gemeenlijck DEN SCHUER STADT met d'een sijde neven erffe des coopers, ende THONIS ANSEM SEGERS sijns broeders streckende van erffenisse des Commandeurs tot GEMERT tot op een Steege.
Noch een stuck weijvelts gelegen ter stede voorschreven met d'een sijde neven erffe des coopers, d'ander sijde neven erffe GERARDT LAMBERTS deen eijnde op een euselveldt bij der Hoeve d'ASDONCK toebehoorende, ende dander eijnde op erffe CORN. CLAESSEN als sij seijden ende 't selve los ende vrije vuijt genomen den Chijns vanden gronde daer met recht vuijt gaende, ende heeft alsoo wettelijck vertegen opte voorschr. erffenisse tot behoeff sijns coopers voorschreven.
Gelovende 't voorschreven transporteren opdraegen ende overgeven eeuwelick vast ende stedich te houden op hem ende alle sijne goet hebbende ende vercrijghende sonder argelist.
Actum den vijffentwintichsten Junij Anno Sesthienhondert ende drije voor Schepenen MATTHIJS JOOSTEN van NERFEN, ende JAN JOOSTEN. Nederwaerts stondt geschreven soo ende gelijck als volght.
Gecollationeert dese ses copijen tegens de orginneele protholle der Heeren Schepenen van BAECKEL d'iersten in dato den vijffentwintichsten Junij vijffthienhondert ende eenentnegentich, de tweede in dato den vijffden April vijfthienhondert ende vijffentnegentich, de derde in dato den elffsten Mertij sesthienhondert ende sessendertich, de vierde in dato den sesten Octobris 1639, den vijffden in dato den sesten Junij sesthienhondert, ende seste ende leste in dato den vijffentwintichsten Junij sesthienhondert ende drije.
Attesteren wij Schepenen in GEMERT desen onderteeckent van woordr tot woorder, daer mede taccorderen Scabini onder stondt geschreven DIRICK ANEGEM ende AERT CLAESEN.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 16-12-1643.
Aendracht ter instantie ende gerichtelijcke versueck vande Regeerders des Dorps BAKEL van de deponenten in margine genoteert onder de date examinerende van het naervolgende vraegstuck.
THOMAS JACOBSSEN
DIRCK BASTIAENS
AERT VAEDERIX
Dat U deponenten kennelijck ende waeraechtich is dat de gebruyckers van't goet van THONIS THONSSEN, JACOB PETERS van CANNENBERCH genoempt GROOTEL Uwer kennisse inde Dorpslasten van AERLE ende BEECK nijet en is gequoteert ende geseth geweest in Dorpslasten noech oock in Uwer bedeboecken ten tijde Uwe Borgemeesterschap en is gestelt geweest ende off eenige goede off pachters inde settinge geseth ende getaxeert staende ende de selven settinge in handen van de Collecteurs gestelt dat deselve Collecteurs als dan nijet en laeten deselve op te haelen mits hennen ontfanck ende import van de settinghe moeten verantwoorden.
Item off d'Ordens Huis der Commanderije des Dorps GEMERT, eenige thienden sijn hebbende off gebruickende van eenige goederen gelegen onder AERLEBEECK.
Ten anderen oft Ghij deponenten Uwer kennis over eenige Dorpsrekeninghe de Dorpe AERLE BEECK aengaende heeft geseth alwaer 't Goet die GROOTEL genoempt onder BAECKEL geleghen opt bedeboeck heeft gestaen off eenighen ontfanck daer van ingebrocht.
Item die van AERLEBEECK tot eenighe tijt bij eenighen gesworen Landtmeterts goet te GROOTEL genoempt gelegen onder BAECKEL hebben doen meten.
! Marge !
Getauxeert ider deponent vernels van buyten sijne boven oosten X stuyver.
!Vervolg!
THOMAS JACOPS gewesene Borgemeester inden jaere duijsent sesshondert sevent dertich ende nu tegenwoordich Schepen van den Dorpe van BEECK oudt ontrent vijff en vijfftich jaeren gerechtelijck gedaeght door den Vorster alhier ter instantie vande Regeerders vam BAECKEL ende den behoorlijcken Eedt gedaen aen handen des Vorsters inden naem van den Heere Scholteth gepresteert tuyght ende verclaert naer voorgaenere examinatie gedean op den iersten artikle deser aendaeghte waerachtich te weesen ende hem deponent wel kennelijck te sijn dat hij gheene noote off kennisse en is hebbende dat de gebruyckers van het goet genaempt GROOTEL nijet inde Dorps lasten geseth off gequoteert vanden Dorpe van AERLE ende BEECK sijn geweest maar ter contrarien, 't selven goet oft gebruyckers inde selve lasten des Dorps van AERL BEECK voorschreven inde boecken geseth sijn geweest ende daer van geheven redenen sijnder welwetentheyt dat hij deponent de boecken heeft gesien daer't selve goedt oft gebruyckers tot AERLE BEECK voorschreven op waeren geseth hennen quote gelijck ende beneffens andere naebueren aldaer verclaert hij oock dat de selve gebruyckers in sijn beedeboeck ten tijde als hij deponent Borgemeester was nyet gesethen waeren wel voor hunnen tijden passerende hiermede den iersten artikle voorders geexamineert op den tweeden ende derden artikle tuyght ende verclaert daer op het minst gheene kenniss te hebben alsoo hij nyet en weet oft den Duytschen Orden tot GEMERT inden selven Dorpe van AERLE BEECK eenich goet sijn hebbende oft nyet ende dat hij 't sedert sijnen Schepenampt GROOTEL maer eens over een rekeninghe gestaen heeft waer inne deselve gebruyckers oft goet genaempt GROOTEL nyet van henne cotisatie <= aandeel in de uitgaven; belastbaarheid> end is vermaent noch inne gestelt te sijn geweest geexamineert op den vierden ende sesten artikel verclaert hij deponent oock het minste gheene kennisse sijne depositie ec habita lectura persistitet subsignamt c orang scabinis in GEMERT respective GERAERDT JENZOENS ende AERT CLAESSEN opden sesthiensten Decembris duysent sess hondert dryenviertich. Onder stont geschreven THOMAS JACOPS Scabini dit ist Ý merck GERAERDT BOUWENS
AERT CLASSEN.
DYRCK BASTIAENS gewesene Borgemeester van BEECK inden jaere duysent sess hondert negenendertich aende nieu tegenwoordighe Schepenen aldaer oudt ontrent vierendertich jaeren gerechtelyck gedaeght, geeedt ende geexamineert ter instantie als voor tuyght ende verclaert naer voorgaende prestatie van Eede dat hij volgens den iersten artikle aengaende 't setten 't goet van THONIS THONISSEN cum suo genoempt GROOTEL nyet en kan verclaeren 't selve goet inden Dorpen van AERLE BEECK nyet geseth oft gequoteert te sijn geweest alsoo 't selve goedt ter contrarien in sijns deponents bedeboeck tersijden als hij tot BEECK Borgemeester was is geseth ende gequoteert verclaer ende 't selve alsoo waerachtich te weesen passerende hiermede den iersten artikle alsoo hij deponent van de reste des selffs artikle gheene kennisse meer en is hebbende voorders geexamineert op den tweeden ende derden artikle deser aendracht tuyght ende verclaert daarop van Beede gheen kennisse te hebben verclaert hij diergelicks oock op den vierden ende lesten artikle gheene kennissen te hebben. Eyndende hiermede sijne depositie et habita lectura persistit et subsignamt coram scabinis et datum et supra onder stondt geschreven DIERCK BASTIAENS.
AERT FREDERIX inwoonder deser vuyt Neutrale Heerlyckheyt van GEMERT gewesenen Borgemeester tot BEECK inden jaere duysent sesshondert vijffentwintich ende duysent sesshondert vijff ende dertich ende gewesene Schepen aldaer oudt ontrent dryenvijfftich jaeren gerechtelyck gedaeght ende geeedt ter instantie ende requisitie als voor tuyght ende verclaert naer voorgaende examinatie ende prestatie van Eede op den iersten artikle waerachtich te wesen ende hem deponent wel kennelyck te sijn dat hij oyt eenige kennisse heeft oft heeft gehadt dat 't goedt genaempt GROOTEL inde voorgemelde aendraghte GEMERT immermeer geseth oft gequoteert inde Dorpe van AERLE BEECK, is geweest noch oock nyet en sijne Borgemeesters boecken ten tijden als voorscheven staet verclaerende hij deponente oock datter eenighen goederen die vande setters der beden op hennen Borgemeesters boecken geseth sijn dat als dan int verhaelen de selve Borgemeesters 't selve moet opbrengen ende voor responderen voorders geexamineert op den tweeden ende derden artikle tuyght ende verclaert daer van het minste gheene kennisse te hebben verclaerende insgelijcx vanden vierden ende lesten artikle oock gheene kennisse te hebben. Eyndende hiermede sijne verclaeren et habita .... datum ut supra, was onderteeckent AERT FREDERIC
Merck van GERARDT BOUWENS
AERT CLASSEN
F. vam dem KERCKHOFF.
Solvit aenden Schouteth, Schepenen ende Secretaris van den geheelen geproduceerden thoon voor hennen gerichticheyt 30 guldens 6 stuyvers.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 46,
d.d. 31-12-1643.
JAN PEETER GEERARTSE geweseme Schepen der Heerlijkheyt van BEECK oudt ontrent sessentsestich jaeren, gerichtelijck gedaeght door JAN van der MEER als geauthoriseerde Boode vanden Raede van BRABANT ende den behoirlick Eedt aen handen des Heere Schoutet alhier gepresteert tuijght ende verclaert in forme van recollectie als hij declarant sijne depositie heeft gedaen voor A. BROUWERS ende D. THYBOS Notarissen van de Raede van BRABANT geadmitteert in dato den 25e Juny XVIc ende een en dertich ter instantie ende requisitie der Regeerders des Dorpe van BAECKEL de selve gethuygenisse teenemael waerachtich te wesen ende ganselyck daerbij te persisteren alsoo 'tselve van boven tot beneden hem deponent is voorgelesen Actum coram scabinis in gemerckt respectivie GEERART LOUWERS ende ARNDT CLAESSENS op den lesten December XVIc dry en viertich, ende was onderteeckent JAN PEETER GERITS.
GOOSSEN ANTHONISE GOOSSENSE gewesene ouder Vorster tot BEECK oudt ontrent eenenvijftich jaeren gerichtelickt gedaeght door JAN van der MEER als geauthoriseerde Bode vanden Raede van BRABANT ende den behoirlycken Eedt gedaen tuyght ende verclaert in forme van recollectie ter instantie ende requisitie van GORDT GERAERTS van WASBERGH Stadhelder tot BAECKEL van den inhoudt van sijns declarants getuygenisse naer dat hij selve van boven tot beneden is voorgelesen als hij op de vijffentwintichsten Juny Duysent sesse hondert eenen dartich voor Notarissen respective A. BROUWERS ende D. THIJBOS heeft gegeven teenemael waerachtich is ende daerbij ganselijck ende geheel te persisteren vueghende daerbij dat deselve schuttinghe bij hem declarant wel inde twintich jaeren geschiet is geweest door commandement vande Regeerders van BEECK voorschreven verclaerende daerenboven oick dat deselve schuttinge geschieden ter oirsaecke om dat die van AERLE ende die van BEECK met malkanderen neyt en conden accorderen oft over een comen eyndende hier mede sijne depositie et habita lectura ..... ende was ondertekent GOOSSEN ANTHONISSEN. Leger stondt noch geschreven Scabini ende onderteekent met het merckt van GEERART LOUWERS in dese forme ut, ende noch leger AERT CLAESSEN ende F. van de KERCKHOFF.
Rechtelijke Archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
Inv.nr. 48, d.d. 31-12-1643.
Vuyt crachte van brieven van authorisatie van date den vierden September Duysent sesshondert tween viertich onderteeckent verleende 'n huijse hebbe ick JAN van der MEER Bode vanden Raede van BRABANT mij gevonden op den vijffthienden December Duysent sesshondert dryenviertich binnen den Dorpe van BEECK bij AERLEN ende aldaer ten versoecke van GOYART GERTSSEN van de EERSBORCH ende die beede setters van BAECKEL impetranten derselven authorisatie van wegen Sijne Majst. gedaeght THOMAS JACOPS ende DIERICK BASTIEENS Schepenen aldaer, en te compareren voor Heeren Schepenen van GEMERT als Commissarissen inde saecke geauthoriseert tegens sanderdachs wesende den sessthienden der selver maendt voor de middach ten negen uren ten huyse van THOMAS PEERSSEN alles om der waerheyt getuygenisse te geven.
Item hebbe oock op den vijffthienden der voorschreven maendt d'insinuatie ofte gelijcke daegement gedaen ende hoemen als momboir, als partye ad vers ten eynde van gelijcke soude compareren ten selven daegen om die voorschreven deponenten te sien ende hooren Eeden ende overmits sijnder absente het voorschreven daegement gedaen aen sijne moeder de post mij wederom gevonden op den dertichsten der voorschreven maendt December binnen den Dorpe van BEECK ende aldaer ten versuecke als voor gedaegt JAN PEETER GERITS ende GOOSEN ANTHONIS ende overmidts sijnder absentie is sijn huysvrouwe om te compareren sanderdachs voor de Heeren Schepenen van GEMERT als Commissarissen voorschreven ten acht uren tot GEMERT ten huyse van THOMAS PETERSSEN alles om getuygenisse der waerheyt te nemen hebbe ten selve daeghe d'insinuatie opte gelijcke daegment gedaen ende hoemen als partije ad vers ten ynde hij van gelijcke sal compareren ten selven daegen ende sanderdachs wesende den lesten December voorschreven om deponente sien ende hooren Eeden hebbe mij voorts op den dertichsten December voorschreven gevonden binnen der Heerlyckhyt van GEMERT ende aldaer ten versuecke als voor gedaecht HANS GERITS, PEETER JANSSEN HOEFFNAEGELS, Meester JOSEPHUS BROUWERS ende MAEYKEN Weduwe THONIS JAN GENEN om ten selven daegen te compareren ende voor Heeren Schepenen van GEMERT als Commissarissen voorschreven als onder vrijheijt getuygenis te geven allert selve onde hennen behoorlycken salaris om welck te doene compt van diversche rijse van gaen heeren explonteren t'saemen seven guldens sessthien stuyvers ende was onderteeckent JAN ADRIAENS van den MEER.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48
d.d. 31-12-1643.
Productie van thon
voor
GOERT GERITSE van WASBERGH Stadthouder van BAECKEL respect. ende met hem die Regeerders van BAECKEL gedaeghde
tegens
D'erfgenaemen van wijlen JACOB PEETERS van COUWENBERGH ende ANTHONI PEETERS Supplianten.
Het sal mijne Heeren Schepenen in gemerckt <= GEMERT> gelieven te verhoren vuyt crachte van Commissie ende authorisatieen van Hove de dato den vierden Septembris XVIc tween viertich onderteeckent STEENHUYSE die volgende persoonen in margine geteeckent op den vierden, vijffden, sevensten, achtsten ende vierthienden artikle van rescriptie der rescribenten.
Idem opden vierden, vijffden, elffsten ende sesthiensten artikle van duplicate der rescribenten.
Stellende henne depositien in behoirlicken forme imploieren en Inden iersten, opden vierden artikle der voorschr. rescriptie HANS GEERAET inwoonder deser Vrije Neutraele Heerlyckheyt van GEMERT oudt ontrent seven en vijftich jaeren gerechtelick gedaeght door JAN van der MEER als geauthoriseerd Bode van de Raede van BRABANT ende den behoirlicke Eedt aen handen des Heer Scholtis alhier gedaen tuyght ende verclaert op den vierden artikle deser productie van rescriptie ende dat ter instantie ende requisitie van GOYART GEERARTS van WASBERGH Stadthouder tot BAECKEL cum suis respect. tegens derffgenaemen van wijlen JACOP PEETERS van COUWENBERGH ende ANTHOYN GEERARDTS Supplianten dat hem wel kennelijck is dat deselve Hoeve op GROOTEL genaempt heeft hoeren seggen desellve Hoeve onder BAECKEL gelegen te sijn maer verclaert hij declarant de meeste landerijen vande voorschr. Hoeve genaempt GROOTEL meestendeel onder de Jurisdictie van AERLEBEECK gelegen sijn allegerende sijnder declarants redenen van welwetentheyt dat de Limitten oft paelen tusschen AERLE ende BEECK verre naest den cant van BAECKELS zijn staende, nyettegenstaende dat deselves inwoonders desselfs Hoefs van GROOTEL onder altijt onder BAECKEL gelegen hebben ende henne getaxeerde lasten altijt aldaer betaelt sulcx hij declarant tselve Hoef scheyde die geene die t'selve aengaet eyndende hier miede sijne verclaering en habitate lectura persisteert et GEMERT respective GEERART LENDRAENS ende ART CLAESSEN op den dertichsten 10bris 1643 ende was geteeckent met het merckt van GERART TREINS ende onderstond AERT CLAESSEN ende GERARDTS.
PEETER JANSSEN HOEFFNAGELS inwoonder deser Vrije Neutrale Heerlyckheyt GEMERT oudt ontrent sessentseventich jaeren gerichtelick gedaeght door JAN van der MEER Vorster der Stadt van HELMONT als geauthoriseerde bode vanden Raede van BRABANT ende den behoirlycken Eedt aen handen des Heer Scholtet alhier gedaen ende dat ter instantie ende requisitie van GOYART GEERARTS van den WASBERCH cum suis rescribenten van wijlen JACOB PEETERS van COUWENBERGH om hun Supplianten tuyght ende verclaert naer voorgaende examinatie op den vierden artikle dese productie van rescriptie gedaen dat waerachtich is hoe dat hij declarant wel heeft hoeren seggen dat de Hoeve op GROOTEL genaempt onder BAECKEL gelegen is maer eyntelijck de rechveerdicheyt en is hij declarant nyet weten hier mee sijn verclaeren eyndende et habita ende was onderteekent PEETERS JAN HOEFFNAGELS.
Op den vijffden artikle der voorschr. rescriptie.
HANS GEERARD oudt ontrent vijffenvijfftich jaeren gerichtelick gedaeght ende geeedt als voor ende geexamineert ter instantie ende requisitie als voorschr. staet, tuyght ende verclaert naer voorgegaene examinatie opden vijffden artikle gedaen, waerachtich te wesen ende hem deponent wellnemelijck te zijn dat die geene die op de Hoeve genoempt GROOTEL altijt sijnder memorie, geseth ende getaxeert inde bede lasten des Dorps van BAECKEL zijn geweest, maer de betaelinge derselve settinge gedaen is hem deponent nyet kennelijck maer wel heeft hoeren seggen dat die betalinge eens is geschiet desselfs taxatie der beden oft settinge int jaer van LAMBERT HENRICX ende anders nyet. Voorders verclaert hij deponent van de selven vijffden artikle gheen meerdere kennisse te hebben eyndende hier mede sijn verclaeren et habita lectura ende was onderteeckent JAN GERARDSSE, ende het merckt GEERART TORNENS ende AERT CLAESSEN.
Docter JANSSENS HOEFFNAGEL gerechtelick gedaeght ende geeedt als voor ende den behoirlicken Eedt als voor gepresteert tuyght ende verclaert naer voirgaende examinatie op den vijffden artikle gedaen waerachtich te wesen dat deselve inwoonders der Hoeve genaempt GROOTEL altijt onder de Jurisdictie van BAECKEL in de settinge der beden getaxeert sijn geweest, maer bij zijn kennisse noeijt van henne taxatie hebben gegeven sulcx hij declarant hiermede sijn kennisse des voorgemelte vijffden artikle is eyndende et habitate en was onderteeckent PEETER JANSSEN HOEFFNAGELS.
Op den sevenste artikle der voorschr. rescriptie.
HANS GEERARDT ontrent seven en vijfftich jaere inwoonder deser Heerlijckheyt van GEMERT gerichtelick gedaeght ende geeedt als voor ter instantie alsvoor tuyght ende verclaert naer vurgaende examintie op den sevenste artikle der rescriptie gedaen waerachtich te wesen dat hij declarant wel heeft hoiren seggen dat de thiende gelegen onder de selve Hoeve genaempt GROOTEL altijt ingehoert ende gepressiteert is geweest onder de pachtinge der thienden gelegen onder BAECKEL de vooschr. vuytgescheijde een campken ende van de paelstede aldaer genooten eyndende hier mede zijne depositie et habitate ende was geteeckent JAN GEERARDTS.
PEETER JANSSEN HOEFFNAGEL inwoonder alhier gerichtelijck gedaeght ende geeedt ter instantie als voor tuyght ende verclaert naer voirgaende examinatie op den sevensten artikle der rescriptie waerachtich te wesen dat deselve thiende die onder den voorschr. Hoeve van GROOTEL gelegen is altijdt bij de pachters der thiende van BAECKEL (naer sijnen deponente beste kennisse) getrocken, ingevuert ende genooten geweest eyndende hier mede zijne depositie et habitate in GEMERT respective GEERART TANENIS ende oudt CLAESSEN.
Op den lesten 10ber <= 31 December> Duysent sesshondert dryenviertich, ende was onderteeckent PEETER JANSSEN HOEFFNAGELS en gemerckt GEERART TENDENS en AERT CLAESSEN.
Mr. JOSEPHUS BROUWERS Rentmeester der Commanderije van GEMERT oudt ontrent XXXIIJ jaeren gerichtelick gedaeght door JAN van den MEER als geauthoriseerde Bode van de Raede van BRABANT ende den behoirlicken Eeds gedaen tuyght ende verclaert ter instantie van GORDT GERAAERTSSEN van den WASBERGH Stadthouder tot BAECKEL cum suis op den sevensten artikle der rescriptie waerachtich te wesen ende hem declarant wel kennelijck te zijn dat volgens die registers der Commanderije voors. is competerende aen de selve Commanderije neffens andere clampen thienden onder BAECKEL eenen zekeren clamp geheeten ende getituleert staende inde selve registers GROOTEL onder BAECKEL ende dat denselven clamp altijt aende pachters der Hooven oock op GROOTEL gelegen ende aen dese Commanderije competerende is verpacht geweest zedert den jaere 1594 inclus tot noch toe vuyt genomen de jaeren 1602, 1603, 1604 ende XVIC vijff als wanneer de voorschreven Hoeve heeft onverpacht gelegen door de excessive lasthe der contributien noch vuytgenomen de jaeren 1635 ende 1636 vande welcke hij deponent nyet en can vcreclaeren overmidts die registers vande voorschreven jaeren bij de handt en sijn, eyndende hier mede sijn verclaeren et habita geteeckent BROUWERS Rentmeester.
Opden achtsten artikle der voorscreven rescriptie HANS GEERARDTS, ARDT HANS GERARDT oudt ontrent seven en vijfftich jaeren, gerechtelijck gedaeght ende geeedt ter instantie als voor tuyght ende verclaert ho den achtsten artikle der voor-schreven rescriptie waerachtich te wesen ende hem deponent wel kennelijck te zijn dat hij deponent wel heeft hooren seggen dat de bestialen die eertijts opde Hoeve genaempt GROOTEL sijn geweest altijt voor vrempt inde Jurisdictie oft onder de gemeynte van AERLEBEECKE gehouden, alllegerende redenen sijnder welwetentheyt dat hij declarant wel heeft hooren seggen van die geene die op desselfs Hoeve genoempt GROOTEL voorschr. hebben gewoont dat sij door het schutten van henne bestialen die opde gemeynte van AERLEBEECK waeren gaende jaerlicks wel van schaede waeren gevende vijfthien guldens of daer ontrent, eyndende hier mede zijne depositie et habita in GEMERT opden dertichsten December Duysent sesse hondert ende dryen viertich ende was onderschreven JAN GEERARTS.
PEETER JANSSEN HOEFFNAGELS oudt ontrent als voor duchtelijck gedaeght gheeedt ende geexamineert opden achtsten artikle der rescriptie tuyght ende verclaert hem declarant wel kennelijck te sijn dat deselve bestialen die opde voorschr. Hoeve van GROOTEL plachten te woonen deselve, als voor vrempt opde gemeynte van AERLEBEECK worden gehouden. Allegerende hij declarant redenen sijnder welwetentheyt dat hij verscheyde reyse heeft hooren seggen van den persoon van JAN GENENsaliger die op den voorschr. Hoeve was woenende dat hij alle jaer wel inde vijfftich guldens van schutgelt aen die van AERLEBEKE moest geven tersaeken dat sijne bestialen opde voorschr. gemeynte van AERLEBEECK waeren gaende, eyndende hiermede sijne verclaeren et habita onderstond PEETER JANSSENS HOEFFNAGEL.
PEETER DIERICK inwoonder deser Vrije Neutrale Heerlijckheyt van GEMERT oudt ontrent tsestich jaeren gerichtelijck gedaeght door JAN van der MEER als geauthoriseerde bode van de Raede van BRABANT ende den behoirlijcken Eedt aen handen des Heere Scholteth alhier gedaeght tuyght ende verclaert naer voorgaende examinatie opden achtsten artikle der rescriptie gedaen ende dat ter instantie ende requisitie van GOYART GEERRARTS van den WASBERGH cum suis Stadthouder tot BAECKEL waerachtich te wesen ende hem deponent wel kennelijck te zijn datde bestialen die op de Hoeve genoempt GROOTEL voor vrempt gehouden plachten te worden op de gemeynte van AERLEBEKE ende als deselve beesten op deselve gemeynte van AERLE BEECKE quamen altijt als dan van die van AERLEBEECK voorschreven geschut worden allegerende hij declarant redenen sijnder welwetentheyt dat hij declarant als inwoonder van BEKE de voorscreven bestialen vande Hoeve GROOTEL verscheijde reijsen euver dertich, viertich ende meer jaeren selve heeft helpen schutten ende calengien ende noch langen tijt herwaerts daarna noch geschutten ende gecaleniert geweest te sijn, eyndende hier mede sijne depositie ent habita in GEMERT desen geteeckent op den lesten December Duysent sesse hondert dry en viertich. Onderstond dit ist merckt van PEETER DIERCK ende was ondert. met selven mercking dese forme ┬.
Op den vierthienden artikle vande rescriptie der rescribenten HANS GEERARDTS inwoonder deser Vrije Neutrale Heerlijckheyt GEMERT ende omtrent sevenvijftch jaeren gerichtelick gedaeght ende geeedt als voor ende instantie als voorschr. staet tuyght ende verclaert opden vierthiensten artikle der rescriptie waeraechtich te wesen ende hem declarant wel kennelijck te sijn dat de Hoeve genoempt GROOTEL altijt sijnder memorie in dorps lasten van BAECKEL geseth ende getaxeert is geweest beneffens een veltjen oft ackerken thene die van BAECKEL oock worden geseth ende oft deselve Hoeve gegeven heeft tot BAECKEL oft neyt en is hem declarant neyt kennelijck maer wel het voorschr. veltjen redenen sijnde wel wetentheyt verclaert hij declarant alhier voorschr. veltnen oft ackerken onder de voorscreven Hoeve gelegen aen hem declarant die taxatie daerop geseth is betaelt geweest ten tijden als hij declarant tot BAECKEL Borgemeester was ende anders geene voirdere landerijen der voorschr. Hoeve van GROOTEL et habita JAN GEERARTS.
PEETER JANSSENS heeft nae het gerichtelijck gedaeght ende geeedt als voor ende geexamineert op den vierthiensten artikle vande rescriptie tuyght ende verclaert ter instantie als voor dat hem deponent wel kennelijck is dat die Hoeve genaempt GROOTEL altijt inde settinge des Dorpslasten tot BAECKEL geseth is geweest maer dat deselve daeraen gegeven soude hebben is hem deponent nyet kennelick, eyndende hier mede sijne verclaeren et habita ondertheekend PEETER JANSSEN HOEFFNAGEL.
Opden vierden artikle vanden duplieken dier rescribenten.
MERIKEN Weduwe TEUNIS GEEGEN GEVEN oudt ontrent vierendertich jaeren gerichtelijck gedaght door JAN van de MEEER als geauthoriseerde bode vande Raede van BRABANT ende den behoirlicken eedt gepresenteert aen handen dens Heer Scholtet alhier tuyght ende verclaert naer voirgaende examinatie op de vierde artikle vande duplieke der rescribenten gedaen ende dat ter instantie ende requisitie van GOORDT GEERAERTSSEN van WASBERGH Stadthouder tot BAECKEL cum suis waerachtich te wesen ende haer declarante wel kennelijck te sijn dat de weth van BAECKEL opde Hoeve genaempt GROOTEL tot executie oft panthalinge van henne achterstelle taxatie des Dorpslasten worden gehaelt twee schaepen ende deselve gebrocht aen de weth voorscreven, allegerende sij declarante redenen haerder welwetentheyt dat de broeders ende susters kinderen van JAN GENEN van haer declarante ierste men de selve affpandingen der voorscreven twee schaepen was geschiet, eijndende hier mede haere verclaeren et habita in GEMERT desen geteeckent op den lesten December 1643 onderstondt dit ist merckt ┼ van MERYKEN Wed. TEUNIS JAN GEVEN.
HANS GEERARTS oudt ontrent sevenen vijftich jaeren gerichtelick gedaeght geeedt ende geexamineert ter instantie voor tuyght ende verclaert op den vierden artikle der duplieken hem wel kennelick te zijn dat die van BAECKEL op deselve Hoeve GROOTEL verscheyde reysen ten eynde achterstellen Dorpslasten hebben gepant eyndende hier mede sijne depositie et habita onderstond JAN GEERARTDTS.
PEETER JANSSEN HOEFNAGEL gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor ende geexamineert opden vierden artikle van de duplieken tuygt ende verclaert van den selven artikle het minst geene kennisse te hebben eyndende de voorschr. et habita lectura etc. onderst. PEETER JANSSEN HOEFHNAGEL.
Opden vijffden artikle van duplieken der scribenten.
HANS GEERARTS gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor ende geexamineert op den vijffden artikle der duplieken tuygt ende verclaert dat die van BAECKEL hebben gecregen eenich Landtmeeter den welcken voor die van BAECKEL voorschr. hadde gemeeten de landerijen van de Hoeve genaempt GROOTEL vuytgenomen een ackerken, redenen sijnder welwetenheyt verclaert hij declarant selve meeten der voorschr. landerijen selve mede heeft helpen doen, eyndende ende was ondert. JAN GEERARDTS.
PEETER JANSSEN HOEFFNAGEL gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor ende geexamineert op den vijffden artikle van de duplieken tuygt ende verclaert dat hem wel kennelick is dat in voortijden de landerijen onder GROOTEL gelegen door die van BAECKEL genieten sijn geweest, allegerende hij declarant redenen sijnder wel wetenheyt dat doentertijt daertoe HANS GEERARDTS die ten selven tijden Schepen tot BAECKEL was, eyndende hier mede sijne verclaeren et , onderst. PEETER JANSSEN HOEFFNAGELS.
Op den elffsten artikle vande duplieken der rescribenten.
HANS GEERARDTS gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor tuygt ende verclaert op den elffsten artikle der duplieken het minste geen kennisse daervan te hebben. Eyndende hier mede onderst. JAN GEERARDTS.
PEETER JANSSEN HOEFFNAGEL gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor tuygt ende verclaert op den elffsten artikle van duplieken het minste daer van gheene kennisse te hebben, eyndende hier mede was ondert. PEETER JANSSEN HOEFFNAGEL.
Op den sesthiende artikle vande duplieken der rescribenten.
HANS GEERART gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor ende geexamineert op den sesthiensten vande duplycke tuygt ende verclaert dat altijt naer ouder gewoonte de settinge der bede in hande van de Borgemeesters oft Collecteurs tot BAECKEL worden geheven ende deselve moeten ophalen ende daer voor responderen ende verantwoorden. Eyndende hier mede sijne verclaeren onderst. JAN GEERARTS.
PEETER JANSSENS HOEFFNAGEL gerichtelick gedaeght ende geeedt ter instantie als voor ende geexamineert opden sesthiensten artikle van duplieken tuygt ende verclaert dat waerachtich is dat dat de settinge vande beden tot BAECKEL is geschiet dat alsdan deselve settinge worden gelevert aende Borgemeesters oft Collecteurs aldaer ende dat alsdan deselve Borgemeesters oft Collecteurs voor die settinge oft taxatie moeten verantwoorden ende voor responderen te meeten oock dat sij gehouden sijn 't selven op te haelen ende te brengen, eyndende hiermede sijne verclaeren ende was ondertek. PEETER JANSSENS HOEFFNAGEL, ende leger stondt geschreven ende onderstondt DIERICK ANSEM GENEN, AERT CLAESSEN, gemerckt GEERAR TOENEN ende F. van den KERCKHOFF.
Bakel 1644.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze. inv. 48.
d.d. 12-01-1644.
Ick JAN MICHIELSSEN Vorster in BERCKEL attestere midts desen voor de gerechte waerheijt als ick jaerelijcks bij de naebueren alhier binnen BRAKEL den gast inden ockput <= oogst ?> behaelende ende dat ick oock is verscheyden jaeren op het questieuq goe op GROETEL den gast gehaelt en aen mij gewillich gegeven, beneffens andere naerbueren ende oock verscheyden reijsen, sommatien ende affpandinghen opden gebruijcker op het selve goet gedaen orconden mijns naems. Actum den 12e Januarij 1644 ende was onderteeckent JAN MICHIELS van ACHEL Voorster in BAKEL.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 12-01-1644.
Op den 5, 7, 8, 14 Artikle der rescuptie.
Op den 4, 5 ende 11 Artikle der duplycke.
ANTHONIS JANSSEN van HOVE Schepen tot BAECKEL oudt ontrent sess en viertich jaeren, JAN HERMENS oudt ontrent vijff en viertich jaeren, JAN JANSSEN GENEN oudt ontrent vijff en viertich jaeren, WILLEM JOOSTEN oudt ontrent tweendertich jaeren, JOOST HOEBBEN oudt ontrent viertich jaeren, PHLIPS MEUSSEN oudt ontrent sevenen viertich jaeren, altesamen gerichtelick gedaeght ende den behoorlycken Eedt aen handen des Heere Scholtet alhier gedaen ende geexamineert.
Ierstelijck op en vijfden Artikle der rescriptie tuygen ende verclaeren dat hen wel kennelijck is dat de Hoeve off goederen op GROOTEL in questie beneffens andere naebueren (henne kennisse altijt) geseth ende getauxeert sijn geweest soo over thien, twintich, dertich ende meer jaeren.
Op den sevensten Artikle verclaeren sij deponenten dat de thienden van de Hoeve genoempt GROOTEL in questie beneffens andere thienden onder den Dorpe van BAECKEL bij de pachters van Sijn Gestrenger Heere den Commandeur van GEMERT aldaer gehaelt sijn geweest soo langetijt als bij henne memorie ende kennisse magh wesen.
Op den achtsten Artikle verclaeren sij deponenten dat de bestiaelen van den selve Hoeve genoempt GROOTEL in questie verscheyde rijssen bij die van AERLEBEECK geschat sijn geweest ene alsoo de Hoeve voorschreven als affgesetenen persoonen bij die van AERLEBEECK woorden gehouden.
Op den vierthiensten Artikle verclaeren dat die gebruyckers vande goederen onder het gehuecht genoempt GROOTEL altijt geseth getauxeert ende mede gegeven hebben inde lasten ende contributie van BAECKEL voorschreven ende dat daer beneffens t' selve goet off Hoeve in questie oock mede geseth ende getauxeert is geweest in alle boecken der Borgemeesteren van BAECKEL voorschreven.
Geexamineert op den vierden ende vijffden Artikle verclaeren dat het gehuecht ende huysinghe genoempt GROOTEL staende ontrent de goederen in questie henne gebuerlycke rechten onder BAECKEL altijt gehouden hebben, soo in monsteringhen, gemijne wercken te doen. straeten te maecken, dopselen ontfanghen, ende Kercke geboden hebben onderhouden ende alnoch sijn onderhoudende ende dat den Officier van BAECKEL altijt op het voorschreven gehueght genoemt OPT GROOTEL sijne cueren ende bruecken heeft ontfanghen in dijen daer eenighe quamen te vallen ende dat op het voorgemelt gehuechte genaemt GROOTEL eenen Borgemeester van de Regeerderen van BAECKEL gecoozen is geweest met naeme GONDT WILLEN JEGENS den welke naest de Hoeve in questie doen tertijt woonachtich was dat den selven Borgemeester ende sijne voorsaeten altijt die settinghe gebruyckt ende betaelt hebben sekeren beempt naerder AERLEBEECK als eenige van de voorschreven goederen van den voorschreven Hoeve in questie beneffens die settinghe van sijne andere goederen leggende met seyde aen syde naast de goederen van den voorschreven Hoeve alles sonder tegensegghen van yemanden ende dat die landerijen van de voorschreven Hoeve in questie beneffens alle andere landerijen van het gehuecht genaempt GROOTEL bij eenen gesworen Landtmeeter voor die van BAECKEL gemeeten sijn geweest alles sonder tegensegghen van yemanden.
Op den elffsten artikle der duplycke verclaeren dat het ge-huecht genoempt GROOTEL alle henne Schepenen brieven ende andere 't ghene sij van doen mogten hebben laeten maecken onder de Prochie van BAECKEL ende henne bescheeden die sij mochten hebben gehat voor desen 't selve gehuecht van GROOTEL altijt onder BAECKEL genoempt woordt ende de inwoonderen van het voorschreven gehuecht GROOTEL voor henne Prochie houden den Dorpe van BAECKEL allegerende redenen van wel wetentheyt dat sij deponenten alle 't gheene voorschreven staet hen wel kennelijck is en de bij vervallen occasien 't selve alsoo voor hen gecommen is.
Eyndende hier mede henne verclaering et habita lectura persistheert ut subsignanernint coram scabinis in GEMERT DYRCKE ANSEM GENEN ende ANDT CLAESSEN op den twelffsten January Duysent elffhondert vier en viertich was onderteeckent ANTHONIS JANSSEN van HOOFF dit ist merck ±  van JAN HERMENS, dit ist merckt van JAN JANSSEN GENEN WILLEM JOOSTEN dit ist  JOOST HOEBBEN dit ist merck H PHLIPS MEUSSEN. Ende stondt neech geschreven Scabini DIERICK ANSEM GENEN, AERT CLASSEN,
L. van den KERCKHOFF.
Rechtelijk Archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
Inv.nr. 48, d.d. 12-01-1644.
LEONAERT JANSSEN oudt ontrent vijff en viertich jaeren, THOMAS REIJNDERS oudt ontrent dryen viertich jaeren, REIJNDER PEETERS oudt ontrent acht en dertich jaeren, Schepenen HENRICK JAN LEONARTS oudt ontrent dryen viertich jaeren, MARCELLIS HERMANS oudt ontrent tween vijftich jaeren, H. Geestmeersteren, JAN REINDERS oudt ontrent sessen vijftich jaeren, ende JAN JASPERS ontrent sessen vijftich jaeren, alte samen geede gerechtichelijck gedaechgt ende den behoorlijck Eedt aen handen des Heer Scholtet alhier gedaen ende wel scherpelijck geexamineert op den vierden, vijfden, sesten, sevensten, achtsten ende vierthiensten artikle vande de scriptie ende opden vierden, vijffden, elffsten ende sessthiensten artikle vande duplieke der rechten hebben t'saemenderhant verclaert gedeponeert ende geattesteert waarachtich te wesen ende hen deponenten wel kennelick te sijn justelick <= precies, juist> opden vijffden artikle der rescriptie dat die Hoeve, en de goederen in questie altijt met die ingesetenen van BAECKEL geseth ende getauxeert sijn soo inden hondertst penninckboecke enden den Borgemeesters boecken van over thien, twintich, dertich, viertich, vijftich ende meer jaeren in het honderste penninckboeck, ende andere boecken die contribuute lasten ende settingen van BAECKELE mede op die voorschreven goederen gemaeckt zijn geweest ende dyen volghens allen die goederen op het gehucht GROOTEL genaempt bestaen in thien huysen oft wooninge mette Hoeve in questie, boven, beneden ende ter zijden die voorschreve gelegen tot aen het AERLEBECKSCHE BROECK als die voorschrevenen in questie geleghen altijt over vijfftich jaeren met die gemeente van BAECKELE alle lasten gecontribueert hebben weyselijck ende videlijck ende dat naer 't vuytwijsen vande Borgemeestersboecken die voorschreven oick verscheyde betaelinge heeft gedaen.
Op de tweeden artikle dat die thienden van de Hoeve ende goederen genaempt GROOTEL in questie gelegen beneffens oudere thiende onder de Limieten van BAECKEL bij den pachters van de Gestrenge Heer Commandeur tot GEMERT gelijckeer handt gecollecteert ende inne gevuert worden ende geweest sijn over dertich ende viertich jaeren toe ende verre boven henne kennisse.
Op den vijffden artikle dat die bestialen van der selve Hoeve ende goederen beneffens andere naebueren aldaer onder BAECKEL gelegen bij die van AERLEBEECKE als vrempde affgesetenen persoonen toebehoerende geschut sijn geweest.
Opden vierthiensten artikle dat die gebruyckers van de voor-schreven goederen altijt onder BAECKEL geseth sijn geweest ende ettelijcke betaelinge gedaen hebben vuytwysens de boecken der Borgemeesteren ende dat alle die andere goederen boven, beneden, ende ter zijden op GROOTEL rondtsomme die Hoeve gelegen altijt over vijftich jaeren onder BAECKEL geseth sijn geweest ende gebruyckers peyselijck ende vredelick mede gecontribueert hebben.
Op den vierden ende vijffden artikle vande duplicken der Rescribenten, dat verscheyde, erffrenthen, scheydinge ende deylinge van de goederen op het gehucht van GROOTEL op den Prothocolle van BAECKEL staen geprothocolleert gelijck bij brieven vuytte prothocolle van BAECKEL sal blijcken, dat die naebueren van GROOTEL alle gebuerlijcke rechten van straeten te maecken op monsteringe ende gemeyne wercken, kercke geboden hebben onderhouden ende alnoch sijn onderhoudende dat die Officieren van BAECKEL henne correctie over allen mesusen <= misbruiken> op GROOTEL altijt gehadt ende genomen hebben, dat de Vorster van BAECKEL met Schepenen aldaer pant hebben gehaelt, dat den houtschath van GROOTEL aenden Vorster van BAECKEL betaelt is gelijck van alle hoeven gelogen onder BAECKEL, dat die Regeerders van BAECKEL eenen Borgemeester hebben gecosen ende gehadt van GROOTEL met naeme GORDT WAEM JAEGERS ten tijden woenachtich aldenaest die Hoeve ende goederen in questie, dat denselven Borgemeester ende sijne voorsaeten altijt die settinge gebruyckt ende betaelt hebben eenen beempt naerder AERLEBEECK als eenich goederen van de voor-screven Hoeve in questie gelegen sonder tegenseggen van iemanden beneffens die settinge voorschreven ander goederen liggende met seyde overseyde aende goederen vande voorschreven Hoeve oock souden teghen seggen van iemanden.
Item dat die landerijen van de voorschreven Hoeve beneffens alle die landerijen van de voorschreven gehuchte van GROOTEL bijde geswooren Landtmeter voor desen sijn gemeeten geweest door de Regeerders van BAECKEL sonder tegen te seggen van iemanden.
Op den elffden artikle dat het gehucht OP GROOTEL in verscheyde schepenbrieven ende ander documenten wordt genoempt te wesen Parochie van BAECKEL voor henne parochie houden ende aanneemen.
Op den sesthiensten artikle dat ettelijcke betaelinge volgens de Borgemeestersboecken van de settinge op de Hoeve ende goederen questieuse gedaen bij de gebruyckers, betaelt is ende dat allen die ander omliggende goederen altijt beneffens ander ingesetenen van BAECKEL betaelt ende gecontribueert hebben allegeren desen declaranten ende deponenten enden hender welwetenheyt dat sij alle igene voorschr. staet soo op henne protocollen Borgemeestersboecken en ander bescheeden eensdeels hebben bevonde ende bij oculaire inspectie ende vervallende occasien tselve alsoo gesien hebben ende daer van goede kennisse hebben.
Eyndende hiermede henne verclaeren exhabita lectura persistant et subsi etc.
Coram scabinus in GEMERT respective DIERCK ANSEM GEENEN ende ARNDT CLAESSEN op den twelffsten January 1644 ende was ondertekent LENART JANSSEN, THOMAS REYNDERS, REYNDER PEETERS, HENRICK JAN LEENARTS, CORNEL HERMANS, het merckt JAN JASPERS en JAN REYNDERS onderstondt gescreven Scabini DIERCK ANSEM PETERS, AERT CRASSEN, F. van den KERCKHOFF.
Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 48.
d.d. 12-01-1644.
Vuyt crachte van authorisatie Raede van BRABANT de dato den vierden Decembris Duysent sessehondert dryeenviertich onderteeckent STEENHUYSE hebbe ick ondergeschreven exploicteur <= deurwaarder> van den Raede voorschr. raede ter instantie van GOORT GEERTSE van WASBERGH Stadthouder ende die bedesetters van BAECKEL rescribenten tegens d'erfgenaemen JACOP PEETERS van COUWENBERGH, ende consoerthen Supplianten mij vuyt HELMONT plaetse mijnder residentie getransporteert opden twelfste Januarij 1644 tot binnen den Dorpe van BAECKEL ende gemerckt <= GEMERT> ende aldaer gedaeght om in saecke van partijen voorscreven tegens getuygenisse der waerheyt voor Schepenen in GEMERT dese naervolgende persoonen LENAERT JANSEN ende THOMAS REYNDERS Schepenen in BAECKEL, JAN REYNDER PEETERS Schepene in BAECKEL, JAN REYNDERS ende JAN JASPERS Kerckmeesters in BAECKEL, HANRICK JAN LENAERTS ende MARCELIS HERMANS Heyliche Geestmeesters in BAECKEL, ANTHONIE JANSSEN van HOVE, JOOST HOEBEN, WILLEM JOOST JAN GEVEN, PHILIPS MEUSEN alle ingesetenen van BAECKEL ende JAN HERMANS woonende tot AERLE ende op den elfsten January te voorens gedaght GIELEN COENEN tot BEECK als momboir der Supplianten om die voorscreven thuygen te sien Eeden ten huyse van THOMAS PEETERS vanden MESENBERGH tot GEMERT. Actum ut Supra om dwelck te doen mij compt van dese persoonen soe van gaen keeren exploideren ende relaese te saemen de somme van vijf guldens min 2 stuyvers in welcke ?? dese geseth ende was onderteeckent JAN LAUREYNSEN van DIEPENBEECK.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
d.d. 27-09-1644.
Compareerde voor mij DANIEL WIJCHELT Notaris Openbaer inden Raede van BRABANT geadmitteert en tot HELMONT residerende ende die getuygen naer genoempt, d'eersamen ende vroomen PETER BERNAERTS ingesetenen tot BAKEL affgegaene Borgemeester oudt ontrent de tweeenseventich jaeren, heeft ter instantie van GOVERT GERAERTS van de WASBERCH Stadhouder cum suis rescribenten <= terugschrijver; antwoorder> tegens derffgenaemen van wijlen JACOB PETERS van de COUWENBERCH ende ANTHONIS ANSHOMS GERARTSSEN Supplianten verclaert ende geafformeert gelijck hij verclaert ende afformeert mits desen op sijne manne waerheyt in plaatse van voorgestaaffde Eeden dye hij comperant bereidt is des noods ende daertoe versocht sijnde in forma mits aff te leggen ende te presteren waarachtich te sijn, dat hij op alsulcken vercleernis als hij comparant ende declarant op de rechten den Supplianten gepresenteert den XXVen September XVIc eenen veertich voor Schepenen binnen GEMERT ANDRIES MICKARTSSEN, DERCK AMSEN GEENEN ende JAN ART AERTEN op den XIIIJen November Anno voorschr. soude gedaen hebben, van dat hij noijt op erffenisse op GROOTEL daeromme questie is, soude gemaent hebben ende dat hij voirts getuycht soude hebben, dat hij oock wel soude weeten dat de gebruyckers off propretarissen <= eigenaren> nyet sguldich ende soude sijn te conterbueren <= belasting betalen> onder BAKEL. Dat hij comparant tselve alsoo nyet getuycht en heeft, ende bij aldyen ten tijde van selve depositie sulx mochte voorgelesen sijn, dat hij tselve oock nyet en heeft verstaen, noch begrepen als wesende door sijnen ouderdom het hooren, maer verclaert ter contrarus <= in strijd met> van dyen seer wel te weeten dat hij met sijn vennoot JAN WILLEMS <SCHAETEN?> als Borgemeesters tot BAKEL voorschr. dry oft vier reysen heeft wesen maenen ten eynde van betaelinge van Dorpslasten, maer geen gelt en heeft ontfangen.
Allegerende redenen van welwetentheyt dat ten tijde sijnen Borgemeester jaer aende maeninghe gebruyckers oft pachters waeren JAN GEVEN den Ouden, ende dat den selven JAN GEVEN seyde ten tijde der voorschr. maeninghe tegen den comparant dese oft diergelijcke woorden in substantie: JAN SCHATEN en PETER BERNAERTS ick hebbe geerne dat ghij lieden mij compt besoecken maer ick en sal U geen gelt geven.
Eyndighd hier mede sijn depositie, aldus gedaen ende gedeponeer ter presentie van getuyghen JAN BOGARTS ende JOOST PETER MEYSTEN borgers dese Stadt HELMONT hier toe geroepen en gebiedt die dese met mij Notaris neffens den comparant ende deponenten hebben onderteeckent op den XXVIIen September Anno XVIc vier en veertich.
Quod attestor J. WYTVELT Notaris 1644.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
d.d. 05-10-1644.
Extract uyt het Maetboeck van BEECK.
Item de landerijen vande erffgenaemen ANTHONIS GEUTS ende JACOB PEETERS van CAUWENBERCH, gelegen in de Prochie van BEECK ter plaetsen genoemd OP GROOTEL ende de voor welcke landerijen groot bevonden met den Hove tsamen negenthien Lopensaet twentich Roeden dico -970 Roeden.
Item alnoch eenen hoybeempt groot ..... gesworen lantmeter bij den Raede van BRABANT geadmitteert, hebben gemeten dier ordonnantie de Heere Schepenen ende Regeerders des Dorps van BEECKE opten 5en October Anno 1644.
Oirconde mijns naemens was ondert. C.R. ALL. GREEFT.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze.
d.d. 07-10-1644.
Wij JAN THOMAS CONNICX ende PEETER HENRICX van CROY Schepenen in AERLE ende RIXTEL tuygen dat voor ons sijn gecompareert LAMBERT GERARTS oudt ontrent 72 jaeren ende PEETER JANSEN de GRUYTER oudt ontrent XXXIJ (36) JAEREN beyde ingesetenen tot AERLE voorschr. ende hebben onder Eedt die sij bereet sijn effectuelijck te verclaert ende gedeponeert verclaeren ende deponeren mits desen te sijn waarachtich ende sijn wel kennelijck dat aende Commanderije van GEMERT competeert de gerechticheyt van Thienden nyet alleen opten gehuchte van GROOTTEL maer alnoch op verscheyde stucken der Hoeven van d'ASDONCQ ende inden geheelen gehuchte genaemt DEN WOLFSTPUTTEN buytten alle dispuet onder AERLE voorschr. gelegen sijnde, onder welcke Dorpen van AERLE ende RIXTEL ter oorsaecken vande goederen ter voorschr. plaetsen gelegen daer de voorschr. Commanderije totte Thienden is gerecht wort op alle Dorpslasten proportioneelijck geschoten ende gecontribueert sonder tegenseggen van iemanden soo ende gelijck gebeurt van alle andere goederen onder den meergemelten Dorpe van AERLE ende RIXTEL gelegen sijnde. Allegerende die ierste comparant voor redenen van welwetentheyt dat hij woonende op Hoeve onder AERLE naestbij den voorschr. gehuchte genaemt DE WOLFFPUTTEN tegens voorschr. is tot verscheyden reysen heeft weten de schulden ende die 2en comparant verclaert voor redenen van wetentheyt dat hij van weegen de Commanderije voorschr. op selvere stucken lants gehoorende bij d'ASDONCQ voorschr. heeft, de Thienden inden collecteus ende verbrengen des toirconde hebben die voors. comparanten de minute deser beneffens de voors. Schepenen geteeckent tot AERLE opden 7 October 1644, onderstont bij seker marck, dit merck heeft gestelt LAMBERT GERARTS deponent, noch bij een ander merck, dit merck heeft gestelt PEETER JANS de GRUYTER deponent ende was onderteeckent JAN THOMAS CONNINCX Schepen bij een merck stont dit eest merck PEETER HENRICX van CROY Schepen onderstont Ita est qoud Attestor ende onderstond
B. v. HECHTEL, Secrts.
Bakel 1645.
Rechtelijke archieven voor 1811, Bakel en Milheeze, No 48.
d.d. 07-03-1645.
Compareerde voor ons Schepenen in BAKEL, desen onderteeckent JAN GERITS van de WASBERCH, inwoonder tot GEMERT ende JAN PETER RIJNDERS oock inwoonder tot GEMERT loffwerdige personen out den voors. WASBERCH ontrent LX jaren, en JAN PETER REIJNDERS out ontrent XL jaeren, en hebben zij voorschr. comparanten naer vorgegaene richtelicken arrestemente oock alsoo dagemente op hennen Eeden wettelicken daer over gedaen aen den Heeren Officieren alhier onder dien getuycht vercleert ende geafformeert, tuychden, vercleerden ende affermeerende bij desen waeraachtich te weesen, dat dije gebruyckers van het Goet gelach ende erffenische geleegen op GROOTEL competeerende d'erffgenaemen JACOP PETEREN van CAUWENBERCH. Dat dije zelven gebruyckers van dien, die ghemeinte van BAKEL zoo in torven inden PEEL, vlaggen, schoeppen, heijmaijen ende tuijshalen ende dergelijcken meer lange voor desen ende alnoch tegenwordich meeden hebben gebruyckt ende alnoch zijn gebruyckende. Met hennen oock bestialen als andersints gelijck eenich inwoonder ende nabuer van BAECKEL oyt bij hender attestanten kennisse tot deese toe deselve gebruyckt heeft, ider nae adnaevenant, ende 't selven bijden gebruyckers van selven Goet alsoo hen gebruyck inde selve gemeynt vorschr. gehat hebben, <ijesijndert?> zij attestanten eeniche kennisse gehat hebben, al sonder eenich tegenseggen van iemanden. Allegerende sij attestanten redenen van naerder kennisse ende welwetentheyt dat sij daer zeer nae bij tegenwordich zijn woonachtich, ende dickwils JAN bijnae dagelijcx metten gebruyckers van zelven Goet voor desen hebben geconversert ende omgegaen, ende noch tegenwordich met dien zijn altemet conversaes. Eijndende hier mede sij attestanten voors. henne attestatien ende depositien op min op meer. In welcken oorconde ende tselven getuychenisse bij ons Schepenen in BAKEL alsoo gehoort ende verstaen hebben tot dien eijnde wij Schepenen onderschreven naementlijck LEENART JANSEN, MARTEN JAN JOOSTEN, THOMAS RIJNDERS, RIJNDER PETRO - THONIS van HOOFF, ANDRIS DRIESSEN ende PETER ART STERCKEN. Dese met den gewoonlijcken Dorps van BAKEL zegel bebesticht ende opt spatium deses opgedruckt. Actum den zevende Marte Anno 1645.
(P.S.) De ondertekening is niet leesbaar van wegen de opgedrukte dorpszegel.
Oud Rechtelijk Archief Helmond.Concordans inv.nr. 1. blz. blz, 365, nr. 3842, akte 362.
d.d. 01-06-1645.
ANTHONIS GERLINCX woonende tot BAECKEL heeft wettelijcken getransporteert etc. Mr. DANIEL THIJBOSCH Inwoonder Borger end Practicijn deser Stadt HELMONT, seeecker Eusel off Weijveldt, hergekommen van JAN van SCHUIJL gelegen onder BAECKEL voorschreven ter plaetsche ontrent DE NEERSTRAETE, groot wesende anderhalven bunder, off soo groot ende cleijn als het selve aldaer gelegen is neffens erffenise WILLEM WILBERTS ex uno, SEL GERAARTS ende JAN JASPARTS ex alio, streckende van .... LAMBERT AARTSEN tot op eene Beecke, Los ende vrij van van alles ende helmelingen daarop Gelouvende daer vuyt moris et stili sonder argelist Testes Scabinis in HELMONT.
Respectivus WILLEM van EMPEL ende JAN DERICX COOLEN.
Actum den 1e Junij 1645.
Mr. DANIEL THIJBOSCH beschreven Notaris en Practicijn deeser Stadt van HELMONDT heeft inder voorstgaenen rechten, wettelijcken getransporteert overgegeven ende opgedraegen Mr. LAMBERT TONSSHOOP Notaris en Procureur Residerende binnen de Stadt BRUUCSELE absent het bovengeschreven Eusel off Weijvelt in vughen ende manieren vide ut supra. Ende helmelingen vertegen. Gelouvende ende ut menos et sig sonder argelist.
Gestaen et Datum ut Supra.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 48,
d.d. na 10-10-1645.
Contrarie feijten ende defensen
voor
Den Stadthouder ende Regeerders van BAECKEL rescribenten
tegens
d'Erffgenaemen van JACOB PEETERS van COUWENBERCH ende ANTHOIN GEERARTS supplianten.
De voorschreven Schepenen rescribenten gesien hebbende de feijten ende requeste civile <= geoorloofde> van den thiensten Octobris Sesthienhonder vijff en veertich gheposeerde leggen voor contrarien feijten ende defensen het naervolgende.
Dat nyet alleenelijck de andere ghoederen onder BAECKEL altijt hebben gecontribueert den welcke rontsomme dese in die questie sijn gelegen.
Maer oock noch verscheyde andere landen weyen de welcke bij naer een quartier uur gaens voorder naer BEKE ende AERLE sijn ghelegen als dese de welcke nochtans als onder BAECKEL gehoorende altijt onder BAECKEL de lasten hebben ghedraeghen ende betaelt ghelijck sij noch sijn doende.
Dat scheijdinge ende deijlinghe geen territoir aen geven alsoo deselve moghen geschieden voor alle publicke persoonen 't sij Notarissen Schepenen oft andere al ist dat de goederen onder sulcken Schepenbancke nyet en sijn gheleghen.
Dat acten van goedenissen en connen genen recht van situatie oft van ressorte.
Dat evenwel geenssints en wort ghelooft sghene metter attestatie bij de requeste civile gaende wort geseght.
Nemende sonder prejudicie <= voordeel> van dyen ten voordeele het gheposeerde <= gestelde> inde requeste van dat gheleden ontrent de veertich jaeren de peerden, koijen ende andere bestialen toebehoorende dochter van ANTHONIS GERARTS sijn gevlucht ende ghedreven inde schaepskooye aldaer vermelt om d'aftpandinghe ende executie van die van BACKEL te beletten ende te ontgaen.
Ende dat die van BAECKEL dreyghden de selve bestialen aft te panden ende te executeren voor hunne pretensien.
Maer dat die eyghenaers van de voorschreven beesten aldaer wel veerthien daeghen de koijen, peerden ende horenbeesten souden hebben gaen voeyeren sonder dat die van BAECKEL de selve beesten inde voorschr. schaepskoyen souden hebben derren <= durven> executeren oft aftpanden sulcx os buijten alle apperentie.
Ende dat deselve schaepskoye soude gestaen sijn gheweest onder BEKE wort wel expresselyck ontkent.
Dan dat is notabel dat de voorschreven eyghenaers der beesten vuyt hun huysinghe hebben gaen vluchten ende versteecken om bij sulcken middel excecutie voor eenighstijt te ontgaen.
Want aengesien dat die Supplianten selft seggen dat de beesten vuyt de huysinghen gevlucht werden om de selve te bevrijden van executie ende dat die van BAECKEL onder BEECK ghenen executie aen mochten drijven ende nochtans sulckx inde huysinghen wel deden.
Soo blijckt daer vuyt bij dreijghen consessie dat de selve huysinghen onder BAECKEL sijn ghestaen ende de Baeckelsche executie onder worden sijn geweest claer tecken van subiectie <= onderwerping> resorterende territoir van BAECKEL.
De rescribenten sullen oock bewijsen dat hun vorsters ende gheswoorene hebben gevisiteert ende gecalengeert de ongeregeltheden 'tsij van heynen wech oft andersints op GROOTEL ter plaetsen contentieus staen oock aldaer gheschut de beesten van BEKE als sij de selve daer of inde ackers van de Supplianten hebben ghevonden.
Dat de Supplianten ende hun voorsaeten altijt als ingesetenen van BAECKEL de gemeyne vrunten ende den ghemeynen PEEL hebben ghenoten ende moghen ghenieten ghelijck andere naerbueren van BAECKEL.
Dat die Regeerders van AERLE ende BEECK dit proces secretelijck dynen ende eygentlijck partije in deses sijn.
Midts welcke etc.
Soo persisteren die rescribenten alnoch als sij tanderen sijden inden processe hebben ghedaen maeckende heysch van costen schaden ende interessen.
Imploreren etc.. Was ondertekend M. MOORS.
Bakel 1646.
Notarieel archief Helmond, inv.nr. 12B,
d.d. 07-04-1646.
PETER MARCELIS PROEMEN, woonende tot DEURNE, heeft uit crachte deses, in alderleste forme hem doendelijck sijnen, Mr. DANIEL WIJTVELT tot HELMONT woonende, geconstitueert en machtich gemaecken, gelijck hij is doende bij desen, onwederoepelijck om te vervolgen, prosequeren, administreren, en moederen, alsulcke afect huys, als is gevallen bij doot ende afflijvicheyt van wijlen Heer en Mr. PAUWELS MARCELIS PROEMEN, bediender van cappelle tot MILHEEZE onder BAKEL, sijns constituaris broederen, van de alle de goederen Inventaris te moegen maecken, van alle verkochte goederen te moegen nemen ende voor doen aenwijsinghe alle schulden 'tsij aen incost passive te innen ende liquideren met de crediteurs te transigeren de goederen daer voor sijnde end achter gelaeten aen te slaen tot gelt te maecken ende het accordt met de crediteuren gemaeckt te voldoen, daer als quitantie te nemen ende behoorlijck bewaering eysschen ende oock quitantie geven ende de onwillighe met recht te bedwingen ende substitueren een of meer procureurs ad lites tantwoorden en de te moegen procederen tot vercoopinghe en de te transporteren daer behooren sal, en de ingevalle van naerderen last den selven daer over te passeren ende dat alles voor sijne eene gerechte hellicht, hen in qualiteyt competherende, ende dat alles den voorschr. WIJTVELT geheelijce betrouwende sonder bij hem daervan gedaen te worden eenighe de minste Rekening bewijs ende Reliquia maar tselve stellen, garanthelijck tsijnder discreete en de oirbaerheyt onder Indemniteyt van alles.
Aldus gedaen en de gepasseert ter presentie van getuygen respective PEER ANTHONIS ANSEMS ende CORSTIAEN JANSSEN woonende tot BAKEL en dese neffens den Comparant en de constituant hebben onderteeckent op den 7 Aprilis 1646.
PETER PROEMEN
PETER ANTHONIS ANSEMS
CORSTIAN JANSSEN.
Notariëel archief Helmond, inv.nr. 12B.
d.d. 26-05-1646.
CORNELIS JANSSEN, woonende tot LIESSEL, heeft uyt crachte deses, in alderlester forme hem doendelijck sijnde, hiermede vervattende sijn kijnderen verweckt bij HANRICXEN PROENEN, sijne huysvrouwe, waer voor hij haeren fort ende sterck maeckende, Mr. DANIEL WIJTVELT tot HELMONT woonende, volcomen macht, last, authoriteyt ende sonderlijcke beveel gegeven, gelijck hij is doende bij desen onwederoepelijck, om te vervolgen ende presequeren, te administreren, modereren, alsulcken sterfhuys, als is gevallen bij doot ende afflijvicheyt van wijlen Heer ende Mr. PAUWELS PROEMEN, bediender ende cappelaen van de cappelle tot MILHEEZE, sijne constituant swaegere, inventari maecken, allen schulden in active off passive te innen, ende liquideren met de crediteuren, transigeren de gouderen daer voor sijne ..... ende achter gelaeten, aen te slaen gelt te ...... maecken ende het accordt met de crediteuren gemaeckt te voldoen, daervan quitantie te nemen en behoorlijcke bewaring eysschen en oock quitantie te geven, enden de onwillige met rechte te dwingen ende sustimeren tot .......................sententie en te appelleren ende te substitueren een of meer procureurs ad linus ..... ende te moegen procederen tot coop ende te bewaeren ende transporteren daer behoeven sal, ende ingevalle van naerdere last of ende versekeringe daer inne selve naer der de doen versus ende dat alles voor sijn eene gerechte hellicht, hem in qualiteyt voorschr. competerende ende dat alles den voornoemde WIJTVELT geheelijcken betrouwelijck, sonder bij hem daer van te doen of daermee te doen deniche de minste rekeninghs bewijs et reliquia, maer 't selve stellen ganselijck tot sijnde descretie ende eerbaerheyt onder indemniteyt van alles.
Aldus gedaen en gepasseert ter/presentie van getuygen Inspecteur PETER ANTHONIS ANSEMS en FRANS DANIELS tot LIEROP die dese neffens den comparant hebben onderteekent op den 26 Mei 1646.
CORNELIS JANSSEN.
PETER ANTONIS ANSEMS.
FRANS DANIELS.
Bakel 1647.
Notarieel archief Helmond, inv.nr. 12C.
d.d. 05-01-1647.
Onder conditien ende restrictien hier naervolgende, heeft JAN JAN JOOSTEN tot MILHEEZE onder BAKEL gelegen, verhuert ende verpacht, gelijck hij verhuert en verpacht mits dese, aen HENRICK GERARTS, Woonende alhier onder HELMONT in "de BRAECK", selvene sijne huys, hoff, ende hoffstadt met weylant ende tuylant, gedueren het weylant soo voor als het tuylant reckt gelegen tot MILHEEZE voorschr. gelijck sij partijen tselven hebben aengewesen, voor eenen tijt ende termijn van vier Jaeren stedigs vast, continueren het een den anderen, beginnen het ierste Jaer, nu Pinxavondt ierstcomende van date deses, aengaendere de huysinghe ende het weylant ende het tuylant t oichst aen de stoppelen, ende alsoo wederomme te laeten liggen gelijck als tselven bij den pachters ende huerlinck is aeverde, waar voor dan den huerlinck jaerlijcks gelooft te geven ende te betaelen aen den voorschreven verpachtere voor elck loopensaet tuyllants jaerlijks geduerende dese voorschreven pachtinge zou wesen soo veel als volgens het lantboek verbonden sal wesen in pachtinge te hebben elck twee vat rogge ende een vat boeckweyt goedt suyver leverbaer cooren wel gewannen en geslagen, maeten van BAKEL, te leveren ten huyse des verpachters tot MILHEEZE, Item twee vimmen hardt Deckstroy alle jaar bij den pachter te decken daert meeste van doen sal sijn op sijne eygen costen ende dach uren sonder aen den verpachter het daervoor te corten. Behoudelijck dat soo quam datter meer stroys moesten verdeckt worden dan voorschreven staet ........ verpachtere tsijnen lasten moeten doen soo in costen .......... ende oeperen voors. sal den pachter wederom moeten ....... alles dorps commeren des geduerende sijne hueringe ........ ende alle gebuerlijcke rechten naer laets rechten, Item sal den verpachtere den pachtere doen ende laeten oft wijsen stalrepen ende tuyer houteren coopen, in den stael ende huysinge des sal den huerlinck de huysinge en stallinge wederom laeten liggen gelijck oock gebeurde gelijck hij tselve nu heeft aengebeidt, mede dat den verpachter sal bij brengen alle den leveren nodich tot reparatie van huys en schuur ende den huerlinck sal ........ het leggen van ten dennes ende maecken van wenden moeten helpen.
Geloovende de voorschreven partijen hier mede dese voor henne pachtcoducille in alle haere puiken ende ...... naer te comen op verbant van henne respective personen ende goederen hebbende ende vercrijgende, gelovende den pachter onder gelijcke verbant egene andere van het voorschreven erffenis is het leste jaer aff te vueren niet meer als ter sijnen moeshoff.
Aldus gedaen en gepasseert ter presentatie van getuygen PETER ANTHONIS ANSEMS en FRANS DANIEL COCK die dese met mij Notaris neffens partijen hebben ondertekent. 5 Januari 1647.
Notarieel archief Helmond, inv.nr. 12C.
d.d. 23-04-1647.
Compareren voor mij DANIEL WIJTVELT Nots. openbaer in de Rade van BRABANT geadmitteert tot HELMOND residerende ende die gereqiureerde nagenoemt d'eersame ende vroome WILLEMKE ende MARIA dochtere GERART HENDRIX gewoont hebbende tot MILHEEZE onder BAKEL in PEELLANT MEYERIJE der Stadt S'HERTOGENBOSCHE ende JAN LAURENSSE van DIEPENBEECK. Hennen vercklaeren ende geassumeerden momboir hebben alsoo tsamenderhant elck tsoo ut geconstitueert en machtich gemaeckt ende in sijne stede gestelt gelijck sij instrueren en machtich maecken ende stellen in henne stede mits deses JAN ANTHONIS ANSEM CUENEN woonende op "den VROUWEN EECKHOECK" onder de prochie van ST.NICLAES int Land van WAES in ZILANDEN, om in hennen constituanten naer ende van hennen wegen te samen voordere ende ontfangen alsulcke recht, ende toeseggen als sij constituanten sij hebbende ende pretenderen gereede penningen als sij hebben te pretenderen voor het contingent achtergelaeten bij het overleden dochterken verweckt bij JAN HENDRICX ............ schoenmaker ten sijne huysen voorschr. gewoont hebbende tot ST.NICLAAS voorschr. ende des voorschr. GERART HENDRICX broedere dat sij leeffden, neffen JAN AERES de BRUYN off sij geconstitueerde, des selve penningen te voorderen in recht oft daerbuyten metter minnen van den ontfanck toverleyden behoirlijcke quitantie, ende bewaernisse te doen soo naer recht behooren sal tot dats genoch sijn, ende in cas van weygheringhe of dilay of vertreck deselves penningen te innen ende vervolgen met recht in saecke te mogen exhiberen.
N.B.
Gestaakt, om reden dat het stuk zeer moeilijk te lezen is.
Notarieel Archief Helmond, inv.nr. 12 C.
d.d. 14-05-1647.
Uyt crachte van Speciale authorisatie de dato den iersten Mert 1647 ondertekent HAPPE ART hebbe ick ondergeschrevene openbaer Notaris aenden Rade van BRABANT geadmitteert ende geapprobeert ter instantie van JOHANNA WILLEMSSE als actie ende transport hebbende van JOOST WIJSMANS Coopman tot ANTWERPEN ende meer andere inde selve brieven begrepe als impetrante van oopene brieven van dach selve met clausule van committimus voor Wethouderen der Stadt van ANTWERPEN waer aen dese mijne relacie is geactecheert mij getransporteert binnen HELMONT bij den persoon van MAYCKEN naer gelaetene weduwe JACOP JAN HUYBERS tegen wordighe huysvrouwe van FRANS ANTONIS op de CRUYSAET ende vermits de absentie vanden selve haren man het selve dagement gedaen aende voorschr. sijne huysvrouwe ende van daer mij getransporteert tot HELMONT plaetse mijnder residentie te binnen de vrije neutrale Herlicheyt GEMERT gende insgelijcks voorschr. mij Vuecht woonhuys JAN GOORTS van BAKEL ende mits sijnder absentie het voorschreven dagement gedaen aene allen sijne huysvrouwe van daer mij wederomme getransporteert tot binnen de dorppe genoempt SEELANT inde Lande van RAVENSTEYN bij OSS ten huyse van HENDRICK LAMMERTS ende met sijnder absentie dit dagement gedaen aen sijne huysvrouwe ende van daer mij wederomme getransporteert uitten Lande van RAVENSTEYN tot binnen den dorppe ende Heerlicheyt van ERP in PEELLANT ten woonhuyse aan GOORT den SNIJDER ende mits sijnder absentie dat dagement gedaen aen sijn huysvrouwe om te compareren voor Wethouderen der Stadt ANTWERPEN op de rollen van den 21en Mey ierstcomende ten eynde om aldaer te aenhoren alsulcken versuecken enden conclusies als die voorschreven Impetranten ten daeghe dienende dat willen doen ende indienen ten eynde pro Ut in conclusionen et Bamis in letteren die welcke die voorschreven daeghementen respectievelijck elck voor soo veel hen uit particullier is raeckende hebben geaccepteert ende alhoewel hem is gepresenteert copye hebbende de selve nochtans gerecuseert waer van ende van 't welck te doen soo van gaen, staen ende keren ende Exploiteren mij is competerende van drye buyten gesetenen elck ses en dartich stuyvers ende vanden voorschr. FRANS binnen HELMONT wonende plaetsen mijnder residentie 'tweelff stuyvers 't samen ses gulden. Actum desen 14 May 1647.
WIJTVELT
Uit crachte van speciale authorisatie de dato den iersten Mert 1647 ondertekent HAPPART Hebbe ick ondergeschreven openbaer Notaris inden Rade van BRABANT geadmitteert ende geapprobeert ter instantie van JOOST WISMANS coopman tot ANTWERPEN ende meer anderen inde selve opene brieven begrepen ende alsoo inpetrante van opene brieven van dachsele met clausule van Commitimus voor Wethouderen der Stadt van ANTWERPEN waer aen dese mijne relaes is geattecheert getransporteert op den 27e dach van de maent Mij uit HELMONT plaetse inder residentie tot binnen die drye neutrale Heerlicheyt GEMERT ende mij laten vinde bij den persoon van JAN GOORTS van BAKEL ende AELCKEN sijne huysvrouwe ende van daer wederomme getransporteert tot binne den dorpe genoempt ZEELANT gelegen inde Lande van RAVESTEYN bij OSS ten woonhuysse van HENDRICK LAMMERTS ende mits sijnder absentie dit dagement gedaen aen sijne huysvrouwe ende selve twee personen overdracht om te compareren voor Wethouderen der Stadt ANTWERPEN op den rollen van vierden Juni ierstcomende ten eynde om aldaer te aenhooren ende de Impetranten sijnen aen wijsen het ierst default ende voorts gelijck sij Impetrant ten daege dienende sal willen voorderen, eyssen ende versuecken doen ende nemen die welcke het voorschr. het dachsel hebben geaccepteert elck voor soo veel hem was aengaende en voorts mij getransporteert op den 28e dach van de maent Mey tot HELMONT voorschr. bij off ten woonhuyse van FRANS ANTONIS CRUYSENT ende mits sijnder absentie bij sijne huysvrouwe MAYCKEN naergelaten weduwe van JACOP JAN HUYBERS ende daer naer uit HELMONT voorschr. tot binnen de dorpe ende Heerlicheyt van ERP bij den persoon van GORDT den SNIJDER ende de selve persoonen van gelijcke herdacht opde rolle ten eynde als boven die welcke het voorschr. herdachsel van gelijcke hebben geaccepteert van 't welck te doen soo van gaen, staen en keren en exploiteren t'samen metten desen mijnen relaese mij is competerende van drie aff gesetene van mijnder residentie tot GEMERT SELANT ende ERP elck ses en dartich stuyvers ende twelff stuyvers van voorschr. FRANS binnen HELMONT woonende t'samen ses gulden. Actum desen XXVIIIen May 1647 orconde WIJTVELT.
Daegementen voor JENNEKEN WILLEMS
oft JOOST WIJSMANS aen verscheyyde persoonen.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1602, folio 430v. t/m 431v.
d.d. 20-08-1647.
JANS sone wijlen GERIT WILLEMSSEN van WASBERCH wettich naergelaten weduwer van GEERTRUYT sijne huysvrouwe dochtere GEERLINGH THONISSEN woonende tot GEMERT, heeft wittelick ende erffelick vercocht, HENRICKEN van ECHT tot behoeff van MARGRIET FLORENSSE jonge dochtere oyck woonende tot GEMERT, eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vijffentwintich Carolus gulden tot XXtich stuyvers goets ganckbaers gelts de gulden gereeckent. Te betaelen alle jaeren erffelick de tweede July ende voor den iersten termijn van betaelinge den tweede July Anno XVIc achtenveertich, ende binnen dese Stadt vrij ut supra te leveren van ende uyt een stuck ackerlants groot omtrent elff Loopensaten lants gemeynlick genoemt "Het ROT" gelegen in de parochie van BAECKEL ter plaetse genoemt "Het PETÈSEYNDE",tussen erve REYNDER PEETERS e.z., ende tussen de gemeynte aldaer a.z. en e.e., streckende met andere eynde op erve JANS THOMAS.
Ende alnoch van ende uyt een stuck ackerlants groot omtrent negen Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gemeynlick genoemt "Den VENSCHEN CAMP", gelegen inde parochie ende plaetse voorschreven, tussen erve JANS THOMAS voorschreven e.z. ende tussen erve REYNDER PEETERS voorschreven met meer andere a.z., streckende met beyde eynden op de gemeynte van BAKEL voorschreven. Welcke voorschreven onderpanden de voorschreven vercooper in sijnen weduwer staet vercreghen heeft.
..... (latijnse tekst) MARGARETA et erffgenaemen. Geloevende die voorschreven vercooper ........., met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven vercooper de voorschreven chijns tot allen tijden sal mogen lossen ende quyten teffens ende ten eenenmael met de somme van vijffhondert Carolus gulden et twintich stuyvers goets Hollants permissie gelts de gulden gereeckent .......... Behoudelick dat men voorens wittelick zal moeten te kennen geven ende opzeggen.
Testes TIELEMANS et BRUSSEL. Datum den XX Augusti XVIc XLVII.
! Marge !
Juffrouw MARIA van de WYER van NESTENGEN Wed. des Heere JOHAN PELGROM in sijn leven raedt deses Stadt heeft opentlick beleden ende bekent dat PIETER THEUNIS (CRUSSE?) als tegenwoordich eygenaer van de onderpanden des nevenstaende chijns van vijffentwintich gulden jaerlicks aen JANS HENDRIX heeft affgelost van dien acker den 15 October 1668.
J TH MEULENAER.
Bakel 1648.
Oud Rechtelijk Archief Helmond.
Concordans inv.nr. 1. blz. 256, nr. 3843, akte 221.
d.d. 10-02-1648.
WILLEM WILBERTS SCHAETEN woonende tot BAECKEL inde NEERSTRAET heeft erfelijcken vercocht, overgegeven ende opgedragen aen PETER JANSSEN BUNNENS een jaerlijkse ende erffelijke rente van acht gulden vijff stuyvers Jaerlijks het stuck gerekent tot XX stuyvers de gulden, die hij hem gelooft heeft alle jaer te betaelen op Lichtmisse dach waar van de eersten pacht vallen ende verschijnen sal op Lichtmissedach als men schrijven sal 1649 van ende vuijt seecker weijlande gelegen ter plaetse voorschr. genaempt DEN HULSBOSCH groot ontrent seven Loopens, beneffens huys, hof ende erffenisse alles gelegen ter plaatse voors. neffens erffenisse HUIJBERT ANTHONIS ex uno ende neffens erffenis DIRCK JAN DIRCKZ ex alio, streckende van erffenisse CLAES JOOSTEN, tot op de gemeente aldaer den voors. HULSBOS is gelegen neffens erffenisse TEUWEN JACOBS ex uno en neffen een gemeijne steegde ex alio, streckende vande gemeynte tot op erffenisse transportant.
Dese parcheelen los ende vrij behalvens den chijns van de gronde met recht daer vuijt gaende aende Edele Heere van HELMONT. Voorts los ende vrij ende geseten etc.
Geloovende etc. sonder Argelist Testes Scabini in HELMONT respectivo PETER BUNNEN Licentiaat inde rechten ende JAN DIRCKX COOLEN.
Actum den 10e Februarij 1648.
Recogintio quitandi dat men dese bovengeschreven Renthe alle jaer sal mogen lossen met hondert en vijfftich gulden den gulden ad 20 stuyvers gereckent met pattacons in specie yder pattacon ad twee gulden thien stuyvers gereckent ende maeckenden een half jaer te voorens op te seggen mits daer bij leggend alle vervallen pachten.
Testes et Datum ut Supra.
Bron als boven.
Akte 226.
d.d. 24-02-1648.
PETERS BERNAERTS woonende tot BACKEL geassisteert met JAN PETERS met sijnen soon ende JAN JANSSEN met sijnen respective swager, inde NEERSTRAET heeft erffelijk vercogt etc. aen PETER JANSSEN een erffelijke ende jaerlijksche rente van achtthien gulden jaerlijcx yder gulden gereckent tot twintig stuyvers, die hij hem gelooft heeft alle jaer te betaelen op Ligtmisse dach als men schrijven sal 1649 van ende vuijt ekkers, huys, hofstatt ende hoff, lant ende groes gelegen onder BACKEL genaempt de plaats AEN 'T NUYENEIJNDT neffens erffenisse JOOST RENDERS ex uno, ende neffens erffenisse JAN GOORTS van AERLE, ex alio streckende met den eenen eijnde tot voor op de gemeyn straet. Item alnoch vuyt seckeren acker genaempt HET MEULANT groot ontrent twee Loopensaet neffens erffenisse ANSEM de WITH ex uno ende neffens erffenisse JAN NOIJEN ex alio, streckende van erffenisse deerffgenaemen JAN GEULKENS tot voor op de gemeyn straet.
Item van ende vuijt seecker weijvelt genaempt DE LUSSEMAN gelegen voor neffen erffenis de COMMANDERIJE van GEMERT tot voor op de gemeyn straet Los ende vrij van alles. Vuytgenomen twee vaten roggen reductie aenden Heijlighen Geest binnen HELMONT.
Item alnogh eene renthe van seventhien gulden twee stuyver twee ore jaerlijs aen PETER JANSSEN BUNNEN. Voorts Los ende vrij van alle etc. gesethen etc. Geloovende etc. Sonder Argelist testes Scabini in HELMONT WILLEM van EMPEL, JAN DIRCX COOLEN datum den 24e Februarij 1648.
Recognitie quitandi dat men dese bovengeschreven renthe alle jaer sal mogen lossen met driehondert twee ende seventhien gulden thien stuyvers, mits malcanderen een half jaer te voorens op te seggen ende bij leggende alle vervallen ende verschenen pachten.
Actum et testes ut supra.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1570, folio 142 + 142v.
d.d. 01-07-1648.
HENRICK PEETER SCHEPERS woonende in de Heerlicheyt van MILHEZE. Huys, schuer, hoff ende hoffstadt metter erffenisse daer aenliggende. In alder vuegen, groote ende manieren 't zelve gelegen is in de voorschreven Heerlicheyt van MILHEZE, ter plaetse genoempt in "De BOCHTSCHESTRAETE", tussen ander erve deses opdraegers e.z., ende tussen erve PEETER AERT BANCKERS a.z.. Streckende mitten eenen eynde op erve des CONVENTEN van BIJNDEREN, ende mitten andere eynde opte gemeynstraete, ende gelijckerwijs die voorschreven HENRICK PEETERS dat te gaan? LENAERT WILLEMS van HOUT de coope ende bij opdracht vercrege hadde voor Schepenen in BAECKEL soo hij verclaerde heeft hij wederomme wittelick ende erffelick opgedraegen ende overgegeven midts desen den voorschreven LENAERDEN WILLEMSEN van HOUT.
(Volgt een latijnse tekst, waarin o.a. "Juffrouwe").
Geleuvende die voorschreven opdragere (super omnia et hua .... latijn). Inne dese toegedaen dat die voorschreven opdragere den voorschreven huysinge ende erffenisse sal mogen lossen ende quyten tussen dit ende Onser Liever Vrouwen Lichtmis naerstcomende mit de somme van vierhondert vijff en twintich Carolus gulden tot twintich stuyvers goets gelts elcken gulden gerekent, maer .... daernae, gelijck die voorschreven LENAERT dat oyck oopenteluk heeft beleden ende believt. Testes RUYSSE et FUERCAUEN. Datum den Ieersten July Anno XVIc XLVIII.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1570, folio 295 t/m 296 verso.
d.d. 09-09-1648.
JOOST WILLEMSE van DOIRNE als wettig naergelaeten weduwer van wijlen MARGRIET sijne huysvrouwe, dochter HENRICX de RIDDER, gemechticht soo uyt crachte van de instrumente, leste en uyterste wille bij hem metten voornoemde MARGRIET sijne huysvrouwe zaliger gemaeckt als onderstaende. Een erffenis, erve, huys ende hoff ende met sijnder toebehoorten houdende ontrent seven Loopensaten, gelegen inde parochie van DOERNE ter stede gemaamt "Het KERCKEYNDE" aen "De VOERT" metten eene zijden gelegen neven die gemeynte, metten anderen zijde ende metten eenen eynde aen erffenis HUIJ SPIRRICK, Streckende voorschreven metten andere eynde uyt op den Hoeven "Ter DONSCHOT".
Item noch een sille beemt, gelegen in "De STRIJPEN" streckende metten eene eynde op die gemeynte ende metten andere eynde op erfenis des Heeren van DOERNE.
Item noch een Lop. lants eener ent van eener sijleslige, gelegen met beyden seyden neven erfenis MATHIJS van der COLCK, Streckende met eenen eynde uyt op de gemeynte, ende metten anderen eynde op die gemeynstraete.
Item noch een stuck lants omtrent van negen Loopensaten, gelegen eynde aent "KERCK EYNDE" metten eenen eynde aen erffenis MATHIJS van de COLCK, ende voirschreven rontsomme aen die gemeynte.
Item noch een stuck weyvelts genoempt "Het LEGSULKE" gelegen bij MILHEEZE, metten eenen zijde neven het waterlaet, d'andere die gemeynt, met beyden eynde streckende op erfenis des Heeren van DOERNE, welcke voorschreven erfenisse mittere huyse, schuere, hoff GHEVART van de WASBERCH henden onder andere erfelick vercocht, opgedraghen ende overgeven HENRICKEN van de WASBERCH zijnder broeder, prout in litteris scabinor in de Dinghbancke van DOERNE, wesende van der date den twintichsten dach Decembris Anno XVc viffentwintich.
Alle welcke voorschreven parchelen van erffenisse gehoorende en is tot eene Hoeve aen den voorschreven JOOST van DOERNE toebehoorende gelegen aldaer. Ende de voorderal erffenisse rechten ende toebehoorten daer van dependeerden, alhoe wel die inden voorschreven transport neyt en zijn gespecificeert.
Item huys, erve, hoff ende aechterhuys met een coockhuysken ende pomol (bomen?) op shoeve erve staende met alle zijne rechten ende toebehoorten, gestaen ende gelegen binnen dese Stadt S'HERTOGENBOSSCHE inde "KERCKSSTRAET, tussen huys ende erve ANNEKENS dochter wijlen REYNDERS POTTEN e.z. ende tussen huys ende erve genaapmt "De CONIJNSBERCH" a.z., streckende voor van de gemeyn "KERCKSTRAET" achterwaerts tot den erve der erffgenaemen GODEFROY PIJNAPPEL, welcke voorschreven huysingen ende erffenissen die voorschreven JOOST WILLEMSE van DOERNE in coope en bij opdrachte vercregen hadde tegens JOHAN van ASTEN ende JASPAR JANSSEN van BEUGEN als geordenneerde momboiren over d'onmundige kijnderen wijlen RICHARTS van ASTEN in zijnen leven dienaar van den Heer GREVENROEDE? deser Stadt, van den selven RICHART ende ANNEKEN zijne huysvrouwe dochtere wijlen JANS JANSSEN van ...GELES verweckt. Prout in litteris van den dato den achtiensten Septembris Anno XVI Sessenveertich te samen uyt allen de huysraet daerinne berustende soo ende gelijck die voirschreven MARGRIET HENRICEN de RIDDER huysvrouwe (als ten lestde) des voormelde JOOST WILLEMSSEN daer inne bestorven was, heeft hij bij aanverde van gifte die naer noemet onder de levende wittelick erffelick ende abselutelick ende onwederroepelick gegeven, gegunt ende getransporteert, gelijck hij dat door midts desen aen en ten behoeve van HENRICK van DOERNE zijnen einige sone aende voorschreven MARGRIET de RIDDER sijne huysvrouwe zaliger geprecreert, et effectelick.
Geleuvende die voorschreven donateur ende transportant in goeder trouwe .......... (latijnse tekst). Ende staet te weten dat onder dese gifte ende transpoirt nyet en is begrepen, maer blijft den voorschreven donateur t'zijnder vrijen dispositie gereserveert eenen ecker van omtrent vijff Loopensaeten gelegen tot DOERNE inden "VENACKER" metten eenen zijde aen erffenis des Heeren van DOERNE, metten andere aen erffenis MARGRIET van der BRUGGEN, d'een eynde WILLEM COLEN en de andere eynde den gemeyne wech, alhoewel denselvenen inden voorgemelten transpoirte der goederen tot DOERNE is gementioneert. Gelijck die voorschreven HENRICK JOOSTEN van DOERNE dat oyck opentlick heeft beleden ende voldaen.
Teste (niet leesbaar) Datum den IXen September Anno XVIc XLVIIJ.
Bakel 1649.
Prothocol van akten van vest, van schuldbekentenis, enz. 5 Januari 1646 - 4 Augustus 1650.
Inventaris nummer 3843, folio 157 verso.
d.d. 11-08-1649.
Windmolen van BAKEL
Compareerde voor Schepenen ondergeschr. Joncker PIETER TACK heeft gegeven, ende naer sijne afflijvicheit onder wettige geboirte achter te laten, gecedeert ende getransporteert aen DIELIS OTTO HAECK Borger ende Weerdt inde DRIE STERREN alhier alsulken helft van den Molen tot BAECKEL, als hem Joncker TACK is comparerende ende van zijn Heer Vader Zaliger voor deen vierdepart, ende van zijn nichte voor dander vierde part aengestorven is zoo ende gelijk als hij Joncker TACK de incomsten oft profijten van sijnne hellicht van de Molen genoten ende geprofiteert heeft, gereserveert niettemin dat dese voorschreven gifte zal staet en plaets grijpen eest saecken dat den voorschreven Joncker tot staet gecomen sijnde egeene wettige geboorte achterlaten en sal, end alsoo op den voor-schr. DIELUS OTTO HAECK als egeene wettiche kinderen achterlatende sal versterven. Ende oft gebeurde, dat die vrienden van de voorschr. Jonck. TACK naer sijne afflijvicheijt starf, voorschreven hellicht van de Molen souden comen te eijsschen.
Soo consenteert ende begeert den voorschr. Jonck. TACK, dat sij naer sijne afflijvicheijt midts egeene wettighe geboorte achterlatende den voorschreven Molen aende voorschreven DIELIS OTTO HAECK sullen laten volgen, ende de profijten genieten, soo ende gelijck hij deselve tegenwoordich is, ende alnoch soude connen oft mogen genieten.
Gelovende den voorschr. Joncker dese voorschr. gifte te houden voor goet vast ende van weerden ten profijte van de voorschr. DIELIS OTTO HAECK. Super etc. etc. sonder argelist.
Geteekend:
JAN DURCX COOLEN ende Mr. GEERART LOUWERS
desen elften dach van Augustus 1649.
Archief Schepenbank Bakel en Milheeze, inv.nr. 22.
Losse bijlage.
d.d. 16-11-1649.
Aen Mijn Heeren Schepenen dezer Heerlijkheijd vam BAKEL.
Verthoont met reverentie MARGARETHA Weduwe van wijlen GOYART GERITS van WASBERGH hoe dat sij Suppliante mits de doot ende afflijvicheijt van wijlen haeren voornoemden man seecker proces heeft geresumeert geinstitueert (= ingesteld) bij den selven nomine officie aenleggere tegens JAN JANSSEN JOOSTEN gedaegde waerinne geappoincteert is, datte voorschr. resumente soude hebben te repliceeren op peene van te sijn versteecken, welck versteckk op heden soude commen te expireeren, maer soo sij Suppliante met verscheijde beletselen, ende dat sij die stucken thoonen, ende anderen bescheiden tot haere intentie nodich niet en heeft cunnen te vollen gereedt hebben, sulcx dat haer is onmogelijck te repliceren, soo bidt sij oitmoedelijck dat U 't gelieve haer te vergunnen eene prolongatie totten naesten genechte om alsdan te repliceeren, ten minsten ex gratia et salva insinuatione. Ende doende etc.
Item heeft PIETER HENDRICK onder Vorster in BAKEL hier van 't voorschr. gerichtelijck weten gedaen aen JAN JAN JOOSTEN voor-schr. opten XVIe Novembris 1649 ut supra. en tot dien bij den onder Vorster <?>.
De merck van PETER HENRIC Ondervorster.
G.BONGAERS Secrtrs in BAKEL attestor.
! In de marge !
Mijn Heeren Schepenen deses gevisiteert permitteren aen voor-schr. Suppliante eene prolongatie totten irstcomende anderen gerechten salva insinuatinone aen <?>
Actum in juditio den XVII Novembris 1649.
BONGARS Secrts.
Bakel 1650.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 22, pagina 250,
d.d. Maart 1650.
Concept van formulering van Eedt voor die Borghemeesteren en Schepenen en andere Regeerders in den Dorpen van de Meijere van SHERTOGENBOSCH:
Wij belooven en sweren dat wij dijen Staten Generael van de Geunieerde Provincien zijnde en blijven bij de Gereformeerde Religieghon ende het zou zullen wesen dat wij deselve Heren Staten Generael als onse Souveraine Overichijt in hare bewesen zullen respecteren, ende gehoorsaemen, naer behoren. Dat wij den Schoutetten gestelt over onsen dorpen, oft noch te stellen. voor zoo veel hem in rechtmatichijt zouden mogen aenstaen behulpelijck zullen zijn, dat wij goeden ende rechtverdighe Justitie zullen administreren, sonder enich faveur, dissimulatie, offt verdrach, dat wij alle zaecken, de welcke behoren secreet te blijven bij ons zullen behouden, tot tijt ende wijlen toe deselven waer rechten zullen mogen geopent worden dat wij den armen zoo wel als de rijcken sonder onderscheijt offte respect naer ons beste wetenschap in zonder concientie recht zullen doen. Dat wij aen geenen partijen raeckende henne differentien, vande welcke voor onsen Schepenstoel proces is, offt hier naemaels zal comen raet offte daeten zullen geven. Vorts dat wij de Predicanten, Voorleseren, Costeren, Schoolmeesters ende andere personen van de Gereformeerde Religie zijnde daer van proeffessie doende oft denzelve toegedaen wesende ten allen tijden zullen hebben te protesteren ende beschermen teghens allen overlast, gewelt, dartelheijt <= wulpsheid> infurien ofte bespottingen: Soo waerlijck helpt ons Godt Almachtich.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1574, folio 17v t/m 19.
d.d. 07-04-1650.
JAN GEERAERTSSEN vanden WASBERCH woonendt tot GEMERT, heeft wittelijck ende erffelijck vercost D'Heer PEETER SCHUYL tegenwoordich schepen deser Stadt als Raet ende Rentmeester vande geestelijcke goederen, binnen deselve Stadt. Eenen jaerlicxen ende erfelijcke chijns van thien Car. gulden ende thien stuyvers, elcken gulden gulden tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts elcken gulden gereeckent. Te betaelen alle jaeren erffelijck opden sevenden dach van April, ende voorden iersten termijn van betaelinghe opden sevenden April Anno sesthienhondert eenenvijftich, ende binnen dese Stadt vrij (ut supra) te leveren ende te vergelden, van ende uyt een stuck teullants elff Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen tot BAECKEL ter plaetsche genoempt "BETESENT" <= MATHIJSEIND> desen camp genoemt "'t ROT", tussen erve REYNDER PEETERS e.z., ende tusschen de gemeynte aldaer a.z. en e.e., streckende metten anderen eynde op erve JANS THOMAS. Ende alnoch van ende uyt een stuck teulants gemeynlijck genoemt "Den LANGENACKER" vijff Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen tot BAKEL voorschreven inde gemeyne ackeren, neffens erve REYNDER PEETERS aen deen sijde ende tussen erve THOMAS REYNDERS a.z., streckende metten eenen eynde op erve MARTEN JANS JOOSTEN, ende metten anderen eynde op eenen gemeynen meswech. .....latijn]. Geloovende die voorschreven vercooper [super ora et habenda ...... latijn]. Met conditien inne desen toegedaen dat die voorzegde vercooper den voornoemde chijns sal mogen lossen, ende quyten altijt, teffens, ende ten eenemaele met de somme van tweehondert ende thien Car. gulden tot twintich stuyver elcken gulden goet Hollants permissie gelt gerekent. ....[latijn]. Behoudelijck dat men den selven los schuldich ende verbonden sal wesen een half jaers te voorens wittelijck te vercondigen ende op te seggen, Ende staat te weeten dat de capitale penningen daermede desen chijns is ingecost, sijn geprocedeert ter saecke vande lossinghe van eenen chijns van vierentwintich gulden uyt eenen halven mergen lants JONCKER DIERICX van den WATER tot MAREN, hondert twintich gulden uyt den huyse der Weduwe van Mr. CORNELIS van AELST chirugijn opt "ORTHENEYNDE", achtentwintich gulden uyt 't selve huys ende achtendertich gulden uyt 't huys van JACOB DOLEN aldaer, aen 't Convent vande GEERTRUYEN gecost. Soo die voorschreven Heer Raet ende Rentmeester SCHUYL dat verclaerde ende bekende mits desen. Testes Van BERCKEL et FERANUS.
Datum ut supra. = 7 April 1650.
Recht. Archief Helmond, inv.nr. 171 1, folio 1. document 1.
d.d. 20-08-1650.
JAN MICHGIELS van AECHEL, Vorster tot BAKEL heeft erffelijck vercocht, overgegeven ende opgedragen, aen JOHAN PIETERSzon Rentemeester van de Heerlijcke goederen inden Quartiere van PEELANT tot behoeft vande Ho.Mo. Heeren Staten Generael seecker Loopense lants van vijftig Roeden, ider Roij twentich Voeten volgens de Lantmate alhier gebruijckelijck, sijnde gelegen onder de Jurisdictie van BAECKEL voorschr., ter plaetse achter DEN MEUGHEUVEL <= MUGGENHEUVEL>, met d'een sijde neven erve WILLEM HERMENS, d'ander sijde neven erve des voorschr. vercoopers. streckende van erve WILLEM HERMENS ende consorten tot op erve THEUNIS GEERLIJNCX, waerop tegenwoordich is staende, het huijs vande Pastorije tot BAECKEL voorschr., soo sij seyden los ende vrij uijtgenomen Dorps commer ende lasten.
Ende helmelingen vertegen, etcetera. Geloovende etcetera, te vrijen, weijren ende guaranderen ut moris et stilj sonder argelist. Actum den XX Augusti 1650. Coram scabinis is HELMONT, respective PETER JANSSEN ende GOORT van MEREVOIRT.
P.S. In de marge.
De penningen procederende van desen coop bedragende ter somme van vijffentachtentich gulden bekent JAN MICHGIELSSEN van ACHEL ontfangen te hebben uijt handen vanden Rentmeester voornt..Actum et coram ut in vista.
Recht. Archief Helmond, inv.nr. 171 1, folio 2 verso. document 10.
d.d. 22-09-1650.
MARGARETA CORSTIAENS, naergelaten Weduwe wijlen GOORT GERRITSSEN vanden WASBERCH in sijn leven Stadthouder tot BAKEL geassisteert met Sr. DIRCK vanden HEUVEL als haeren geassumeerden Momboir in desen heeft uijt crachte van testamente tusschen haer ende den voorschreven wijlen haeren man gemaeckt ende gedisponeert, ende JAN GERITS vanden WASBERCH, ende NICOLAAS JOOSTEN vanden NEERVEN tegenwoordighen Stadthouder tot BAECKEL als wettige ende geëde Momboiren vande onmundige kinderen vande voorschreven MARGARETA ende den voorschr. wijlen haeren man hebben tot consorten en meerdere vasticheijt vanden coope hier nae beschreven, naer drije voorgaende Sondaechsse proclamatien uit crachte van authorisatie ende decreet vande weth den voorschr. onmundigen verleent inde voorschr. haere qualieteijten erffelijck vercocht overgegeven ende opgedraegen JAN WILLEM AELBERTS van VECHEL seecker huijs, hoff, schop, hoff-stadt ende landerijen bijden voorschr. huijse gelegen met een weijerken, soo groot ende cleijn het selve insgelijcx aldaar gelegen is mette gerechticheijt vande bergen daer aen ende toebehoorende met noch een eeussel oft weijtvelt aenden hoeck, met allen houtwas daerop staende, alles gelegen onder de Jurisdictie van BAECKEL ter plaetsen genaemt DEN BENTHEM aent HAGELCRUIJS soo sij seijde los ende vrij uitgenomen jaerlicx daer uit te gelden aenden H.Geest tot HELMONT acht vaten rogghen soo sij met recht bevonden sullen worden betaelt te sijn. Item noch jaerlicx als boven te betaelen aenden Convente van BIJNDEREN twee vaeten roggen, noch veertien stuivers jaerlicx aende COMMANDERIE van GEMERT, noch jaerlicx int chijnsboeck vanden Heere van HELMONT te betaelen een hoen, ende eenen stuiver jaerlicx. Item noch jaerlicx te betaelen int chijnsboeck vanden Heere van ASTEN, ontrent seven stuivers, twee oirt. Noch een oirtien chijns jaerlicx int boeck vanden Heere Prelaet van ECHTERNAECKEN, Noch jaerlicx te gelden aenden Convente van SOETERBEECK twee mudden roggen. die betaelt worden jaerlicx met seven gulden tien stuivers. Mette last ende servituijt, dat door die Stege in het EEUSSEL gemaeckt moet geweecht worden het EEUSSEL of erffenis eertijts toebehoort hebbende PETER MAERTEN HOEBEN ende nu toebehoorende THONIS CLEIJNEN BANCKERS. Voorts vrij van alles uitgescheijden Dorps commer ende lasten. Ende hebben die voorschr. transportanten, ieder in henne voorschr. qualiteijt van dese voorschr. opdrachte ende goederen, respective helmelinge vertegen bij manieren is sulcx gewoonijck sijnde, Gelovende die voorschreven Weduwe uit crachte alsboven ende in haere voorschr. qualiteijt, mitsgaders die voorschreven Momboirs insgelijcx in haere voorschreven qualiteijt, die voorschr. Weduwe verbindende ende verobligeerende haeren persoon ende alle haere goederen tegenwoordich hebbende ende naermaels vercrijgende, ende de voorschr. Momboirs verobligeerende allen de goederen van de voorschreven onmundige alreede op hen gedevolueert ofte alnoch te devolueren dese voorschr. opdrachte altijt te houden voor goet vast bundich en van weerden, te vrijen, te weiren, ende te guaranderen van allen aental, calngien off commer soedanich die selve mochten wesen off gebaptiseert egeen van dien uitgesteecken, om in tijden ende wijlen altijt bijde voorschr. transportanten in haere voorschr. qualieteijten aenden voor-schreven coopere, sonder sijnen coste ofte schaede goetgedaen te worden, alle sonder argelist. Actum den XXIJ September 1650. Coram scabinis DIRCK vanden HEUVEL ende CORNELIS van HOOCHSTRAETEN.
P.S. In de marge:
Op dese vestie betaelt bij den coopere driehondert en twentich gulden min negentien stuivers, soo datter noch suijver res-teert hondert seventsechtich gulden ende vier stuivers. Actum die et Anno ut in vesta.
Quod Attestor M.ROEFS Secretaris.
Noch gegeven opdie voorschr. hondert sevenentsestich gulden ende vier stuivers hondert vijfentwintich gulden soo datter nog suijver resteert twee en veertich gulden vier stuijvers. Actum voor parthijen desen XI February 1651.
Dese voorschr. 42-- 4--14 betaalt, en alsoo den coop ten vollen voldaen, als NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN was verclarende.
Actum den XXe February 1651.
Quod Attestor M,ROEFS, Secretaris.
Recht. Archief Helmond, inv.nr. 171 1, folio 8. document 35.
d.d. 23-11-1650.
GIJSBERT HENRICKS woonende tot GEMERT heeft in gerechte erff-mangelinge gecedeert ende getransporteert aen WILLEM JOOST LAENEN wonende tot BAECKEL seecker sijns transportans gedeelte vande goederen gelegen op GROOTEL onder BAECKEL, soo ende gelijck hen de selve van sijns wijffs wegen sijn aengecomen onder conditie nochtans, 't gene hier namaels met recht bevonden mochte worden uit te gaen uitte voorschr. goederen, sal alsulcken chijns pacht, oft andersints staen ende blijven tot laste vanden voorschr. WILLEM JOOST LAENEN, ende helmelingen vertegen etcetera.
Geloovende etcetera. Uit moris et fhili, sonder argelist. Actum den XXIIJen 9bris 1650. Coram scabinus Van MEREVOIRT et PETER JANSSEN.
Idem, document 36.
WILLEM JOOST LAENEN, voorschr. heeft insgelijcks in gerechte manieren van erffmangelinge opgedragen aen GIJSBERT HENDRICKX voorschr. soo teulant, groes als heyde gelegen onder GEMERT ter plaetsen op TER EIJCKEN genaemt DEN KOECKENBECKER, los en vrij v an alles ende thiende vrij, met d'een sijde ende d'een eijnde neven erve der COMMANDURIJE van GEMERT, d'ander sijde neven erve JAN HENRICX end JAN LAMERTS van DINTER ende soo voorts met dander eijnde tot voor op de Gemeijn strate aldaar. Ende helmelinge vertegen etcetera. Geloovende etcetera. Ut moris et fhili, sonder arch ofte list. Actum et coram ut Supra.
Bakel 1651.
WINDMOLEN TE BAKEL.
Recht. Archief Helmond, inv.nr. 171 1, folio 19 verso, document 87.
d.d. 17-02-1651.
Joncker PIETER TACK, Schouteh van AERLE ende RIXTEL bekent wel ende deuchdelijck schuldich te wesen aen GILLIS OTTO HAECK weert in DE DRIE STERREN ter somme van sesshondert gulden van verteerde montcosten bij hem voorschreven TACK ten huijse derselffs HAECK gedaen, welcke penningen hij Joncker TACK is stipulerende op alle sijne goederen soo op den Molen van BAECKEL, als andere hem van sijn Vadere aengecomen egeen vandijen gereserveert, om sijn actie off pretensie daerop te verhaelen, verbindende hij Joncker TACK hiervoorens de voor-schr. sijne goederen ende persoon, om altijts te recht te staen ende 't geweijsde te voldoen, sonder argelist. Actum den XVIIe Februarij 1651 voor Schepenen in HELMONT GOORT van MEREVOIRT ende PETER JANSSEN ende bekent den voorschr. GILIS OTTO HAECK van de Jonker PIETER TACK te sijn voldaen volgens de affreckeninge vanden vierden Januarij 1651. Vermellens de voorschr. geloofte, ende dat tot desen daege toe, inclus als 'tgene voorschr. sal wesen voldaen.
P.S. In de marge>
Dese renthe gelost ende gequeten alsoo GILLIS OTTO HAECK alhier present sijnde verclaerden voldaen ende betaelt te wesen, versoeckende deselve te worden gedoceert.
Actum den XXIJ Octob. 1651.
Quod attestor.
ROEFS, Secretaris.
d.d. 06-03-1651.
De Post.
Compareerde JONCKER PIETER TACK, ratificeert ende approbeert mits desen soodanige geloofte van sesshondert guldens in dato den 17e Februarij als hij bekent schuldich te wesen aen GILLIS OTTO HAECK, begerende deselve geloofte te worden geprothocolleert, ende voorschr. geloovende op verbant als voorschr. is deselve geloofte te houden van weerden ende jaeren den interest te geven ende te betaelen ter somme van dertien gulden jaerlijcks. ende off den voorschr. DIELIS OTTO HAECK gelt op name ad sess ten hondert, gelooft den voorschr. Joncker TACK 't selve aende voorschr. HAECK goet te doen pro rata.
Actum den VI Martij 1651, voor Schepenen PETER JANSSEN ende GOORT van MEREVOIRT.
Bossche Protocollen, inv,nr. 1606, folio 148verso t/m 149.
d.d. 24-02-1651.
GERRIT THOMAS van WASBERCH en de JAN GERRITS van WASBERCH beyde wonende tot GEMERT in divisi hebben wettelic en de erffelic vercost enne tot behoeft van den Heere GODEFROY van HERLAER Licentiaet inden rechten en de Out Raet deser Stadt eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vier en twintich Car. gulden tot twintich stuyvers goet gangbaer gelts elcken gulden gereeckent te betaelen alle jaer erffelic op den vier en twintichsten February en de voorden eersten termijn van betaelinge op den XXIIII February Anno XVIcLII ende binnen dese Stadt vrij et Supra te leveren van ende tot een stuck ackerlants gemeynlic genoemt "Het EENSVINCKEL" drie Peelse Loopensaten ontrent groot sijnde gelegen onder de parochie van GEMERT tussen erve der Commanderije van GEMERT e.z. ende tussen erve JAN HENDRIX a.z.. Streckende van erve REYNDER JAN REYNDERS tot op erve LOY JAN ALERS. GERRIT THOMAS onderpant. Ende alsnoch van de en de tot een stuck ackerlants gemeynlic genoemt "De VEENSCHE CAMP", negen Loopensaten lants ontrent groot sijnde gelegen inde parochie van BAECKEL tussen erve REYNDER PETERS e.z. en de tussen erve JAN THOMAS a.z.. Streckende met beyde de eynden op de gemeynte aldaar ut d Om. Ab eodem D. POTHOFS supp. en de effectelijke. Geloevende de voorsegde vercoperen in divisi super omnia ende hua. war. oes. alias oblig. impet. deponere atq. ...... Met conditien inne desen toegedaen dat de voorsegde vercoperen oft ieder van hen in't besonder den voorschreven chijns tot allen tijden sullen mogen lossen en de quyten teffens ende tenenmael met de somme van vierhondert Car.guldens tot twintich stuyvers goet Hollants permissie gelt gereckent. ................. Behoudende dat men schuldich en de verbonden sal sijn den voornoemde los een halff jaer te vorens wettelic te vercondigen en de op te seggen.
Testes FOCANUS en de van BERCKEL datum den XXIIII February Anno XVIcLI.
! Marge !
Sr. LEONARD van HERLAER, ende Juffr. ANNA huysvrouw van DINTERE, Weduwe wijlen d'Heer AERT DEDEL, Erfgenamen van d'Heer GODEFROY van HERLAER soo sij tweeen hebben indier qualiteyt opentlijck bekent ende beleden dat Sr. PETER van BREE? inden naeme en wegens de cracht ut u auten van den neffens staenden chijns, aen hennen handen heeft voldaen en affgelost het capitael etcetera.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1606, folio 159verso t/m 160.
d.d. 28-02-1651.
Joncker PIETER TACK Secretaris tot AERLE en RIXTEL, heeft mits desen wettelic en de erffelic vercost den Heere ISAAC VALCKENARIO Predikant inde Duytsche gemeynte binnen dese Stadt eene jaerlicken ende erffelicken chijns van vijffentwintich Car. gulden tot twintich stuyvers goet gangbaer gelts elcken gulden gereeckent, te betaelen alle jaer erffelic op den eersten Marty en de voorden eersten termijn van betaelinge op den eersten Marty Anno XVIc twee en vijfftich en de binnen dese Stadt vrij et supra te leveren van en de uit de helfte van ene corenwintmolen wesende chijnsgoet verder met het molenhuys, hoff, boomgaart en de ackerlanden daer aenliggende in sulcke groote, vuege en de manieren deselve molen en de perceelen van landerijen gestaen en de gelegen sijn inde parochie van BAECKEL ontrent de kerck aldaer, so en de gelijc BASTIAEN PETERS die als Mulder ende gebruycker in pachtinge heeft ut ......... (latijn). Geloevende de voornoemde vercoopere super .........(latijn) deponere, uitgenomen den grontchijns ....... vijffthien stuyvers in't geheel bedraegende eerst jaerlix en de van rechts wegen daer mee te vergelden staende en behorende .......... met conditien inne dese toegedaen dat de voornoemde vercopere den voorschreven chijns tot allen tijden sal mogen lossen en de quyten teffens en de tenenmael met de somme van vijffhondert Car. gulden tot twintich stuyvers den gulden gereeckent in specie van rixdaelders tot twee gulden thien stuyvers het stuck off ducatons tot drie gulden drie stuyvers het stuck gereeckent ............... (latijn). Behoudelic dat men schuldich en de verbonden sal zijn den voornoemde los een halff jaer te vorens wittelic te vercondigen en de op te seggen.
Testes BRUSSEL et TIELMANS datum den XXVIII February Anno XVIcLI.
! Marge !
D'Heer ISAACK VALCKENARIUS heeft geconsenteert in de cassatie deses vermits op hodie eenen ....deren chijns van seven en seventich guldens in plaets van den chijns van vijffentwintich guldens bij den voornoemde Jr. TACK is geconstitueert ten behoeve van voornoemde Heere VALCKENARIUS, die daer onder is gereeckent. Actum den 1 July Anno XVIcLI.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1575, folio 48v t/m 51v.
d.d. 10-03-1651.
DIRECK soone wijlen CORSTIAENS ADRIAENS woonende in de parochie ende Heerlicheyt van BAKEL, DENIS soone wijlen JANS DENIS woonende in de parochie van SCHIJNDEL ter plaatse genaamd "De WIJBOSCH" bij D'EERDE aldaar, ende MATHIJS soone wijlen HENRICX MATHIJSSE woonende in de parochie ende Heerlicheyt tot VECHEL, hebben onverscheyden ende een voor al wittelick ende erffelick vercost aen LIJ van KESSEL tot behoeft van d'Heer NICOLAES van BROECKHOVEN Licentiaet inden Rechten ende Canonick Gradulaet van St. JANS EVANGELISTEN kerke binnen dese stadt. Samen jaerlicken ende erffelicken chijns van veertich Carolus gulden twelff ende eene halven stuyver, tot twintich stuyvers goets ganckbaer gelts elcken gulden gereeckent. Te betaelen alle jaer erffelicken opten thiende dach der maent van Meert, ende voor den iersten termijn van betalinge opden tienden Meert Anno XVIc tweeen vijftich, ende binnen dese stadt vrij ut supra, te leveren en te vergoeden, van ende uyt huys, erve, hoff, boomgaard ende erffenisse die er aenliggende. Twee Loopensaten lants off daeromtrent int geheel begrijpende, gelegen in de voorschreven parochie en Heerlicheyt van BAECKEL ter plaetse genoempt "AENT MUYENEYNDT. Neffen erve ANTHONIS GEERLINCX e.z., ende neffen de gemeynte a.z., streckende van erve ANTHONIS HENRICX ANTHONISSE tot op seecker stuck weylants toebehoorende MARCELIS WILBORT REYNDERS.
Item van ende uyt een stuck teulants genoempt "Het VOORSTE NIEUWLAND" twee Loopensaten lants off daeromtrent begrijpende, gelegen ter plaetse voorschreven neffen erve des voorschreven ANTHONIS HENRICX ANTHONISSE daertegens affgedeylt e.z. Ende neffen erve JACOBS SIJMONS a.z.. Streckende van erve ANTHONIS GEERLINCX voorschreven, tot opde gemeynte.
Item van ende uyt een stuck teulants genoempt "D'ACHTERSTE NIEUWLANT", vier Loopensaten lants off daeromtrent begrijpende, gelegen ter plaetse voorschreven, neffen erve ANTHONIS HENRICX ANTHONISSE voorschreven e.z.. Ende neffen erve der erfgenamen CORST PEETERS a.z.. Streckende van eenen gemeynen wech tot op erve HANS GERAERTSSE.
Item van ende uyt een stuck ackerlants geheeten "HENRICX ECKER" (drie ?) Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende gelegen ter plaetse voorschreven, neffen erve des voorschreven ANTHONIS HENRICX ANTHONISSE e.z. Ende neffen erve HANS GERAERTS a.z.. Streckende van erve DIERIC CORSTEN een der vercoopers deses chijns tot op eenen gemeynen wech.
Item van ende uyt een stuck acker lants genoempt "Den SCHIJFFECKER" anderhalf Loopensaat lants of daeromtrent begrijpende, gelegen ter plaetse voorschreven, tussen erve ANTHONIS GEERLINCX e.z. en a.z., ende tussen erve HANS GEERLINCX e.e. Streckende metten andere eynde op eenen gemeynen wech aldaer.
Item van ende uyt een stuck ackerlants genoempt "Den HILECKER" in een sestersaet lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen ter plaetse voorschreven neffen erve JAN PETER BERNAERTS e.z., ende neffen erve HANS GERAERTS voorschreven a.z., streckende van eenen gemeynen wech tot op erve van PETER GERAERTS.
Item van ende uyt eenen acker teullants genaamd "De MILHEES" drije en dehalft Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen ter plaatse voorschreven, tussen erve ANTHONIS HENRICX ANTHONISSEN voorsegt e.z., ende tussen erve ANTHONY GEERLINCX a.z., streckende van erve WILLEMS WILBORTSEN SCHATEN tot op eenen gemeynen wech.
Item van ende uyt de helfte van eenen koeweyde seven Loopensaten lants oft daeromtrent int geheel begrijpende, gelegen ter plaetse voorschreven inder vuegen ende gelijckerweys deselve Hoeffe den voorschreven DIERICKEN CORSTEN eenen der voornoemde vercooperen bij WILLEM ende HENRICK JAN CELEN opten negentiensten February des voorleden jaers XVIc ende vijftich voor Schepenen van BAECKEL was getransporteert, alle deselve DIERICK CORSTEN onderpanden.
Item van ende uyt Huys, erve, hoff, boomgaart ende ackerlant die er aenliggende, een Loopensaat lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen in de voorschreven parochie van SCHIJNDEL onder WIJBOSCH tegen over de Hoeve van Jeuffrouwe en hoster van GRIENSVEN, tussen erve ADERIANS JANSSEN van BOERDONCK aan beide erven, streckende met beyde de eynde opde gemeynte.
Item van ende uyt een stuck ackerlants, zestien Loopensaten samen oft daeromtrent begrijpende, gelegen inde voorschreven parochie van SCHIJNDEL ter plaetse voorschreven, neffen erve des Grooten Gasthuys deser Stadt e.z. ende neffen de gemeynten van SCHIJNDEL a.z., streckende van erve WOUTER WILLEM WELTEN metten sijnen tot erve LIJN JAN WILLEMS ende meer anderen, des voorschreven DENIS JAN DENIES onderpanden.
Ende alnoch van ende uyt Huys, erve, hoft, boomgaart metten ackerlanden dije er aenliggende, veerthien Loopensaten lants oft daeromtrent int geheel begrijpende, gelegen inde parochie ende Heerlickheyt van VECHEL, aen D'EERD voorschreven, tussen erve WOUTER WILLEM WELTEN e.z., streckende metten eenen eynde op erve JAN DIERICXSEN, ende voorschreven rontsomme aende gemeynte van VECHEL, des voorschreven MATHIJS HENRICX onderpandt. Soo sij VECHEL, des voorschreven MATHIJS HENRICX onderpandt. Soo sij respectivelijck verclaerden. Ab eodem duo NICOLAES van BROECKHOVEN etc. Suett. et effecten. Geloovende die voorschreven vercoopers in divisi super omnia et hua et waramen. Omnes aeias obligationem et impetitionem deponere, uytgenomen twee stuyvers drije oirt grontchijns uyt dese ierste vercoopers onderpanden, eenen erffelijcken pacht van negen vaten rogge aen JAN HERNICX ende alnoch eenen erffelicken chijns van thien gulden aen MICHIEL van HAUBRAKEN uyt des voorschreven MATHIJS HENRICX onderpanden, ierst jaerlicx van rechts wegen respective te vergelden staende. Soo sij respectivelijck seeghden. Atque saustadele met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven vercoopers den voorn. chijnsen sullen mogen lossen ende quyten tot allen tijden teffens en ten eenenmaelen met de somme van sesshondert ende vijftich Carolus gulden permissie gelts elcken gulden gerekent in geen mindere specien als ducatons oft patacons. ..... (Latijnse tekst). Behoudelick dat men de voorschreven los schuldich ende verbonden sal wesen een halff jaer te voorens wittelicken te vercondigen ende op te seggen. Testes van HEUVE ? et van BRUSSEL. Datum den Xen Meert Annus XVIc LI.
! Marge !
Bij quitantien van d'Heer NICOLAES van BROECKHOVEN Cannonick binnen dese Stadt in date den VIIIen February nu koopers 7bris hebbectien den chijns van veertich gulden twelft stuyver ende eenen halven stuyver in dit contract vermelt aen sijnen handen te sijn afgelost door DIERCK CORSTIAENS, DENIS JANSSEN ende MATHIJS HENRICX soone inde cassue. Consent er ende mits desen Acten den VII ........ jaere XVIcLII.
Want dit aldus geschiet is zoo voorschreven staet, soo is gestaen voor Schepenen onder geschreven die voorschreven DIRECK soone wijlen CORSTIANUS ADRIAENS ende heeft den voorn. DENIS JAN DENISSEN ende MATHIJS HENRICK MATHIJSSEN sijne mede vercoopers gelooft, gelijck hij gelooft midts desen, dat hij den voorschreven jaerlicken ende erffelicken chijns van veertich gulden twelff ende eenen halven stuyvers also sal gelden ende betaelen, oijck lossen ende quyten. Dat den selven DENISSEN JANSSEN ende MATHIJSSEN HENRICXSEN noch henne gestelde onderpanden, off andere henne goederen, oiren erffgenamen ende naercomelingen derhalven geene schaede, hijnder noch molestatie dy overcome in eenniger hande manieren in eennige toecomende tijden, daer voor verbijnde als schuldenaer principael sijnen
persoon ende alle sijne goederen hebbende ende naermaels vercrijgende, over midts hij alle de capitale losspenningen desselffsch alleen heeft ontfangen ende geprouffiteert, gelijk die voorschreven DIERCK CORSTIAENSSEN dat verclaerde ende believde midts desen.
Testes et datum ut Supra. (= 10 Maart 1651.
Recht. Arch, Helmond, inv.nr. 1711, folio 23 verso,
document 101.
d.d. 20-03-1651.
LIJSKEN VERASDONK Weduwe wijlen JACOB DIRCX geassisteert met LAMBERT GERITS ende LENART HERMANS als hare geassumeerde momboiren in desen heeft erffelijck vercocht overgegeven ende opgedraegen aen JAN HERMANS van BAECKEL woonende tot AERLE alle alsulcke parcheelen van erven soo teul als groeslant, als haer transportante naer doot ende afflijicheijt van haerder Moeder saliger, is aengecomen egeen vandijen gereserveert noch uitgescheijden. Wel verstaende bij gifte off puere aelmoeste; Idem cedeert alnoch in haere voorschr. qualiteijt aende voorschr. JAN HERMANS seecker huijs met dries ende aengelaech gelegen onder BAECKEL voorschr. ter plaetsen OP GROOTEL met deen sijde neven erve des coopers, dander sijde neven erve des gemeente van BEECK, streckende vandaer tot op erve WILLEM JOOST LAENEN. Los ende vrij uitgenomen te gelden uit 't geene voorschr. sess gulden jaerlijcks aen HET GASTHUIJS tot S'HERTOGENBOSCH. Item jaerlijckx aen REIJNIER BERCKENBOSCH drij gulden. Item noch aende erffgenaemen GOORT GEERITS vanden WASBERCH drij gulden jaerlijckx. Item noch eenen gulden acht stuivers jaerlijckx aende kijnderen TEUNIS TEUNIS JEGERS. Item noch den chijns vande gronden soo zij met recht bevonden sal worden daer uit tegaen's. Item noch eenen gulden jaerlijckx aende Schutterije van AERLEN, alles met eenen staenden ende loopenden pacht aen te veerden; wel verstaende dat dese voorschr. leste cessie plaets sal grijpen naer doot ende afflijvicheijt vande voorschr. LIJSKEN daer sij in is wonende metten voorhert ende drie roijen hooffs voorders ende langer niet. Ende helmelinge vertegen, etcetera. Gelouvende etcetera. te vreijen, weren ende guaranderen ut moris et stijli, sonder argelist. Actum et coram ut Supra.
<= 20-03-1651>.
Document 102.
Compareerde de voorschr. JAN HERMANS van BAECKEL, bekent ter Oirsaecke vande voorschr. coope wel ende deuchdelijck schuldich te weesen aende voorschr. LIJSKEN de somme van hondert ende vijftich guldens den gulden ad XX stuyvers gereekent metten interesse van dijen van seven gulden ende tien stujvers jaerlijckx, welcker voorschr. penningen metten voorschr. interesse hij voorschr. geloovende aende voorschr. LIJSKEN soo met vijffentwintich, vijftich, hondert ende andere guldens gelooft te restitueeren. Als hij vande voorschreven LIJSKEN daertoe sal wesen versocht, sonder oppositie. Gelouvende parteijen hunt inde 't gene voorschr. staet te houden vast bundich ende van weerden op verbant als naer rechte, sonder argelist. Actum et Coram ut Supra.
Recht. Archief Helmond, inv.nr. 271 1, folio 28.
d.d. 06-05-1651.
JAN REIJNDERS wonende tot BAECKEL, ende REIJNDER JANSSEN wonende tot GEMERT hebben een voor al ende in solidum jaerlijckx gelooft te gelden, ende te betaelen aen d'Heer LAMBERT BECX Scholtis alhier een jaerlijckxe ende erffelicke renthe van achttien gulden jaerlicx, verschijnende allen jaer Belooken Paesschen Anno 1652 vrij van alle lasten hoedanich die souden moghen wesen te betaelen, ende dat vaen ende uit seeckeren acker gelegen onder de Jurisdictie van GEMERT ter plaetsen op MILSCHOT, groot sijnde ontrent vijff Loopensaets, met d'een sijde neven erffenisse JACOB DIELISSEN met meer andere, d'andere sijde neven erffenisse de Commandurije van GEMERT, streckende van erve het onmundich kijnt GOORT JANSSEN, tott voor opde gemeijnte aldaer, los ende vrij uitgenomen twee vaeten rogghen aende voorschr. Commandurije tot GEMERT. Noch twee smael hoenderen ende ses stuijvers jaerlicks te betalen aende voorschr. Commandurije. Voorts los ende vrij. Item alnoch van ende uit seecker stuck ackerlants onder de voorschr. Jurisdictie ende ter plaetse voorschr. gelegen groot sijnde twee Loopensaets, met d'een sijde neven erve DIRCK PETERS, d'ander sijde neven erve d'onmundiche kijndereb vab JAN JORISSEN, streckende van erve het onmundich kint HEIJLKEN AERTS tot voor opde gemeijne straete aldaer; los ende vrij van alles. Item alnoch van ende uit huijs, hoff, landerijen ende anderen gelegen onder MILHEESE genaemt HET MASBROECK, groot ontrent vijfthien Loopense teulants, ende groot, met heijtvelders ontrent de veertich Loopense, soo ende gelijck 't selve ter plaetsen voorschr. gelegen is; los ende vrij uijtgenomen negen vaten roggen reducibel aen het clooster van BINDEREN jaerlijcks betaelt wordende met twee gulden vijff stuijvers. Voorts los ende vrij. Ende geseth etcetera.
Geloovende etcetera, dese voorschr. parceelen voorde betalinge der voorschr. renthe, altijt goet genoch ende weldeugende te maecken, Super omnia et habenda, sonder argelist. Actum den VI Maij 1651. Coram scabinis GOORT van MEREVOIRT ende PETER JANSSEN.
Recognitio quitandi dat men dese voorschr. renthe sal moghen lossen met driehondert gulden capitaels mits bijleggende alleen vervallen pachten ende een vierdendeel jaers te voorens opseggende, sonder argelist.
Actum et coram ut supra.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1606, folio 406vers t/m 407vers.
d.d. 01-06-1651.
Windmolen van BAKEL.
Joncker PIETER TACK Scholtis tot AERLE ende RIXTEL heeft mits desen wittelick ende erffelick vercost den Heere ISAAC VALKENARIO dienaar des Goddelicken Woorts inde Nederlandsche Gemeente binnen dese Stadt, Eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van seven en tseventich Carolus gulden tot twintich stuyvers goet gangbaer gelts elcken gulden gereckent te betaelen alle jaer erffelic op den eersten dach der maent van Julio ende voor den eersten termijn van betaelinge op den eersten July Anno XVIc twee ende vijftich ende binnen dese stadt vrij ut supra te leveren van ende tot de helffte van eenen corenwintmolen met het molenhuys, hoff, boomgaert ende ackerlanden daer aenliggende, in sulcken groote vuege ende manieren deselve molen met sijnen voorschreven toebehoorten gestaen ende gelegen is in de parochie van BAECKEL ontrent de kerck aldaer, ende gelijck BASTIAEN PETERS deselve molen met sijn toebehoorten als Mulder ende gebruycker in pachtinge is hebbende (latijnse tekst). Geloovende de voorsegde vercooper (latijnse tekst) deponere, uytgenomen de helft in den grontchijns tot ontrent vijffthien stuyvers bedraegende, Item in eenen chijns van twelff gulden aen 't Convent van BIJNDEREN. Ende alnoch in een mud rogge aen den H.Geest tot BAECKEL eerst jaerlix ende van rechts wegen daer toe te vergelden staende (latijnse tekst). Met conditien inne desen toegedaen dat de voorschreven vercoopere den voorschreven chijns van seven ent seventich Car. guld., jaerlix tot allen tijden sal mogen lossen ende quyten teffens ende tenemael met de somme van veerthienhondert Carolus gulden tot twintich stuyvers goet Hollants permissiegelt elcke gulden gereckent, ende cum censu anni ende arrester. Behoudelic dat men schuldich ende verbonden sal sijn den voornoemde los een halff jaer te vorens wettelic te vercondigen ende op te seggen.
Testes van BRUSSELE ende CUYETEN. Datum ut Supra. = 1 Juni 1651.
! In de marge !
Bij quytantien van Jouffrouwe MARIA PRONINGH Weduwe van d'Heer ISAACK VALCKENAER geschreven opten rugge van de Constitutie brieff van date op huyden ondergeschreven is gebleecken eenen chijns van seven en seventich gulden hier inne vermelt te sijnen geloften gehadt door Jouffrouwe JOSEFINA BECX Weduwe JAN PEETERS TACK. Comme inde cassue concenterende mits dese. Actum den XXVIIIe Juny Anno XVIc LVI.
L. van KESSEL.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1575, folio 307 t/m 307verso.
d.d. 15-07-1651.
AERT soone wijlen DIELIS AERTS woonende tot GEMERT.
LUCAS BOGAERTS van GEFEN heeft als momboir over de onmondige kinderen van JAN voor hem selven ende mede inden naeme van GIELIS DIELISSEN sijnen broeder alnoch ....... sijnde, edoch met consent ende believe wille desselven GIELIS out drijentwintich jaren ende tot houwelijcken staet gecomen wesende, soo hij verclaerde heeft wittelick ende erffelick vercost JAN BARTHOLOMEUSSEN de WITH van GEMERT woonende tot ROOSMAELEN, eenen jaerlicken en erffelicken chijns van twelff ende eenen halven Carolus gulden tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts elken gulden gereeckent. Te betaelen alle jaers erffelick opt vijftienste dach der maent van Julio, ende voor den iersten termijn van betalinge opten vijfftienste Juli XVIc drijenvijftich (Notauter) ende binnen dese Stadt vrij ut supra, te leveren en te vergelden, van ende uyt de helfte der voorschreven AERDEN vercooper ende GIELIS sijnen broeder ongescheyden ende ongedeylt toebehoorende. In huys, schuer, erve, hoff, boomgaart ende erffenisse dyen aenliggende ende veertich Loopensaten lants off daerontrent uytgehoudens begrijpende, gelegen inde parochie ende Heerlicheyt van BAECKEL ter plaetse genoempt "Inde BENTEMERSTRAET", tussen erve MAIJKENS Weduwe wijlen WILLEMS MICHIELIS Westwaarts e.z. en tussen erve der pastorije van GEMERT Oostwaerts a.z., streckende metten eenen eynde Noortwaerts op erve JANS VRIJNSSEN, ende metter andere eynde Suytwaerts op erve GOYAERTS JONGERTS, soo hij verclaerde. .......... (moeilijk te lezen).
Geloevende die voorschreven vercooper ........latijnse tekst. uytgenomen eenen erffelicken chijns van vier en een halven gulden aend'Eerwaarde broederschap vnan Onse Lieve Vrouwe binnen dese Stadt, eenen erffelicken chijns van eenentwintich stuyvers aen het Juffrouwen Clooster tot BIJNDEREN, ende alnoch eenen stuyver off braspenningen aen het regulieren convent "Opde HAGE" tot EIJNDHOVEN, uyt de geheele goederen ierst jaerlicx van rechts wegen te vergelden staende, soo hij segden atqui solisteren met conditien inne dese toegedaen dat die voorschreven vercooper der voornoemde chijns sal mogen lossen ende quyten tot aller tijden teffens ende ten eenenmaele met de somme van tweehondert Carolus gulden tot twintich stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereeckent .......latijnse tekst. Behoudelick dat men de voorschreven los schuldig ende verbonden zal wesen ende geeft jaer te voorens wittelicken te vercondigen ende op te zeggen. CARSTENS van HEUVE en TIELEMANS.
Datum den XV Julij Anno XVIc LI.
! Marge !
BARTHOLOMEUSSEN WITTE heeft woortlijck bekent ende beleden dat WILLEM JAN GELEN als eygenaer van neffenstaende onderpanden de chijns van twelff ende eenen halven Carolus guldens inde neffens staende contracte begrepen aen sijne handen heeft affgelost en gequeten concenterende daeromme inde cassatie midts desen. Actum den vijfden April 1669.
BLUYSSEN.
Helmondsche Protocollen, inv.nr. 271/1, folio 40.
d.d. 05-10-1651.
JAN GERIT WILLEMS van de WASBERCH, wonende tot GEMERT heeft erffelijk ende jaerlijs gelooft te gelden, ende te betaelen aen Suster PETRONELLA van BERCKEL Mater des Convents van SOETERBEECK, ende tot behoeff desselfs Convente, een jaerlijkse ende erffelijke renthe van twintich guldens, den gulden ad twintich stuijvers ider stuck gereeckent, vrij van alle lasten, exactien, subsidien, impositien egeene vandyen gerefereert, noch uitgestreecken, alreede ingestelt oft alnoch ingestelt te wordene te betaelen, verschijnnende allen jaer op Bamisse dach oft 1e October, waer van den iersten pacht vallen ende verschijnen sal Bamisse oft 1e October alsmen schrijven sal Anno 1650, ende dat van ende uit seecker stuck ackerlants gelegen inde Prochie van BAECKEL ter plaetsen BETIJSEIJNDE <= MATHIJSEIND> genaemt HET ROT groot ontrent de elff Loopensaten off soo groot ende cleijn, als 't selve ter plaetsen voorschreven gelegen is, met d'een sijde neven Erve REIJNDER PETERS, met dander sijde ende d'eeneijnde neven de gemeijnte van BAECKEL voorschr., streckende voorders tot op Erffenisse JAN THOMAS. Los ende vrij. Item alnoch van ende uit seecker stuck landts ter plaetsen voorschreven gelegen genaemt DEN VENSEN CAMP, groot negen Loopensaeten, met d'een sijde neven Erve REIJNDER PETERS, met meer andere, streckende met beijde de eijnden opde gemeijnte van BAECKEL aldaer, los ende vrij, welverstaende nochtans dat den voorn. geloovere omtrent de sestien stuijvers ende een oirt jaerlijken Chijns is, geldende niet wetende overmits hij noch andere goederen ter plaetsen voornd. is hebbende waer uijt denselven Chijns gegolden wort ontlast alsoo den voorschr. gelovere de voorschr. hippotequen van den voorschr. Chijns den selven Chijns is sijnne andere goederen stellende, ende deselve sijnne andere goederen daer voor mits desen verhijpotiserende, ende geseth etc. <= moeilijk te lezen> Actum den vijfden October 1651. Coram scabinis CORNELIS van HOOGSTRATEN ende SACHARIAS JANSSEN.
Recogoutio Quitandi. Dat men dese voorschreven renthe van twintich gulden jaerlijks mogen lossen mette somme van vierhondert gulden capitaels Hollants geexermitteert gelt mits betalende allen vervallen pachten, ende een halff jaar te voorens opleggende, welke voorschreven penningen JAN PETER GERIS, woonende tot MIERLO cum suis als voorschreven Convente heeft gerestitueert, ende wederom geschooten zijnde deselve oock aende Ho. Mog. overgebracht, sonder argelist, Actum et coram ut Supra.
Helmondsche Protocollen, inv.nr. 271/1, folio 43.
d.d. 03-11-1651.
WILLEM JANSSEN vanden BOERDONCQ, heeft erffelijk vercocht, overgegeven ende opgdragen aen PETER GOORTS JOOSTEN woonach-tich tot BAECKEL, seecker stuck groeslants, als mede ackerlant, sijnde geweest eene Hoffstede gelegen tot BAECKEL aendie Straet, aendie RIJCUIJL, neffens erffenisse FRANS JACOBS ex uno, ex alio den coopere voorschreven, streckende van erffenisse FRANS JACOBS tot voir opde gemeijne straete aldaer, en dat onder dese conditien dat off het naemaels gebeurden oft geviele dat eenighe erffgenaemen meer op dese voors. erffenisse quamen pretenderen oft eijschen, ofte datter eenighen Chijns van gronde op quame ofte andersints, hij vercoopere daer vooren niet en sal hebben te staen ofte te verantwoorden, in gheenerleij manieren als alleenlijck vercocht hebbende, het ghene hem vercoopere van rechts wegen daervan was, is competerende. Ende heeft den vercooper op het voorschr. lant helmelingen vertegen. Gelovende ...., sonder arglist Actum desen derden November 1651. Coram Scabinis ZACHARIAS JANSSEN en DIRCK WILLEMS.
Helmondsche Protocollen, inv,nr. 271/1, folio 45 verso.
d.d. 23-11-1651.
WILLEM soone WILLEM AERTS woonende op de CROMME AA onder DEURNE, heeft erffelijk vercocht overgegeven ende opgedragen LIJSKEN Dochtere REIJNDER JANSSEN, verclaerende eene jaerlijcxe ende erffelijke Renthe van ses Carolus guldens, den gulden tot twintich stuijvers gereeckent, die hij gelooft heeft alle jaer te betaelen opden 23en dach van November 1652, ende dat van ende uit Huijs, hoff ende landerijen, groes ende weyden daertoebehoorende, liggende ter plaetsen op die CROMME AA genaemt DEN HUVEL onder DEURNE voorschreven, soo ende gelijck 't selve tegenwoordig hem is toebehoorende ende in sijn gebruijck is hebbende, ende voorts op alle sijne erffelijcke goeden soo aen 't GEENEN EIJNDE onder BAECKEL als elders gelegen. Los ende vrij, uitgenomen acht gulden vijff stuijvers jaerlijcx aen het CAUWAETERS CLOOSTER, wesende 21 vaten Rogghe Reducteu ennde den Chijns vanden gronde aenden Eed. Heere van HELMONT. Gelouvende voorts ut moris et stijlie. Actum coram scabinis In HELMONT respective DIRCK WILLEMS, ende JAN vanden GROOTENACKER op den XXIIJ November 1651.
Recogontio Quitandi, dat men dese renthe sal moghen lossen ende quijten met de somme van eenhondert gulden, mits daerbij leggende allen vervallen pachten ende interessen, mits een vierdendeel jaers te voorens opte seggen. Actum et coram ut Supra.
Bakel 1652.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1607, folio 219verso t/m 221.
d.d. 16-02-1652.
Mr. MAERTEN van HEES Notaris openbaer te OISTERWIJCK residerende inden naeme ende als gemechticht tot s'geens naervolgende is van den WelEdele Heere HENDRICK van DOERNE van DURENDAEL inne procuratie brieven voor THOMAS van HIJNBERCH als openbaer Notaris en de seeckere getuygen gepasseert inder dato den XV February nu lopende de voornoemde Heere Constituant als wettich naergelate weduwer van Vrouwe ANNA MAGDALENA van MERODE sijne huysvrouw gemechticht door cracht van den testamente lesten en de uitersten wille bij hem met de voornoemde sijne huysvrouwe te samenderhant gemaeckt en de voor Schepenen en de Secretaris van OISTERWIJCK op den VIe Augusti Anno XVIc drie en de veertich gepasseert, ende met crachte der machte den voornoemde MAERTEN van HEES bij de voorschreven procuratie en de den voornoemde Heer Constituant bij den voornoemde testamente so allent blijckende was, gegeven en de verleent.
Eene Hoeve lants genoemt "De CAWEY" gelegen in de parochie van BAECKEL ter plaetse genoemt "MILLIS" bestaande in een woonhuys en de schuere, elck van vier gebonten, torftschop, hof en met hunne gronden en de toebehoorten en de ackerlanden, weylanden, beemden ende de heyvelden, aller aen malcanderen liggende ende daer toe behoerde in alsulcken vuege en de groote als die ter plaetse voorsegd gelegen sijn en de gelijc derselve MAERTEN CORNILIS van St.ORDEN RODE in sijn gebruyck en de pachtinge tot noch ter tijt heeft gehadt, tussen erve van den Convente van BINDEREN e.z. Oostwaert en de tussen de gemeynte van BAECKEL a.z. Westwaart. Streckende Noortwaerts op erve genoemt "De CAUWEYE" eertijts toebehoort hebbende den Heere WALRAVEN van WYTENHORST en de erve den Heere van MILLIS, en de Suytwaerts op de gemeynte van DOORNE daer toe alnoch acht sillen oft daerontrent hoeylants gelegen onder de voorschreven parochie van BAECKEL inde "CRUYSETSCHE BEEMDEN" gereserveert den voornoemde Heere Constituant den visweyer die desselft voorouders aldaer gehadt hebben in de gemeynte van BAECKEL oft DOORNE, welcke voorschreven Hoeve lants met sijnen tochten en de toebehoortene als ooc de voorschreven acht sillen hoeylants den voornoemde Constituant mits seeckere erffelicke dotale gifte van sijne ouders is overgegeven so men verclaert, heeft hij mits desen wittelick en de erffelick opgedraegen en de overgegeven MAERTEN CORNILISSEN van St. ORDENRODE voor d'een helft en de JANNEN ANDRIESSEN van BOECKEL, voor de andere helft. Ab gedaene supplementen en de effecten. Geloevende de voorschreven opdragere tot crachte sijnder voorschreven gegevender macht op verbant van des voorschreven Heere Constituants goederen present en de toecomende (war?), (oos?) obligat: en de impet: depencie uytgenomen een pacht van een mud roggen aen de Rectoir van Onse Lieve Vrouwen altaer tot HELMONT betaelt wordende met ses gulden jaerlix, noch de helft in twee mudden rogge gereduceert, ieder mud op drie gulden.
Item de helft in twee mudden twee vaeten roggen beyde aen St. Catharina gilde binnen dese stadt aen te betaelen volgens de brieven en de bescheyden daer van mentionerende.
Item alle de grontchijnsen dats te weten drie gulden twee oirt stuyvers in 't boeck van MILLIS, acht stuyvers vier denier en de een halven denier op 't boeck van DOIRNE, en de voorts alle andere grontchijns in den boeck van HELMONT oft elders daer toe te vergelden staende.
En de voorts gebuerlicke rechten en de erffelicke servituten, dorps commeren en de lasten daer toe so van outs rechts als gewoonte wegen te onderhouden staende en de behourde welcke voornoemde pachten, renthen en de chijnsen en de lasten de voornoemde vercrijgeren so sullen gelden, lossen, betaelen en de quyten, mitsgaders het jaer achterstels Lichtmis verleden verschenen dat de voornoemde Heeren Constituant sijne goederen, oiren ende erven daer van ten eeuwigen daege sullen blijven ongemolesteert.
Testes van BRUSSELE en van BERCKEL datum den XVI February Anno XVIcLII.
Bakel 1653.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1579, folio 171 t/m 174verso.
d.d. 05-07-1653.
Alsoo GEERAERT WILLEMSSEN Schepen des dorps van BAECKEL resorterende onder de Meyerye deses Stadt S'HERTOGENBOSSCHE als gemechticht inne behoirlijcken besegelde procuratie brieven onder de Schependoms segel desselftes Dorps geexpediceert, ende uyt crachte der machte den voornoemde GEERAERDEN WILLEMS daer inne bij JANNEN GOORTSSEN van SOEST, WILLEM HENRIX vanden KERCKHOFF, GEERAERT JAN MARCELLISSEN, JAN JANS LENAERTSSEN, ende MARTEN MICHIELSSEN oyck Schepenen des voorschreven dorps van BAECKEL, JAN JAN GEERIT WILLEMS, ende HOUB GEENEN Borgemeesters, MARTEN HENRIX de WIT, ende JAN DIERCX Kerckmeesters, PEETER DIERCX ende WILLEM HERMES Heylich Geestmeesters, van de notabelste ingesetene van de voorschreven dorpe. JOOST PEETERS van den NOIENEYENDT Borgemeester WILLEM JANSSEN de WIT, ende JAN SCHAETEN oyck oude Borgemeester. Naer voorgaende Convocatie ende vergaderinge ende uyt crachte ende vermoogens seeckere oepene brieven van Octroye van henne Doorluchtichste Hoocheden als Hertogen van BRABANT met der selver Hoocheden uyt hangende segel besegelt, dyen van BAECKEL voorschreven verleent, wesende consent om op 't corpus des voorschreven dorps van BAECKEL te moogen lichte ende opnemen eene Capitale somme van thien duysent guldens ende daer voor 't selve corpus te moogen belasten met renten tegens den penninc sestien midts dat deselve penninge soude wordden geempoyeert tot quytinge van gelijcke somme daer mede de voorschreven ingesetenen van BAECKEL tot seer hoogeren interest waeren belast. Hadde inne dyer qualiteyt erffelick vercost JANNNE LAUREYNSSEN COCX tot behoeft desselven LAUREYNS PEETERS COCX sijns vaders eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van hondert ende twintich Carolus gulden tot twintich stuyvers elcken gulden goets gancbaers gelts gerekent te betalen alle jaer erffelick inne den Hoochtijde van St.MATHIJS dach, ende inne S'HERTOGENBOSSCHE vrij van alle Hertoghs beden, exactien, subventien soo thiensten, twintichsten, honderste, als alle andere meerdere ende mindere penningen, commeren, schattingen ende vaste ordinaris en extraordinaris, gewoonlijcke ongewoonlijcke ingestelt oft bij avontueren naermaels ingestelt te worden egeene laste ten voordeel uytgescheyden alle jaer te voorschreven verschijndagen te leveren ende te vergoeden, pront in litteris wesende van den datum den iersten Meert Anno XVIc negentien ende alsoo daer nae de voorschreven chijns gereduceert sijnde op hondert gulden jaerlicx mits seeckere erffscheydinge ende erffdeylinge tussen de kijnderen ende erffgenamen van zal. ELISABETH [HOIKOOP] Weduwe zal. LAUREYNS COCX voorn. gemaeckt ende aengegaen, onder andere te deel ende te lote gevallen was PEETERKEN, JUDITH, MARGRIET ende HUYBERT soo men verclaerde begrepen te sijn en acte daer van op ten vier en twintichsten July Anno XVIc tweeenveertich onder henne signatueren ter presentie van getuygen gepasseert, ende alsoo noch daer nae S'Heere ende Mr. HUYBERT COCX Licentiaet inderechten soone wijlen LAUREYNS PEETERSSEN COCX voor hem selven ende mede als momboir van de onmundige kijnderen LEENAERTS STRIJBOS verweckt aende voorschreven PEETERKEN COCX voor een vierde gedeelt. Mitsgaders deselve Heere en Mr. HUYBERT COCX inde naeme ende als gemechticht van ANTHONY JANSSEN van der HEYDEN als man en de momboir van de voorschreven MARGRIET sijne huysvrouwe, hebben bekent dat NICOLAAS JOOSTEN van NEDERVEN Stadthouder ende LENAERT JANSSEN President van BAECKEL, inden naeme ende van wegen 't gemeyn Corpus van BAECKEL voorn. aen sijnen handen hadden gelost veertich gulden jaerlicx ende erffelicx chijns voorschreven die voorschreven Heer ende Mr. HUYBERT COCX als overgebleven momboir van de onmundige kijnderen LENAERT STRIJBOS ende PEETERKENS COCX voorn. gemechticht door crachte van seeckere authorisatie van mijn Heeren Schepenen deser Stadt 't sestich gulden jaerlicx alnoch ongelost over gebleven van de voorschreven gereduceerde jaerlicken ende erffelicken chijns van hondert gulden. Hadde tot behoeft van de voorschreven JUDITH COCX witteick ende erffelick gerenuntieert ende verthegen prout in alijs bris vande date der eenentwintichsten Juny lestleden. Soo sijn gestaen voor Schepenen ondergeschreven dye voorzegde Heer ende Mr. LAUREYNS COCX, voor hem selven ende mede inde naeme ende als gemechticht van de voorschreven JUDITH COCX sijne suster bij procuratie brieven voor THOMAS van HEYNSBERCH als openbaer Notaris ende seeckere getuygen gepasseert in dato de vijffentwintichste Juny voorschreven, ende MICHIEL van HAUBRAECKEN Clerq van de Secretarije deser Stadt inde naeme ende als gemechticht van den voorschreven ANTHONY van der HEYDEN als wittich man ende momboir van de voorschreven MARGARETA COCX sijne huysvrouwe ende van MAYKE COCX weduwe wijlen JAN HENRICX COLEN in procuratie brieven voor schepenen der Stadt EIJNDHOVEN gepasseert van der dato de seste dach dese loopende maent July, ende uyt crachte der machte en den voorschreven gemechtichde bijde voorschreven effectieve procuratien (soo alles bleeck) gegeven ende verleent, ende neyt te min, sich voor de voorschreven Constituanten fort ende sterck maeckende midts desen de voorschreven t'sestich gulden jaerlicx ende erffelicken chijns van den voorschreven gereduceerde jaerlicken ende erffelicken chijns van hondert gulden, daer van de voordere veertich gulden jaerlicx sijn gelost ende gequeten, soo voorschreven staet, hebben sij wittelick ende erffelick opgedraeghen ende overgegeven midts desen ANNEKEN van WAMEL huysvrouw PEETERS JANSSE van WOLFFSWINCKEL tot behoeft desselve PEETERS haere mans ........[latijn]. Gelouvende die voorschreven opdraegeren te weeten dye voorschreven gemechtichde uyt crachte hender voorschreven respective gegevende machten op verbant van allen de goederen der voorschreven respective Constituanten present ende toecomende, en dye voorschreven Mr. HUYBERT COCX voor hem selven ende met sterckmaeckinge als voor in solidum als schuldenaer principael op verbant van sijnen persoon ende sijne goederen, hebbende en de naermaels vercrijgende.
Datum ........[latijn]. Mede bekennen die voorschreven Mr. HUYBERT COCX ter saecke van dese transporte te vollen vernuecht ende betaelt te sijn. Testes RUYSSEN et SCHUYL.
Datum den VIIIe July Anno XVIc LIII.
Gemeente Deurne, inv.nr. VIII e-14-36.
d.d. 05-09-1653.
Acte van turbe van den Heere van DOERNE etcetera, tegens die van BAECKEL.
Documenten rakende het verschil over de Limietscheiding tussen DEURNE en BAKEL.
Op huyden den vijffden Septembris Anno een duysent ses hondert drie ende vijfftich den Seer Edelen ende Welghebooren Heere ROGIER van HOUTERIVE geseyt van LEEFDAEL Heere van LIEFFRINGE ende DOERNE ende LIESSEL kennisse bekoomen hebbende dat eenighe van de gemeente van BAECKEL met haere consorten, feytelijckheden waeren plegende, op den grondt vande voorschreve gemeente van DOERNE, heeft den voorseide Heere geraede gevonden, neffens PETER van BOMMEL Drossaert, MICHIEL HENDRICX GOLOFFS ende JACOB GORDTS Schepenen, mitsgaders JACOB JOOSTEN Gemeyntmeester van DOERNE hun samentlijcke daar naer toe te transporteeren met eenighe getuijghen daer toe versoght als namentlijcke FRANS WILLEM GIELENS, Mr. POUWELS ANTHONIS COELLEN, EVERT SEGERS ende GOVERT JANSSEN in qualiteijt als Vorster tot DOERNE voorschreven, alle welcke gecoomen sijnde ontrent sekere plaetse genoempt DIE GEELLE SPRONCK geenclaveert, ende veere geleegen in de voorschreve gemeente van DOERNE, gelijck sij Heeren Regeerderen verclaeren des noodts sijnde te sullen doen blijcken, hebben wij getuijgen booven genoembt bevonden dat op de sellive geplandt stonde eene lange roije <= een staak of dunne boomstam> op hebbende booven aen't eijnde eene groote witte vaenne oft baeckteken ten naesten bij correspondeerende op noch andere baeckens, de verheeven vaenne als booven, den DEURENSE PEEL opwaerts gestelt sijnde, veer binnen de Paelsteden van EESSENS PUTTE ende die LANGE REIJSEREN, Limietpaellen vande voorschreve gemeijnte van DOERNE, bij welcke voorschreven eerste vaene oft die sich oopenbaerde, heeft den voorschreven Heere, Schepenen, ende Gemeijntmeester van DOERNE het voorschreven baecken doen neder leggen, ende met den Ondervorster van DOERNE daer naer doen draegen naer het HOFF van DOERNE, ende naer dat het selvige alsoo geschiet was in ons getuijghen tegenwoordicheijt soo heeft den voorseide Heere van DOERNE doen schutten seekere peerdt met een veullen gaende dicht aen de LOOP op HET GOOR genaempt, veere op d'ander sijde vande voorschreve GEELE SPRINCK tegens die seijde van BAECKEL het welcke peerdt ende veulle als voorschreve geschudt hebben wij getuijghen daer op daettelijck sien volgen, EIJCKEN IN'T HEIJTVELT Weduwe JAN WILBORTS woonachtich tot MILHEESE onder BAECKEL, welcke het voorschreven perdt ende veulle verclaert hebbende het haere te weesen heeft het selvige daettelijck ghelost, ende voor het schudtgelt betaelt veerthien stuijvers klagende dat sij een weduwe was, ende dat sij soo nu als voor desen wel seven oft acht guldens van schutgelt aen den voorschreven Ondervorster betaelt hadde, door 't overloopen van haer beesten ter plaetsen voorschreven, versoeckende daeromme aen den voorschreven Heere van DOERNE, dat den voorschreven schutter nu eens met een quartien soude te vreeden sijn, dat voor die reijse niet en coste weesen soo den voorseide Heere antwoorde seggende daer bij dat sij het voorschreven peerdt soo datelijck van den Doernesen grondt soude jaeghen dat de voorseide Vrouwe dede, waer naer den voorseide Heere, Drossaert, Schepenen, ende Gemeentmeester met ons als getuijgen ende Vorster boven genoempt gaende naer de anderen voorschreven baeckens heeft den voorschreven Heere die tweede oock doen nederleggen sonder iemanden daer bij te sien, ende comende tot die torffschranken van DOERNE naer een derde baecken hebben gesien dat een seker persoon die selve baecken vuijttrock, ende haestelijck wech nam, ter sijde aff gaende naer andere persoonen oock aftrijckende naer den grondt van BAECKEL tot dat sij neffens meer anderen ingesetene van BAECKEL ende voordere bij hebbende persoonen waeren op den grondt van BAKEL voorschreven waer op sij als doen bleven staen die putten van de voorschreven Deurense Peel tusschen beijde sijnde bevonden wij booven genoempt de voorseide persoonen te weesen onder andere CLAES JOOSTEN van NEERVEN Schoutent LEENNAERT JANSSEN President, PETER AERTS Schepen, JAN NOIJEN, ANTHONIS JANSEN van HOOF Peelmeester, DIRCK HUIJBERTS Vorster samentlijcke ingesetenen van BAKEL als booven midtsgaeders CORNELIS de GROFF Landtmeeter wonende tot BRUGEL, in teken der waerheijt van t'ghene voorseid is, soo hebben wij getujghen booven genoempt ten versoeck als booven dese onderteeckent met presentie des versocht sijnde, allen het selve andermaal te vernieuwen, ende te conformeeren met Solemneele Eede gedaen ten daeghe ende naeme als booven.
Dit is het merck van:
FRANS WILLEM GIELENS
PAUWELS ANTHONIS COLEN
EVERT SEGERS
GOEVERT JANSSEN vorster in DURSEN.
Ende in voorder teken van waerheijt alsoo de ander getuijghen soo haest niet konde volgen door weecheijt van DEN PEEL verclaert den voorschreven Vorster van DOERNE ende EVERT SEGERS daer en booven den voorseide persoonen die de voorseide vaene wech nam, soude aenroepen dat sij soude staen gelijck hij Vorster, verscheijde reijsen deede naer den voorseide persoon (geweest sijnde ANTHONIS JANSEN van HOOF zijn handt op stekende bleeff niet te min haestelijck voortgaende als voorschreven tot hij op den Baekelsen gront was, in naeder teken van welwetentheijt hebben wij dese naerdere verklaeringe oock onderteeckent.
Datum als booven.
EVERT SEGERS
GOEVERT JANSSEN Vorster in DUERSEN
Rechtelijk Archief Bakel. inv.nr. 80,
d.d. 1653.
JENNEKE de Weduwe van WILBERT MATHIJSSEN van NEERVEN is in een civiel proces verwikkelt contra CORNELIS JAN DIRCX en THEEUWEN JACOB BERNAERTS.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 22, folio 400-403.
d.d. 01-12-1653.
JENNEKE Weduwe van WILBERT MATHIJSSEN.
Bakel 1654.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1580, folio 173v t/m 175.
d.d. 24-02-1654.
ALBERT BARDOUL, inden naeme ende mede gemechticht van MAYKEN van COUDENHOVEN Weduwe van WILLEM CREEMERS ende procuratie brieven voor Schepenen van ERP gepasseert, wesende van den data den derden dach deser loopende maent February. Die voorschreven Constituanten gemechticht door crachte van der testamenten, lesten en uytersten wille bij haer metten voorschreven WILLEM CREEMERS haere man zaliger gemaeckt ende voor PEETER van den KERCKHOFF Secretaris der Heerlijckheyt van GEMERT ende selven getuyghen gepasseert van der data den sesthienden May Anno XVIc vijffen veertich ende uyt crachte der machte de voorschreven MAYKEN van OUDENHOVEN bijder voorschreven testamenten ende den voorschreven ALBERT BARDOUL ende voorschreven procuratie, soo alle bleyckende was, respective gegeven ende verleent, heeft wittelick ende erffelick vercost mij L. van KESSEL tot behoeft van ARNT LEYTEN. Eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vijfthien Carolus gulden tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts elcken gulden gereekent. Te betaelen alle jaer erffelijck opten feestdach van Onser Liever Vrouwe Lichtmis, ende voor den iersten termijn van de betaelinge opten feestdach van Onser Liever Vrouwe Lichtmis Anno XVIc vijff en vijfftich, ende binnen dese stadt vrij ut supra te leveren en de te vergelden, van ende uyt eene Hoeve ende erffenisse haer constituante competerende ende aengecoomen van haere ouders gelegen in de parochie van BAECKEL bijde BAECKELSE BRUGGE genoemt "AERSTRAET" groot ontrent veertich Loopensaten, deen sijde langs de waterloop, d'andere sijde JENNEKE WILLEMS, d'een eynde de gemeyne straet, d'andere eynde de voorschreven waterlaet. Ab eodem AERNOLDA LEYTEN eg. ........<latijn>. Geloevende die voorschreven vercooper uyt crachte sijnder voorschreven gegevender machte op verbant van alle de goederen der voorschreven constituante present ende toecomende waren, omnes alias obligatione et ........ uytgenomen eenen erffelicken pacht van negen vaten roggen en het huys van GEMERT. Ende den grontchijns aenden Heeren van ASTEN. Ierst jaerlicx van rechts wege daeruyt te vergelden staende. Atque ........? Met conditien inne deser toegedaen dat diversche constituante der voorschreven chijns sal mogen lossen ende quyten tot allen tijden seffens ende ten eenemaele met de somme van dryehondert Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereekent. Et cum clusie aenni et arresten. Behoudelick dat men de voorschreven los schuldich ende verbonden sal wesen een halff jaer te voorens wittelick te vercondigen ende op te seggen. Ende staet te weten dat met dese constitutie des chijns voorschreven aenden voorschreven ARNT LEYTEN voldaen wort alsulcken obligatie van dryehondert gulden capitaels als die voorschreven WILLEM CREMERS doet voorscheven constituante man vanden selven ARNT LEYTEN voirtijden hadde opgenomen, soo die voorschreven ALBERT BARDOUL dat verclaerde bekende midts dese. Testes RUYSCH et VERMEER. Datum den XXste February Anno XVIc LIIII.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 230.
d.d. 04-06-1654.
Door transport met de Kinderen LAMMERS verkrijgen JENNEKE de Weduwe van WILBERT THIJSSEN en MARTEN PETERS alias MASBROEX: huis, hof en aangelag, DE STEENACKER, het LUCHTVELTEN, het CLOOTJE, DE HEESKES, DE CAPPELACKER, DE HUYSACKER en DE POTTING.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1609, folio 281verso t/m 283.
d.d. 27-06-1654.
BERNHARD sone wijlen JAN van de BOER woonende tot BAECKEL wettich naergelaete weduwer van GOORTJE SLAETS sijne huysvrouw, de tochte hem als lanxtlevende ve da, competerende in twee huysen nevens malcanderen staende, schuer ende hoff, boomgaart, teulant en de weylant malcanderen aen eenen plack aengelegen ontrent thien Loopensaten te samen groot sijnde gelegen onder de parochie van BAECKEL tot MILHEZE ter plaetse genoemt "De LAEREN" tussen de gemeyn straet e.z., ende tussen erve THEUNIS JOOSTEN a.z., streckende van erve JAN PETER SCHEPERS tot aen de gemeyne straet.
Item in een stuck lants genoemt "Den HEYCANT" ontrent ses Loopensaten groot sijnde gelegen tot MILHEZE voorschreven tussen de gemeyne meswech e.z. ende tussen erve AERT HENDRIX van ALEN a.z., streckende van erve JAN PETER SCHEPERS voorschreven tot op de gemeyne straet.
Ende alnoch in een stuck lants ontrent drie Loopensaten groot sijnde gelegen onder MILHEZE voorschreven ter plaetse genoemt "De HUYSAKKER" tussen erve THEUNIS JOOST GENEN e.z. en a.z., streckende van erve des Convents van BIJNDEREN tot op den gemeynen miswech.
Item in een stuck lants ontrent anderhalft Loopensaat groot sijnde gelegen onder MILHEZE voorschreven ter plaetse genaemt "De MIL" tussen erve THEUNIS JANSSEN van HOOFT e.z. en de tussen erve GOOSSEN HENDRIX van TOREN a.z., streckende van de gemeyne wech tot op erve AERT HENDRIX van AELE. Geeft mits desen wittelic gecedeert opgedragen en de overgegeven JANNEN HENDRICK ABRAHAMS als wettiche man en momboir van JENNEKE sijne huysvrouw, dochtere BERNHARDS ende GOORTJENS voorschreven en de effectelick. Geloevende de voorschreven opdragere super omnia et ....... (latijn).
Testes en datum et supra. = 27 Juni 1654.
En de geschiet dese afgaeninge van tochte alleen ter constitutie des naebeschreven chijns van twelft gulden s'jaers.
Want die aldus geschiet is als voorschreven staet soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven de voorsegde JAN HENDRICK ABRAHAMS wonende tot MILHEZE als wettich man en de momboir van de voornoemde JENNEKE sijne huysvrouw, en heeft mits desen wettelic ende erffelick vercocht mihi ad opus d'Heer en de Mr. LAMBERT BECX Licentiaat inden rechten eenen jaerlicken en de erffelicken chijns van twelft Carolus guldens tot twintich stuyvers goets gangbaers gelts elcken gulden gereekent. Te betalen alle jaer erffelic op den eersten Marty en de voor den eersten termijn van betalinge op den eersten Marty Anno XVIc vijftenvijftich en de binnen dese Stadt vrij et supra te leveren van en de tot de bovenstaende parchelen van erven. Ab codem den Heere LAMBERTS ...... (latijn). Geleuvende de voorsegde vercopere super ........ (latijn) deponere uytgenomen eenen chijns van vijftthien stuyvers aen Heere van MILHEZE. Ende alnoch anderhalff vat reductie roggen aen de taefele van de H.Geest tot BAECKEL eerst jaerlix en de van rechts wegen daer uit te vergelden staende te doen met conditien inne desen toegedaen dat de voorsegde vercopere den voorsegde chijns van twelff gulden tot allen tijden sal mogen lossen en de quyten teffens en de tenenmaele met de somme van twi hondert carolus guldens tot twintich stuyvers den gulden gereeckent in specien van patacons oft ducaten tot drie gulden drie stuyvers en de twee gulden thien stuyvers het stuck respectivelick gereeckent ....... (latijn) Behoudelic dat men schuldich en de verbonden sal sijn den voorsegde los een halff jaer te voorens wittelick te vercondigen en de op te seggen.
Testes et datum ut Supra. = 27-06-1654.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1610, folio 71 t/m 72.
d.d. 27-11-1654.
WILLEM ADAM Soons inden naeme en de gemechticht tot s'geens naervolgende is van PETER JANSSEN CRUCK wonende tot BAECKEL in procuratie brieven voor MATHIJS GEERSHEUVELS van BOCHOLT als openbaer Notaris en de seeckere getuygen gepasseert wesende van den date den XXVIIe Augusti Anno XVIc sevenenveertich en de uyt crachte der machte hem daer bij (so blijckende was) gegeven en de verleent seecker huys met desselfs aengelach groot ontrent vijff Loopensaten geheten "Het SANT oft GEENENCAMP" gelegen tot BAECKEL met d'eene zijde en d'eenen eynde aen erve gehetene "De VLINCKERT" toecomende tegenwoordich N. CRAENENBROECK tot HELMONT, met d'andere zijde aen erve JAN THOMAS MAESSEN, metten anderen eynde voor aen de gemeynte aldaer. Door den voorschreven Constituant in cope vercregen van de momboiren van HEYLKEN onmundige dochtere wijlen HERMAN JAN SETTERS en de DERXKEN PETER JANSSEN HOEFFNAEGELS te samen verweckt so men verclaert heeft hij mits desen wettelick en de erffelick opgedraegen en de overgegeven PETEREN van BREE Notaris en de Procureur voor den gerechte deser Stadt tot behoeft van de Crediteuren van HENDRICK de CROM gewesene ingeburder en Cipier desen Stadt Ab ysden cred:toribg supp: en de effectelick. Geloevende de voornoemde opdragere met crachte sijnder voorsegde gegevender macht op verbant van des voorsegde Constituants goederen present en de toecomende ....... (latijn) Constituants deponeren.
Testes CASTEREN en TEMPELAER datum den XXVII Novembris 1654.
WINDMOLEN VAN BAKEL.
Rechtelijk archief Helmond, 1396 - 1810, inv.nr. 339.
d.d. 29-11-1654.
Joffrouwe JOSINA BEX, Wed. wijlen Joncker PETER PACK, geassisteert met JAN ADRIANUS van der MEIR voor d'eene hellichte, Joncker WILHELMA ENTENFUETS inden naeme van Joffrouw MARIA van BOSHUIJSEN Wed. wijlen Joncker WOLFAERT ENTENFUETS. voor een vierde part, CORNELIS JAN HEURCKMANS gemechtichde des Dorps van SOMEREN, tot d'adminnistratie der goederen van wijlen Joncker JOHAN BACK genaempt WIJSTLIET voor seeckeren termijn van jaeren geassisteert met WOLFFERT IDELETH Licentiet inden Rechten. Alsoo oock voor het resterende vierde part inden Meulen tot BAECKEL gelegen, bekennen aen BASTIAEN PETERS te hebben verpacht, seeckere henne Windtmoolen, met haere rechten ende maeldereijen metten meulenhuys daerbij gelegen met sijnen toebehoorten, gestaen binnen den Dorpe van BAECKEL. Voor eenen termijn van ses jaeren, met drie d'ierste jaeren vuyt te scheyden wien het van parteijen believen sal voor Corsmisse van den lesten jaere.
Dese pachtinge sal inne gaen vanden meulen, meulenhuys metten hoft den vierden dach Mey van den jaere XVIc vijffenvijftich, ende d'ackerlanden daeraen gehoorende t'oogst daeraenvolgende bloot aende stoppelen, ende alsoo int scheijden laeten liggen.
Item sal den voorschr. pacht beneffens PETER BASTIAENS sijnen soone als principael mede geloover ende als principael mede pachter (met consent der voorschr. verpachteren) ende alsoo dese pachtinge mede aennemende ende accepterende, schuldich ende gehouden sijn opde voorschr. meulen ofte daer ontrent hen altijt te moeten laten vijnden soo dat het meulenrecht ver-eijscht besonder in onweder ende tempeest <= stormweer; (v.Dale)>, waerbij die voorschr. meulen soude veronrecht ofte verongeluckt moogen worden. Ende ingevalle dat ter contrarie bevonden worde <= in strijd met; tot tegenspraak; (v.Emst.)>, soo sullen de pachteren een voor all ende inder in solidum voor het gebreck staen, ende cost, last, oft schade vande verpachteren.
Item soo wanneer snachts, ofte daechs eenighe wijndt off onweder opstonde, soo sullen de pachteren schuldich sijn te verificeren <= met met bewijzen staven; (v.Emst.) met twee naebueren, bij Eedt hen vuytterste diligentie gedaen te hebben <= zijn uiterste best doen; (v.Emst.)> om 't selve te voorcomen, ende de meulen te bewaeren, off andersints bij hen pachters schulde ende negligentie <= nalatigheid; (v.Emst.)> de schade moeten oprichten.
Item ofte andersints den voorschr. meulen off huysinghe in brant, hagel off donder, door den meulders ofte henne knaepen nyet en worden bewaert soo dat behoorden ende sij schuldich sijn te bewaeren, dat den meulen daerbij versuympt werde, dat de pachters een vooral, den schaede sullen repareren.
Item sullen de pachteren de voorschr. meulen onderhoudene in seijlen, cammen, hecken, scheijen, binnen ende buyten seelen, caabijseren , boom, billen, lassen <= opleggers; roeden; (Woordenboek van de Brabantse dialecten)>, spillen, spooren, ende allen mispelen houdt soo in het rutselen als ander gereetschappe totte voorschr. meueln gehoorende.
Item sullen de pachteren het meulenhuys onderhouden in goede reparatie ende dich van wanden, mueren ende dack, sonder coste van den verpachteren, volgens laets recht.
Item wanneer den wijntmoolen sal met groot hout moeten worden gerepareert vn standaert ofte meulenasse, soo sullen de verpachteren 't selve houdt opde plaetse moeten leveren ende de dachuren betaelen, dan de pachteren sullen de montcosten betaelen voorde aerbeijders, daer voor de pachters sullen genieten, den affval ende sullen de pachteren nyet moogen repareren sonder consent van de verpachteren over de twintich guldens.
Iten oft die voorschr. Meulen mits reparatie ende vertimmeringe meer dan vier daegen moste stille staen, soo sullen die verpachteren van elcken dach naerde voorschr. vier daegen aenden pachtere goet doen ende cortten anderhalff vath roggen.
Iten belooven de voorschr. pachteren een vooral ende ider als principael jaerlicx te betaelen ende leveren sessentwintich mudde roggen ende ses vaeten boeckwijts, wel met wan ende vleugele gesuyvert, goet leverbaer goet te brengene ende te leveren twee uren gaens buyten BAECKEL.
Mitsgaders noch s'jaers vijffentseventich guldens daervan den dach sal ingaen quarto Maij voorschr. voorden iersten jaere ende vuytgaen quarto Maij sestenvijftich alles te voldoen te leverene ende te belaelene in vier termijnen allen jaeren te weten allen vierdemael jaers allen quart der pachtinge, ofte bij overstrijck van leveringe vanden voorschr. rogghe op sijnne termijnen sullen de voorschr. verpachteren mooghen kiesen ende nemen, soo den pegghe tot HELMONDT sal hebben gesteecken tot effective voldoeninge wel, ende blijvende de pachters in gebreecken ende dat sij laeten oploopen ende onbetaelt staen twee vierden deele jaers soo sal dese pachtinge quarto May daeraenvolgende vuytgaen ende expireren, ten beliefste der verpachteren.
Item tot lasten der pachteren sullen staen de mudgelden ende Dorps lasten opden Meulen commende, mede oock twelff gulden 't jaer aen de Geestelijke Rentmeester PIETER KON aenden H.Geest tot BAECKEL een mudde roggen in specien, ende ontrent achtentwentich off dertich stuyvers 't jaers aen Domeijnen ende daervan jaerlicx te leveren quitantie sonder cortinghe.
Item den moolensteen sullen de verpachteren aenden voorschr. pachteren overleveren quarto Maij toecommende, ende voor elck duym aff teslijtene geloeven de pachters te betaelen volgens de oude cedulle, ofte ouder gewoonte, oft andersints ten belieffen des pachteren voor ider duym ses guldens.
Item alle andere conditien en articulen in desen nijet begrepen, sullen voorts onderhouden, gereserveert en geobserveert worden, die verhaelt ende gecomprehendeert <= ppf. omvatten; bevatten; (v.Emst.)> sijn inde oude cedulle metten voorschr. BASTIAEN PETERS Ouden Meulder lest gemaeckt.
Op alle welcke conditien puncten en voorwaerden verclaeren die voorschr. twee pachters een voor al ende ider als principael, de voorschr. pachtinge der meulen mette appendentien van dijen aen hen te nemen ende te accepteren gelijck sij aennemende ende accepteren mits desen. Belovende de voorschr. conditien eerlijck ende vroomelijck sonder oppositie te voldoen daer voorens verbijndende t'samentelijck ende ider een in solidum henne persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende ende tot meerder vasticheijt van dijen. Soo sijn gecompareert voor ons Schepenen ondergeschreven, de persoonen, te weten EVERT LENAERTS woonende tot DEURNE, HERMAN WILLEM HERMANS tot BAECKEL en hebben t'samentlijck ende ider een voor all.
Als principael gelooft is solidum, dese voorschr, pachtinge, met allen conditien articulen ende voorwaerden, op sijnen behoorlijke termijn te voldoen, ende t'achtervolgen, laetende hen daerinne voluntarie <= vrijwillig> condemneren. Verbijndende sij t'samentlijck ende een voor al daer voor henne persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende, sonder eenige oppositie, des belooven den voorschr. BASTIAEN ende PETER originele pachters henne borgen altijt costeloos en een voor al schadeloos te houden onder verbant als boven pront in forma. Actum HELMONT desen negentiensten November XVIc vier en vijftich. Toirconde desen beneffens de originnele pachteren bij henne borgen mede onderteeckent, ten overstaen van Schepenen in HELMONT respective JOHANNES PIETERSzoon ende PETER JANSSEN, Datum ut ante.
Merckteken van BASTIAEN PETERS
Merckteken van PETER BASTIAENS
Merckteken van EVERT LENAERTS
HERMAN WIJLLEMS
DIRCK HUYBERTS
J. PIETERSzoon
PETER JANSSEN
M. ROEFS Secret.
! Naschrift !
De voorschr. proprietarissen in qualiteijt als boven gelooven allen jaeren precies de voor middach quarto Maij, binnen BAECKEL ten huyse des Meulders te compareren om te reeckenen daer van den iersten dach der vergaderinge wesen sal quarto Maij XVIc sess en vijftich, ende die nijet en compareert ofte iemant volmachtichden verschijnt, sal verbeuren een tonne beers en twee vaemen Rijnschen wijn voorde comparanten, sonder argelist. Actum ut Supra.
JOSINA GAERARDA BECX Weduwe JO TACKSSEN
GUILHELMUS ENTEFUETS
CORNELIS JANSSEN HORCKMANS gecommitteerde van die gemeijnte van SOMEREN.
! Achterzijde !
Verpacht cedulle van den Windtmoolen tot BAECKEL van den jaere 29 November 1654.
No 176 en 177.
Bakel 1655.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 230,
d.d. 01-09-1655.
JAN JAN JOOSTEN in "DIE VENNE" en WILLEMKE dochter van DIRCK WELTEN zijn 2e vrouw, verklaren dat zij op 03-03-1637 een testament hebben gemaakt t.b.v. de voorkinderen JOOST en IDA. Hun portie is vast gelegd in het testament van 16-09-1636. De in het 2e huwelijk verkregen goederen moeten verdeeld worden door de 4 kinderen t.w. JAN. PEETER. BARBARA en CATHALIJN.
Notaris Wijtvelt te Helmond, inv.nr. 12 D,
d.d. 15-09-1655.
Compareerde voor mij Notaris openbaer in den Rade van BRABANT geadmitteert tot HELMONT residerende ende d'onder geschreven getuygen den eersamen en de vroome HENRICK GERARTS van de WEYER eerst ter instantie van SYMON MARTENS cum suis verclaert ende geaffermeert gelijck hij verclaert ende geaffermeert mits desen op manne waerheyt in plaetse van eede ende met presenterende van dyen des noot ende versocht sijnde te presteren waarachtig te sijn, dat hij deponent nymanden ter werelt ende heeft last offte vrijheyt gegeven om op sijn clotvelt in den BAECELSCHE PEEL te laeden ende verbrengen eenighen clot van sijnen deponents clot, wel mij CORNELIS HENRIX van WEST WESEL ende PETER THOMAS beyde ruyters van den Lantdrossart RAVENSWAY, ende die geene sulx hebben gedaen hebben tselve dieffelijcke wijse gedaen. Verclaerende voorders dat hij deponent gecomen op sijn clotvelden heeft gesien ende bevonden dat eene van den geene die van sijne clot geladen hebben hadde geboden cort van de daet aen hij merckte ierst eichen clot ontvreemt was en daer naer oock aen de hoopen misten, en als dan ierst die dieverije heeft bevonden mede gevonden en hebben 2 van hen op het clotvelt beydens diepte van den cuyl daer het pert in de leege karre ingelegen heeft en uit geholpen was ewelcke bij den deponent alhier voor reden van welwetentheyt wort geallegeert.
Aldus gedaen ende gepasseert ter presentie van AERT van HOOFF ende AERT van ESCH borgers deser stadt HELMONT hieromme geroepen ende gebeden als getuygen die dese met mij Notaris, ende Comparanten hebben ondertekent op den 15 7bris 1655 (15-09-1655)
Merck van HENRICK GERART WEYERMAN
AERT JANSSEN van HOOFF
AERT van ESCH
WIJTVELT Notaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1584, folio 21 t/m 22.
d.d. 14-12-1655.
GORISKEN JOHAN van ZEELANT sone wijlen JOR JANS van ZELANT in sijnen leven Overste en Wachtmeester van Zijne Keyserlijcke Majesteit woonendt tot BEECK bij AERLE, heeft wittelick ende erffelick vercost uyt A. van KESSEL tot behoeft van FRANSKEN KUIJFTEN eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vierentwintich Car. guldens tot twintich stuyvers goets gancbaers gelt elcken gulden gereeckent. Te betaelen alle jaer erffelick opten XIIIIe dach der maent Decembris, ende voorden ierste termijn van betaelinge opten XIIIIe Decembris Anno XVIc sessen vijftich en binnen dese Stadt vrij ut supra te leveren, van ende uyt eene Hoeve lants, soo huys, schuer, schop ende verckenskoijen, ackerlanden, weylant, hoy ende heylant met alle sijne appendentien ende dependentien, gestaen ende gelegen binnen de parochie van BAECKEL, gemeynlick genoemt "De KIVIETS BRAECK" opden "HOOGEN ARLE". Groot in ackerlant vijffentwintich Loopensaten ende voorts in der vuegen ende manieren de voorschreven Hoeve lants ter plaetse voorschreven gelegen is, ende bij MICHIEL MARTENS gecultiveert ende gebruyckt wort, e.z. ab eadenen FRANCISCA ett. et effecten. Geloevende die voorschreven vercooper super omnia et habensen waram, omnes alias ob. enen et impenen deponere, uytgenomen eenen chijns van vier ende een halven gulden aen den Rentmeester van de geestelijke goederen tot BINDEREN genoemt PEETERSONS ende den grontchijns aende Domeynen van BRABANT, ierst jaerlicx van rechts wegen van ende uyt te vergelden staende ...... [latijn] satisfacerende, met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven vercooper den voorschreven chijns tot allen tijden zal mogen lossen ende quyten, teffens ende ten eenenmaele met de somme van vierhondert Car. gulden tot XXtich stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereeckent ...... [latijn]. Behoudelick dat men den voorschreven los een halff jaer te voorens wittelick sal moeten te kennen geven ende opseggen. Datum XIIIIe December Anno XVIc LV.
! In de marge !
Bij quitantie van FRANSKEN CUYFTEN [ de rest is slecht leesbaar. Is gedateerd XV December 1659.
Bakel 1656.
Notaris Bunnen te Helmond, inv.nr. 10, Jaar 1656.
d.d. 16-01-1656.
Alsoo opten 2en April 1652 den persoon van WILLEM JANSSEN hadde gehuert en gepacht van PEETER MARCELIS wonende binnen den dorpe van BAECKEL, huys, schuer, lant ende sant, sijnde groot ende cleyn als te selve aldaer gelegen is ter plaetse ontrent "Het GOER" voor eenen tijt ende termijn van acht jaeren, met vieren op te seggen, en dat voorde somme van ende onder de conditien naerder inde voors. verpachtcedulle geexpresseert ende soo den voorschreven pachtere aen hem verpachtere soo van genooten graenen als anderssints alnoch ten achteren is staende merckelijcke somme van penningen hem pachtere genoechsaem bekent en dat hij pachtere ter betalinghe der selver sijne deughdelijcke schult eygeene gereede middelen en waren hebbende, soo sijn voor mij Not. en den getuyghen onder te noemen gecompareert de voorschreven respectieve partijen en hebben metten anderen aengegeven seeckere minnelijcke accorde en trasactie te weeten dat den selven verpachtere voorschr. pachtere sal trecken en genieten de schaere dye nu t'oigst ierstcoomende sal commen te vallen op seeckeren aecker oft camp bij t'huys tegenwordich meestendeel met coorn besayt, noch een coelkempen inden "BEYMAN", ende het mes (= mest) d'welck tegenwoordich opten eenen is liggende, midts d'welck en alleen t'geene bovengenoemd effectuelijck genietende sal daermede door en te nyet wesen allen t'gheene waerden voorschreven verpachtere op hem pachtere dese huyringhe aengaende alnoch souden hebben te pretendeeren en eysschen, scheldende den selvene daermede voorschrevene alles quijt. Alles onder verbant van hunne respectieve persoonen, getuygen hebbende en vercrijghende en in meerder voorschreven bij de selve partijen neffens getuygen en mij Notaris onderschreven opten 16 January 1656.
Alsoo tusschen WILLEM JANSSEN ter eenre en PEETER MARCELIS ter andere sijde opten 16 January 1656 was gemaeckt seecker accordt aengaende de pachtpenning dye den selven WILLEM noch schuldich en ten achteren was staende aende de voorschreven PEETER MARCELIS, midts daer voor genietende de schaaere als aen derffenis naerder inden Accorde gestelt, en of geviel dat hij verpachtere d'effect van de selve schaere nyet en coste genieten, Soo is gecompareert met mij Notaris en getuygen den persoon van EERLINCK? JANSSEN sijnen broeder den welcken voorschreven cars van egheene voldoeninghe hem borghe en cantiomen (of cautiomen) heeft gestelt voor de resteerende huerpenninghe aen hem wel achtere te voldoen. Ingevalle als voornoemde alleen onder verbant van sijnen persoon en goederen hebbende en vercrijghende en tot meerdere vasticheyt bij desselven borge neffens getuyghen onderteckent opten 16en January 1656.
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 339,
d.d. 19-01-1656.
Op huyden den 19e dach der maendt January 1656, soo stelt alhier te berde den mobilen ende Doorluchtighen Sr. MESSIRE GUILLIAMMEN VERICHT Baron d'ARGENTEAUX de WAYMESSE, Heere van DONGLEBERT LAVOIR BANC de SPRIMONT zalig. door PHILIPS de RYCKE sijne HooghEdele gemechtichde, als naerder blijckt bij schriftelicke acte van procuratie, gepasseert voorden Notaris GIEL MARTIN de DOLVVENBRUGGHE en getuyghen in dato 23 Augusti 1655 den Schepenen van HELMONT originelick verthoint en gebleecken, seeckere twee Hoeffen metten landerijen, weyden, en andere appendentien en dependentien van dyen, gemeynlick genaempt DE HOEFFEN OP SCHIPSTAL, gelegen onder de Jurisdictie van BAECKEL, soo en gelijck de selve tegenwoordelick in pachtinghe worden gebruyckt bij THOMAS REYNDERS en REYNDER PEETEREN, vuytgescheyden de thiende die sij pachteren tot BAECKEL daer bij hebben gehadt die welcke den voorschr. De RYCKE quate qua supra is reserverende en vuytgescheyden in desen daer van presentelick.
Inden iersten sal dese verpachtinghe geschieden in gelde gevalueert naerden placcaten van Haere Ho.Mo. binnen HELMONT precyselick te betaelen.
Item sal men dese Hoeffven verpachten voorden tijt en termijn van sesse continuele jaeren deen den anderen volgende mette drije ierste jaeren malcanderen te mogen op seggen goets tijts voor Kermisse te voorens.
Item sulen dese goederen in pachtinghe bijden pachtere worden aenveert met Pincxteren ierstcoomende 1656, te weeten als men schrijven sal dico Duysent seshondert sesenvijftich, 1656.
Item sal men dese Hoeffven oft wel de pachtinge van dyen beleggen en insetten met Ponden grooten oft ses Gulden daervoor daer van den hoegsten belegger het voormijnen sal hebben.
Ende ofte twee oft meer t'samen mijnden datter twistgevers wier ierst gemijndt oft gesprooken mogt hebben sal men in sulcken gevalle de Hoeffven wederom van nieuwe mogen affhanghen.
Item oft den affhanger in het affhanghen hem misch roepen sal sijn woordt moghen verhaelen ombecroint van yemanden. Die mijnders oft pachters der voorschr. Hoeffven sullen gehouden sijn te slaan luttel oft veel slaeghen soo hem gelieven sal, en van voorder slaen geslooten hebben (d'welck sij binnen luttel tijts gehouden sullen sijn te doen) een yeder sal moghen slaen dient believen sal, doende elcken slach eenen Rycx daalder, oft twee gulden thien stuyvers gaende halff en halff groot te betaelen, neffens den kerssen vuytganck, die welck sal geschieden van heden in acht dagen. Ende middeler tijde sal een yegelick mogen slaen en ontslaen dient gelieven sal aenden holder deser cedulle ter presentie van twee getuyghen.
Item sal den verpachteren hem moghen houden, aenden iersten, tweeden, derden beleggere, mijnder, slager, oft ontslager dien them believen sal, en ofter yemanden mijnden, sloeg oft ontsloech, daer mede hij nyet te vreeden en waere oft die geen nyet en geneighden, sal in sulcken gevalle het beurt mogen op nemen en de pachtinge tot nyet laeten, sonder te derven seg-ghen redenen waeromme, en de selve wederom te mogen affhangen.
Iten sal den pachtere de huysinghe en hoff aenvaerden (als voor, op Pincxten Anno 1656) en de bempden en weijden op halff Maert immediate <= onmiddelijk> daer voorens lhaets recht, en de landerijen t'oixt daer naer inden selven jaere mette halffve schaere en de alsoo wederom in het affscheyden te verlaeten.
Item sal den pachter ten respecte van het genoten van de voorschr. halffve schaere en 't gebruyck van de weyden en andere appendentien soo van landerijen als andersints moeten betaelen een jaer vande geloeffde pachtinghe te weten kermisse inden selven voorschr. jaer 1656 voor het ierste jaer en termijn, ende alsoo van jaer tot jaer continuelen vervolgens gedurende den tijt hender pachtinghe.
Item den pachter sal gehouden sijn de hoeffven te houden in goede en loffelicken reparatie gedurende den tijt hender pachtinghe en ofter eenighe reparatie nodich waeren sullen geen houdt daer toe moghen affhouwen sonder consent en aenwijsinghe van de verpachter, en dit alles tot laste van pachter sonder corttinghe.
Item sullen die pachters verbonden wesen jaerlicx op dese Hoeffven te pooten yeder thien eyghen heesters en thien andere pooten van sess houdt en die groeyend en bloeyend te houden, en in plaetsche van de verdrooghde wederom andere inde plaet-sche te setten.
Item egeen voorder schaer houdt te houwen bijden pachter, als tot nootelicken reparater en tot het vrijen vande beesten noodich sal wesen, oyck al met consent en aenwijsen van de verpachter.
Item sal den pachter schuldich en verbonden sijn goede en sufficiente cautie <= voldoende> en borge te stellen daer die verpachtere mede te vreden sal wesen desen gerechte van HELMONT bedwanghbaer, die gelooven sal een voor al in solidum en als schuldenaer principael dese verpachtcedulle in alle haere artikelen en puncten te voldoen onder condemnatie voluntair en op parate executie, sonder eenige oppositie ten sij ierst voorgegaen sijnde provisionele naemptisatie <= voorlopige bevrediging van een eisende partij; (v.Emst.)>.
Item van dat dese voorschr. verpachtinghe sal vast gaen en ten bestempden tijde worden gemainteneert <= in stand gehouden; gehandhaaft; ondersteunt; (v.Emst.)> soo stelt hem daer voor en voor alles wat voorschr. staet tot cautionaris en borgen deser Stadt gelooven daer voor verbinden sijnen persoon en goederen hebbende en vercreyghende en de huysinghe en herberghe met sijne appendentien genaempt alhier DEN LEEUW, daer hij is woonende, daer mede den pachter, slager, oft ontslager hen te vreeden en verneught sullen moeten geven. sonder het was voorders dyen aenghaende te mogen pretenderen.
Item sullen pachtpenninghen bijden pachters aen de verpachter moeten worden betaelt vrij van allen dorps en landts lasten, commeren en executien tegenwoordich opde verpachte goederen staende oft coemende, oft oyck in toecomende tijden te coemen, oyck los en vrij van vande jaerlicxe chijns aende Weduwe JAN de BERCKER.
Item ingevalle van heirtocht, hercracht, hagelslagh oft mischgewas daer Godt voor behoeden wil, sal men naer voorgaende advertentie en wettelicke beleydinghe binnen twee daegen naer dato van dyen te doen, daer inne handelen als boven en beneden.
Item ofter eenighen brandt geviele en geraeckten te coemen t'sij bij daege oft bij nachte inde voorschr. Hoefstadt of huysinghe van dyen door quader opsighte en negligentie <= onachtzaamheid; nalatigheid; verzuim; (v.Emst.)> van de pachters oft desselfs familie dat sij pachters daer voor sullen moeten responderen <= antwoorden> ende inne staen, ende 'tselve repareren naer behoren op hennen eyghen peryckle <= voor hennen eigen gevaar;> en costen.
Item sal den pachter gehouden wesen te betaelen ten vuytganghe van thooghsel van desen, voor yedere gulden eenen stuyver tot lijcoop, te weynden en te keeren naer geliefte van den verpachter sonder tegenseggen van yemanden, item slachgelt, schrijffgelt van ieder Hoefstede vijf gulden maeckende tsamen thien gulden, goedtsgelt, lijcoop Schepenen gerechtichest en den affhanger sijn loon gereet op het eerst te betaelen bijden vuytganck der berender kersse, als voor.
Item dat den pachter in het affscheyden de Hoeffven nyet en sal ontblooten <= beroven van> van mist, dan alleen als tot gerieff van hoffmist mede moghen nemen, en voorders nyets.
Achtervolgens dese voorgaende conditien soo heef PHLIPS de RIJCKE verpachter in desen affgemeijndt ten hooghsten van alle man deen Hoeffve daer tegenwordich op woonachtich is THOMAS REIJNDERS ende dat voor de somme van eenendartich ponden groot ende geslaegen twintich slaegen.
! In de marge !
goets gelt 2 - 10 - 0.
Achtervolgende dese voorgaende conditien soo heeft PHILS de RIJCKE verpachter in desen affgemeynt ten hoogsten voor alle man de tweede Hoefve in dese conditien vermelt daer tegenwoordich op woonachtig is REIJNDER PETERS ende dat voor de somme van tweeendartich ponden groot ende heeft geslaeghen twintich slaegen. Actum .... ..... in HELMONT HENDRYCK JANSSEN en CORNELIS van HOOCHSTRAETEN opden 19 January 1656.
HENDRYCK JANSSEN
C. van HOOCHSTRAETEN
(niet leesbaar)
! In de marge !
goets gelt 2 - 10 - 0.
De kersse ontsteecken sijnde ende nyemant meer en hoochden als den lesten mijnder ende slaeger is de selve Hoeffve gebleven in pachtinghe van THOMAS REYNDERS aen PHILPS de RYCKE die gelooft heeft de verpachtcedulle in alle haere puncten en articulen te voldoen ut moris ut stilj Actum coram scabinus in HELMONT HENDRYCK JANSSEN ende CORNELIS van HOOCHSTRAETEN op den 26 January 1656.
De kersse ontsteeken sijnde ende nyemant meer in hoogden als den lesten meynder en slaeger soo is de tweede Hoeffve gebleven in pachtinge van REIJNDER PETERS, aen PHLIPS te RUCKE die gelooft heeft de verpachtinge in desen in alle haere puncten en articulen te voldoen ut moris et stilj Actum per scabines et datum ut Supra.
HENDRIJCK JANSSEN
C.van HOOCHSTRAETEN.
M. ROEFS Secretaris.
Oud-Recht Archief Helmond 1396-1810.
Inv.nr. 3844, d.d. 29-01-1656.
BASTIAEN PETERS out Meulder tot BAECKEL, heeft wettelijk ende erffelijk gecedeert overgegeven ende opgedraegen, aen Joffr. ELISABETH van CRANENBROECQ Wed. Wijlen PETER van den BERGHE alle alsulcken Schepenen Obligatie ofte geloofte van een hondert gulden Capitaels, metten vervallen Interesse vandijen Als DIRCK Soone HOUB DIRCS woonende insgelijx tot BAECKEL hadde gelooft te betaelen aenden voorschreven BASTIAEN PETERS, volgens Schepenen Obligatie daervan sijnde in dato den derthienden Meert XVIJC tweeen veertich Onderteeckent LENAERT JANSSEN, MARTEN JANS, ende GODEFRID BONGARTS Secrts, ende heeft den voors. BASTIAEN op de voorschreven Obligatie gedaen helmelinghe vertydende, in behoorlijken forma ut moris et stili.
Geloovende op verbant van sijnen persoon ende goederen hebbenden ende verkrijgende 't selve altijt te houden voor goet vast stedech ende van werden, Testes JOHAN PETERsoon ende HOOCHSTRATEN.
Actum den 24 January 1656.
! In de marge !
Joffr. ELISABETH van den BERCH compareert alhyr ende consenteert in de cassatie ende royeringe desen Acte den 1e April 1660.
Toirconde
GEERLOFF ZUIJCKER
onleesbaar
1660 4 1.
Rechtelijk archief Bakel, inv,nr. ?,
d.d. 21-08-1656.
JAN WILBERT THIJSSEN leent aan zijn zoon ANTHONIJ, aflosbaar met f. 150. 0. 0.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1586, folio 44 t/m 46.
d.d. 30-10-1656.
Alsoo BERNAERT Vrij Heere van PALLANDT, Heere van EIJLIGOVEN enz., ende Vrouwe ISABEL FRANCHOYS Vrij Vrouwe der selver, soo uyt crachte van volmachte der Vrouwen ANNA JACOBA van WITTENHORST in date den XXIIe January Anno XVIc sessenvijftich, als uyt crachte van costen ende transporten dyenvolgende wegens de Vrijvrouwe van ASTEN als Doeagire van wijlen den Heer Overste WALRAVEN WILLEBORT van WITTENHORST voor Schepenen der Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE opten twintichsten Septembris lestleden t'henne behoeve gepasseert ende gedaen. Behouden ende verclaerden. Soo dat zij aen ende ten behoeve van OTTO THEODORUS de VISSCHERE oudt Schouteth ende Secretaris der Heerlicheyt van DOERNE ende Greffier des quartier van PEELANDT. Zijne oire, erve ende naercomelingen uyt sondelinge affectien ender gonste overmidts diensten aen henne Heeren voorelderen ende hen gedaen, ende degheene hij aen hen noch soude doen, hadden gegeven ende vereert bij fortune van ....... ..... ....., seeckere adelijcke huysinge ende woonplaetse, te weten het oude Casteel gemeynlijck genoemt "Het Hof van DOERNE" met sijn volcomende watergrachten ende valbruggen, weyden, toebehoorende chijnsen die men tot BAECKEL heffende is, gerechticheden, appendentien ende dependentien van dyen, nyet uytgesondert. Soo groot ende cleyn deselve plaetse is gelegen ende bevonden wordt binnen de Heerlicheyt van DOERNE voorschreven ter plaetse aen 't HAECHEYNDE bij de watermolen aldaer Oostwaerts. Streckende lancx de voorschreven watermolen ende rivier d'AA, aen d'een sijde Suytwaerts, d'een eynde op erffenisse EVERT GIELENS ende andere Westwaerts de heyde ten dele lancx erffenisse des voorschreven de VISSCHERE. Streckende voorts metten watergrachten lancx ende op erffenisse de WelEdele Heere van DOERNE, ende voorts opde gemeyne straete Noordwaerts, sijnde het voorschreven oudt Casteel ende Hoff van DOERNE met sijne watergrachte en valbruggen leenroerig aen den Hove ende BARONNYE van CRANENDONCH toecomende Zijne Hoocheyt den Heere PRINCE van ORANIGIEN.
Item alnoch seecker stuck ackerlants oft erve gemeynlijck genoempt Het NIEUWLANT oft EECKELHOFF, groot omtrent seven oft acht Loopensaten, oft soo groot ende cleyn als 't selve is gelegen onder DOERNE voirschreven ter plaetse aen den WASBERCH tussen de palen ende rengenooten aldaer met sijne gerechticheyt. Onder den last van jaerlicx uyt het voorschreven stuck ackerlants oft erve aldaer te gelden twee mudden roggen aen de pastorije van DOERNE inder vuegen soo deselven betaelt ofte gelevert moeten wordden, neffens den dorps commer. Hebbende geconstitueert ende volmachticht Mr. PEETER van HAESTRICHT Notaris ende Practisijn tot S'HERTOGENBOSSCHE en voor Heeren Wethouderen aldaer de voorschreven gifte ende toeleveringen bij forme van donatie in debita forme te doen behoorlijcken costen. Opdrachte ende transporten met renuntiatie ende verthijdenisse aldaer gewoonlijck sijnde. Met geloofte van alles van weerden te sullen houden onder rechtens verbintenisse. Gelijck in actie daervan gemaeckt. Ende onder deygene handen ende aengeboren fafuere vanden Heere ende Vrouwe constituanten voorschreven, daer van gedepescheert volcomentlijck staet begrepen. Wesende van der date den achtentwintichsten Septembris lestleden. Soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven die voorschreven Mr. PEETER van HAESTRICHT Notaris ende procureur practiserende voorden Gerichte deser Stadt. Inden naeme ende als gemechticht soo voorschreven staet van den voornoemde Heere ende Vrouwe donateuren constituanten. Den voorschreven adelijcke Huysinge ende woonplaetse te weten het oudt Casteel gemeyntlijck genoempt "Het Hof van DOERNE", met sijne volcomende watergrachten ende valbruggen, weyden, toebehoorende chijnsen die men tot BAECKEL heffende is. Gerechtichden, appendentien ende dependentien van dyen neyt uytgesondert. Soo groot ende cleyn allen 't selve gelegen is ende bevonden wordt binnen de Heerlicheyt van DOERNE voorschreven ter plaetse aen 't HAEGEYNDE bijde watermolen aldaer sijnde het voorschreven oudt Casteel ende Hoff van DOERNE leenruerich aende Hove ende BARONNYE van CRANENDONCK toecomende Zijne Hoocheyt den Heere PRINCE van ORAINGUIEN. Ende alnoch 't voorschreven stuck ackerlants oft erve gemeynlick genoempt "Het NIEUWLANT oft EECKELHOFF" onder DOERNE aenden WASBERCH. Onder den last van jaerlicx uyt 't voorschreveb stuck ackerlants oft erve alleen te gelden twee mudden roggen aenden Pastorije van DOERNE inder voegen soo deselve betaelt oft gelevert moeten wordden neffens de dorps commeren heeft hij bij manieren van gifte die men noempt onder de levende, wittelick, erffelick ende onwederroepelijck, gegeven, gegunnen, gecedeert, ende getransporteert gelijck hij dat doet midts desen aen ende ten behoeve van OTTO THEODORUS de VISSCHER oudt Schouteth ende Secretaris der Heerlicheyt van DOERNE op de Greffie des quartiers van PEELANDT. Zijne oiren, erve ende naercomelingen ter effecte. Gelovende die voorschreven Comparant uyt crachte sijnder voorschreven gegevende machte op verbant van Leengoederen de voorschreven Constituanten present ende toecomende ..... [latijnse tekst]. Deponere uyt genomen de laste daerop hun voirens uytgesteken ende begroet. Testes NAGEL et CUCHLINUS. Datum den XXXen Octobris Anno XVIc LVI.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1586, folio 156 t/m 160verso.
d.d. 31-10-1656.
Alsoo de Heer GODEFRIDUS van BUSSEL der beide rechten NIEUW... inden naeme ende als gemechticht van de Hooch Edele ende Welgeboren Weduwe Vrouwe AGNES van MERODEN Vrij Vrouwe der GrontHeerlicheyt van ASTEN, naergelaeten Weduwe van wijlen den Hooch Edelen ende Welgeboren Heere WALRAAFF WILLEM van WITTENHORST Vrij Heere totter hoeft en geassisteert met Haere Wel Edele geassumeerde momboir. De procuratiebrieven voor Schepenen der voorschrven Grontheerlicheyt ASTEN gepasseert, hadden wittelick gecedeert, getransporteert, overgegeven ende opgedragen tot behoeft van den Hooch Edelen ende Welgeboren Heere Heer BERNARD Vrij Heer van PALLANDT, Heere van EIJL, GAMEREN enz. als man ende momboir van den Hooch Edelen ende Welgeboren Vrouwe ISABELLA FRANCHOYS van PALLANDT, Dochtere van wijlen den Heere BARON van PALLANT ende MARIANNE verweckt bij Vrouwe MARRGARETA GUILHELMINA van WITTENHORST zijne Ed. Gemalinne zal. alsulcken tochte van seeckeren erffgoederen als de voorschreven Vrouwe Constituante was competerende. Bij doode ende affleyvicheyt van wijlen den bovengenoemden Vrij Heere van WITTENHORST haeren Wel Edele Constituante man zal., gelegen binnen de dorpen respective van DOERNE ende BAECKEL, ofte waer deselve gelegen souden mogen zijn. Met alle rechten daertoe behoorende, appendentien ende dependentien van dyen. Ende daeruyt te betalen de erffpachten, renten ende chijnsen, met recht uyt deselve goederen te vergelden staende. Prout in litteris wesende van der date [niet ingevuld]
Soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven OTTO THEODORUS de VISSCHER oudt Schouteth ende Secretaris der Heerlicheyt van DOERNE inden naeme ende als gemechticht vanden voorgemelten Heer BERNART VrijHeere van PALLANDT, Heere van EIJL, GAMEREN enz..
In procuratiebrieven onder zijn Secretariaats pitsier [= zegel] ende eygen handt, gedepescheert opten veertiensten dach deser loopender maent Octobris. Ende uyt crachte der machte den voorschreven OTTHO THEODORUS de VISSCHER daerbij (soo blijckende was) gegeven ende verleent. Eene Hoeve lants bestaende in huys, schuere, schop, teullanden van veertich Loopensaten ende heytvelden, gelegen inde Parochie ende Heerlicheyt van DOERNE. Een water genoempt "De AA" tussen beyde loopende, tussen de gemeynte van DOERNE e.z en de a.z.. Streckende metten eenen eynde op erve der erffgenaemen WILLEMS REYNDERS ende metten andere eynde op erve desselve WILLEMS REYNDERS ende de gemeynte, uytgenomen dat hier inne uyt begrepen en is een stucxken teullants liggende inde heytvelden, d'welcke is toebehoorende d'erfgenaemen WILLEMS REYNDERS voorschreven. Ende alnoch seven koeweyden soo groot ende cleyn deselve gelegen zijn inde Parochie ende Heerlicheyt van BAKEL neffen erve WILLEMS MARCELISSEN met meer anderen e.z., en de neffen erve der erffgenaemen WILLEMS REYNDERS a.z., streckende met beyde eynden op erve der Tafels van den Heylichen Geest tot HELMONT. Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen GIELEN JAN CUYPERS, et effecten. Gelovende die voorschreven opdragere uyt crachte sijnder voorschreven gegevender machte op verbant van alle de goederen des voorschreven Heere Constituants present ende toecomende ..... [latijnse tekst]. deponere deselve voorschreven GIELEN JANSSEN daeruyt blijven vergelden eenen erffelicken pacht van elff malder roggen aen d'erffgenaemen MARIJ GEESTKENS tot HELMONT. Twee mudde roggen jaerlicx ende erffelicx pachten in eenen jaerlicken ende erffelicken pacht van vier mudden aende Tafele van den Heylichen Geest binnen dese Stadt betaelt worddende met twelff gulden, of soo het selve betaelt wordt, eenen erffelicken reducibilen pacht van een malder roggen betaelt worddende met dertich stuyvers aen de Capelaen tot LIESSEL. Drey stuyvers drey oert chijns aenden Heere van RIXTEL. Eenen stuyver chijns aenden Heere van ASTEN ende den chijns soo aenden Heere van DOERNE als HELMONT, alle jaerlicx van rechts wegen daer uyt te vergelden staende, oyck gebuerlijcken lasten, dorps commeren ende servituyten daertoe soo van rechts outs als gewoonten wegen t'onderhouden staende ende behoorende. Testes CASTEREN et CUCHLINUS, datum den XXXIen Octobris Anno XVIc LVI.
Die voorschreven GIELEN JANSSEN CUYPERS < latijnse tekst > den voorschreven OTTO THEODORUS den VISSCHER tot behoeft vanden voornoemden Heere Constituant de somme van tweehondert dryendertich Carolus guldens seven stuyvers, tot twintich stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereeckent, inde Hoochtijde van Paesschen naestcomende te voldoen ende te betalen sonder interest, ende binnen dese Stadt vrij ut supra, te leveren ende te vergelden, ende dat ter oorsaecken van den coope ende opdrachte der Hoeve lants voorschreven. Testes et datum ut Supra = 31 October 1656.
Die voorschreven GIELEN JANSSEN CUYPERS promisit sub obligatione promissa den voorschreven opdragere ten behoeve als voor, de sommme van tweehondert dryendertich Carolus gulden seven stuyvers in gelde als voor op Bamisdach naestcomende des jaers XVIc sevenenvijftich sonder interest te voldoen ende te betalen, ende binnen dese Stadt vrij als voor, te leveren. Ende dat ter oorsaecke als voor. Testes et datum ut Supra. = 31 October 1656.
Alsoo de Heren GODEFRIDUS van BUSSEL, alles als voor inden voorgaende transporte < latijnse tekst > wesende van der date inclusive, soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven, voors. OTTO THEODORUS den VISSCHER inden naeme ende gemechticht als voor. Eene Hoeve lants, genoempt "De HOREVOORT", bestaende in huys, schuer, erven soo teullanden als koeweyden, gelegen in de Parochie van BAKEL, neffen erve JAN PETER NOYEN e.z., ende voorts rontsomme aende gemeynte van BAKEL. Seven acker lants inde "AUWERSCHOTSCHE ACKERS", streckende metten eenen eynde op de gemeynen beke, ende metten anderen eynde op de gemeynen meswech. Ende alnoch eenen acker lants opt "HEYTVELT" aldaer, streckende metten eenen eynde op erve JAN PETER NOYEN. Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen JANNEN AERT WILBORTS, et effecten. Gelovende die voorschreven opdragere < latijnse tekst > sal den voorschreven JAN AERTS c.s. vercrijgen daer uyt blijven vergelden den chijns met recht daeruyt te vergelden staende, oyck gebuerlijcken lasten als voor. Testes et datum ut Supra. = 31 October 1656.
Die voorschreven JAN AERTSEN WILBORTS < latijnse tekst > den voorschreven opdragere ten behoeve als voor, de somme van dryehondert tweeenvijftich Carolus gulden, derthien stuyvers, acht penningen, tot twintich stuyvers goets permisseigelts elcken gulden gereeckent. Int Hoochtijt van Paesschen naestcomende des jaers XVIc sevenenvijftich te voldoen ende te betalen sonder interest, ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene uytgescheyden te leveren, ende dat ter oorsacke van den coope ende opdrachte der Hoeve lants voorn. Testes et datum ut supra. = 31 October 1656.
Die voorschreven JAN AERTSEN WILBORTS promisit sub obligatione premissa den voorschreven opdragere ten behoeve als voor, de somme van dryehondert tweeenvijftich Carolus gulden, derthien stuyvers, acht penningen in gelden als voor, op Bamisdach naestcomende des jaers XVIc sevenenvijftich te voldoen ende te betalen sonder interest. Ende binnen dese Stadt vrij als voor te leveren, ende dat ter oorsaecke als voor. Testes et datum ut supra. = 31 October 1656.
Alsoo de Here GODEFRIDUS van BUSSEL alles als voor inden voorgaende contracte < latijnse tekst > wesende van de date < open gelaten > inclusive, soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven den voorn. OTTO THEODORUS de VISSCHER inde naeme ende gemechticht als voor. Eene Hoeve lants genoempt "De KUENERT" gelegen inde Parochie ende Heerlicheyt van BAKEL, bestaende inde naerbeschreven parcheelen van goederen, als te wetene huys, schuer ende aengelach, neffen erve JOACHIM WILLEMS e.z., ende neffen de gemeynt van BAKEL a.z.. Streckende metten eenen eynde op erve MICHIELS JANSSEN, ende met den andere eynde op de gemeynte van BAKEL.
Item eenen acker genoempt "Den HOYDRIES", neffen erve der erffgenaemen WILLEMS REYNDERS, e.z. en e.e., ende neffen erve JANS PETER AERTS, streckende met den anderen eynde op de gemeyn beeck.
Item eenen acker genoept "WELTEN ACKER", neffen erve JANS JOACHIMS e.z., ende neffen eenen gemeynen meswech a.z., streckende metten eenen eynde opte gemeynt beeck, ende metten anderen eynde op erve der erffgenaemen WILLEMS REYNDERS.
Item eenen acker genoempt "Den EECKELHOFF", neffen erve MATHIJS WILLEM HERMANS met meer andere e.z., ende neffen gemeynt beeck a.z., streckende metten eenen eynde op erve der erffgenaemen WILLEMS REYNDERS, ende metten andere eynde op erve GERAERTS HOEBEN.
Item eenen acker genoempt "Den LANGENACKER", neffen erve MARTE JAN JOOSTEN e.z. ende neffen erve HENRICX JAN HENRICX a.z., streckende metten eenen eynde op erve GERAERTS HOEBEN, ende metten andere eynde op eenen meswech.
Item eenen acker genoempt "Den BOONHOF", neffen erve JOOST JAN BANCKERS e.z., ende neffen de gemeyn beeck a.z., streckende metten eenen eynde op erve MATHIJS WILLEM HERMANS, met meer andere, ende mette andere eynde op eenen meswech.
Item een stuck lants genoempt "De AEL" < of De Col ? >, neffen erve PEETERS VREYNSSEN e.z., ende neffen erve LEONAERTS JANSSEN, met meer andere a.z., streckende metten eenen eynde op eenen meswech ende metten andere eynde op erve LEONAERTS JANSSEN met meer andere.
Ende alnoch een stuck lants genoempt "De HOREVOORTS ACKER" neffen eenen gemeynt wech e.z., ende neffen erve JANS PETER NOYEN a.z., streckende metten eenen eynde opte gemeynte beeck ende metten andere eynde opten gemeynen wech.
Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen WILLEMEN MARCELISSEN VERBERNE, et effecten.
Gelovende die voorschreven opdragere per totum ut supra, des sal die voorschreven WILLEM MARCELISSEN daeruyt blijven vergelden eenen erffelicken reducibilen pacht van een malder roggen betaelt worddende met twee gulden vijff stuyvers aen de tafelen van den Heyligen Geest tot HELMONT. Jaerlicx van rechts wegen daeruyt te vergelden staende oyck gebuerlicke lasten als voor.
Testes et datum ut supra. = 31 October 1656.
Die voorschreven WILLEM MARCELISSEN VERBERNE < latijnse tekst > den voorschreven opdragere tot behoeff vanden voornoemde Here Constituant, de somme van vierhondert ende t'zeventich Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereeckent. Int Hoochtijt van Paesschen naestcomende des jaers XVIc sevenenvijfftich te voldoen ende te betalen sonder interest, ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene uytgescheyden te leveren, ende dat ter oorsaecke vanden coope ende opdrachte Hoeve lants voorschreven.
Testes datum ut supra. = 31 October 1656.
! In de marge !
Bij quitantien voorschreven Ed.Wel Geboren Heere Heere BERNAERT vrijheer van PALLANDT gep. van dorpe DEURNE originalen
< slecht leesbaar > den 5en Aprilis 1657 is geblecken de somme van vierhondert t'seventich gulden < moeilijk leesbaar > vermelt te sijnen geloften ende gegeven door WILLEMEN MARCELISSEN ...... inde cassade concenterende mits dese.
Actum den XXIIII Decembris 1664.
Die voorschreven WILLEM MARCELLISSEN promisit sua obligatione premisssa den voorschreven opdragere ten behoeve als voor de somme van vierhondert ende t'zeventich Carolus gulden in gelde als voor. Op Bamisdach naestcomende den jaere XVIc sevenenvijfftich te voldoen ende te betalen, sonder intereste, ende binnen dese Stadt vrij als voor te leveren, ende dat ter oorsaecke als voor. Testes et datum ut supra. = 31 Octobris 1656.
! In de marge !
Bij quitantie van OTTO THEODORUS de VISSCHER inden naeme en als gemechticht van den BARON van PALLANDT gestelt in dorso vande ........ schattbrieff dat de bijstaende somme van vierhondert en t'zeventich gulden op sijnen behoirlicken tijt ontfangen heeft ....... ......... de cassatie deses. Actum den VIII January XVIc vijffen vijfftich ?
Alsoo Heere GODEFRIDUS van BUSSEL eerstgenoemd, alles als voor inde voorgaende transporte < latijn > wesende van der date < staat open >, inclusieve, soo is gestaen voor Schepenen onder geschreven voorschreven OTTO THEODORUS de VISSCHER inden naeme ende als gemechticht als voor eene Hoeve lants genoempt "De KAUWEYDE" gelegen in de Parochie ende Heerlicheyt van BAECKEL in alder grootte, vuegen ende manieren deselve vogelweyt is liggende, ter plaetse genoempt MILHESE, tussen erve MARTENS in de KAWEYDE e.z., ende tussen erve der Weduwe JONCKER van MILHESE a.z., streckende metten eenen eynde op erve JOOST PETER CELEN, ende metten andere eynde opte gemeynte, met omtrent twee buenderen hoylants oyck onder BAECKEL gelegen, neffen erve FRANSKENS de BERCKER met meer andere e.z., ende neffen erve der Hoeve van SCHEEPSEL a.z. en e.e.. Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen GERLINGEN JAN GERAERTS tot effecten.
Gelovende den voorschreven opdragere per totum ut supra, des sal die voorschreven GERLINGS daeruyt blijven vergelden eenen erffelicken chijns van vijff gulden aenden Heer van MILHESE jaerlicx van rechts wegen daeruyt te vergelden staende, oyck gebuerlicken lasten als voor.
Testes et datum ut supra. = 31 October 1656.
Die voorschreven GERLINGS JAN GERAERTS < latijnse tekst >, dat voorschreven opdragere tot behoeft van den voornoemde Heren Constituant de somme van tweehondert tweeentzestich Carolus
( P.S. De hierna volgende teksten [enige pagina's] zijn niet leesbaar ).
Bakel 1657.
Notaris Wijtvelt te Helmond, inv.nr. 12 E,
d.d. 12-07-1657.
Compareerde voor mij Notaris openbaer inden Ed.Rade van BRABANT gadmitteert tot HELMONT residerende ende die ondergeschreven getuygen die seer discreete HUYBERT van OUDENHOVEN Notaris publicq van voorn. Steede JAN EVERSSEN ende HENRICK BASTAENS alle ingesetenen binnen GEMERT hebbende hen competente jaeren. Hebben alsoo ter Instantie van FRANS WILLEMSSEN ingesetene van BAECKEL woonende tot MILHEEZE verclaert, geattesteert ende gedeponeert gelijck sij verclaeren, affirmeren ende deponeren mits desen op manne waerheyt in plaetse van eede dye sij verclaeren des versocht sijnde aff te leggen ende te presteren sullen waerachtich ende het Competeren ende deponenten alnoch ter goeder memory seer wel kennelijck te sijn dat nu geleden in den Maert nu lestleden sijn geweest ten huyse van NICLAES CORNELIS STOOLVRIETERS de iersten in ordine deponent als Notaris ende den andere als getuygen om een huurcedulle te schrijven en maecken dat den requirant alsdan oock mede (was versueckende) een obligatiebrieffke van een somme van vijfftien gulden die den voorschreven requirant geleent hadde voor door aen en selven STOOLVRIETER soo alsdan verclaert worden dat PEERKEN die huysvrouwe vanden voorschreven NICLAES onder met andere propositien en redenen antwoorden ende segde tegens voorschreven Requirant van de selven penningen nyet geschreven te willen of begeerden te hebben waar sij begeerden hem Requirant de selve penningen wederom te restitueren, ende in soo ver den voorschreven Requirant begeerden den interest te remittern soo begeerden die selve PEERKEN die selve penningen toestondt te restitueren ende oock hem Requirant de selve opstel in presentie van dese Comparanten op seggende voor nu voor als als dien Redenen van welwetentheyt allegerende daer sij daer aen bij ende present sijn gebleeft ende de selve propositien gelijck voorschreven is hebben hooren seggen ende weten geschieden en daertegen goede kennissen sijn hebbende.
Aldus gedaen ende gepacheert ter presentie van getuygen respectievelijck LENNART VERASDONCK ende DERICK PETERS en dese met mij Notaris ende Comparanten hebben onderteekent den XII July 1657.
H. van OUDENHOVEN.
JAN DRIESSEN (merkteken)
HANRICK BASTIAANS (merkteken)
LENNAERT van der ASDONCK getuyge
DERICK PETERS (merkteken)
WIJTVELT Notaris 1657.
Notaris Wijtvelt te Helmond, inv.nr. 12 E,
d.d. 25-07-1657.
Compareerde voor mij Notaris openbaer inden Ho. Rade van BRABANT geadmitteert tot HELMONT residerende en de ondergeschreven getuygen die eerbaere discreete DIRCK HUYBERTS Vorster tot BAECKEL ende EYKEN naegelaeten Weduwe Wijlen JAN JASPERS oock tot BAECKEL voorschreven woonenden, hebben ter instantie van JAN PAUWELS woonende tot DEURNE verclaert geaffermeert ende gedeponeert gelijck sij verclaeren affermeren ende deponeren mits desen den iersten comparant op den eedt int aenvangen van sijn officie als Vorster gedaen ende den tweede comparanterse op vrouwe eerbaerheyt in plaetsche van eedt die sij nyettemin verclaert bereit te sijn voor alle wetten Heren ende bancken van instantie afte leggen ende te presteren, waerachtich ende hen comparanten alnoch ter goeder memory seer wel kennelijck te sijn dat die ierste comparant dan geleden om begrepen nu die drie maenden hij comparant door last ende versueck van JAN JASPERS met sijne mede Erffgenamen heeft gearresteert eenen EVERT GEVART COOLEN woonende tot DEURNE overmits eenen schulde ende achterwesen en den selven JAN JASPERS op den voorschreven COOLEN was hebbende met sijn mede erffgenaemen, heeft den voorschreven EVERT COOLEN versocht eens te mogen naer GEMERT gaen van sijn affairen te verrichten aen gerecht aldaer verclaerende op solemnelen eeden aen handen sijns comparanten gedaen als van den Schoutet in sijn absentie geauthoriseert, dat hij op den selven dach des avonds tusschen vijff en sessen uren wederom in arresteert soude comen of treden op welcken eedt alsoo gedaen ende affgeleyt hij is uyt gegaen maer hij en is nyet alleenlijck tusschen die voorschreven gestatueerde vijff oft ses uren des avonds van den selven dach nyet in arrest gecomen. Maer oock en is hij noch tot deser uren in arrest nyet gecomen nyettegenstaende sijne curatoore geloiffte die hij alsoo heeft vergeten ende te buyten gegaen, ende die tweede comparantesse verclaerde dat haeren man saliger neffens d'andere erffgenaemen CATHARINA Weduwe GERAERT JANSSEN den bovenstaende Comparant als Vorster tot het selve voorschreven arrest expresselijck last hadden gegeven en dan het verclaeren hier boven geschrevene alsoo geheel waerachtich is en dan daer bij conformerende ende dat sij met haeren voorschreven erfgenaemen van den selven EVERT COOLEN nyet is sijn voldaen noch heden nyet en heeft gegeven noch geboden. Redenen van welwetentheyt allegerende den iersten Comparant dat hij als last van Schoutet tot BAECKEL hebben den eedt voorschreven heeft voorgestaefft enden die tweede Comparantesse dat den selven eedt in haeren huyse is geschiet en alsoo van t'geen voorschreven die goede kennisse sij is hebbende. Aldus gedaen ende gepasseert ter presentie van getuygen respecieve ANDRIES EVERTS en GOORT JANSSEN die dese met mij Not. en Compten. hebben onderschrven op den 25e July 1657.
DIRCK HUYBERTS Vorster,
EYKEN Wed. JAN JASPERS
ANDRYS SUERTS als getuygen.
GOORT JANSEN Smit tot BAEKEL
WIJTVELT Notaris.
Notaris Daniel Wijtvelt, inv.nr. 12 E,
d.d. 13-10-1657.
Compareerde voor mij DANIEL WIJTVELT Not. openbaer inden Ed.Rade van BRABANT geadmitteert tot HEMONT residerende ende ondergeschreven getuygen den eersaemen ende vroomen WOUTER JACOBS borger der Stadt HELMONT voorschreven heeft ter Instantie CLAES GOORTS woonende tot BAECKEL geattesteert en geaffermeert gelijck hij is doende mits desen op manne waerheyt in plaetse van eede met presentie van dyen des noot ende versocht sijnde te presenteren waerachtich ende hem comparant alnoch ter goeder memoryen seer wel kennelijck te sijn dat geleden op BAEKELSCHE kermisdach die vier of vijff jaeren onbegrepen, EVERT HERMANS tot BAECKEL woonende alhier binnen HELMONT met WILLEM CORNELIS hebbende gemangelt met henne perde, alsdoen geruild werden hadde gemangelt gelijck oock is gebeurt ende dat den voorschreven EVERT alsdoen in het mangelen toe geloeffden te geven de somme of quantiteyt van twelff gulden ende ontrent drie karren clot. Alsoo over eenige maenden aen den voorschreven WILLEM CORNELIS te betaelen sonder vyutstel. Redenen van welwetentheyt allegerende dat den voorschreven Comparant wegens denselve EVERT wert versocht vrij hem daer toe te helpen ende dat hij den brandewijn betaelden ter quantiteyt van een penning. Item verclaert den selve deponent alnoch ter Instantie als voorschreven dat soo wanneer den selve EVERT ter saecken van dese schult werden gearresteert alhier binnen HELMONT ten versuecke van den voorschreven WILLEM arrestant daer hij alsdan deselve schulde noch bekenden doer de hanttastinghe van dyn te sullen betaelen, ende dat hij oock die verteringhe aldaer heeft affgessproocken ende betaelt. Redenen dat alle tselve alsoo in sijn presentie ende tsijnen huyse alsoock geschiet ende alsoo uytgeene voorn. een goede kennisse te hebben. Aldus gedaen ende gepasseert ter presentie van getuygen respectieve JACOB JANSSE HELLAERS ende MARTEN van HEECK en dese met mij Notaris ende Comparanten hebben onderschreven op den 13 October 1657.
WOUTER JACOBS
JACOB JANSSEN HELLAERS
MARTEN van HOECK
getuygen
WIJTVELT Notaris 1657.
Bakel 1658.
Schepenbank van Bakel en Milheeze, Oud archief, inv.nr. 23, folio pagina 13,
d.d. 08-01-1658.
NICOLAES van NEERVEN ende DANIEL MACCALLEN tegenwoordige Kerckmeesteren der Kercken alhier, verclaerende dagelijckx te sien de misbruijcken, ende quade influentien, die daer ge-schieden, zoo van groote, als cleijne kijnderen, jae oock van bejaerde persoonen, van werpen met steenen, bollen, oft eenige andere hantwerpinge opten kerckhoff, als oock op de kercke alhier, het leijdack ende de gelasen, daerdoor sijn beschadigende, ende alsoo de voorschreven kerckmeesteren daer over clachtich vallende versoeckende dat den Schepenbank Gerichte daer ingelieven te voorsien, ende te ordonneren, soo sij te rade sullen vijnden te behooren onder Appoint.
Genoemde Eerwaarde Gerichte geleth hebbende op het boven geschreven, ende gevonden, noodich te wesen daer inne te versien, soo ist dat sij bij desen ordonneren, dat niemant wie hij oock sij, t'sij bejaerde ofte onbejaerde persoonen, egeene uijtgesondert, hem vervoordere, te werpen, met steenen, bollen, ofte enige andere hantwerpinge, hoedanich die mochten wesen, te werpen op den kerckhoff, leijdack, ofte gelasen, deser kercken, alhier, waer mede den voorscheven kerckhoff onteert, ende de kercke beschadicht soude connen, ofte mogen worden, dat die bevonden woorden verstaen, sulckx te doen, sullen telcken reijse verbeuren, een boete van drie guldens, de eene hellicht, ten behoeve der voorseijder kercken, de andere hellicht ten behoeve van de Heere Officier.
Wijders dat de kijnderen worden bevonden sulcx te doen, ofte dit geboth te comen overtreden, de ouders daer van de voorschreven boete sullen moeten betalen, verclarende, desen boven geschreven peene executabel, onder Appoinctement.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1613, folio 168v. t/m 170v.
d.d. 03-04-1658.
MAERTEN JAN GERAERTS woonende tot DEURNE seeckere pachthoeve gelegen onder de Heerlickheyt van DEURNE, genaamt "De SCHAUW" met allen haren toebehoorte appendentien en de dependentien, hogen, legen, diepen, drogen, gelijc ANTHONIS AERT BANCKERS in sijn gebruyck is hebbende consisteerde, dese naestvolgende parchelen.
Te weten in de huysinge, schuere, schop, bachuys, hoff en de alle sijne toebehoorten so weyer als hoywash gelegen respective onder de Heerlicheden van DOIRNE en de BAECKEL neffens de gemeyne AA aldaer vlietende e.z., ende neffens erve JAN PETERSE a.z. Streckende van erve PETER WILLEMS ende WILLEM REYNDERS tot aen erve FRANS JACOBSE ende JAN PETER NOYEN beyde eynden.
Eenen acker groot ontrent seven Loopensaten genoemt "Den HASELDONCK" neffens de gemeyne straet e.z. en de a.z. neffens erve WILLEM WILLEM AERTS ende FRANS JACOBS.
Item een stuck lants groot ontrent drieentwintich Loopensaten genoemt "Het NIEUWLANT" neffens erve MARCELIS JAN GERAETS e.z. ende neffens erve PETER WILLEMS ende MARCELIS voorschreven a.z. Streckende van erve JOACHIM WILLIBORTS tot op erve MARCELIS voorschreven.
Item eenen acker groot ontrent acht Loopensaten genaamt "Den HUYSACKER" neffens de gemeyne straet e.z. ende neffens erve HUYBERT AERTSE a.z. Streckende van erve PETER HERMANS tot aen erve WILLEM AERTSE ende GERARD HOEBEN.
Item een acker groot ontrent seventhien Loopensaten neffens erve der erffgenamen wijlen THIJS THOMASSE aan e.z. ende neffens erve MARCELIS JAN GEVERS voorschreven aan de a.z. Streckende van erve der Erffgenamen THIJS THOMAS voorschreven tot voor op de gemeyne straet.
Item noch een coolcampken gelegen aen de AA groot ontrent vijffentwintich Royen neffens erve MARCELIS JAN GUENS voorschreven, aan de e.z. en de neffens de gemeyne straet aan de a.z. Streckende metten anderen eynde aen de gemeyne AA.
Item noch een eeuwsel genaamt "De HOOGE SCHAUW" neffens erve PETER WILLEMS e.z. ende neffens erve FRANS JACOBS ende WILLEM WILLEM AERTSE a.z. Streckende van erve FRANS JACOBS voorschreven tot op erve PETER WILLEMS voorschreven.
Welcke voorschreven Hoeve Laets in de voorschreven parchelen consisterende de voorschreven MAERTEN JAN GERRITS bij coop ende opdrachte vercregen heeft tegens de kindere JAN THOMAS CONINX, gelijc hij verclairde.
Item allen de huysingen metten erffenissen gelegen onder BAECKEL tot MILHEZE egene van dien vutgesondert geheten "Den CLEYNEN BANCKERT" so ende gelijc WILLEM HOEBEN deselve in sijn gebruyck is hebbende ende den voornoemde MAERTEN'S sijn aengedeylt voor sijn Laetsgedeelte van sijne ouders goederen. Item twee sillen hoeywas gelegen onder de jurisdictie van HELMONT in de "RIETBEEMDEN" aldaer, met noch een sille hoeywas bij "De SCHAUW" rydende tegens erve ondere competerende DIRCK VRIENTEN.
Item noch een halve sille hoeywas tot BAECKEL gelegen, alle den voornoemde MAERTEN aengedeylt als voor ende gebruyckt wordende bij den voornoemde WILLEM HOEBEN.
Item twee sillen hoeywas gelegen in de jurisdictie van VLIERDEN achter te "BROUWHUYS" bij coop en opdrachte vercregen tegens JOOST HENRICK BAECKERMAN ende JOOST LEENDERS van de SANDE ende mede gebruyckt wordende bij den voornoemde WILLEM HOEBEN so men insgelijx verclaerde.
Item een huys, hoffstadt metten erffenis daer aen gelegen onder de Heerlicheyt van DOIRNE in de "HAECHEYNSCHE STRAET" aldaer neffens erve der Erffgenamen PAULS de LOUW e.z. ende neffens erve GERRIT MARTENS a.z. Streckende van erve CLAES CLAES MARTENS tot op de voorschreven straet.
Iten eenen dries soo groot ende cleyn denselven ter plaetsen voornoemd gelegen is neffens erve der Erffgenamen JANS (JORIS) de COCK e.z. ende neffens erve PETER GEVERTS COLEN a.z. Streckende van erve des Heeren van DOREN tot aende voorschreven straet.
Ende alnoch eenen acker groot ontrent vier Loopensaten gelegen int "HAECHEYNDE" tot DOIRNE genoemt "Den HEEREN ACKER" neffens de gemeyne straet e.z. ende neffens erve AERT HENRICK JACOBS die den selven in sijn gebruyck is hebbende a.z. Streckende metten anderen eynde tot erve JAN CELEN met allen den houtwasch op alle de bovenstaande parchelen staende.
Sijnde de voorschreven laeste parchelen onder DOIRNE gelegen den voornoemde MARTEN aengecomen bij deylinge van sijne ouders goederen genaeckt en de hier boven vermelt so met 't selve almede verclaerde heeft hij mits desen wittelick en de erffelick opgedragen ende overgegeven Mr. JAN van DOIRNE ende GEVERT van DOIRNE gebroeders ......... (latijnse tekst). Geloevende de voorschreven opdragere ......(latijn).
Mede bekennende de voornoemde opdragere de cooppenningen ter somme van negenduysent gulden ten vollen van de bovenstaande vercrijgeren te hebben ontfangen. Den voornoemde vercrijgeren daer omme quiterende mits deser.
Testes P.SCHUYL en F.SCHUYL.
Datum den derden April 1658.
Bakel 1659.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1591, folio 73v t/m 74v.
d.d. 27-03-1659.
Joncker JOHAN van ZEELANT sone wijlen Joncker JOHANS van ZEELANT in sijnen leven Lieutenant Colonel ten dienste van zijne Keyserlijcke Mayjesteyt vanden selven ende Jouffrouwen MARIA van BEECK dochtere wijlen Joncker JOHANS van BEECK ende Jouffrouwe CATHARINA van EIJNDTHOVEN t'samen verweckt, sijnde deselve Jouffrouwen CATHARINA van EIJNDTHOVEN getrouwt geweest met wijlen Joncker GOYAERT van LANCKVELT. Eene Hoeve lants genoempt "De KIEVITS BRAECK" bestaende in huysinge, schuere, schop, hoff, ackerlant, wey, hoy ende heylant alle gelegen tot BAECKEL in verscheyde parcheelen. In alder grootte, vuegen ende manieren als, MICHIEL MARTENS die tegenwoirdich is cultiverende ende gelijck die ierst genoempde Joncker JOHAN van ZEELANT deselve tegens Heer ROBERT de BEVER Heere van MILHEEZE, als wittich man ende momboir van Vrouwe MARIA van LANCKVELT dochtere wijlen Joncker GOYARTS van LANCKVELT ten deel gevallen was, prout in litteris divisionem Scabinorum de BAECKEL in data heeft hij wittich ende erffelick vercost AERT LEYTEN woonende tot ERP. Ab eodem ARNOLDA emplore ...... [latijn].
Gelovende die voorschreven vercooper super omnia et hua ...... ..... [latijn] deponere uytgenomen den houtchijns aende Heeren van HELMONT off ASTEN. Eenen erffelicke reducibile pacht betaelt worddende met vier gulden thien stuyvers aen 't Convent van BIJNDEREN, eenen erffelicken chijns van vierentwintich gulden te lossen met vierhondert gulden aen FRENSKEN RUYSTEN. Ende alnoch eenen gelijcken chijns van vierentwintich gulden oyck te leveren vierhondert gulden aen de Weduwe GERAERTS van RELST jaerlicx van rechts wegen daeruyt te vergelden staende. Uyt genomen oyck gebuerlicke lasten, dorps commeren ende servituyten, daertoe soo van rechts oudts als gewoonten wegen t'onderhouden staende ende behoorende. Testes RUYSTEN et Van BERCKEL, Datum den XXVIIe Maart Anno XVIc LIX.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1591, folio 454 t/m 455.
d.d. 27-03-1659.
Joncker JOHAN van ZEELANT soone wijlen Joncker JOHANS van ZEELANT in sijnen leven Luitenant Colonel ten dienste van Zijne Keyserlijcke Majesteyt van den selve ende Jockffrouwe MARIA van BEECK, ende Jonckffrouwe CATARINA van EYNTHOVEN te samen verweckt sijnde deselve Jonckffrouwe CATHARINA van EYNTHOVEN getrouwt geweest met wijlen Joncker GOYART van LANCKVELT. Eene Hoeve lants genoemt "De KIEVITS BRAECK", bestaende in huysinge, schuere, schop, hoff, ackerlant, wey, hoy ende heylant, alle gelegen tot BAECKEL in verscheyde parceelen in alder groote vueghe ende manieren als MICHIEL MARTTENS die tegenwoordich is cultiverende en de gelijck die voornoemde Jonkheer Joncker JOHAN van ZEELANT de selve (hem) den Here ROBBERT de BEVER Heere van MILHEEZE, en wettich man ende momboir van Vrouwe MARIA van LANCKVELT dochtere wijlen Joncker GOYAERTS van LANCKVELT te deel gevallen is ..... ..... .... BAECKEL gedateert den [ blijft openstaan ]. ........ woonende tot ERP ........ [groot gedeelte slecht leesbaar] de grontchijns aenden Here van HELMONT oft ASTEN. Item eenen pacht, betaelt werdende met vier gulden thien stuyvers aent Convent van BIJNDEREN. Item eenen chijns van vierentwintich gulden en [frensen huyses is los ?] met vierhondert gulden, ende alnoch eenen chijns van vierentwintich gulden aen de Weduwe BEQC ... .... met oock vierhondert gulden, ende voorts dorps commeren soo desselffes ....... Testes CUYSTEN et van BOECKEL, Datum den XXVIIen Maart Anno XVIc LIX.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 22-04-1659.
JAN JAN JOOSTEN gehuwd met WILLEMKE zijn 2e vrouw dochter DIRCK WALRAVENS, en JOOST zoon van JAN JAN JOOSTEN verwekt bij wijlen CATHARINA PETER VERHEIJDEN, zijn gerechtigd tot de erfgoederen aanwezig bij de dood van CATHARINA.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1591, folio 125 t/m 126.
d.d. 30-04-1659.
Alsoo MARIA JAN GEEVERTS woonende tot DOERNE seeckere huysinge metten erffenisse gelegen onder BAECKEL tot MILHEZE egeene van der uytgesondert geheten "Den CLEYNEN BANCKERT" soo ende gelijck WILLEM HOEBEN desselve in zijn gebruyck was gewonde ende den voornoemde MARIA waeren aengedeylt voor sijn kijntsgedeelte, van sijnen ouders goederen.
Item twee sillen hoywas gelegen onder de jurisdictie van HELMONT, inde "RIETBEEMPT" aldaer. Een sille hoywas bij "De SCHAUW" reydende tegens eene andere competerende DIERIK VRIENTEN.
Item eene halve sille hoywas tot BAECKEL gelegen alle der voorschreven MARTEN aengedeylt als voor, ende gebruyckt worddende bijden voornoemde WILLEM HOEBEN.
Item twee sillen hoywas gelegen in de jurisdictie van VLIERDEN achter 't "BROUWHUYS", gecomen van WOLFF HENRICK BAECKERMANS ende JOOST LENAERTS vander SANDE, oyck gebruyckt worddende bijden voorschreven JOOST WILLEM HOEBEN onder andere hadden erffelick opgedragen met JAN van DOERNE ende GEVAERT van DOERNE gebroederen. Prout et litteris, wesende van de date den derde Aprilis Anno XVIc achtenvijftich. Soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven den voorschreven Mr. JAN van DOERNE voor hem selven ende mede als last ende schriftelycke ....... hebbende van den voorschreven GEVAERT van DOERNE sijne broeder onder sijner signature gedepescheert den vierentwintichsten dach deser loopende maent Aprilis soo hij verclaerde ende sulx nyettemin fort ende sterck maeckende inden desen. De voorschreven huysinge ende erffeninisse onder BAECKEL, twee sillen hoywas onder de jurisdictie van HELMONT inde Rietbeemden aldaer, een sille hoywas tot BAECKEL, ende een sillen van twee sillen hoywas onder de jurisdictie van VLIERDEN gecomen van JOOST vanden SANDE. Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen JANNEN CELEN tot behoeft van GEVAERT IJSBOUT VROEMANS. Finael cum dictis ...... .... [latijn]. Gelovende die voorschreven opdragere met sterckmaeckinge als voor .... ..... [latijn].
GEVAERT van DOERNE ........
Testes et datum ut Supra. = 30-04-1659.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 48.
d.d. 27-05-1659.
Martis rechtdach gehouden den 27 dach Maijns 1659.
Op heden den 27 Maij 1659 is het Genecht alhier gebannen ende beseten, door Joncker CORNELIS PROENING Hooft Schouteth van den quartiere van PEELLANT, de Schepenen alle present.
Compareerde alhier in vollen Gebannen vierschare, JAN REIJNDERS, out Kerckmeester deser kercken van BAKEL. Ende heeft gelevert aen handen van Joncker CORNELIS PROENING Hooft Schouteth vande quartiere van PEELLANT, den ouden Register Boeck toebehoorende der voorseijder kercken. Noch een Register Boeckxken, beginnende vanden jare 1615. Noch een lanckwerpich Register, waer op in het beginsel stont geschreven als volgt.
Registrum fructum Altaris Sanctorum Joh. Baptiste, et Anthoni, in Eclesia parochiali de BAKEL Rencuatum a Domino MAXIMILIANO de BEECK, A1685 Ita Attestor PETRUS HEIJECKERS.
Ende heeft voorders aen handen van den Heere Hooft Scouth zijnen behoorlijcken Eedt, in debita forma gepresteert, dat hij comparant voorschreven egeene geschriften, van der kercken van BAKEL en is hebbende ofte egeen meer en is wetende noch oock egeene geschriften, vander voorseijder kercken toebehoorende, en heeft versteken noch in solo malo, en heeft verbrocht, dan allen het gene hij comparant voorschreven, als Kerkmeester heeft ontfangen gehadt, wegens der kercken van BAKEL voorschreven, hier mede voort ten vollen overgelevert, allen de geschriften ende Boecken der voorseijder kercken aengaende egeen vuijtgescheijden.
Actum desen Ghenecht dage ut Supra.
WOUTER HANRICK JANSSEN, Aenlegger ende Geinjurieerde
Tegens
MARCELIS DIRCK HOEBEN injuriant ende alsoo gedaechde.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 52.
d.d. 17-06-1659.
Compareert alhier in actie, FRANS van den HOUT ende beclaecht, dat het sant is vliegende op zijne erffenisse, ende dat selve sant hem is heffende op ende vuijt erffenisse, competerende MARCELIS GERAERTS, WILLEM HERMANS, ende PETER MARCELIS VERHAGE, versoeckende, dat het selve sant, sal mogen woorden gestopt, ende gekeert der vuegen, dat zijne erffenisse daer door niet meer en woorden beschadicht, ende hij Van den HOUT voor-schreven egeene intresse daer meer bij en is lijdende andersints protesterende versoeckende derhalven daer over Uwe Eerw. ordonnantie onder Appoinctement.
Volgende het versoeck, ende clachten van FRANS van den HOUT, soo hebben MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, ende MATHIJS WILLEM HERMANS, beijde Schepenen, door commissie ende ordonnantie van de gelijcke Schepenen deser Bancke, het selve sant ende vuijt vluchte des selffs gevisiteert ende besichticht.
Doende hen rapport alhier in actis, verclaeren dat het selve sant, daer Van den HOUT voorschreven hem sich over heeft beclaecht, alhier in actis is heffende ende vliegende vuijt de erffenisse MARCELIS GERAERTS, WILLEM HERMANS, ende PETER MARCELIS VERHAGE competerende, soo hij verclaert heeft ende dat het selve sant, sal moeten woorden gestopt ende gekeert ofte dat andersints, den voors. Van HOUT ende sijne erffenisse daer groote schade ende intresse, bij sal comen te lijden.
Schepenen ordonneren, MARCELIS GERAERTS, WILLEM HERMANS, ende PETER MARCELIS VERHAGE, dat sij, dat sant sullen hebben te stoppen, ende te keiren, op henne erffenisse, dat het selve niet en is vliegende van ende vuijt henne erffenisse, op erffenisse van FRANS van den HOUT, op soodanige wijse sij geordonneerde hem des zijn verstaende, soo dat den voorschreven Van den HOUT daer egeene voorderen schade bij en comt te lijden, ofte zijne erffenisse, vallende den selven Van den HOUT daer over meer clachtich, wij Schepenen daer naeder over sullen disponeren. Belastende den voorschr. Van den HOUT, de geordonneerde alsoo parthije, daer van te doen, behoorlijcke, ende gerichtelijcke insinuatie, door den Vorster alhier, in inditio Actum den 17 Juni 1659.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 53.
d.d. 17-06-1659.
THONIS soone JOOST ARIAENS, ANDRIES HOEBEN ende MARGARETA, weduwe van wijlen GEERLINGH JOOST ARIAENS, porprietarissen ende gebruijckeren van vijff Lopensaeten lants gelegen onder MILHEZE gecomen, ende bij JOOST ARIAENS vercregen, tegens HANRICK MATHIJSSEN van SOERENDONCK, voor los ende vrij, voor Schepenen van BAKEL, op den 28 November, Anno 1618 wordende geexporteert van wegen de Kerckmeesters, deser kercken van BAKEL, tot betalinge van twee gulden jaerlijckx, vuijt crachte, van generalen vonnisse op henne registeren, versoeckende dach ende recht ende in contradictie te woorden ontfangen, tegens den selven vonnissen voor soo veele hen is aengaende. Belovende 't recht te verwachten, ende 't gewijsde te voldoen, volgens deser Bancken recht onder Appoinctement.
Schepenen ter manisse des Richters, Appoincteren, ende verleenen de requiranten boven genoempt dach ende recht, ende ontfangende selve inne cotradictie, onder de behoorlijcke Solemniteijten daer toe zijnde gerequireert habeat, onder cautie.
Achter volgende den voorschreven Appoinctemente, soo compareert, alhier in actis, JAN PETER MASBROECKX stellende hem cautionaris ende borge, voor de bovengeschreven obtinenten ende requiranten, gelovende 't gewijsde ende 't recht in desen te voldoen, onder verbant van sijnen persoon, ende goederen, als naer rechten contra gelovende de voorschreven obtinenten ende requiranten, hennen gebleven borghe van alles in desen te houden costeloos ende schadeloos, ende hem daer van gehelijcken te indemneeren, op gelijcke verbant, Super se et omnia habende, et ac quirenda, ut in messiori forma in inditio Actum den 17 Junius 1659.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1591, folio 365 t/m 368verso.
d.d. 19-08-1659.
DANIEL MACKALLEN President ende NICOLAES van NEERVEN Kerckmeester des dorpen van BAKEL inden naeme ende als gemechticht van den selvenen DANIEL MACCALLEN, PEETER SCHEPERS, MATHIJS WILLEMSEN van den KERCKHOFF, MARCELIS GERAERTS, HENRICK JAN LENAERTS, MATHIJSEN WILLEMS HERMANS, ende JAN GERAERTS van den EYNDEN, alle Schepenen, HERMAN WILLEM HERMANS, ende JAN JANSSE SCHEPERS tegenwoordige Borgemeesters, den bovengeschreven DANIEL MACCALLEN ende MATHIJS WILLEMS van den BERCKHOFF tesamen Heyligeestmeesters, als oyck dat voorschreven MACCALLEN met NICOLAES van NEERVEN samentlijcken kerckmeesters, JAN HANRICK ABRAHAMS ende JOOST WILLEM HERMANS tesamen Peelmeesters, ende van de notabelste ingesetenen van den dorpe van BAKEL voorschreven representeerende 't geheel corpus van den selven dorpe. In procuratie brieven onder den gemeynen Schependoms zegele desselven dorps ende signaetuere van den Secretaris gedepescheert, in date den elfften dach deser loopender maent Augusti. De Regeerders des voorschreven dorps geauthoriseert bij oepene brieven van Octroye der selven dorpe voertijden den sevensten Meert Anno XVIc ende seventhien bij de Hertogen van BRABANDT verleent, ende daernae opten vierden Aprilis Anno XVIc negenenvijfftich bij den Ed: Rade van BRABANT in S'GRAVENHAEGE geconfirmeert ende geaprobeert. Ende uyt crachte der machte de voorschreven confirmanten bij de voorschreven Octroye ende acte van confirmatie ende vernieuwinge, ende voorschreven gemechtichd bijde voorschreven procuratie (soo allet blijckende was) gegeven ende verleent hebben wittelick ende erffelick vercost mij L. van KESSEL tot behoeft van den Heeren Predicant ende bedienaere des Goddelijcken Woordts tot St.OEDEN RODE met naeme NICOLAUS VOGELLIUS eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van t'sestich Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts iederen gulden gereeckent. Te betaelen alle jaer erffelick opten derden dach der maent van Januario, ende voor den iersten termijn van betalinge opten derden January naestcomende des jaers XVIc ende t'sestich. Ende binnen dese Stadt vrij van alle beden, lasten, schattingen, vijfde, thiende, twintichste of andere meerdere, off mindere penningen, ingestelt off noch ingestelt te wordden, ordinarisse off extraordinarisse, bedachte oft onbedachte. En de ten eynde den voorschreven chijns ten verschijndage voore verhaelt, alle jaer preciselijck betaelt werdde, soo hebben de voorschreven gemechtichde vercooperen belooft inden naeme ende van wegen de voorschreven Constituanten ende daer voor verbonden henne samentlijcken persoonen ende goederen oyck ieder een hen ende derselven goederen in solidum ende int bijsonder. Als principael, oyck henne oiren, ende naecomelingen eentsamenlijck de goederen der gemeynte, alle hebbende ende vercrijgende, niet uytgescheyden, 't zij roerende, onroerende, haeffelijcken, off erffelijcken, waer ende op wat plaetsche die gelegen oft bevonden souden mogen worden, stellende ende subjecteerende deselve tot reële ende parate executeel aen allen Heeren, Hoven, Bancken ende Gerechten en die te mogen becommeren, arresteren aenveerden, ende houden, op alle vrije mercktdagen, ende andere geprivilegeerde plaetsen alwaer inne die sal weten te becomen, soo te water als te lande, binnen oft buiten der Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE oft heurder Meyerye, ende de betalinge van der selven chijns sonder eenige recht voorderinge daeromme te doen, ende eenen over te verhalen, 't zij deselven goederen toebehooren 'tsamen, oft int bysonder den Schepenen, Borgemeesters, H.Geestmeesteren, Kerckmeesters, Peelmeesteren oft eenige van dyen, oft oyck aen andere particuliere persoonen van de ingesetenen, soo wel den meesten als de minsten, van den dorpe van BAKEL voornoempt, t'samen oyck int bysonder als voor, oft andersints in eenige manieren nu wesende oft naemaels comende tot dat alle jaere, ten termijne ende ter plaetse voorschreven, den voorschreven chijns betaelt sal wesen. Vertijdende daeromme op alle exceptien, privilegien coustuymen, ordonnantien vrijheden van merckten, relievementen, reductien, alle subtijle vanden geestelijcke ende wereldlijcke rechten, ende bysonder den rechte dicterende dat generale verbintenis niet en valideert ten sij dat speciale voor gae, oyck aen het privilegie der vergulde bulle ende blijde incompste mede brengende dat den eenen Brabander den anderen niet en vermach buyten BRABANDT, noch oock zijne goederen ende effecten te arresteren ofte becommeren ende int bijsonder op alles wat hen hier tegens te hulpe souden mogen comen, en hen immermeer tegen desen brieven ende belooften daerbij gedaen, te mogen behelpen, hen onderwerpende de brieven van inthimatie ende ingeboth deser voorschreven Stadt van S'HERTOGENBOSCHE, gelijck sij oyck renuntieren op d'exceptien van geen goet ontfangen te hebben overmids den redenen naerbeschreven, met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven Constituanten den voornoemde chijns van zestich gulden jaerlicx sullen mogen lossen ende quyten ten allen tijden, teffens ende ten eenenmaele mette somme van twelffhondert Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets Brabants permissie gelts elcken gulden gereeckent. ........ (latijnse tekst). Behoudelijck dat men den voorschreven los schuldich ende verbonden sal wesen een halff jaer te voorens wittelicke te vercondigen ende op te seggen. Mede beloevende den voorschreven gemechtichde vercooperen ter saecke van de constitutie deses voorschreven chijns van zestich gulden jaerlicx, uyt handen van den voorschreven Heere President Vogellius ontfangen te hebben gelijcke somme van twelffhondert Carolus gulden in gelde als voor. Ende dat zij daermede aenden Rentmeester BATTEEN inden erffelickheyt hebben affgelost eenen rente van twelffhondert Carolus gulden capitaels gelijck sulcx den ondergeschreven Heeren Schepenen bij acte door denselven Heere BATTEEN opten negentiensten dach deser loopender maent Augusti onderteeckent is gebleken, sijnde deselve twelffhondert gulden van den Heere BATTEEN gesuccedeert in plaetse van eene andere van t'zestich gulden jaerlicx aen Mr. GERAERDT LOMBAERS die daer mede gelost was, ende die van LOMBAERTS gesuccedeert in plaetse van eenen rente van twee en zeventich guldens jaerlicx aen GEERTRUY de weduwe wijlen PAUWELS JANSSEN van STIPHOUT die insgelijcx metten penningen Mr. GERAERDTS LOMBAERTS was affgeleght ende gequeten. Allet naer teneur ende inhoudt van de voorschreven procuratie ende verclaeringe der geconstitueerde vercooperen. Testes BUYSTEN et BERCKEL. Datum den XIXe Augusti Anno XVIc LIX.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 54.
d.d. 25-08-1659.
PETER AERT ANSSEMS, consigneert alhier onder Schepenen sekere penningen, te weten seven gouden ducaten, negen silvere ducatons, seven patacon, twee halve patacons. Noch twee Hollantsche schellingen, ende eenen twintich stuijvers, in silvere paijement die welcke in faveur van Justitie, woorden geconsigneert, om goet recht te verwachten tusschen Joncker CORNELIS PROENING, geseijt DEVENTER, Hooft Schouteth des Quartiers van PEELLANT ter eenre, ende hij PETER AERT ANSSEMS, ter andere sijden, ter saken, dat den voors. PROENING, den voorschreven PETER consignant hodie heeft doen affpanden, door DIRCK HUBERTS Vorster in BAKEL, met AELBRECHT, den Vorster in SON. ende JAN van SON, Ondervorster tot SON ende AELBRECHT Ondervorster tot BRUEGEL, wesende sijne assistenten, sekere twee koeije beesten als dat den voorschreven consignant beclaecht was aenden voorschr. PROENING, dat hij consignant sijne cooren, niet behoorlijck thientbaer, en soude hebben gemaect. Coram schabinis DANIEL MACCALLEN et MARCELIS GERAERTS, desen onderteeckent, op huijden den 25 Augusti, 1659.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 55.
d.d. 25-08-1659.
Compareert alhier FRANCISCA, huijsvroewe PETER AERT ANSSEMS, tot MILHEZE met haer geassisteert HANRICK GOORT LAUREIJNSSEN, in absentie van PETER voorschr. haren man, ende heeft den selven HANRICK voorschr. vuijt laste van den voorschr. PETER ende sijne voorschr. huijsvrouwe, DIRCK HUBERTS Vorster in BAKEL, voor ons ondergeschreven Schepenen affgevraecht vuijt wat crachte, dat hij met sijne bijhebbende assistenten, PETER AERT ANSSEMS voorschr. heeft affgepandt zijne twee koeije beesten vuijt crachte van brieven van executorien, ofte vuijt crachhte van vonnisse, ende oft hij Vorster, de selve gehadt heeft ofte niet ofte voorgelesen, ende gethoont heeft aende voorschr. huijsvrouwe van PETER AERT ANSSEMS ofte niet, in het affpanden van sijne twee koeijen beesten voorschr., waer op DIRCK HUBERTS Vorster voorschr. antwoorde neen, ick en hebbe egeen brieven van executorien, ofte vonnissen gesien, ofte gehadt, ofte oock niet gethoont, maer ick hebt gedaen, vuijt laste, van Joncker DEVENTER, die mij seijde, dat hij brieven van namptisatie <= eis van genoegdoening> hadde. Voorders seijde den Vorster voorsn., dat de gepande koeijen beeste ontslagen zijn costeloos, ende schadeloos. Ende voorts heeft den bovengenoemden, HANRICK GOORT LAUREIJNSSEN, voor ons Schepenen geeijscht telaes vanden Vorster, van het voors. afpanden van de twee koeije beesten bovengenoempt, gedaen op hodie dato ondergeschreven, door DIRCK HUBERTS Vorster met sijne bijhebbende assistenten. Ende heeft geantwoort den voors. Vorster, ick sal PETER AERT ANSSEMS, daer van relaes geven, voorders seijde HANRICK GOORT LAUREINSSEN voorschr. off den voorsz. Vorster, in nalatigheijt bleeff, ende noch quame te weijgerrren, relaes van het affpanden te geven, heeft van alsulcx geprotesteert wel expresselijcken gelijck hij bij desen, wel expresselijcken is protesterende, om etc. daer van acte versoeckende om hem PETER AERT ANSSEMS te dienen.
Aldus gedaen, coram schabinis DANIEL MACCALLEN et MARCELIS GERAERTS, op hodie den 25 dach Augusti 1659.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 57.
d.d. 11-09-1659.
Extra acte gehouden Coram schabinis DANIEL MACCALLEN, MATHIJS WILLEMS van de KERCHOF, MARCELIS GERAERTS, ende MATHIJS WILLEMS HERMANS. Hodie den XI September 1659.
PETER AERT ANSSEMS, gedaechde, tegens
Den Heere Schouteth van PEELLANT, nomine Officij, aanlegger.
Alsoo den gedaegde, tonrecht door den Vorster van BAKEL met sijne bijhebbende assistenten, alhier ten versuecke van den Heere aenleggere, is geexecuteert gewoorden, daer over sijne koeije beesten via facti, sijn gepant geweest, tot voldoeninge van vijftich gulden, ter causse, dat den gedaechde, sijnen rogge, ofte cooren, niet thienbaer soude hebben gemaect daer inne de Heere aenleggere te hoochlijck is verabuseert geweest gelijck vuijtten processe daer naer geintenteer sal woorden bevonden. Soo heeft die gedaechde onder protestatie op den 25 Augusti lestleden (niet siende, anders te comen in oppositie, ende den tijt te cort was, te halen, inden Rade van BRABANT cassatie) geconsigneert seeckere penningen, pretenselijck, noch onder de Heeren Schepenen staende. Ende want die Heeren aenleggere met sijne aensprake geconcludeert heeft, dat die gedaechde bij provisie, ende onder cautie, de restituendo, in voldoeninghe vanden peene van vijftich gulden, sal woorden gecondemneert ende geconsidereert. inder eeuwicheijt die gedaechde niet sal woorden bevonden, contraventie, te hebben gedaen daerinne die Heere aenleggere niet sal connen te cunnen ganderen. Ende dat oock die gedaechde genochsaem gehoedt, ende geerft is, daeromme de geconsigneerde penningen niet sonder vruchte mogen blijven liggen onder Schepenen,- Soo compt die gedaechde, de selve penningen, wederom lichten met beloofte van 't recht te verwachten, ende 't gewijsde te voldoen, oock presenterende, des noot wesende daer voor borge te stellen. Ende in gevalle van difficulteijt, versoect met Uwe Eerw. Appoincte daer toe te woorden gewesen. Onder Appoinct.
Schepenen wederhouden dese saecke omme daer op te Appoincteren, tusschen dit en toecomenden Saterdach naemiddach, ten vijff uuren omme redenen hen inoverende.
HANRICK GOORT LAUREIJNSSEN, als gemachticht sijnde van PETER AERT ANSSEMS, gedaechde ende geexcenteerde, als oock consignant, protesteert tegens de bovengenoemde Schepenen, ter cautie, dat sij Schepenen, de geconsigneerde penningen, den voors. consignant, onder beloofte van 't gewijsde, ende 't recht te voldoen, ofte ingevalle van difficulteijt, te woorden gewesen, daer voor borge te stellen, daer van ende van alles, den voorsz. HANRICK, van alle costen, schaden, ende intressen gedaen, ende voorders te doene, daer van ende omme wel expresselijcken protesterende, daer van acte versoeckende om etc. Actum den XI Septembris 1659.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 58.
d.d. 13-09-1659.
Extra acte gehouden den 13e 7bris 1659 coram scabinis DANIEL MACCALLEN, MATHIJS WILLEMS van den KERCKHOV, HANRICK JAN LENARTS, MATHIJS WILLEMS HERMANS, JAN GOORTS van den EIJNDEN.
De Schepenen gesien, ende geleth hebbende op het versoeck van den gedaechde seggen, dat hier niet in getreden can woorden, voor al ende eer, den Heere aenleggere behoorlijcke insinuatie sal woorden gedaen om sijne reden, hier tegens te seggen ofte sijnen raet binnen den tijt van ses dagen, nae insinuatie.
Actum den 13 7bris 1659.
HANRICK GOORT LAUREIJNSSEN, als gemachticht van PETER AERT ANSSEMS gedaechde, protesteert tegens de Schepenen, van alle costen, schaden ende intressen, die geresen sijn, ende noch mochten comen te gerijsen, dat hem consignant de geconsigneerde penningen geweijgert woorden, versoeckt daer van acte in behoorlijcker formen, coram scabinis, ut supra, Actum den 13 7bris 1659.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1592, folio 44.
d.d. 22-10-1659.
NICOLAES JOOSTEN van NEDERVEN Stadthouder tot BAECKEL, het erff schrijffampt oft erffsecretarije van BAECKEL voorschreven gelegen in PEELANDT MEYERYE van S'HERTOGENBOSSCHE, t'samen metten baten, prouffijten ende gerechticheden daer toe gehoorende, leenruerich sijnde aenden Leenhove van BRABANDT. Welck voorschreven erff schrijffampt JOHAN van BOXMEER ende consorten hadden erffelick opgedragen den voorschreven NICOLAES JOOSTEN van NEDERVEN. Prout in litteris, wesende van den date den twelfften July Anno XVIc achtenvijftich. Heeft hij wittelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven midts desen BARTHOLOMEUS van GESTEL erffsecretaris van AERLE, BEECK, etc.
....... ..... ..... Testes van BERCKEL et VERMEER. Datum den XXIIen Octobris Anno XVIc LIX.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 66.
d.d. 23-12-1659.
Compareert alhier voor Schepenen in pleno Juditio, den 23 Decembri 1659 JAN JANSSEN BASTIAENS, naer voorgaende dagemente ter requisitie van MARI naergelten Weduwe wijlen JOOST REIJNDERS, gecompareert in haren name HENRICK PETERS SCHEPERS, om met den selven JAN BASTIAENS te rekenen, verclaert den voorschr. JAN, dat de Weduwe hem schuldich is, van twee dagen helpen maijen ende drie dagen helpen dorssen, op sijnen cost, niet meer eijscht den zelven daer voor 2 gulden, 10 stuyvers. Ende het gene dat HENRICK PETER SCHEPERS, wegens de Weduwe voorstelt, dat JAN JANSSEN BASTIAENS de voornoemde Weduwe schuldich is, off soude sijn, ontkent het selve vuytgenoem, bekent hij, dat sijne beesten, op de CRUIJSCHOT bij de Weduwe, in de weijde sijn gegaen, eer hij op de CRUIJSCHOT, met de wooninge gecomen was.
Oud Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, folio 66.
d.d. 23-12-1659.
Des aliante Corperen daer inne mitsgaders ons inne de costen van dese te condomneren onder ...... Appoinctemente Et obtinnit cum expensis
PETER AERT ANSSEMS, vader van MARIKEN zijne dochtere inden qualiteijt Aenleggerse
tegens
JAN CORSTIAEN Gedaegde
Contenderende ende concluderende cortelings tot betalinge den voors. Aenleggerse inder qualiteijt voor verhael van een jaer huere ende arbeijts loon bij sijne voors. dochtere verdient bij den voors. Gedaegde begonne het jaer prima Novembri 1657 - ende geeijndicht prima 9bri 1658 wesende de selve jaere hueringe thien gulden in gelt, een paar hoosen, een paar schoenen, een paar socken die den Ged. noch schuldich is gebleven van den selve jaerhuere ende noch van den voirgaenden jaershuer ind een paar hoosen, ende een paer socken. Ender overmits den voors. Aenleggerse qualitate qua alle devoiren aenmaningen, omme tot de selve betalinge te geraken aende Gedaegde heeft gedaen effen wel tot den selvene niet connende geraken, versoeckende t'indicatie totten selven verdienden arbeijts loon ten respecte van de langen overstreken dage, mitsgaders de costen van recht den Gedaegde daer inne condemnerende onder ...... ......
Et obtinnit cum expensis Salve naer acht dagen, dat binnen middeler tijt den Gedaegde sijne redenen ter contrarie so hij eenige heeft schrifttelicken sal hebben te allegeren ter griffie alhier, blijvende in gebreken andersints fiat als boven staet deugt daer van insinuerende.
Compareert alhier in pleno Juditio, den 23 Decembri 1659 JAN JANSSEN BASTIAENS naer voorgaende dagement ter Requisitie van MARI naergelatene weduwe wijlen JOOST REIJNDERS, gecompareert in haren name HENRICK PETERS SCHEPERS, om met den selven JAN BASTINUS te rekenen verclaert den voors. JAN, dat de Weduwe JAN schuldich is van twee dagen helpen maijen ende drie dagen helpen dorssen op sijnen cost niet meer eijscht dan zelven daer voor 2 gulden 10 stuyvers inde het gene dat HENDRICK PETER SCHEPERS wegens de Weduwe voor stelt dat JAN JANSSEN BASTIAENS de voornoemde Weduwe schuldich is; off inde sijn ontkent het selve vuyt genomen bekent hij, dat sijne beesten opde CRUYSSCHOT bij de Weduwe, in de weijde sijn gegaen ..... op de CRUIJSCHOT, met de wooninge gecommen was.
Bakel 1660.
Oud Archief Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, folio 67.
d.d. 13-01-1660.
Martis Rechtdach gehouden den 13 Januarij 1660.
Op heden den 13 Januari 1660 is alhier het ...... gebannen ende besloten ... NICOLAAS van NEERVEN Stadhouder de Schepenen allen present.
Den Heere Raat van BOSCHHUIJSEN, Heere van CROIJ ende STIPHOUT Aenlegger,
Tegens
PETER ANTHONIS GOORTSSCHEN ende WILLEM WILBERT SCHATEN Gedaegden.
Den voorschreven Heere Aenleggere exhibeert schriftuere van Aensprake scriptus.
Den selven Heere ...... van BOSCHUIJSEN Heere van CROIJ ende STIPHOUT Aenlegger
Tegens
JOOST PETERS woonende tot MILHEEZE Gedaegde
Den voorschreven Heere Aenlegger ....... Schriftuere van Aensprake scripta.
Et comparuit den knecht van voorschreven Heeren ex CROIJ.
NICOLAES van NEERVEN ende Meester DANIEL MACCALLA Kerkmeesteren deser kerke van BAKEL, alsoo Aenleggere ende obstinenten
Tegens
THONIS JOOST ARIAENS, ANDRIES HOEBEN ende MARGARETHA Weduwe wijlen GEERLING JOOST ARIENS, voor...... ende contradicteuren.
De voorschr. kerkmeesteren exhiberen persisteringe .... replicken.
O.R.A. Bakel en Milheeze, inv.nr. 23, pagina 69.
d.d. 13-01-1660.
Aen de Heeren Schepenen der Dingbancke van BAKEL.
Geeft reverentelijck te kennen LENART WILLEMS, hoe dat hij op den 22 Januario 1654 heeft vercregen bij coop door ontslaninge bij vuijtganck des hoochsels bij brandende kersse, eenen acker genaempt DE CRABBE, groot ontrent ses Lopensaet, gelegen alhier onder de Jurisdictie van BAKEL, ter plaetsen ontrent DE NEERSTRATE. Ende was den selven acker, opgeveijlt, ende ten hoochsten voor alle man gestelt, om te vercoopen ten profijte van den onmundigen, PETER, soone wijlen FRANS PETER FRANSSEN, door sijne momboiren, HENRICK PETER SCHEPERS, ende FRANS HENRICK CRUIJSCHOT. Ende heeft LENART WILLEMS Suppliant voorschr. den selven voorschreven acker, wederom overgelaten, ende getransporteert, aen CORSTIAEN JOOST CORSTIAENS, inden selven jare opten ... 1654. Ende dat onder conditie dat CORSTIAEN voors. den selven voorschr. acker soude hebben inden selven coope, gelijck hij Suppliant voorschr. den selven vercregen hadde. Ende dat hij CORSTIAEN voorschr. alles soude nemen tot sijnen laste, ende was nemende tot sijnen laste, ende aenden Suppliant soude restitueren, het gene hij Suppliant ter saken van den voorschr. acker hadde vuijtgegeven. Ende hem Suppliant van alles houden costeloos, ende schadeloos, ende hem 't selve alles te restitueren. Ende dan soude hij alnoch CORSTIAEN voorschr. aenden Suppliant, daer en boven tot verdienste geven twee patacons. Ende alsoo heeft hij CORSTIAEN, voorschr. gecomen wegens den voorschr. acker, inde qualiteijt van den Suppliant, gelijck ooc waerachtich is, dat den Suppliant voor de overgevinge van de voorschr. acker den grontchijns van den selven hadde betaelt aenden Rentmeester van den Seer WelEd. Heere van HELMONT, die den selven CORSTIAEN, aenden voorschr. Suppliant heeft gerestitueert, het is nu soo, dat eenige partije, Borgemeesteren, op comen eijsschende sekere quantiteijt van penningen, 't sedert den 22 Januario 1654 vervallen, ende voorders, die den voorschr. CORSTIAEN in gebreke ende onwillig blijft omde selve te betalen, hoewel hij 't selve volgen sijne eijgen beloofte, behoorden te doen, ende den Suppliant in alles wegens den voorschr. acker te houden costeloos ende schadeloos, ende te indemneren gehelijcken van alles, gelijck voor is geseijt. Ende overmits dat het overnemen, ende overgeven met de conditien daer inne ondersproken, bij de parthijen voorschr. is geschiet tusschen hen beijden, sonder iemants bijwesen ofte schriftelijcke accoort daer van te hebben gemaeckt malcanderen dat betrout, hebbende op henne woort, gelijck eerlijcke lieden plegen ende den voorn. CORSTIAEN oversulcx in gebreke blijft de voorschr. Borgemeesteren te voldoen, ende den Suppliant van de selve te ontlasten.
Soo keert den Suppliant hem tot Uwer Eerw. biddende zeer ootmoedelijcken, dat Uwer Eerw. den voorgeschr. CORSTIAEN, gelieven te ordonneren de voors. borgemeesteren, wegens den voorschr. acker te betalen en te voldoen, ende den voors. Suppliant daer van te houden costeloos ende schadeloos ende gehelijcken te indemneren van alles, ofte andersints, presenteert ende geeft den Suppliant 'tselve bij ontkennen tot deijlinge van Eede, offert vel defert vermits, dat tot de saecke geenen thoon tot de selve can woorden geemploijeert, dit doende etc.
Schepenen gelet hebbende op dese requeste ordonneren CORSTIAEN JOOST CORSTIAENS, dat hij daer op sal seggen sijnen raet pro ut consily, binnen den tijt van acht dagen, naer insinuatie deses, in pleno juditio. Actum den 13 Januario 1660.
Ter ordonnantie van de Heeren Schepenen.
HENDRICK PETERSS SECRETARIS.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1615, folio 259verso t/m 261verso.
d.d. 04-05-1660.
NICOLAES NEERVEN en DANIEL MACKALLE Stadthouder en Presiderespective des dorps van BAECKEL inden naeme en als gemechticht vande selver. NICOLAES NEERVEN Stadthouder, DANIEL MACKALLE, MATHIJS van de KERKHOFF, MARCELIS GERAERTS, HENRICK JAN LEENDERTS, MATHIJS WILLEM ......., JAN GOORT van den EYNDE en REYNDER PETERS alle Schepenen, JAN WILLEM SCHATEN en MARTA CORSTEN Borgemeesters, DANIEL MACKALLE en HUYBERT THOMSE H.Geestmeesters, NICOLAES NEERVENS en DANIEL MACKALLE Kerckmeesters, JAN HENRICK ABRAHAMS en JOOST WILLEM HERMANS Peelmeesters en van de notabelste ingesetenen van de voorschreven dorpe van BAECKEL, representerende het gehele Corpus van de selven dorpe. Inne procuratie brieven onder den gemeynen Schependoms zegel en signature ende ingesetenen des voorschreven dorps, geauthoriseert bij opene brieven van octroy bij den Ed.Mo.Rade van BRABANT in S'GRAVENHAGE hen vergunnen wesende van den date den vierden Aprilis Anno XVIc negenenvijftich, ende tot crachte der machte die voorschreven Constituanten bij den voorschreven procuratie (so allent blijckende was) gegeven en verleent hebben ende wittelick erffelick vercocht JASPAR LAMBERTS wonende tot GEMERT eenen jaerlicxe en erffelicken chijns van negenenveertich Car. gulden ende thien stuyvers tot XX stuyvers goet gangbaer gelts elcken gulden gerekent, te betalen alle jaer erffelick op den eersten dach der maent van April. En voor den eersten termijn van betalinge op den eersten April Anno XVIc eenentsestich. Ende binnen dese Stadt vrij et supra te leveren, ende tot eynde den voorschreven chijns ten verschijndage voor verhaelt alle jaer preciselijc betaelt worde. So hebben de voorschreven gemechtichde vercoperer belooft inder naeme ent van wegen die voorschreven Constituanten ende dese voor verbonden tsamentlijcke personen ende goederen ooc iedere een hen ende derselven goederen in solidum ende int besonder als principael ooc henne oiren ende nacomelingen eensamentlijch de goederen die gemeynte alle hebbende ende vercrijgende, niet uitgescheyden 't sij roerende, onroerende haeftelicke oft erffelicke, waer en op wat plaetsen die gelegen ofte bevonden souden mogen werden. Allen de ... subjecterende derselve tot recto ende parate executie aen alle Heeren Hoven, Bancke ende Gerichte om die te mogen becommeren arresteren, aenveerden ende houden op alle vrijmercktdagen ende andere priviliseerde plaeten alwaer men die sal weten te becomen so te water als te lande binnen oft buyten de Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE oft haerder Meyerye, en de betalinge van de selver chijns sonder enige rechtvoorderinge daeromme te doet 't sij deselve goederen toebehooren tsamen oft int besonder den Schepenen, Borgemeesters, H.Geestmeesters, Kerckmeesters, Peelmeesters oft enige van dien oft ooc den andere particuliere personen van de ingesetenen so wel de meesten als de minsten van den dorpe van BAECKEL voornoemd, tsamen ooc int besonders als voor oft andersints in enige manieren nu wesende, oft naermaels comende tot dat alle jaere ten termijne ende plaetse voorschreven den voorschreven chijns betaelt sal wesen. Vertijdende daeromms op alle exeptien, privilegien, costuymen, ordonantien, vrijheden van merckten, relivementen, reductien, alle inhaut van der geestelijcke ende wereldlijcke rechten en de besondere der rechte dicterende dat generale verbintenis ter en valideeren ten sij dat speciale voor gaen ooc aen het privilegie der vergulde bulle en de blijde incomste medebringende dat den eenen Brabandte den andere niet en vermach buuten BRANBANT noch ooc sijne goederen ende effecten te arresteren ofte becommeren en de int bysonder op alles wat hen soo tegens te hulpe soude mogen comen om hen immermeer tegens dese brieven ende belofte daer bij gedaen te mogen behelpen hen onderwerpende de brieven van inthimatie en de ingebots deser voorschreven Stede van S'HERTOGENBOSSCHE gelijc sij ooc renonceren op de exeptie van geen gelt ontfangen te hebben overmits den redenen naebeschreven. Met conditien inne desen toegedaen dat de voorschreven Constituanten den voorschreven chijns van negenenveertich gulden thien stuyvers jaerlix sullen mogen lossen en de quyten ten allen tijden, teffens en de tenenmaele met de somme van elffhondert Car. gulden tot XX styuvers goets permissie gelts elcken gulden gerekent (....... latijnse tekst) en de arrestelijck. Behoudelic dat niet schuldich en de verbonden sal sijn den voornoemde los een halft jaer, soo te voorrens wettelic te vercondigen en de op te seggen. Mede bekennende de voorschreven gemechtichde vercooperen ter saecke van de constitutie deses voorschreven chijns van negenenveertich gulden thien stuyver jaerlix uit handen van de voorschreven JASPAR LEENAERTS ontfangen te hebben gelijcke somme van elffhondert Car. gulden en de dat sij daer mede hebben gelost en de gequeten een jaerlixe rente van vyftenvyftich gulden jaerlix aen JAN BELLEVELT volgens den protocolle van HELMONT, dato XX April lestleden gelijc hij de voorschreven procuratie staet vermelt.
Testes VERMEER en BOMEL datum den IIIJe May 1660.
Notaris Bunnen te Helmond, inv.nr. 10, d.d. 19-06-1660.
Op huyden den 19en Juny 1660 Compareerde voor mij Notaris openbaer en den getuygen hyer onder te noemen den persoon van JAN JAN LAMBERTS woonende binnen den dorpe van BAECKEL kennende en lijdende midts deses uyt sijnen handen van ANSEM WILLEMS schoonvader te hebben ontfangen en voor hem te hebben affgesproocken de somme van een hondert en vijff gulden voor welcke somme van penningen den voorschreven JAN JAN LAMBERTS, sijns schoonvaders hem ter hande gestelt alle sijne schaere staende, tegenwoordich op sijne landerijen soo cooren, boeckweyt, haver, gerste als andersints soo 't selve soude moeghen genoempt weesen nyet van dyen vuytgesondert om aen den selven JAN JAN LAMBERTS dgheenen middelen en heeft over dese penningen te restitueeren verclaerende t'selve bij eede (des noot) altijt te affermeeren alles onder verbant van hunne respectieve persoonen en goederen hebbende en vercrijchende en tot meerdere van dachlijcke bij den selvene partijen neffens getuygen onderschreven ten daeghe, maende en uuren als boven
JAN JAN LAMBERTS
ANSEM WILLEMS
HENDRICK VAN DUPPEN getuygen
LUDOVICUS BUNNEN NOTARIS.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1593, folio 195 t/m 196verso.
d.d. 07-07-1660.
Windmolen van BAKEL,
NICOLAES van NEERVEN Stadthouder des dorps ende Heerlicheyt van BAECKEL int Quartier van PELANT MEYREYE deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE heeft witteick ende erffelick vercost mij L van KESSEL tot behoeft van Joncffrouwe MARGARETA BECX Weduwe Joncker JOHANS vander SIEGER. In sijnen leven, oudt Raedt deser Stadt, eenen jaerlicken ende erffelicken chijns van vierenveertich Carolus gulden tot twintich stuyvers goets gancbaers gelts elcken gulden gereeckent. Te betalen alle jaer erffelick opten sevensten dach der maent van Julio, ende voorden iersten termijn van betalinge opten sevensten July Anno XVIc eenensestich, ende binnen dese Stadt vrij ut supra te caveren ende te vergelden. Van ende uyt huys, hoff ende schuer, gelegen aen de kerck tot BAECKEL genoempt "De LEEUW", met deen zijde ende het een eynde de gemeyn straet, ende met d'ander sijde ende ander eynde de Heerschappe vanden Weyntmolen tot BAECKEL.
Item van ende uyt een stuck ackerlants genoempt "Het CLEVERVELT", twee ende een halff Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende gelegen inden voorschreven dorpe van BAECKEL, neffen erve MARGRIET Weduwe GOORTS van den WASBERCH e.z. en a.z. latere. Streckende metten eenen eynde op de erffenisse HENRICX ROSSEMS ende metten andere eynde op erffenisse MARCELIS GERAERTS.
Item van ende uyt een weyvelt, twelff Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen in de voorschreven Heerlicheyt van BAECKEL aen "Het GINNENEYNDE" met d'een sijde aen erve JANS MARTEN RUTTEN, ende CORNELIS BORDEWEYNS, ende neven andere sijde aen erffenisse NICOLAES van NERVEN voorschreven, streckende metten eenen eynde op erffenisse ANDRIES ANCELMS, ende metten anderen eynde op eenen gemeynen waterloop.
Item van ende uyt een ander weyvelt genoempt "OLLAERT", twelff Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, gelegen tot BAKEL voorzegd, neffens de gemeynte van BAECKEL en e.e., ende neffens erffenisse JANS JAN JOOSTEN a.z., streckende metten anderen eynde op eenen gemeyne waterbeke aldaer.
Ende alnoch van ende uyt een ander huys ende hoff gelegen inde voorschreven dorpe van BAECKEL ter plaetse genoempt "Aen het SOERSEL" mette weyde ende saetlant, ses Loopensaten lants oft daeromtrent begrijpende, met d'een sijde beneffen erffenisse JANS JAN JOOSTEN, ende neven d'andere sijde beneffen erffenisse PEETERS JANSSE van HELMONT, streckende metten eenen eynde op eene gemeyne waterbeke, ende metten anderen eynde op eenen gemeynen wech aldaer. Soo hij verclaerde. Ab eodem de MARGARETA BECX ......... ..... [latijn].
Gelovende die voorschreven vercooper .... .... [latijnse tekst].
Met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven vercooper den voorschreven chijns sal mogen lossen ende quyten tot allen tijden teffens ende ten eenenmaele mette de somme van acht hondert Carolus gulden, tot twintich stuyvers goets permissiegelts elcken gulden gereeckent. ......... [latijn]
Behoudelick datum den voorschreven los schuldich ende verbonden sal wesen een halff jaer te voorens wittelick te vercondigen ende op te seggen. Testes SCHRIECK et Van der MEULEN, Datum den VIIen July Anno XVIc LX.
! In de marge !
HENDRICK DONCKERS in de naeme ende gemechticht tot het naevolgende van d'Ed. Vrouwe CATHARINA D'COCK Wed. wijlen Joncker LAMBERT BEX ......... bij affleyvicheyt van JANS MARGARETA BEX gedevolveert soo men verclaerde in procuratiebrieven voor de Notaris BARTHOLOMEUS van DEKENE? binnen BRUSSEL gepasseert ..... d'dato 25 Juny 1676 en uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven em verleent heeft opentlick bekent en beleden dat NICOLAES van NEDERVEN aen hen in sijne voorschreven qualiteyt heeft gelooft ende gequeten de nevenstaende chijns van vier en veertich gulden competerende. [DIERKS ?] en v.. mogen de voorschreven ........ constituanten in cassatie deses acten 7 Juny 1678. J.L.HATTENHUNS.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1593, folio 197v t/m 198v.
d.d. 07-07-1660.
NICOLAES van NEERVEN, Stadthouder ende Secretaris der Heerlicheyt van BAKEL inden naeme ende als gemechticht van ANTHONIS ende JAN gebroederen sonen wijlen ANTHONIS JANSSEN van HOVE, vanden selver wijlen ANTHONIS ende PEETERKEN sijne huysvrouwe, dochtere wijlen WILLEMS JEGERS van GEMERT tesamen verweckt. JAN JANSSEN MATHEUSSEN als wittig man ende momboir van MARIJKEN sijne huysvrouwe, ende ANTHONIS JOOST CORSTEN als wittich man ende momboir van IDA sijne huysvrouwe beyde gesusteren ende dochteren ANTHONIS JANSSEN van HOVE ende PEETERKENS WILLEMS voorschreven. Voor hen selven, ende alnoch die voorschreven ANTHONIS ANTHONISSEN van HOVE ende JAN JAN MATHEUSSEN als geordineerde momboiren over LUYTGEN onmundige dochtere desselve ANTHONIS JANSSEN van HOVE ende PEETERKENS WILLEMS in procuratie brieven voor Schepenen des dorps van BAKEL voorschreven in date den negenentwintichsten dach der voorlede maent Juny. Die voorschreven momboiren gemechticht door crachte van auctorisatie van den Stadthouder ende Schepenen van BAKEL met advijse van Rechtsgeleerden de voorschreven momboiren opten elfften Octobris Anno XVIc achtenvijftich verleent. Ende den negenentwintichsten Octobris des voorleden jaers XVIc negenenvijftich bij gemelte Stadthouder ende Schepenen vernieuwt, ende uyt crachte der machte de momboiren momboiren bijde voorschreven auctorisatie aende voorschreven NICOLAES van NEERVEN bijde voorschreven procuratie (soo allet blijckende was) gegeven ende verleent.
Eenen buender hoylants inden dorpe ende Heerlicheyt van AERLE ter plaetse genoempt "Inde ELSHORST". Jaerlicx wijdende tegens eenen anderen buender hoylants toebehoorende ten dele JAN JAN ADRIAENS Smit, ende ten dele HENRICK AERTS VERHOFFSTADT met sijne broederen ende susteren, met beyde de sijde tussen erffenisse BARTHOLOMEUS GESTEL, het eene eynde op den BERCKDIJCK streckende van daer metten anderen eynde op de gemeyne AA. Wesende deselve leenruerich aenden Ed.Leenhove van BRABANDT. Hebben sij wittelick ende erffelick vercost mij L.van RESTEL tot behoeft van MICHIEL JANSSEN de CUYPER woonende tot BAKEL voorschreven. Ab eodem MICHAELA ........[latijn].
Gelovende die voorschreven vercooper uyt crachte sijnder voorschreven gegeven der machte op verbant van alle de goederen, der voorschreven constituanten ende onmundige present ende toecomende ..... ..... [latijnse tekst]. Uytgenomen de servituyten van vaerten, wegen, stegen daertoe t'onderhouden staende ende behoorende. Ende oft het bevonden werdden dat dese erffenisse oft goederen met meer pachten, chijnsen ofte eenigen anderen intreductie ofte extraductie waren beswaert als boven staet gespecificeert, sal die voorschreven cooper hem moeten houden gecontenteert, ende te vreden zijn, midts het selve goet te doen. De pachter tegens den twintichsten penninck, ende de chijnsen tegens dien tweeendertichsten penninck sonder contradictie.
Testes SCHRIECK et Van der MEULEN. Datum ut supra. = 07-07-1660.
Dictus NICOLAES van NEERVEN nomine et ex partedicti MICHAELIS de CUYPER promisie dictum bonarius teste tempore et coro. Ad hoc debilis et consnetis in fendum reciperen. Testes et datum ut Supra. = 07-07-1660.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1594, folio 384 t/m 387.
d.d. 09-11-1660.
Wij NAGEL en ....... Schepenen inne S'HERTOGENBOSSCHE doen condt ende kennelijck eenenychelijcken, dat op heden datum deses voor ons persoonlick is gecompareert ende verschenen d'Heer JOHANNES PIETERSON eg. als voor inden voorgaanden contracte littris en signature usque ad volgens conditien ende voorwaarden in druck uyt gegeven alhier originalick gebleken. Twee heyvelden gelegen in de parochie van BAECKEL, ter plaetse genoempt "MILHEEZE" ..... [niet leesbaar] nevens het lant van BIJNDEREN LAUREYNS TONIS de BACKER, [streckende?] GERAERTS AERT HENRIX en AERTE ende JOOST JAN BANCKERS met erve andere deen sijde, d'ander sijde ende eenen eynde gemeynen wech. Noch een heytveltken genoempt "Den VOORDIJCK", deen sijde PEETER AERT STERCKEN, d'andere sijde de Weduwe JANS MATHIJSSEN BERCKER. Heeft hij wittelick ende erffelick vercost ANDRIES EVERTS en NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN Stadthouder van BAECKEL. Ab eodem ANDREA ..... [latijn]. Gelovende den voorschreven vercooper per tolum ut supra, uyt genomen soodanigen lasten ende servituyten etc.. Mede beloevende die voorschreven vercooper uyt handen vanden voorschreven ANDRIES EVERTS cooper ontfangen te hebben de somme van veertich Carolus gulden wesende een derde gedeelte der cooppenningen van de voorschreven twee parceelen van erffenisse t'samen bedragende hondert twintich Carolus gulden. Denselven ANDRIES EVERTS over sulcx over t'voorschreven derde gedeelte quytende midts desen den IXe 9bris 1661.
Die voorschreven ANDRIES EVERTS ende met hem NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN ende AMBROSIUS JACOBS sijne borgen hebben gelooft te wetene die voorschreven ANDRIES EVERTS sub obligationem premisse, ende die voorschreven t'zaemptelijcken gelovende indivisie super omnia et hua den voorschreven vercooper tot behoeft van de Generaliteyt deser landen, de somme van veertich Carolus gulden in gelde als voor. Wesende het tweede derde gedeelte der cooppenningen van de voorschreven twee parceelen van erffenisse, t'samen bedragende hondert twintich Carolus gulden, opten iersten Novembris naestcomende deses jaers XVIc zestich te voldoen ende te betaelen te leveren als voor. In vrij gelt, ende voorders alles als voor ...... [latijn].
! In de marge !
Alsoo de beyde de laatste termijnen sijn voldaan so d'Heer JOHANNES PIETERSON verclaert so sijn dese schultbrieven ..... gepasseert maer gecasseert. Actum den 12en 9bris 1661.
Die voorschreven ANDRIES EVERTS ende sijne borgen ...... ... [latijn] den voorschreven vercooper ten behoeven als voor, gelijcke somme van veertich Carolus gulden in geld als voor.
Wesende het derde derde gedeelte der cooppenningen van de voorschreven twee parcheelen van erffenisse t'samen bedragende hondert twintig Carolus gulden, opten iersten May Anno XVIc eenensestich te voldoen ende te betaelen, te caveren als voor, in vrij gelt, ende voorders alles als voor .....[latijn.
Wij < opengelaten > Schepenen inne S'HERTOGENBOSSCHE doen condt ende kennelijck eenenyegelijck, dat op heden datum deses voor ons persoonlick is gecompareert d'Heer JOHANNES PIETERSON eh, als voor inden contracte voorschreven signato usque ad volgens de conditien ende voorwaarden in druck uytgegeven alhier originalick geblecken. Een weyeldelen groot omtrent anderhalff Loopensaet, gelegen inde Heerlickheyt MILHESE en de dinghbanck van BAECKEL, d'een sijde ANTHONIS JOOSTEN van NEERVEN, d'andere sijde HENRICK PEETERS SCHEPERS. Heeft hij wittelick ende erffelick vercost den voorschreven HENRICK PEETER SCHEPERS.
....... < latijnse tekst > Geloevende die voorschreven vercooper per ratum ut supra, uytgenomen soodanige costen ende servituten etc. als voor, mede bekennende die voorschreven vercooper uyt handen van den voorsz. HENRICK PEETERS cooper ontfangen te hebben de somme van vijff en twintich Carolus gulden wesende een derde gedeelte der cooppenningen van 't voorschreven weyveldelen, t'zaemen bedraegende vijff en zeventich Carolus gulden, denselven HENRICK PEETER SCHEPERS ovesulcx over t'voorschr. derde gedeelte quytende ende midts desen
Die voorschreven HENRICK PETER SCHEPERS ende met hem GOOSSEN HENRICX ende MARCELIS GERAERTS sijne borger promiserant te wetene die voorschreven HENRICK PETER SCHEPERS sub obligatione premissen, ende die voorschreven t'zamentlijcke geloveren indivisi super omnia et huaz den voorschreven gelover tot behoeff vande Generaliteyt deser Landen de somme van vijffenzeventich Carolus gulden in gelden als voor, wesende het tweede derde gedeelte der cooppenningen van 't voorschreven wijvelden t'zaemen bedragende vijffenzeventich Carolus gulden, opten iersten Novembris naestcomende deses jaers XVIc t'zestich te voldoen ende te betalen, te caveren, in vrij gelt, ende voorders alles als voor ........... .
Die voorschreven HENRICK PETER SCHEPERS ende sijne borgen promiserant sub obligatione premissa den voorschreven vercooper tn behoeven als voor, gelijcke somme van vijffentwintich Carolus gulden in gelde als voor, wesende het derde derde gedeelte der cooppenningen van 't voorschreven weyveldelen, t'zamen bedragende vijffenzeventich Carlus gulden, opten iersten May Anno XVIc eenenzestich te voldoen ende te betalen, te caveren ende in vrij gelt als voor ende voorders alles als voor ........ .
Bossche Protocollen, inv.nr. 1592, folio 122 t/m 123verso.
d.d. 02-12-1660.
Wey Van OERLE et CANTERS Schepenen van S'HERTOGENBOSSCHE doen condt ende kennelijck eenenychelijcken, dat op heden datum deses voor ons persoonlick is gecompareert ende verschenen D'Heer JOHANNES PIETERSEN Rentmeester van de geestelijcke goederen over het tweede gedeelt des Quartiers van PEELANT, MEYERYE van S'HERTOGENBOSSCHE, ende in dyer qualiteyt gemechticht ende geautoriseert als in de voorstaande transporte der Hoeve genoempt "BOORT". Ende uyt crachter der machte der voorschreven Heere Comparant daerbij ( soo blijckende was ) gegeven ende verleent. Ende voorschreven Heere Gedeputeerde van den voornoemde Rade van State tot het vercoopen der naerbeschreven erffgoederen specialick geauthoriseert van de voorschreven Hoogh Mogende Heeren Staten Generael der voorschreven Verenighde Nederlanden in acte vanden elfften January des jaers XVIc en achtenvijftich, soo die voornoemde Heere Comparant dat verclaerde. Ende gelooffde den naerbeschrevene cooper ende vercrijger der selver goederen daervan de voorschreven acte ..... te caveren. Eene Hoeve ende huysinge genoempt "RIJPELBERCH" mette landerijen ende gerechticheden daeraen gehoorende. Soo ende gelijck deselve tegenwoirdich bij den pachter wordden gebruyckt. Gelegen in de Parochie ende Heerlicheyt van BAKEL. Welcke voorschreven Hoeve lants de voorschreven Raedt van State door de Heren Haere Ed.Mog. Gedeputeerde uyter alhier van den voorschreven speciale ....... van de voornoemde Heeren Staten Generael met alle appendentien, prerogativen ende gerechticheden daeraen behoorende, edoch soo groot ende cleijn deselve is. Daermede die naerbeschreven vercooper sich sal moeten tevreden houden sonder in eenige hermetinge ofte leveringe van preciese mate oft grootte te willen gehouden zijn. Opten drieentwintichsten Octobris Anno XVIc achtenvijftich, hadden vercocht aenden Heer AGENT MOERKERCKEN voor de somme van vijffduysent vijffhondert guldens tot twintich stuyvers in goet gancbaer gevalueert ende gepermitteert gelt elcken gulden gereeckent. Te betaelen in drye termijnen, te weten een derde part gereet, ende het tweeden derde part opten iersten Novembris Anno XVIc negenenvijfftich. Ende lesten termijn opten iersten May Anno XVIc ende t'sestich. Ende binnen S'GRAVENHAGE in vrij gelt te leveren, sonder dat uyt eenigen oorsaecken aende voorschreven cooppenningen yet sal mogen wordden affgetrocken, op pene dat bij gebreeken den interest van de onbetaalde cooppenningen tegens den penninck sestien naer verloop des tijts sal moeten wordden voldaen. Gelijck in acte van vercoopinge daerover opgericht volcomelick staet begrepen. De voorschreven Hoeve in al der grootte, vuegen ende manieren die ter plaetse voorschreven gelegen is met alle de vrijdommen ende gerechticheden die van outs aen de selve Hoeve behoort hebben, schoon oft de selve inde lijste van vercoopinge nyet in waren uytgedruckt. Ende vrij van alles uytgenomen de naervolgende begrootte ende uytgesteken lasten, heeft hij wittelick ende erffelick vercost mij L. van KESSEL voor d'Heer SCHRIECT Raedt deser Stadt als daertoe gemechticht tot behoeft van voorgemelte Heere Hertoch MOERKERCKEN Agent.
[Abeoden duoen] Hertoch MOERKERCKEN ...... ..... .......[latijn] Gelovende die voorschreven vercooper uyt crachte sijnder voorschreven gegevender machte van wegen de Hooch. Mog. Heeren Staten Generael ende der Raede van State op verbant van alle Domeyne goederen ende [vereenigsten?] aende Generaliteyt deser Landen behoorende, waermede hoedanich die souden mogen wesen egeene uytgescheyden present ende toecomende warende. Omnes obligationem et impetitionem deponere, uytgenomen drie gulden vier stuyvers chijnstienden Heeren van HELMONT, eenen stuyver ses penningen chijns aende de Domeynen van BRABANT, een vat roggen clerck en aenden custerye tot BAKEL .......... chijns, jaerlicx aende Schouteth tot ..... Ende alnoch tien stuyvers chijns jaerlicx aen de Heer van ASTEN alle jaerlicx van rechts wegen daer uyt te vergelden staende. Uytgenomen ooyck soodanige gebuerlicken custen, ende servituten etc. Ende sullen de Heren vercoopers ...... [slecht leesbaar] Datum den tweeden Decembris Anno XVIcLX.
Bakel 1662.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 23, folio 125.
d.d. 10-01-1662.
NICOLAAS JOOSTEN van NEERVEN gehuwd met MARIA, is een bloedverwant van HUYBERT JAN WILBERTS.
Rijks Archief Den Bosch, inv.nr. 057.01.Kommanderij Gemert, nr. 807.
d.d. 22-11-1662.
Copia.
Alsoo bij sententie van den Raede van BRABANT in S'GRAVENHAEGE van interpretatie uyt voorgaende vonnisse van den selven Raede van dato den seventiensten Marty des jaers 1655 is verstaen ende gewesen op den achtentwintichsten Marty deses jaers 1662 daer naer tussche den Hooghwerdigen Heer Prelaet van EPTERNAECKEN in den selven cas suppliant ter eene ende den WelEd. ende Hooghgebooren Baron de VIRMONT Duyts Ordens Ridder ende Commandeur tot GEMERT rescribent ter andere zijde dat het tractament van den predicant tot DORNE omgeslaegen sijnde, over achtensestich ende een halff mudden, de welcke soo den rescribent als suppliant druyt de thienden aldaer jaerlicx sijn competerende, den suppliant int voorschr. tractament ter somme van ses hondert guldens jaerlijcx sal contribueren haer proportie vande negenthien mudden, de somme van hondert ses en sestich guldens acht stuyvers ende acht penningen. Ende den rescribent de somme van vierhondert drie en dertich guldens elff stuyvers ende acht penningen naer rato van negenenviertich ende een halff mudden de welcke zij aldaer uyt de thienden is treckende. Ende int regarde van het tractament van den predicant tot BAECKEL, dat den voorschr. suppliant sal draegen naer proportie van een en vijftich mudden de somme van twee hondert twee en vijftich gulden seventhien stuyvers ende dertiien penningen jaerlijchx. Ende den rescribent driehondert seven en viertich guldens twee stuyvers ende drij penningen naer rate van seventien mudden hem rescribent uyt de thiende aldaer competerende. Ende nopende de restitutie van de penningen die den suppliant seght bij het te veel betaelt te sijn, den Raedt adjudiceert hem van gelijcken sijn versoeck ordonnerende parthijen ten fine van liquidatie van dijen te compareren voor Commissarissen ten fine van accordt reserverende parthijen ... inde henne actien indien sij te meijnen eeniche te hebben tegens alle alsulcken die sij souden willen sustimeren inde voorschr. tractamenten, uyt cracht van henne thienden mede te moeten contribueren ende compenseert die costen om redenen den Raedt dier toe moverende probt latius inde voor-schr. sententie interpretentien van den achten twintichsten Marty deses jaers 1662 ende geconsidereert dat bij minnelijcken conferentie van de parthijen respective is bevonden uyt verscheijde documenten dat de hellicht van de MILHESE thiende is bij de voorschr. leste interpretative sententie gereeckent ende gecalculeert onder de thiende vande voor Uw Abdije onaengesien, dat de selve hellicht van outs altijt is toe geeijgent gebleven tot de Pastorije van DORNE voorschr. ende alsoo mede tot <donatie?> der selven. Dat dien volgende zulckx tusschen de voorschr. parthijen in de gerechticheijt bij liquidatie staet te redresseren als oock wegen de geallegeerde te veele betaelinge des suppliants inden voorschr. lesten vonnissen verhaelt. Soo hebben des niette min de voorschreven parthijen interim goet gevonden met malcanderen 'n vrientschap te verstaen voor het toe comende om egeene voordere onlusten ende processen wegen het onderhout der twee predicanten van BAECKEL ende DORNE respective met dese gelegentheyt te mogen affwachten ende dat in voegen hier naer volgende.
Te weten dat aen den predicant van DORNE sal volgen deene gerechte hellicht van het jaerlijcke provenue der voorschr. tiende van MILHEZE beginnende Anno sesthien hondert drie ensestich ende wat voorders daer aen jaerlijckx mocht comen te definieren tot ter concurrentie van sess hondert guldens jaerlijckx sal bij den Hoochgemelten Heere Commandeur gesuppleert worden sonder dat sijne Hooch Ed. dien aengaende voorders ofte anders sal wesen verobligeert aengaende het tractament van den predicant van BAECKEL. Alles geconsidereert dat daer toe mochte dienen, soo is bij partijen respective oock in dese gelegentheijt goet gevonden dat den gemelten Heere Commandeur tot het jaerlijckx onderhout van den selfden predicant nu toecomende sal contribueren de somme van vierhondert ende vijfftich guldens ende resterende somme van hondert ende vijfftich gulden sal staen ten lasten van den Heere Prelaet ofter Abdije voorschr. allet sonder desen aengaende nochtans hier mede eenichsints te willen derogeren aende dispositie van de Gemeijnte canonique rechten. Noch oock aen het recht vant het patroonaetschappe met het geenen daer van defendeert wat belanght de restante wat d'eene oft d'ander voor date deses te veel ofte te luttel, ten fine voorschr., soude mogen hebben uyt gegeven sal naer proportie ende secundum justitiam distributiuam inde rechtmaticheijt staen te liquideren te weten dat den Heere Commandeur daerin sal hebben te draegen drij vierde parten ende den voorschr. Heere Prelaet de andere resterende vierde part met reserve van partijen respective henne actie inne dien sij vermeijnen eenichge rechten hebben tegens alle alsulcken die sij sullen willen sustineren.
Inde voorschreven tractamenten uyt crachte van hunne thienden mede te moeten contribueren ende dat in <confornute? of conformite?> van den voorschr. vonnisse van den achtentwintichsten Marty deses jaers 1662. Gelovende den voorschr. Heer Commandeur van GEMERT ter eenre ende den Eerw.Heer PHILIPPUS NEUFFORGE Prior der voorschr. Abdije van EPTERNAECKEN verclaerende hier toe te wesen gemachtight, ter andere zijde het gheene voorschr. is metter daet te sullen naercomen onder verbant als naer rechten ende tot meerder versterckinge hebben de voorschr. parthijen ondergeschreven Heeren Mediateurs, dese mede onderteckent hebbende ende sijn hier van twee principale gelijck luydende acten van accorden voor ider een der parthijen.
Uytgegheven aldus gedaen ende gepasseert op den Castele van GEMERT op den twee en twintichsten Novembris deses jaers sesthienhondert twee en sestich.
Stont ondergeteeckent
VIRMONDT DE RIDDER
PHILIPPUS de LA NEUFFORGE Prior Epses Ikhan
WILLEM van GUTELAER als mediateur.
P. PIETERSON als mediateur
Heer van den BROECK als mediateur.
Concordat cum suo Originale.
Quod attestor
Van den SEEG President.
Vervolgens nog een tekst in de Franse taal die gedateerd is op 28 December 1662 en ondertekend door:
RICHARD PASCHASIUS ABBIJ D'ECHTERNACH.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1618, folio 84 t/m 89verso.
d.d. 25-11-1662.
Dhr. en Mr. JOHANNES BAENDER Acvocaat voor den Hove van HOLLANT als wettige man en momboir, van Jouffrouw CATHARINA van HORERBEECK sijne huysvrouw, geinstitueerde erffgename van Jouffr. MARIA van HORERBEECK weduwe van wijlen de Heer GUILIAM van DOYENBRAECK in sijn leven Raede deser Stadt en sijn qualiteit Evicteure Huys, erve, hoff, boomgaart en erffenisse, aenliggende vier Loopensaten lants off daerontrent begrijpende, gelegen inde parochie ende Heerlijkheid van GEMERT ter plaatse genoemt "MILSCHOT" tussen erve der onmundige kinderen JANS JOOIRE JORISE, e.z. ende tussen erve JACOB DILISE a.z., streckende met d'eene eynde op de COMMANDERIJE van GEMERT en met d'andere eynde op de gemeynte aldaar.
Item eene acker lants gelegen op "MILSCHOT" voorschreven neffens erve de erffgenamen JAN JORISSE e.z. en neffens erve DRIES PETERS a.z., streckende van de gemeyne straat tot aen erve HEYLKE AERTS.
Item eene acker lants, anderhalff Loopensaten lants of daerontrent begrijpende gelegen op "MILSCHOT" voorschreven, neffens erve de weduwe ANCEM PETER LEUNEN e.z. ende neffens erve WILLEBERTS REYNDERS a.z., streckende van erve der erfgenamen JANS ADRIAENSE tot op de gemeyne straet aldaar.
Ende alnoch een acker lants twee Loopensaten lants off daerontrent begrijpende gelegen inde parochie van GEMERT ter plaatse genoemt "OP DE EYCKEN" neffens erve WILLIBORT JORISEN e.z. ende neffens erve der erffgenamen LENAERTS van DINTHER a.z., en e.e. streckende en d'andere eynde aen erve der Erfgenamen HENRIX LENAERTS, van welcke voorschreven huysinge, erffenisse ende parchelen van erven MIECHIEL van HOUBRAECKEN Clercq van de secretarije deser Stadt tot behoeft van de voors. Juffrouw MARIA van HORENBEECK den coop genomen en de vercregen heeft gehadt tegens den richter en met vonnisse der Heeren Schepenen deser Stadt prov in Cris- .........(niet leesbaar) wesende van den date den sesten September Anno XVIc achten vijfftich sijnde daer nae desselve Jouffr. DOYENBRAECK met uytganck vande kersse des verbuets aen voorschreven Huysinge, erffenisse ende meer andere parchelen van erven door meest bedinge gebleven vermogen der instrumente van evictie daer van sijnde gepasseert in date den negesten October Anno XVIc negenenvijfftich heeft hij met desen toe natuere van leste slijtinge wettelick en erffelick opgedragen ende overgegeven NICOLAES van NEERVEN Schoutets des dorps van BAECKEL. (Nu volgt een latijnse tekst). Geloovende de voorschreven opdragere (wederom een latijnse tekst) deponeren, des sal nochtans de voorschreven vercrijgere 't voorschreven huysinge en erffenisse jaerlix blijven vergelden vier duyten chijns. Item een erffelicken parte van twelff vaeten rogge .
Item een malder haeverer aen voorschreven Commanderije van GEMERT.
En alnoch een canne wijns oft daerontrent aen kercke tot GEMERT.
Item voor der acker genoemt "OP TER EYCKEN" drie vaeten ende een cop haeveren, wesende het vierde part in dertien vaeten.
Item een vierde part in een cop raepsaet.
Item in een elle ende anderhalff vieren deel lyner laecken.
Item in een pont ende anderhalff vieren deel boterer.
Item in twelft vyeret alle aende voorschreven Commanderije van GEMERT, welcke chijnsen pachter ende lasten de voorschreven NICOLAES van NEERVEN heeft gelooft so te betaelen ende vergelden dat den evicteur en alle andere geintereseerde daer over geen schaeden, hinder oft molestatie ende overcomen in eniger hande manieren nu oft ten eeniger daege deselve van NEERVEN daer voor verbindende specialick de voorn. opgedragene parchelen van erven (latijn).
Testes ZUIERTS en BACBAERT, datum den XXVe November 1662.
De voorschreven NICOLAES van NEERVEN promisit sub obligade premissorum ende olteruis super ora ende huade der voorn. opdragere de somme van drieentseventich Car. gulden en thien stuyvers ter XX stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereckent van heden dato deses over een jaer te voldoen ende te betaelen, Ende binnen dese Stadt vrij van alle lasten egene uytgecheyden te leveren. Ende dit ter oirsaecken des coops ende opdrachte der voorschreven parchelen van erven,......
Testes de datum et supra. (Latijnse tekst).
De voorschreven opdragere bij naeme ende in qualiteyt als voor, Een stuck ackerlants vier Loopensaten lants off daerontrent begrijpende gelegen tot GEMERT op "MILSCHOT" neffens erve der Commanderije aldaer e.z. ende neffens erve JANS JANSE GOEFFKENS a.z., streckende van erve der Commanderije voorschreven tot op de gemeyne steghe.
Item een stuck ackerlants genoemt "De PAESACKER" groot anderhalff loopensaten gelegen tot GEMERT voorschreven neffens erve AERT DILIRS (?), e.z. ende neffens erve der Commanderije a.z., streckende met beyde de eynden op erve JANS ANTHONISE, vercregen als in den voorgaander transporte, heeft hij ter natuere der leste slijtinge wettelic ende erffelic mits desen opge- draegen ende overgegeven JANNEN DRIESEN van BERCHLAER (latijnse tektst) ende flesch. Geloovende de voorschreven opdragere pro totum et supra, des sal nochtans de voorschreven vercrijgere daer toe moeten onderhouden alle gebuerlicke rechten dorps commer, lasten ende servituten daer toe soo van outs rechts en gewoonte wegen te onderhouden staende ende behorende, Testes ende datum et supra.
De voorschreven JAN ANDRIESE van BERCHLAER (latijnse tekst) den voornoemde opdragere de somme van tseventich Caroli guldens ende seven stuyvers acht penningen van heden dato deses over een jaer te voldoen ende te betaelen. Ende binnen dese Stadt vrij van alle lasten egene uytgescheyden te leveren ende dit toe oorsaecke des coops ende opdrachte voorschreven. Testes ende datum et supra. (nog een korte latijnse tekst).
De meergemelte opdragere in qualiteyt als voor, Een hoyvelt gelegen tot GEMERT inde "CAMPEN" neffens AERT PETERS e.z. ende neffens erve JOES BEVER a.z., streckende van erve ADRIAENS AMBROSIUS tot op erve der Wed. AERTS LEUCKEN, ende alnoch een hoyvelt groot seven Loopensaten off daerontrent gelegen tot GEMERT inde "MORTEL" neffens erve WILLEBORT JANSE e.z. ende neffens erve JACOBS BROEK a.z., streckende van erve DIRX HENRIX COLEN tot op de gemeyne straet. Mede vercregen als boven, heeft hij toe natuere van leste slijtinge mits deser wettelick ende erffelick opgedraegen ende overgegeven JANNEN HENRIX van GEMERT (latijnse tekst). Geloovende de voorscheven opdragere pro totum et supra, des sal nochtans de voorschreven vercrijgere jaerlix daerover moeten vergelden een halven stuyver grontchijns aen de Commanderije van GEMERT ende daertoe moeten onderhouden alle gebuerlicke rechten dorps commer lasten ende servituten daer toe so van outs rechts als gewoonte wegen te onderhouden staende ende behorende.
Testes ende datum et Supra.
De voorschreven JAN HENRIXEN van GEMERT (latijse tekst), den voornoemde opdragere de somme van vierendertich Caroli guldens ende derthien stuyvers tot XX stuyvers goets permissie gelts elcken gulden gereckent van heden datum deses oven een jaer te voldoen en te betaelen, Ende binnen dese Stadt vrij van alle lasten egeenr uytgescheyden te leveren. Ende dit ter oorsaecke des coops ende opdrachte voorschreven.
Testes ende datum et Supra. (korte latijnse tekst).
P.S. De datum is 25 November 1662.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 1176,
d.d. 25-11-1662.
Request van DANIEL VERHAGEN gehuwd met JOOSTKEN WILBERTS, GIJSBERT MEEUWISSEN gehuwd met MARIJKE WILBERTS, JAN ANTHONIS BANCKERS gehuwd met ANTHONISKE WILBERS, REIJNDER PEETERS en JAN PEETERS de beide laatste als voogden over de minderjarige kinderen van wijlen MARTEN PEETERS en CATHARINA WILBERTS, kinderen van wijlen ANTHONIS ANTHONIS BANCKERS gehuwd met JENNEKE WILBERTS, allen erfgenamen van wijlen WILBERT MATHIJSSEN en JENNEKE NN, IDA NN, de weduwe van JAN WILBERTS MATHIJSSEN zoon van WILBERT MATHIJSSEN uit het 1e huwelijk, verzoeken toestemming tot een scheiding en deling.
Op dit verzoek werd een gunstige beslissing uitgebracht.
Bakel 1663.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1639, folio 158v - 160.
d.d. 22-02-1663.
JAN JAN THEVENS woonende tot BAECKEL heeft wettelijck ende erffelijck vercocht innen ten behoeve van Joncker LAMBERTUS BECX eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijns van vijfendertich Car:gulden tot XX stuyvers goet gancbaer gelts ider gulden gerekent. Te betaelen alle jaer erffelijck op den negenentwintichsten Meert ende voor den eersten termijn van betaelinge op den negenentwintichsten Meert XVIc drijent sestich in plaatsen ende binnen dese Stadt vrij ut Supra te leveren ende te vergelden van ende uyt huys, hof met het ackerlant dienaen liggende groot te saemen vijf lopensaet gelegen tot BAECKEL op 't GROTEL nevens erve JAN de BERRICKER ex utroqen laten et uno fine ende met den anderen eynde op erve de kinderen van HOIJAERT WILLEM JEGERS, Item van ende uyt een stuck ackerlants groot twaelf lopensaet gelegen als boven nevens de gemeynte van AERLEBEECK ex uno, ende nevens erve der erffgenamen GOYAERT WILLEM JEGERS ex alio streckende van de gemeynte van BEECK tot op erve JAN LENAERTS van DINTHER, item van ende uyt een stuck soo ackerlants als hoylant groot t'saemen vijf lopensaet gelegen als boven nevens erve der kinderen GOIJAERT WILLEMS JEGERS exutroqen latene et uno fine, ende metten anderen eynde op erve JAN de BERRICKER. Item van ende uyt een hoyveltje gelegen als boven nevens erve des H.Geest alhier ex uno, ende nevens erve JAN HERMANS ex alio streckende voor van erve der kinderen HOIJAERT WILLEM JEGERS tot op erve des H.Geestes van HELMONT ab Eod: Empt: et eftende.
Geloovende die voorschreven vercooper super omnia et habenda warandianen omnes alias oben et impten deponeren, uytgenomen eenen geestelijcken pacht van aende rent Mr. MULTERSEN ende noch eenen geestelijck pacht van dertich stuyvers aende kerck van BAECKEL ende noch eenen chijns van ses stuyvers aende Heer van HELMONT ierst jaeren als naer rechten uyt de voorschreven onderpanden te vergelden staende atqen satestante met conditien inne desen toegedaen dat die voorschreven vercoper den voorschreven chijns ten allen tijden sal mogen lossen ende quijten teffens ende tenemael met de somme van sevenhondert Car:gulden tot XX stuyver den gulden gerekent in geen andere specie als patacons ofte cruys rixdaelders tot twee gulden tien stuyvers 't stuck [ .... latijn] arrestadijs behaudelijck dat men schuldich ende gehouden sal sijn den los een half jaer te vorens wettich te vercondigen ende op te seggen.
Testis LOBEL et Vander MEULEN.
Datum den 22 Februari 1663.Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 24-10-1663.
HUYBERT JAN WILBERTS en JOOST JAN WILLEMS zijn aan de Regenten van BAKEL f. 562,-- schuldig.
Vindplaats Archief Gemert-Bakel.
Inventaris nummer AB 016 – 231.
d.d. 13-12-1663.
JOOST PETER CEELEN erkent en zegt dat hij waarlijk en deugdelijk schuldig is aen JOOST WILLEM HERMENS en GERAERT CEELEN, als Dekens van de Schutterij van het WILBERS SCHUT en ten behoeve van de zelfde schutterij, de som en de hoeveelheid van vijttig gulden, gerekend 20 stuivers per stuk, Brabants geld. Deze 50 gulden sijn aangekomen en voort gekomen uit goed geleend geld ten dank van den voorschreven JOOST ontvangen tot zijn volkomen tevredenheid, welke 50 gulden zijn verkregen den 13 December van dit jaar 1663 en zullen blijven staan een jaer of zo lang als partijen dat goed vinden. Volgens afspraak zullen partijen zich houden, dat den enen den anderen op te zeggen, 3 maanden voor den afgesproken tijd, wie dat wil om af te rekenen of om het geld terug te ontvangen. Van die 50 gulden belooft den voorschreven JOOST PETER CEELEN te betalen als interest elk jaar twee gulden en tien stuivers, waar van den eersten pacht verschijnen zal den 13 December 1664 en zal zo van jaar tot jaar blijven duren zo lang als deze penningen niet terug betaald zijn. Hier voor verbind JOOST PETER CEELEN zijn persoon en alle zijn goederen die hij bezit of die hij nog zal verkrijgen. Alles onder verband als na rechten. Alles zonder ergernis of enige listen voor Schepenen ( = wethouders ) en de Secretaris ondertekend.
Actum den 13 December 1663.
Schepenen:
MATIJS WILLEM HERMENS.
MARCELIS GERAERTS van de LAAR.
NICLAES van NEERVENSS, Secretaris.
Bakel 1664.
Gemeentearchief Helmond, inv.nr. 340,
d.d. 09-03-1664.
Een schoon Hoeve te koop.
binnen de Stadt HELMONT ten huijse vande Secretaris aldaer, hooren na die conditien en doen hen proffijt.
Segget voorts !
Ontfangen voor de pubicatien van desen ter paijen aff gedaen der Stadt S'HERTOGENBOSCH op de 9e en 17e deser maent Meert 1664, de somme van eenen gulden vier stuyvers.
Toirconde voorschr.
W. VERMANDEL, 1664.
Een schoon Hoeve te koop.
De mundige ende momboiren van de onmundige kinderen van wijlen JAN ende CORNELIS de BERCKER, sijn van meninge te vercoopen een schoone ende wel gelegen Hoeve, soo huys, schuijren, landerijen, weijden, beempden als hooijvelden, gelegen onder BAKEL, genaempt DE DIERDONCK. Sijnde ten deele leen, ende ten deele chijns goet. Hebbende schoone gerechticheden, ten deele thient vrij, soo ende gelijck HENDRICK JANS die in gebruyck is hebbende.
Item noch twee hooyveltiens bijde voorschr. Hoeve gelegen, doch appart verhuijrt wordende.
Item noch een ackerken gelegen onder BAKEL inde PASTORIE akkers van GEMERT.
Ende noch een erffcoop renthe van seven vaten, twee cop rogge jaerlijcx gegolden wordende bij WILLEM aen den BOSCH tot ASTEN, hebbende seer goede onderpanden.
Die lust hebben omme te coopen commen op Woensdach den 19e Marty 1664 snamiddags ten twee ueren binnen de Stadt HELMONT ten huijse van den Secretaris aldaer, hooren nae de conditien ende doen hen proffijt.
Segget voorts.
De mundige mitsgaders de momboirs van de onmundige kinderen van wijlen JAN ende CORNELIS de BERCKER stellen ten beurde omme ten hoochsten ende schoonsten voor alle man uit crachte van Decreet van de Weth alhier ten regarde van den onmundigen verleent ingevolge van de ordonnantie van de jare 1531, te vererffcoopen seecker huijs, schuijr, schop, hoff, ende aengelach, groot ontrent in teullant achtien Loopensaten. Wesende thiende vrij. Mitsgaders de weij en hooij landen gemeenlijck genaempt DE DIERDONCK sijnde Leenroerich aen de Commandeurije van GEMERT soo ende gelijck HENDRICK JANS die in gebruijck is hebbende met alle beneficien gerechticheden ende servitenijten <= erfdienstbaarheid> als van outs mitsgaders noch de halve Hoeve tot BAKEL aende BRUGGE, groot ontrent in teullant 14 Loopensaten ende voorts weijlant 'twelck den voorschr. HENDRICK JANS mede gebruyckt sijnde chijns goet, gelijck dat affgepaelt is metten hout=wasch daer op staende behalve dat vercocht is, los ende vrij uytgenomen ses vaten rogge erffelijck aen het Clooster vanden HAGHEN tot EIJNDHOVEN doch te BAKEL te betaelen metten chijns van de gronde met recht daer uytgaende.
Item noch twee hooijveltiens appart verhuyrt wordende, gelegen aengecomen sijn bij scheijdinge ende delinge voor Schepenen alhier geschiet sijnde een hooijvelt over de DIERDONCK.
De vercoopers sullen alle pachten, chijnssen ende verheffen den cooper aff doen tot nu toe.
Den cooper sall de huijze van dese Hoeve noch een jaer moeten continueren opde oude huijrcedulle aen de tegenwoordighen Hoevenaer, dan sall de pacht van de toecomende ougst <= oogst> genieten, ende gehouden sijn sijne te beloven cooppenningen te betaelen bijde veste die sall geschieden terstont na uytganck der brendende kersse, die uytgaen sall heden en acht daegen.
De vercoopers sullen den cooper doen veste ende opdrachte van de chijns goederen voor Schepenen alhier, ende vande Leengoederen voor Stathouder ende de mannen van Leen des Commandeurs van GEMERT, alles tot lasten van den cooper, mitsgaders oock dit verheff ende het gewaaide, soo ende gelijckelick gewoonlijck is te doen.
Den cooper sal boven sijne te belooven cooppenningen moeten betaelen den heelen 50e penninck oncosten van Decreet, Schoutet, Schepenen en Secretaris gerechticheijt metten affhangers loon.
Ende daer en boven noch van elcke gulden eene stuyver tot licoop, sonder eenige de minste cortinge, te rekenen allen tot belieffte van de vercooperen, sonder becroon van den cooper.
Den mijnder off cooper sall gehouden sijn te slaen luttel ofte veel slaegen doende ider slach eene gulden halff voorde vercooperen en halff voor den mijnder - cooper slaeger ofte ontslager.
Ingevalle iemant cochte, mijnde sloegh ofte ontsloegh ende dese cedulle niet voldede soo salmen de voorschr. Hoeve ende Landerijen wederom op veijlen ende vercoopen meer geldende sal den gebrekige cooper niet te bate comen, min geldende dat sall aen sijn persoon ende goederen paratelijcken verhaelt ende geexecuteert worden.
De vercoopers sullen den coop mogen laten aenden eersten, tweeden off derden mijnder slaegere offte ontslaegere sonder iemants becroon.
Den hoochsten belegger sall het voormijnen hebben leggende int varck eenen Godtspenninck ende die te mogen verhoogen.
Ingevalle naemaels eenige pachten off chijnssen op quamen daer de vercoopers niet van en verclaeren te weten, buijten de gene voorschr. sijn sullen die vercooperen den cooper goet doen tot seggen van Heren Schepenen van HELMONT.
Affgemijnt vande beurde bij den Secretaris SUIJCKER op 3260 gulden.
Slaet hondert slaegen.
Sr. ADRIAEN van STRALEN ontslaet met 125 slaegen.
Idem slaet noch 75 slaegen.
Idem slaet noch een hondert slaegen.
Idem slaet noch een hondert slaegen.
De kersse inden naeme van den Heer ontsteken sijnde is gebleven aen de voorschr. ADRIAEN van STRALEN.
Item een veltien gelegen inde PASTORIE ACKER van GEMERT onder BAKEL, soo groot ende cleijn als die daer gelegen is, sijnde los ende vrij uytgenomen Dorpscommer.
Opgehouden op 22 gulden.
Item eenen beempt genaempt DE LAUWER gelegen achter CRUIJSCOT onder BAKEL groot ontrent 3½ sill off soo groot ende cleijn als die daer gelegen is, d'een sijde THIJS HENDRICK THIJSSEN nu AERT LIJTEN. d'andere sijde.
Los ende vrij uytgenomen 2 stuyvers chijns int Boeck van HELMONT.
Item eenen erfrogge renthe van seven vaten twee cop rogge jaerlijcx gegolden wordende bij WILLEM aen den BOSCH onder ASTEN, aen te verden off den pacht beginnende Lichtmis 1664 lestleden.
Ingeset bij Secretaris op 100 gulden.
Affgemijnt van den beurde bij de Heer op 105 gulden.
Slaet thien slaegen.
MATHIJS de BERCKER ontslaet met twee slaegen.
Idem slaet noch 8 slaegen.
Aldus gedaen ende int openbaer vercocht opden 19e Marty 1664.
PETER JANSSE.
JAN van den GROOTEN ACKER.
Loco Secret.
LEENDERT MOOR.
De kersse inden naeme van den Heer ontsteken sijnde is gebleven op MATHIJS de BERCKER aldus gedaen op den 26e Marty 1664.
Van GERWEN.
JAN van den GROOTEN ACKER.
GEERLOFF SUYCKERS, 1664
Oud-Recht. Archief Helmond, 1396-1810, inv.nr. 273. folio 7verso, akte 5.
d.d. 26-03-1664.
MATTHIJS de BERCKER, ende LAMBERT FRANCEN, als momboirs over de onmundige kinderen van wijlen JAN de BERCKER namentlijck NICOLAES ende MATTHIJS de BERCKER, ende oick over JAN JANSSEN de BERCKER voor soo veel hij minderjarich mochte wesen, den selven JAN JANSSEN de BERCKER, ende ANTHONIJ JANSSEN de KETELAER als man ende momboir van CATARINA de BERCKER, sijne huysvrouwe voorde eene helfte HENDRICK DECKERS als man ende momboir van CATARINA dochtere CORNELIS de BECKER voor sich selven ende als momboir neffens DIRCK ROEFFS over de vier onmundige kinderen van wijlen CORNELIS de BERCKER, namentlijck JAN, DINGNA, MECHTELT ende JENNEKEN CORNELIS de BERCKER voorde andere helfte, hebben alsoo indier qualiteijt erffelijcken nae, voorgaende drie Sondaechse veijlinge soo alhier als elders gedaen, uitcrachte van decreet vande weth deser Stadt opden XIJe deser maent Marti ten regarde vanden onmundigen verworven, openbare vercoopinge ende andere sollemniteijten in dien gerequireert, gecedeert overgegeven ende opgedraegen aen ende ten behoeve van Sr. ADRIAEN van STRAELEN sekere Hoeve, huys, schuijr, schop, lant, weij ende hooijlant, het teullant groot ontrent achtien Loopensaten sijnde thiende vrij, leenroerig aende COMMADEURIE van GEMERT gemeenelijck genaempt DE DIERDONCK soo ende gelijck HENDRICK JANSSEN die in gebruijck is hebbende met alle beneficien gerechticheden van thiende ende Eedt vrij te sijne als mede servituijten als van oudsch.
Item alnoch de halve Hoeve tot BAKEL AENDE BRUGGE groot ontrent in teullant veerthien Loopensaten ende voorts weijlant, 'twelck den voorschr. HENDRICK JANS mede in gebruijck is hebbende wesende Chijns goet, soo ende gelijck dat affgepaelt is, metten houtwasch daer op staende, los ende vrij, vuitgenomen ses vaten rogge erffelijck t'sjaers aen het Clooster vander HAGHEN tot EIJNDHOVEN, metten Chijns vanden gronde met recht daer uitgaende.
Item noch eenen ackerken gelegen inde PASTORIE ACKER van GEMERT onder BAKEL, ende noch een hoij off weijdevelt gelegen achter HET CRUIJSCOTH genaempt DE LAUWER, groot ontrent vierdalven sille off soo groot ende cleijn, als 't selve aldaer gelegen is, los ende vrij uitgenomen twee struyvers Chijns int boeck ons Heeren van HELMONT.
Voorts alles los ende vrij als sij segden, soo ende gelijck hen transportanten dat aengecomen ende ten deele gevalle is bij scheijdinge ende deelinge tegens henne mede condividenten <= medeverdelers> gepasseert voor Schepenen deser Stadt HELMONT opden XVIJen Januarij lestleden. Ende helmelingen vertegen bij manieren in sulcx gewoonelijck geloovende elck in sijnen regarde als schulenaer principael dit voorschr. vercoopen, overgeven, opdraegen ende vertijden te houden ende doen houden voor goet vast ende van waerden, mitsgaders te vrijen ende te weiren los ende vrij uitgenomen de voors. uitgestekene lasten. Voorts los ende vrij, daer onder verbindende die meerderjarige henne ende de momboirs voorschr. die onmundigen persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende. Ende hebben die voorn. vercooperen in henne respective qualiteijten onwederoeplijcken geconstitueert ende machtich gemaeckt constitueren ende maecken machtich mits desen LAMBERT FRANCEN onsen inwoonder specialijcken omme te compareren voor Heeren Stadthouder ende Mannen van Leen vanden Huijse van GEMERT, ende aldaer te doen veste ende opdrachte alleen vande Leengoederen, boven verhaelt ende alsoo dese vestte te vernieuwen ende realiseren, warantschappen alsvoor te geloven <= zekerheid beloven>, henne constituante persoonen ende goederen daer voor te verbinden, ende voorts te doen dat na het voors. Leenhoffs recht gewoon is te geschieden.
Geloovende den voorschr. geconstitueerde te indemneren op verbant alsboven, sonder argelist.
Testes scabini d'Heer JOHANNES PIETERSSON ende LEONART MOOR.
Actum den 26e Marti 1664.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1640, folio 246 - 248.
d.d. ..-03-1664.
Alsoo NICOLAES van NEERVEN ende DANIEL MACKALLEN Stadthouder ende President respective des Dorps van BAECKEL inde naeme ende als gemechticht van MATHEYS van KERCKHOFF, MARCELIS GERAERTS, MATHEYS WILLEM HERMANS, PETER AERTSEN STERCKEN, REYNDER PETERS, JOOST JAN BANCKERS alle Schepenen WIJNANDT MARTENS, ende ADRIAEN JAN GERITS Borgemeesteren DANIEL MACKALLEN ende HUYBERT THEUNISSEN Heyliggeestmeesters, NICOLAES van NEERVEN ende DANIEL MACKALLEN Kerckmeesters, JAN HENRICK ABRAHAMS ende JOOST WILLEM HERMANS Peelmeesters oft gemeyntmeesters, ende van de notabelste ingesetenen des voorschreven Dorps van BAECKEL representerende het geheel corpus van den selven dorpe inne procuratie brieven onder den gemeyne Schependoms segel ende signature des Secretaris van 't selve Dorp gedepescheert in date den achtste dag der maent November uyt crachte der machte hun bijde voorschreven procuratie gegeven ende dat uyt crachte van seeckere opene brieven van Octroy bij den Raede van BRABANDT in S'GRAVENHAEGE hen vergunnen wesende vander date den vierden April XVIcLIX. Hadde wettelijck en erffelijck vercocht JANNEN WILLEMS van HERTHUM eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijns van negenenveertich Car:guldens ende tien stuyvers tot XX stuyvers goet gancbaer gelts ider gulden gereeckent te betaelen alle jaer erffelijck op den tweeden dach der maent van February ende binnen dese Stadt vrij naer in hout van den constitutien brief te betaelen ende te vergelden ende ten yende den voorschreven chijns ten voorschreven verscheyndaege alle jaer preciselijck betaelt werden soude, hadden de voorschreven vercoperen belooft inden naeme enden van wegen den voorschreven Constituanten, ende daer voor verbonden henne t'saementlijcke personen ende goederen oock iedereen hen ende dit selver goederen in solidium, ende in't besonder als principael oock henne oiren ende naercomelingen eensaemenlijck de goederen der gemeynte alle hebbende ende vercreygende niet uytgescheyden 't sij roerende, onroerende, 't sij haeflijcke ofte erffelijckee waer ende op wat plaetsen die gelegen oft bevonden soude mogen worden stellende ende subiecteren de selve tot reeele ende parate executie aen alle Heere, Hove, Bancken ende gerichten om die te mogen becommeren, arresteren, aenveerden ende houden op alle vrijmercktdaegen ende andere gepriviligeerde plaetsen alwaer men die soude weten te becomen soo te waeter als te lande binnen ofte buyten deser Stadt ofte haerder MEYERYE, end de betaelinge van den selven chijns sonder eenige rechtvorderingen daeromme te doen 't sij de selve goederen toebehorende t'saemen oft in't besonder den Schepenen, Borgemeesters, Heyliggeestmeesters, Kerckmeesters, Peelmeesters offte eenige van dien offte oock aen andere particuliere persoonen der ingesetenen soo wel den minsten als den meesten vanden Dorpe van BAECKEL voorschreven t'saemen oock in't besonder als voor ofte andersints in eeniger manieren nu wesende ofte naermaels comende tot dat alle jaer ter termijne ende plaetse voorschreven den voorschreven chijns betaelt soude wesen verteyden. Hebben daeromme op alle excepties, privilegien, costuymen, ordonantien vrijheden van merckten, relievementen, reductien, alle subtile van den geestelijcke ende wereltlijcke rechten. Ende besonder de rechte der octroyen dat generaele verbintenis niet en valideert ten sij dat speciaele voorgaende oock aen het privilegie der gulde bulle en blijde incomste ende mede besonder op alles wat hem hier tegens te hulpe soude mogen comen van hem immermeer tegens dese brieven en beloften daer bij gedaen te mogen behelpe hen onderwerpende de brieven van inthimatie ende ingeboth deser Stadt geen ...... van date den negensten November XVIc eenendetsestich. Soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven voorschreven JANNEN WILLEMS van HERETHUM, ende geeft de voorschreven jaerlicxe en de erffelicke rente van negenende veertich Carolus gulden ende tien stuyvers wettelick en de erffelick opgedragen ende overgegeven mits desen de Hr. ende Mr. LAMBERTUS HUYSKENS Licentiaet inde regte, [latijnse tekst] ende een staende ende lopende pacht et effecten. Gelovende die voorschreven opdraeger [latijn].
Testes et actum ut supra. = .. Maart 1664.
Gemeente GEMERT – BAKEL.
Invent. Nr. AB.016, 234.
Los blaadje.
d.d. 15-05-1664.
Op heede den X5 Mai 1664 soo heb ick ontfange uijt hande van JAN LEENDERS ende JAN van LIESHOUT Borgemeester tot BAECKEL een somm van drie ensestich gulden ende dat op reckeninge bij mij.
HENDRICK ANDRIESSEN.
Notaris Bunnen te Helmond, inv.nr. 10, jaar 1664.
d.d. 14-06-1664.
Alsoo in echten houwelijcken staet sijn geweest JOOST REYNDERS en JENNEKEN SMETS sijne huysvrouwe woonende binnen den dorpe van BAECKEL, en dat de selvene bijden anderen hadden verweckt vyer kijnderen alnoch inden leven sijnde, altesaementlijck mundich van jaeren ende dat naer doot en aftlijvicheyt van dese sijne huysvrouwe den selven JOOST hem wederom in houwelijcken staet heeft begeven met MARIA WILLEMSSEN sijne tweede huysvrouwe en bijde selvere verweckt oyck eenighe kijnderen alnoch onmundich sijnde waer van momboir is WILBORT REYNDERS woonende binnen der Heerlicheyt VLIERDEN, ende dat dyen volgende bijden selven momboir waeren vercocht soo de schaere van de Weduwe en allen de erfftgenaeme meubile goederen en huysraeth van de selven sterffhuyse sonder eenighen staet en inventaris daer vante sijn gemaeckt alles om met de penninghen daer van te procederen te betaelen de passieve schulden vanden selven sterffhuyse, en soo van seeckeren bempt genoempt "De RONDE BEEMPT" binnen der prochie van AERLE waer vann dese Weduwe tot noch toe den jaerlijcksen waesdom en tochte heeft genoten, en geprofiteert ende dat geschaepen was tusschen de selve voor en naekynderen of hunne momboir proces gemoveert te worden soo in overleeveringe van de selve inventaris als andersints om alles dewelck te verhoeden soo sijn voor mij Notaris openbaer en de getuygen hyer onder te noemen personelijck gecompareert de voorschreven Weduwe geassisteert metten voorschreven WILBORT REYNDERS als momboir van haere onmundiche kijnderen ter eenre en de kijnderen van de voorbedde ter andere sijde dye welcken om alle oncosten en moeilijcheden dye schyer of moighen hyer door souden comen te ontstaen tusschen soo nae vrinden, hebben geraempt seecker aennemelijck accoort inder vueghen en manieren naertvolghende te weeten dat de selve Weduwe met haeren momboir midts desen sijnen attestant doende van 't gebruyck in selven bempt ten behoeve van de selve voorkijnderen. Omdat dan sij moet betaelen den chijns van de gronde daer vuyt aende .... Edele Heeren in HELMONT geduerende haer voorschreven gebruyck en voordere of anderen nyet, ende dat de selve voorkijnderen desen bempt datelijck sullen moeghen aenverden en daermede voorts te moeghen doen naer hunne selvenen t'sij inder erffelicheyt desselvenen te moeghen vercoopen, veraleenen vertransporteren of oyck verhueren soo sij goet duncken sal sonder dat sij daerinne eenich het minste recht t'saemen behoeve te reserverende, waermede en met 't gheene voorschreven geheelijck sullen comen te cesseeren door en te nyet te sijn alle de pretentien dye de selve voorkijnderen opde naerkijnderen of hunne momboiren eenichsins souden vermoeghen te hebben of naer recht pretenderen soo van overleveringhe van eenichen staet en inventaris van de selve vercochte schaere erffhaeflijcke en andere meublen als andersins daer mede de selve momboirs geheelijck ontlastende. Geloovende soo deen als dander partije t'gheene voorschreven punctelijck naer te comen en te achtervolghen onder verbant van hunne respectieve persoonen en goederen hebbende en vercreyghende. Aldus gedaen en gepasseert binnen der Stadt HELMONT voor getuyghen respectieve WILLEM PEETER VERHALLEN, en JOSEPH RUTHH HENDRICX dye dese neffens partijen en mij Notaris hebben onderschreven opden 14en Juny 1664.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1632, folio 403v - 404.
d.d. 26-09-1664.
Wij van HOUTERS et DAESDONCK Schepenen binnen deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE macken kont ende kennelijck eenen ygelijck dat op date ondergeschreven in eygener personen sijn verschenen ende gecompareert GEVERT ende DIRCK gebroederlijck, soonen JAN GEVERTSEN, van BAECKEL voor hun selven, ende den voorschr. GEVERT inden naeme ende als gemachticht van HELLEKEN JAN GEVARTS van BAECKEL voornd. voorschr. WILLEM AMBROSIUS inne procuratie brief gepasseert voor DANIEL WIJTVELT als openbaer notaris ende seeckere getuygen tot HELMONT residerende weesende vande date XXIJ Augustus lestleden, ende uyt krachte der machte den voorschr. GEVARDT daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent hebben bekent ende beleeden dat HANS MATHEEUSSEN lest weduwnaer van HIJLKEN GERITS van BAECKEL aen haeren handen heeft uytgereyckt eenen schepenen constitutiebrief mentionerende [= melding makende] van eene jaerlijckse en erffelijcke chijns van dartien Car: gld. jaerlijcks, staende te vergelden, uyt huys, erve, hoft, gelegen binnen HELMONT, verschijnende den XXIIIJ October ende geconstitueert bij HENDRYCK van DEURNE, gemachticht bij JAN GEVERTSEN van BAECKEL in letters gedicteert XXIIIJ October XVIcLVJ, ende hebben verder bekent, dat den voorschr. HANS MATHEEUSSEN soodaenigh [middels?] ende huysraet aen haer heeft overgegeven als inden inventaris gepasseert voor den notaris van DEURSEN ende seeckeren getuygen opden XIIJ January XVIcLVIJ sijn geinventariseert quiterende den selve HANS MATHEEUSSEN sijne oire ende erve daer mede van alle verdere actien ende pretentien soo uyt den contracte antenuptiael [= overeenkomst van huwelijkse voorwaarden] met de voorschreven HIJLKEN sijne verloofde huysvrouwe gemaeckt ende opgerecht als andersints.
Datum XXVIJ September XVIc LVIIIJ.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1620, folio 43-43v,
d.d. 02-10-1664.
Vrouwe MARIA van LANCKVELT, weduwe van wijlen Jonker ROBBRECHT de BEVER, Here als hij leeffde van MILHEZE gemechtigt tot 's geene naervolgende is door crachte van de testamente lesten ende uittersten wille bij hare metten voorschreven hairen man zaliger tsamenderhant gemaeckt ende voor CORNELIS van BOXMEER als openbaer notaris ende seeckere getuygen op den VII Februari anno XVIc LVI besloten gepasseert ende door denselven notaris in presentie van getuygen op den XXVI May daer aenvolgende geopent ende gepubiceert is uit cracht der macht deselve Vrouwe MARIA van LANCKVELT als lanxtlevende daer bij (so blijckende was) gegeven ende verleent cum tutore de voorschreven grontheerlicheyt van MILHEZE metten chijnsboeck houtschat ...... mitsgaders de hoeve ende landerijen daer onder gehorende met sijne voordere rechten ende toebehoorten appendienten ende dependienten van dien egene uytgescheyden gelegen in den quartiere van PELANT so ende gelijck de voorschreven heere testateure allen 't sleve heeft geposcedeert en metten doot heeft geruymt leenruerich aen het Leenhuyse van RIXTEL heeft sij mits desen bij maniere van gifte die men noempt onder den levenden gegeven gegunt wettelic ende erfelic opgedraegen ende overgegeven Jonker ROGIER van BROECKHOVEN als wettich man ende momboir van Vrouwe MECHELINA van der CAMMEN sijne huysvrouwe dochtere wijlen Jonker JACOBS van der CAMMEN sone Jonker JACOBS van der CAMMEN bij denselven lestgenoemden Jonker JACOB ende Jouffrouw MARIA van EYCK sijne huysvrouwe tesamen verweckt simul cum .............Gereserveert nochtans de voorschreven Vrouwe donatrice haer leven lanck geduerende het jaerlix incomen ende gebruyck van dien. Testes Van HAMEL ende Van CASTEREN. Datum den II Octobris 1664.
Dictus Domicellus de BROECKHOVEN promiste tope om et hna dia bona feodalia debitis loco.. tempore infendum recipere Testes et datum ut supra.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1620, folio 5v-6v.
d.d. 03-10-1664.
Waret dit aldus geschiet is als voorschreven staet soo is gestaen voor schepenen ondergeschreven Vrouwe MARIA van LANCKVELT weduwe van wijlen Jonker ROBBRECHT de BEVER Heere als hij leeffde van MILHEZE cum tutore ende heeft gelooft super omnia ende supra de voorschreven sommen van penningen op de respective termijnen so te sullen voldoen ende betaelen dat de voorschreven Heere ROGIER van BROECKHOVEN sijne goederen over erven ende nacomelingen daer van ten eeuwigen daege sullen sijn ende blijven onbeschadigcht ende ongemolesteert ende dat overmits de voorschreven capitale penningen achtervolgens seeckere resolutie bij gemelte Vrouwe MARIA van LANCKVELT, Jonker CORNELIS Procureur van DEVENTER, JAN WILLEM SCHELLEKERS ende CORNELIS van BOXMEER procuratie hebbende van Jonker JOHAN van der SIBBEN op den XXIX Augustus lestleden genomen bij den voorschreven Van BOXMEER geemploieert sullen worden tot betaelinge van de Heer Van de BROECK MERENDONCK Van ZUTPHEN VALKENARIUS Jonker van MEERHOUT seeckere huysluyden van BARLEKOM, Jouffrouw RUYSTET, voorts alle andere die enige penningen hebben gefourneert ten dienste van 't gemeyn strerffhuys van Jonker JOHAN PELS. Testes et datum ut Supra.
Signatuur: G.v.A.
Also ROBRECHT de BEVER, Heere van MILHEZE aen GIJSBERT van der SCHOUT ende HERMAN van MIDDEGAEL hadden bekent ontfangen te hebben van de Heere HENRICK van de BROECK de somme van acht hondert gulden in goeden gangbaeren gelde waer mede sij hadden affgetocht ende gelost seeckeren obligatie staende ten laste van de gemeyne erffgenamen van wijlen Jonker JOHAN PELS zaliger tsamen mede toegecomen hebbende d'erffgenamen van Jonker GIJSBERT EELKENS zaliger tot BREDA welcke voorschreven acht hondert gulden sij belooffden te weten ROBRECHT de BEVER ende GIJSBERT van der SCHOUT voor d'eene helft ende HERMAN van MIDDEGAEL voor d'andere helft aen de voorschreven Van de BROECK te restitueren van dato der obligatie over twee jaeren metten interest van dien tegen ses van 't hondert jaerlix off als dan te vesten tot sijnen behoeve eene rente uit goede onderpanden daer voor verbonden hebbende henne persoonen ende goederen gelijc bij acte onder derselven gelovenen signature verleden breder staet begrepen (.....) van de dato de XXVII Octobris anno XVI vierenveertich soo is gestaen voor schepenen ondergeschreven Vrouwe MARIA van LANCVELT weduwe van gemelten Jonker ROBBRECHT de BEVERE Heere als hij leeffde van MILHEEZE cum tutore ende heeft gelooft super omnia et hua hare contingent in de voorschreven somme van acht hondert gulden bedraegende twee hondert gulden van heden over drie jaeren metten terest als voor aende voornoemde Heere Van den BROECK te voldoen ende te betaelen off wel daer voor alsdan eene rente te vesten (.....) onderpanden ter contentemente van de erven Heere Van de BROECK. Testes et datum ut supra.
Marge:
Bij quitantie van de Heer ADRIAEN ZEGERS als erfgenaem van Joffrouw MARIA ZEGERS sine suster van de Heer Advocaat van in dorso van uytgemaeckten brieff de dato ondergeschreven is gebleecken dat de nevenstaende somme van twee hondert guldens met rente tegen intrest aen sijne handen door Mevrouwe Van MILHEEZE sijn voldaen ende betaelt geconsenteert hebbende in de cassatie derselven. Actum 25 Februaris 1676.
J.S.BLATTENBURES.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 07-11-1664.
IDA JAN WILBERT THIJSSEN is f. 100. 0. 0. schuldig aan PETER ADRIAANS te DEURNE.
Bakel 1665.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. ?,
d.d. 20-09-1665.
IDA JAN WILBERT THIJSSEN is f. 50 schuldig aan haar dochter LIJNEKE van wege de verkoop van meubelen uit het sterfhuis van JENNEKE WILBERT. HUYBERT JAN WILBERTS was voogd van LIJNEKE zijn zuster.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 19-10-1665.
IDA JAN WILBERT THIJSSEN is f. 100. 0. 0. schuldig aan JACOB DRIESSEN. Haar zoon WILBERT staat borg voor haar.
Bakel 1666.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 15-11-1666.
THOMAS ANDRIESSEN van STIPHOUT, MARTEN PETERS van VENROODE in GELDERLAND, THOMAS PETERS SCHEPERS te BAKEL, maken met JENNEKE de Weduwe van WILBERT MATHIJSSEN een accoord. JENNEKE was eerder gehuwd met een oom van bovenstaande.
Bakel 1667.
Rechtelijke archief voor 1811, Bakel en Milheeze, inv.nr. 42.
d.d. 01-03-1667.
Extract uitte dingrolle van mijn Heeren Schepenen der Heerlijckheit BAECKEL.
Extraordinaris - Acte gehouden den Eersten Meert 1667 - voor Schepenen NICOLAUS van NEERVEN, ende RIJNDER PETER CLUYTMANS.
Compareerde alhier PETER AERT STERCKEN, JAN WILLEMS den SCHEPER, TONIS GEVERS, PETER SCHATEN, JAN MASBROECK, PETER HOEBEN, GRIETGEN GEERLINX, PAULUS JAN RIJNDERS, JAN JOOST CORSTEN, TONIS JAN SCHEPERS, WILBERT JAN WILBERTS, LIJN MARTENS, GIJSBERT MEEUSTEN, DANIEL VERHAGEN, ANDRIES VRIJNSSEN, WILBERT JANSSEN, WILLEM HOEBEN, IKEN JAN WILBERTS, GOOSEN HANDRICX, AERT HANDRICX, MARTEN RIJNDERS, TONIS JOOST GEVEN, TONIS JOOST CORSTEN, JAN TONIS BANCKERS, ende HENDRICK GERARTS alle ingesetenen tot MELIS verclarende te hebben geconstitueert ende machtich gemaeckt, constitueren, ende maecken machtich mits desen JOANNES ROEFS Procureur < tekst is slecht leesbaar> ...... specialicken omme aldaer voor Schepenen te compareren ende aldaer ten behoeve van ANDRIES van HAENDEL Borger ende Coopman der Stadt HELMONT ende hunne persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende der als schuldenaer principael te verbinden ende te stellen tot contra cautie in voldoeninge van soodanige vonnisse provisioneel als gemelte Gerichte der Stadt HELMONT op den 24 Febr. 1667 hebben gegeven in henne comparanten saecke als arrestanten tegens twee gearresteerden renthen deselven van 1800 gulden, ende d'ander van duysent gulden capitaal nu toebehoorende JAN BEERDEN, ende GERRIT SCHEERSE woonende tot VENROY mitzgaders tegens die vanden selven Dorpe van VENROY ofte die de selve soude moogen aengaen gedaeghdens bij edict te gelooven de alle voorschr. Borge cost, ende de schadeloos altijt in alles te houden de selve renthen ingevolge vant voorschr. Arrest provisioneel, provisioneel publicquelijck voor alle man te doen vercoopen metten verscheenen intreste van dien den cooperen te vesten, ende op te dragen warantschappe te gelooven henne persoonen ende goederen ider een voor all als schuldenaer principael daeronder te verbinden als voor de saecke principael totten difinitive te vervolgen, ende voorts in saecke te doen daer van noode wesen sall. Gelooven te houden ende te doen houden voor goet vast ende van weerde alle tegene - hier inne bij henne geconstitueerde sal worden gedaen ende gehandelt - ende hem van alle de costen ende schadeloos te indemneren op verbant, als - naer recht ende ratificerende ende aproberende - tot dien alle 't gene hier inne bij den voorschr. geconstitueerde is gedaen, ende gehandelt. Lager stont; Accorderen mette voorschr. dingrolle van BAECKEL, ende was onderteeckent:
D. MAKKALLEN Secretaris met signature.
Bossche Protocollen, inv. 1642, folio 100 - 102v.
d.d. ..-03-1667.
NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN out Stadthouder ende Secretaris ende tegenwoordich President Schepen, DANIEL MACKALLE Secretaris Schepen van BAECKEL inden naeme ende als gemechtigt vanden selven NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN, REYNIER PETER CLUYTMANS, MATHEYS WILLEM HERMANS, MARCELIS GERAERTS, MATHEYS van den KERCKHOFT, PETER AERTS STERCKEN ende JOOST JANS BANCKERTS alle Schepenen, HUYBERT DIRCX, WILLEM WILLEMSE de WITTE, Borgemeesters, HENDRICK GOYAERTS RAYMAECKERS, ende JAN PETERS, H.Geestmeesters, DANIEL MACKALLEN ende NICOLAES van NEERVEN, Kerkmeesters, ANTHONIS JOOSTEN van NEERVEN ende ANDRIES ANCEMS, Peelmeesters, ende van de notabelste ingesetenen des Dorps van BAECKEL voorschreven, representerende 't gehele corpus vanden selve Dorpe inne procuratie brieven onder den gemeynen schependoms segel desselves dorps ende signature vanden Schepenen gedepescheert in date den ........January XVIc sevenent sestich de regeerders der voorschreven Dorps geauthoriseert bij opene brieven van octroy de selve Dorpe voor bijde den sevensten Meert XVIc ende seventich bij de Hertogen van BRABANDT verleent ende daer naer op den vierden April XVIc negenenvijftich bij den Ed: Rade van BRABANDT in S'GRAVENHAGE geconfirmeert ende geapprobeert ende uyt crachte der machte de voorschreven constituanten bij den voorschreven octroye ende acte van confirmatie ende vernieuwing ende de voorschreven gemechtichde bij de voorschreven procuratie soo aller blijckende was gegeven ende verleent hebben wettelijck ende erffelijck vercocht de Hr. BARTHOLOMEUS van HEESSEL erfsecretaris van AERLEBEECK etc. eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijns van t'sestich Car: gulden tot XX stuyvers goet gancbaer gelts elcken gulden gereeckent te betaelen alle jaer erffelijck op den derden January ende voor den eersten termijn van betaeling op de derden January XVIc achtent sestich ende binnen dese Stadt vrij ut Supra ende ten eynde den voorschreven chijns ten verscheyndaege voorverhaelt alle jaer preciselijck betaelt worden soo hebben de voorschreven gemechtichde properen belooft inden naeme ende van voorschreven de constituanten ende daer voor verbonden hiermee t'samenderhant personen ende goederen oock ider van hen ende de selve goederen in solidium ende in 't bysonder als principael oock hennen oiren erven en naercomelingen eensaementlijck de goederen der gemeynte niet uytgescheyden 't sij roerende, onroerende, haeflijcken oft erfhaefelijcken waer inde oft wat plaetse die gelegen ofte bevonden soude mogen worden. Stellende ende subintrerende deselve tot parate executie aen allen Heeren, Hoven, Bancken, ende Gerechten om die te mogen becommeren, arresteren, aenverden, ende heden op alle vrije merckt daegen ende andere gepreviligeerde plaetsen al waer men die sal weten te becomen soo te water als te lande binnen ofte buyten de Stadt van S'HERTOGENBOSCH of haerder MEYERYE ende de betaelinge desselven chijns sonder eenich rechtvorderinge daeromme te doen 't sij de selve goederen toebehoren t'saemen oft in 't bysonder der voorschreven constituanten ofte oock aen andere particuliere personen vande ingesetenen soo wel den meesten als den minsten vanden Dorp van BAECKEL voorgenoemd t'saemen oock in 't bysonder als voor ofte andersints in eeniger maniere wesende nu oft naermaels comende tot dat alle jaere ten termeyne en plaetse voorschreven den voorschreven chijns betaelt sal wesen vertijdende daeromme op alle exceptien, privilegien, costuymen, conditien, vrijheden van merckten, relievementen, reductien alle subtiliteyten, van de geestelijcke ende wereltlijcke rechteren ende bysonder den rechte dicterende dat generaele verbintenisse niet en valideren ten sij dat speciaele voorenal oyck het privilege der vergulde bullen ende blijde incomste medebrengende dat den eenen Brabander den anderen niet vermach buyten BRABANDT noch oyck sijne goederen ende effecten te arresteren ofte becommeren bysonder op alles wat hun het tegens te hulpe souden mogen comen, hen onderwerpende brieven van intimatie en ingeboth deser voorschreven Stadt van S'HERTOGENBOSCH met reductie inne deselver gedaen dat die voorschreven constituanten den voorschreven chijns van t'sestich gulden jaerlijcks ten allen tijde sullen mogen lossen ende quijten teffens ende tenenmael met de somme van twaelf hondert Ca. guld. tot XX stuyvers goet permissie gelts elcke gulden gereckent ende met den loopende jaeren chijns ende achterstellen ten tijde der afflossinge daer van t'achteren ende onbetaelt staende, behaudelijck dat men schuldich en verbonden sal sijn den los een half jaer te vorens wettelijck te vercondigen ende op teseggen mede bekennende de voorschreven gemechtichde ter saecke deses chijns van t'sestich guld. jaerlijcks uyt handen vanden voorschreven H.Geestmeesters ontfangen te hebben gelijcke some van twaelf hondert Car. guld. als voor ende dat sij daermede aenden predicant VOGELIUS inder erfende hebben afgelost eene rente van twaelfhondert guld. Car: het geen sulcx den ondergeschreven Heeren Schepenen bij aenteykening de voorschreven Heer VOGELINS in presentie van Schepenen van BAECKEL in dorso van den constitutie brief is gebleken sijnde de selve acte van t'sestich gulden sjaers gesuccedeert inde plaatse van gelijcken chijns van t'sestich guldens gecompeteert hebben aenden Rentmeester BATHEM den welcken gestelt was in de plaatse van degene toebehoort hebben Mr. GERAERT LOMBAERTS ende van LOMBAERTS was gesuccedeert in plaetse van eene rente van tweeent seventich guld: aen wijle GEERTRUYDT Wed. PAUWELS JANSSEN van STIPHOUT die nu sgeen mette penningen Mr. GERAERTS LOMBAERTS was afgelecht en gequeten alles naar in hout en de neneur der voorschreven procuratie inde verclaeringe der geconstitueerde, testis et datum ut Supra.
= ..-03-1667.
In de marge!
Bij marginale hantekeninge van de Heer Mr. van STRAELEN dato HELMONT 27 Maart 1736 staende in dort van den uytgaende schultbrief is geb: dat het restant van dien ter waarde van 135' - 13 - 12 aan sijnen handen door de regenten van BAECKEL is voldaen en betaelt en dat hij naervolgens cout retarde in de cassatie deses Datum den Laatsten Maart seventien hondert ses en dartich.
Get. [onleesbaar]
Bakel 1668.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 232,
d.d. 23-01-1668.
HUBERT, PETER en LIJNEKE JAN WILBERTS transporteren aan LIJN Weduwe van MARTEN PETERS (MASBROEKS).
Bossche Protocollen, inv. 1643, folio 442 - 445.
d.d. 16-09-1668.
Mr. DANIEL MACKALLEN Stadhouder des Dorps van BAECKEL inden naeme ende als gemechtigt van NICOLAES JOOSTEN van NEERVEN, REYNDERT PETERS CLUYTMANS, MARCELIS GERAERTS, MATHEYS van den KERCKHOF, PIETER AERTS STERCKEN ende JOOST JANS BANCKAERTS Schepenen, JAN MARTEN, JAN JOOSTEN ende JAN BIJEN borgermeesteren, HENDRICK GOYERT RAYMAECKERS ende JAN PETERS H.Geestmeesters. DANIEL MACKALLEN ende NICOLAES van NEERVEN kerkmeesteren, ANTHONIS JOOSTEN van ket ende ANDRIES ANTEUNIS Peelmeesteren ofte gemeynt Meesteren ende respective des notabelste ingesetenen vanden Dorpe van BAECKEL representerende het gehele lichaem van den selve dorpe inne procuratie brieven onder den gemeynen Schependoms segel ende signature der gemechtigde van 't selve dorp gedepescheert op den vierden September XVIc acht endetsestich ende de regeerders ende ingesetenen der dorps geauthoriseert door crachte van opene brieven van octroy bij den Rade van BRABANDT in S'GRAVENHAGE vergunnen wesende van der date den vierden April XVIc negenen vijftich. Ende uyt crachte der machte de voorschreven constituanten bij den voorschreven octroye, ende den voorschreven geconstitueerde bij de voorschreven procuratie soo alles blijckende was gegeven ende verleent heeft mits desen wettelijck ende erffelijck vercocht JAN ANDRIESSE de [drieselve?] tot behoef van Sr. PETER SYMONS van STRAELEN borger der Stadt HELMONT Eenen jaerlijcken ende erffelijcken chijns van t'seventich Car. guldens tot XX stuyvers goet gancbaer gelts elcken gulden gereeckent te betaelen alle jaer erffelijck op den tweeden February ende voor den eersten termijn van betaelinge op den tweeden February XVIc negenent sestich ende binnen dese Stadt vrij ut Supra te leveren en de te vergelden, ende ten eynde de voorschreven chijns ten verscheyndaege voor verhaelt alle jaer preciselijck betaelt worde [ ? ] hebben de voorschreven gemechtichde vercoperen belooft inden naeme ende van wegen de voorschreven constituanten ende daer voor verbonden henne t'saementlijcke personen ende goederen oock ider een ende der selver goederen in solidium in 't besonder als principael eentsaementlijck de goederen der gemeente roerende en onroerende haeflijck ende erffhaeflijcke alle hebbende ende vercrijgende egeene uytgescheyden den waer ofte op wat plaetse die gelegen ofte bevonden mochten worden stellende ende assubiecterende alle die selve tot reële ende parate exercitie aen allen Heeren, Hoven, Bancken en Gerechten om die te mogen becommeren, arresteren, arresteerden en houden op alle vrijemerckten ende andere gepriviligeerde plaetsen of waer men die sal weten te becomen soo wel te water als te lande binnen ofte buyten dese Stadt ofte voorschreven Meyerye, ende de betaelinge van den voorschreven chijns sonder eenige rechs vorderinge daeromme te doen een voor al te verhaelen 't sij deselve goederen toebehoiren t'saemen ofte in 't besonder den Schepenen, Borgemeesteren, H.Geestmeesteren, Kerckmeesteren, Peelmeesteren ofte eenige van dien ofte oock aen andere particuliere personen van ingesetenen soo wel den meesten als den minderen van den dorpe voorschreven t'saemen en oock elck in 't besonder als voor ofte andersints in eenige manieren nu wesende ofte naermaels comende tot dat alle jaeren ten termijne ofte plaetse voorschreven den voorschreven chijns betaelt sal wesen vertijdende verders op alle exeptien, privilegien, costuymen, ordonnantien, vrijheden van merckten, relievementen, reductien, alle subtile vonderen, geestelijcke ende wereltlijcke, ende besonder den rechte dicterende der generaele verbintenisse niet en valideert ten sij dat speciale voorgaet oock aen 't privilegie der gulde bulle ende blijde incomste medebrengende dat den eenen BRABANDER niet en vermach den anderen BRABANDER noch oyck sijne goederen ende effecten buyten BRABANDT te becommeren ofte oock te arrestere ende in't besonder op alles wat hen hier tegens te hulpe soude mogen comen om haer immeruilt tegens dese brieven ende de belofte daer bij gedaen te mogen behelpen hen ondersteunende de brieven van inthimatie ende ingeboth deser Stadt renuntierende opten exceptien van gelt ontfangen te hebben overmits de redenen naerbeschreven met conditien inne dese toegedaen dat de voorschreven constituanten den voorschreven chijns van t'seventich gulden ten allen tijde sullen mogen lossen ende quijten testis ende principael met de somme van veertien hondert Car. guldens tot XX stuyver permissiegelts elcken gulden gereckent [.......... latijn] arrestadies behaudelijck dat men schuldich ende verbonden sal sijn den los een half jaer te vorens wel te te condigen ende af te seggen mede bekennende de voorschreven gemechtichde vercoperen ter saecke der constituanten deser voorschreven chijns uyt handen van de voorschreven van STRAELEN ontfangen te hebben gelijck somme van veertienhondert guldens ende dat sij daer mede aende Weduwe en erffgenamen JASPAER LAMBERTS tot GEMERT inder erftelijcheyt hebben afgelost eene rente oock van veertienhondert gulden capitael gelijck bij de procuratie was blijckende. Testis BANKERS en BLOTENBURCH. Datum den 16 September 1668.
In de marge! [ Slecht leesbaar ]
Aflossing en de betaling van den Chijns ?
Actum den drie en twintichste Meert Seventien hondert negen en dertig.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 232,
d.d. 27-12-1668.
HUYBERT en PETER JAN WILBERTS transporteren aan hun broer WILBERT JAN WILBERS land nabij "DE EGELMEER" te MILHEEZE.
Bakel 1669
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 19-03-1669.
JAN JAN JOOSTEN verhuurt "DE VENNE" aan THOMAS JAN HENDRICK ABRAHAMS. Gebruiker was JAN JAN JOOSTEN zelf.
Bossche Protocollen, inv,nr, A 1644, folio 303v - 306v.
d.d. 29-03-1669.
DANIEL MACKALLE Stadthouder ende NICOLAES van NEERVEN president, respective des dorps van BAECKEL inden naemen ende als gemechticht van NICOLAES van NEERVEN, MATHEYS van den KERKHOFF, MARCELIS GERAERTS, MATHEYS WILLEM HERMANS, PETER AERT STERCKEN, JOOST JAN BANCKERS, REYNDER PETERS, Schepenen, ANSEM PETER JOOSTEN, borgemeesters, HENDRIK GEERTS ende JAN PETERS H.Geestmeesters, DANIEL MACKALLEN, NICOLAES van NEERVEN kerckmeesters, JAN HENDRICK de BRUYN ende JAN PETERS Peelmeesteren, ende van de notabelste ingesetenen van dorpe van BAECKEL representerende het geheele corpus van BAECKEL inne procuratie brieven onder den gemeynen Schependoms Segel ende signature des secretaris desselve dorpes gedepescheert wesende van dit daer den twintichsten Meert XVIc ende negenentsestich ende ingesetene ende regeerders des dorps geauthoriseert door crachte van opene brieven van octroy aen den Raede van BRABANDT in S'GRAVENHAEGE vergunnen wesende van die date den vierde April XVIc negenen vijftich. Ende uyt crachte die machte den voorschreven constituante bij den voorschreven Octroye ende voorschreven geconstitueerdens bij de voorschreven procuratie in alles blijckende was gegeven ende verleendt hebben mits desen wettelijck ende erftelijck vercocht HENDRICK ANDRIESSEN als wettich man ende momboir van AELKE HEYNUS sijne huysvrouw te voorens weduwe JASPAER LAMARTS soo tot haeren legaete als haerder tochte ende tot behoeft van de broeders en de susters, kinderen van JASPAER LAMARTS ten erfrechten eenen jaerlijcksche ende erffelijcke chijns van veertich Car: guld. tot twintich stuyvers tot goet gancbaer gelts elcken guld. gereckent te betaelen alle jaer erffelijck op Lichtmisdach ende voorschreven eersten termeyn van betaelinge op Lichtmis XVIc en t'seventich ende binnen dese Stadt ofte ter plaetse hender woninge te leveren en te vergelden vrij ut supra. ende ten eynde den voorschreven chijns ten verschijndaege voor verhaelt alle jaer precieselijck betaelt worde soo hebben de voorschreven gemechtichde vercopers belooft inden naeme vande voorschreven constituanten ende daer van verbonden henne 't saementlijck personen ende goederen oock ieder een ende der selver goederen in solidium in 't besonder als principael eensamentlijck de goederen der gemeente roerende en onroerende goederen haeflijck ende erfhaeflijck alle hebbende ende vercrijgende egeene uytgescheyden waer ofte op wat plaetse die gelegen ofte bevonden mochten worden stellende ende assubiecterende alle deselve tot reele ende parate executie aen allen Heeren, Hoven, Bancken en gerechten om die te mogen becommeren arresteren aenverden ende houden op alle vrijmerckten ende andere gepreviligeerde plaetsen al waeronder die sal wesen te becomen soo wel te water als te lande binnen ofte buyten dese stadt ofte de voorschreven Meyerye ende de betaelinge van den voorscheven chijns sonder regs vorderinge daeromme te doen aen een voor al te verhaelen 't sij deselve goederen te behoiren t'saemen ofte in 't besonder den Schepenen, Borgemeesters, H.Geestmeesters, kerckmeesters, Peelmeesters ofte eenige van dien ofte andere partecueliere personen vandie ingesetenen soo wel den meesten als den minsten vanden Dorpe voorschreven t'saemen en oock elck in 't besonder als voor ofte andersints in eeniger maniere nu wetende ofte naermaels comende tot dat alle jaere ten termeyne ofte plaetse voorschreven den voorschreven chijns betaelt sal wesen vertijdende werden op alle exeptien, privilegien, costuymen, ordonnantien, vrijheden van machten, relievementen, reductien, alle subtile van den geestelijcke ende wereltlijcke en besonder den rechte dier ende dat generaele verbintenisse niet en valideert ten sij dat speciale vondgoet oock aen 't privilegie der guldebulle ende blyde incomste medebrenge dat den eenen die bander nieten ut mach den anderen die bander noch oock sijne goederen ende effecten buyten BRABANDT oock te becommeren ende arresteren ende besonder of aller wat hun hier tegen te hulpe soude mogen comen om haer sin niet met tegens dese brieven ende belofte daer bij gedaen te mogen behelpen hen onder werpende de brieven van intimatie ende ingebodt deses stadt renuntierende op dexpesitie van geen gelt ontfangen te hebben vermits de redenen naerbeschreven met conditien punt desen toegedaen dat die voorschreven constituanten den voorschreven chijns ten allen tijden sullen mogen lossen ende quijten teffens endeteenenmael met de somme van negenhondert Carr. guld. tot XX stuyvers goet promessie gelts elcken guld. gereckent et cum censu anni et arrestand behauden dat men schuldich ende verbonden sal sijn de los een half jaer te vorens wettelijck te vercondigen en de op te seggen mede bekennen de voorschreven gemechtigde vercoopere ter saecke der constitutie deser chijns uytgaende vande voorschreven HENDRICK ANDRIESSE ontfangen te hebben gelijcke somme van negenhondert Car. guld. ende dat sij daermede aende GEERAERT HOOYAERTS tot HELMONT inder erffelijckheyt hebben afgelost eene rente van oock van negenhondert guld. laste gelijck bij de procuratie was blijckende lester [..............] datum den 29 Meert 1669.
In de marge!
Bij naeme als Handtekening van GERAERT [...] CLAUS gevestigt door de nieuwe handtekening van Den Secretaris PIETER de CORT gestelt op de uytgemaekte constitutie brief dato BAAKEL 26 Maart 1737 is gebleeken dat het Capitaal van negenhondert gulden in deese gelofte vermelt aan sijnen handen door de Regenten van BAAKEL is voldaan en betaalt in dat hij diens volgens [...... ................]
Datum den eersten April seventien hondert seven en dartig.
Bakel 1670.
Rechtelijk archief Deurne, deel 99, folio 25 verso.
d.d. 20-01-1670.
WILLEM WILLEMS, zoon van wijlen WILLEM AERTS, zijn broer DERICK en JAN, benevens DERICK FRANSSEN als de man zijnde van JENNEKE WILLEM AERTS, allen kinderen en erven van wijlen WILLEM AERTS en diens vrouw CATELIJN verkopen aan WILLEM PETERS de man van WILBERTJE WILLEM AERTS hun erfgedeelten in een huis, hof en aangelag staande en gelegen te BAKEL aan het "GEENENEIND".
(= een samenvatting van Dhr. J.Bakens).
Bakel 1671.
Gemeentearchief Gemert-Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inv.nr. A.B. 016 – 233.
d.d. 08-05-1671.
In den naem ons Heeren Jesu Christi Amen. Bij den inhouden van desen tegenwoordigen openbaeren instrumenten van testamente sij hemelsche eenen iegelijcken dat in den jaere desselfs ons Heeren 1671 op den 8 Mey compereerden voor mij NICLAES van NEERVEN Presedent Schepen ende Sub Secretaris ende MATHIJS WILLEM HERMENS Schepenen de Eerbaere persoonen PETER GOORT JOOSTEN ende PEERKEN sijne huijsvrouwe PERKEN nogtans sieck ende kranck te bedde liggende, maer haer vijff sinnen nogtans wel machtig sijnde gelick wel scheen ende bleecke die haer aenschouden ende sij aenmerckende de broosheijt der mensselicken natuere datter niet sekerder en is als die doodt ende niet onseker als die …….. selver doodt ende daer inne wel bedacht sijnde onbedungen ende onverleet van iemanden in eenicher manieren soo sij verclaerden hebben gemaeckt ende gesloten maecken ende sluijten bij desen hunnen uittersten wille ende testament inder selvene voegen hier naer beschreven weder roepende cafeerende doot ende te niet doende alle voorgaende testamenten cotecillen tjuiste ofte maeckinge, soo dien eeninge mochten wesen willen ende begeren sij testateuren wettelicken dat dit hun testament sal slegts grippe en effect sorteren ende van werden sal woorden gehouden tsij bij forme van testamente cotecille tjuiste ofte maeckinge die men heet van doot ofte andersints soo iemants testament aldebest naer de geestelicke ofte wertlicke rechten van werden sijn mach niet tegenstaende dat alle ende iegelicke puncten ende solemniteijten van rechten hier inne ! gerepuergert ! niet al noch volcomenlicken geobserveert ofte onderhouden en waeren niet tegenstaende eenige stede ofte stadttuijten ofte Lant rechten soo verse die desen hunnen testamenten conternueeren testatueeren gedergeert hebben ende derigeren expresselicken mits desen. In den iersten bevelen sij testateuren hunne sielen soo geringe als sij uijt hun sterffelicke licham geschijden sal sijn Goodt Almachtig met den geheelen hemelsen geselschappe ende hunne doode lichamen der …….. begrafenisse comende voorts tot hunne tijtelicke goederen hun van Goodt Almachtig op deser werelt verleent maecken sij testateuren d’een den anderen den lanst leveneden alle hunne goederen, schulden, crediten, gerede penningen hoe danigh die oock souden mogen wesen ende wie deselve oock genen den souden mogen woonden soo in hoogen in droogen in diepen in drigen dat den lanst levende met de selve goederen sal mogen doen sijnen eijgen vrijen wille dat hij die sal mogen vercoopen, veranderen, vertieren ofte vermangelen. Voorts dat hij met deselve goederen sal mogen doen alles gelieft oft sij beijde noch in het leven waeren. Wesende voorts kiesende sij testateuren malcanderen voor executeurs van desen hunnen testamente tot het volbrengen van het gene welcke sij ook in handen alle hunne goederen malcanderen dat toebehorende. Voorts willen ende begeren sij testateuren dat ieder kint die noch niet en sijn gehuwt ofte noch niet tot staet en sijn gecomen veel voor af sullen hebben als die gene gehat hebben die gehuwt sijn. Noch maecken sij testateuren aen seijnder hunnen soon den NEIJEN DRIES gelegen bij WILLEM de WITH mits dat REIJNDER als dan sal moeten geven aen den lanslevenden tegens als den lans levende aen DIRCK FRANSSEN weder sal moeten geven 50 gulden ontrent den oost. Noch maeken sij testateuren aen JAN den soon het schaep ende aen MERKEN de dochter de koets alles te ontfangen naer doodt ende afleivicheijt van beijde de testateuren.
Item willen ende begeren sij testateuren dat dit hun testament sal plaets grieppen ende in alle sijne punckten ende aertuijckelen sal achtervolcht worden ten allen dagen reserverende niet te min hun weder roepen, verminderen, vermeerderen offte veranderen soo dickwils als het hun gelieven sal begerende sij testateuren van mij NICLAES van NEERVEN Sub Secretaris gemaeckt te woorden testa..ment van testament een ofte meer in der beste forme.
Aldus gedaen ende gepasseert ten huijsen van PETER GOORT JOOSTEN ………… van NICLAES van NEERVEN President Schepen ende MATHIJS WILLEM HERMENS Schepenen hier besonder toe geroepen ende gebeden die dit testament benefens de testateuren hebben onderteeckent op den 8e Meij 1671.
Dit Merck X heeft gestelt PETER GOORT JOOSTEN verclaerende niet te connen schrijven.
Dit Merck heeft gestelt PEERKEN de huijsvrouwe van PETER GOORTS verclaerende niet te connen schrijven.
NICLAES van NEERVENSS.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1628, folio 483 - 484.
d.d. 29-06-1671.
Wij schepenen voornoemd maecken kennelic als voore dat verschenen is de voorschreven Rentmeester daerdoor gemechticht als boven de huysinge ende hoeve genoemt "HOOBERCH" gebruyckt bij CORST JANS gelegen onder BAECKEL welcke voorschreven hoeve gestaen hebben onder de voorschreven administratie den opgemelten Raede vercocht heeft gehadt in voegen als voor de somme van een duysent vijff hondert gulden munte te betaelen en in acte als voore heeft hij mits desen wettelic ende erffelick opgedraegen ende overgegeven den voornoemde Heer ADRIAAN van der MEYDEN alleen om redenen als voore te effectueren. Gelovende op verbant ende als boven te deponeren. Uitgenomen hoe t'allen chijns betaelt wordende met achtien stuyvers [.....?] aen de Heere van HELMONT. Item negen en dertich stuyvers twaelff [derin in ses texten?]. Item vijff kesen vijff broden ende vier vaeten even te saemen betaelen wordende met twee gulden tien stuyvers alle aen de Heere van MILHEZE. Item twe oude grooten betaelt wordende met vijff stuyver aen FRANCISCA weduwe JANS de BERCKER. Item vier gulden en H.Geest van BAECKEL alle jaerlix daeruit te vergelden staende. Item sodanige andere het pro totam et sioer et supra Inne kennisse toe gegeven ut supra://
Wij Schepenen voornoemd maecken kennelic als boven dat voor ons verschenen is de voorschreven Heer Rentmeester d'onder gemechticht als voore de huysinge ende hoeve genoemt "de HEGGE" gebruyckt geweest bij JOOST JAN BANCKERS gelegen onder BAECKEL in MILHEZE welcke hoeve gestaen hebbende onder de administratie als boven de opgemelten Raede vercocht heeft als voore voor de somme van drieduysent vierhondert gulden munte te betaelen ende in acte als boven heeft hij mits desen wettelic ende erfflic opgedraegen ende overgegeven den voornoemde Hr. ADRIAAN van der MEYDEN alleen vermits als boven te effectueren. Gelovende op verbant ende als boven te deponeren. Uitgenomen ses gulden min een oirt aen de Heer van MILHEZE. Item seven ende een halven stuyver aen de Heer van HELMONT. Item vier stuyvers aen JAN de BERCKERS alle jaerlix daeruit te vergelden staende. Item sodaenige andere te por Actum ad finem .... te supra. Inne kennisse. Gegeven ut supra:
Gemeentearchief Gemert-Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inv.nr. A.B. 016 – 233.
d.d. 08-07-1671.
Dat voor ons gecomen is HUIJBERT DIRCX in sijnen volle bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen AERT JOOSTEN sijnen behowden swaeger sijn kints gedeelte gecomen van DIRCK HUIJBERTS sijnen vader saliger, soo huijs, hoff, landt, sant, voorts alles wort hunnen aengestorven door doot ende aflievicheijt van DIRCK HUIJBERTS sijnen vader voorschr. met noch een weijveldeken gelegen ontrent DE NERSTRAET gelick HUIJBERT dat in ESPE vercregen heeft van WOUTER HENDRICX met alle sijn appendentien ende dependentiën < = toebehoren > soo in hoogen, in droogen, in diepen in ….. eegen van dien uitgescheijden mits dat den coper sal moeten betaelen alle uijtgaende pachten die met recht uit het selve goet sijn gaende al noch moet AERT, coper betaelen JEAN DIRCK HUIJBERTS schult vooaf 30 gulden ende want daer meer schulden van hun vaders wegen op is comende die sullen sij malcanderen gelickelick helpen dragen ende betaelen heeft voor gelovende hij vercoper het voorschr. vercopen opdraegen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant. Quot renuntiatie als naer rechten alles sonder arche ofte liste.
Actum den 8e July 1671, testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
Geextendeert
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 08-07-1671.
Dag voor ons gecomen is PETER DIRCX ende heeft ende wel ende wettelicke vercocht, opgedraegen ende overgegeven aen AERT JOOSTEN sijnen behouden swaeger sijn kintse gedeelte hem PETEREN aengecomen door doot ende afllvigheijt van DIRCK HUIJBERTS sijnen vader saliger gelegen tot BAEKEL soo huijs hoff lant sant voorts alles gelick hem dat is aengestorven van sijnen vader voorschr. soo in hoogen, in droogen, in diepen in drijgen eege van dit goederen wege schijden mits nochtans onderschreven dat AERT coper gehouden sal sijn te betaelen alle de schulden die al het selve goet sijn staende effe naer maels sijn comende soo dat PETER geen schult van sijn vaders wegen en sal behooren te betaelen. Gelovende het voors. vercopen opdraegen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eenlicken ende altijt te houden voor goet vast gestadig ende van werden onder verbant ende laet renuntiatien als naer rechten alles sonder aerchesse liste. Actum den 8e July 1671. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MAERCELIS GEERAERTS.
Een copie 38 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 03-08-1671.
Dat voor ons gecomen sijn WILBERT GOORT HENDERICK GOSENS ende THOMAS MARTENS als man ende mommer van JENNEKEN dochtere GOORT HENDERICK GOSENS ende EVAERT JOOSTEN als man ende mommer van MERKEN dochtere GOORT HENDERICK GOSENS alte samen kijnderen van GOORT HENDERICK GOSENS voorschr., hen foort en sterck makende voor alle de anderen kijnderen van GOORT HENDERICK GOSENS voorschr. ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende overgegeven aen JACOB DRIESSEN, ende AERT JOOSTEN een stuck ackerlants geheten HET LANCK VELTKEN met d’een sijde gelegen benefen erve HENRICK GOORTS, d’ander sijde beneffen erve des copers voorsch. schietende van erve PETER THONIS CRUIJSES op erve MAERTEN JAN JOOSTEN, het selve los ende vreij uijgenomen Dorps commer ende lasten. Gelovende het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houdenvoor goet vast gestadicj ende van werden onder verbant ende met renuntiatien als naer rechten alles sonder aerich ofte liste. Testes Schepenen, NICLAES van NEERVEN ende MAERCELIS HERMENS. Actum den 3e Augustty 1671.
…….. 25 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 11-09-1671.
Dat voor ons gecomen is JAN HANDERICX van ASTEN in sijnnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen HERMAN WILLEMS een stucken tuellants gelegen tot BAECKEL ter stede geheten OP HET SANT met bijde sijden ende beijde de eijnden op ende benefen erve HERMAN WILLEMS, des copers voorschr. gelovende het voorschr. vercoopen op dragen ende overgeven met de vertijdenisse aen dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden los ende vreij onder verbant ende met renuntiatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Actum den 11 September 1671. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MATHIJS WILLEM HERMANS.
De coop is 47-10-
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 29-09-1671.
Dat voor ons gecomen is HANRICK GOORT JOOSTEN in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht op gedragen, ende overgegeven aen ende ten behoeve van de Kercke van BAECKEL een jaerlickse ende hafelicke renthe van vijftien stuijvers jaerlicks welcke 15 st. jaerlicx hebben gestaen in een merder renthe van ende uijt een seker onderpant genaempt DEN BRUGH DRIES nu tegenwoordig toebehoorende HERMAN CEELEN welcke onderpant van dese 15 st. jaerlicx geheelicke woort ontfangen waer voor HENDRICK GOORT JOOSTEN voorschr. stelt tot onderpant een huijs met eenen kamp lants daer aen ende bij gelegen ter stede geheten AEN DEN BENTUM met d’een sijde gelegen benefen erve HERMAN MARTENS ende WIJNANT MARTENS, dander sijde benefen erve JAN JANSSEN SCHEPERS schietende met beijde de eijnde op de Gemeijn Straet het selve los ende vrij uijgescheijden dat den vercooper daer jaerlicx uit is geldende een hoen ende 2 ort gront chijns aen het chijnsboek van EPTERNAKEN. Gelovende hij vercopere het voorn. vercopen opdragen ende overgeven nu ende ten eeuwigen dagen te houden voor goet vast gestadich ende van werden ende de voorschr. onderpanden daer altijt wel deugdelick voor te houden ende te maeken onder verbant ende met renuntiatien als naer rechten, alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
Actum den 29 September 1671.
NICLAES van NEERVENSS sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 15-12-1671.
Dat voor ons gecomen is AERIAEN van STRALEN heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende over geven aen DRIES ANSEMS een stuck erfnisse gelegen tot BAECKEL ter stede geheten DE WIJSTADT soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is, met d’een sijde gelegen benefen erve DRIES ANSEMS coper, d’ander sijde benefen erve MATHIJS WILLEM HERMANS schietende van erve MARTEN JAN JOOSTEN op een Beeke, het selve los ende vreij uijt gescheijden Dorps commer ende lasten. Gelovende het selve vercopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast stedich ende van werden onder verbant ende met tenuntiatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MATHIJS van den KERCKHOFF. Actum den 15 December 1671.
NICLAES van NEERVEN, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 27-12-1671.
Dat voor ons gecomen is NICLAES van NEERVEN ende heeft wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende overgegeven aen CLAESKEN Weduwe wijlen PETER GEERTS een stuck eken erffenisse gelegen tot MILHESE onder BAECKEL geliek hij dat un cope vercregen heeft van de kijnderen van JAN JAN THOMAS met beijde de sijde gelegen benefen erve des copers voorschreven schietende van erve des copers ende sijn JAN WELTEN op de Gemeijn Straet het selve los ende vrij uijt gescheijden Dorpscommer ende lasten. Gelovende hij vercooper voorschr. het voorschr. vercoopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende van werden onder verbant ende met renuntiatie als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Actum den 27 December 1671. Testes Schepenen REIJNDER PETERS ende NICLAES van NEERVEN.
Den coop is 12 gulden.
NICLAES van NEERVEN, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 27-12-1671.
Dat voor ons gecomen sijn MERKEN naergelaten weduwe wijlen MIEGIJEL AERT HENDRICK van den KERCKHOF met haer geassesteert CORST GIELENS en AERT GIELENS en WILLEM GIELENS haer soonen welcke CORST, AERT ende WILLEM hun fort ende sterck sijn maeckende voor MERKEN en EMKEN en SISTKEN hun drie onmondige susteren ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelilch vercocht opgedragen ende overgegeven aen REIJNDER PETERS een stuck ackerlants geheten DEN NEIJEN KAMP gelick hun die te lote ende deel is gevallen van wegen JAN AERT HENDRICK gelegen met d’een sijde benefen erve Weduwe CEEL HERMENS, d’ander sijde benefen erve FRANS JAN schietende van de Beek op eenen gemeijnen wech het selve Lot ende vreij uitgescheijden Dorps comme rende Lasten gelovende sij vercoperen het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich end van werden onder verbant ende met Renuntiatie als naer Rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 27 December 1671. Testes Schepen NICLAES van NEERVEN ende JOOST JAN BANCKERS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bakel 1672.
Notaris Bunnen te Helmond, inv. nr. 10, jaar 1672.
d.d. 30-01-1672.
Compareerden voor mij Notaris openbaer bijden Ed: Rade van BRABANT geadmitteert, tot HELMONT residerende en den getuygen hyer onder te noemen GEEF JACOBS woonende binnen den dorpe van BAECKEL, Gelooft onder verbant van sijnen persoon en goederen te betaelen aen ANNEKEN Weduwe MICHIEL CUYPERS van de 2e Meert 1672 over vyer jaeren te weeten opten 2e Meert 1676 de somme van een hondert gulden, den gulden ad XX stuyvers het stuck gereeckent midt jaerlijcks ten intreste gevende de somme van van vijff gulden X stuyvers, procederende de selve somme van hondert gulden van goede geleende en gedebourseerde penningen in specie van Ducaten het stuck ad 3 gulden 3 stuyver oft Rycxdaelders het stuck ad 2 gulden 10 stuyver bij hem gelooven ontfangen van GIELEN JAN CUYPERS overleden man van voorschreven ANNEKEN en oft quamene dat dese penningen langher stonden als dese vyer jaeren de intreste te geven als boven, en soo hij geloovene dese penningen nyet is coste restitueeren dat in sulcken gevalle den selven soo langhe inde scheydinghe en deylinghe sal hebben stille te staen tot dat sijne mede deyl delen soo weet sullen hebben gehadt.
Alles onder verbant van hunne respectieve persoonen en goederen ut moris. Aldus gedaen en gepasseert voor getuygen respectieve JAN AERTS en HENDRICK JAN CUYPERS woonende binnen den dopen van BAECKEL dye dese neffens den geloovene en mij Notariss hebben onderteekent opten 30en January 1672.
GERAERT JACOBS kan niet schrijven
HENDRICK JANSSE CUYPERS
JAN JANSEN HOBERGEN
BUNNEN als notaris.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 04-01-1672.
Op huijden den 4 Januarij 1672 soo hebben gescheijden ende geërfdeijlt gelijck sij scheijden ende erfeijlen mits desen IKEN wedue JAN WILLEM THIJSEN ende dochtere JAN JAN JOOSTEN verweckt bij CATHARINA PETERS VERHEIJDEN ende LENDERT JOOSTEN en MARTEN JOOSTEN ende HENDRICK JANSSEN los als voor hun sever man ende mommeer van CHATERINA JOOSTEN ende HUIJBERT JAN WILBERTS ende MATHIJS WILLEM HERMENS als mommeren op desen voor de vier onmondige kijnderen van JOOST JAN JOOSTEN met naemen PETER JOOSTEN en MERKEN JOOSTEN en JAN JOOSTEN en CORNELIS JOOSTEN alte samen voor kijnderen ende erfgenaemen van JAN JAN JOOSTEN en voors. IKENS vader ende voorn. hennen eigens kinders grootvader alle de erfgoederen hier naer volgende ende beschreven gelegen tot BAECKEL.
Item in den iersten is te Lote ende te deel gevallen IKEN Weduwe wijllen JAN WILBERT THIJSSEN ende dochtere JAN JAN JOOSTEN verweckt bij CATHARINA PETER VERHEIJDEN den huijse met de landerijen en weijde daer aen ende bij gehoorende gelegen tot BAECKEL ter stede geheten HET SOERSEL gelegen met beijde de seijden benefen erve NICLAES van NEERVEN schietende van een gemeijne ecker op de gemeijnckte van BAECKEL. Noch een stuck ackerlants gelegen tot MILHESE onder BAECKEL geheten DEN MICKEN BERCH soo groot ende kleijn als die aldaer gelegen is, met d’een seijde gelegen benefen erve JOOST JAN WILLEMS d’ander sijde benefen erve JAN THIJSSEN schietende van erve Mijn Heer van MILHESE op eenen gemeijn wech. Nog een stuck ackerlants gelegen tot MILHESE onder BAECKEL op DE HEGHACKERS genaemt HET MARTEKEN me d’een sijde gelegen benefen erve den Heere van MEEUWEN, d’ander sijde ende het een eijnt op ende benefen erve PETER AERT STERCKEN schietende met het ander eijnt op de gemeijn straet. Noch een stuck lants gelegen tot BAECKEL ter stede geheten AEN DE BEECK met d’een sijde gelegen benefen erve MAERCELIS GERAERTS, dander sijde benefen erve HERMAN WILLEMS schietende van een gemeijn Beecke op eenen gemeijnen wech. Nog de helft van een jaerlickse ende erffelicke Renthe van 22 gulden en 10 stuijvers jaerlicx uijt hondert gulden capitael staende op de gemeijnwater loop BAECKEL wege van dit Lot de helft is toecomende. Noch de helft van een heijveldeken gelegen tot HELMONT in de RIETBEEMDEN soo groot ende kleijn als die aldaer gelegen sijn. Noch de helft van een heijveldeken gelegen onder MIERLOO ter stede geheten OP HET HOUT. Noch de helft van een heijvelt gelegen onder AERLEN ter stede geheten IN HET NIEU BROECK soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is.
Item ten tweededen is te Lote ende te deel gevallen de kinderen JOOST JAN JOOSTEN een huijs ende schuer met de landerijen ende wijden daer aen ende bij gehoorende gelegen tot MILHESE onder BAECKEL geheten DE VENNEN met d’een sijde gelegen benefen erve THOMAS PETER SCHEPERS ende JENNEKEN PETER JAN WILLEMS geheten DEN WIJBOS d’ander sijde benefen eenen gemeijn waterloop genaempt DE WITRIJT schietende van erve MATHIJS WILLEM HERMANS en HERMAN WILLEMS op de gemeijn straet. Noch een stuck wijvelts ofte heijvelt gelegen onder DE WITH RIJT met d’een sijde gelegen benefen den Gemeijnen waterloop geheten DE WITHRIJT, d’ander sijde benefen de gemeijnckte van BAECKEL en het ander eijnt op erve WILLEMKE Weduwe JAN JAN JOOSTEN. Noch een stuck ackerlants gelegen tot MILHESE onder BAECKEL ontrent de Kappelle aldaer geheten DEN “BERESEN”KAMP met déen sijde benefen eenen gemeijnen wech, d’ander seijde benefen erve JAN GOORT GERAERTS schietende van erve PETER AERT STERCKEN op eenen gemeijn straet. Noch een jaerlicxse ende erlicke Renthe van 22 gulden 10 stuijvers jaerlicx vijff hondert gulden capitael staende op de gemeijnckte van BAECKEL waer van dit Lot de helft is toecomende ende de ander helft van het ierste Lot gelick voors. staet. Noch de helft van 2 hoijveldeken gelegen tot HELMONT in DE RIETBEEMDEN soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is. Noch de helft van een hoijveldeken gelegen onder MIERLO ter stede geheten OP HET HOUT soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is. Noch de helft van een heijveldeken gelegen onder AERLEN ter stede geheten IN HET NIEU BROECK soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is.
Item is ondersprooken dat een ieder in sijn Lot sal moeten gelden ende betaelen alle chijnsen ende pachten ende alle omgelden ende te onderhouden alle gebuerlicke gerechtigheden, die in een ieders Lot (vrij)staende ende met Recht daer uijt sijn gaende soo dat het een van het ander sal wesen bevreijt gelovende sij een dividenten dese deijlinge te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met Renuntiatien als naer Rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 4 Januarij 1672 testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MAERCELIS GERAERTS.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 15-01-1672.
Dat voor ons gecomen is IKEN Weduwe JAN WILBERT THIJSSEN, dochtere wijlen JAN JAN JOOSTEN in DE VENNEN met haer geassisteert HUIJBERT, WILBERT, PETER haer wettige soonen verweckt bij JAN voorschr. ende heeft sij IKEN in erfwisselinge op gedraegen ende overgegeven eeulicken ende erflicken aen de seven kijnderen wijlen JOOST JAN JOOSTEN en de heeft van een jaerlicxse ende erflicken Renthe van 22 – (oft sijners capitael vijff hondert gulden verhiposeert op het Dorp van BAECKEL soo ende gelijck met al sulcken Recht als haer die selve is aen gestrorven van wijlen JAN JAN JOOSTEN haeren vader ende deselve tegens de seven kijnderen haere mede deijlende bij wettige schijdinge ende deijlinge te Lote ende te deelens gevallen welcke aender helft der voorschr. Renthe de voorschr. kijnderen ook is toe gedeijlt tegens IKEN voors. ende alsoo met recht is competerende.
Daer tegens hebben de voorschr. seven kijnderen van wijlen JOOST JAN JOOSTEN met naeme LENDERT, MARTEN ende HENDERICKULS, man ende mommer van CHATRINA sijne wettige huijsvrouwe dochtere JOOST voorschr. voor hun selver ende MATHIJS, WILLEM, HERMANS ende HUIJBERT JAN WILBERTS als mommeren voor de vier onmondige kijnderen van wijlen JOOST voorschr. in erffwisselinge op gedragen ende overgegeven eeulick ende erflick de helvte van een stuck hoijlants gelegen tot MIELO
< = MIERLO > genaempt DEN ELSEN BEMPT. Noch de helft van een halven buender hoijlants gelegen tot HELMONT in HET …. VELT. Noch de helft van een stuck hoijlant gelegen tot AERLEN, gemaenpt IN HET NIEU BROECK, ende dat altesamen soo groot als ende kleijn als aldaer gelegen sijn ende deselve paercelen in sulcker voegen ende Recht als de voorschr. seven kijnderen deselve hebben vercregen bij scheijdinge ende deijlnge te deel is gevallen tegens IKEN voorschr. haere mede deijlersse ende hun aen bestorven van wijlen JAN JAN JOOSTEN haer seven kijnders grootvader ende hebben sij wijsselaers < = wisselaars van gronden > voor ons Schepenen gestaen ende sal het voorschreven wisselen helmelinge vertijdenisse gedaen in manieren in dien gewonlicken sijnde gelieven sij respective wijsselaers dat voorschr. wijsselen voor goet vaststedich van werden te houden eeulick ende altijt met de vertijdenisse van dien ende d’een op het andere niet spreecken nu ofte ten e euwijgen dagen op verbant van hunne respective persoonen ende goederen ende de voorschr. mommers op verbant der voorschr. onmondige goederen nu ter tijt hebbende ende vercrijgende en van hunnent wegen te vrijen ende te weren uijtgenomen dat de wisselaers sullen draegen ende gelden de lasten ende servetuijten chijnsen verpondingen daer met recht uijtgaende ieder in het sijn voorts vreij sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen, NICLAES van NEERVEN ende MAERCELIS GERAERTS.
Actum den 15 Januarij 1672.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 16-01-1672.
Dat voor ons gecoomen sijn LENDERT JOOSTEN en MARTEN JOOSTEN en HENDERICK JANSSEN voor ieder hun selven en MATHIJS, WILLEM, HERMAN en HUIJBERT JAN WILBERTS als mommer voor PETER, MERCKEN, JAN en CORNELIS JOOSTEN mede gehat JOOST JAN WILLEMS en WILLEM THEUENS loffverdige getuegen die tuegen ende verclaeren dat die goederen beter sijn vercocht als gehouden als de penningen daer van voorts comende te recht ende wel woorden beleet voor de onmondige mede gehadt decreet ende outorisatie van de Heeren Schepenen alhier ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelicken op gedragen ende over geven aen JAN van den BERGH en HERMAN WILLEMS een huijs, schuer met de landerijen wijder daeraen ende bij gehoorende gelegen tot MILHESE onder BAECKEL geheten DE VENNEN gelick de voorschijndenen dat aen is gestroven van JAN JAN JOOSTEN hunnen grootvader ende hun te Lote ende te deel is gevallen tegens IKEN Weduwe JAN WILBERT THIJSSEN volgens de schijdinge ende deijlinge daer van sijnde gelegen met d’een sijde benefen erve THOMAS PETER SCHEPERS ende JENNEKEN Weduwe PETER JAN WILLEMS aen d’ander sijde benefen erve WILLEMKEN Weduwe JAN JAN JOOSTEN ende nefen eenen gemeijnen Loop geheten DE WITH RIJT schietende van erve MATHIJS WILLEM HERMANS en HERMAN WILLEMS op een gemeijn straet. Noch een weij ofte heijvelt gelegen met d’een sijde benefen eenen gemeijnen Loop geheten DE WITH RIJT dander seijde gelegen benefen de gemeijnte van BAECKEL, het een eijnt op erve WILLEMKEN Weduwe JAN JAN JOOSTEN het selve los ende vrij uijtgenomen dat dat de copers daer uijt sullen moeten gelden den chijns vanden gronde daer met Recht uijtgaende soo aen het chijnsboeck van den Heere van MILHEEZE als aen het chijnsboeck van de erfgenaemen van REIJNDER JANSSEN de BERCKER. Voorts vreij uijtgenomen Dorps comme rende lasten ende verpondingen daer op sijnde ofte comende ende voorts te onderhouden alle gebuerlicke gerechticheden daer van outs toe staende. Gelovende sij vercooperen het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven Mette vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met Renuntiatien als naer Rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MAERCELIS GERAERTS.
Actum den 16 Januarij 1672 den coop is 49 gulden.
NICLAES van NEERVEN, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 16-01-1672.
Comparerende voor NICLAES van NEERVEN en MAERCELIS GERAERTS Schepenen in BAECKEL IKEN Weduwe JAN WILBERT THIJSSEN dochtere JAN JAN JOOSTEN met haer geassesteert HUIJBERT, WILBERT, PETER, haere wettige soonen, CATHARINA haere wettige dochtere absent wesende, maer deselve voors. IKEN met haere soonen hun fort en sterck maeckende voor de voors. absente CATHARINA LENDERT MARTEN wettige huijsvrouwe ende dochtere JOOST JAN JAN JOOSTEN voor huijsvrouw MATHIJS WILLEM HERMANS en HUIJBERT JAN WILBERTS als momber voor de vier onmondige kinderen JOOST JAN JOOSTEN voors. altesaemen erfgenaemen in die achtergelaten goederen wijlen JAN JAN JOOSTEN, die hij in sijnen leven hadde vercregen ende geconstuesteert met wijlen CATHARINA sijn ierste huijsvrouwe dochtere PETER VERHEIJDEN, ende de selve beseten ende gebruijckt in togten, met WILLEMKEN sijne naer gelaten Weduwe dochtere wijlen DIRCK WALRAVENS in die voors. qualiteijt haer voegende te samen ter eender sijden WILLEMKEN wijlen JAN JAN JOOSTEN des voorschr. JANs tweede huijsvrouw dochtere DIRCK WALRAVENS voors. met haer geassesteert JAN PETER HERMENS haeren soone ter andere sijden sijn sij respective paertijen in het minnelijck verackerdeert ende geliequedeert gelick sij sijn verackerdeert ende geliequedeert bij desen mede gehat tot desen ackerde goede mannen, hier toe geroepen ende gebeden nopende de questien ende verschille dat onstont vande voorschr. betogte goederen beseten bij wijlen JAN JAN JOOSTEN met WILLEMKEN sijne naergelaten Weduwe die de voors. ierste sijde ofte voor kijnderen bij wijlen den voors. JAN JAN JOOSTEN ende CATHARINA sijne ierste geweesde huijsvrouwe voorts gecomen ende geprockereert seggende dat de betochte goederen eenichsins waeren misbruijckt iet waer af gecomen verbrocht ende hout vercocht van welcke de voorschr. gr……. de voorschr. voorkijnderen ende erfgenaemen met WILLEMKEN Weduwe voorschr. sijn verdragen voor de somme van twee hondert gulden in secker voegen dat sij voorschr. voorkijnderen ofte erfgenaemen niet op en sullen spreecken ofte eijsschen ofte doen spreecken ofte eijsschen door hun selven ofte door iemant anders, nu ofte ten euwigen dagen ende haer voorts met vreden laten haer ende haer kijnderen ende naekommelingen ende hebben sij voorschr. voorkijnderen ende erfgenaemen respective voor ons Schepenen gestaen ende hebben op desen ackerdatie ende op alles ‘tgene voorschr. staet helmelinge vertijdenisse in manieren in dien gewoonlijck sijnde. Geloven sij respective IKEN, HUIJBERT, WILBERT en PETER mede voor de absente CATHARINA ende LENDERT, MARTEN ende HENDERICK JANSEN VOS man ende mommer van CATHARINA voor hun selven, MATHIJS WILLEM HERMANS en HUIJBERT JAN WILBERTS als mommeren voor de vier onmondige kinderen van JOOST voorschr. de voorschr. ackerdatie te houde voor goet vast stedich van werden op verbant van haere persoonen ende goederen ende nu ter tijt hebbende ofte naermaels vercrijgende nu en ten euwigen dagen, alles sonder aerch ofte liste daer tegens soo gelooft WILLEMKEN ende JAN PETERS haeren wettigen soone geloven oock gelick sij geloven bij desen deseaekerdatie te houden voor goet vast gestadich ende van werden de voorschr. voor kinderen ofte erfgenaemen niet meer te eijsschen ofte pretenderen door haer ofte iemant anders in eenige manieren op gelicke verbant als voorschreven als boven. Actum den 16 Januarij 1672.
NICLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 08-02-1672.
Dat voor ons gecomen sijn JAN HERMANS Weduwnaar van PEERKEN sijn geweesen huijsvrouwe met hem geassesteert HANRICK sijnen soon en PETER sijnen soon en JOOST sijnen soon en WILBERT JANSSEN als man ende mommeren van AELKEN sijn huijsvrouww dochtere JAN HERMANS voorschr. hem fort en sterck makende voor ERKEN hun suster hebben altesamen wel en wettelicken vercocht opgedraegen ende overgeven aen JOSTKEN Weduwe wijlen WILLEM JOOST LANEN een stuck erffenisse geheten DEN BOGAERT gelegen onder BAECKEL ter stede geheten OP GROTEL met d’een sijde gelegen benefen erve LIJSKEN JAN GEVEN d’ander sijde benefens erve Weduwe WILLEM JOOSTEN coperse, schietende van erve Weduwe WILLEM JOOSTEN op erve JAN LENDERS van DINTER het selve los en vrij uijtgescheijden Dorpscommer ende lasten. Geloven sij voorschr. vercooperen het voorschr. vercoopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met Renuntiatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 8 Februarij 1672. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende RIJNDER PETERS
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 24-02-1672.
Dat voor ons gecomen is GERAERT JAN GERAERTS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken op gedragen ende overgegeven aen WILLEM GERAERTS sijnen soon sijn goet ende erffenisse gelegen tot BAECKEL ter stede geheten AEN DEN BENTEM, soo groor ende kleijn als het aldaer gelegen is met alle sijn appendentien ende dependentiën daer aen ende bij gehoorende soo in hoogen drooge in diepen in dreijgen voorts op alles wat daer aen is dependeerende mits dat WILLEM gehouden sal sijn te betalen alle uijtgaende pachten ende chijnsen, die met recht uijt het voorschr. goet sijn gaende. Draght den voors. GERAERT JAN GERAERTS op aen WILLEM sijnen soon voorschr. alle sijne meubelen soo haeffelicke als erffhaefelicke meubele soo huijsraet en alles wat hij is hebbende ende gedurich dat het ook genoempt soude mogen wesen geen van die uijtgescheijden des gelooft WILLEM GERAERTS sijnen soon voorschr. GERAERT sijn vader ende PEERKEN sijn moeder hun beijden te onderhouden in cost en dranck in lijven en wiellen in beddinge voorts in alles te onderhouden gelijck een eerlick kijnt sijn ouders schuldich is te ondehouden huijs oft lant en oft gebeurden dat hij WILLEM sijn ouders niet eerlick en troulick onderhielt gelick voorschr. staet, soo sal den voors. GERAERT JAN GERAERTS dit voors. goet wederom mogen aen verden en dese opdracht niet en van gender werden sijn ende sal het selve goet wederom mogen aen verden gelick off het niet geschiet en waes. Geloven sij paertijen dese voorschr. op dracht ende contrackt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renuntiatien als naer rechten alles sonder aerch ofte listen.
Actum den 24 Februarij 1672. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MATHIJS WILLEM HERMANS. Noch gelooft WILLEM te betalen alle de schulden die GERAERT sijn vader is hebbende onder gelicke verbant als voorschr. staet.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
! In de marge !
Dese transport ende ackort is doot ende te niet gedaen gelick off het noijt geschiet en waes.
Actum den 20 September 1675.
NICLAES van NEERVEN, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 27-02-1672.
Dat voor ons gecoomen sijn FRANS JACOBS en THOMAS sijnen soon, beijde in hunnen vollen bedde ende hebben wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen THONIS JAN THOMAS een huijs met de landerijen en wijden daer aen en de bij gehoorende gelegen tot MILHESE onder BAECKEL ontrent DEN SCHUTSBOOM geheten HET DAEL, met d’een sijde gelegen benefen een gemeijn straet, d’ander sijde benefen erve AERIAEN GEEVERTS ende kijnderen WILLEM AERTS, schietende van erve PETER HERMAN NOIJEN op de gemeijn straet. Noch een heijtvelt met d’een sijde benefen erve JAN DIRC COLEN, dánder sijde benefen erve Weduwe THONIS VRINSEN schietende van erve BASTIAN JAN SLOTS op de HOOBERGH. Noch een weijvelt met d’een sijde benefen erve Weduwe PETER JAN WILLEMS ende d’andere seijde benefen erve DE HOOBERGEN schietende van erve Weduwe PETER JAN WILLEMS op erve Weduwe THONIS VRINSEN. Noch een stuck erfenisse met deen seijde benefen erve WILLEMKEN THONIS VRINSEN, d’ander sijde benefen de gemeijn straet schietende van erve Weduwe THONIS VRINSEN op erve BASTIAEN JAN SLOTS. Noch een stuck erfnisse geheten DEN VREIJ soo groot ende kleijn als aldaer gelegen is. Noch een stuck ackerlants geheten HET ROIJ met d’een seijde benefen erve GIJSBERT MEUSEN, d’ander seijde benefen erve PETER HERMAN NOIJEN schietende van erve PETER HOEBEN en PETER HERMAN NOIJEN op eenen gemeijnen wech alle als sij seijden het selve los ende vreij uijtgescheijden dat den coper daer jaerlich sal moeten gelden aen den Heere van MILHESE een chijns van den gronde die dan met Recht uijt is gaende. Noch 3 vaten roggen en 2 gerst aen den H. Geest van HELMONT. Voorts vreij uijtgescheijden Dorps commer ende andere Dorps lasten daer op sijnde ende opcomende gelovende sij vercoperen het voors. vercoop en opdragen, ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renuntiatien als naer Rechten alles sonder aerch ofte listen. Actum den 27 Februarij 1672 testes Schepenen, NICLAES van NEERVEN en REIJNDER PETERS.
NICLAES van NEERVENSS Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 15-03-1672.
Dat voor ons gecoomen sijn IKEN Weduwe wijlen JAN WILBERT MATHIJSSEN met HUIJBERT, WIJLBERT, PETER haer sonen, hun fort en sterck makende voor LIJNNEKEN hun suster absent wesende ende hebben wel ende wettelicken vercocht, opgedragen ende overgegeven aen HUIJBERT DIRCX een stuck ackerlants gelegen tot MILHESE onder BAECKEL geheten DEN BERCXKEN KAMP met deen seijde gelegen benefen erve JAN GOORTS, d’ander seijde gelegen benefen eenen gemeijnen wech schietende van erve PETER AERT STERCKEN op een gemeijn straet, het selve los ende vreij uijtgescheijden Dorps comme rende andere Dorps lopende lasten. Gelovende sij vercooperen het voorschr. vercoopen opdragen overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met Renuntiatien als naer Rechten, alles sonder aerch ofte listen.
Actum den 15 Meert 1672 testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende PETER AERT STERCKEN.
NICLAES van NEERVENSSS, Sub secretaris.
Bakel 1673.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 26-01-1673.
Op huijden den 5 Januarij 1673 soo hebben BEELKEN naergelaten Weduwe wijlen WILLEM HOEBEN met haer geassesteert PETER HOEBEN ende JAN LUIJCKAS haeren swager ende haere mommeren ende PETER AERT STERCKEN ende JOOST GELICX als mommeren voor de onmondige kinderen wijlen THONIS JOOSTEN ende IKEN sijn huijsvrouwe gescheijden ende geerftdeijlt gelick sij scheijden ende erfdeijlen mits desen hun goet ende erfnisse gelegen tot MILHESE onder BAKEL ter stede geheten IN DEN BANCKERT achter gelaten bij doot ende aflivicheijt van AERT FRANS STERCKEN haeren vader ende de onmondigens overgrootvader.
Item in den iersten is ten Lote ende ten deel gevallen BEELKEN Weduwe wijlen WILLEM HOEBEN het woonhuijs met den halven hoff met den halven KAMP kamp lants daer aen ende bij gelegen met beijde de seijden gelegen benefen erve de kijnder THONIS JOOSTEN als mede deijleren schietende van erve Weduwe AERT HENDERICX op de selve, noch een stuck ackerlants geheten NOIJENS ACKER groot ontrent anderhalf Lopensaets met d’een seijde benefen erve Weduwe AERT HENDERICX, d’ander seijde benefen erve WILBERT JANS schietende van erve HET CONVENT van BINDEREN op erve Weduwe AERT HENDERICX. Noch een stuck ackerlants geheten DEN STEEN ACKER d’een sijde benefen erve Den H. GEEST van BAKEL, d’ander seijde benefen erve IKEN JAN WILBERTS met meer andere, schietende van erve GOSEN HENDERIX kinderen op een gemeijn steght. Noch een stuck ackerlants geheten LUIJTEN DRIES groot ontrent vijff Copsaets met d’een seijde benefen erve THONIS JOOST CORSTEN d’ander seijde benefen erve de Kinder THONIS JOOSTEN als mede deijleren schietende van erve des mededeijlers op de MULSTAERT. Noch een stuck lants geheten DEN MULSTAERT groot ontrent 33 Roeijen met d’een seijde gelegen benefen erve THONIS JOOST CORSTEN d’ander seijde benefen erve HET CONVENT van BINDEREN schietende van erve PETER AERT STERCKEN op erve de Kinder THONIS JOOSTEN mededeijleren. Noch een weijveldeken geheten HET DELLEKEN met het hout dat daer tegenwoordig op staet soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is. Noch een heijtvelt geheten DE KIEVES BRAECK soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is met d’een seijde het Kint THONIS BANCKERS, d’ander seijde benefen erve de Weduwe AERT HENDERIX schietende van erve GEURT ISEBOUTS op een gemeijn steght.
Item dit Lot moet van hun geven aen de Kinder THONIS JOOSTEN het tweede Lot de somme van twee hondert gulden, dico 200 gulden.
Item ten 2 is te Lote ende te deel gevallen de Kinder wijlen THONIS JOOSTEN de schuer met het kleijn huijsken met het half aengelach met d’een seijde benefen eenen gemeijnen wech, d’ander seijde benefen erve BELKEN Weduwe wijlen WILLEM HOEBEN mededeijlerse schietende van erve Weduwe AERT HENDERICX op erve BELKEN Weduwe WILLEM HOEBEN. Noch een stuck van het aengelach met beijde de seijden ende eijnden als voor. Noch het half KOOLVELT en halven hoff, ieder de helft. Noch een stuck lants geheten DE LOO groot ontrent anderhalf Lopensaets, met d’een seijde benefen erve THONIS JOOST CORSTEN, d’ander seijde benefen erve HET CONVENT van BINDEREN schietende van erve HET CONVENT voorschr. op erve MAERCELIS GEVAERTS. Noch een stuck lants geheten DE KIEVESBRAEK groot ontrent twee Lopensaets met d’een seijde benefen erve JOOST JAN BANCKERS, d’ander seijde benefen erve MAERCELIS GEVAERTS schietende van een gemeijn steght op erve GEVERT ISEBOUTS. Noch een stuck lants geheten LUIJTEN DRIES de helft groot ontrent 5 Kopse met d’een seijde benefen erve BELKEN Weduwe wijlen WILLEM HOEBEN mededeijlerse, d’ander seijde benefen erve HET CONVENT van BINDEREN schietende van erve THONIS JOOSTEN op erve HET CONVENT van BINDEREN. Noch een stuck lants geheten STERCKEN KEMPKEN groot ontrent 5 Kopse met d’een seijde benefen erve de Kinder op ESP schietende van eenen gemeijnen wech op erve JAN HANRICX. Noch een weijvelt soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is.
Item dit Lot moet ontfangen van het ierste Lot twee hondert gulden, dico 200 gulden gelick als in het voorste Lot geschreven staet.
Item is onder sprocken dat sij samen deijleren malcanderen alle pachten ende chijnsen sullen helpen dragen ende betalen.
Item geloven sij samen deijleren dat sij dese deijlinge sullen houden ende doen houden voor goet vast stedich ende van werden onder verbant ende met Renuntiatien als naer Rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 26 dach der maendt Januarij 1673. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende PETER AERT STERCKEN.
NICLAES van NEERVENSS Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 28-03-1673.
Op huijden den 28 Meert 1673 soo hebben gescheijden ende geerfdeijlt JAN GERAERTS als man ende mommer van ANNEKEN THOMAS sijn wettege huijsvrouwe, LAMBERT THONIS als man ende mommer van JENNEKE THOMAS sijn wettige huijsvrouwe voor hun selven ende JOORDE GOORTS ende LENDERT JANSSEN als mommeren ende voorstanderen voor ………….. THOMAS ende MERCKEN THOMAS ende WILBERT HENDERCK WELTEN ende NICLAES van NEERVEN als voorstender in desen voor ANNEKEN het onmondig kint van GERAERT THOMAS REIJNDERS altesamen kijnderen ende erfgenamen van THOMAS REIJNDER ende ANNEKEN sijn gewesde wettige huijsvrouwe ende hebb in deser qualiteijt wel ende wettelicken gescheijden ende geerfdeijlt gelick sij schijden ende erfdeijlen mits desen op conditiën hier naer beschreven.
Item in den iersten is te Lote ende te deel gevallen TRUIJKEN THOMAS het voorste eijnt van het woon huijs te weten dat het woon huijs in 3 paerten gedeijlt sal woorden en ider paert efen goet gemakt sal woorden noch het 4 paert in HET KEMPKEN met d’een seijde benefen erve LIJN LAMBERTS ende d’ander seijde ende het een eijnt op ende benefen erve LAMERT THONIS mededeijlere schietende van daer op de gemeijn straet. Noch de derde paert in een stuck lants geheten DE 14 LOPEN met d’een seijde benefen erve PETER THONIS d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS THONIS mededeijlere schietende van eenen gemeijnen wech op erve PEER THONIS. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN BESTERT met d’een seijde benefen erve MERKEN THOMAS d’ander seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS mededeijleren schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve den H. GEEST van DEN BOSCH. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN RECKACKER met d’een seijde benefen erve MERKEN THOMAS d’ander seijde ANNEKEN GERAERTS schietende van DEN BESTERT op erve LIJN LAMBERTS. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN NUIJIJNSSEN ACKER met d’een seijde benefen erve MERKEN THOMAS d’ander seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS schietende van eenen gemeijnen wech op erve WILBERT HENDERIX. Noch de 4 paert in HET EUSEL te weten het voorste eijnt ende de 4 paerten efen goet te maken. Noch de 5 paert in HET OSSEN EUSELKEN met d’een seijde ende het een eijnt op ende benefen erve LIJN LAMBERTS d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS mededeijlere schietende met den anderen eijnde op erve JAN GERAERTS mededeijlere.
Item ten 2 is ten Lote ende te deel gevallen LAMBERT THONIS het middelste van het woon huijs mits dat het woon huijs in 3 paerten efen goet gemaekt moet woorden ende dat ieder de plats sal hebben tegen sun deel in het woonhuijs. Noch de 4 paert in HET KEMPKEN met d’een seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS, d’ander seijde benefen erve MERKEN THOMAS medeerfe schietende van erve JAN GERAERTS op de gemeijn straet. Noch de 3 paert in een stuck lants geheten de saets met d’een seijde beneven erve MERKEN THOMAS, d’ander seijde TRUIJKEN THOMAS schietende van eenen gemeijnen wech op erve PEER THOMAS GELIX. Noch de 5e paert in een stuck lants geheten DEN NUEJEINSEN ACKER met d’een seijde benefen erve JAN NESEN ende JOOST BENDERS met meer andere, d’andere seijde benefen erve JAN GERAERTS mededeijlere schietende van eenen gemeijn wech op erve WILBERT HENDRICX. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN RECKACKER met d’een seijde benefen erve JAN GERAERTS, d’ander seijde benefen erve LIJN LAMBERTS schietende van erve DEN BESTER op erve LIJN LAMBERTS. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN BESTERT mits dat dit deel DEN KROMMEN HOECK benefen de Straet toe sal hebben, met d’een seijde benefen erve JAN GERAERTS, d’ander seijde benefen de gemeijnstraet schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve DEN H. GEEST van DEN BOSCH. Noch de 4 paert in HET OSSEN EUSELKEN met d’een seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS d’ander seijde MERKEN THOMAS schietende van erve LIIN LAMBERTS op erve JAN GERAERTS.
Item ten 3 is te Lote ende te deele gevallen MERKEN THOMAS het afterste eijnt van het woon huijs maer is ondersprooken alle 3 de paerten efen goet te maken. Noch het 2 stucken inden hof met d’een seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS, d’ander seijde LAMBERT THONIS mededeijleren schietende van erve JAN GERAERTS op de ………….. van BAKEL. Noch de 3 paert in een stuck lants geheten de 14 Lopensaets, met d’een seijde benefen erve REIJNDER PETERS d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS mededeijlere schietende van een gemeijnen wech op erve PEER THONIS GELICX. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN NUIJENSEN ACKER met d’een seijde benefen erve PETER THONIS, d’ander seijde beefen erve TRUIJKEN THOMAS mededeijlerse schietende van erve WILBERT HENDERICX op eenen gemeijnen wech. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN RECKACKER met d’een seijde benefen erve LIJN LAMBERTS, d’ander seijde benefen TRUIJKEN THOMAS mededeijlerse schietende van erve LIJN LAMBERTS op de selve. Noch de 5 paert in een stuck lants geheten DEN BESTERT met d’een seijde benefen erve LIJN LAMBERTS, d’ander seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS mededeijlerse schietende van erve DEN H. GEEST van DEN BOSCH op erve LIJN LAMBERTS. Noch de 4 paert in HET EUSEL het 3 eijnt efen goet te maken. Noch de 5 paert in DE DRIESKENS in het OSSEN EUSEL met d’een seijde benefen erve LAMBERT THONIS, d’ander seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve JAN GER. Noch bij die drie paerten in huijs sijn seven eijcken bomen met de Smet ……. Noch 3 eijcken bomen en een es samen 11 bomen.
Item ten 4 is ten Lote ende te deel gevallen ANNEKEN onmondige dogter GERAERT THOMAS de schuer ende dries soo het afgepaelt is en hoff.
Noch de 4 part in HET KEMPKEN met d’een seijde benefen erve MERKEN THOMAS, d’ander seijde benffen de gemeijn straet schietende van erve JAN GERAERTS op de geminckte van BAKEL.
Noch een stuck lants geheten DEN LANGEN ACKER groet 2 Lopense 36 Roeijen 11 Voet met d’een seijde benefen erve Weduwe JAN JOOSTEN d’ander seijde benefen erve JOOST JAN GORTS schietende van eenen gemeijnen wech op de gemeijnckte van BAKEL.
Noch de 5e part in een stuck lants geheten den NUIJENSEN ACKER, met d’een seijde benefen erve JAN GEVAERTS d’ander seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS schietende van eenen gemeijnen wech op erve WILBERT HENDRIX.
Noch de 5e part in een stuck lants geheten DEN RECKACKER met d’een seijde benefen erve JAN GERAERTS, d’ander seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS schietende van erve LIJN LAMBERTS ofte MERKEN THOMAS op erve LIJN LAMBERTS.
Noch de 5e paert in een stuck lants geheten DEN BESTERT met d’een seijde benefen erve JAN GERAERTS d’ander seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve Den H. GEEST van DEN BOSCH.
Noch de 4e paert in HET EUSEL naest De A. efen goet te maken noch de helft in HET EUSEL geheten het erf efen goet tegens JAN GERAERTS op te deijlen.
Noch de 5e paert in een driesken in HET OSSEN EUSELKEN met d’een seijde benefen erve JAN GERAERTS, d’ander seijde benefen erve MERKEN THOMAS schietende van erve JAN GERAERTS op erve LIJN LAMBERTS.
Noch de gesmette boomen die gesmet sijn met de smet een.
Item ten 5e is te Lote ende te deel gevallen JAN GERAERTS den schop ende is onderspoocken tussen het huijs ende den schop eefen goet te maeken met den dries gelick die gepaelt is.
Noch den hof geheten HET WORTELVELT met d’een seijde benefen erve TRUIJKEN THOMAS, d’ander seijde de gemeijn straet schietende van erve PETER THOMAS op de geminckte van BAKEL.
Noch een stuck lants geheten DEN KERSBOM met d’een seijde benefen erve REIJNDER PETERS, d’ander seijde PETER THONIS schietende van erve DRIES ANSEMS op eenen gemeijnen wech.
Noch de 5e paert in een stuck lants geheten DEN NUIJENSEN ACKER met d’een seijde benefen erve ANNEKE GEVAERTS, d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS schietende van erve WILBERT HENDRIX op eenen gemeijnen wech.
Noch de 5e paert in een stuck lants geheten DEN REKACKER d’een seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS, d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS schietende van erve MERKEN THOMAS op erve LIJN LAMBERTS.
Noch een stuck lants geheten DEN BESTERT met d’een seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS d’ander seijde benefen erve LAMBERT THONIS schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve Den H. GEEST van DEN BOSCH.
Noch de helft van een weijvelt geheten HET OFT tegens ANNEKEN GERAERTS op te deijlen efen goet te maken.
Noch de 5e paert in een driesken geheten IN HET OSSEN EUSEL met d’een seijde benefen erve ANNEKEN GERAERTS, d’ander seijde LAMBERT THONIS erve schietende van erve LIJN LAMBERTS op erve JAN GERAERTS.
Item is ondersprooken dat sij samen deijlen en alle pagte ende chijnsen die met recht tot het geheel voorschr. goet bij gaende malcanderen samen sullen helpen draegen betalen maer off gebeurden dat in eenig stuck chijns woorden bevonden dat den t’enen daer den chijns in woort bevonden den chijns daer in sal moeten houden mits dat hij vande andere erffgenaemen sal genieten tegens den pene 32.
Noch is ondersprooken dat sij samen deijleren het hoij samen sullen hoijen ende gebruijken.
Noch is ondersprooken, dat sij samen deijleren malcanderen sullen weten daer d’een ofte het ander niet gevoechgelick op sijn deel gecomen en kan.
Aldus gedaen ende gepasseert ten dage, jaere, maents boven testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende REINDER PETERS.
NICOLAES van NEERVENSS, sub Secretaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1666, folio 96v t/m 98v.
d.d. 27-04-1673.
Expres van A. van LUINEN.
DANIEL MACKALLEN Schouteth des Dorps van BAECKEL inden naem ende als gemechticht van NICOLAES van NEERVEN President en Kerkmeester, MATHEYS WILLEM van den KERCKHOFT, MARCELIS GERAERTS van de LAER, PETER AERT STERCKEN, REYNDER PETERS, HUYBERT JANSSEN, JOOST JAN BANCKERS Schepenen, HENRICK GOORTS en de DRIES ANSEMS Borgemeesters, PETER THEUNIS CRUYSEN ende JAN PETER AERTS Armmeesters, JAN PETER MAESBROECK ende JAN HENRICX de BRUYN Peelmeesters allen des Dorps van BAECKEL voorschr: mitsgaders AMBROSIUS van VIRMONT, ROGIER van BRONHOVEN, DANIEL van der MERILEN, ADRIAEN WANTS, JAN PETER MAESBROECK, HENRICK PETER SCHEPERS, JAN JANSSE HOBERGEN, MATHEYS WILLEM HERMANS, LEENDERT JANSSEN, AERT JOOSTEN, HUYBERT THEYSSEN, THEUNIS JAN WILBERTS, WILLEM JAN CELEN, JAN MICHIEL HEESMANS, JAN van den BERCH, GOORT CELEN, THOMAS JANSSEN, GOORT PETERS, WILLEM MATHEYSSEN, MARTEN JANSSEN, WIJNANDT MOLENSTEYNS, (EVERT of AERT) MARTENS, DRIES DRIESSEN, AERT STERCKEN, JAN GOORTS van den EYNDE, ADRIAEN JAN GERAERTS, CLAES JANSSE BNOYEN ende WILBORT HENRICX alle geerfde ende meest gequalificeerste des voorschr: Dorps van BAECKEL inne procuratie brieven met den opgedruckten dorps segele becrachticht, ende met de signature van den substituant secretaris aldaer bevesticht wesende van den date den vijfen twintichsten April XVIc drey ende t'seventich ende uyt crachte der machte hen daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent, heeft gelooft op verbandt van alle der constituanten personen ende goederen onverscheyden ende een voor al present en toecomende den H:Ed: geboren Heere HENDRICK SWERT raedt deser Stadt de somme van sestienhondert guldens tot XX stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent met den intrest van dien tegens vijf van 't hondert van heden dato deses lestondergeschreven, over een jaere te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren sonder langer uytstel ofte oock alnog tegenseggen in rechte ofte dat buyten overmits de oprechte deuchdelijcheyt deser schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bij de voorschr: geconstitueerde tot behoef van den voorschr: Dorpe in haeren uytersten noot in dese droevige oorlochstijden gehadt ende ontfangen soo men bekenden mits desen testes Van ZUTPHEN et ZYBERCH datum den 27 April 1673.
In de Marge !
De Heer FREDERICK HENRICK SWEERTS Landes Heere van BAARSCHOT heeft openlijck bekent ende beleeden dat de Regenten van BAECKEL aen sijnen handen hebben voldaen ende betaelt de nevenstaende gelofte van sestienhondert guldens met den agterstalligen intrest van dien consenterende over ..... in de cassatie deses datum den seven en twintichsten April seeventien hondert seeventien.
De voorschr: MACKALLEN gebruyckende de machte hem bij de voorschr: procuratie alnoch gegeven heeft gelooft onder verbant van alle der voorschr: constituanten personen ende goederen indivisum present en toecomende d'een den anderen den constituanten te sullen indemneren costeloos en schadeloos houden van alle 't ghene uyt crachte van de overscheyde gelofte d'een ofte den anderen van haar constituanten soude connen overcomen overmits de penningen tot behoef vanden voorschr: Dorpe sijn opgenomen ende geemployeert. Testes et datum ut Supra.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 25-05-1673.
Dat voor ons gecomen is JAN GOORTS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht aen DRIES JANSSEN sijnen soon een huijs met een stucken lants gelegen tot MILHESEN onder BAKEL ontrent de Kappelle aldaer met d’een seijde gelegen benefen erve THONIS JOOSTEN van NEERVEN d’ander seijde benefen erve HUIJBERT DIRX schietende van erve PETER AERT STERCKEN op een gemeijn straet, het selve los ende vrij, uijtgescheijden Dorps comme rende lasten.
Gelovende hij vercooper het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast stedich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer Rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 25 Meij 1673. Testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende MAERCELIS GERAERTS vande LAER. De coop is 29 gulden.
NICOLAES van NEERVENSS, sub. Secretaris.
Bossche Protocollen. inv.nr. 1666, folio 117v t/m 120.
d.d. 01-07-1673
DANIEL MACKALLEN Schautesch des Dorpe van BAECKEL inden naeme ende als gemechticht van NICOLAES van NEERVEN President en Kerckmeester, MATHEYS WILLEMS van den KERCKHOFF, MARCELIS GERAERTS van de LAER, PETER AERTS STERCKEN, REYNDER PETERS, HUYBERT JANSSEN, JOOST JAN BANCKERS Schepenen, HENDRICK GOORTS ende DRIES ANSEMS Borgemeesters, PETER THEUNIS CRUYSSEN, ende JAN PETER AERTS Armenmeesters, JAN PETER MAESBROECX ende JAN HENDRICX de BRUYN Peelmeesters, alle des voorschreven Dorps van BAECKEL, mitsgaders AMBROSIUS van VIRMONT, ROGIER van BROECHOVEN, DANIEL van der MEULEN, ADRIAEN WANTS, AERT LEYTEN, HENDRICK PETER SCHEPERS, JAN JANSSE HOOBERGEN, MATHEYS WILLEM HERMANS, LEENDERT JANSSEN, AERT JOOSTEN, HUYBERT THEYSSEN, THEUNIS JAN WILBORTS, WILLEM JAN CELEN, JAN MICHIEL HEESCHMANS, JEHAN van den BERCH, HERMAN WILLEMS, HERMAN CELEN, GOORT CELEN, MARTEN JANSSEN, WYNANT MOLENSTEENS, EVART MARTENS, DRIES DRIESSEN, JAN PETER AERT STERCKEN, JAN GOORTS van den EYNDE, ADRIAEN JAN GERAERTS, CLAES JANSSEN NOYEN, WILBERT HENRICX, JOOST JAN WILLEMS, PETER JAN WILBORTS, PETER JOOST CORSTEN, alle geerfden en meest gequalificeerde des voorschreven Dorps van BAECKEL. Inne procuratie brieven met des voorschreven Dorps segele becrachticht ende ondertekent des substituut Secretaris aldaar bevestich alhier gebleecken wesende van der dato den vier en twintichsten Juny XVIc drie ent seventich. Ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent, heeft gelooft op verbant van alle der voorschreven constituanten personen ende goederen indivisim (= onverdeeld) present ende toecomende mijn, tot behoef van JENNECKE ACKERMANS de somme van vijfhondert Car: gulden tot XX stuyvers goet permissie gelts elcke gulden gereeckent metten intrest van dien tegens vijf van t'hondert van heden date deses lestondergeschreven jaer te voldoen ende te betaelen ende binnen desen Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenseggen in rechte ofte daer buyten overmits de oprechte deuchdelijckheyt deser schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen gelijck bij den voorschreven geconstitueerde ten behoeve van de voorschreven Dorpe inne haeren uytersten noodt in dese droevige oorlochstijden gehadt ende ontfangen soo men bekende mits desen testes van den BERCH en van ZUTPHEN, datum den 1e July 1673.
! In de marge !
D'Heer HENDRIK BACKERS inwonende borger deser Stad heeft opentlijk bekent ende beleden dat de Regenten van BACKEL aen sijne handen hebben afgelost en gequeeten het Cap. van vijf hondert gulden in de neevenstaande gelofte vermelt, hem aengekomen bij Successie van ROGIER van BOXMEER, ............, metten agterstalligen intrest van dien. Consenterende over sulks in den Cassatie deser. Actum den agtiende Meert Seeventien hondert en veertig.
HEND. BACKERS
L.J. SMITS
H.C. HATVELT
Mij Present D. GROULANT
Bossche Protocollen, inv.nr. 1666, inv.nr. 117v t/m 120 (vervolg)
De voorschreven geconstitueerde bij naeme qualiteyte ende gemechticht als voorschreven heeft alnoch gelooft op verband van alle der voorschreven constituanten personen ende goederen indivisim present ende toecomende mijn, tot behoef van TREYNTJE WANMIER de somme van vierhondert ende vijftich Car: gulden tot XX stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent metten intrest van dien tegens vijf van 't hondert van heden date deses lestondergeschreven over een jaer te voldoen ende te betaelen, ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren etcetera, Datum ut Supra.
! In de marge !
Sr. ANT. WIJBURGH borger alhier heeft opentlijk bekent ende beleden dat de Regenten van BAEKEL aan sijnen handen hebben afgelost ende betaelt het Cap: van vier hondert vijftig gulden in neevenstaande gelofte vermelt hem aengekomen bij Coop en opdracht tegens CORNELIS van STRIJP Clercq van Secretary cum suis pront in .......... van dato den (3e of 9e) December 1707 met den agterstallige intrest van dien Constitueerende oversulks in de Cassatie deses alhier den agtiende Meert seventien hondert en de veertig.
A. WIJBURGH
S.J. SMITS
H.C. HATVELT
Mij Present GROULANT
Bossche Protocollen, inv.nr. 1666, folio 117v t/m 120. (vervolg)
De voorschr. geconstitueerde inde naeme ende gemechticht als voor heeft gelooft op verbant van alle der voorschreven constituante personen ende goederen indivisim present ende toecomende Sr. GHIJSBERT van GRINSVEN de somme van duysent ende vijftig Car: guldens tot XX stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent metten inttrest van dien tegens vijf van 't hondert van heden dato deses lestondergeschreven over en jaar te voldoen en te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenseggen etc. etc. Testes et datum ut Supra.
! In de marge !
D'Heer NICOLAES van BLATENBURGH inde naeme ende als gemechticht van de Heer ende Mr. GEERLOFF SUYKERS inne procuratie voor de notaris JACOBUS van der EYCKEN ende seeckeren geever tot LEYDEN op den 8e July 1701 gepasseert, ende uyt crachte der machte hem daer bij gegeven en de verleent, heeft opentlijck belede ende bekent dat die Regenten van BAECKEL de nevenstaende Capitaele somme metten intrest van dien aen sijnen handen hebben afgelost. Consenterende dierhalve inde cassatie deses.
Actum den derden Mey seventien hondert drye.
J. WATTENBURCH
Bossche Protocollen, inv.nr. 1666, folio 117v t/m 120, vervolg
Ende dit aldus geschiet sijnde als inde drey voorstaande contracte staat begrepen, soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven de voorschreven DANIEL MACKALLEN gebruyckende de macht hem bij de voorschreven procuratie alnoch gegeven, heeft gelooft onder verbandt van alle der voornoemde constituanten personen ende goederen indivisim present ende toecomende d'een den anderen der constituanten te sullen indemneren costeloos ende schadeloos houden van alle 't geene uyt crachte van de onverscheyde gelofte d'een of den anderen van haer constituanten soude comen overcomen overmits de penningen tot behoef van de voorschreven Dorpe sijn genegotieert ende opgenomen ende geemployeert.
Testes et datum ut Supra.
Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr. 66A, 66/1, d.d . 15-09-1673
Compareerde voor ons MICHIEL HENDRICK GOLOFFS, EVERT ZEGERS ende AERDT van HOECK Schepenen der Heerlijckheit ende Dinghbancke van DEURNE MIJERIJE van S'HARTOGENBOSSCHE, Secretaris IJSBOUTH, JAN PHILIPSEN outh ontrent 45 jaren ende PETER HERMENS outh ontrent 30 jaren, beyde zijnde mannen staende ter goeden name ende fame ende alle d'beyde woonende binnen dese voorschreven Heerlickheyd, dewelcke hebben naer voorgaende wettelicke daegementen, ende ghepresteerden Eedt aen handen van MICHIEL HENDRICK GOLOFFS Substituyt Drossaert der voorschreven Heerlickheyd affgeleght ghetuyght ende verclaert t'gheen sij tuyghen ende verclaeren mits desen, ter instantie vande Regeerders des Dorps BAKEL MEIJERIJE van S'HARTOGENBOSSCHE, waerachtigh ende hun deponenten seer wel kennelijck te weesen dat ten tijde van't Campement van sijne Hoogheydt den Prince van CONDE tot ARLE bij BEECK gheweest sijnde opten acht-en-twintichsten dagh van de maendt Julio ende gheduert hebbende tot den achtsen daeghe van de maendt Augusto jonghstleden, middelertijden door de Fransse troupen is wegh-ghehaelt ghedevasteert ende geconsumeert allen het ghewas soo van cooren, haver ende gerst respective binnen des selvighen Dorps BAKEL, als zijnde mede van de naeste dorpen van ARLE ende RIXTEL over malcanderen palende, soo dat bij de inghesetenen van haeren vruchten weynich is gheprofiteert soo van dit ider door de voorz. troupen als verleden jaere door de troupen voorschr. sijn hoochsten Prince van TUREND tot BEECK gecompareert gheweest hebbende, als wanneer door de voorschreven troupen oock eenighe huysen sijn verbrant, dat oock noch op den sevende dach van de maent Augusto voorschr. sijnde gheweest op eenen Maendagh daeghs voor het vertreck van het selve legher van Sijne Hoogheyt den Prince van CONDE voorschr. door der selven troupen is wegh ghehaelt alhier het cooren, haver, ende garst, mitsgaders veele huysen hebben gheplundert bisten <= beesten> en andere derghelicke ........ goet ontstocken, gheslaghen ende alles uyt gheplundert niet teghenstaende het selvs cooren, haver ende garst, mitsgaders bisten ende andere sluytende heeten, oock de huysen waeren staende ende rust ende inde protexie ende behoudt van den houwzaerder en dienvolghende de plaetsen met ghenoeghsame met behoorlicken argvaringe ende slaghboomen was voorsien redenen van welwetenschap sij deponenten allegerende, dat sij ten tijden vant voornoemde Campement van Sijne Hoogheyt den Prince van CONDE, met hun cooren, meubelen, bestialen als andersints inden voornoemde Dorpe van BAKEL, inde van de sauvegaerde <= bescherming; (v.Emst.)> sijn ghevlucht gheweest, ende haer deponenten goederen, vruchten ende ghelijck als voorschr. oock aldoer is ontnomen, ende oversulcx het selve voorschr. soo ghelijck voorschr. staet fiss ende weten gheschieden ende in waren oirst soo hebben wij Schepenen bovenghenoemt onsen ghemeynen Schependomps zegel hier onder op 't spatium ghedruckt, ende tot meerder conformatio de minute deses van de deponenten doen ondertekenen ende van onsen gheswooren Substituyt Secretaris doen bekrachtighen. Actum DEURNE den 15e daegh van September Anno 1673.
De Schepenen van DEURNE.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1667, folio 88 t/m 89v.
d.d. 30-11-1673.
Sr. DANIEL MACKALLEN Stadthouder des quariere van PEELANT inne de naeme ende gemachticht tot het navolgende van NICOLAAS van NEERVEEN President en Kerkmeester, MATTHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, MARCELIS GERARTS van de LAER, PETER AERT STERCKEN, RIJNDER PETER CLUYTMANS, HUYBERT JAN WILBERTS, JOOST JAN BANCKEN, Schepenen, HENDRICK GOORTS en de ANDRIES ANSEMS, Borgemeesters, PEETER THEUNIS CRUYSES en de JAN PEETER AERTS, Armenmeesters, JAN PETER MASBROEX en de JAN HENDRIX de BRUYN, Peelmeesters, alle regeerders des dorps van BAECKEL, mitsgaders AMBROSIUS van VIRMONT, ADRIAEN WANTEN, AERT LEYTEN, HENRICK PETER SCHEPERS, JAN JANSSE HOBERGH, MATTHIJS WILLEM HERMENS, HERMEN WILLEMS, JAN MICHIEL HEESMANS, HUYBERT THIJS THOMAS, AERT JOOSTEN, TEUNIS JAN WILBORTS, HERMEN CEELEN, WILLEM JAN CEELEN, JOHAN van den BERGH, HERMEN JOOST TIJSSEN, MARTEN JAN JOOSTEN, JAN MARTENS, WILBERT HENRICK WELTEN, CORST ARIENS, PETER JAN WILBORTS, JAN JOCHEMS, JAN TONIS, LAMBERT TEUNIS, JAN TEUNIS, CLAES JAN NOYEN, TEUNIS JOOSTEN, TEUNIS JOOST CORSTEN, MARTTEN RIJNDERS, JOOST JAN WILLEMS, WIJNANT MEULESTEEN, DANIEL VERHAEGH, JAN PETER AERT STERCKEN, JAN JOOST BANCKERS, alle geerfde en de meest gequalificeerde des dorps van BAKEL. Inne procuratie onder des voorschreven Dorps segel en de signature hunder substituyt Secretaris gedepecheert wesende de dato den 7e deser lopende maent, en de uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven en de verclaert heeft gelooft super ora et hua dictorium constituanuum sudiosis im da devruaren, Juffr. JOHANNA van den BERGH wed. WANTZ super ora et hua oock indivis im, de Hoogh Ed: GeborenSr. FREDERICK HENDRICK SWEERTS de somme van twee duysent Car: gulden tot XX stuyvers goet ganghbaar gelt elke gulden gereeckent met des intress tegens ses ende een quart op des 20 November des toecomende jaers 1674, te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij ut supra te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenseggen in rechten ofte daer buyten overmits d'oprechte deughdelijckheyt deser schult is spruytende van gelde ende welgetelde penningen bij de voorschreven MACKALLEN tot behoef van de gemeente van BAKEL uyt handen vande voorschreven Heer Secretaris gehadt ende ontfangen, geloovende deselven dat verclaerde ende bekende mits desen. Ende ofte gebeurde dat de voorschreven somme ten voorschreven dage niet en wierden gerestitueert soo geloven deselve alnoch ende eerste gelover uyt crachte ende machte als voor op verbant als voor tot deffectuele afflossinge toe.
Testes HANS Heer van NULANT ende SYBURGH.
Datum 30 9bris 1673.
Bakel 1674.
Bossche Prothocollen, inv.nr. 1812, folio 111verso.
d.d. 17-01-1674.
JOHAN van CAMPHEN als last ende vonnisse geobtineert hebbende voor Joncker LAMBERT BECX is in dier qualiteijt bij den selve vonnisse van Mijn Heeren Schepenen deser Stadt van de dato den 8e Meert 1672 opten 17e Januari 1674 gericht geweest deselver ledich liggende huys, hoff, met ackerlant aenliggende, groot tesamen vijff Loopensaeten gelegen tot BAECKEL op GROOTEL neffens erve JANS de BERCKER aen beijde sijde ende metten eenen eijnde, ende met den anderen eijnde op erve der Kinderen van GOIJAERT WILLEM JEGERS.
Item van ende uit een stuck ackerlants gelegen als boven neffens die gemeijnte van AERLEBEECK aen d'een sijde ende neffens erve der erffgenaemen GOYAERT WILLEM JEGERS aen d'ander sijden streckende van de gemeijnte van BEECK tot op erve JAN LEENAERTS van DINTER.
Item van ende uit een stuck ackerlants en hoijlant groot tesamen vijff Loopensaeten gelegen als boven neffens erven der Kinderen GOIJAERT WILLEM JEGERS aen bijde zijde, ende metten eenen eijnde, ende metten anderen eijnde op erve JAN de BERCKER.
Item van ende uit een hoijveltien gelegen als boven neffens erve des H.Geest alhier aen d'een sijde ende neffens erve JANS HERMANS aen d'ander sijde streckende voor van erven des Kinderen GOIJAERTS WILLEMS JEGERS tot op erve des H.Geest van HELMONT. Overmits gebreck van betalinghe van eenen jaerlicken ende erffelicken Chijns van vijffendertich Caroli gulden tot XX stuyvers goet ganckbaers gelts ijdere gulden gereeckent te betaelen alle jaer erffelijck op den negen en twintichsten Meert aen en binnen dese Stadt vrij naer inhoudt vande Constitutiebrieff te leveren, welcken voorschreven chijns JAN JAN THEUWEN woonende tot BAECKEL hadden erffelijck vercocht JOHAN van der MEULEN Secretaris deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE ten behoeven van Joncker LAMBERTUS BECX van ende uit s'geens voorschreven staet. Pro ut in Littris de dato den XXe Februari XVIc drieentsestich. // Ende heeft op gedraegen PIETER van BREE die geroepen heeft eerst werft, tweede werft, ende derde werft, ende vercocht.
Die geboden heeft.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1630, folio 125v - 127.
d.d. 19-01-1674.
NICOLAES van NEERVEN president des Dorps van BAECKEL en DANIEL MAKKALLA de JONGE Drossard van BEEQ inder naeme ende in gerechtichde over naervolgende is van NICOLAES van NEERVEN President en kerckmeester, MATHIJS WILLEMSEN vanden KERCKHOF, PETER JAN STERCKEN, REYNDER JAN CLUYTMANS, borgemeester, JAN van NEERVEN, JOOST JAN BANCKERS ende HENRICK WILLEMS, Schepenen, MATHIJS WILLEM HERMANS en GIJSBERT MEEUS, borgemeesters, CONRAET JAN MASBROEX ende JAN HENRIXE de BRUYN, Peelmeesters, JAN THEUNIS CRUYSEN ende JAN BANCKERS Armemeesters inden dorpe van BAECKEL mitsgaders ARIAEN WERTS, JOHAN vanden BIES, JAN de SMIT, HERMAN COLEN, WILLEM JAN COLEN, JAN JANSEN HOBERGEN ende TEUNIS JAN WILBORTS, HENRICK GOORTS ende ANDRIES ANCEMS, JAN JOOSTEN, GERARD CELEN, JAN GIELENS HEESMANS, WEYNANT MARTENS, GERARD GERARD BROECX, JAN BERTENS, JAN WILLEMS ende JAN JOCHUMS alle geerfde en gegoede burgers der voorschreven dorpe ende Heerlijckheyt inne procuratie brieven desselfs dorpe ende der gemeynen Schependoms zegel van die daer op gedruct ende signature des secretaris aldaer geexpedieert de date den XXIIJ Juny nu loopende maent ende uit crachte der machte de voorzegde geauthoriseerde bij {: ............} gegeven ende verleent hebben mits desen geloeft op verbant van der gemeyne en der Constituanten personen ende goederen en bescheyden ende een voor allen penningen ende toecomende Dominee JEZES TERGUN predicant tot ROSMAELEN de somme van seshondert Car:gulden tot XX stuyver goets permissie gelts elcken gld. gereckent. Item intrest van ........ ses ten hondert van heden dato deses over een jaer te voldoen en te betalen mede binnen dese Steden vrij van alle lasten egeene uytgescheyden te leveren vande ........ oft ooc ........... .. .... oft daer buyten overmits d'oprechte .............. desen schrifture als procederende van goede ende welgestelde personen beyden voornoemde gemechtichde gesworen tot behoeff vande voornoemde dorpe en Heerlijcheyt te worden tot betaelinge des comptoir Haere Ho. Mo. ... (tevens bij egarntie worden aengenomen van de voorschreven Dominee TERGUN gehadt ende onrtfangen is deselve gedaen dat verclaerden ende beleden ons deser, ende in cas de somme van seshondert gl. ten voorschreven daege niet waren geconstitueert is gelevert de voornoemde ........ als oock op verbant als voor daer van intrest als voor te betalen tot de openstaende voldoeninge toe. Testis TESPELON en GRAVESANDE datum den XXIX January 1674.
Marge!
Bij quitantie van JOHAN TERREGUN in dato den 8 July 1680 gestelt op den uyt gemaeckten brieff is gebleecken dat de neffenstaende somme aen hem was afgeleyt hen aen gecomen en doode van de Heer ISAAC TERRAGUN ende consenteerde so oversulcx inde aflatende deses briefs ...... 8 Juny 1680.
van der MEULEN.
De voorschreven NICOLAES van NEERVEN en DANIEL MAKALLE ieder namens en gemechticht als voor hebben alnoch gelooft op verbont als voor mij ten behoeff van ISABELLA van KESSEL de somme van vijffhondert Car. gld. tot XX stuyvers als voor mette intrest als vore van een jaer als voor te betaelen te leveren en ter saecke als voor [pro Actum ed fam. voorschr:.
Testis ....... en GRAVEZANDE datum den XXIX Juny 1674.
Marge!
Jonckvrouwe ELISABETH van KESSEL als een der dochteren van Jonckvrouwe ISABELLA van KESSEL ende mett deselven haer fort en sterck maeckende voor haere vijff susters ende broeder. Eerst alsoo opentlijck bekent ende beleden dat HERMAN [JEUCKEN octroyen] .......... ende JAN van HOUTS Borgemeesteren des Dorps van BAECKEL [gestopt, zeer slecht leesbaar].
De voorsegde DANIEL MACKALLE inder [aanvange gemechtigte officier] NICOLAES van NEERVEN President de Dorpe van BAECKEL van alle de voorschreven inde voornoemde procuratiebrieven tot cracht der macht hem neffens den voornoemde NICOLAES van NEERVEN daer bij ( so blijckende ) gegeven ende vertoont ende metten deselven MACKALLE in sijn eygen qualiteit de rato caverende aengaende den voorschreven NICOLAES van NEERVEN heeft mits desen gelooft [Super omnia ut super] aengaende de ....... ende andersits op verbant van de voorschreven gemeyne ende den Constituante goederen erffenissen onverscheyden ende een voor al present ende toecomende den Hoogh.Ed.Geboren Heere FREDERICK HENRICK ZWEERTS de dese Stadt de somme van negenhondert Car.gld. in specie van patacons oft ducaten van heden date deser over een jaer metten intrest van dien tegens de penningen sestien te voldoen en te betaelen ende leveren dese Stadt vrij van alle lasten egeene uytgescheyden te leveren ende voorts al [...............................] hebbende mede Schepenen en Borgemeestes ADRIAEN AERTS - STERCKEN inden rechten alhier mede Compareerden gelooft [...........] van de voornoemde NICOLAES van NEERVEN metten eersten tot [.........] Testes [.......] GRAVEZANDE datum en XI July 1674.
Marge!
Bij quitantie van den Heere FREDERICK HENDRICK ZWEERTS ende Landrost gestelt in margine van den uytgemaechtigende brieff wesende van dato ondergeschreven is alhier ter secretarye gebleecken dat de Regenten van BAECKEL aen sijnen handen hebben gelost en gequijten de nevenstaende somme van negenhondert guld [ Consente....] de oversulken in de cassatie [.....] Actum den derden Febr. Seventien hondert en seven.
Want die aldus geschiet is als inde voorschreven drie [locstaechtaar]? volgende contracten geschreven staet so is gestaen voor Schepenen ondergenoemt de voornoemde DANIEL MACKARLEN in qualiteit gemechticht en caverende als voor ende heeft gecost op verbant als voorders den anderen vande voornoemde Constituanten ende sullen indemneren cost ende schadeloos houden van Mercktheere tot crachte vande voorschreven onversheyden gecochte d'een off den andere van de selve Constituanten souden comen ....... overmits desen ten behoeff van de voors: dorpe sijn opgenomen ende ge..logeert so sij verclaerde.
Testis de datum ut Supra.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 27-01-1674.
In den Naem Onse Heeren Jesu Christi Amen.
Bij den inhouden van desen tegenswoordigen Openbaeren Instrumente van testamenthe sij kennelijcken eenen iegelicken dat in den jaere des selfs Ons Heeren 1674 op den 27 Januarij compareerden voor mij NICOLAES van NEERVEN, sub Secretaris ende de Schepenen naergenoempt den Eerbaeren persoon HUIJBERT THONIS GOORTS gaende ende staende ende sijn verstant wel machtig sijnde gelick wel t’gene ende bleke die hem aenschouden ende sijnen merckende de brosheijt der mensselicker natuere datter niet sekerder en is als de doot ende niet onsekerder als die verre der selver doot ende daer omme wel bedacht sijnde onbedungen ende onderlijt van iemanden in eeniger manieren soo hij verclaerde, heeft gemackt ende gesloten maecken ende sluijten bij desen sijnen uitersten wille ende testament inder besten forme voegen hier naer beschreven weder roepende doot ende te niet doende alle voorgaende testamenten cottecille giftigen ofte makkingen soo daer eenige mochten wesen wilt ende begeert hij testateur wettelicken dat dit sijn testament sal plaets grijpen ende effect sorteren ende van werden sal woorden gehoude t’sij bij forme van testamente cotecille gifte ofte makkingen die men heeft ofte andersins soo iemants testament werde geestelcke ende wertelicke rechten alder best van werden sijn mach niet tegenstaende ende iegelicke punckten ende solimpiteijten van rechten hier inne gerequereert niet alnoch volcomelick geobserveert off onderhouden en waeren niet tegenstaende dat eenige steden ofte stadttuyten ofte lantrechten soo verte die desen sijnen testament gedorigeert hebben ende dorigeeren mits desen.
Inden iersten mackt hij testateur sijne siele soo geringe als sij uijt sijn sterflick lichaem te schijden sal sijnen Goodt Almachtich met het hemelsche geselschappe ende sijn doode lichaem der bequame begrafenisse comende voorts tot sijne tijtelicke goederen hem van Goodt Almachtich op deser werelt veleent in den iersten maeckt hij testateur aen LIJSKEN PETERS THONIS sijns broeders dochter sijn huijs met alle het lant en heijvelt en weijde alles gelick PETER THONIS dat tegenswoordich in sijn gebruijck is hebbende met het hout dat op het selve goet is staende maekt alnoch aen de selve LIJSKEN ende HEIJLKEN alle sijn gerede muebbelen soo bedde en
bult < = matras van stro > en alle gerede penningen ende obligatien en pot en ketel voorts alles wat hij van gerede goederen is hebbende geen van dien uijtgescheijden.
Item maekt alsnoch aen HEIJLKEN PETER THONIS dochter het huijs met alle sijn toebehoorten gecomen van GIELEN WILLEMS van den KERCKHOFF soo lant en weijde geen van dien uijtgescheijden, maekt alnoch aen de selve HEIJLKEN PETER THONIS dochter sijn hoijvelt gelegen in de BAKELSE BEMDEN gelijck hij dat in cope vercregen heeft van NICOLAES van NEERVEN, het welck tegenwoordich in sijn gebruijck is hebbende JAN POULUS sijnen swager.
Item maekt alnoch aen HEIJLKEN MAERCELIS VERHAGH dochter verweckt bij GERTKEN THONIS GOORTS des testateurs susters dochter het huijs met alle sijn toebehoorten, soo hout als andersins soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is, gecocht van NICOLAES van NEERVENS. Maekt alnoch aen de selve HEIJLKEN een weijveldeken geheten DE LEEGH NAELDEN gelijck JAN POULUS dat tegenwoordich in sijn gebruijck is hebbende mits nochtans onder sprocken dat den genen die int huijs daer PETER THONIS in woont dat dien altijt gehouden willen sijn daer door te mogen vaeren ende drieven sonder tegen seggen van iemanden.
Item is wel expresselick onder sprocken dat PETER THONIS ende GOORTKEN des testateurs broeder ende suster alle dese voorschr. goederen sullen mogen besitten ende gebruijcken in tochten hun leven lanck.
Item maekt hij testateur aen ALKEN sijn susters dochter eens de somme van thien gulden ende aen het kint van THONIS JAN WILBERS verweckt bij HEIJLKEN sijn susters dochter eens de somme van vijff gulden ende dese 10 en 5 gulden beijde te ontfangen naer den doot van den testateur ende niet eer. Noch maekt hij testateur aen den Aermen van BAKEL eens de somme van vijffentwintich gulden, dico 25 gulden maekt. Ook van gelicke aen de Kercke van BAKEL eens de somme van 25 gulden alles te ontfangen naer doot ende aflivicheijt van den testateur.
Item wilt ende begeert hij testateur oft gebuerden dat GIELEN des testateurs broeder metter woon hier quam wonen dat die gene die hij dit sijn goet heeft gemaekt GIELEN sullen onderhouden in cost ende dranck want dat hij tot aerm moede is comende dat hij sijnen cost niet en kan gewinnen ende dat ieder die hij sijn goet hier in dit testament is makende malcanderen den voors. GIELEN sijn broeder sullen helpen onderhouden en oft gebuerden dat daer iemant waere ende ende van voorschr. GIELEN niet en wilden helpen onderhouden dat den Heer hem op den onwilligens goet sal bestellen sonder tegenseggen van den onwilligen.
Item wilt hij testateur dat dit sijn testament sal plaets gripen ende effect sorteren ende in alle de punkten ende articulen sal onderhouden voor achtervolgt woorden ten allen dagen. Reserverende hij testateur niet te min sijn wederroepen verminderen, vermeerderen soo dicwils als het hem gelieven sal begerende hij testateur van mij NICOLAES van NEERVEN sub secretaris gemaekt te woorden instrument van testament een ofte meer inder beste forme.
Aldus gedaen ende gepasseert ten overstaen van NICOLAES van NEERVEN ende MARCELIS GERAERTS bijde Schepenen van BAKEL die hier toe sonderlinge geroepen ende gebeden die dit testament benefen den testateur ten protocolle hebben ondertekent op datum als boven maekt hij testateur de gene hier boven die hij testateur hijer sijn goet heeft gemaekt terstont meester ieder van sijn paert hierinne geroert.
Actum als boven.
Dit merk A heeft geset HUIJBERT THONIS GOORTS verclaerende anders niet te connen schrijven.
NICOLAES van NEERVENSS.
MARCELIS GERARDTS van de SANDE.
NICOLAES van NEERVENSS, sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 07-03-1674.
Dat voor ons gecomen is HERMAN WILLEMS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgeven aen DRIES JAN GOORTS een stucken lants gelegen tot BAKEL ontrent HET KERKEIJNT met beijde de seijden benefen erve de Kinder JOOST WILLEM HERMANS schietende van eenen gemeijnen wech op erve HERMAN WILLEMS voors. vercoopere het selve los ende vrij uijtgescheijden Dorps comme rende lasten, mits nochtans ondersprocken dat sij coper ende vercoper nu en altijt eenen wech sullen moeten laten liggen, daer sij beijde over sullen mogen vaeren ende driven en sonder tegenseggen gelovende hij vercoper het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulick ende altijt te houden voor goet vast stedich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS vercoopere.
Actum den 7 Meert 1674.
NICOLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1667, folio 151 t/m 153.
d.d. 10-03-1674.
De Heer JOHAN van BERGHE inwoonder tot BAECKEL inne de naeme ende gemechticht tot het navolgende van NICOLAES van NEERVEEN, MATTHIJS WILLEMS van den KERCKHOFF, REYNDER PETER CLUYTMANS, PETER AERT STERCKEN, JOOST JAN LAMBERTS, HUYBERT JANSSE van NEERVEN en de HERMEN WILLEMS Schepenen, HENDRIK GOORTS ende ANDRIES ANSEMS Borgemeesters, JAN MAESBROEX ende JAN HENDRIX de BRUYN Peelmeesters, PETER THEUNIS CRUYSES en de JAN PETER AERTS H.Geestmeesters, mitsgaders de Hoogh Ed:Geb: Heer AMBROSIUS Baron van VIRMONT Duyts Ordens Ridder en de Commandeur tot GEMERT, ROGIER van BROECKHOVEN Heere van MELIS, DANIEL van der MEULEN, ADRIAEN WANTS, AERT LEYTEN, JOHAN van den BERGH, THIJS WILLEM HERMENS, JAN GIELENS, AERT JOOSTEN, HERMEN CELEN, JAN JANSSE HOBERGEN, WILLEM JAN CELEN, THEUNIS JAN WILBORTS, JOOST JAN WILLEMS, JAN JOOST BANCKERTS, THEUNIS JOOSTEN van NEERVEN, PETER RIJNSEN [of HIJNSEN], JAN DECKERS en de JAN de SMIT, inwoonderen en de meestgeerffde des dorps BAECKEL. Inne procuratie onder des voorschr. dorps zegel en de signature hunder subst: Secretaris gedepecheert wesende de dato den derde deser lopende maent Meert. Ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent, heeft mits deses gelooft de Heer JOHAN van BEUGEN inwoonende borger ende coopman binnen dese Stadt de somme van tweeduysent Car: gld. tot xxtich stuyver goet ganghbaer gelt elcke gld. gereeckent met den intrest tegens ses gld. van heden dato deses over een jaer te voldoen en te betalen, ende binnen dese Stadt vrij ut Supra te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenichlijck tegenseggen in rechten ofte daer buyten, over mits d'oprechte deughdelijckheyt deser schult is spruytende van goede en welgetelde penningen bij de volmachtichde uyt handen van de voorschr. van BEUGEN tot behoeff van het voorschr. dorp gehadt en de ontfangen gelijck deselven dat verclaerde en de bekende mits deses. En ofte het gebeurde dat de voorschr. somme met believe van de voorschr. van BEUGEN ten voorschreven dage niet en wierde gerestitueert, soo gelooft deselve alnoch in de naeme als voor daer van intrest te geven als voor tot d'effectuele afflossinge toe, tot naecominge vant'gene voorschreven heeft den voorschrevene geloover uyt crachte sijnder voorschreven gegeven machten verbonden alle de voorn. Constituanten personen ende inwoonders goederen hebbende en de vercrijgende alle indivisim (= persoonlijk en onverdeeld), renuntieren tot dies aende Exceptien en de beneficien ordinis divisionis et excussionis deselve oock mede subjecterende aen de indicature van de Ed:Rade van BRABANT om alle deselve oft een voor al als voor aldaar voluntairlijck en de sonder eenige oppositie in recht ofte daer buyten tot betaelinge en de restitutie vant'geene voorschreven is te doen en te laten condemneren bij soodaenige procureurs als den voornoemde Heer van BEUGEN sal gelieven te versoecken, gelijck de voorschreven Constituanten in hunne voorschreven procuratie hebben verclaert. Testes THIENEN en GRAVESANDE.
Datum X Meert 1674.
! In de marge !
WILLEM ROELS gesworen clerq deser stadts secretareye heeft vertoont eene quitantie luydende als volgt: "Ik ondergeschreven bekenne dat de Regenten van BAKEL aan mijnen handen hebben betaalt de somme van vierhondert sestien guldens agtien stuyvers en elff penningen tot voldoeninge van Een capitaal van twee duysent guldens (waar op in den jare 1760 en 1761 is gelost geworden Eenduysent vijffhondert drieentaghentig gulden eene stuyver en vijff penningen) staande ten lasten van 't vorenstaande Corpus, bij hetselven opgenomen van JOHAN van BEUGEN volgens obligatie van den tiende Maart 1600 vierenseventig ten comptoire der Beede geregistreert en getekent N.11. Consenteerende dien volgens in de cassatie van deselve obligatie ten prothocolle. Actum S'BOSCH den vier en twintigsten Maart 1700 drie en sestig.
Was getekent SIMON van der PUTTEN c.s.
Ende heeft voornoemde ROELS comparerende verklaart dat de voorstaande ondertekening is het eygenhandig schrift en ondertekening van SIMON van der PUTTEN inwoonende burger alhier. Overgegeven den uytgemaakten brief en in de losseringe alhier geconstitueert. Testes ut Supra. Datum vijfentwintigste Maart 1700 drieensestig.
W.ROELS.
van TEYLINGEN
D.D. KEMPENAER.
Mij Present
BASTIDE.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 06-04-1674.
Dat voor ons gecomen is MATHIJS JANSSEN de BERCKER in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgeven aen HILEKEN Weduwe JAN PETER NOIJEN sijn goet ende erfgenisse gelegen tot BAKEL ter stede geheten AEN HET OVERSCHOT.
Ierstelicken een stuck erfnisse met de huijsplaets met de driesse daer aen gelegen met d’een seijde benefen erve Weduwe JAN NOIJEN coperse ende CORST ANSSEMS met meer anderen, met d’aner seijde benefen erve Weduwe CEEL HERMANS schietende vande gemeijnte van BAKEL op erve HANRICK HEIJNTKENS met meer anderen.
Noch een stuck lants geheten HET STREPKEN met d’een seijde benefen erve Weduwe CEEL HERMANS, d’ander seijde benefen erve Weduwe PETER CEELEN schietende van de geminckte van BAKEL op een gemeijn Beke.
Noch een stuck lants geheten DEN BECK AEKEL met d’een seijde benefen een gemeijn een gemeijn Beke, d’ander seijde benefen eenen gemeijnen wech, schietende van erve HERMAN WILLEMS op erve MARTEN JAN JOOSTEN.
Noch een stuck lants geheten HET DUIJFEN STUCK met een seijde benefen eenen gemeijnen wech, d’ander seijde benefen erve den H. Geest van HELMONT schietende van eenen gemeijn wech op erve den H. Geest van HELMONT, het selve los ende vrij uijtgescheijden den chijns vanden gronde aen het boek van HELMONT ses stuijvers een ort ende aen het boek van ACHTERNAKEN eenen ouden groten.
Voorts los ende vrij uijtgescheijden Dorps comme rende lopende lasten daer op sijnde ofte op comende.
Gelovende hij vercoper het selve vercopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste testis Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 6 April 1674.
Oft gebuerden dat meer chijns ofte pagten in woorden bevonden als voorschr. staet sal den vercoper goet doen den chijns naer chijns recht ende de Renthe naer Renthe recht.
Den coop is 400.==
NICOLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1666, folio 194 t/m 195.
d.d. 24-04-1674.
Heer DANIEL MALEKAELE Drossard tot BEECK inne de naeme der gemachticht tot het navolgende van NICOLAES van NEER VEEN President ende Kerkmeesters MATTHIJS WILLEMS van de KERCKHOFF, PETER AERTH STERCKEN, RIJNDER PETER CLUYTMANS, HUYBERT JANSSE, JOOST JAN BANCKERS Schepenen, HENDRIK GOORTS en ANDRIES ANSEMS Borgemeesters, JAN PETER MASBROEX en JAN HENDRICKS de BRUYN Peelmeesters, PETER THEUNIS CRUYSEN en JAN PETER AERTS Armmeesters alle des dorps van BAECKEL, mitsgaders JOHAN van den BERGHE, HERMEN CEELEN, WILLEM JAN CEELEN, JAN JANSSENS HOBERGHEN, TEUNIS JAN WILBORTS, JOOST JAN WILLEMS, AERT JOOSTEN, MATTHIJS WILLEM HERMENS, JAN MICHIEL HEESMANS, en HERMEN WILLEMS als geërfddens en gegoeyde binnen den voorn: dorpe en Heerlijkheyd van BAECKEL inne procuratie opden het voorschr: dorps zegel en signature hunder substitutie brieven gedepecheert wesende de dato 20 Februay 1674 en uyt crachte der machte henne daer bij soo blijckende was gegeven en verleent promisit super ou et hua dictorum constituantum jadidiviun de Heer HENDRICK van WINTEROY tot behoeve van de Heer Capitain FLORIS van WINTEROY de somme van twee duysent Car: guld: tot XX struyvers goet gangbaer gelt elke gld. gereekent met den intrest tegens vijff vant hondert van heden dato deses over een jaer te voldoen en te betalen en binnen dese Stadt vrij ut supra te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenseggen in recht en ofte daerbuyten overmits d'oprechte deuchdelijkheyt deser schult is spruytende van goede en welgetelde penningen bij de voors: gevolmachtichde uyt handen van voors: FLORIS van WINTEROY tot behoeve van het voorschr: dorp gehadt en ontfangen, gelijck deselver dat verclaerde en bekende, mits deses.
En offte het gebeurde dat de voorschr: somme ter voorschr: dage niet en worde gerestitueert, soo gelooft deselve alnoch uyt cracht en de macht als voor, en de op verbant als voor daer nog intrest te geven als voor tot d'effectuele afflossinge toe.
Testes TEMPELAERS et Secrets. datum 24 April 1674.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 01-05-1674.
Dat voor ons gecomen is THONIS JOOST CORSTEN in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen een jaerlickse ende erforttje renthe van 8 gulden 15 stuijvers jaerlicx vervallende ten allen jaere op Onser Vrouen Lichtmisdag waer van den iersten pacht vervallen ende verschijnen sal den 2 dach Februarij wesende Lichtmisdach 1675 ende dat uijt huijs ende hoff gelegen tot MILHESE onder BAKEL in DEN BANCKERT met d’een seijde benefen erfnisse MARTEN REIJNDERS met meer anderen, d’ander seijde benefen de geminckte van BAKEL schietende van erve THONIS THOMAS op erve THONIS JOOSTEN, het selve los ende vreij uijtgescheijden 4.2 chijns aen het chijnsboeck van MILHESE. Voorts vrij uijtgescheijden Dorps commer ende lasten.
Gelovende hij vercoper dese renthe altijt wel duechdelijck te houden welcke renthe is hergecomen van den vercoop van JOOST CORSTEN goet de Kinder THOMAS JOOST CORSTEN goet aen gestrorven naer de doodt van THOMAS JOOST CORSTEN welcke renthe sal de Weduwe van THOMAS JOOST CORSTEN trecken ter tocht en om dat sij de Kinder opvoet ende dat soo lange als de Kinder tot staet gecomen sijn ende de Kinder ten erfrecht welcke renthe THOMAS voorschr. sal mogen lossen alle jaer mits betalende alle vervallen pachten ende de mommers sullen dese renthe ook mogen eijssen het capitael betalende met eens 175 gulden mits een half jaer daer te vorens op te seggen gelovende het selve te houde voor goet vast stadich van werden onder verbant als naer rechten.
Actum den 1 Meij 1674 testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
Bron als boven.
d.d. 01-05-1674.
Dat voor ons gecomen is THONIS JOOST CORSTEN in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wetteleken op gedragen ende overgegeven aen JAN JOOST CORSTEN cum suis als mommeren voor de onmondige kinderen THOMAS JOOST CORSTEN ende ten behoeve van de selve kinderen THOMAS JOOSTEN CORSTEN voorschr. ende een renthe van 8 = dat een huijs ende hoff gelegen tot MILHESE onder BAKEL ter stede geheten IN DEN BANCKERT met d’een seijde benefen erve MARTEN REIJNDERS met meer andere, d’ander seijde benefen de geminckte van BAKEL schietende van erve THONIS THOMAS op erve THONIS JOOST CORSTEN als sij seijden het selve los en vrij uyt gescheijden 4 stuijvers grontchijns aen het boek van MILHESE voorts vrij uyt gescheijden Dorps commer ende lasten. Gelovende het voorshr. overgeven ende opdragen met den vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houde voor goet vast gestadich ende van werden ende de onderpanden altijt daer voor wel deuchdelijck te houden onder verbant ende met Renonciatien als naer Rechten alles sonder aerch off liste dese voorschr. Renthe is hergecomen vanden coop van JOOST CORSTEN goet en is de Kinder naer de doodt van hun vader aen gestorven dese voors. Renthe staet te lossen met eens de somme van 175 gulden en is ondersproken dat de voors. mommers ofte de Kinder dese renthe als sij tot staet gecomen sijn sullen mogen in trecken, mits nogtans ondersproken wie wilt schieten ofte ontfangen ses manden daer te vorens sullen moeten op seggen. Actum den 1 Meij 1674. Testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS..
NICOLAES van NEERVENSS.
Sub. Secretaris.
Op dese Renthe heeft THONIS JOOSTEN geschoten den 10 Meert 1676 door toestaen van de Heeren Schepenen 25 gulden daer JAN THOMAS is borge voor is gebleven. Noch den 10 Meij aen JAN THOMAS getelt op dese Renthe de somme van 25 gulden. Actum den 10 Meij 1677.
NICOLAES van NEERVEN.
! In de marge !
Dese Renthe is gelost ende gequeten de 14 Meert 1680.
NICOLAES van NEERVEN.
Bron als boven.
d.d. 21-07-1674.
Dat voor ons gecomen is MERKEN JOOSTEN van MIELO Weduwe wijlen MIGIEL GOORTS met haer geassesteert JAN JOOSTEN haeren broeder hum voort en sterck makende voor sijne andere suster SEIJKEN ende hebben in dier qualiteyt wel ende wettelicken gesideert ende overgegeven gelijck sij sideren ende overgeven mits desen aen GEERT JAN WILLEMS en BASTIAEN NELIS en THONIS JAN WILLEMS en HEELENA Weduwe wijlen DRIES GOORT DRIESSEN en PERKEN JAN GOORT DRIESSEN haer tochtrecht ende alles wat sij in togten besith wegens MICGIEL GOORT DRIESSEN saliger haeren geweesen man soo in hogen ende in droogen, in diepen in drigen waer het selve ook gelegen soude mogen wesen geen van dien uitgescheijden mits nochtans ondersproken dat die voorschr. GERAERT, BASTIAEN, THONIS, HEELENA, PEERKEN geloven alle de schulden die op het voorschr. goet ende erffenisse staende soo chijnsen, pachten, borgemeesters als andere schulden sullen betalen soo dat de voorschr. MERKEN MIERLO ten eeuwigen dagen met geen schult en sal woorden gequelt van dies wegen gelovende het voorschr. sideeren, overgeven met de vertijdenisse van dien nu ende ten eeuwigen dagen te houden voor goet wel gestadich ende van werden onder verbant ende met Renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Actum den 21 Julij 1674. Testes Schepenen NICOLAES van NEERVEN ende PETER AERT STERCKEN.
NICOLAES van NEERVEN, sub. Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 21-07-1674.
Dat voor ons gecomen sijn THONIS JAN WILBERTS, BASTIAEN NELIS, HELENA DRIES GOORT DRIESSEN, PERKEN Weduwe wijlen JAN GOORT DRIESSEN ende hebben wel ende wettelicken op gedragen, ende overgegeven aen GERAERT JAN WILLEMS alle het gene dat sij hier boven verkregen hebben van MERKEN JOOSTEN. Dat sij in tochten souden hebben mogen besitten met allen sijn appendentien gelijck sij dat vercregen hebben dende hier boven is beschreven mits dat GERAERT gelooft alle de schult betalen dat sij nu ofte ten eeuwigen dagen met geen schult en sullen woorden gemoijt. Gelovende het voorschr. opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant als naer rechten. Testes Schepenen NICLAES NEERVEN ende HERMAN WILLEMS. Actum den 21 Julij 1674. Den coop is 23.
NICLAES NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 21-07-1674.
Op huijden den 21 Julij 1674 soo hebben GERAERT JAN WILLEMS ende BASTIAEN NELIS geschijden ende geschijden, geerfdeijlt gelick sij schijden ende erffdeijlen mits desen hun goet ende erffenisse gelegen tot BAKEL ter stede geheten OP DE SCHOUE.
Item in den iersten te Lote ende te deel gevallen GERAERT JAN WILLEMS het oude huijs met het eusel daer teijnen aen gelegen met deen seijde benefen erve BASTIAEN NELIS mededeijler, d’ander sijde benefen erve JENNEKEN Weduwe WILLEM MAERCELIS VERBERNE, schietende van erve GERAERT HOEBEN op een gemeijn straet. Noch een stuck erffenisse geheten HET KEMPKEN, met d’een seijde ende het een eijnt op ende benefen erve JAN den SMET, d’andere seijde benefen erve BASTIAEN NELIS het een eijnt op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck eckerlants geheten HET NEIJLANT, met d’een seijde benefen erve BASTIAEN NELIS mededeijler d’ander seijde benefen erve JAN den SMET, schietende van eenen gemeijnen wech op erve Weduwe WILLEM MAERCELIS VERBERNE. Noch een stuck lants geheten HET HEFKEN met d’een seijde benefen erve DIRK FRANSSEN, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM MAERCELIS VERBERNE schietende van eenen gemeijnen wech op JAN HANRICK de ……………. Noch een stuck lants geheten DEN LANGEN ACKER met d’een seijde benefen erve MEESTER JANS van VLIERDEN d’ander seijde benefen erve de Kinder WILLEM LENDERTS schietende van erve Weduwe WILLEM VERBERNE op eenen gemeijnen wech. Noch een sille hoijlants met BASTIAENEN te hoijen reijende jaerlicx met WILLEM JAN CEELEN ende de Kinder CORST GOORTS. Noch is ondersproken dat dit deel sal mogen poten op de straet ieder de helft.
Item is ten 2 ten Lote ende te deel gevallen BASTIAEN NELIS het nieu huijs met DEN KAMP daer het selve op is staende met d’een seijde benefen erve JAN den SMET d’ander seijde benefen erve GERAERT JAN WILLEMS mededeijlere het een eijnt op eenen gemeijnen wech, d’ander eijnt op erve Weduwe WILLEM VERBERNE. Noch een eusel gelegen met d’een seijde benefen erve GERAERT JAN WILLEMS, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM VERBERNE schietende van erve GERAERT HOEBEN op erve GERAERT JAN WILLEMS en op sijn selfs. Noch een stuck erfnisse geheten HET KEMPKE met een seijde benefen erve GERAERT JAN WILLEMS, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM VERBERNE, schietende van erve JAN den SMET op een gemeijn straet. Noch een stuck lants geheten HET NEIJLANT met d’een seijde benefen erve GERAERT JAN WILLEMS, d’ander seijde een gemeijn straet schietende van eenen gemeijnen wech op erve Weduwe WILLEM VERBERNE. Noch een stuck lants geheten HET HESKEN met d’een seijde benefen erve Weduwe HANRICK GORTS, d’ander seijde benefen erve DIRCK FRANSSEN, schietende van erve MARGRIET POOLEN op erve FRANS JACOBS. Noch een stuck lants geheten DEN AERLENSEN ACKER, met beijde de seijden benefen erve Weduwe HANRICK GOORTS schietende van erfnisse HET CONVENT van BINDEREN op eenen gemeijnen wech. Noch een Sille hoijlants t’samen te hoijen reijdende jaerlicx met WILLEM JAN CEELEN en CORST GOORTS Kinder alles als sij seijde en is ondersproken dat sij malcanderen moeten wegen int KEMPKEN.
Item is alnoch ondersproken dat sij samen deijleren alle pachten ende chijnsen die met recht uit het selve goet sijn gaende malcanderen sullen helpen dragen ende betalen geloven sij samen dieleren dese deijlinge altijt te houden voor goet vast stedig ende van werden onder verbant ende met renunciaten als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum als boven testes Schepenen NICLAES NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
NICLAES NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 23-07-1674.
Dat voor ons gecomen is MARTEN DIRX in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende overgegeven aen HUIJBERT DIRCX een jaerlicxse ende erfrenthe van thien gulden jaerlicx staende inde goederen toebehoort hebbende JAN THOMAS AERTS gelegen aen HET MATHIJS EIJNDE alles volgens een constuijsitnibrief < constitutiebrief ? > daer van sijnde staende ten Protecolle in dato den 2 Junij 1655. Gelovende het voorschr. vercopen, opdragen en overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonsiatie als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 23 Julij 1674, testes Schepenen NICLAES NEERVEN ende HERMAN WILLEMS. Dese renthe is den voorschr. MARTEN DIRX aengecomen van THONIS DIRX sijnen broeder.
NICLAES NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. tussen 23-07-1674 en 12-09-1674.
Wij Schepenen ondergeschreven tuijgen ende verclaeren mits desen voor de oprechte waerheijt dat voor ons gecompareert ende in eijgene persoon herschenen is LAURIUS JANSSEN, Deecken van de Gilde van Sinte CHATARINA tot HELMONT de welcke als last ende prokeratie hebbende in dato den 4 Januarij 1677 voor den Notaris WITHVELT tot HELMONT gepasseert als ons geblecken is van de samente Gildebroeders van de voorschr. ginde < = Gilde ? > heeft voor oft JOHAN van den ENDE bekent voldaen ende ten vollen vernuecht te sijn van soodanige questie abelgatie van ses vaten roggen jaerlicx als WILLEM SCHATEN ende WILLEM WILLEMS de WITH als mommeren vande Kinderen WILBERT SCHATEN voor den Notaris WITVELT op den …… Junij 1648 ten behoeve van de selve Gilde hebben gelooft uijt sijne goederen gelegen tot BAKEL breder in de selve abelgatie vermelt belovende den selven LAURIUS JANSSEN uijt crachte ende machte hum bij de voorschr. procuratie gegeven het selve voldoen lossen ende quiteren van de voorschr. questiese abelgatie ofte gelofte altijt vast stedich ende van waerden te sullen houden onder verbant van sijnen persoon ende alle sijne goederen hebbende ende vercriegende. Actum ter presentie NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS Schepenen dat dese menute waes ondertekent NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS is ackerderende attesteer ick,
NICLAES NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 12-09-1674.
Dat voor ons gecomen is DRIES JAN GOORTS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht, opgedragen ende overgegeven aen GOORT JAN GOORTS sijnen broeder een huijsken met hoff ende eenich lant daer aen ende bij gehoorende met d’een seijde gelegen benefen erve THONIS JOOSTEN van NEERVEN, d’ander seijde benefen erve HUIJBERT DIRCX schietende van erve PETER AERT STERCKEN op een gemeijn straet. Het selve los ende vrij uijt gescheijden Dorpscommer ende andere Dorps lopende lasten. Gelovende hij vercoopere het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeuwelicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 12 September 1674.
NICLAES van NEERVEN, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 21-09-1674.
Dat voor ons gecomen sijn GERAERT POULUS en AERT POULUS bijde in hunnen vollen bedde, hun fort en sterck makende voor PETER hunnen broeder, absent wesende ende ende GERAERT POULUS ende GERAERT CEELEN als geëde mommeren voor LIJNEKEN POULUS onmondig wesende, altesamen kijnderen ende erfgenamen van POULUS AERTS verweckt bij MARTEKEN GERAERTS ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen DRIES JAN GOORTS een huijs met den hoff daeraen ende bij gelegen met d’een seijde gelegen benefen erve MATHIJS WILLEM HERMENS d’ander seijde benefen een gemeijn straet schietende van erve MATHIJS WILLEM HERMENS op erve d’erve de Kinder MAERCELIS GERAERTS mits dat daer eenen wech moet blijven tussen het huijs de Kijnderen MAERCELIS GERAERTS en het huijs DRIES JAN GOORTS, het selve los ende vrij uijtgescheijden dat den coper daer jaerlicx uijt sal moeten bliven gelden de Kercke van BAKEL alle jaer drie gulden thien stuijvers. Voorts vrij uijt gescheijden Dorps comme rende andere Dorps lopende lasten. Gelovende sijn vercooperen het voorschreven vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeuwelick te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten, alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 21 September 1674. Testes Schepenen NICLAES NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
NICLAES NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 08-12-1674.
Dat voor ons gecomen sijn HERMAN JOOSTEN in sijnen vollen bedde, LAMBERT WOLFFERS in sijnen vollen bedde, JAN JAN GEVEN THOMAS JOSEPS in sijnen vollen bedde, hebben wel ende wettelicken ende erfelicken op gedragen ende overgegeven aen AERT JANSSEN vande ASDONCK een huijs met het aengelach gelegen OP GROTEL onder BAKEL. Noch een stuck lants geheten DE SCHUERSTADT gelegen met d’een seijde benefen erve des copers ende schietende van erve den H. Geest van HELMONT op een steeght. Noch een stuck lants geheten DEN STREP gelegen met een seijde benefen erve JAN LINDERTS, d’ander seijde benefen erve den copers met meer andere. Noch een stuck lants geheten DEN BOGAERT met d’een seijde benefen erve JAN TAMBOERS GOET, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM JOOST LANEN, schietende van erve JAN LENDERTS op erve JAN LENDERTS. Noch een stuck lants geheten HET ACKERVELTKEN gelegen met d’een seijde benefen erve den H. Geest van HELMONT, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM JOOSTEN schietende van eenen gemeijnen pat op erve Weduwe WILLEM JOOSTEN. Noch een weijvelt soo grot als het aldaer gelegen is. Noch een heijvelt soo grot als het aldaer gelegen is. Noch een hoij veldeken soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is.
Item is ondersprocken dat den cooper sal moeten betalen alle uijtgaende pachten ende chijnsen die met recht uijt het voorschr. goet sijn gaende. Gelovende het voors. vercopen opdragen ende overgeven met vertijdenissen van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast stadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 8 December 1674. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bron als boven.
d.d. 08-12-1674.
Dat voor ons gecomen is LAMBERT ARIAENS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht, overgegeven ende opgedragen aen JAN ARIAENS sijnen broeder een Lopensaets lants gelegen tot MILHESE onder BAKEL gelick hij dat in cope gekregen heeft van HANRICK VRINSEN in dato den 17 Meij 1662 gelegen met een seijde benefen erve JAN BASTIAENS, d’ander seijde benefen erve HANRICK VRINSEN vercoopere schietende van erve JAN JOOST CORSTEN ende MAERIJN JOOST VRINSEN op de gemeijn straet. Het selve los ende vrij uijtgescheijden Dorpscommer ende lasten ende verpondingen. Gelovende hij vercoper het selve vercopen, overgeven ende opdragen met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast ende gestadich ende van werden onder verbant ende met reninciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 8 December 1674. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Bakel 1675.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 08-01-1675.
Inden jaere 1642 den 30 Januarij soo hebben wijlen PETER GOORT GERAERTS ende DIRCK GERAERTS van DUERSEN wettige mommeren over de 2 onmondige kinderen van JAN GOORT GERAERTS verweckt bij THONISKEN van DOERNE sijne ierste geweesde huijsvrouwe DIRCK ende PEERKE vercocht sekere huijsinge en erfnisse gelegen tot MILHEES ontrent DEN SCHUTBOOM ten behoeve ende ten profite vande 2 onmondige kinderen ende dat sijnde gedaen in alsulcken forme ende regaerde < = in achtneming > als men onmondig goet behoort te vercopen met dekreet daer over ierst gepasceert van welcke voorschr. vercoope is voort gecomen ende geprofiteert ten behoeve vande voorschr. onmondige de somme van 198 – 15 stuijver alles te sien inden protecolle der Heeren Schepenen van BAKEL in dato den 30 Januarij 1642 welcke voorschr. penningen de mommeren boven genoempt hebben ten behoeve ende profite vande voorschr. onmondige uijtgestelt aen JAN GOORT GEERAERTS des onmondigens vader ende alsoo doen ter tijt geen wettige brieven ofte obelgatien en is gemackt ende het selve wel hadde behoort gedaen te sijn soo bekent ende belijt bij desen JAN GOORT GERAERTS ende MARIJE sijn 2e wettige huijsvrouwe ten versoeke van CLAESKEN Weduwe wijlen PETER GOORT GERAERTS ierste mommere dat sij de boven geschreven somme van penningen ontfangen ende genoten hebben ende de selve alnoch gebruijckende ende besittende tot desen dage toe ende onder hun sijn berustende ende over mits bij gebrecke vrij wettig bescheet vande voorschr. penningen als boven is geseijt ende om dat de …………..van de voors. ……….connen bewijsen waer de voorschr. penningen gebleven ende te vijnden sijn ende dat de onmondige ook niet vercort en mochten woorden soo stellen JAN GOORT GERAERTS ende MARIA sijn wettige huijsvrouwe tot eenen onderpant voor de voorschr. somme van 198 – 15 stuijvers inne huijs met eenen KAMP lant daer aen gelegen inde Juridictie van MILHESE ter plaetschen geheten DE LAEREN d’een seijde benefen erve Weduwe WILLEM GOORT GOSIJNS d’ander seijde een gemeijn straet schietende van erve HANRICK VRINSEN op erve JAN HANRICK ABERHAMS eest als sij seijden ende gelooft JAN GOORTS GERAERTS ende MARIJA sijn huijsvrouw voorschr. het voorseijde onderpant altijt voor de selve penningen wel deughde ende goet genoch te houden ende ter sake van non suffisante voorders alle sijne erflicke ende haffelicke goederen roerende ende onroerende geen van dien uijtgescheijden. Gelovende het voorschr. onderpant te vreijen ende te weren los ende vrij uijtgenomen den chijns vanden gronde in de Boeke van MILHESE ende aen de Kinder THONIS AERT STERCKEN eene jaerlicse ende erflicke renthe van 3 – 15 stuijver staende te lossen met 75 gulden ende Dorpslasten ende andere servituijten van outs gewonlick ende gebruijkelijck. Voorts vrij op verbant ende met renonciatie als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen PETER AERT STERCKEN ende JOOST JAN BANCKERS. Actum den 8 Januarij 1675.
NICLAES van NEERVENSS, Sub Secretaris.
Rechtelijk Archief Tongelre, inv.nr. 64, folio 113.
d.d. 16-01-1675.
Compareerde voor Schepenen der Heerlijckheijdt ende Dinckbancke van TONGELRE EVERTS LENNARTS van de SANDE out ontrent vijftich jaeren ende JAN GERRITS out ontrent 33 jaeren, beijde inwonenders tot BAECKEL sijn ten versuecke van MAIJKEN GERITS Weduwe wijlen WILLEM van ALPEN gearresteert door den Vorster alhier, soo hij voor ons Schepenen heeft verclaert die welcke tuygen ende verclaeren op den Eedt die welcke sij verclaeren altijts sullen doen als sij daertoe sullen versocht worden dat sij beijde goede kennisse sijn hebbende dat de goederen tot BAECKEL geleegen ende door de doodt van JAN SCHATEN aen sijn kijnderen waer van eene was met naeme JENNEKE getrout geweest sijnde met wijlen THOMAS van ALPEN naergelaeten door de vijf kijnderen aen het seste elck haer kijnts gedeelte is vercocht ende op gedraegen volgens transport op den Prothoclle tot BAECKEL inden jaere 1610 gedaen seecker huys, hoff ende aengelagh bestaende in eenen schonen bogaert ende grooten dris daer aen gelegen. Wort inde wandelinge geheten AENDE STRAET, soo landt als groese groot ontrent twintich Lopensaet soo in verscheijde parceltiens gelegen is, welcke goederen gecomen sijn van JENNEKEN WILLEM SCHATEN ende bijde comparante genochsaem bekent, die des noot sijnde genochsaem sullen aenweijsen ende verclaeren alles soo waerachtich te wesen ende eijndende hier mede hunne depsitie ende tot confirmatie bij Schepenen onderteeckent op den 16 Januarij 1675.
CORNELIS SCHATES.
Handtekening niet leesbaar.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 27-02-1675.
Dat voor ons gecomen is MARTEN MARTENS in sijn vollen bedde heeft wel ende wettelicken in beleninge opgedragen ende overgegeven aen WIJNANT MEULENSTENS ende JAN CEEL HOEBEN als mommeren van het onmondig kint van WIJNANT MEULENSTEEN verweckt bij MERKEN dogtere CEEL HOEBEN sijn huijs ofte portie int huijs hoff lant ende erfnisse vreij aen ende bij gehoorende gelegen tot BAKEL aen HET GENENEIJNT ofte elders alles waer den voorschr. MARTEN MARTENS meester af is, wesende alles ten behoeve van het onmondich kint welcke beleninge sal staen ende duren van desen toe comenden Pinsteren over 3 jaeren voor welcke voors. beleninge die voorschr. mommers hebben getelt de somme van 50 gulden welcke voorschr. 50 gulden den voorschr. MARTEN MARTENS gelooft van den ierst comende Pinsteren over 3 jaeren weder om te geven mits alle jaer daer van te geven tot intres - 2-10 stuijvers waer van den iersten pacht vervallen ende verschijnen sal den ierst comende Pinsten 1675 welcke voorschr. 50 gulden den voorschr. MARTEN MARTENS gelooft wederom te geven van desen Pinsteren toecomende over 3 jaeren ende oft gebuerden dat MARTEN voorschr. dese 50 gulden van toecomende Pinsteren over 3 jaeren niet wederom ende geeft soo sal dese beleninge dienen voor transpoort en vest, nu ende ten eeuwigen dagen onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 27 Februarij 1675.
Dese beleleninge is gelost ende gequeten actum den 2 Februarij 1677.
NICLAES van NEERVENSS.
Geextendeert.
Bron als boven.
d.d. 06-03-1675.
Dat voor ons gecomen sijn BERPER JANSSEN ende BEELKEN JANSSEN met hun geassesteert JAN JANSSEN hunnen broeder ende hebben wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven GRITKEN JAN THOMAS Weduwe wijlen PETER STROOMEN hun beijde portie ende lants gedeylent gelegen tot MILHESE onder BAKEL hun aen gecomen bij doot ende aflivicheijt van hun vader ende moeder met alle sijn appendentien ende dependensien daer aen ende bij gehorende egeen van dien uijt gescheijden met sijn behoorlicke ringenoten. Gelovende sij vercooperen het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven met de vertidenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van weerden onder verbant ende met reonciatien als naer rechten, alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 6 Meert 1675. Testes Schepenen, NICLAES van NEERVEN en HERMAN WILLEMS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 06-03-1675.
Op huijden den 6 Meert 1675 soo hebben AERIAEN JAN GEERAERTS voor JENNEKEN sijn dochter als getrout geweest met JAN SCHEPERS ende GRITKEN JAN THOMAS naer gelaten Weduwe wijlen PETER STROOME gescheijden ende geerfdeijlt hun goet ende erfnisse gelegen tot MILHESE onder BAKEL op DEN LAEREN.
Item inden iersten is te lote ende te deel gevallen AERIAEN JAN GEERARTS voor sijn dochter JENNEKEN de schuer met den gront daer de schuer op is staende, met d’een seijde gelegen benefen erve WILLEM van RASVELT Hoog Schoutent der Stadt van
’S-HERTOGENBOSCH d’ander seijde benefen erve GERITKEN naergelaten Weduwe wijlen PETER STROOMEN mededeijlerse schietende van erve WILBERT JAN WILBERTS op eenen gemeijnen wech, noch een stuck lants gelegen met d’een seijde benefen erve GRIETKEN JAN THOMAS Weduwe wijlen PETER STROOMEN schietende van erve DANIEL VERHAEGH op eenen gemeijnen wech. Noch een stuck lants geheten DEN DUIJVEN NEEST met d’een seijde benefen erve JAN GOORT GEERAERTS, d’ander sijde benefen GRITKEN STROOMEN mededeijlerse schietende van erve JAN GOORT GEERARTS op de gemeijn straet. Noch den bogaert en hoeft met d’een seijde benefen erve PETER JAN SCHEPERS, d’ander seijde erve GRITKEN STROOMEN mededeijlerse het een eijnt op de gemeijn straet het ander eijnt op erve PETER JAN SCHEPERS.
Item ten 2 is te lote en te deel gevallen GRITKEN JAN THOMAS Weduwe PETER STROOMEN het woon huijs met den gront daer het huijs op is staende met d’een seijde benefen erve JENNEN AERIAEN d’ander seijde benefen erve PETER JAN SCHEPERS schietende van erve Weduwe AERT HENDERICX op de gemeijn straet. Noch een stuck lants gelegen met d’een seijde benefen erve PETER JAN SCHEPERS d’ander seijde benefen erve JENNEKEN AERIAENS mede deijlerse schietende van erve THONIS JAN THOMAS op de gemeijn straet. Noch een stuck lants geheten den DUIJVEN NEEST met d’een seijde benefen erve JENNEKEN AERIAENS mededeijlerse, d’ander seijde benefen erve AERT van VECGEL schietende van erve Weduwe HANRICK HOEBEN op eenen gemeijnen wech. Noch den bogaert met een hoff met beijde de seijden benefen erve JENNEKEN AERIAENS mededeijlerse schietende van sijns selfs erve op de gemeijn straet alles als sij seijden.
Item alle pachten ende chijnssen die met recht uijt het voorschr. goet sijn gaende sullen sij samen deijleren malcanderen helpen dragen ende betaelen, ieder sijn porsie. Gelovende sij samen deijler dese deijlinge te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN en HERMAN WILLEMS.
De nissen is beschijden half en half.
NICLAES van NEERVEN, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 01-04-1675.
Dat voor ons gecomen is JAN GERART GERAERTS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken in beleninge opgedragen ende overgegeven aen WILBERT HENDERICK WELTEN een wijvelt gelegen tot BAKEL geheten DE OSSEN gelick den voors. JAN GERAERTS dat te Lote ende te deel is gevallen tegens sijne mededeijleren met sijn behoert ringenoten voorts soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is. Voor welcke belening den voorn. WILBERT HENDERICX heeft gestelt ende geschoten aen den voorschr. JAN GERAERTS de somme van twee en dartich gulden en thien stuijvers. Die 32 gulden 10 stuijvers welcke beleninge sal staen ende dueren, 3 naest een volgende jaeren ende oft gebuerden dat den voorschr. JAN GERAERTS van dat mij deses over 3 jaeren dese voorschr. 32 gulden en 10 stuijvers niet wederom en restitueren soo sal dese beleninge dienen voor transport ende veste nu ende ten eeuwigen dagen onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 1e April 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REINDER PETERS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 05- 04-1675.
Op huijden den 5 April 1675 compareerden voor mii Openbaer Notaris ende ter presentie vande getuegen naer genoempt ROBERT vander GRACHT Heere van SWEVEGEM < bij KORTRIJK, Belgie > BALISCOIRT, DADISEL, LIERE < alle gelegen in Vlaanderen > etc. heeft bij maniere van gifte onder dese van de gegeven gecedeert ende getransporteert soo hij doet mits desen aen Joncker JOAN FRANSOIS van der GRACHT sijns Heer comparants < onterf ? > soone de jaeren Lichtmis incomen ende vruchten vande Heerlicheijt van SWEVEGEM de appedentien ende dependentiën van dien.
Item aen Joncker GUILIAM GREGORIE sijns comparants tweeden soone alle de vruchten ende jaerlixse incomsten vande twee Hoeven mette thienden ende toebehoorten genaempt SCHEPSTAL gelegen inde Progie van BAKEL bij HELMONT.
Item aen Joncker GOSEWIJNS PHILIPS sijns comparants jonsten sone alle de incomen ende vruchten vande Heerlicheden BALISCOURT ende LIERE met alle hunne appedentien ende dependentiën ende aen Joncker BARBARA FLORETINA comparantensse ANDEME sijns Heere comparants dochter de vruchten ende incomen van acht bunderen soo bempt als lant genaempt DEN BERGH gelegen onder BONHEIJDEN alles mette de incomen die van de gemelde Heerlickheden ende de voorschr. acht bunderen restpetivelijck op rede verschenen mochten wesen alles ook in conformiteijt ende op den voet van het testament bij hum Heere comparant gemaeckt uijt crachte van octroij verworpen in sijne Majesteits Severeijnen Raede in dato den 13 September 1670 ende met den Last ende conditiën daer inne tot behoeve van sijne andere kinderen begrepen de welcke hun effect ook van nu af sullen moeten nemen. Verclaerende hij Heere comparant aen de gemelde vruchten en incomen geen recnt ofte actie meer te hebben, noch te behoeven in eeniger manieren daer aen op ende gelick renoncierende tot behoeve van sijne voorschr. kinderen op den voet ende metten last als boven ende hier mede compareerde Vrouwe BERBERA vander GRACHT compaigne vanden Heere comparant den welcken de selve hier toe assesteerde ende outoriseerde heeft de voorschr. gifte ende transport inden name ende ten behoeve vande voornoemde haere kinderen respectivelick geaxepteert mits desen constante werende sij compaeranten voorschr. onwederroepelijck sonder deser omme te compaereren voor Heer HOOFF ende HOOFF ende WETH competent ende aldaer de voorschr. gifte ende transport tot behoeve van henne voorschr. kinderen respective in conformiteijt ende op den voet van het voorschr. testament te erkennen ende verniewen met alle gerequreerde spemiteijten ende voorts alles meer etc. Gelovende verbindende uijt in forma.
Actum binnen MECGELEN present Heer ende Mer. JEAN DUCHENE Advocaat ende GREGOR MONSQUE als getuijgen ende is de minute deser bij de comparanten benefens mij Notaris ondertekent Quod attestor en waer ondertekent.
CLAESSENS Notaris
PULLICK.
Bron als boven.
d.d. 23-04-1675.
Dat voor ons gecomen is PETER AERIAEN GRIETEN Weduman met hem geassisteert WILBERT sijnen son ende LIJSKEN sijn dochter ende JAN WILLEMS ende HANDERICK BESTENS sijne twee swagers door den Vorster van HELMONT afgevracht sijnde off sij PETER AERIAENS hunne schoonvader wilden onder houden in cost ende dranck etc. die voor antwoort gaven dat sij hum niet en souden onderhouden ende geven hum de erfgoederen over nu ende ten eeuwigen dagen met alle het gene dat hum toebehoort dat hij daer mede doet dat hij begeert ende doen afstant van alles nu ende ten eeuwigen dagen des toirconde dese gedaen ende getekent op den iersten April 1675 en waes ondertekent MARTEN van HOECK Vorster in HELMONT ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelicken vercocht, opgedragen ende over gegeven aen THONIS JAN WILBERTS een wijveldt geheten DEN BESTERT, met d’een seijde benefen erve THONIS JAN WILBERTS coper, d’ander seijde benefen erve JOOST JAN GOORTS met meer andere schietende van erve JAN JAN WILLEMS op erve GRIET FRANS MARTENS en THONIS JAN JAPPEN als sij seijden het selve los en vrij uijt geschijden Dorps comme rende andere lopende lasten. Gelovende sij vercoperen het voorschr. vercoopen, opdragen ende overgeven met vertijdenissen van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden nu en ten eeuwigen dagen onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte list.
Actum den 23 Aprijl 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS. WILLEN de WITH die een renthe van 200 gulden capitael op alle dit goet heeft concenteert dese stucken van te vercopen uijtgemaeckt 46 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 23-04-1675.
Dat voor ons gecomen sijn den voorschr. PETER AERIAENS ende WILBERT sijnen soon ende LIJN sijn dochter op den selven voet als voor ende hebben wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende over gegeven aen THONIS JAN WILBERTS voorschr. een stuck ackerlants geheten HET HEIJTVELT met d’een seijde gelegen genefen erve Weduwe WILLEM de WITH, d’ander seijde benefen erve Weduwe WILLEM MAERCELIS VERBERNE, schietende van erve THONIS JAN WILBERTS cooper op de gemeijn straet het selve los ende vrij uijtgeschijden Dorps commer ende andere lopende lasten. Gelovende het voorschr. vercopen op dragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 23 Aprijl 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS. WILLEM de WITH die 200 gulden capitael op alle het goet heeft consenteert dese stucken vrij te vercopen.
Den coop is 39 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. ongedateerd.
Dat voor ons gecomen is WILLEM PETERS in sijnen vollen bedde hum fort ende sterck voor maekende voor LIJNEKEN PETERS sijn suster noch onmondich wesende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen CLAES MARTENS ende EEVAERT MARTENS hun portie ende gedelte in het goet ende erfnisse gelick hun dat aen gecomen is van
P.S. zo eindigd abrupt dit document.
Bron als boven.
d.d. 18-05-1675.
Dat voor ons gecomen sijn JAN THONIS LAMBERS ende WOUTER N.N. als man ende mommer van LUIJTKEN dochtere THONIS LAMBERS ende hebben wel ende wettelicke vercocht opgedragen ende overgegeven aen THONIS JOOST CORSTEN hun goet ende porsie dat hun is aen gecomen van WILBERT soone van den Jongen THONIS LAMBERS verweckt bij KOMKEN dochtere WILBERT MATHIJSSEN alles gelick JAN THONIS LAMBERS dat in sijn gebruijck is hebbende gelegen tot MILHESE onder BAKEL ter stede geheten IN DEN BANCKERT met alle sijne appedentien ende dependentiën daer aen ende bij gehoorende soo in hoogen in droogen in diepe vrij alles wat die voorschr. vercooper vanden voorschr. WILBERT is aen gecomen geen van dien uijtgeschijden. Geloovende sij vercoperen het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken te houden voor goet vast gestadich ende van werden het selve los ende vrij uijtgeschijden dat den coper daer jaerlixc uijt sal gelden aen het Convent van BINDEREN 2 gulden. Noch aen de Kerck van HELMONT jaerlicx een half vat roggen ende dat te beraelen soe dat te betaelen staet noch den chijns van den gronde aen het chijnsboek van MILHESE. Voorts vrij uijtgeschijden Dorps comme rende lasten. Gelovende onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 18 Meij 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris,
Bron als boven.
d.d. 13-06-1675.
Dat voor ons gecomen is WILLEM PETERS in sijnen vollen bedde hem fort ende sterck makende voor LIJNEKEN PETERS sijn suster, absent wesende ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen CLAES MARTENS ende aen EVAERT MARTENS hun kints gedeelte ende porsie gelick hun dat aen gecomen ende te deel gevallen is van JAN MARTENS RUTTEN hunnen oom gelegen tot BAKEL ter stede geheten AEN HET GENENEIJNT soo in lant, huijsinge, wijlanden, voorts alles wat hun van JAN MARTENS voorschr. is aen gecomen soo in hoogen, in drogen, in diepen, in drijgen geen van dien uijt geschijden. Gelovende het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien te vrijen ende te weren, mits dat de copers sullen moeten gelden alle pachten ende chijnsen die met recht uijt die voorschr. goederen sijn gaende. Gelovende het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien nu ende ten euwigen dagen te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten, alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende MATHIJS vanden KERCKHOF.
Actum den 13 Junij 1675.
Den coop is 14 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1812, folio 186,
d.d. 25-06-1675.
(Dit document is in totaal 12 pagina's groot).
Alsoo die Weduwe van dhr. JAN van TEYLINGEN wonende tot LEYDEN hadde doen ingebieden SYMON BARTHEL HEYMERS als gebruycker van de goederen off Hoeve inde GHOORSTRAAT tot UDENHOUT.
Item WILLEM WOUTER VOGELS gebruycker van de Hoeve gent. DEN ROYACKER tot ZON.
Item CLAES JACOBS als gebruycker van de Hoeve gent. TER STRAETEN tot NEDERWETTEN.
Item RUTH ARTS als gebruycker van de Hoeve gent. SCHUYTELDONCQE tot NEDERWETTEN.
Item JAN EYBERTS als gebruycker van de Hoeve ETTERBEECK tot TONGEREN op OILEBER.
Item MARTEN AERTS als gebruycker van eene affgebrande Hoeve tot HULST Jurisdictie van HEESE.
Item JOOST JAN BANCKERS als gebruycker van de Hoeve gent. TEN HEGGEN tot MILHESE onder BAECKEL.
Item CORST JANSSEN als gebruycker van de Hoeve gent. HOOGH-BERCH tot BAECKEL, ende JAN HENRICK HAGEMANS als gebruycker van de Hoeve gent. RUTH ende RUTHBOSCH tot DEURSEN.
Midtsgaders een seeckere ledichliggende Hoeve genoemt DE MINNEBROERS HOEVE gelegen tot OOSTELBEERS.
Item seeckere ledichliggende Hoeve genoemt BAECKEL gelegen tot WESTELBEERSE.
Item eene ledichliggende Hoeve gelegen tot WESTERHOVEN.
Midtsgaders een Hoffstede gelegen onder NEDERWETTEN.
(EINDE)
Bossche Protocollen, inv. nr. 1647, folio 137 - 138v.
d.d. 27-06-1675.
MATHEYS WILLEM HERMANS soo voor hem selven mede inder naeme ende als gemechticht van NICOLAES van NEERVEN, president ende Kerkmeester, MATHEYS van den KERCKHOF, PETER AERT STERCKEN, JOEST JAN BANCKERS, REYNDERT PETER CLUYTMANS, HUYBERT JAN WILBERTS, ende HERMAN WILLEMS Schepenen, PETER THONIS CRUYSEN ende JAN PETER AERTS Armmeesters, THONIS JOEST CORSTEN ende GERAERT JAN WILLEMS borgemeesters, JAN PETER MASBROEK ende WILLEM AERTS Peelmeesters, alles des dorps van BAECKEL mitsgaders HERMAN CEELEN, WILLEM JAN CEELEN, JAN van den BERCH, THONIS JAN WILBERTS, AERT JOOSTEN, HENRICK GOORTS, DRIES ANSEMS, JAN MICHIEL HEESMANS, JOOST JAN WILLEMS, WILBERT HENDRICX, JAN THONIS BANCKERS, LAMBERT THONIS BANCKERS, JAN JOCHEMS, JAN MARTENS, JAN NOYEN, CLAES JAN NOYEN, PETER GOORTS RAEYMAECKERS, GERAERT CEELEN, JAN JANSSEN met WILLEM WILLEMS de WIT, ADRIAEN JAN GERAERTS, HERMAN JOOSTEN, HERMAN MARTENS, JOOST JAN GOORTS, JAN THONIS gelijck alle geerfde ende gegoede binnen den voorschreven Dorpe van BAECKEL inne procuratie brieven met den opgedruckten Schependoms segele daer van geexpedieert wesende van der date des achtsten Juny XVIc vijfentseventich. Ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent heeft gelooft op verband van alle der voorschreven constituanten, personen ende goederen onverscheyden ende een voor all present ende toecomende ende alnoch voor sijn selven nevens de voorschreven constituanten indivisun super omnia et hada de Heren ende Meester ADRIAEN ende PETER van STRAELEN de somma van seventien hondert Car. guld. tot XX stuyvers goet permissie gelts elcken guld. gereeckent metten intereste van dien jaerlijcx tegens ses van t'hondert van heden date deses lestondergeschreven over vier jaeren te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenleggen in rechte ofte daer buyten ten ware nochtans de voorschreven constituanten goet vonden naer expiratie der voorschreven vier jaeren te vesten eene rente tegens den interest als voor sulcx haer sal vrij staen, sonder indier gevallen de penningen reductien schulten ende dit alles op haere eyge costen ende laste overmits de oprechte deuchdelijcheyt dese schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bijde voorschreven geconstitueerde tot behoef van den voorschreven dorpe gehadt ende ontfangen tot betaelinge der comptoiren van Haere Ho. Mog. soo men verclaerde Testes TULLCKEN et LINTWORM, datum de 27 Juny 1675.
Quo facto soo is alnoch gestaen voor Schepenen ondergeschreven, MATHEYS WILLEM HERMANS inden naeme ende als gemechticht net tot idem ut Supra ende heeft gelooft gelijck hij gelooft mits desen op verbant van alle dit voorschreven constituanten persoonen ende goederen indivisum present ende becommende dat sij d'een den anderen wegens de voorschreven gedaene indivisumgelofte ten allen tijden stellen indemneren cost ende schadeloos houden, vermits de capitaele penningen waer over de voorschreven gelofte is geschiet ten behoeve van het voorschreven Dorp van BAECKEL sijn genegotieert ende opgenomen tot betaelinge der comptoiren was Haer Ho. Mog.
Testes et datum ut Supra. [ = 27 Juny 1675 ].
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 26-07-1675.
Dat voor ons gecomen is LIJNEKEN WELT HENDRICX Weduwe wijlen JAN PETER BENDERTS de welcke cideert ende overgeeft mits desen alle sulcken togt recht als sij is hebbende aen het goet toebehoort hebbende JAN PETER BENDERS haeren geweesden man saliger ende dat sij het selve tocht recht overgeeft aen haere gelicke kinderen soo voor als naer kinderen soo dat de selve gelicke kinderen de selve goederen, nu terstont sullen aen verden ende gebruijcken soo dat LIJNEKEN voorschr. moeste ten eeuwigen niet meer op de voorschr. toch en sal mogen pretenderen ofte sprecken onder verbant ende met renonciatie als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 26 Julij 1675.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 03-09-1675.
Dat voor ons gecomen is DIRCK CORST GOORTS ende heeft wel ende wettelicken vercocht, opgedragen ende overgegeven aen GOORT HERMANS sijnen behouden swager < = behuwd zwager > hun kints gedeelte ende porsie in de goederen achter gelaten bij doodt ende aflijvicheijt van CORST GOORTS ende MERKEN JAN GOEREN sijn vader ende moeder gelegen tot BAKEL ter stede geheten AEN DEN BENTUM met alle sijne appedentien ende dependentiën aen ende bij gehoorende soo in hoogen in droren in diepen en drijgen voorts alles wat den voorschr. DIRCK CORST GOORTS van sijn vader ende moeder is aen gecomen geen van dien uijt gescheijden. Gelovende hij vercoper het voorschr. vercopen, opdragen ende over geven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden mits ondersproken dat den coper sal moeten betalen alle uijtgaende pachten ende chijnsen. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 3 September 1675.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 09-10-1675.
Dat voor ons gecomen sijn JAN vanden BERGH ende HERMAN WILLEMS in sijnen vollen bedde ende hebben wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende over gegeven aen DANIEL MACKKALLEN Stadthouder des Quaertiers van PEELANT een huijs Mette landerijen, wijden daer aen ende bij gehoorende gelegen tot MILHEESE onder BAKEL geheten DE RENNEN gelijck sij vercopere dat vercregen hebben vande kinderen ende Erfgenaemen JAN JAN JOOSTEN met d’een seijde benefen erve THOMAS PETER SCHEPERS, d’ander seijde benefen erve Weduwe wijlen JAN JAN JOOSTEN ende eenen gemeijnen waterloop geheten DEN WITRIJT, d’een eijnt op erve Weduwe wijlen JAN JAN JOOSTEN, het ander eijnt op de gemeijnte van BAKEL het selve los ende vrij uijtgeschijden dat den coper daer jaerlicx uijt sal gelden aen Heere van MILHESE den chijns vanden gronde daer met recht uijtgaende ende den chijns aende erfgenamen van de erfgenamen van de Weduwe JAN de BERCKER is gelost volgens een quitantie van dato den ons Schepenen gebleken voorts vreij uijtgeschijden Dorps commer ende lasten ende verpondingpenningen daer op sijnde ende op comende ende te onderhouden alle gebuerlicke gerechticheden daer van outs toestaende. Gelovende sij voorschr. vercoperen het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdeninsse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den9 October 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
De coop is 400 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 11-10-1675.
Dat voor ons gecomen is JAN GIELEN HEESMANS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven aen DRIES JAN GOORTS een stucken lants geheten HET BERCKEN BOSKEN gelick hij dat in cope vercregen heeft vande kinder POULUS AERTS groot ontrent anderhalf Lopensaets ofte soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is met d’een seijde gelegen bebefen erve WILLEMKEN Weduwe JAN JAN JOOSTEN, d’ander seijde ende beijde de eijnden benefen ende op eenen gemeijnen wech het selve los ende vrij uijtgeschijden Dorps comme rende andere lopende lasten daer op sijnde ofte op comende, gelovende hij vercoper het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven meet de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 11 October 1675. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
De coop is 38 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris. 1675.
Bakel 1676.
Gemeentearchief Gemert – Bakel.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze.
Inventarisnummer AB. 016 – 233.
d.d. 02-01-1676.
Comparerende voor ons Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS, JENNEKEN dochter AERIAEN JAN GERAERTS als getrout hebbende gehat CORSTIAEN JAN PETER HENDERICX SCHEPERS welcke JENNEKEN in tochten soude hebben mogen bestitten seekere eerfgoederen gelegen tot MILHESE ontrent DEN BANCKERT welcke JENNEKEN voorschr heeft over haer tochtrecht ten vollen aen aen JAN JAN SCHEPERS, PETER JAN SCHEPERS, BEELKEN JAN SCHEPERS, BERBERA JAN SCHEPERS als broeders van CORSTH JAN SCHEPERS des voorschr. JENNEKEN geweesen wettigen soo dat sij JENNEKEN nu ofte ten eenigen dagen op de voorschr. goederen niet en meer sal mogen spreeken noch doen sprecken op verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste dies geloven JAN SCHEPERS en PETER JAN SCHEPERS en BEELKEN en BERBERA voorschr. dat sij JENNEN nu ofte ten eeuwigen niet gehouden en sal sijn te leveren eenigen staet van inventaris soo dat sij hier mede ten vollen van malcanderen sijn geschijden.
Actum den 2 Jauarij 1676. Testes Schepenen als boven.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 20-01-1676.
Dat voor ons gecomen is THONIS JAN THOMAS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht op gedragen ende over gegeven aen DANIEL VERHAGH een stuck ackerlants geheten HET LAER gelegen tot MILHESE onder BAKEL met d’een seijde gelegen benefen erve Weduwe AERT HENDERICX d’ander seijde benefen erve WILBERT JAN WILBERTS schietende van eenen gemeijnen wech op erve GRITKEN STROMEN als sij seijden het selve los ende vrij uijtgenomen dat den coper daer jaerlicx uijt sal moeten gelden 2 oude groten chijns aen het chijnsboek van MILHESE ende een vat roggen aen den Geestelicken Rentmeester DONDERVOONS vreij uijtgeschijden Dorps comme rende andere lopende lasten. Gelovende hij vercoper het voorschr vercoopen en opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vaststedich ende van werden op verbant van sijnen persoon ende alle sijne goederen present ende toecomende alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HUIJBERT JAN WILLEMS.
Actum den 20 Januarij 1676
Den coop is 49 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 22-02-1676.
Dat voor ons gecomen sijn JAN SCHEPERS in sijnen vollen bedde ende PETER JAN SCHEPERS ende BEELKEN JAN SCHEPERS ende BERBERA JAN SCHEPERS ende hebben samender hant wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende overgegeven JAN PETERS STROMEN hun goet ende erfnisse gelegen tot MILHESE onder BAKEL ter stede geheten OP DE LAREN gelick de voorschr. vercoperen dat vercregen hebben van JENNEKEN naer gelaten Weduwe wijlen CORST JAN SCHEPERS die dit voorschr. goet in tochten souden hebben mogen besitten ende haer tochtrecht heeft af gegaen in dato den 2 Januarij 1676 tot behoeff vande voorschr. vercoperen met sijn behorlicke ringenoten. Gelovende sij vercoperen het voorschr. vercopen opdragen ende overgeven met de vertidenissen van eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten met alle pachten ende chijnsen die met recht uijt het selve goet sijn gaende alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETERS.
Actum den 22 Feberuarij 1676.
Den coop is 25 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 16-03-1676.
Dat voor ons gecomen sijn LENDERT DIRCX Weduman met hum geassesteert DIRCK LENDERTS sijnen soon PETER CEELEN als man ende mommer van JENNEKEN LENDERS sijn wettige huijsvroue ende FRANS WILLEM GENEN als mommer van JAN onmondige soon van JAN PETERS van STIPHOUT verweckt bij LIJNEKE LENDERTS sijne huijsvroue ende hebben in dier qualiteijt wel ende wettelick vercocht op gedragen ende over gegeven DRIES JAN GOORTS ende AERT JOOSTEN een stuck ackerlants geheten DEN BEEKACKER gelegen met d’een seijd.
e benefen erve HANRICK JAN LENDERTS d’ander seijde benefen erve de Kinder LENDERT JANSSEN schietende van erve Weduwe WILLEM VERBERNE op een gemeijn beke als sij seijde het selve los ende vrij uijt geschijden Dorps commer ende andere Dorps lasten. Gelovende sij vercoperen het voorschr. vercopen, opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 16 Meert 1676.
De coop is 70 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 15-04-1676.
In den Naem Ons Heeren Jesu Cristi Amen.
Bij den inhouden van den desen oppenbaren instrumente van testamente sij kennelicken eenen iegelicken dat in den jaere Ons Heeren 1676 op den 15 April compareerden voor mij NICLAES van NEERVEN
! Zo eindigd dit document abrubt !
Bron als boven.
d.d. 20-04-1676.
Dat voor ons gecomen is JOOST NELIS in sijn vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken vercocht, opgedragen ende over gegeven aen de gelicke Kinderen van WILLEM HOEBEN des vercopere vrouwen broeder ende susters sijn kintsgedeelte ende porsie int goet ende erfnisse gelegen tot MILHESE onder BAKEL ter stede geheten IN DEN BANCKERT gelick hum dat aengestorven is bij doodt ende aflivicheijt van BEELKEN WILLEM HOEBEN sijn vrouwen moeder soo huijs lant ende alle erfnisse hem daer in competerende soo in hoogen in drogen in diepen en dreijgen voorts alles soo dat hij vercooper op de voorschr. goederen nu ofte ten euwigen dagen niet meer en sal hebben te spreken ofte pretenderen op verbant ende met renonciateien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste.
Actum den 20 Aprijl 1676. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 26-08-1676.
Dat voor ons gecomen is JAN LENDERTS in sijnen vollen bedde ende helft wel ende wettelicken vercocht opgedragen ende over gegeven aen WILLEM JAN JOCHEMS sijnen behouden < = behuwd > swager sijn goet ende kintse gedeelte gelick hem dat aen gestorven is van WILLEMKEN sijn geweesde moeder gelegen tot BAKEL in alles soo huijssinge, landerijen, wijde, hooijlanden, voorts alles wat hem is aen gecomen van WILLEMKEN sijn moeder voorschr. soo in hoogen, in droogen, in diepen, in drijgen van dien uijtgeschijden. Gelovende het voorschr. vercopen op dragen ende over geven met de vertijdenissen van dien eeuwelicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS. Den cooper sal gehouden sijn te betalen, alle pagten ende chijnsen die met recht uijt sijn gedeelte sijn gaende.
Actum den 26 Augustus 1676.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 16-09-1676.
In den Naem Ons Heeren Jesu Cristij Amen.
Bij den inhouden van desen tegenwoordigen openbaeren instrumenten van testamente sij kenlicken eenen iegelicken dat in den jaere des selfs Ons Heeren 1676 op den 16 dach der maent September compareerden voor mij NICLAES van NEERVEN Prisedent Schepen ende Substetuijt Secretaris ende HERMAN WILLEMS Schepenen den eerbaren HANRICK JAN LENDERS gaende ende staende ende sijn vijf sinnen wel magtich wesende gelick wel scheen ende bleke die hum aen schouden hij aen merckelick die brousheijt des mensselicken natuere datter niet sekerder en is als die doot ende niet onsekerder als de { vere ? } der selver doot ende daer omme wel bedacht sijnde onbewongen ende onverlijt soo hij verclaerden heeft gemaeck ende gesloten, maeckt ende sluijt bij desen sijnen uijttersten wille ende testament in der forme voegen hier naer beschreven.
Item inden iersten mackt hij testateur sijn sijele soo geringe als sij uijt sijn stofflick lichaem geschijden sal sijn Godt Almachtich, met alle het Hemels geselschap ende sijn doode licham den bequame begraffenisse comende voorts tot sijne tijtlijcke goederen hum van Godt Almachtich op deser werelt verleent in den iersten mackt hij testateur den aermen van BAKEL eens ses vaten roggen om die uijt te reijken aen den aermen van BAKEL te spijsmen in gebacken brodt noch maeckt hij testateur aen JENNEKEN sijn kreupel dochter door haeren ellendigen ganck ende haeren getrouwen dienst die sij aen hum bewesen heeft vier hondert guldens staende op een obligatie van seven hondert gulden staende op het Dorp van BAKEL ende dan efenwel met de andere kinderen te deijlen gelick de andere kinderen ende haer uijtsetsel te hebben gelick die andere kinderen ende vier tenen < = tinnen > schotelen die ick hebbe vercregen naer doot ende aflivicheijt van mijn vroue ende haeren spinnewiel daer men op spint ende een fijn heckel om vlas op te hekelen. Noch maeckt hij testateur aen JOOSP sijnen soon van die selve abelgatie tachtich gulden ende vier van de beste { ijmmen ? } in alsoo verse dat die daer noch sijn. Noch mackt hij testateur aen HEIJLKEN sijn dochter van die selve abelgatie staende op het Dorp vijfenteseventich gulden en een tenen schotel met een tenen komken. Noch mackt hij testateur aen JAN GELICX ook vijfentseventich gulden staende ook op het Doorp door doot ende aflivicheijt van vader ende moeder ende eenen goeden bien < = bijen >. Noch mackt ick testateur van die selve abelgatie staende op het Dorp aen JAN HENDRICK mijnen soon vijfendartich guldens ende noch mack hij testateur aen WOUTER sijnen soon oock vijfendartich gulden staende ook op het Dorp gelick de andere bedraght dit samen bij een gerekent 700 gulden. Reserverende niet te min dit alles sijn leven lanck te gebruijken. Reserverende hij testateur niet te min dit sijn testement sijn wederroepen verminderen ofte vermeerderen ofte veranderen soo dick wils als het hem gelieven sal sonder tegenseggen van iemanden willende hij testateur dat dit sijn testament sal plaets grijpen ende effect sorteren begerende hij testateur van mij NICLAES van NEERVEN sub secretaris gemack te woorden instrument van testament een ofte meer in der bester forme. Aldus gedaen ende gepasseert ten huijsen van HANRICK JANSSEN testateur die dit sijn testament benefen ons Schepenen boven genoempt hebben ondertekent.
Actum als boven.
HENRICK JAN LENARTS, testateur.
NICLAES van NEERVENSS.
HERMEN WILLEMS.
NICLAES van NEERVENSS, sub secretaris, 1676.
Bron als boven.
d.d. 24-09-1676.
Dat voor ons gecomen is DRIES ANSEMS in sijnen vollen bedde heeft wel ende wettelicken in erfwisseling opgedragen overgegeven aen DRIES JAN GOORTS een stuck lants geheten DEN LANGEN ACKER, groot ontrent 2 Lopensaten ofte soo groot ende kleijn als het aldaer gelegen is met de bergen nefen DEN LANGEN ACKER, met d’een seijde benefen eenen gemeijnen < meipen ? > wech, d’ander seijde benefen erve DREIJNS ANSEMS voorschr. schietende van erve DRIES ANSEMS op eenen gemeijnen wech als sij seijden het selve los ende vreij uijtgescheijden Dorps comme rende lasten gehorende het voorschr. overgeven ende opdragen met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS..
Actum den 24 September 1676. De werde is 30 gulden.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
d.d. 24-09-1676.
DRIES JAN GOORTS in sijnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken in eerfwisselinge opgedran ende overgegeven aen DRIES ANSEMS de helft van eenen acker teullants gelegen in DE OVERSCHOTSE ACKER gelick hij vercoper die in cope vercregen heeft van LENDERT DIRCX tegens AERT JOOSTEN te deijlen in sijn behorlicke rijngenoten alles gelick den voorschr. vercoper die is opgedragen ende aen gevest het selve los ende vrij uijtgescheijden Dorps commer ende lasten gelovende hij vercoper het voorschr. op dragen ende overgeven met de vertijdenisse van die eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten, alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende HERMAN WILLEMS.
Actum den 24 September 1676.
NICLAES van NEERVENSS, Sub secretaris.
Bron als boven.
Ongedateerd.
Dat voor ons gecoomen is DRIES ANSEMS in sijnnen vollen bedde ende heeft wel ende wettelicken in erfwisselinge opgedragen aen WILLEM JAN CEELEN een st
! zo eindigd dit document !
Bron als boven.
d.d. 24-11-1676.
Compaerent voor ons Schepenen in BAKEL PETER SIJMONS van STRALEN H. Geest mester tot HELMONT de welcke heeft vercocht aen ende ten behoeve van ADRIAEN van STRALEN sijnen nef de helft van eenen Schepen schultbrief gepasseert tot SHERTOGENBOSCH den 27 Junij 1675 tot laste vande geminckte van BAKEL in’t geheel 1700 ter somme van achthondert en vijftich gulden waer van de andere acht hondert en vijftich gulden den voorschr. AERIAEN van STRALEN waeren competerende naer inhout van de voorschr. brieven soo gelooft PETER SIJMONS van STRAELEN dit voorschr. vercopen opdragen ende overgeven met de vertijdenisse van dien eeulicken ende altijt te houden voor goet vast gestadich ende van werden onder verbant ende met renonciatien als naer rechten alles sonder aerch ofte liste. Testes Schepenen NICLAES van NEERVEN ende REIJNDER PETER CLUIJTMANS.
Actum den 24 November 1676.
NICLAES van NEERVENSS. Sub secretaris.
Bossche Protocollen inv.nr. 1812, folio 227 - 229verso.
d.d. 30-12-1676.
Mevrouw COX Weduwe van Joncker LAMBERT BECX is midts vonnisse van Mijn Heeren Schepenen deser Stadt van S'HERTOGENBOSSCHE de dato den thienden November Sestien hondert ses en t'seventich naer gedaenen handtlichtinghe de dato den vierden December opden derthienden derselver maent December allet des jaers Sestien hondert ende ses ent seventich ghericht gheweest tot huys, schuere, hoff ende aengelegen erffenisse gelegen onder de Heerlijckheijdt van MILHESEN tusschen de gemeente aen d'eene sijde, ende tusschen den gemeenen wegh aen d'ander sijden, streckende van erve GOVERT GOSSENS mette sijne tot op erve der erffgenaemen JAN GORTSEN van HOEVE.
Item tot een stuck ackerlants geheeten DEN HEUVELMAN gelegen ter plaetsche voorschreven, tusschen erve der erffgenaemen LAURENS EDIUS aen d'eene sijde, en de tusschen erven des Heijligen Geest tot BACKEL aen dander sijde, ende metten eenen eijnde, streckende metten anderen eijnde aen de gemeijne straet.
Item tot een stuck ackerlants gelegen inde voorschreven Heerlijckheijdt ter plaetsche genoemt DE HAGE tusschen erve des Convents van BIJNDEREN aen d'eene sijde ende metten eenen eijnde, ende tusschen erve der erffgenaemen JAN GORTSEN van HOEVE aen d'ander sijden, streckende metten anderen eijnde op erve der erffgenaemen DIRCK JACOBS.
Item tot een stuck lants geheeten DEN HUIJSACKER, gelegen ter plaatsche voorschreven tusschen erve LENAERT WILLEMS alias DAME aen d'eene sijde, en de tusschen erve BERTRAM JANSSEN met meer andere aen d'ander sijde, streckende van erve JOOST CORSTIAEN KRAECKELERS tot op erve der erffgenaemen JAN JAN TEUWENS.
Item tot een stuck lants geheeten DE BRAECKE gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen erve HENDRICK SCHEPENS aen d'eene sijde, ende tusschen erve LENDERT WILLEM DAMEN voornoemt aen d'ander sijde, streckende van erve der erffgenaemen JANS de BECKER tot op de gemeene straet.
Item tot een stuck landts gheheeten DE STREEPE gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen erve der erffgenaemen JOOST ARIENS aen d'eene sijde, ende tusschen erve der erffgenaemen JAN GORTS van HOVE aen d'ander sijde, streckende van erve des Convents van BIJNDEREN tot op erve JOOST ARIENS voorschreven.
Item alnoch tot een stuck landts geheten DEN CLEIJNEN HOVELMAN gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen het voornoemde stuck lants aen d'eene sijde en de tusschen erve des Heijligen Geest tot BACKEL aen d'ander sijde, ende metten eenen eijnde, streckende metten anderen eijnde op erve BASTIAEN ANTHONISSEN VERHAGE.
Item tot twee stucken erve soo heijlants als weijlants, geheeten HET EEUSSEL gelegen eensdeels onder MILHESE voorschreven, ende eensdeels onder de Jurisdictie van DOIRNE, tusschen de gemeente van DOIRNE aen d'eene sijde, ende tusschen erve d'erffgenaemen Heer WALRAVEN van WITTENHORST aen d'ander sijde, streckende van erve des Convents van BIJNDEREN met meer andere tot op erve der erffgenaemen THIJS PEETERS met meer andere overmidts ghebreck van betaelinghe van eenen jaerlijcken ende erffelijcken Chijns van t'seventich guldens, welcke voorschreven chijns HENDRICK sone PEETER SCHEPENS wettelijck ende erffelijck hadde verkocht ende gelooft Joncker HENDRICK van DOIRNE sone wijlen Joncker EVERARTS van DOIRNE Heere van LIESSEL als hij leeffde van ende uyt s'geens voorschreven staet, Prout in Litteris de dato den sevensten Februarij Duijsent ses hondert ende veertich ende heeft opgdraegen PEETER van die geroepen eerste werft, tweede ende derde werff.
Ende verkocht
Die geboden heeft.
Bakel 1677.
Rechtelijk Archief Bakel, inv.nr. 231,
d.d. 09-01-1677.
Verpachting van "DE VENNE" aan PETER JAN JOOSTEN.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1649, folio 180 t/m 182.
d.d. 24-04-1677.
NICOLAAS NEERVEN President tot BAECKEL inden naeme en als gemechticht van DANIEL MACKALLE Stadthouder ende Kerckmeester. NICOLAAS NEERVEN President en Kerckmeester, PETER AERT STERCKEN, JOOST JAN BANCKERS, REYNDER PETER CLUIJTMANS, HUYBERT JAN WILBERTS, HERMAN WILLEMS, ende WILBERT HENDRICX Schepenen, REYNDER MARTENS ende HENDRICK GERAERTS Borgemeesters, PETER THONIS CRUYSERS en MATHEYS van den KERCKHOF Armmeesters, JAN PETER MASBROEX ende WILLEM AERTS Peelmeesters, alle des dorps voorschreven, mitsgaeders HERMAN CEELEN, WILLEM JAN CEELEN, JAN JANSSE HOOBERGEN, THONIS JAN WILBERTS, HENDRICK GOORTS, DRIES ANSEMS, JOOST JAN WILLEMS, JAN PETER STERCKEN, JAN JOOST BEUCKENS, WILBERT MARTENS, PETER GOORT RAEYMAECKER, JAN NOYEN, JAN MARTENS, JAN LEENDERS, JOORDEN GOORTS, JOCHUM GERAERTS, AERT WILLEMS, JAN PETER AERTS, JAN den SMIT, THONIS JOOST CORSTEN, WILLEM de WIT, MATHEYS WILLEMS, HERMAN REYNDER THYSSEN, alle geerfde ende gegoede binnen den voorschreven dorpe van BAECKEL inne procuratie brieven onder hennen gemeyne segele daer van gedepescheert [= v.b. snel verzonden] ende met de onderteeckeningen der gemechtichde becrachticht wesende van den date den vijf en twintichtichsten Juny XVIc achtent seventich ende uyt crachte der machte hem daerbij so blijckende was gegeven ende verleent heeft gelooft op verbandt van alle der voorschreven constituanten personen en de goederen onverscheyden ende een vooral als schuldenaeren principael present ende toecomende principaelen tot behoef van PETER SYMONS van STRAELEN de somme van dertien hondert Car. gulden tot XX stuivers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent van heden date deses lestondergeschreven over thien jaeren ende inmiddels daer van intrest van jaer tot jaer tegens vijf van 't hondert te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren sonder langer uytstel ofte oock eenich tegenseggen in rechte ofte daer buyten overmits de oprechte deuchdelijcheyt deser schult als spruytende van goede geleverde ende aengetelde penningen bij den voorschreven geconstitueerde tot behoef des voorschreven constituanten tot betaelinge der dorps lasten te danck gehadt ende ontfangen soo hij bekende mits desen testes et datum ut supra.
Quo facto [= door welke in feite] soo is gestaen voor Schepenen ondergeschreven den voorschreven NICOLAAS NEERVEN gebruyckende alnoch de machte hem bij den voorschreven procuratie gegeven ende verleent heeft gelooft dat ider der voorschreven constituanten de voorschreven somme van dertienhondert guldens metten interest van dien soo sal helpen gelden betaelen lossen ende quyten dat dien door naerlaeticheyt des andere daer over egeene schaede come te lijden nu nochten eenige toecomende tijden vermits de penningen tot het gemeyn prouftyt der voorschreven dorpes sijn opgenomen ende genegotieert daer voor verbindende het besonder ende gemeen dien tot prouffijte des anders alle der voorschreven constituanten personen ende goederen present ende toecomende testes et datum ut supra.
Bakel 1678.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1671, folio 207 t/m 208v.
d.d. 18-06-1678.
Wij Schepenen voorschreven maken kennelijk als voor dat voor ons alnogh persoonlijk is verschenen ende gecompareert den voorschreven Hoeve opdragers.
Huys, schuur, hoff ende aengelach groot ontrent ses loopensaeten Lants oft daer onttrent, gelegen tot MILLHEESE onder BAECKEL, neffens e.z. de LAERSTRAET en neffens a.z. EERW. JOOST ADRIAEN BERKERS, streckende van de ENGELMEERDER STRAETE, tot op erffenis PETER HENDRIK HERMANS.
Item een stuck ackerlants, gemeynelijk genoemt "Den HOYCAMP", gelegen in de voorschreven Parochie van BAECKEL, en de gehuchte van MELIS voorschreven, neffens e.z. Den LAERWECH en neffens erffenis JANS GOYERT van HOEFF, e.e. streckende metten anderen eynde op erffenise AERT GIJSSEN, 't voorschreven stuck lants, ses Loopensaten lants off daer ontrent groot sijnde.
Item eenen halven bunder hoybeempt off soo groot ende cleyn, als hij de navolgende geexcuteerde toebehoort heeft, genoemt "d EYCKHOOFT" streckende op "De AA", ende reydende tegens d'erffenisse ofte beempden der Hoeve van "De CROM AA".
Item eenen acker lants genoemt "De HOEFF" vier Loopense ofte daeronttrent groot sijnde, gelegen ter plaatse voorschreven, neffens derffenisse des voorschreven JAN GOIJERTS van HOOF e.z. en a.z., en neffens de erffenis ANSEM JANS CUENEN e.e., streckende metten andere eynde op de gemeyne waterlaet.
Item eenen acker gemeynelijck genoemt "Den STEENACKER", twee loopensaten lant oft daer onttrent groot sijnde, gelegen ter voorschreven plaatsen neffens erffenis WILBORTS GIJSSEN e.z., en neffens erve JOOST CORSTENSE a.z., streckende van de Meswech tot op erffenisse des voorschreven JAN GOIJAERTS van HOOFF.
Item eenen acker lants genoemt "Den MULSTART" mede gelegen aldaer, groot onttrent anderhalff loopensaet lants, off daer onttrent neffens erffenis JANS CUENEN e.z., en neffens erffenis ADRIAEN DAMEN en JAN GEEFFKENS van DEURSE a.z., streckende van Erve des Convents van BIJNDEREN tot op Erve JANS de BERKER.
Item twee ackeren lants, elck anderhalf loopes lants off daeronttrent begrijpende, gelegen aldaer beyde genoemt "Den HUYSACKER" den eenen neffens erve BARTRAM JANSSE van den BOER, d'een sijde ende neffens Erve des voorschr. Convents van BIJNDEREN, aen d'andere sijde, ende metten eenen en d'anderen eynde aen Erve MICHIEL de CUYPER van HELMONT, ende den anderen acker gelegen neffens Erve JOOST ADRIAENS, met beyder de sijden, streckende van den "HOOGHEN WECH" tot op erffenis des voorschr. BARTRAMS welcken voorschreven goederen toebehoort hebbende, hebbende BARTRAM JANSSE van de LAER, TONIJ WALTHERI uyt crachte van authorisatie van sijn Hoogh.Ed. den Heere van DEURNE voornt. ten overstaen van den Heere Officier ende twee Heeren Schepenen deser Stadt naer voorgaende gehoudene solemniteyten daer toe gerequireert bij excecutie voor alleman hadde vercocht aen den Hoogh Ed.Geb. Heer Jo. WILLEM van RAESFELT Hoogh ende Leeghschout der Stadt ende Meyerye van S'HERTOGENBOSCH voor de somme van twee hondert een ende seventich gldns. de slagen daer in gereeckent omme daer aen te verhalen het Capitael van eenen pacht van thien gldns. thien stuyvers jaerlijcks metten achterstell van dien, ende de costen daer omme gedaen ende noch te doen gelijck inde coopcedulle daer van gehouden breder staet begrepen wesende de dato 8 Juny 1674 heeft gemertte Heer van DEURNE wettelijck en de erffelijck opgedragen en overgegeven TONIJS WALTHERI tot behoeff van voorschreven Hoogh Ed.Geb. Heer Jo. WILLEM van RAESVELT ende voorts ut Supra, doch met te [geuorten] als de grontchijns soo groot ende cleyn als bevonden wert ende van Rechts wegen daer uyt placht te vergelden, Juno BREUMSS etc. Datum ut Supra.
Rechtelijk archief Deurne, deel 100, folio 132 verso.
d.d. 11 Februari 1679
(Is samenvatting van Jan Bakens)
Erfdeling door HENDRICK van WINTEROOY en JAN JOCHEMS als de momboirs voor de weduwe en de onmundige kinderen van JAN FRANSSEN op de CROM AA, met JACOB en WILBERT JANSSEN, JOOST DIRCKX als de man zijnde van MARY JANSSEN. Allen kinderen van JAN FRANSSEN en van JENNEKE. Verder TOMAS FRANS JACOBS en DIRCK FRANS JACOBS, kinderen en erfgenamen van FRANS JACOBS alias FRANSMAN en van ANNEKE GOORTS.
Bakel 1680.
DE WINDMOLEN VAN BAKEL.
Bossche Protocollen, inv.nr 1673, folio 131v t/m 132v.
d.d. 30-01-1680.
De Heer ende Mr. THOMAS IDELETH Licentiaet in beyde de eerstten inde naeme ende gemechticght tot het navolgende van de Hoogh Ed: Welgeb: Heere AELBERT Grave van BERLO etc. ende Mevrouw JOHANNA PHILIPPINA van ERP sijne wettige huysvrouwe in Procuratie brieven voor de Notaris A. WIJTVELT ende seeckere getuygen tot HELMONT gepasseert wesende de dato 2 January 1680 ende uyt crachte der machten hem daer bij soo blijckende was gegeven en verleent seecker vierde part vande meulen tot BAECKEL met d'appendentien ende depentien van dien, de voorschreven constituanten aengecomen bij erffscheydinge gemaeckt voor de Notaris CORNELIS van BRXVIER ende seeckere getuygen tusschen de voorschreven constituanten en Jonker JOHAN GERARD de VREESE Heere te WOSENBERGH overdes gemelte Gravinne van BERLO ouders nalatenschap, op den 5 January 1676 ende voor Heeren en Schepenen deser Stadt gerealiseert op den 27 Meert daer aen volgende, heeft hij mits dese wettelijck ende erffelijck opgedragen ende overgegeven HUYBERT SPIERINX molenaer der Stadt HELMONT ende BAECKEL, [ verdere tekst is latijn ]
Testes NAGEL et SIJBREGT date 30 Jan: 1680.
( In de marge )
Coop 3200: 0: ==
40e 80: 0: ==
Bossche Protocollen, inv.nr. 1651A, folio 24v - 25v..
d.d. 31-10-1680.
De voorschreven opdraeger in naeme, qualeteyten ende gemechticht als voor eene Schoone Hoeve met Huysinge acker hoy en weylanden met sijne inder appendentien ende gerechticheden gelegen tot BAECKEL genoemd "HOOBERCH" soo ende gelijck de selve bewoont ende beteult wort bij CORSTIAEN JANS bloot aen de stoppelen. Item een Hoeve met de Huysinge acker wey en hooylanden mette appendentien ende gerechticheden genoemd "TER HEGGE" soo ende gelijck de selve wort bewoont en beteult bij GEERT JACOOS bloot aen de stoppelen aengenomen als voor hebben in wettelijcken en erffelijcken opgedraegen ende opgegeven mits desen de Heer CORNELIS GANS Heere van NERELANDT BOMMEL mede etc. ende Schepen deser Stadt .............. (is latijnse tekst?) gelovende ut supra uytgenomen jaerlijcx uyt de eerste Hoeve te vergelden twee pullen ...... tol., betaelt wordende met achtien stuyver. Item aen de Heer van MILHEESE tol 26 verso negenendertich stuyver twaelf denier nu ses terpten. Item aenden selve tol. 54 vijf kaepen [= kapoenen] vijf broeden ende vier vat even [= een soort zwarte haver] t'samen betaelt wordende met twee guld. thien stuyver iaerlijcx. Item aen FRANCISCA Wed. JAN BECKER twee oude grooten betaelt wordende met vijf stuyver. Item vier gulden aen H.Geest van BAECKEL noch ses stuyver aen Domeynen jaerlijcx uyt de eerste hoeve. Item ses gulden min een oirt aen De Vrouwe van MILHEESE.
Item seven ende eenen halven stuyver aen Den Heer van HELMONT. Item vier stuyver aen JAN (FECHEL?) JANTS uyt een tweede Hoeve gaende inde gevalle etc. uti supra testes et datum ut supra.
Getekend door 2 personen.
De voorschreven Heere van MERNLANDT promisit sub [latijn] de voorschreven opdraegers in haere voorschreven qualiteyten die somme van vijf hondert Car. guld. tot XX stuyvers goet permissie gelts elcken guld. gereckent metten interest van dien tegens vijf van't hondert op den vijfden Octob. eerstcomende te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egene ter werelt uytgescheyden te leveren ende dat ter oirsaecke der cooper ende opdrachte voorschreven. Testes et datum ut Supra.
! In de marge !
d'Heer NICOLAAS BLOM als testamentaire momboiren ende voocht van CLARA DASALVEX dogter van d'Heer ADRIAAN van der MEYDEN mede als gerechtichde van d'Heer JOHAN WAYENSVELT als man ende momboir van Juffrouw JOHANNA ook dochtere ADRIAAN van der MEYDEN inde procuratie voor MARTEN LAUWERIXEN als openbaar notaris en de secker getuyghen tot SCHIEDAM gepasseert in date den 11 7bris 1680 mitsgaders voor d'Heer GUELEM ...... inne procuratie voor JACOB HELERIUNS als openbaar notaris ende seeckere getuygen tot AMSTERDAM gepasseert in date den 12e Augustus 1680 Quetterium sup. voor de selve als mede voor d'Heer JOHAN van der MEYDEN Sone van den voorschreven AD: van der MEYDEN sich fort ende sterck maeckende sulx volgens desselfde quitantie staende in dorso van en uyt ghaen van lith brieff opentlijck bekent ende beleden dat d'Heer C: Lansheere van NULANT met en aen sijn handen heeft afghelost ende ghequeten die bovenstaende somme van vijffhondert Car.guldens metten verlopen interesse, ....... ..... om sulcx ende cas datum deses brieffs, bij de verdagen inde peenen leverende, Aug. 20: 9bris 1681.
H. KATTENBURCH.
Regentenlijst no. 824. Algemeen.
Akten waarin de inwoners van BAKEL verklaren dat zekere goederen te BAKEL, met name op GROTEL, op ESP en de zogenaamde VLASCLOTEN, sedert aankoop of sedert mensenheugenis zijn gebruikt door de kommandeur van GEMERT en dat de genoemde kommandeur ook mede de gemeente van BAKEL heeft gebruikt, 1608; eenvoudige afschriften, ca. 1608.
1 katern.
Voor meer onderzoek moet men zich wenden bij de KOMMISIE VAN BREDA.
Overdrachten van bezittingen van de KOMMANDERIJ aan de NEDERLANDSE STAAT (Staten Generaal).
Bakel 1681.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1674, folio 142 t/m 143.
d.d. 31-01-1681.
De Heer NICOLAES de LOBDEL raedt deser stadt inde naeme ende gemechticht tot het navolgende van de Heer Hertogh MOERKERCKE agent in S'GRAVENHAGEN inne procuratie brieven voor Notaris JACOB de BIJE ende seeckere acte alhier gepasseert wesende de dato 14 October 1680 ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent seeckere twee Hoeven lants met die huyssingen daer op staende gemeynlick genoemt "De RIJPELBERGH, gelegen onder BAECKEL inde quartiere van PEELANT is alsulcken grootte vuegen en manieren deselver twee Hoeven lants met alle ende eeniegelijcke d'appendentien, ende dependentien van dien ter plaetsche voorschreven gelegen sijn ende de voorschreven Heere constituant bij coop ende opdrachte heeft vercregen van Haer Ho. Mo. de Heeren Staten Generael volgens den opdracht gepasseert wesende de dato 2 December (?) 1680. Daer toe wort gerefereert uyt genomen nochttans dat hier inne niet en is begrepen seecker acker lants die de voorschreven constituant, vande voorschreven goederen voor deses heeft vercocht aen MATTHIJS WILLEM HERMANS wonende tot BAECKEL. Heeft bij mits desen wettelijck ende erffelijck opgedragen ende overgegeven De Heer DANIEL MACKALLE, Drossart van BEECK ende STIPHOUT ende WILLEM COOLEN wonende tot HELMONT. (Latijnse tekst) ........ constituantie dep: des indes de vercrijgers moeten gelden soodanige d'chijnsen ende andere lasten als in de voorschreven opdracht brieff staen gespecificeert ende uytgedruckt. Testes BALBIAEN et SCHUYL de WALHAREN.
Datum 31 Jan. 1681.
De voorschreven vercrijgers DANIEL MACKALLE ende WILLEM COOLEN, ........ (latijnse tekst) de voorschreven Heeren opdragers in sijne voorschreven qualiteyt tot behoeft van de voorschreven Heer Hertogh MOERKERCKEN de somme van twee duysent Car. guldens tot XX stuyvers goet permissiegelt elcken gulden gereeckent, den eersten July toecomende sonder interest te voldoen onder te betaellen ende binnen dese stadt tegelijck tot Supra, ende dat ter oirsaecke des coopers ende opdrachte voorschreven. Testes et datum et Supra. = 31-01-1681.
! Marge !
De Heer NICOLAES de LOBDEL in sijnen ......... qualiteyt gemechticht int naevolgende .. .. voorschreven procuratie gepasseert voorden Notaris HAAL de BIJE op den 1e October 1680 en uyt crachte der machte hem daer bij gegeven en verleent eerst opentlijck bekent ende beleden dat ........... geloever aen sijn Raeden hebben gelaten ende (gequalificeert ravenstaen in en ........ latijn, 2517b 1682 = dit 1 September?).
J.L. VLATTENBUIDE.
Oud Administratief Archief Deurne, inv.nr. blz. 95.
d.d. 22-10-1681.
Copie.
Comparerende naer gerichtelijcke gedane dagemente om getuygenisse der waerheyt te geven ter requisitie vanden Ho.Ed. Heer van DEURNE ende LIESSEL mitsgaders JAN HENDRICX van de KERKHOF en DRIES HENDRICX in qualiteyt als bedienende Kerckmeesters der Heerlyckheyt voornt. Mr. GEERAERT JACOPS, weerlyck priester en Pastoor alhier tot DEURNE voors. out omtrent 57 jaren den welcke gevraeyght sijnde wat van sijn deponente kennisse was belangende de pastory en de kerke van DEURNE en BAKEL, dewelcke verklaert heeft op zijn manne waerheyt in plaetse van Eede nooyt gehoort ofte geleesen te hebben dat de Kercke tot DEURNE ooyt geweest is een Capelle onder de Kercke tot BAKEL gehoorende ende den Pastoor tot DORNE een Cappelaan onder den Pastoor tot BAKEL. Maar wel is waer dat het zijn twee Parochiaele kercken ende eenen pastoor, die wort gepresenteert tot die twee parochiale kercken van DOERNE en BAKEL door den Hr. Abt van EPTERNAKEN ende wort in de selve kercke door den Geestelijcken overheyt geinstalleert oft ingestelt, en die Pastoor heeft vrije Electie van residentie oft woonplaats van te woonen tot DORN of tot BAKEL voornt. maer woont hij tot DOERNE soo moest hij eenen Vicarius stellen tot BAKEL ende woont hij tot BAKEL soo moet hij eenen stellen tot DOERNE, en die vicarius moet van den pastoor tot DOORNE worden onderhouden ende komt hij vicarius te overlijden, soo competeert aen den pastoor van DOORNE het recht om eenen andere in sijne plaetse te stellen te stellen bequaam, geadmitteert ende geapprobeert sijnde tot pastorale foncien, ende den pastoor wonende tot DOERNE treckt evenwel de pastorale thiend tot MILHEESE onder BAKEL mitsgader andere pastorale renten ende goederen, soo is geschiet met Hr. ANTHONIUS ROOYMANS in zijn leven Pastoor tot DOERNE ende BAKEL is gepresenteert van der Hr. Abt van EPTERNAKEN ende in die twee voornt. kercken geinstalleert oft ingestelt vanden Eerw. Hr. Bisschop van DEN BOSCH voorde reductie denwelcke altijt te DOERNE gewoont heeft ende verscheyden vicariussen gestelt ende onderhouden tot BAKEL, ende veele jaren de pastorale thiende tot MILHEESE voors. genooten ende aldaar alle de pastorale goederen getrocken verklaert den dept. voorts, dat hij vanden Hr. Abt van EPTERNAKEN oock gepresenteert is tot de twee voorn. kercken ende in deselve Anno 1648 is geinstalleert ende ingestelt van sijne Geestel. Overste d'Hr. HENDRICKUS LEEMPUTTE in sijn leve Canonnick binnen S'HERTOGENBOSCH te geven, specialijck daertoe wettelijck als in dese versocht soo heeft hij dept. voornt. alle tgene voors. staet, verklaert alsoo waerachtig te wesen in voegen als boven presenteren het selve altijt des noots, ende des versocht sijnde met Eede te verstercken ende tot meerder Confirmatie de minute deses neffens Schepenen onderteckent. Actum DEURNE den 22sten October 1681. Was onderteckend GERARD JACOBS, in qualiteyt als boven. JACOB MICHIEL GOLOFFS, JAN JANSEN ROMIJN. Onder stond; Uytgemaect den 22sten Octob. 1681.
! In de marge !
Gecopieerd naar de origineele acte berustende int archief der Gemeente DEURNE c.a. onder het Hoofdstuk: Kerk en School den 22ste Oct. 1920 door H.N. OUWERLING, Lid van den Raad der Gemeente DEURNE ca.
Bakel 1682.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1676, folio 41v + 42.
d.d. 19-11-1682.
WILLEM COOLEN wonende te HELMONT de helfte in twee hoeven lants met de huyssinge daer op staende, gemeynlijck genaamt "De RIJPELBERGH" gelegen onder BAECKEL inde quartiere van PEELANT in alsulcke voegen groote en de maniere desselve twee hoeven lants, met alle en de een iegelijck d'appendentien en de dependentien van dien, ter plaetsche voorschreven gelegen sijn, ende de Heer NICOLAES de GOBELL raedt deser Stadt, inde naeme en de gemechticht van de Heer Hertogh MOERKERCKEN agent in S'GRAVENHAGE wettelijck en de erffelijck hadden opgedragen de Heer DANIEL MACKALLE President van BEECK ende STIPHOUT, de voorschreven WILLEM COLEN pront in brieven de dato 31 January 1681. Heeft hij mits desen wettelijck ende erffelick opgedragen ende overgegeven JOOST de BERCKER wonende te HELMONT [latijnse tekst] den sal den vercrijger moeten gelden, soodanige diensten als in de opdrachtbrieff geschiedt was wegens Haer Ho: Mo: aende voorschreven Heer MOERKERCKE op den 20 Dec. 1680 staen gespecificeert. Testes Van den BERGH en CLOOFT datum 19 Nov. 1682.
Bakel 1684.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1652C, folio 68v - 69.
d.d. 17-03-1684.
WILBERT HENDRICX President der Dorpe ende Heerlycheit BACKEL soo voor hem selven ende mede inden naeme ende als gemechticht van HERMAN WILLEMS, PETER AERT STERCKEN, HUYBERT JANSSE van NEERVEN, JAN WILLEM SCHEPER ende JAN GOORTS van den EYNDE Schepenen, GOORT CORSTEN ende JOOST DIRCX Borgemeesters, JAN PETER STERCKEN ende LAMBERT THOMAS Kerckmeesters, WILLEM WILLEM AERTS ende JAN WILLEM SCHEPER Peelmeesters, mitsgaeders MATHEYS van KERCKHOFF ende JAN THOMAS BANCKERS Armmeesters alle der dorpe van BAECKEL voors. representeerende het geheele corpus der voorschr. Heerlycheyt inne procuratie brieven onder der voorschr. Dorpes segele daer van gedepescheert ende met de onderteeckeninge der secretelijck becrachticht wesende van die date den 14 Meert 1684. Ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent heeft geloeft voor hem selven super omnia et hada, ende nevens de constituanten super omnia et habenda indi visuen constituantium Juffrouw MARIA van der HERICST Wed. wijlen der Heer JOHAN van der MEULEN in sijn leven raedt ende secretaris deser Stadt de somme van veertienhondert Car. gulden tot xx stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent met den interest van dien tegens vier guldens thien stuyvers van 't hondert van heden date deses over een jaer te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt vrij ut Supra overmits de oprechte deuchdelijcheyt deser schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bij den voorschreven geconstitueerde tot behoef van den voorschreven Dorpe gehadt en ontfangen soo hij bekende mits desen ende in cas van langer constinuatie met consent van de voorschr. Juffr. van der MEULEN gelooft alnoch onder verbant als voor daer van interest als voor tot de effectuele voldoeninge ende aflossinge toe. Ende sijn dese penningen genegotieert tot aflossinge van gelijcke somme van tweeduysent gulden opgenomen vande Heer FLORIS WINTEROY op den 24 April 1674 tot betaelinge van de brandschattinge aenden Koninck van VRANCKRIJCK volgens inhout van de procuratie. Testes et datum ut Supra.
De voorsegde geloeve bij naeme qualiteyt ende gemechticht als voor heeft gelooft onder verbant als voor de Heer GEERLOF SUYCERS Secretaris tot HELMONT ende Griffier van het Quartier van PEELLANDT de somme van seshondert Car: gulden tot xx stuyvers goet permissiegelts elcken gulden gereeckent metten interest van dien tegens vier gulden thien stuyvers van 't hondert van heden date, deser over een jaer te voldoen en te betaelen ende binnen dese Stadt vrij ut Supra op mits etc. per totus ut Supra. Testes et datum ut Supra.
In de marge!
D'Heer JOHAN GRIMBERGEN in qualiteyt als aengestelde curateur over de gelde van den boedel van de kinderen Heer ADOLPH van der MEULEN bij apostille opdi requeste t'l dien fine overgegeven de dato 17 July 1711, Alhier personelijk comparerende heeft opentlijck bekent en beleden, datte ...... JAN JOCHEMS en ....... WILLEMS Borgemeesters van BAEKEL voor d'selve .... ..... in minderinge van de nevenstaende gelofte hebben voldaen en betaelt een somme van seshondert guldens. Consenterende in soo verre in de Cassatie deses, 't welck dus gedaen wesende soo is mede gecompareert Monseigneur GILLET van KERCKHOVEN Clercq alhier gemechticht bij opene brieven van octroy van Haer Ed: Mo: Raede van BRABANT in acte den 28 October 1716 en heeft mede bekent uyten handen van Jonker van GRIMBERGHEN de voorschreven somme van seshondert guldens ontfangen te hebben, om wat daer mede te doen en Comd elen naer Cuyt van de voorschreven octroyen. Datum den veertienden January seven en hondert seventien. (Moet zijn: 1717).
Juffrouw HADEWICH en JOHANNA AALTHUS woonende binnen deese stad als mondelinge lasthebbende, LEONARSUS CAMPELAER als man en momboir van JOHANNA CLARA KERCKHOVEN woonende te CASTRICUM, sig niet te minne voor den selven fort en sterck maakende hebben opentlijk bekent en beleden dat de regenten van BAAKEL, het restant Capitaal van agthondert gulden in nevenstaande gelofte vermelt met den agterstalligen intrest van dien aan haaren handen ten behoeven van gemelten LEONARD CAMPELAAR hebben voldaan en wel consenteerde diens volgens inde cassatie desess. Datum den agtienden Maart seeventien hondert veertig.
HADEWICH AELSTIUS
JOHANNA AESTIUS
S.J.SMITS
H.CHATVELT
Mij Present HAARVALLE
Rechtelijk archief Helmond, inv.nr. 341. d.d .05-07-1684.
Minute.
JOOST MARCELIS woonende tot DEURSSEN naer voorgaende vonnisse van pandthalinge en andere solemniteijten in machte van evictie gewoonlijk stels ten beurde omme ten hooghsten en schoonsten voor alle man te verhuijren zeecker vervallen huys, hoffstadt, hoff metten lande- ende weij-velt gelegen onder den Dorpe van BAECKEL ter plaetse AENDE BRUGGE aldair neffens erffenisse De Kinderen JAN JOCHEMS, aen d'een zijden, d'andere zijde MERIKEN Weduwe JAN AERTS, raeckende van erffenisse PETER HEIJNX. Omme dair aen te verhaelen eene erffelijcken en jaerlijcken renthe van ses guldens vijff stuyvers, in Schepen letteren deser Stede HELMONDT de dato den 18e Januarij breeder begreepen. (welcke voorschr. rente GEERLINGH Soone HENDRICK JAN AMBROSIJ inde voors. panden hadde geconstitueert en de costen van evictie, ende recht.).
! Hierna volgen de voorwaarden alwaar de koper aan zal moeten voldoen. Dit alles na oude gewoonte.
Werd ingeset bij HERMAN SEELEN voor vijf ende thwintich stuyvers dico 1: 5: 0
Afgehangen op ses gulden.
Is gemijnt bij HERMEN SEELEN voor eene gulden tien stuyvers.
Slaet thwee slaegen.
Aldus gedaen ende verhuert in't openbaer ter presentie van Schout en Schepenen en dese onder teeckent hebbende desen vijfden Julij 1684.
Van GERWEN
Van OMMEREN.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1652C, folio 153 t/m 154.
d.d. 25-07-1684.
Den Hoogh Ed: geb: Heer WILLEM van RAESVELT, Hooch ende Laech Schout der Stadt van S'HERTOGENBOSCH, ende Meyerye van dien huys, schuer, hoff ende aengelach, groot ontrent ses lopensaten lants, gelegen tot MILHEESE, onder BAECKEL nevens de "LAERSTRAET" ex uno, ende nevens erve JOOST ARIEN BECKERS ex alio, streckende vande "ENGELMEERSCHE STRAAT" tot op erve PETER HENDRICK HERMENS.
Item een stuck ackerlants gemeynenlijck genoemd "den HEYCAMP", gelegen als voor nevens "den LAERWECH", ex uno et uno fine. ende nevens erve JAN GOYERS van HOEF, ex alio, streckende metten anderen eynde op erve AERT THEYSSE ses lopensaten ontrent groot sijnde.
Item eenen halve beunder hoeijbeempt genaamd "EYCK HOOFT", streckende op d'AA ende rijdende tegens t'erffenisse of beemde der hoeve van "de CROM A".
Item eenen acker lants genaamd "de HOEF", vier lopense of daerontrent groot, sijnde gelegen als voor nevens erve JANS GOYERS van HOEF ex uno, et uno fine ende nevens erve ANCEM JAN CUENEN ex alio, streckende metten anderen eynde op de gemeyne waeterlaet.
Item eenen acker gemeynenlijck genoemd "den STEENACKER", twee loopensen ontrent groot, sijnde gelegen als voor, nevens erve WILBORT TIJSSEN ex uno, ende nevens erve JOOST CORSTENSE ex alio, streckende van "de MESWECH" tot op erve der voorschreven JAN GOYERTS van HOEF.
Item eenen acker lants genaamd "den NUILSTAER", oock aldaar gelegen, groot ontrent anderhalf lopensaat, nevens erve JANS CEUNEN ex uno, ende nevens erve ADRIAEN DAME ende JAN GEEFKENS van DEURSE ex alio,
Item twee ackers lants elck anderhalf lopensaat ontrent groot, sijnde genaamd "den HUYSACKER", gelegen als voor, nevens erve BARTRAM JANS van den BOER ex uno, ende nevens erve der Convente van BIJNDEREN, ex alio.
Soo ende in sulcker voegen ende conditien de voorschreven Heere op draegende, deselve in coop ende opdrachte vercregen, heeft tegens den Heere van DEURNE als rentmeester vande geestelijcke goederen, uyt crachte van authorisatie van den Raede van Staeten prout in litteris in date den 18 Juny 1678 heeft sijn Hoogh Edele wettelijck ende erffelijck opgedraegen ende opgegeven mits dese PETER ANDRIESSE finnil cum decter litteris et pure et effen geloevende super omnia et hada tatum sefare omnes obligat et impet ex parte lui deponde des sal den vercrijger daer uyt jaerlijcks blijven vergelden den grontchijns soo groot ende cleyn daeruyt is gaende testes
HAGEL et vande GRAEF datum den 25 July 1684.
De voorschreven PETER ANDRIESSE promis et sub obligat... [afk.] ....... ... ...... .... ..... ... [latijn] den voorschreven Hoogh Ed: geb: Heere van RAESVELT de somme van hondert Car: gulden tot xx stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent metten interest van heden date deser over een jaer te voldoen en te betaelen ende binnen dese Stadt vrij van alle commeren ende lasten egeene ter werelt uytgescheyden te leveren en dat ter oirsaecke des cooper ende opdrachte voorschreven. Testes et datum ut Supra.
In de marge!
Den Hoogh Ed: geb: Heer WILLEM van RAESVELT heeft opentlijck beleden ende bekent dat PETER ANDRIESSE de neeven staende somme mitsgaders interest van dienaen sijnen handen heeft afgelost ende gequiteert consenterende ..... ....... cassatie van die actien den twintichsten April sestien hondert sesen tachtich.
v.d. MEULEN.
Bakel 1685.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1814, folio 202recto/211verso.
d.d. 30-01-1685.
Alsoo Sr. WIJNANT van der PUTTEN Borger der Stadt HELMONDT hadden doen ingebieden HENDRICK EVERS tot BAECKEL als huerder ende gebruijcker van huys, hoff, schuer en de landerijen aldaer gelegen, groot sestien Loopensaeten genoemt DE HULSBRAECK, aen d'eene seyde neffens de Gemeente tot BAECKEL, aen dander sijde Mevrouw van MELIS met aen eenen eynde aen Erve de Weduwe LEYT PETERS, d'ander eynde AERT LOYEN.
Item een stuck hoeylants groot vier á vijf sillen gelegen onder BAECKEL voorschreve aen d'een sijde ....... d'ander sijde neffens Erve WOUTER HENDRICK JANSSSEN, d'eene eynde aenden MISPELSCHEN GRONT, ende d'ander eynde de Rivier DE AA.
Item een weyvelt groot seven Loopensen gelegen als voor aen beyde sijde nevens Erve der Weduwe ende Vrouwe van MELIS, d'eene eynde PETER van der PUTTENS Erve, ende metten anderen eynde met eenen hoeck aen den HEERENCAMP ende de anderen hoeck aen de Gemeente van BAECKEL.
Item WILLEM AERTS van SCHUBELE als gebruycker van drye Loopensaeten teullants gelegen tot BEECK bij AERLE aende kercke d'een sijde, dander sijde nevens Erve JAN Soene SCHRETEN de van den Gemeenen wegh tot op Erve van DEKERCKE.
Item JACOB THOMASSEN woonende op de BEECKSEN DONCK als eygenaar ende gebruycker van een stuck teullants groot ontrent ses en veertich Royen gelegen op de BEECKSE DONCK voorschr. op 'T HERENT tusschen Erve JACOB THOMASSEN aen beyde de seyden en de het een eyndt, streckende metten anderen eynde aen de Gemeene straet.
Item WILLEM JAN AERTS woonende op DONCKERSORT onder BEECK bij AERLE als eygenaer ende gebruycker van een stuck teullants groot een ende een halve Loopense tusschen Erve LAMBERT EIJNAUTS aen d'eene syde en de neffens Erve AELKEN LAMBERTS aen d'ander sijde.
Item FRANS VERBAECKEL als eygenaer ende gebruycker van een stuck teullandts gelegen op de BEECKSE DONCK genoemt DEN BUYTGRAET groot ontrent een Loopense ende veertien Royen nevens Erve der Erffgenamen FREDERICK GEURTSE aen d'eene sijde ende neffens den KERCKWEGH aen dander sijden ende het een eyndt.
Item DIRCK ROEYACKERS woonende tot BEECK bij AERLE als huerder ende ghebruycker van een stuck teullants gelegen ter plaetsche voorscheven en neffens Erve van het Convent van HOEYDONCK aen beyde de sijden, schietende van Erve JAN HOENEN tot de gemeen- straat sijnde groot ontrent twee Loopense.
Item LUYCAS ROEYACKERS woonende opde BEECKSE DONK als eygenaer en de gebruycker van een stuck teullants en de een hoecxken groes aen malcanderen groot ontrent dry Loopensaeten gelegen nevens de WELSCHE STRAET tusschen Erve van de Heer COLEN aen deene sijde, ende neffens de voorschr. WELSCHE STRAET, aen dander sijde schietende van Erve de Heer FREDERICUS van der POLL.
Item PAUWELS PETERS woonende te BEECK bij AERLE als huerder ende gebruycker van een steuck heijvelt en de Eeussel gelegen met d'deene sijde en de beyden de eijnden aen Erve de Heer van WAELWIJCK en de BEECK, dander sijde de gemeente, ende alnoch van een stucken Eeussels ende hoeylandt gelegen aen de HEIJST BEEMDEN met beijde de sijden ende het een eijndt de Heer van WAELWIJCK voornoemt ende aende andere eijndt Joncker WIJNBERGEN te compareren voor Heeren Wethouderen der Stadt SCHERTOGENBOSSCHE tot eene, seeckeren geprefigeerden daege van Rechte omme te aenhooren soodanigen eijsch ende conclusie als sij aen leggere op ende tegens de voornoemde ingebodene persoonen en de landerijen soude willen doen ende nemen, tot welcken die gedaagden ende te weten op den elfsten April lestleden comparerende den voornoemden aenleggere bij JOHAN van HAEREN sijnne de Procureur hadde den selven midts de ingebodenen hadde gedaen handtlinchtinge tegens de ledich liggende panden gedient van aenspraecke in geschrifte ende daer inne onder andere geseet waerachtich te wesen, dat Joncker JUSTUS FABRY van GEMERT gewoont hebbende tot BEECK bij AERLE ende Joncker JOHAN van SEELANDT onderscheijden ende een voor al gelooft hadden eenen jarelijcken ende erffelicken chijns van twee en sestich gulden ende thien stuyvers jarelijcx ten behoeve van de Heer JOHAN van ZUTPHEN Schepen deser voorschrevene Stadt, sijnde de constitutie des voorschreven chijns alhier voor Heeren Schepenen gepasseert op den vijffen twintichsten Junij sesthien hondert twee en vijftich oock waer te sijn, dat den selven daege mede compareerde voor Heeren Schepenen alhier Joncker JOHAN van SEELANDT gelovende all doen aen den voorn. Joncker JUSTUS FABRY den voorschreven chijns van twee en sestich gulden ende thien stuyvers jarelijcx soodanich te betaelen, losssen ende quyten dat de gestelde panden van den voornoemden Joncker FABRY, sij noch sijne oiren, ende Erffgenaemen, ende voorts alle sijne goederen geen schade daer over soude comen te lijden te vinden de daer voor sijnen persoon ende goederen hebbende ende vercrijgende vermits de penningen vande voorschreve constitutie ter somme van duysent guldens alleen hadden genoten ende geprofiteert, staende allen tselve alhier ten prothocollen geregistreert, wes daer en boven waerachtich dat den voorschreven Joncker JOHAN van SEELANDT in gebreecke blijvende sijnne voorschreve geloffte van betaelinge des voorschrevene chijns nae te comen, des gemelten Heer JOHAN van SUTPHEN hadde doen ingebieden de gebruyckers vande goederen van den selvers Joncker JUSTUS FABRY, ende welcke goederen op hem aenleggere als desselffs Erffgenaem sijnde, waeren gedevolueert, voor de welcke hij aenleggere genootsaeckt was te intervenieren, alsoo andersins niet, dan naer behoorelijcke defentien, geen hiervan soude hebben comen soecken hebbende den gemelten Heere JOHAN van SUTPHEN bij sijnen aenspraecke geeijst de renthen verschenen van den jaere sestien hondert twee en sestich ende voordere jaere tot de effectuele voldoeninghe toe te verschijnen, welcke aenspraecke ofte copije van deselve, den aenleggere hadden doen insinueren aen den voor-schr. Joncker JOHAN van SEELANDT ten eynde denselven volgens sijnne geloffte den voorschreven eysch cost ende schadeloos soude hebben aff te doen, met protestatie in dien gewoonlijck, en de alsoo den voorscheven Jonckheer JOHAN van SEELANDT noch intervenieerde, noch eenige de minste redenen van defentie en suppediteerde <= aan de hand gedaan, verschaft>, soo was hij aenleggere inde betaelinge van den eysch des voorschr. Heere van SUTPHEN, metten costen van den ....esse, welcke costen waeren getauxeert ende gemodereert op hondert en twee en veertich guldens, hebbende mede de verschene renthe moeten voldoen ende tot desen daege al reets betaelt eene somme van elff hondert guldens ende acht stuyvers van verschenen achterstel, was alnoch sulcx dat hij aenleggere om sijn guarande wederom te soecken hadde doen ingebieden de gebruyckers van verscheyde bekende parcheelen die den voornoemden Joncker JOHAN van SEELANDT sedert de voorschreve geloofte hadde beseten, en de concludeerde gecontendeert dat deselve tam conjunctium qyam divisium den voorschreven vonnisse bij den Heere van SUTPHEN geobtineert costen de schadeloos souden hebben aff te doen met de voorschreve getauxeerde costen, ofte wel dat de selve van henne panden bij deselve respectivelijck gebruyckt souden hebben te doen behoorlijcke handlichtingen, waer inde selve ingebodenen gecondemneert sijnde volgens den geextendeerden vonnisse van date den negenthienden Januarij sestien hondert twee en seventich, hadden deselve van de panden handt- lichtinge gedaen, hebbende hij aenleggere deselve panden mede behoorlijck gedaen evinceren <= uitwinnen; uit een bezit ontzetten; uitsparen>, ende also bij de reekeninge daer van voor Heeren Commissarissen alhier op den sevensten September gedaen ende geslooten, was blijckende dat den aenleggere in desen maer genooten hadde de somme van seven hondert vier en sestich guldens dertien penningen, blijckende bij extracten ende gedaene reeckeninghe. Ende dat soo de verachterde jaeren, als bij hem aenleggere betaelde renthen aenden Heere van SUPHEN tot den jaere sestien hondert dryen tachentich incluys staende waeren bedraegende een duysent drye hondert vijffen seventich guldens salvo justo ende het voorschreven tauxaet van costen hondert twee en veertich guldens, ende cappitael der voorschreven renthe van duysent guldens soo was blijckende dat hij aenleggere noch beschadicht bleeff aende voorschreven costen ende verloopen interest tot den voorschreven jaere sestien hondert dryentachentich, seven hondert twee en vijfftich guldens negentien stuyvers drye penningen ende het cappitael van duysent guldens soo was hij aenleggere genootsaeckt noch verdere panden te boecken die den voornoemden Joncker JOHAN van SEELANDT in sijn domieni hadde gehadt, ende hadde alsoo bevonden dat hem sedert de voorschreve geloofte in eygendom hadden gecomporteert <= gedragen> de naervolgende, eerstelijck een huys voorschr. soo ende gelijck hiervoor sijn gespecificeert ende de respective gebruyckers daer van handlichttinge hadden gedaen blijckende bij de respectieve handtlichttinge nevens de aenspraecke geexhibeert de voorschreven ingeboden dan soo gedaen sijnde, was hij aenleggere genootsaeckt bij aenspraecke te concluderen als hier naervolgende, onder expresse protestatie van ingevalle denselven niet volcomentlijck volgens de gedaene geloofte van Joncker JOHAN van SEELANT uyt de voorschreve geabandoneerde <= in de steek gelaten> panden conde werden voldaen, sijn verder te gaen te sullen boecken ende verhaelen opde verdere panden en de effecten die hij aenleggere noch meer soude kunnen uyt vinden midts allen den welcken soo concludeerde ende contendeerde hij aenleggere ten eijnde met vonnisse van mijn Heeren Schepenen de voorschreven handtlichtte en de geabandoneerde panden verclaert souden worden verbonden ende verplicht te sijn, hem aenleggere verder cost ende schadeloos te ontheffen van den voorschreven vonnisse bij de Heere JOHAN van SUTPHEN geobtineert, ende dat de selve panden daer voor soo veel deselve soude comen stecken, soude verclaert werde executabel <= vatbaar voor ten uitvoeringlegging>, ende mede gecondemneert in de costen hieromme geresen, onder uytdruckelijcke protestatie als hiervoor gedaen, tegens welcke aenspraecke eijsch ende conclusie bij de Procureur DE RASCH voor de erffgenemen van AERT LEYTEN copye en de dagh ter naeste volgende volle versocht, en de hem geaccordeert sijnde, ende de saecke tegens d'andere ingeboden en [ad eundem??] dien gecontinueert, hadden den voornoemden Procureur DE RAS in acte's van dato ondergeschreven judicielijck <= gerechtelijk> verclaert sijn dagh nemen ter voorgaende rolle gedaen, aff te gaen vermits de gebruyckers al voorlange hadden gedaen handtlichttinge, derhalve versochtte den Procureur van jaeren voor den aenleggere, dat de voorschrevene ghehandtlichte ende geabandoneerde panden ende alle geinteresseerde non comparanten van antwoorde soude verstrecken aen de hem aenleggee geadjudiceert <= gerechtelijk toegewezen> worden sijnnen eijsch en de conclusie proponerende bij aenspraecke als voor gedaen ende genomen met sijnen costen, mijn Heeren Schepenen gebleecken wesende van den ingebodth ende dienen den dagh mede de actens van handtlichttinge, midtsgaders het slot van de gedaene reeckeninge van evictie. hier voor respectivelijck gementioneert, hadden ter manisse des Richtters de voorschreve gehandtlichtte onderpanden, midtsgaders alle geinteresseerdens non comparanten van antwoorden versteecken, ende den voornoemde aenleggere geadjudiceert sijnnen voorschreven eysch ende conclusie proponerende gedaen ende genomen de voorschreven en gehandtlichtte onderpanden ende geabandoneerden onderpanden daer inne midtsgaders inde costen van recht hier omme geresen condemnerende ende daer voor executabel verclarende bij dien onder reserve van des aenleggers protestatie als voor, gelijck in Schepene vonnisse deser Stadt daeraff gemaeckt breder staet begrepen wesende van der date den dertichsten Maij deses jaers sestien hondert vier en tachentich soo ist dat den voorschreven obtinent metten voorschreven vonnisse mits de gedaene handtlichttingen opden tweeden Augusti deses jaers sestien hondert vier en tachentich is gericht geweest tot de voorstaende parcheelen van huysen ende landerijen overmits gebreck van betaelinghe van de voorschreve seven hondert tweeen vijfftich guldens negentien stuyvers dry penningen ende het cappitael van duysent guldens ende heeft opgedraegen.
Die geroepen heeft.
Ende vercost SIJMON van STOCKEM tot behoeft van .......? datum den dertichsten Januari sestien hondert vijfentachtich.
Die geboden heeft seven hondert twee en vijftich gulden negentien stuyvers drey penningen ende het capitael van duysent inder vonnisse geeyscht mette costen van recht.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1678, folio 29v t/m 30v.
d.d. 18-04-1685.
De Heer DANIEL MACKALLA Drossaerd der Heerlijckheden CROY ende STIPHOUT etc. ende JAN PETER MASBROEX, soo voor hun selven als mede inde naeme ende gemechticht tot het navolgende van WILBORT HENDRIX, PETER AERT STERCKEN, TOMES [of HERMES] WILLEMS, HUYBERT JAN WILBORTS, JAN GOORT van den EYNDEN, PETER THEEWEN KRUYS en de HERMEN PETERS Schepenen. WILLEM GIELEN Borgemeester, JAN PETER STERCKEN en LAMBERT THEUW van HOOFT, Kerckmeesters. MATTHIES van de KERCKHOFF en de JAN THEUWEN van HOOFT Armenmeesters. Mitsgaders WILLEM WITTE Peelmeester en alle dens dorps BAECKEL representerende het geheele corpus van dien, inne procuratie brieven onder het schependoms segell ende signature hunder schrijven gedaen is verclaert, wesende gedateert den 14e April lestleden en uyt crachte der machte haer daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent ..... [latijnse tekst] mitsgadere mede op verlaet der voorschreven gemechtichd oock [.....] die Heer en de Mr. CORNELIS ACKERSDICK advocaat alhier tot sijn behoeft als mede tot behoeft vande Heer en Mr. HENDRICK ACKERSDICK, en HERMAN ACKERSDYCK beyde sijne broeders, de somme van derthienhondert Car. gulden tot XX stuyvers goet permissiegelt elcke gulden gereeckent metten intrest tegens vier ten hondert van heden over een jaer te voldoen ende te betalen, en binnen dese stadt vrij ut supra overmits d'oprechte deuchdelijcheyt deser schult en spruytende van goede en welgetelde penningen bij de voorschreven volmachttiecde tot behoeff van het corpus van BAECKEL uyt handen van de voorschreven Heer ACKERSDYCK gehadt en met [....] omme geemployeert te worden gelijck inde voorschreven procuratie staet vermelt, gelijck sij geloeven dat verclaeren bekennen mits deses ende zoude het gebeuren dat de voorschreven somme ten voorschreven dage niet en wierde gerestitueert, soo geloven deselve alnoch uyt crachte en op verbant als voor daer van interest te geven als voor tot d'effectuele afflossingen toe doch in car[?] van restitutie ofte repetitie sal men wederzijds gehouden wesen sulx een half jaer voorens wettelijck te vecondigen.
Testes infoscripti datum den achthiende Aprill sesthienhondert vijf ende tachttich.
R.D.LOBBEL
..... CROLLIUS
Mij Present ... CORRENBURDS
! In de marge !
Bij quitantien van den Heer NICOLAES van BLANCKENDAEL Raad deser Stadt als last hebbende van de Heer en Meester HERMANNUS ACKERSDIJCK gelijck bleeck bij desselfs missive aan den voorschreven Heere geschreven de dato den 20 Juny laatstleden is alhier ter secretarije gebleken dat de Heer JACOB HASEVOET in den naeme ende van wegens het Corpus van BAEKEL aen sijnen handen ten behoeve van de voorschreven Heere ACKERDIJCK heeft gelost ende gequeten de neevestaande somme van dertien hondert gulden met den interest van dien, den voorschreven Heere ACKERSDIJCK aengekomen bij scheydinge en deylinge gelijk men verklaerde. Consenterende derhalve ende cassatie deses. Actum den derden July XVIIc dertien.
v.TEFFELEN.
Schepenprotocollen van Helmond, Archiefnr. A-2001. Inv,nr. 4007.
d.d. 26-07-1685.
ANDRIES JOOSTEN woonende tot WOENSEL heeft met klinckende en blinckende penningen en woorden in substantie daertoe dienende vernadert, zeeker hoijvelt gelegen onder de Heerlijckheijt van BAECKEL ter plaetse aende DIERDONCQ groot een Loop: ofte daer ontrent d'eene zijde JOOST BANCKERS, d'ander zijde PETER AERTS STERCKEN cum suo, streckende metten eenen eijnde opde gemeene AA, d'ander zijde ANNEKEN THOMAS soo ende gelijck het voors: hoijvelt was opgedragen aen PETER GOORTS RAIJMAECKER van PETER WIJNEN woonende tot SWOLGEN, en GERRIT MATHEEUSSEN woonende TER HORST opden 28e December 1684. Gelovende doem aemgaemde den voors. PETER GOORTS cost en schadeloos te houden op verbandt als naer rechten: Getuighen waeren hier over Schepen in HELMONDT JAN BAPTA BUNNEN, en GOIJART VOET. Actum ut Ante.
J. BAPT. BUNNENSSE, GOACHT VOET 1685
Coopps. 9 gl. 9 st.
Bakel 1686.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1814, folio 374verso - 375 verso,
d.d. ..-05-1686.
Mevrouwe CATHARINA de COCK, Weduwe Joncker LAMBERT BECX is met vonnisse van Heeren Schepenen deser Stadt naer gedaene handt- lichtingen opden .. Mey deses iaers sestien hondert sesentachentich gericht geweest tot eene huysinge waer bij voor desen noch eene schuere heeft gestaen, hoff ende aengelegen erffenisse gelegen onder de Heerlijckheijdt van MILHESE onder de Parochie van BAECKEL tusschen de gemeente aen d'een sijde, ende tusschen den gemeenen wegh aen d'andere sijde, streckende van erve GOIJART GOFFENS metten sijnen tot op erve der erffgenaemen JAN GOORTSE van HOVE, noch tot een stuk ackerlants genoemt DEN HEUVELMAN gelegen ter plaetsche voorschreven tusschen erve der erffgenaemen LOURENS DENES, aen d'een sijde, en tusschen erve des Heijligen Geest tot BAECKEL aend d'ander sijde, ende metten eenen eijnde, streckende metten anderen eijnde aen de gemeene straet. Item tot een stuck ackerlants gelegen als voor ter plaetse genoemt DIE HAGE tusschen erve des Convents van BEIJNDEREN aen d'een sijde ende het eene eynde, ende tusschen erve der erffgenaemen JAN GORTSEN van HOVE aen d'andere sijde streckende metten ander eijnde op erve der erffgenaemen DIRCK JACOBS, ende alnoch tot een stuck lants, genoemt DEN HUIJSACKER gelegen ter plaetse voors. tusschen erve LENAERT WILLEMS alias DAMEN aen d'een sijde, en de tusschen erve BERTRAM JANS met meer andere aen d'andere sijde streckende van erve JOOST CORSTHIAEN BRUKELERS tot op erve der erffgenaemen JAN JAN TEUWENS, en alnoch tot een stuck lants geheeten DEN BRAECKE gelegen als voor tusschen erve HENDRICK PETER SCHEPENS voorschreven aen d'een sijde, en tusschen erve LENAERT WILLEM DAEMEN voornoemt, aen d'andere sijde, streckende van erve der erffgenaemen JANS de BERCKER tot op de gemeene straet. Item tot een stuck lants geheeten DE STREEPEN gelegen ter plaetsche voors. tusschen erve der erffgenaemen JOOST ROVERS aen d'een sijde en tusschen erve der erffgenaemen JAN GOORTS van HOVE aen d'ander sijde, streckende van erve des Convents van BIJNDEREN tot op erve JOOST ROVERS voors. en alnoch tot een stuck lants geheeten DEN CLEIJNEN HEUVELMAN gelegen ter plaetsche voorschr. tusschen het voornoemt stuck lants aen d'een sijde ende tusschen erve des H. Geest tot BAECKEL aen d'ander sijde en metten eenen eijnde, streckende metten anderen eijnde op erve BASTHIAEN ANTHONIS VERHAEGEN en alnoch tot twee stucken erven soo heij als weylandt geheeten HET EEUSEL gelegen eensdeels onder MILHESE voorschr. ende eensdeels onder de Jurisdictie van DORNE tusschen de gemeente van DOERNE aen d'een sijde en tusschen erve der erffgenaemen Heer WALRAVEN van WITTENHORST aen d'andere sijde, streckende van erve des Convents van BIJNDEREN met meer andere tot op erve der erffgenaemen THIJS PETERS met meer andere overmidts gebreck van betaelinge van eenen jaerlickse en erffelijcken chijns van seventich gulden, welcken chijns HENDRICK Soone PETER SCHEPENS hadde gelooft als schuldenaer principael te geven ende te betaelen Joncker HENDRICK van DORNE Soone wijlen JAN van GEVAERTS, van DORE Heere van LIESSEL als sij leeffde in de dato den 7 Februarij 1640 en heeft opgedraegen
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 06-08-1686.
Op huijden den sesten Augustij, Sestienhondert ses ende taght-entigh, Compareerde voor mij HENDRICK DECKERS bij den Ed. Rade van BRABANDT geadmitteert Openbaar Notaris binnen BEECK bij AERLE residerende ter presentie van de ondergesz. getuijgen PETER HUIJBERS, out ontrent vijff ende dertigh jaeren inwoonder tot BAKEL, den welcke ter instantie ende requisitie van den Heer Officier ende Schepenen van BAKEL voorss. opden Eedt aen handen van den Heere Stadthouder affgeleght heeft verclaert getuijght ende geaffirmeert, gelijck hij verclaert, tuijght ende affirmeert mits desen, waer ende waeraghtigh te sijn dat hij deponent is geweest op den 26e dagh der voorleden maent Julij ten huijse van JAN JOOSTEN binnen BAKEL, alwaer onder meer andere oock in huijs sijnde MATHTIJS WILLEM MANDERS den welcke MANDERS doen aldaer overluijdt was, seggende ende spreckende het is onbehoorlijck datter een Kerckmeester van de Bakelesche Kerck, tot MELIS is woonende, ende seggende onder andere dat de Schepenen van BAKEL maer Condt Schepens waeren. Gevende Redene van welwetenschap van 't geene voorschr. staet nogh seer goede vaste ende seckere kennisse te hebben, ende de voorschr. woorden, den voorschr. MANDERS alsoo te hebben hooren ende sien sprecken. Eijndende hier bij dese sijne verclaertinge ende depositie, ende want Goddelijck ende eerlijck is der waerheijt getuijghnis te geven, bij sonder des versoght sijnde soo heeft hij deponent van 't geene voorschr. staet naer pertinente voorlesinge daer bij gepersisteert, consenterende hier van acte in behoorlijcke forme gemaeckt ende gepasseert binnen BAKEL in presentie van Mr. COENRAET DENIS Schoolmeester tot BAKEL ende MEGHIEL van der BIJL als geloofwaerdighe getuigen hier toe versoght ende gebeden die de minute deses prothocollair neffens hem deponent en mij Notaris hebben onderteeckent ten dage voorschr. (Was onderteeckent) -
PETER HUIJBERT, COENRAET DENIS, MICHIEL van der BIJL,
H. DECKERS, Nots. publ.
Accordeert dese met sijn origineele gesz. ende onderteeckent als boven desen 9e Augustij 1686.
Quos Attestor.
H. DECKERS, Nots. publ. 1686.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 06-08-1686.
Compareerde voor mij HENDRICK DECKERS bij den Ed. Rade van BRABANDT geadmitteert openbaer Notaris binnen BEECK bij AERLE residerende ter presentie van de ondergeschr. getuijghen, ANDRIES JAN GOORTS inwoonder tot BAKEL, out ontrent veertigh jaeren, den welcke naer den gedaene dagemente den Eedt heeft affgeleght aen handen van den Heere Stadthouder van BAKEL, voorschr., omme der waerheijt getuijghenis te geven, ende heeft verclaert, getuijght ende affirmeert mits desen, waer ende waeraghtigh te sijn, dat hij deponent op den 26e der verleden maent Julij staende in sijne deur schuijns tegens over de huijsinge van JAN JOOSTEN, ende aldaer in het huijs van JAN JOOSTEN, verscheijde harde scheldende woorden te hebben hooren sprecken door MATHIJS WILLEM MANDERS, alwaer onder ander hoorende dat den voorschr. MATHIJS MANDERS seijde dat de Schepenen van BAKEL alle maer schelmen waeren. Gevende redenen van welwetenschap, dat hij deponent, de voorschr. woorden den voorschr. MATHIJS MANDERS alsoo heeft hooren sprecken, ende het welck uijt den huijse van JAN JOOSTEN commende hij deponent vragende wat seght MATHIJS daer, daer op aen hem deponent geantwoort wierde, hij seght dat de Schepenen alle maer schelmen sijn..
Eijndende hij deponent hier dese sijne depositien ende heeft naer pertinente voorlesing daerbij gepersisteert consenterende hier van Acte in behoorlijke forme gemaeckt ende gepasseert te werden. Aldus gedaen ende gepasseert binnen BAKEL in presentie van Mr. COENRAET DENIS ende MICHIEL van de BIJL, als geloofwaardige getuijgen ten desen versoght ende gebeden, die de minute deses protocollair neffens hem deponent ende mij Notaris hebben onderteckent, desen sesten Augustij Sestienhondert ses en taghtentigh. (Was onderteckent) DRIES JAN GOORTS, COENRAET DENIS, MICHIEL van der BIJL, ende bij mij Notaris.
Accordeert dese met sijn origineel geschr. ende onderteckent als boven desen 9e Augustij Sestienhondert ses ende taghtentigh.
Quod Attestor.
H. DECKERS Not, Publ.
1686.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 07-08-1686.
Op huijden den sevenden Augustij Sesthien hondert ses ende taghtentigh, Compareerde voor mij HENDRICK DECKERS bij den Ed. Rade van BRABANDT geadmitteert openbaer Notaris binnen BEECK bij AERLE residerende, ter presentie van de ondergeschr. getuijgen REIJNDER MARTENS out ontrent veertig jaeren out Borgemeester tot BAKEL, den welcke ter instantie ende requisitie vanden Officier ende Schepenen door den Vorster gedaght sijnde omme der waerheijt getuijgenis te geven, heeft op den Eedt die hij deponent aen handen van den Heer Stadthouder heeft affgeleght. Verclaert getuijght ende geaffirmeert, sulx hij verclaert ende deponeert bij desen, dat hij deponent opden ses en twintigsten der verleden maent Julij is geweest ten huijse van JAN JOOSTEN tot BAKEL, alwaer als doen onder meer andere int huijs van JAN JOOSTEN sijnde MATHIJS WILLEM MANDERS, welcken MANDERS, onder andere woorden was seggende, ende streckende, het is onbehoorlijk, en het is noijt geweest datter een Kerkmeester van de Bakelsche Kerk is woonende tot MILHEESSE, ende dat de Schepenen van BAKEL maer condt Schepenen waeren.
Verclaert hij deponent van de voordere scheldtwoorden egeen memorie ofte kennisse te hebben.
Gevende redenen van welwetenschap die voorts woorden nogh wel onthouden te hebben, dat den voors. MANDERS seijde het is onbehoorlijck dat de Kerckmeester van BAKEL tot MILHEESSE woondt, en dat schepenen van BAKEL maer condt Schepenen en waeren.
Eijndende hier bij dese sijne depositie etc. Consenterende hier van acte in behoorlijcke forme gemaeckt en gepasseert te werden. Aldus gedaen ende gepasseert binnen BAKEL, in presentie van Mr. COENRAET DENIS, ende FRANS van den HOUT als getuijgen ten dese versoght ende gebeden die de minute deses prothocollair neffens gem. deponent en mij Notaris hebben onderteekent ten daghe voorschr. (was geteeckent) REIJNDER MARTENS, COENRAET DENIS.
Dit ... merk stelt FRANS van den HOUDT, ende bij mij Notaris.
Accordeert dese met sijn origineel geschr. ende onderteeckent als boven deses 9e Augustij 1686.
Quod attestor.
H. DECKERS NOTARIS 1686.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 07-08-1686.
Op huijden den sevenden Augustij Sestienhondert ses ende taghtentigh Compareerde voor mij HENDRICK DECKERS bij den Ed. Raede van BRABANDT geadmitteert Openbaer Notaris binnen BEECK bij AERLE residerende ter presentie van de ondergeschr. getuijgen, den Eersamen JAN ANTHONISSEN woonende tot BAKEL out ontrent dertigh jaeren, den welcke ter instantie ende requisitie van den Heere Officier MACCALLE ende Schepenen van BAKEL heeft verclaert, getuijght, ende geaffirmeert, gelijck hij deponent verclaert, tuijght ende affirmeert mits desen, op den Eedt die hij deponent, ten dese heeft affgeleght aen handen van den voorschr. Heer Officier, waer ende waeraghtigh te sijn, dat hij deponent op den ses ende twintigshten der voorleden maent Julij is geweest ten huijse van JAN JOOSTEN, binnen BAKEL, alwaer alsdoen ondermeer andere int geselschap in huijs sijnde MATHIJS WILLEM MANDERS welcken MANDERS onder andere woorde was seggende ende spreckende het is onbehoorlijck datter een Kerckmeester van de Bakelsche Kerck woonende tot MILHEESSE, ende dat Schepenen van BAKEL waeren condtschepenen, seggende wijders het sijn schelmen met een verclaert hij deponent van de voordere woorden geen onthout ofte memorie te hebben. Gevende redenen van welwetenschap van 't geene voorschr. staet nogh goede memorie ende kennisse te hebben. Eijndende hier bij dese sijne depositie ende want Goddelijck ende eerlijck is der waerheijt getuijghenis te geven bij sonder des versoght sijnde soo heeft hij deponent naer prelecture daer bij gepersisteert. Consenterende hier van acte in behoorlijcke forme gemaeckt ende gepasseert te worden. Aldus gedaen ende gepasseert binnen BAKEL in presentie van Mr. COENRAET DENIS, ende FRANS van den HOUT als getuijghen hier hier over geroepen ende gebeden welcke de minute deses prothocollair neffens hem deponet ende mij Notaris hebben ondeteeckent, ten daghe voorschr. was geteeckent Dit 't merck stelt JAN ANTHONISSEN, COENRAET DENIS. Dit merck stelt FRANS van den HOUT en bij mij Notaris.
Accordeert dese met sijn origineel geschr. ende onderteeckent als boven desen 9e Augustij 1686.
Quod Attestor,
H. DECKERS Nots publ. 1686.
BHIC Den Bosch, Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 06-09-1686.
JERUSALEM.
d'Eerste Residerende, en andere Raden van BRABANT den Eersten Deurwaarder hier toe versogt, Saluijt,
Wij hebben ontfangh de supplicas van de Stathouder, mitsgaders Schepenen vanden Dorpe BAKEL Quartiere van PEELLANT Meijerije van s'HERTOGENBOSCH, innehouden, dat off wel sij supplianten sonder roem gesproocken, sijn wele. luijden, haere bedieninge wel nae behooren waernemende, dester eenen MATIJS WILLEM HERMAN MANDERS sich niet ontsien en heeft op den 26 Julij 1686 ten huijse van JAN JOOSTEN tot BAKEL voornt. niet alleen de supplianten te sensureren, en maer oock seer atrocelijck te inureren, seggende dat sij waeren dieven en schelmen te saemen, met meer ongebondene ende schandeleuse woorden dewelcke de supplianten om eerbaerheijts will hier niet en noemen, en alsoo de supplianten hetselve niet en staet te lijden, en hier door den brugge soude geleght worden voor andere ongebondene seditieuse menschen, ten waere daerinne werde voorsien soo keerden de supplianten haer aen ons in den ...... en soo sij seiden versoeck dese provisie van daechsele in cas van injurie in dese dienende waerome soo ist, dat wij desen aengesien, U ontbieden en bebelen (daer toe committerende bij desen) dat gij ten versoecke van den voors. supplianten, treckt aen den persoon ofte ter woonplaetse vanden voors. MANDERS, en denselven van wegen de Hooge Overicheijt belast en beveelt de voorz. injurien de supplianten aengedaen te beteren, eerlijcq, ende proffijtelijcq eerlijcq mits op selven rechtdagh bij den Rade te prfigeren, te comen in de audientie van desen Rade bloots hoofs op sijn knien bidden de Justitie, en de supplianten indien sij present wesen willen om vergiffenis, en aldaer te verclaren, dat hij het geene voorz. is onbedachtelijck, en tegens de waerheijt geseijt heeft gehadt, en dat het selve hem van herten leet is. Verclarende van de supplianten niet te weeten als alle eer en deught proffijtelijck mits gevende aan den Armen tot BAKEL een somme van drie hondert gulden behoudens dat de supplianten bereijt sijn, met Eede te verclaren om gesegde somme, jae om geen goet ter werelt gelijcke injurien niet noch eens te willen lijden, en te betalen de costen hieromme gedaen. En in cas van Oppositie daecht de Opponent te compareren ofte gemachtigt te senden t'eenen selven gelegene dage die gij hem bepalen sult voor ons in den voorn. Rade, omme te seggen de redenen van dien t'aenhooren sodanigh eijsch en conclusie als de supplianten ter sake voorschr. te dage dienende sullen willen doen ende nemen, daer jegens t'antwoorden end voort te procederen als naer rechten. Ons relaterende U wedervaren.
Gegeven s'GRAVENHAGHE onder den zegel vanden voornoemde Rade hieraen doen hangen den sesten September XVIC ses en tachtentigh.
Bij d'voors. Eerste Presiderende ende andere Raden,
Van STRIJEN. 1686.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1678, folio 352v t/m 353v.
d.d. 27-09-1686.
WIJNANT van der PUTTEN, borger der Stadt HELMONT als evicteur. Huys, hoft, schuer ende landerijen, gelegen tot BAECKEL, groot ontrent vijft ende twintich Loopensaten, ofte soo groot en de cleyn 't selve is ter plaetse voorschreven genaamt "De KIEVITSBRAECKE", e.z. de gemeente van BAECKEL, a.z. Mevrouwe Van MELIS, metten eenen eynde aen d'erve de Weduwe LUYT PETERS, d'andere eynde AERT LOYEN.
Item een stuck hoylant groot vier à vijf sillen, gelegen onder BAECKEL voorschreven, d'oostzijde neffens ....... d'andere sijde westens d'erve WOUTER HENDRICK JANSSE, d'ene eynde aende "STIPPELSE" gront en de andere eynde aende Rivier "D'AA".
Item een weyvelt groot seven Loopensse gelegen als voor aen beyde de seyde neeven erve der Weduwe ende Vrouwe van MELIS, de eene eynde PETER van de PUTTENS erve, en metten andere eynde met eenen hoeck aende "HEEREN CAMP" en met den anderen hoeck aende gemeente van BAECKEL. Soo endigelijck HENDRICK GOORTS die in sijn gebruyck heeft.
Item een stuck teullant groot twee Loopensaten ende vijfthien Roeyen gelegen op de "BEECK" genaamt "De BUYTEN GRAEFT" neffens erve der erffgenaemen FREDERICK GERRITT, e.z. ende neffens "De KERCKEWEGH" a.z. en de het ene eynde van welcke perceelen SIMON van STAKUM Procureur ende clerq deses Stadts secretarij des coop tegens der richtters ende met vonnisse van Heeren Schepenen deser Stadt tot behoeft van de evicteuren gecoemen ende vercregen heeft pront in brieven ter atentie alibie de dato 30 Jan. 1685 sijnde daer nae des voorschreven Van STAKUM inde naeme van den evicteurs met uytganck van de keerse des verbeurder als meestbiedende daer aengebleven pront in justamento [.......] de dato 28 September 1686 heeft hij ter nature van leste slijtinge wettelijck ende erffelijck opgedraegen ende overgegeven SIMON van STAKUM [latijnse tekst] des sal den coper hier uyt blijven vergelden eenen chijns van vijff gulden vijff stuyvers jaerlix aen de Rentmeester van de Heeren van HELMONT.
Item seven Loopensaten en de een en een halvt vat rogge, ofte soo veel nu ofte naermaels daer uyt met recht is gaende aent Capittel tot St.OEDENRODE, ende als naermaels bevonden wierden eenige andere onles baere keuren, chijnsen offt pachten daer uyt te gaen sullen de coper nae gedaene reeckeninge uyt d'overschiettende Loopensaten voor soo veel deselve sullen aengecocht werden, de geltenigussen en tegens den penning XXtich ende de iteerio pachtter ter arbitrage van Heeren Commissarissen tot dese te doene reeckeningh te committeren, waermede wederzijts ten contentement sal moeten werden genomen. T'welck aldus geschiet sijnde, soo is gestaen voor properen onderschrift de voorschreven SIMON van STAKUM, de voorschreven paarcheelen in voegen als voor heeft hij mits desen wettelijck ende erffelick geresupportteert ende weder opgedragen de voorschreven WIJNANT van der PUTTEN Evicteur [latijn].
W.SCHUYL de WLHOORN. enz. enz.
BHIC Den Bosch, Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2464.
d.d. 16-12-1686.
JERUSALEM H.D. DECKERSSEN
Relateer en verclaer Ick ondergeschr. dat Ick ten versoecke vanden Heere Stadthouder en President en andere Schepenen van BAEKELL dit neffensgaende Mandament van Iujuerie dee dato den 6 7bris 1686 op heden den 16 Decembris 1686 hebbe geinsinueert aaenden gemelten MATTHIJS WILLEM HERMEN MANDERS, woonende mede tot BAEKELL en in Cas van oppositie hem dach van Recht betekent vorden Edele Mo. Raede van BRABANT tegens dee eerste Rolle naer drie Coningen 1687 en hebbe den voorn. MANDERS behandicht Copy om hem naer Inhouden van dien te reguleren etc. Teicant ut supra.
A. WOLFSBERGH Deurwaarder vande Ed.Mo. Raedt.
Bakel 1687.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19. Raad van Brabant 1586 - 1811.Inventaris 788.2464.
d.d. 24-02-1687.
Wij DANIEL MACCALLA Stadthouder, WILBERT HENDRICX op SCHIPSTALL President, PETER AERT STERCKEN, HUIJBERT JANSSEN van NEERVEN, JAN GOORTS van den EIJNDE, HERMEN PETERS, en PETER THEUNIS CRUIJSCHOT Schepenen alle des Dorps, ende Dingbancke van BAECKEL hebben geconstitueert, en geauthoriseert gelijck wij midts desen verclaren geconstitueert ende geauthoriseert te hebben, den Procureur JOHAN BOON In S'GRAVENHAGE, omme uijt Onsen Naeme, ende van Onsent wegen waer te nemen en te vervolgen alsulcke procedure, als voorden Ed.Mo: Raede en Leenhove van BRABANDT aldaar in materie van Injurie van Onsent wegen is begonst tegens MATHIJS WILLEM MANDERS Ingezetene van BAECKEL voorschr. met approbatie, ende ratificatie om allen 't geene deses aengaende bij den voors. procureur BOON door last ende ordre van de voorz. Heer DANIEL MACCALLA Onsen Stadthouder allreede gedaen ende daar inne gehandelt is! Gevende verders macht aenden voors. BOON Procureur, end Advocaat enen ofte meer des noodt te substitueren ten uijteijnde deser zaecke, ende geloven allen't geene bij den voors. Onsen geconstitueerden ende bij den voors. Heere Stadthouder voors. Procureur BOON gedaen sall worde cost, schadeloos te ontheffen, en onsen alsoo geconstitueerden, en gesubstitueerden in alles te indemneeren onder verbandt van onse respective persoonen ende zouden hebbende ende vercrijgende onder renuntiatie als naer rechten. Des T'oirconde hebben wij Stadthouder en Schepenen voornt. onsen Dorps Zegel hier onder opgedruckt, en door onsen Geswooren Secretaris laeten ondertekenen vier en twintigsten inde Maent van Februario deses Jaers XVIc zeven en tachtich.
MACCALLA de JONGH 1687 Secrts.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19. Raad van Brabant 1586 - 1811.Inventaris 788.2464.
d.d. 11-06-1687.
Gedient den 11e Junij 1687.
Compareerde voor den Ed. Raede van BRABANT, LIBERTUS LOEFF als Procureur van MATTHIJS WILLEM MANDERS gedaagde, bij mandement van De in Cas van Injurien ter eenre Op en Jegens den Stadthouder mitsgaders Schepenen van BAECKEL Impetranten int voors. Cas ter anderen sijden.
Ende amplierende sijne deugdelijcke, ende dat is factoire verclaeringe in actes van 5en deser loopende maent Junij 1687 gedaen. Verclaerden dat hij niet alleen bereijdtwilligh is met Solemnele Eede te affirmeren, dat hij nooijt eenige gedachten, ofte Intentien gehadt heeft vande Impetranten in haer eer ofte respect in eenige manieren te krencken, maer noch dat hij deselve kent, kont ende acht voor eerlijcke luijden, op wien hij niet anders en weet te seggen, als eer, ende deught, sustinerende daer mede ten overvloede hem te hebben gesuijvert ende aende Impetranten voldaen. En onder beneficie, ende bij Refuijs van de selve super abundante verclaeringe persisteerde als breeder apred Acta maer kende in cas van verder proces eijsch van costen, ofte tot anderen, etc.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19.
Raad van Brabant 1586 - 1811.
Inventaris 788.2464.
d.d. 22-07-1687.
JERUSALEM.
Den eersten Deurwaerder van den Ed. Raede van BRABANT hier toe versocht.
Alsoo MATTHIJS WILLEM HERMAN MANDERS sich niet ontsien heeft seer attrocelijck te injurieren <= met fel en vinnig te verongelijken en te smaden> den Stadthouder, mitsgaders Schepenen tot BAECKEL Meijerije van S'HERTOGENBOSCH ende bij haer aen den selven MANDERS sijnde gedaen exploicteren <= uitvoeren> Mandament <= dwangbrief> in cas <= in geval> van injurien <= van onrecht>, in die saecke Eijsch is gedaen, ende bij den voornoemden MANDERS gepresenteert te verclaeren, uijt eenige gedachten te hebben gehadt, om de gemelte Stadthouder ende Schepenen in haer eer ofte respect in het minste te crencken, ende de selve presentatie sijnde gerefugeert <= toevlucht genomen>, den selven MANDERS heeft gedaen naerdere presentatie. dat hij berijtwillig is, met Eede te verclaren, dat hij nooijt intentie heeft gehadt vande gemelte Stadthouder ende Schepenen in haer eer ofte respect in eeniger manieren te krencken, ende dat hij deselve kent voor eerlijcke luijden, op wien hij niet anders weet te seggen als eer ende deught, ende alsoo deselve geinjurieerdens, hoewel sij niet gehouden sijn daer mede contentement te nemen, als connende de injurien claerlijck bewijsen, maer een convenable satisfactie konnen pretenderen, nochtans ontrent 14 dagen geleden, aenden procureur LOEFF hadde doen affvragen, off hij te vreden was, neffens de voorschreve presentatie oock te refunderen de costen tot desen dage gevallen, ende den selven daer op versochte eenige dagen uijtstel, om daer over aen sijn meester alvooren te schrijven, ende nu al 14 dagen sijn verlopen, soo sult ghij salvo salario u vervoegen aenden persoon vanden selven procureur LOEFF ende hem affvragen off hij bereijt is neffens de voors. presentatie, oock te refunderen de kosten tot desen dage geresen, ende in cas van onwillicheijt, ofte langer dilay, protesteert van verdere costen, schaden ende intressen, daer door te vervallen, ende stelt pertinent relaes, ende wedervaren. Actum HAGE den 22 Julij 1687.
H: BOON, als gelastigde van den Stadthouder ende Schepenen.
Ingevolge de bove staende acte van authorisatie en des versocht sijnde vanden procureur BOON mijn vervoeght bij den procureur LOEFF ende deselve de acte in desen vermelt geinjurieert ende gelevert copije ende etc. die tot antwoort gaff te selve over te senden ende communiceeren.
Actum HAEGE den 23 Julij 1687.
J. WALTERRIUS.
Bossche Protocollen inv.nr. 1679, folio 122 t/m 123.
d.d. 12-08-1687.
CORNELIS van ZUTPHEN borger binnen dese Stadt inde naeme en de gemechticht tot het naevolgende en WILBORT HENDRICX op SCHEPSTALL, PETER AERT STERCKEN, HERMEN WILLEMS, HUYBERT JANSSE van NEERVEN, JAN GOORTS van den EYNDEN, PETER THEUNIS CRUYSCHOT en HERMEN PETERS Schepenen des dorps ende Heerlijckheyt van BAECKEL, mitsgaders JAN de SMIT en PETER ANDRISSE affgegaene Borgemeesters. Inne procuratie brieven onder het Schependoms Zegel van BAECKEL, en de signaturen hunder Schepenen gedepescheert wesende gedateert den elffde Augustus lestleden, en de uyt crachtte der machtte hen daerbij soo blijckende was gegeven en de verleent promissor super omnia et hua: dictorien Constituantium indivisien pertens ab angdtis tot behooff van MAGDALENA van den ACKER weduwe ADRIAEN DANCKLOFF de somme van elffhondert Caroli guldens tot XX stuyvers goet permissie gelt elcke gulden gereeckent metten interest tegens vier gulden vijff stuyvers tot hondert van heden over een jaer te voldoen en de te betaelen, en de binnen dese Stadt vrij ut supra: overmits d'oprechtte deughdelijckheyt deser schult is spruytende van goede en de welgetelde penningen bij de voorschreven volmachtichde uyt handen aen de voorschreven weduwe tot behoeff van de voorschreven dorpe gehadt en ontfangen omme geemployeert te worden tot betalinge van het comptore der verpondingen gelijck hij gelover dat verclaerde en bekende mits deses, en de offe het gebeurde dat de voorschreven somme ten voorschreven dage niet en wierde gerestitueert soo geloofft deselve alnoch uyt crachtte en de op verbant als voor daer van interest te geven als voor tot distantiele afflossinge toe, Testes ut Supra datum den twelffde Augusti sesthien hondert seven en tachttich.
H. SWEERTS de SANDAS.
ABRAHAM DAASDONCK
Mij Present J.S. CATTENBUNEN.
! In de marge !
De Heer MARTINUS JOSEPHUS de LEEUW woonachtig te ESCH heeft opentlijk bekent en de beleeden, dat de Regenten van BAAKEL aan zijne handen hebben afgelost ien gegeeven het nevenstaande Capitaal van elf hondert Gld. cum arrestadus en heeft met overleevering des briefs geconsenteerd in de Cassatie deses testes ut supra datum den vierden April 1700 vijf en sestig.
M. de ZEEUW
A.J. de VLIEGER
JOH. van HANSWIJK
Mij Present A BASTIDE
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19.
Raad van Brabant 1586 - 1811.
Inventaris 788.2464.
d.d. 10-09-1687.
Notulen.
Den Stadthouder mitsgaders Schepenen vanden Dorpe van BAECKEL, Quartiere van PEDELANT Meijerije van S'HERTOGENBOSCH, Impe-tranten van Mandament in cas van Jujurien, Contra MATHIJS WILSEM HERMAN MANDERS, gedaeghde.
1.
Den 15 Januarij 1687 omme Eijsch doen ende alsoo LOEFF ordre hadde becomen ende Jusisteerde om Eijsch gedaen te hebben. BOONDOET Eijsch ende comandeert prout inscriptis <= naar gelang de inschrijving> LOEFF sonder te advoijeren de qualiteijt van de Impetranten inde presentie: vermelt versoect alvoorens visie ende copie van de procuratie opden Procureur LOEFF gepasseert. LOEFF is te vreden deselve morgen te leveren termijn op alles.
Den 19 dito omme te dienen van Procuratie verstecq BOON.
Den 5 Meert 1687 omme 't proffijt vant verstecq te begeren, van dat BOON niet gedient heeft van procuratie. BOON geeft visie vande origineele ende geeft over aen LOEFF copie van sijne procuratie, LOEFF adduit deselve over.
Den 20 dito omme t'antwoordere LOEFF absentie.
Den 9 April omme t'antwoorden verstecq LOEFF.
Den 23 April omme 't proffijt vant verstecq van antwoort te begeren LOEFF versoect prorogatie te 14 dagen fort voor alle clocij.
Den 14 Meij 1687 omme 't proffijt vant verstecq van antwoort te begeren, LOEFF versoect prorogae. ad Im sonder verder dilaij,
2.
Den 5e Junij 1687 omme 't proffijt van 't verstecq van antwoort te begeren. LOEFF dede seggen, doet presentatie ende antwoort prout in saigtis. BOON over endagh, depost BOON refuserende de resentatie als Captieus ende insuffisant persisteert voor replijcq. LOEFF persisteert voor duplijcq. BOON versoeckt appoinctement dispositijff omme de saecke te beschrij bij Eijsch antwoort replijcq ende duplijcq met middelen, acte maecken ende dienen. Ende des noot productie doen, LOEFF dogh den Raedt fiat, dagh ad acto.
3.
Den 11e Junij 1687, omme appoinctement dispositieff <= is een ordre van den Hove, op wat wijze een zaak beschreven zal worden> te begeven. BOON versoect alsnogh appoinctement dispositief, omme de saecke te beschrijven bij Eijsch antwoort replijck <= wederzegging> ende duplijcq <= tweede antwoord> met middelen acte maecken ende dienen, ende des noot productie doen. LOEFF doet naerder verclaringe, ende presentatie prout inscriptis <= al naar gelang de inschrijving>. BOON uer en dagh.
4.
Den 10e September 1687 omme appoinctement dispositijff te begeren. BOON versaeck alsnogh appoinctement dispositieff omme de saecke te beschrijven bij Eijsch. Antwoort replijcq ende dupliecq met middelen acte maeken ende dienen en des noots productie doen fiat.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19. Raad van Brabant 1586 - 1811.Inventaris 788.2464.
d.d. 10-09-1687 ??
Conclusie van Eijsch voor Den Stadthouder ende Schepenen van BAECKEL.
Compareerde voorden Ed. Raede ende Leenhove van BRABANT, JOHAN BOON als Procureur van de Stadthouder, mitsgaders Schepenen vanden Dorpe BAECKEL Quartiere van PEELANT Meijerije van S'HERTOGENBOSCH Impetrant van Mandament van de in cas <= in gevalle> van injurien <= ongelijk, onrecht> ter eenre. Op ende jegens MATTHIJS WILLEM HERMAN MANDERS gedaagde uit voorschr. cas ter andere sijden. Ende bij de middelen van het voors. Mandament ende andere in tijden ende wijlen (ustnoot:) !OPVRAGEN! naerder te deduceren <= verhalen; verklaren> Eijsch doende concludeerde dat den gedaagde sal werden gecondemneert <= gevonnist> de Injuriende Impetranten <= verongelijkte verzoeker> aengaen, ende in het voors. Mandament breeder geroert te beteren eerlijck ende proffijtelijck, eerlijck mits op seeckere reghtdagh bij desen gemelden Raede te prefigeren <= voorbestemmen; voorbepalen> te houden inde Audientie
<= gehoor> van desen Ed. Raede bloots hooffs op sijn knijen biddende de Justitie, ende de impetranten indien sij present wesen willen om vergiffenise, en aldaer te verclaeren dat hij de voorschr. injurien onbedaghtelijck, ende tegens de waerheijt heeft uijtgesproocken gehadt, ende dat het selve hem van herten leet is, verclaerende vande impetranten niet te weeten als alle eer ende deught. Ende proffijtelijck wets gevende aende Armen tot BAKEL een somme van drie hondert guldens, behoudens dat den impetranten bereijt sijn met Eede te verclaeren om gelijcke somme, jae om geen goet ter werelt gelijcke injurien niet nogh eens te willen lijden, cum expensis
<= met uitgave / betaling> ofte tot andere, etc.
BHIC. Den Bosch. Toegangsnummer 19. Raad van Brabant 1586 - 1811.Inventaris 788.2464.
d.d. ??
Compareerde voor den Ed. Raede van BRABANT LIBERTUS LOEFF als Procureur van MATTHIJS WILLEM MANDERS, gedaegde in cas van Injurien ter eenre Op ende Jegens DANIEL MACHALLE, WILBERT HENDRICX op SCHIPSTAL, PETER AERT STERCKEN, HUIJBERT JANSEN van NEERVEN, JAN GOERTS van den EIJNDE, HERMEN PETERS, ende PETER THONIS CRUIJSCHOT respective Stadthouder, ende Schepen des Dorps, en Dinghbancke van BAECKEL Impetranten, int voors. cas ter andere sijden, ende dede seggen wel expresselijck te ontkennen, de Impetranten in het generaal, ofte, iemant van hen in't particulier geinjurieert te hebben. En particulierlijcke te ontkennen, dat hij gedaagde de Impetranten int generaal off iemand van de selve in het particulier soude hebben naergegeven, dat sij waeren, dieven, en schelmen, daer en boven bereijt, ende willigh te wesen met Eede te verclaeren noijt eenige gedachte ofte intentie gehadt te hebben van de selve in haer eer ofte respecte in het minste te crencken, gelijck den gedaegde door rechtelijcke insinuatie de Impetranten voor desen oock heeft bekent gemaeckt ende geprotesteert ende mits dien ende onder beneficie vande voors. presentie ende bij, refuijs van dien, concludeerde tot sub ende obreptie ten fine van niet ontfanckelijck, ende bij ordine, dat de Impetranten haeren eijsch, ende conclusie sal worden ontseijt, Cum Expensis, ofte tot anderen Etc.
Bakel 1688.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1654, folio 44 t/m 45.
d.d. 27-01-1688.
CORNELIS van ZUTPHEN borger deser stadt inden naemen ende als gemechtigt van WILBERT HENDRIX op SCHEPSTAL, PETER AERT STERCKEN, HERMAN WILLEMS, HUYBERT JANSSE van NEERVEN, JAN GOORTS van EYNDE, PETER THEUNIS CRUYSCHOT ende HERMAN PETERS Schepenen, WILLEM WILLEM AERTS ende GOORT PETERS Peelmeesters, JAN PETER AERTS STERCKEN, ende LAMBERT ANTHONIS BANCKERS Kerckmeesters, JAN BANCKERS ende METHEYS van den KERCKHOF Armmeesters, JAN JANSSE de Smit ende PETER DRIESSE gewesene Borgemeesters mitsgaders WILLEM FRANSSEN ende HUYBERT JOOSTEN tegenwoordige Borgemeesters alle des Dorps BAECKEL inne procuratie brieven onder des gemeyne Schependoms segele des dorps voorschreven daer gedepescheert ende met de ondertekening des secrete becrachticht wesende van der date den 23 January 1688 em uyt crachte der machte hen daer soo blijckende was gegeven ende verleent, heeft gelooft super omnia et hada constituantium indivisum Sr. GEVERT van CEULEN tot behoef van Juffrouw ANNA van NIEL de somme van veertienhondert Car: guld. tot xx stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent metten intrest van dien tegens vier gulden thien stuyver van t'hondert van heden date deser over een jaer te voldoen ende te betaelen ende binnen dese stadt van ut supra opmits de oprechte deuchdelijcheyt dese schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bij den voorschreven geconstitueerde te danck gehadt ende ontfangen soo hij bekende mits desen ende in cas van langer continuatie sal den interest blijven loopen als voor tot de effectuele voldoeninge ende aflossinge toe testerut infras datum den sevenentwintichsten January sestienhondert achten tachtich.
JACOB van CASTEREN
B van HIENEN
Mij present
J.S. MEULEN.
In de marge !
Bij quitantie van Juffrouw ANNA van NIEL gestelt in dorso vanden uyte gemaeckten brieff heeft opentlijck bekendt ende beleeden dat HUYBERT JOOSTEN en WILLEM FRANCEN als Borgemeesters tot BAECKEL aen haere handen hebben afgelost en gequeeten den nevenstaende somme van veerthien hondert gulden met den interest van dien, Consenterende derhalve indie te afsatie deses. XVIc vier en negentich.
Bossche Protocollen inv.nr. A 1654 folio 61v. - 63v..
d.d. 14-02-1688.
Vrouwe CATHARINA de COCK, Wed. Jocker GERARDUS BECX inden naeme ende gemechticht van Vrouwe CATHARINA de COCK Wed. Jr. LAMBERT BECX sijne moedere hem daer voor fort ende sterck maeckende mits desen als evictie twee stucken erve geheeten "De EUSELS" gelegen eensdeels onder MILHEEZE ende eensdeels onder de jurisdictie van DEURNE tusschen de gemeente van DEURNE ex uno, ende tusschen erve der erffgenamen WALRAVEN van WITTENHORST ex alio streckende van erve des convents van BEYNDEREN met meer andere tot op erve der erffgenamen THIJS PETERS (nu alys)? soo ende gelijck JAN voor PETER AERT STERCKEN daer van handtlichtingee heeft gedaen waer van SYMON van STOCKUM Nots. ende Clerck deser Stadts secretarije den coop tegens den richter ende met vonnisse van Heeren Schepenen deser Stadt tot behoef van de evictuere genomen ende p...... heeft in ..... serbus in date den 26 September 1686 sijnde daer naer GOVERT van CROMVOIRT inden naeme als voor met uytganck vande keersse des verbents daer aen gebleeven pront in ..... .......... in date den 6 November 1687 heeft hij bij manniere van leste slijtinge wettelijck ende erffelijck opgedraegen ende overgegeven mits desen JAN JAN LUYTENS tot behoeff vanden Hooch Ed: Geb: Heere EVERAERT van DOERNE Heere van ASTEN ....... ... ..... ..... .......... .............. .. ..... .. .... geloevende met sterckmaeckinge als voor super omnia et hada ..... ...... .... ....... .. ...... .. ..... ... ......... ende of naermaels met wegen van recht bevonden evictte iets daer uyt te gaen sal den coper nyt de cooppenninge ende slaegen voor soo wel de selve sullen strecken aengecocht werden de geltchijnsen tegens den xxe penning ende de specie pachten tot arbitragie van Heeren Commissarissen tot de te DOERNE reeckeninge te committeren. Testes ut infra datum ut Supra.
DE GRAVESANDE
JACOB van CASTEREN
Mij Present
MEULEN
De voorschreven opdraeger bij naemen ende met sterckmaeckinge als voor een stuck weilandts gelegen tot MELIS geheeten "De BRAECK" tusschen erve HENDRICK PETER SCHEPERS ex uno, en nevens erve LEENDERT WILLEM DAEMEN ex alio, streckende van erve JANS de BERCKEL tot op de gemeyne straet waer van ut supra sup. portavit ende gelooft per totum ut supra. Testes ut infra datum ut supra.
Ds. GRAVESANDE
JACOB van CASTEREN
Mij Present
MEULEN
De voorschreven opdraeger bij naem ende met sterckmaeckinge als voor een stuck ackerlants geheeten "Den HEUVELMAN" gelegen als voor tusschen erve der erffgenamen LAUREYNS DENIS ex uno streckende metten anderen eynde aen de gemeene straet. Ytem een stuck landts geheeten "Den CLEYNEN HEUVELMAN" gelegen als voor tusschen het voorschreven stuck ex uno, ende tusschen erve der H.Geest tot BAECKEL ex alio ex uno sui streckende metten anderen eynde op erve BASTIAEN ANTHONIS VERHAEGEN waar van ut supra suppt GEVERT van CROMVOIRT finnil ende gelooft per totum at supra. Testes ut infra datum ut Supra.
Ds. GRAVESANDE
JACOB van CASTEREN
Mij Present
MEULEN.
De voorschreven opdraeger met sterckmaeckinge als voor Huys, hoft ende andere erffenisse gelegen als voor tusschen de gemeente ex uno, ende der gemeenen wech ex alio streckende van erve GOYERT GOOSSENS cum suis tot op erve der erffgenamen JAN GOORTSE van HOEVE waer van ut supra supportavit Joncker JOHAN FRANCHOYS MARON finnil ende gelooft per totum ut supra. Testes et datum ut supra.
Ds. GRAVESANDE
JACOB van CASTEREN
Mij Present
MEULEN
De voorschreven opdraeger bij naeme ende met sterckmaeckinge als voor Een stuck weilandts geheeten "De HAEGE" gelegen als voor tusschen erve des convents van BEYNDEREN ex uno et fine uno, ende tusschen erve der erffgenamen JAN JOOSTES van HOVE ex alio, streckende metten anderen eynde op erve der erffgenamen DIRCK JACOBS. Item een stuck weilandts geheeten "Den HUYSACKER" gelegen als voor tusschen erve LEENDERT WILLEMS alia DAEMEN ex uno, ende tusschen erve BARTRAM JANS nu alys ex alio, streckende van erve JOOST CORSTIAEN BRAECKELER tot op erve der erffgenamen JAN JAN TEUWENS waer van ut supra suppt. GERAERT van NOORT Not: ende Clerck deser Stadts Secretarye finnil en gelooft per totum ut supra. Testes et infra datum den sestienden February sestienhondert achten tachtich.
W. SCHUYL de WALHORN
JOOST NAGEL
Mij Present
MEULEN
De voorschreven opdraegere Een stuck landts geheeten "De STREEPEN" gelegen als voor tusschen erve der erffgenamen JOOST ARIENS ex uno, en tusschen erve JAN GOORTS van HOVE ex alio, streckende van erve des convents van BEYNDEREN tot op erve JOOST ADRIAENS voorschreven, waer van ut supra pipportavit gelooft iner totum ut supra ..... .......... Testes ut infra datum ut supra.
W. SCHUYL de WALHORN
JOOST NAGEL
Mij Present
MEULEN
BHIC - Raad en Rentmeester Generaal der Domeinen.
d.d. 19-06-1688.
Corte specificatie bij forme van Memorie van't geenen den Deurwaarder van haar Hoog Mo. Domeijnen ANTHONIJ VOSKUIJL heeft verdient in het diregeren van sijne gedaene Exploith door ordre & schriftelijcke last van den Ho.Ed. Welgeb. Hr. PHILIP JACOB van BORSSELE van der HOOGE als Raat ende Rentmeester Generaal der Domijnen over de Stadt & Meijerije van DEN BOSCH.
den 16 Junij 1688.
Eerstelijk soo heeft den voorschr. Deurwaarder door ordere voorut sigh expresselijck vervoeght naer BAECKEL omme aldaar die aangeslaagene karren met peerden & desselfs getuigh te vercoopen van die van ROIJ < = VENRAIJ > over DEN PEEL, komt den voorschr. Deurwaarder voor sijne espresse vacatie
< = bezigheid > van ijdere uere gaens negen stuyvers: & in het wederkeeren van gelijcke nege stuyvers: & alsoo BAECKEL disteert < = verwijdert > nege ueren van DEN BOSCH is samen achtien ueren f. 8- 2- 0
Item op den 17 dito voor het verblijven & bewaaren tusschen dien dagh & nacht comt f. 3-12- 0
Item voor het vercoopen van selve parceelen met het muniteren < = opmaken van de rekening f. 3-12- 0
Item op den 18 dito voor het over brengen van den gevange & bewaaren voor dien dagh comt f. 3-12- 0
1688 Lataris f. 18-18-0
Den 18 Junij
Item den gevangen met de adsistenten tot SCHIJNDEL in de Herbergh DE KEULSE KARRE veerteert, de somme twee gulden & vier stuyvers f. 2- 4- 0
Item des avonts 18 dito gekoomen met den gevangen binnen DEN BOSCH & gebracht bij van ZITVEN in DEN BOGAART & is de assistent aldaar
verbleeven tot den 19 dito daar verteert vijf gulden 8 stuyvers f. 5- 8- 0
Somma f. 26-10- 0
IJck onderschreven beken ontfangen te hebben uijt handen van Monsr. van CAMPEN de somme van 26-10- 0
ANT. VOSKUIJL.
d.d. 16-07-1688.
Voor de Domeijnen.
Deurwaerder der Domeijnen.
Alsoo die van BAECKEL, BEECK en AERLE seven carren en peerden met een Boer van VENROIJ onlancx hebben gesaiseert < = vast gehouden > in conformite
< = in gevolg > der Resolutie van Haer Ed. Mogende de Heeren Raden van Staten deser VEREENIGDE NEDERLANDEN in dato 18 October 1683 op authorisatie uyt cragte van de selve, van mij ondergeschreven als Raet & Rentmeester Generaal der Domeijnen, soo sult U aenstonts hebben te begeven naer BAECKEL voornt. ende Regenten aldaer versoecken, dat hun goede gelieffe mag sijn, U Ed. aan te wijsen en in goede verseeckering over te leveren de gemelde seven carren en peerden ende die geeve die sij nog mochten gesaiseert hebben, welken alle naer stijl aldaer bij uytroepinge ende klockenslache sult hebben te vercoopen, de penningen te ontfangen ende deselve ten Comptoire der Domeijnen in goede verseekeringe onder te brengen ad opus jus habentium < = voor de zaak van degene die het recht heeft; ten behoeve van de rechthebbende >, sonder eenich tijt verlies om te thoonen datten ondergeschrevene in promptitude < = snelheid > tracht naer te comen tot voldoeninge van Haer Ed. Mo. intentie der selver haer Ed. Mo. Resolutien en bevelen, en in ’t minste poinct niet van intentie is, noch te oock noijt is geweest daerin te tergiverseren < = uitstel te zoeken >, gelijck nochtans die van BAECKEL, BEECK en AERLE valschelijk en tegens de sincere < = oprechte >, waerheijt den ondergeschreven bij haare Requeste van 15 July 1688 aen haer Ed. Mog. de Heeren Gedeputeerden gepresenteert hebben naergegeven.
End sult verders in goede verseeckere met de nodige assistentie van de Schutters en andere van BAECKEL in alle securiteijt herwaerts overbrengen de gesaijseerde Venroijse boeren, stellende de selve alhier op de gevangenpoirte, en dit alles in conformit en tot naercoming van de voorschr. haere Ed. Mo. bevelen van datis den 18e Octob. 1683 en 15 Julij 1688, mij relaterende U wedervaeren.
Actum BOSCH den 16 July 1688.
Van BORSSELE
Van der HOOGHE
d.d. 16-07-1688.
Op heden den 16 IJulij 1688 hebbe ick ondergeschreven Deurwaerder, volgens dese bovenstaende ordre mijn getransporteert naer BAECKEL ende hebbe het selve gedaen in Conformite van de voorschr. ordre.
Actum ut supra,
AT. VOSKUIJL, Deurw.
d.d. 27-07-1688.
Copia.
Pro Patria.
Conditien en voorwaerden achtervolgens welcke ANTHONIJ VOSCUIJLEN Deurwaerdere der Domeijne over de Stadt ende Meijerije van SHERTOGENBOSCH. Vuijt craghte van Authorisatie van den Heer Rentmeester derselve Domeijnen in dato 16e Julij 1688 op hem gegeven tot naercominge van haer Edele Mogende Resolutien respective den 18e Octob. 1683, en 15e Julij 1688 van meeninge is naer voorgaende Clockenslagh ende Proclamatiena aen den meestbiedende publycqulijcke voor alle man te vercoopen seven paerden en ses karren mettet getuijgh daer toe specterende < = behorende > bij die van BAECKEL aengehaelt ende ontnomen van die van VENRAEIJ tot verhael van geledene schaede naerder inde Reqte. Ende Resolutien van haer Edele Mogende in date 18 Octob. 1683 aengedreect.
Aen igelijck sufficiant < = genoegzaam > geneugh sijnde sal hier op mogen hogen en de mijnen ende den hoogsten inzetter sal het voormijnen hebben.
Isser twee oft meder te gelijck mijnder sal men op nieuwe soodanigh pandt mogen affhangen dit ingevalle van misgrijp refereert den affhanger sijn verhael.
Als imandt eenigh pandt gemijnt sal hebben, sal die cooppenningen aanstonts moeten voldoen voor den sonnen ondergangh.
Op deser vorenstaende conditiën is te beurde geberacht een peert met kerre ende getuijgh waer van meester was geweest, MATTIJS MAESSEN van VENROEIJ. En is inne geseth op veertien gulden bij AERT JANSSE van VIJFF EIJCKEN.
Affgehangen op 50- 0- 0 gedaelt tot 20 gulden, noch naerder affgehangen ende gedaelt op 14 gulden, is aende voornoemden AERT van VIJFF EYCKEN gebleven. < In de marge > dese 14 gulden sijn betaelt aen handen van de Deuwaarder VOSCUIJL.
Item nogh een paert met een karre dat mede toegekomen heeft den voorn. MATTHIJS MAESSEN. Ingeseth bij MARTEN DELIS VERHEYEN op 10 gulden, affgehangen op 50 gulden, aff gemijnt bij de Heer … VERBEECK voor 15 gulden. < in de marge > dese 15 gulden betaelt aen ANTONY VOSCUYLEN.
Item een paert met den haem toegecomen hebbende NICOLAES MARTIJS tot VENRAEIJ en LAMBERT VERASDONCK op 9- 0- 0 affgehangen op 25- 0 -0 affgemijnt bij PAULUS van de SANDE voor 10- 0- 0. < in de marge > dese 10 gulden sijn betaelt aen handen van ANTONIJ VOSCUYLEN.
Item een peert met eene karre en getuijgh daer van Mr. was JOCHEUM ……. Tot VENRAEY. Ingeseth bij LAMBERT VERASDONCK op 33- 0- 0 affgehangen op 60- 0- 0 affgemijnt van den beurde op 38- 0- 0 bij DANIEL MARCALLA.
Item een peert met drie karre dien van Meester waeren geweest de Bagijnen van VENROEY. Ingeseth bij JOOST GIESEN op 30 gulden. Affgehangen op 60- 0- 0, affgemijnt bij CORNELIS van ZUTPHEN op 38 gulden.
Item een peert met eene kerre ende getuijgh daer mede Meester van waren geweest de voorschreeve Bagijnen. Ingeseth bij HENDRECK van DAVERVELT op 70- 0- 0. Affgehangen op 130- 0- 0 affgemijnt Van den BEURDE bij CORNELIS van ZUTPHEN op 85- 0- 0.
Item een peert karre ende getuygh toegecomen hebbende die voorschreve Bagijnen. Ingeseth bij JOOST JAN GIELENS op 52- 0- 0, affgehangen op 100- 0- 0, affgemijnt bij CORNELIS van ZUTPHEN voor 61- 0- 0.
Aldus gedaen ende int openbaer vercocht op huijden den 17 July 1688 ten overstaen van de ondergeschreven was onderteekent ANTONIJ VOSCUIJL Deurwaarder, H. VERBEECK als getuijger H. van DAVERVELT als getuyge.
27e July 1688 is van ZUTPHEN ontfangen 84- 0- 0
Item ANTONI VOSCUIJL ontfangen 34- 0- 0
BAKEL, vercogt 7 Paerden carren en getuijgh 261- 0- 0
d.d. 29-07-1688.
Ontfanck.
1 peert bij AERT van VIJFEIJCKEN & bij Deurwaerder VOSCUIJL ontfangen tot 14- 0- 0
1 dito bij d’Hr. Advocaat VERBEECQ voor 15- 0- 0
1 dito bij PAUWELS van der LAUW 10- 0- 0
1 dito bij DANIEL MAECKAL voor de somme van 38- 0- 0 rest -------------- memorie
1 dito bij Com. van ZUTPHEN voor de somme van 38- 0- 0 rest ----------- memorie
1 dito bij den selven 85- 0- 0 daer op ontfangen 84 gulden rest 1 gulden memorie dito 84- 0- 0
1 dito bij Com. van ZUTPHEN voor de somme van 61 gulden rest memorie
Specificatie van’t gene den Raet ende Rentmeester Generaal der Domeijnen ontfangen heeft van de vercochte peerden van VENROY
Anno 1688 en wat daertegens heeft verschoten en betaalt,
2 Meij 1684 op 2 Deurwaerders met MACKAL authorisaties, ingestelt om te saijsery < = beslag leggen > binnen de graven d’Heer DAVID Schout van VENROIJ 1- 5- 0
Restera wederom authorisatie ingestelt op MACKAL allen tot sayseringe van carren, peerden, menschen, enz. 1- 5- 0
Voor receptie < = ontfang; aanneming > der missive < = brief > van MAECKAL de dato 10 July 1688 over de borgtochte van den
Advocaat van BEUGEN aen hem toegesonden 0-12- 0
Voords missive te schrijven 0- 6- 0
De missive van den 10 July beantwoort 0-12- 0
Informatie ten Comptoire der Domeijnen gestaen vande regten en appoincten van de Heeren Gedep. de dato 15 July 1688 van den gesaijeerden
boer van BAECKEL door den Deurwaarder te doen afhalen ende tot coste van die van BAECKEL op de Poort te brengen, de peerden te vercoopen 0-12- 0
op’t versoeck van die van BAECKEL copy authenticq der selver requeste en appostilles < = aantekeningen > doen schrijven en aen haer gelevert,
daarvoor betaalt 0-16- 0
17e July missive ontfangen van MAECKAL met de specificatiën der oncosten 0- 6- 0
29 dito aen de ingebieder < =gerechtsbode die dagvaardt > betaalt 8- 3-12
Item aen Deurwaerder VOSCUIJL bij specificatie 26-10- 0
Compt voor d’authorisatie den 16e July 1688 aen Deurwaerder gegeven 1- 5- 0
42-12-12
Bij VOSCUIJL verteert tot den 19 July volgens quitantie 2- 2- 0
Compt voor verspreijden advisen en consulten 6- 6- 0
Bakel 1689.
Bossche Protocollen inv.nr. 1680, folio 153 t/m 154verso.
d.d. 04-03-1689.
WILBORT HENDRICK WELTTEN President en JAN DIERDONCK Borgemeester tot BAECKEL, soo voor haer selve, als mede inde naeme ende gemechticht tot het naevolgende, van HERMAN WILLEM MANDERS, HUYBERT JANSSEN van NEERVEN, JAN GOORTS van den EYNDE, PETER THONIS CRUYSCHOTH ende HERMEN PETERS Schepenen, GEERLINCK ANTHONIS Borgemeester, JAN PETER STERCKEN ende LAMBERT ANTHONIS van HOOFF Kerckmeesters, MATHIJS van de KERCKHOFF Armmeester ende GOORT PETERS die Peelmeester der Heerlijckheyt ende dorpe van BAECKEL, gelegen in de quartiere van PEELANT, MEYERYE van S'HERTOGENBOSSCHEN representerende het geheele Corpus van BAECKEL voornoemt. PETER JAN WILBORTS, JOOST DIRX, JAN JANSSEN NOYEN, JAN HENDRIX de BRUYN, JOSEPH HENDRIX, TONIS JOOSTEN van NEERVEN, PETER DRIESSEN, CORST JOOSTEN, HERMEN CELEN, JAN JANSSEN SMITHT, AERT PETER STERCKEN, JOOST BANCKERTS, GERARD JAN WILLEMS, THOMI JAN WILBORTS, HENDRICK WILBORTS, THOMAS GIJSBERTS, PETER JAN WILBERS, DENIS JANSSEN, CLAES JAN NOYEN, WILBERT JAN WILBERTS, CORST ANSEMS, HUYBERT JOOSTEN, WILLEM ?, ? WILLEMS, GORT HERMENS, MICHIEL van der BIJLL, WILLEM KUYPERS, WILLEM RIJNDERS en JOCHEM PETERS, ingesetenen ende geerffden van BAECKEL voornoemt, mitsgaders Heer de WAPENAER Commandeur tot GEMERT, JAN van den BERGH, WIJNANT van de PUTTEN, L. de KRUYSS H.Geestmeester tot HELMONT, MARIA Wed. wijlen Heer COPPENS, ende ANDRIES WANTS wonende tot EYNDOVEN geerffde ende gegoede tot BAECKEL voornoemt, inne procuratie brieven, onder het Schependomssegel, en signaturen des Presidents in absentie ........ gedepescheert, wesende gedateert den derthiende February lestleden, de regeerders van BAECKEL voornoemt, daeren boven gemechttet bij seeckere octroy ofte apostille marginaele van de Ed.Ho.Mo. Heeren Raden van Staten deser Verenichde Nederlanden gestelt op de marge der requesitie ten dien inne opgelevert luydende als volght: Den Raet heeft naer deliberatie goet gevonden ende verclaeren de supplementen mits desen te authoriseren ende te octroyeren omme te mogen negotieren soo veel penningen als si tot voldoeninge vanderselve quote inde taux van de bewuste 400.000 gulden van noden sullen hebben, mits niet excederende haeren voorschreven quote Actum 8 April 1683 was geparapheert P.RUYKH, onderstelt ter ordonnantie van de Raedt van Staten, was ondertekent G.van SLINGELANDT, ende uyt chrachte der machte de voorschreven Regeerders bij de voorschreven octroye ende de voorschreven geconstitueerden bij des voorschreven procuratien, soo blijckende was gegeven ende verleent hebben gelooft soo op 't lant van haer als der constituantenpersoonen ende goederen present ende toecomende, haere ge....... ende wat des over is hebbende ende vercrijgende ider een voor all en als schuldenaer principael, daer neffens oock de goederen vande buyten geerffdens tot BAKEL woonende gelegen. De Heer GEERLOFF SUYCKERS griffier des quartiere van PEELANT, de somme van sesthienhondert en vijftich Caroly guldens tot XX stuyvers goet permissie gelt elcken gulden gereeckent, metten interest tegens ses ten hondert doch als binnen ses weecken naer die vervaldach wert betaelt sullen volstaen met vijff gulden thien stuyvers ten hondert van heden over een jaer te voldoen ende te betaelen, en binnen dese Stadt vrij ut supra ...... d'oprechte denen Edelickheden deser schult is spruytende van goede en welgetelde penningen bij de voorschreven volmachttichte uyt handen van de voorschreve Heere SUYCKERS gehad ter ontfangen ende geemployeert tot betaelinge van de quote van BAKEL voorschrevens inde taux van de bewuste vierhondert duysent gulden gelijck geconstitueerden dat verclaeren en de bekennen mits deses ende ofte het gebeurde dat de voorschreven somme ten voorschreven dage niet en werde gerestitueert soo geliven deselver alnoch uyt crachte ende op verbant als voor daer van interest te geven als voor tot 'efstertuele <= achterstallige> afflossinge toe. Testes ut insea Datum ut Supra.
A.v.BLOTENBURCH
COR.van de MEULEN
Mij Present J.L.HARRECABNUS 1689.
De voorschreven geloveren met naem en qualiteytten ende gemechticht als voor bij de voorschreven procuratie .... ad de regeerders van BAECKEL voornoemt daer en boven gemechticht bij seeckere octroyen het welcke alhier uytte laetten. Ende uyt crachte der machte de voorsegde geconstitueerden bij de voorschreven prucuratie gegeven ende verleent ....... <latijnse tekst> als voorschreven Heer GEERLOFFS SUYCKERS de somme van derthienhondert ende vijftich Car.gulden tot XXtich stuyvers goet promissie gelt elcken gld. gereeckent met een interest tegen ses ten hondert, doch als binnen ses weecken naer de vervaldach wert betaelt sullen volstaen met vijff gld. thien stuyvers ten hondert van heden over een jaer te voldoen ende te betaelen, ende binnen dese Stadt vrij ut supra ...... d'oprechte deughdelijckheit deser schult is spruytende van goede en welgetelde penningen bij de voorschreven volmachttende uyt handen van voorschreven Heere SUYCKER gehadt ende ontfangen om geemployeert te worden tot betaelinge van het comptoir der verpondinge ende andere s'Lants comptoiren, gelijck sij geloven dat verclaeren en bekennen mits, en ofte het gebeurde ut supra. Testes ut insea datum ut supra.
A.v.BLOTENBURCH
COR. van der MEULEN
Mij Present J.L.MATTENBURGH 1689.
Notaris Theodorus Alberts te Helmond, inv.nr. 19, nr. 4.
d.d. 9 April 1689.
Huyden den 9en April 1689 soo compareerde voor mij openbaar Notaris bij den Edele Hove en Rade van BRABANT geadmitteert binnen deese stede HELMONT resideerende in kennisse den naebeste getuygen MATHIJS WILLEMS van de KERCKHOFF H.Geestmeester, en JAN HENDRIKS oft laeste aftgegaene Borgemeester, van BAEKEL en aldaar woonende, sijnde beyde van competenten ouderdom dewelcke ter Instantie van PETER JAN WILBORTS tot BAEKEL voorschr. woonende getuygden en verclaerden op haere manne vromigheyt in plaetse van eede des noot sijnde hierop aft te leggen waer en waerachtig te sijn, hoe dat sij Luyden en alle die gheene die onder eede waren op Sondagh den veertiende Maert lestleden door den Vorster tot BAEKEL mette ordinarie Sondaghs geboth sijn geciteert geweest op de peenen daertoe staende, enne tegens den 15en daeraen volgende in de kerke te compareren en aldaer te kiesen de Borgemeester tot BAEKEL voorschr. en dat sij comparanten neffens d'andere leeden onder eede staende de voorn.: 15 Maert hebben genomineert de personen van JAN PETER AERTS en WILLEM NATHIJSSEN voor Borgemeester, sonder dat toen ter tijt eenige mertie (= verdienste) gemaekt wilde van den Requirant in deesen, datt omtrent tien à twaalft daegen daer naer sijn comparanten verstaen hebben, datter wederom een nieuwe keuse bij schepenen was gedaen op den Requirant in deesen, sonder dat sij comparanten, en nogh meer andere leeden van welk mijsten behoord daerbij aen ende present waeren geweest, als meede soo verclaerde sij Comparanten, den eersten out wesende seventigh en den tweede omtrent veertig Jaern dat sij nooit hebben gehoort of geweten dat een persoon noyt driemaal het ampt van Borgemeester binnen BAEKEL bedient heeft alsoo dat BAEKEL nogh een volckrijk dorp sijnde aldaer ook stoffs genoegh gevonden wert, allegerende sij comparanten voor goede redenen van wel wetentheyt bij de voorschr. eerste keuse aen ende present te sijn geweest en dat sij toen ter tijt van Requiranten niet een woord hadden hooren verstaen en dat sij tot de tweede keuse niet geciteert, off hen stemmen daer op gegeven hadden van den comparant waermede sij deese henne depositie verclaereden te eyndigen. Voorts soo verclaere ik ondergeschrevene Notaris op den 20en Maert lestleden in den stadthuyse alhier van WILBORT HENDRIKS op SCHEEPSTAL President tot BAEKEL te hebben hooren verhaelen dat sij den persoon van JAN PETER AERTS neffens WILLEM MATHIJSSEN tot Borgemeesters van BAEKEL gekosen hadden, ende dat den officier MACCALLA den iersten tot Borgemeester niet wilde hebben en dat hij heer MACCALLA omme hem JAN PETER ARTS van het Borgemeesterschap te bevrijde hem JAN PETER AERTS sinisterlijk eenige daegen te vooren sinde toestemminge van hem WILBERT als president en nogh twee à drie andere schepenen, tot schepen gemaeckt haddden, en dat hij JAN PETER AERTS ook Borgemeester blijven soude het coste wattet coste ende dat hij Heer MACCALLA ook over lange tijt te vooren aen hen Schepenen beloofft hadde in het kiesen van hem JAN PETER AERTS tot Borgemeester te sullen behulpsaem wesen ende dat hen te dien eynde over langen tijt te vooren ook voor sijn kerkmeesters ampt tot BAECKEL afgeseth had, waerop ik ondergeschreven Notaris hem seyde: Indien dat MACCALLA nu quam te triumpheren in de Continuatie van hem JAN PETER AERTS als schepen, hoe dat sij 't dan souden stellen met het Borgemeester ampt van hem JAN PETER AERTS die mij daerop antwoorde, dat sij dan eene andere soude moeten kiesen, daerop ik hem Repliceerde sulcx tegens de prachticque en usantie van dese Meyerye strijdigh te wesen alsoo gheen twee keusen van Borgemeesters in een Jaer konden geschieden, en dat hij WILBORT op SCHEEPSTAL dupliceerde syde dat hij aen een tweede keuse voor Borgemeester tot BAEKEL te doen, gepriveligeert waren alle 't welcke ik ondergenoempt Notaris verclaere alsoo ten dage voorschreven: tusschen de voorschreven president en mij gepasseert te wesen onder presentaite van alle 't selve des noot sijnde met eede te becraghtighen.
Aldus gedaan verleeden en gepasseert ten comptoire mijns Notaris staende binnen dese stede HELMONT ter presentie van JOOST DIRCK MARTENS tot BAEKEL en LEENDERT JANSSEN van DIJL alhier tot HELMONT woonende als getuygen gisteren versoght die deese neffens de Comparanten en mij Notaris ondertteekent hebben.
Actum ut supra
MATHIJS WIJLBERS van de KERCKHOFF
De heren JAN HENDRIKS, JOOST DIRCK MARTENS en LEENDERT JANSSEN van DIJCK verclaerden niet te kunnen schrijven
THEOD. AELBERTS Not. Publ. 1689.
Notaris Theodor Aalberts te Helmond, inv.nr.19, nr.21
d.d. 8 Juli 1689.
Huyden den 8en July 1689 soo Compareerde voor mij Openbaer Notaris binnen dese stadt HELMONDT residerende in kennisse den nagenoemde getuygen WILBERT HENDRICX president en HERMEN WILLEMS Schepenen tot BAEKEL dewelcke op d'eeden in 't aenvangen van henne Respective Schepenampten affgeleght en voorts onder presentie van eede des noot sijnde hierop aff te leggen hebben getuygt en verclaert waer en waerachtigh te wesen en dat ter Instantie van JAN JANSSEN den SMET in suo gewesen Borgemeester van en tot BAEKEL hoe dat in die liquidatie die op den 30 January 1689 tusschen de Heer DANIEL MACCALLA Stedehouder tot BAEKEL ter eenre en hen Comparante als Regenten tot BAEKEL ter andere sijde gehouden geinsereert staet eenen post van 32:10:00 die hij MACCALLA in die memorie van Rekeningen offte liquidatie bekent van den Requirant ontfangen te hebben, dat die 32:10:00 sijn ten versoecke van den Heer DANIEL MACCALLA door ordre van Schepenen van BAEKEL bij somme van leeninge verschoten en betaalt door henne Requirant voor de verpondingen van sekere tiende tot MEELHEEZE die hij DANIEL MACCALLA gepacht hadde van den Heer Commandeur van GEMERT ofte desselfts genadigde van BAEKEL ofte ter Requirant in heel ofte deele is aengaende maer dat die twee en dertig gulde en tien stuyvers naer ten behoeve en op 't versouck van DANIEL MACCALLA voldaan en betaelt sijn geweest en in sijns Requiranten Borgemeesters rekeningen ook gevalideert sijn ende dat op 't sterck gehouden van Heer MACCALLA alsoo hij MACCALLA tot betainge ende voornoemde 32:10:00 toen ter tijt al door den D..... LUCAS van GERWEN van wegens Jonker NAGEL was ......... gesommeert en geexequteert sonder dat noghtans de voorschreven verpondinge van 32:10:00 wel min de daerover gedrevene executie hem Requirant aen 't meeste deel toe raeckende en allogeerden sij comparanten voor goede reeden van welwetendheyt de voorschreven leening van 32;10:00 die aen hem Requirant op 't sterck aengeven van de Heer DANIEL MACALLA versoght te hebben en dat die aen hem ook in sijnere Rekeninge bij beyde neffens d'andere Schepenen goet gedaen sijn en hen vooruyt gest geleogen als meede dat sij in de voorschreven jaer de eerste comparant president en de ander Schepen geweest en nogh tegenwoordig sijn, en vervolgens van alle 't ghene voorschreven staet nogh seer goede kennisse waeren hebbende.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen de Heerlijkheyt BAEKEL ter plaatse genaempt OP SCHEEPSTAL ter presentie van Monseineur WILLEM van OMMEREN en MICHIEL van ECKAERT als geloofwaerdige getuygen gisteren versoght binnen de Stede HELMONT woonende die deese neffens de Comparanten en mij Notaris in dese hebben actie ut schrijven.
WILBORT HANDRYCKX president
HERMEN WIJLLEMS
W.v.OMMEREN
MICHIEL van ECKAERT
THEODOR AALBERTS Notaris.
Gemeentearchief Helmond, Archiefnr. A-2001. Inv.nr. 3906.
d.d. 08-10-1689.
LEONART JANSSEN van DIJCK, WILLEM JANSSEN van DIJCK soo voor sich selven als mede aengestelde momboren over het onmundich kindt van GERARD JANSSEN van DIJCK, ROELOFF JANSSEN van KILSDONCK als man ende momboir van JENNEKEN JANSSEN van DIJCK, HENDRICK GINHOVEN als man ende momboir van CATALIJN JANSSEN van DIJCK alle te zamen erffgenamen van JAN WILLEMSEN van DIJCK verwect bij MARIA JORISSEN zaliger. Vermidts te affgaen der tochte en decreet van de Weth alhier.
Naer voorgaende drie Zondaeghse proclamatien; sijn van meeninge int openbaer publijcquen ten hoogsten en schoonsten voor alle man te vererftcoopen seecker huijs met alle appendentien, en dependentien van dien getaen ende gelegen inde AMEIJDESTRAETE alhier. Mitsgaders seecker Hoeffken bestaende in huijs, schuijr, hoff, schuijr met ontrent 17 Loopensaten teulandt, weijlandt ende groese gelegen binnen den Dorpe van BAKEL. Op de conditien en voorwaerden hiernaer volgende.
Den hoochsten belegger sal het voormijnen hebben leggende uit parrick eenen Godts penninck en die te mogen verhoogen.
Den cooper zall zijne te belovene cooppeningen gehouden zijn te betaelen prompt bij de veste, die geschieden sall naer deser Bancke recht ten dage vant uitgaen vanden slag, dat wesen zall, heden acht daghen.
Ende daerenboven zall den cooper gehouden sijn te betaelen den geheelen 40e penning Schout, Schepenen, Secretaris, ende Affhangers gerechticheijdt mitsgaders van iederen gulden eenen stuijver tot lijcoop te bekeren alleen ten beliefte van de vercoopers.
Indien daer twee, oft meer gelijck mijnde salmen 't selvs parceel wederom opveijlen en vercoopen, ofte sall den voorn. vercooper dat mogen laten aenden gene, die 't hem believen sall sonder iemandts becroone.
Ende ofte iemandts cochte, ofte mijnde, en dese cedulle niet voldede, soo salmen 't selve huijs, ende hoffken wederom affhangen en vercoopen meergeldende sall den gebrekige cooper niet te bate comen, min geldende etcetera.
Den cooper zall gehouden zijn te slaen te minsten twee slagen doende iederen slach eenen gulden half en half, alles als van oudt gebruijckelick is.
Men zall de cooperen vesten voor Schepenen deser Stadt gelijck men gewoonelick is alles tot laste vande cooper.
Ierstelick; een huijs staende, en gelegen inde AMEIJDE STRAETE alhier, d'eene zijde JAN AERTS als man ende momboir van HEIJLCKEN GOORTS, d'ander zijde WILLEM ELFEN los en vrij. aen te veerden Paessen tnegentigh.
Ingeset bij WILLEM van OMMEREN op hondert en tsestigh gulden
Affgemijnt vande beurden bij EVERT GOORTS vander MEULEN op twee hondertgulden.
Slaet tfijfftigh slaegen.
De kersse inden Naem vanden Heer ontsteken zijnde, is naer uijtganck der selver aende voorschr. cooper den lesten slaeger gebleven desen vijfthienden October sesthienhondert negen en tachentigh.
HENDR. GINHOVENSSEN
L. van GEMERT 15 dag van de 10e maand 1689.
Ten tweeden Een Hoeffe bestaende in huijs, schuijr, hoff met ontrent 17 Loop. soo teulandt, weijlandt als groese oft soo groot en cleijn het selve gelegen is binnen den Dorpe van BAECKEL ter plaetse genaemt OP HORVOORT, gelijck 't selve GOORT PITTERS in gebruijck is hebbende, zijnde los en vrij uitgenomen aen Chijns, ende Geestelijcken pachten jaerlickx eenen twintich stuivers Dorps commer, en andere gebruijckelijck servituijten als van outs.
Ingeset bij FREDRICK BRONCKHORST, op hondert tien gulden.
Affgehangen op duijsent gulden.
Affgemijnt van den beurden bij opgehouden op ses hondert gulden.
Aldus gedaen ende int openbaer vercocht ende opgehouden desen achsten October sestienhondert negen ende tachentigh.
GINHOVENSSEN
Van GEMERT 8e dag van de 10e maand 1689.
PAULUS VOET
en nog meer andere.
Bossche Protollen, inv.nr. 1815, folio 50 - 52verso.
d.d. 22-10-1689.
Joncker GEVAERT BEX alhier heeft ende procuratie hebbende van Vrouwe CATHARINA de CRUCK, Weduwe van Joncker LAMBERT BEX is metten twee vonnissen van Heeren Schepenen dezer Stadt deen van dato den 9e Augusti 1688 en d'ander van dato den 19e 8bis <= 8 October> 1688 nae gedaene handtlichtinge ende van de gijsselinge van FRANCK HENRICK SCHEPERS op de GEVANGEN POORT alhier in plaatse van handt lichting, opden 8e February 1689 gericht geweest tot een stuck teulants gelegen tot MELIS onder BAECKEL groot ontrent vierdalff Loopensaeten neffens Erve van St. TEUNIS GULDE aen d'een sijde ende neffens Erve TEUNIS JOOST CORSTEN aen d'ander sijde, schietende vande gemeene wegh tot op Erve van BERCKERTS.
Item tot een stuck teulants genaemt DE BRAECK mede gelegen onder MELIS voorschr. groot ontrent seven á achtentwintich Roeijen neffens Erve PEERE aen d'een seijde ende het eene eijnde, dander sijde neffens Erve LEENDERT DAMEN erffgenaemen, ende met het ander eijnde op Erve der Erffgenaemen HENDRICK SCHEEPERS.
Item tot een stuck teulants groot ontrent twee Loopensaete mede gelegen tot MELIS neffens Erve PEERE AARTS aen beijde de sijden, schietende van Erve CORSTIAEN PEETERS tot op Erve 't Convent van BIJNDEREN.
Item tot een stuck dries derthien á veerthien Roeijen mede gelegen tot MELIS neffens Erve PEERE AERTS aen d'een sijde, ende neffens Erve der Kinderen HUYBERT DIERCX aen d'ander sijde ende met een eijndt, het ander eijnde opde gemeijn straet.
Item tot een stuck teulants mede gelegen tot MELIS groot ontrent twee Loopensaeten neffens Erve der Erffgenaemen PETER HOBBE aen d'een sijde ende neffens de gemeene straet aen d'ander sijde ende met een eijndt, schietende metten anderen eijnde op Erve JAN MASTBROECK.
Item tot huijs met aengelagh mede gelegen tot MELIS voorschr. beneffens de gemeijne straet aen d'een sijde, ende neffens Erve JOOST JAN WILLEMS aen d'ander sijde, schietende van Erve PEETER AERTS tot op den gemeijne straet.
Item tot een stuck lants geheijten DE BRAECK met d'een sijde ende het een eijndt op ende beneffens Erve PEETER AERTS, d'ander sijde beneffens Erve de Wed. FRANS BEECK ende het ander eijndt op Erve JAN HUIJBRECHTS.
Item tot een stuck Erve gelegen in DE BOCHT groot twee ende een halff Loopensaet neffens Erve JAN HUIJBRECHTS en d'een sijde, d'ander sijde beneffens Erve JAN HENRICX schietende van Erve AERT HENRICX opde gemeijne straet.
Item tot een schuer nu wegh genomen met de landerijen ende dries daer aengelegen met d'een sijde beneffens d'Erve van den Heer vander MEIJDE d'ander sijde beneffens de gemeijne straet schietende van Erve den Heer vande MEIJDE tot op sijns selfs erve.
Item tot noch een stuck lants geheeten DEN HEIJGACKER d'een sijde beneffens Erve den Heeren van DEURNE d'andere sijde beneffens Erve den Heere vander MEIJDEN, schietende van Erve de Wed. JAN KERCX.... op de gemeijne straet.
Item tot een stuck lants geheeten HET FLIER STUCK met eene sijde beneffens Erve JENNEKEN HUIJBERTS, d'ander sijde beneffens Erve gehoorende aende Cappelle van MILHEZE, schietende van Erve PEETER AERTS op eenen gemeijnen wech.
Item tot op een stuck lants geheeten HET WEIJFLANDT met d'een sijde op ende neffens Erve den Heere vander MEIJDE d'ander sijde em met het ander eijnde op en beneffens Erve PEETER AERTS.
Item alnoch tot eenen weijveldeken, geheeten HET BUSSELKEN met d'een sijde ende het eene eijndt op ende beneffens Erve PEETER AERTS, d'ander sijde beneffens Erve JAN DIRX ende het ander eijndt op de Erve JAN HUIJBERTS.
Item alnoch tot eenen weijveldeken met d'een sijde en het eene eijndt aen ende op de Erve JENNEKEN HUIJBERTS, d'ander sijde beneffens Erve PEETER AERTS ende het eene eijndt aende gemeijne straet.
Item tot een huijs genaempt DEN KEEL met den hoff ende landt daeraen gelegen met d'een sijde benevens Erve DRIES HOBENS kinderen d'ander sijde JAN HENDERICX SCHEEPERS Erve en eene eijndt op Erve FRANS HENDERICX ende het andere eijndt op den gemeijnte straet.
Item een campken genaemt GOOSSENS CAMPKEN, met d'een sjde beneffens Erve ADRIAEN van BAERLE en voorts rontsomme de gemeijnte.
Item een Loopensaet en 19 Roeden op den PALENACKER met een sijde neffens Erve FRANS HENRICX, schietende van Erve de Vrouwe van MILHEZE tot op een gemeijne wegh.
Noch een weijvelt met d'een sijde beneffens WITHRIJT, d'ander sijde beneffens Erve JENNEKEN PEETER HELEN schietende vande Erve JAN PEETER HOEBEN tot op de gemeijne straet.
Item een stuck teulants gelegen tot MILHESE genaemt PALENACKER, groot ontrent vijff Loopensen d'een sijde FRANS HENRICK SCHEEPERS, d'ander sijde HENRICK JANSSEN, d'een eijnde d'Heer van MELIS ende d'ander eijnde op de gemei=jne straet.
Item alnoch ....velden drije Loopense genaemt PALENACKER, lest gebruick bij FRANS HENDRICK SCHEEPERS.
Item alnoch twee sillen hoijs inde BAECKELSE BEEMDEN.
Item tot eenen acker teulant groot ontrent drije ende een halff Loopensaet lants, gelegen tot MILHESE d'een sijde neffens Erve PEETER AERTS STERCKEN d'andere sijde MARTEN SWINCKELS, d'een eijnde den voorschr. STERCKEN, d'ander eijnde de Kinderen PEETER HOEBEN genaemt DE BRAECK.
Item alnoch een stuck groeslant groot ontrent derdenhalve Loopensaet lants, gelegen tot MILHEZE voorschr. d'eene sijde d'erffgenaemen JAN HENDRICX, d'ander sijde het onmundich kint van HUIJBERT DIERICX, d'een eijnde TIJS WILLEM HERMANS, d'ander eijnde de gemeijne straet genaemt DEN BOCHTTEN DRIES.
Item tot een stuck teulants groot ontrent een sesterse lants gelegen tot MELIS voorschr. d'een sijde PEETER AERTS STERCKEN d'ander sijde 't Convent van BIJNDEREN, d'een eijndt de voor-schr. STERCKE, d'ander eijndt 't voorschr. Convent.
Item tot een stuck groeslant gelegen tot MILHESE voorschr. d'eene sijde TEUNIS JOOSTEN, d'ander sijde HENDRICK JANSSEN cum aliis, d'een eijndt de Kinderen HUIJBERT DIERICX, d'ander eindt PEETER AERTS STERCKEN groot ontrent een Loopensaet.
Item tot een nieuw huijs metten dries halff tot den boom toe die t'eijndn den missen staet, den dries neffens Erve JAN HENDRICK SCHEPERS aen beijde de sijden, schietende van Erve PEETER AERTS tot de gemeijne straet.
Item tot eenen halven camp lants liggende aen d'een sijde benevens Erve van JAN HENDRICK SCHEEPERS d'ander sijde benevens Erve PEETER AERTS STERCKEN, schietende van Erve de Wed. FRANS WILLEMS tot op Erve JAN HENDRICK SCHEEPERS.
Item tot een stuck lants liggende met d'eene sijde beneffens Erve des voorschr. JAN HENRICK SCHEPERS, ende d'andere sijde benevens de gemeijne straet, ende alnoch tot een stuck hoij- lants gelegen onder HELMONT inde RIETBEEMT groot twee Loopensaten ende vijftich Roijen benevens Erve van BERENT inden HURCK aen d'een sijde, ende benevens de gemeijne straet aen d'andere sijde.
Overmits gebreck van betalinge van vijffenvijftich gulden ende achtien stuyvers van intereste op Lichtmisse sesthienhondert achttentachtich verscheenen mitsgaders eene capitaele somme van eenduisent vierhondert gulden. Sijnde capitael van eenen Chijns van t'seventich gulden jaerlijcx, welcken Chijns HENDRICK Soone PETER SCHEPERS gewoont hebbende tot BAECKEL hadde gelooft als schuldenaer principael te geven en te betaelen.
Joncker HENRICK van Doirne van ende uyt onderpanden gelegen tot MILHEZE onder BAECKEL de dato 7 Februarij 1640 welcke panden alsoo des Chijns voornt. gesleeten sijn bij de voorn. Evicteurs ende daer van tot slot van reeckeninge is gebleecken d'voorstaende somme alnoch ten achteren te wesen, ende oversulcx genootsaeckt geweest uijt crachte van guaranderende als voor, de voorgemelde onderpande te slijten ende heeft opgedraegen JOHAN van CAMPEN.
Die geroepen heeft eerste, tweede en derde werf
Ende vercost WILLEM VOS tot behoeft vande voorn. Evicteur is in de voorn. qualiteit tests
COBELL LEEFDAEL en ACHTERDIJCK den twee en twintichsten October XVI negen en tachetich.
Die geboden heeft vijff duisent gulden
mitsgaders capitael somme van een duijsent vier hondert guldens.
Notaris Theodorus Alberts te Helmond, inv. nr. 19, nr. 30.
d.d. 4 November 1689.
Huyden den 4 November 1689 soo Compareerden voor mij openbaer Notaris binnen dese stede HELMONT residerende in kennisse der naebeschreven getuygen, JOOST DIRCX out Borgemeester van BAEKEL, out omtrent een en veertigh Jaer, JAN HENDRIX ook out Borgemeester out omtrent de veertigh Jaeren en MARTEN JAN GOORTS out omtrent ook de veertigh Jaeren alle binnen de voorschreven Dorpe van BAEKEL woonende, dewelcke ter Requisitie van de Heeren Regenten tot BAEKEL voorschreven op henne manne vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competente Rigteren hierop aff te leggen, getuygden en verclaerden eenpaerlijck waer en waerachtigh te wesen hoe dat sij luyden op den 29 October 1689 hen hebben vervought gehat in den PEEL onder dese jurisdictie van BAEKEL en gront van BRABANT omme aldaer volgens oudergewoonte eenige hyde tot gebruik van henne bestialen (= veestapel) te sneyden en dat sij comparanten om die naer henne huysen meede te voeren hadden meede genomen henne paerden en karren, elk de sijne, en dat sij de voornoemde heyden gemaeyt en henne karren bij nae volgelaede hebbende sijn overvallen geworden van een groote menigte menschen van VEN ROY gewapent sijnde, soo met hey en hoyseysens als met forqun (= vorken, rieken, gaffels) die met een groote furie op haer aenquamen, jae soodanigh dat haere laetste uyren op handen scheen, waeren sij genootsaakt wierden te weeten hij eerste Comparant sijn paert uyt te spannen ende karre te laeten staen en die anderen twee hunne karren en paerden achtertte laeten, naementlijk twee paerden en drie karren die aenstonts van de voormelde agresseurs staen aengestast en dat hij eerste comparant alleenigh behalven sijn lichaem ook sijn paert gesalveert hadt, wijders gesien te hebben dat de voornoemde agresseurs sijns eerste comparante karre achter een van de twee andere comparanten karre hadden aengebonden en die soo gesaementlyc naer VEN ROY toe vervoert, en allegeerde sij comparanten van goede reedenen van welwetentheyt allen 't ghene voorschreven staet alsoo waerachtigh te wesen alsoo daer bij aen en present te sijn geweest, de pertinente plaetse alwaer het de voormelde henne paerden en karren ontweldight sijn geworden, nogh seer wel te weeten en dat sij luyden ten dien eynde ook op den tweeden November deeses loopende maents en jaers JAN JAN PETERS en HERMEN PETERS tespentitie Schepenen alhier ook hebben aengeweesen de pertitente plaets, alwaer henne paerden en karre als voorschreven hen ontnomen waeren en die plaetse van den lemittpael tusschen BRABANT en GELDERLANDT genaempt DEN HOENDERSTAECK en welkens ROY in Regte linie affgemeten gewerden is bevonden dat die plaetse alwaer de comparanten hen heyde als voorschr. gemeyt hadden en aldaer hen de voorn. karre en paerden ontweldigh waren, nogh was over de twee hondert en taegtigh groote mans treden op den BRABANTSCHEN gront en nogh soo verre van den GELDERSCHEN gront en paele voorschr.. Waermeede sij Comparante respective deese henne waerachtige Deposegutie verclaerd, te eyndigen en dese haer voorgeleessen sijnde door mij notaris getuygt ondergeschreven de bovengenoemde Schepenen aengeweesen hadden alsoo bevonden te hebben te disteeren (= verwijderd zijn) van de voorschr. limiette en deselve distantie door den Vorster van BAEKEL genaemt FRANS van HOUT aldus hebben hier en daer aft treden welke vorster voor mij notaris en getuygen ook Compareerde en verclaerde 'tselven alsoo waerachtigh te wesen onder presentaite van eede als boven.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen desen Dorpe en Heerlijckheyt van BAEKEL ten presentie van HENDRIK van GEMERT en HUYBERT SWAENS als getuygen hiertoe specialijk versogt binnen de VRIJ RIJX Heerlijkheyt van GEMERT woonende die deese neffens de gesamenlijke Comparanten en mij notaris onderschreven hebben.
Actum ut Supra.
JAN HENDRIX (kan niet schrijven, tekent met een kruis)
MARTEN JAN GOAERTS (idem)
HERMEN PETERS
JOOST DIRX
JAN PETER STERCKEN
FRANS van HOUT (idem)
HENDRIK van GEMERT
HUYBERT SWAENS (idem)
THEODORUS ALBERTS notaris. 1689.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1654, folio 332 t/m 333.
d.d. 02-12-1689.
WILBORT HENDRICX op SCHEPSTAL President tot BAECKEL inden naeme ende als gemechticht van HERMAN WILLEMS, PETER THEUNIS CRUYSCHOT, JAN GOORTS van den EYNDE, HUYBERT JANSSEN van NEERVEN, HERMAN PETERS, ende JAN PETER STERCKEN Schepenen, WILLEM MATHEYSSEN, ende PETER JAN WILBORTS Borgemeesters, LAMBERT ANTHONIS van HOOFT Kerckmeesters, MATHEYS van de KERCKHOF Armmeesters, JAN MICHIEL HEESMANS en CLAES HERMANS, Peelmeesters, alle des Dorps van BAECKEL voorschreven inne procuratie onder des Dorps segele daer van gedepescheert en met de ondertekening des secrete becrachticht wesende van der date den 30 November 1689 ende uyt crachte der machte hem daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent promisit super omnia et hada tam sua qua constituantium indivisum Sr. MICHIEL LEHAERDIJ coopman alhier als momboir over MARIA CATHARINA van de COEVERINGE tot behoef van de selve onmundige de somme van negen hondert Car: guld. tot xx stuyvers goet permissie gelts elcen gulden gereeckent metten interest van dien tegens vijf van t' hondert van heden date deses over een jaer te voldoen en dese betaelen ende binnen dese stadt van ut supra opmits de oprechte deuchdelycheyt deser schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bij dien voorschreven geconstitueerde tot behoef van voorstaande Dorpe gehadt en ontfangen soo hij bekende mits desen en in cas van langer continuatie sal den intrest blijven loopen als voor tot de effectuele voldoeninge ende afflossinge toe ende staet te weten dat de voorschreven penningen sijn geprocedeert soo van afgeloste capitaelen als andere effecten gecomen uyt den boedel van GODEFRIDA van ANCKER Wed. BERNAERT LEHAERDY grootmoeder van de voorschreven onmundige ende data daeromme deselve sijn van die nateure als der testamente van de voorschreven GODEFRIDA van den ANCKER gepasseert voor den Not. JACOB de BEYE ende seeckere getuygen op den 17 Mey 1686 soo men verclaerde testes ut supra datum den tweeden December sestien hondert negen entachtich.
S. ACKERSDIJCK
van TEFFELEN
Mij present
van de MEULEN.
In de marge!
Sr. MICHIEL LA GARDY als momboir over de neffenstaende MARIA CATHARINA van de COEVERING, heeft opentlijck bekendt en de beleeden, dat WILBORT en JAN HENRICX woonende tot BAECKEL aen sijne handen hebben afgelost en betaelt de neffen staende somme van negenhondert Car: guld. metten interest van dien consenterende over sulcx in cassatie deser.
Actum den eersten December XVIc eenen tnegentich.
van de MEULEN.
Bakel 1690.
Notaris Theodor Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 9.
d.d. 31 Mei 1690.
Desen laetsten dagh der Maent May 1690 soo compareerde voor mij Openbaar Notaris bij den Ed.Mo. Rade van BRABANT in s'HAGE geadmitteert binnen de stede HELMONT residerende in kennisse der naebest. getuygen Sr. ANTONY WOLFFSBERGH Deurwaerder tot AERLE bij BEECK woonende, mij Notaris wel bekent, Dewelcke ter instantie van JAN SMITS tot BAEKEL op den eedt in 't anvangen van 't voorschr. sijn officie gepresteert en des versoght sijnde haere eede hierop aff te leggen, waer en waeragtigh hem nogh wel voor te staen en kennelijk te wesen dat ten tijde wanneer hij seekere specificatie, Request en appointe van haer Ed.Mo. den Raedt van State op de voorm. Requeste ten behoeve van Requirant in desen geinsinueert en tegens de welcke 't selve diende hadde gecopieert en geauthoriseert in sijne voorschr. qualiteyt als Deurwaerder, dat hij de voorschr. Requiranten, appointe en specificatie bij hem geauthoriseert en aen hem Requirant toen ter tijt overhandight van woort tot woort mede selve heeft bevonden 't accordeeren, jae dat hem nogh seer wel voor staet, als naeuwe reflectie daerop gehad hebbende op den vijfftienden articul van de Specificatie die bij 't voorschreven Requeste gevought was, dat de sommatie daerinne vermelt gedaen was aen D:MAKKALLE en niet aen den Requirant, en dat denselve vijfftienden articul ook van woorde tot woorde was geweest luydende als volght: Soo heeft eerstelijck den Declarant door ordie en authosatie van den voorm. ontfanger NAGEL sigh getransporteert naer den Dorpe van BAEKEL en op den 18 January 1687 den voorn. D.MACALLA over sijn agterstellige pacht penningen ten comptoire voorst te betaelen gesommeert comt 0-12-0 allegeerende hij Comparant voor ieder en van wel weetentheyt de voorschr. Copie authenthicq tegens d'orgineele Regte en geannexeerde Specificatie van als voorschr. gecollationeert en daermede als voorseyt is bevonden 't accordeeren, dat die daerom ook alsoo bij hem authenthicq gemaekt en ondertekent is waermeede hij deese sijne waerachtige Depositie verclaerde te eyndigen en heeft naer voorgegaene prelecture door mij Notaris gedaen hierbij gepersyteert.
Aldus gedaen verleede en gepasseert binnen dese stede HELMONT ter presentie van d'Heere WILLEM van OMMEREN en Sr. JAN POORTERS, als getuygen hier toe versoght alhier tot HELMONT woonende die deese neffens den Comparant en mij notaris ondertekent hebben.
Actum ut Supra.
A.WOLFSBERGEN Deurwaerder
W.v.OMMEREN
JAN POORTERS
Ed attestor rogantus
THEODOR ALBERTS notaris 1690.
Rechtelijk archief Deurne, inv.nr. 102, folio 148 verso.
d.d. 06-09-1690.
AERT JAN CLOUS en HENDRICK BRUYSTEN CLUYTMANS gewesene Borgemeesters van dese Heerlijckheijt van DEURNE en LIESSEL over den jaere 1689 bekennen en beleijden wel en deughdelijk schuldich te wesen aen AERT PETER STERCKEN inwoonder in de Heerlijcheijt MILHEES onder BAKEL gehoorende, eene capitaele somme van een hondert vijfftich guldens Hollants gelt den gulden twintich stuyvers, spruytende van gelde opgenomen en aengetelde penningen die sij geloveren opentlijck te hebben en dat op interest jaerlijcx seven gulden thien stuyvers welcken interest sal aenvanck nemen op den sesden September 1690 waervan den eersten pacht vervallen sal September 1691 en soo voorts van jaer tot jaer soo lange dese geloeften deurt doch als partijen het voorschr. gelt sullen willen ofter moeten wederschieten sullen gehouden wesen sulcx drie maenden van te voorens gerichtelijck op te seggen. Tot voldoeninge deses soo verbinden de gelooveren haere persoonen en goederen present en toecomende en een voor al in solidum alles sonder aergh ofte lijst. Actum op den sesden 7ber 1690.
L. CAESTEKER, Drossaert.
GOORT JACOBS.
! In de marge !
Dese gelofte is wederom geschooten met den verloopen interest van dien en bedancken mijn van hunne goede betaelinge.
Actum DEURNE op den 28 Augusty 1695.
Bakel 1691.
Notaris J. Kets te Helmond.Inv.nr. 16, akte 5,
d.d 26-02-1691.
Op heden den sesentwintichtsten February XVIc een ende Negentich Compareerde voor mij, JOACHIM KETS Notaris openbaer in den H. Mo. Rade van BRABANT in s'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen HELMONT residerende, present de ondergestelde getuygen, den Eersamen PETER REYNDER CLUYTMANS, Woonende tot MILHEEZE in den BANCKERT, de welcken verclaerde te stellen cautionaris ende borge, tot voldoeninge van de somme van vijff ende seventich guldens Capitael, staende tot laste van IDA Wed. TEUNIS JOOST CORSTEN woonende tot MILHEEZE inden BANCKERT, voornoemd, bij haer opgenomen van AERDT PETER STERCKEN, ende dat met den intrest tegens vijff guldens van thondert, waer van den iersten pacht sal vervallen weesen Lichtmisse ierstcomende 1692, en de dat van Jaer tot Jaer te restitueren. Als imant van partijen dat sal gelieven, geloovende de voorst. PETER RIJNDER CLUYTMANS ten desen als schuldenaer principael renuncierende op alle die hem te stade mochten comen, daer onder verbindende sijne persoon ende goederen, hebbende ende vercrijgende, Concenterende dat dese altijt sal mogen werden gerealiseert tot BAKEL, HELMONT, S'HERTOGENBOSCH of elders, daer toe constituerende allen thoonders deses om het effect van dien te doen en de laeten passeren. Aldus gedaen en de gepasseert ter presentie MR. AERT SCHENCKELS out Raet deser Stadt en HENDRIJCK BECX als lofwaerdighe getuygen ende porters deser Stadt ten dese expres versocht, die dese neffens den Comparant en mij Notaris hebben onderteekent.
Actum HELMONT den voorschr. 26 February 1691.
Notaris J. Kets te Helmond.Inv.nr. 16, akte 6,
d.d. 31-03-1691.
Op heden de lesten Meert XVIc eenen negenthich, Compareerden voor mij openbaer Notaris, binnen HELMONT residerende, present de ondergestelde getuygen, WILLEMKEN wed. LAMBERT JANSEN, dienstmeyt van den tweeden Comparant, allen van Competenten ouderdom, woonende alhier binnen LIESSEL, die verclaeren en de te kennen gaven, ter instantie van ettelijcke nabueren van LIESSEL, ende bij vermits dese, hoe dat LAMBERT JANSEN van ASTEN, wettige man van de ierste Comparante, ende nabuer van de twee laetste Comparanten, binnen LIESSEL alhier eenen geruymen tijt sieck is geweest, die welcke LAMBERT JANSEN van ASTEN voorts alleenskens is geworden crancker en de crancker, dat bij kennisse en de goede weeten van hen attestanten, LAMBERT voorschr. als hij noch leeffde, seyde en de versochte van LAURYNSE JAN SCHEPERS als sijnen naesten nabuer, hij soude den Cappelaen Heer HENDRYCK AERT JACOBS bij hem brengen om sijne biechte te hooren, alsoo gelijck het oock was de voorschreven LAMBERT hem doodelijck sieck bevont, Dat 't selve versoeck aen Heer HENDRYCK Capellaen van LIESSEL om de biechte van LAMBERT voorschr. te hooren, door den tweede Comparant en de in bij wesen van de derde Comparante is geschiet, die welcke Capellaen sulcx wijgerde ofte well seyde daer toe geene macht te hebben, maer seyde den Capellaen tot de tweede Comparant, hij soude de kar in spanne en de gaen haelen den pastoor tot DEURNE, waer op den tweeden Comparant seyde, mijne kar is noch van EYNDHOVEN nyet thuys gecomen, dat vorders door 't gansch sieck of doodelijck krank wesen van LAMBERT JANSEN van ASTEN de tweede attestant wederom seyde tot den voorschr. Heer HENDRYCK Cappellaen van LIESSEL, hij soude doch de biechte van den voorschreven LAMBERT JANSEN van ASTEN hooren, hij soude inmiddels naer de pastoor van DEURNE gaen of vaeren omme den pastoor te haelen, soo dat eyndelijck door het excuseren off wijgeren van den Cappellaen en de door dyen den Heere NICOLAES SMITS pastoor tot DEURNE naer BAKEL was, soo men verstaen heeft, is den voorst. LAMBERT JANSEN van ASTEN alsoo comen te overlijden sonder (soo de eerste Comparante verclaert) en de de laetste Comparanten (sulcx nyet perfectelijck konnende weeten) alsoo sonder biecht of Communie overleden te wesen.
Mede Compareerden JAN PETER WILBERS, PETER PETER MARTENS LODDERS, en de JAN PETER BOLLEN, inwoonders deser Heerlijcheyt LIESSEL voornoemd, die welcke duydelijck en de perfectelijck, van woorde tot woorde voorgelesen sijnde, henne gegevene verclaeringe van 18 Mert des verledene jaers 1690, seyden daer bij well expres te persisteren, en de boven dien verclaerde dat over de dertich, 40, 50, 60 ende meerdere jaeren de Cappellane van LIESSEL, in de Capelle van LIESSEL plachten te preken, biecht te hooren ende de siecken te administreren, uitgesondert dat het Oliesel aen de siecken placht te geschieden door den pastoor gelijck mede tot gerieff in voortijden de Cappellaens de pellegrims met biechten en de des gelijcke plachten behulpzaam te wesen, dat de distantien van de kercke van DEURNE ende Cappell van LIESSEL ruym een ure off vijff quartier gaens is van malcanderen, gelijck dierste drye Comparanten 't selve mede alsoo aen gaende de distantie confermerenden. Eyndende hier mede henne dispositien, verclaerende Comparanten soo als sij te samen of ider particulier verclaert hebben, daer bij te presisteren als bestaende in lauterije waerheyt, presenterende 't, selve iderijn sijn Regardt bij eede desnoot te bevestigen.
Aldus gedaen en geattesteert ter presentie van JAN LENSSEN en JAN PETER GOSSENS als getuygen en de inwoonders alhier tot LIESSEL hier over expres versocht ende geroepen die dese neffens Comparanten en mij notaris hebben ondertekent.
Actum LIESSEL den voorschreven lesten Meert 1691.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr. 310, folio 83 verso.
d.d. 27-07-1691.
De Heeren Provisooren der Arme goederen tot HELMOND gehoort hebbende het rapport van WILLEM van OMMEREN ende Armmeester BUNNEN als hunne geinformeert hebbende gehadt over den toestandt der verloopene lasten van het Armenhoefken gelegen tot BACKEL op GROOTEL gebruijckt wordende bij JASPER PETERS, dat de selve laste sijn bevonden verachtert te wesen over de somme van hondert en ses ende seventigh gulden, ende dat de verpondinghbeurders aldaer de schaere op den velde staende wilde vercoopen.
Is goetgevonden ende verstaen dat den presente verpondingh- beurder de helffte van de scare op den velde vande voorschr. Hoeve staende als sijnde het ploegh recht van den gebruijcker tot sijne ofte henne betalinge, mitsgaders andere daer toe gerechtigh sijnde sal vermogen te vercoopen onder die reserven ingeval vier achter een verpondinghbeurders met het selve ploegh recht niet en toe quamen dat den Arme van HELMONDT hen het selve sal suppleren <= aanvullen; goedmaken>, ende overschietende penningen de selve aenstonts in handen van den Armmeester van HELMONDT overhandight sullen moeten worden ende belangende de wederhelfft vande voorschr. scharen, werdt den Armmeester geauthoriseert de selve gerightelijcke aen te slaen ende ten proffijte vanden armen neffens de voorschr, verpondingbeurders te vercoopen, aldus gedaen ende gearresteert den seven en twintighsten Julij sestienhondert een ende negentigh.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr. 310, folio 86 recto.
d.d. 20-09-1691.
Onder conditien hier naer beschreven, soo hebben Sr. DIONISIUS BUNNEN ende ARNOLDUS OLDENZEE Regeerende Armmeesters deser Stadt HELMONDT, in presentie ende bij wesen vande Heer NATANIEL WALRAVEN Predicant alhier ende de Heer PAULUS VOET, ende JOACHIEM KETS Schepenen deser voors. Stadt (ende alsoo de Heer PETRUS ERASMUS vander BERCKEN Intendant van't Huijs van HELMONDT tot dese haeve gedaeght sijnde, soo heeft de selve inde verhueringe deser geconsenteert soo gerelateert wordt), verhuert de Hoeve gelegen tot BAECKEL op GROOTEL soo ende gelijck die eertijts in hueringe heeft gehadt JASPER PETERS deen helft, ende de andere helft LUIJTIEN JACOBS met haeren soon PETER soo ende gelijck die, de selve noch in huijringe sijn hebbende, soo hebben de voornoemde LUIJTJEN PETERS, met PETER haeren soone dese twee gedeelte vande Hoeve op GROOTEL nu eene sijnde gehuert op conditien hier naar beschreven, ende dat voor den tijt van vier jaeren met twee malcanderen goet tijts te waerschouwen.
Inden eersten soo sal den huerder ende huijrdersse gehouden, ende verbonden wesen te betaelen het voorlijff ter somme van sesen twintich guldens eens vrij gelt, sonder gehouden te sijn in eenige lasten, soo ordinaere als extraordinaiere, ende daerenboven ses en dartich vaten kooren, ende sestien vaten boeckweijdt, waer van het eerste jaer voorlijff verschijnen sal 8ste Marten 1692 ende het kooren ende boeckweijdt Lichtmis 1693 alles aen te veerden blodt aende stoppelen.
Ende daerenboven soo sullen der huerder ende huerdersse gehouden wesen de huijsinge in want ende dackdicht te houden sonder opspraecke vande Heere verhuerders.
Ende daerenboven soo sullen de Heere verhuerders aende huerders voorn. goet doen haegelslagh, ende heijerkraght mits goet tijt van te vooren naer schouwende, om bij de voorschr. Heere verhuerders behoorlijck te mogen belijdt worden, ende dat op sijnen behoorlijcken tijdt, daer ons Godt voor wil behoeden.
Daer onder ende tot naercominge deser verhuercedulle sijn de voornoemde huerderen verbindende haere respective persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende die stellende tot bedwanck van allen Heeren, Hoven, Rechten, ende Richteren.
Ende tot naercominge deses soo compareerde mede in persoonen PAULUS WILLEMS, ende JOOST JAN HERMENS woonende bijde mede tot BAECKEL onder GROOTEL voorschreve, de welcken verclaerden sigh te stellen tot borgen ende cautionarissen een voor all in solidum, ende als schuldenaeren principael daer onder sij ende tot naercominge deses voorschr. sij mede sijn verbindende haere respective persoonen ende goederen nu hebbende ende vercrijgende die stellende mede tot bedwanck als voor.
Geloovende daerenboven de voornoemde huerderen haere borge desent haeve costeloos te sullen houden ende indemneeren op verbandt als voorschr. sonder argelist.
Actum den twintighsten September sestien hondert een ende negentigh.
Ende is onderteeckent, dit ist X merck van PETER JACOBS verclaerde niet te konnen schrijven, PAULUS WILLEMS, JOOST JANSEN, NATHANAEL WALRAVEN Eccls in HELMONDT, PAULUS VOET, JOACHIM KETS, DIONISIUS BUNNEN, ARNOLDUS OLDENZEE.
Laeger staet mij present A. v. BEIJERS, Secrtrs.
Notaris Theodor Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 12.
d.d. 27 November 1691.
Desen 27 November 1691 soo compareerde voor mij openbaer notaris binnen dese Steede HELMONT residerende in presentie den naebestelde getuygen, Meesters NICOLAES van der HENST en COENRADIS DENIS van BREDA beyde Chirurgijns, den eerste tot GEMERT, en de tweeden binnen deese Heerlijkheyt van BAEKEL woonende, mij notaris wel bekent. Dewelcke op henne manne vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competente Rigteren hierop affte leggen, ter instantie van d'Heer DANIEL MAKKALLA Schouteth ende anderen deesen Heerlijkheyt BAEKEL getuygden en verclaerden voor waeragtig hen nogh wel voor te staen en kennelijk te wesen, hoe dat den voorschreven Heere Requirant op den tienden October XVIc en t'negentich des avonts in beyde sijn beenen also tot BAEKEL deerlijck en gevaarlijck met groven haegel geschooten sijnde, sij beyde Comparanten van wege den Heere Requirant die selve nagt alhier tot BAEKEL sijn versoght geweest omme hem in dien mogelijk waeren van die swaere quetsuren te cureeren, dat sij van stonden aen ook alle vlijt aengewent hebben omme die haegel schooten die ontelbaer en die met nenigte daermee geschooten waeren, daeruyt te haelen, en voorts mee die quetsuren te geneesen, dat sij ten dien eynde 't sedert den voorschreven tienden October totten 29e December 1690, daeghelijks tweemael (ook wel eens) het verbant hebben moeten gaen doen, en verklaerden den eersten comparant nogh a part, dat hij nae die tijt nogh verscheyde costelijke olyen tot versaghting de gequetste senuwen aen des Requirants been heeft moeten gebruyken, en allegeerend, sij comparanten gesamentlijck en eenpaerlijk voor reeden van wel weetentheyt van 't gheene voorschreven staet dat sij als voorschreven is tot cure van de voorschreven Requirants beenen, deselve tweemael en eens des daeghs als voorschreven is hebben gevisiteert en verbonden, dat sij omtrent het eynde van henne gedaene verbant nogh een groff haegel koren, met een stuck van des Requirants kous op den 29e December voorschreven hebben uyttgehouden en dat sij dat van ........(slecht leesbaar) gehouden hebben en vervolgens nogh seer goede kennisse daeraen waeren gebleven waer mede sij dese henne depositie verclaerden te eyndigen.
Aldus gedaen, verleeden en gepasseert binnen dese Heerlijckheyt BAEKEL, ter presentie van FRANCOIS van den HOUT tot BAEKEL en Sir. PIETER van HOUTERT tot GEMERT woonende als getuygen gisteren versoght die dese neffens de Comparanten en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
Mr.NICOLAES van der HENST
Mr.COENRAET DENIS van BREDA
FRANS FRANSSEN van den HOUDT
P.van HOUTERT
Cuod attesto rogatus
THEOD. ABERTS notaris 1691.
Oud Recht. Archief Helmond, inv.nr. 310, folio 102 verso.
d.d. 31-12-1691.
Sr. DIRCK van OLDENZEE onsen Borger, Coopman, ende out Borgemeester deser Stadt HELMONDT heeft in huijringe uijtgegeven aen PETER JOOST CEELEN, die bekent in huijringe aengenomen te hebben, sijne Hoeve gestaen ende gelegen tot MILHEEZE gecomen van JOOST PETER CEELEN, soo ende gelijck hij PETER JOOST CEELEN de selve in huijringe gehadt heeft, ende dat voor den tijt van ses achter een volgende jaeren innegaende Pincxtern vervaertijt <= de tijd dat de pacht begint en eindigt> 1692, met ider jaer te mogen opseggen bij gebreck van pronte betaelinge, mits goetijts waerschouwende, het welcke alleen sal staen ter beliefte vande voornoemde verhuerdere daer voor den huijder PETER JOOSTEN CEELEN jaerlijcx belooft heeft, ende belooft mits desen te betaelen achtien vaeten boeckwijdt, ende tien duijsent clodt los ende vrij, waer van het eerste jaer verscheijnen sal Lichtmis 1693. Ende sal daerenboven den huijrder voorschr. betaelen alle de jaerlijcxe pachten vande renthen, chijnsen die der inne sijn staende, mitsgaderes Dorpscommer soo ordinaer als extraordinaer egeen uijtgescheijden, ende sal mede den voorn. huijrder de huijsingen wandt ende dack dicht moeten houden sonder opspraeck vanden voornoemde verhuerder, ende sal daerenboven den huerder de huisinge vervaertijts, ende het landt bloot aende stoppelen aenteveerden ende te laeten liggen, ende voorts te onderhouden naer Laedts Recht, den voornoemde huerder PETER JOOST CEELEN gelooft daerenboven binnen den tijt van vier jaeren sijne achterstallige pachten bij te betaelen, bestaende in tnegentich gulden aen gelt, hondert tnegentich vaeten rogge ende twaalff vaeten boeckweijdt, daer onder, ende tot naercominge vant geene voorschr. staedt, den voorschr. PETER JOOST CEELEN is verbindende alle sijne goederen soo haeffelijcke als erffelijck hebbende ende vercreijgende, waer en ter wat plaetse die selve soude mogen wesen egeen uijtgescheijden, sonder argelist.
Getuijgen waeren hier over Heeren Schepenen in HELMONDT
ALEXANDER van WANCKUM ende JOACHIM KETS.
Actum den een en dartighsten December sestien hondert een ende tnegentigh.
A. v. WANCKUM
JOACHIM KETS
Bakel 1692.
Notaris Theod. Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 2.
d.d. 07-01-1692.
Desen Sevenden January 1692 Soo Compareerden voor mij openbaar Notaris binnen dese stede HELMONT resideerende in presentie den naebestelde getuygen DIELIS JAN SANDERS op HELMONDER HOUT onder d'Heerlijckheyt MIERLO gelegen wesende dewelcke ter Requisitie van Sir PETER van ECKET als pachter der consumpties van de wijnen en bieren over de Heerlijckheyt BAEKEL EN MILHEESE alhier tot HELMONT woonende op sijne manne vromigheyt in plaetse van eede des noot sijnde voor alle corpelente Rigteren hierop aft te leggen, getuyghde en verclaerde waer waerachtigh hem nogh wel voor te staen en kennelijck te wesen hoe dat op gisteren veertien daegen geleeden van CALCAR uyttet LANDT van CLEEFF met karre en paert geweest was gekomen en dat hij op sijne karre toen gelaeden had MAYKEN huysvrouw van HENDRIK van RIEL alhier, dat sij ten voornoemde daege bij eenen JAN PETERS zatt en herbergier tot MELIS in passant sijn opgevaren alwaer hij met de voorschreven huysvrouwe van HENDRICK van RIEL heeft gedroncken gehad eenen pot bier, en allegeerende hij comparant voor reedenen van wel weetentheyt alle 't geene voorschreven staat alsoo waerachtigh te wesen en dat hij daerbij is en present was geweest van den voornoemde pot bier gedroncken te hebben en dat de voornoemde huysvrouwe van HENDRIK van RIEL den voorschreven pott bier goed doen en laten tappen waermeede hij deese sijne Depositie verclaerde te eyndigen alhier gedaen, verleeden en gepasseert binnen deese stede HELMONT ten presentie van ARNOLDUS ELBERTS en HENDRIK REYNDERS van VEERSSEN, als getuygen hiertoe versoght binnen deese stede HELMONT woenende die deese neffens den comparant en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
JELIS JAN SANDERS
HENDRIK REYNDERS van VEERSSEN (kan niet schrijven)
ARNOLDUS ELBERTS
Suo Attesto cogatus
THEOD. ALBERTS Notaris.
Notaris Theodor. Alberts te Helmond, inv.nr. 19, jaar 1692 akte 8.
d.d. 25-02-1692.
Desen 25en February 1692 soo Compareerden voor mij THEODORUS ALBERTS als openbaer Notaris binnen de Stede HELMONT resideerende in kennisse der naebestelde getuygen HERMAN WILLEMS out omtrent de 73 jaeren, MATTHIJS WILLEM MANDERS out omtrent de 69 jaeren, JAN HERMENS out omtrent de 40 jaern, JAN JOOSTEN out omtrent de 33 jaeren, MICHIEL van der BIJL omtrent de 40 jaeren en PETER HUYBERTS out omtrent de 38 jaeren, eenen brandewijn vercoopende, en d'andere brouwers als tappers binnen desen Dorpe van BAEKEL.
Dewelcke op henne manne vromigheyt in plaetse van eede des noot sijnde hierop aff te leggen voor alle Rigteren competent ter instantie van Sir PETER van EKART aen pachter van de consumpties der wijnen en bieren over dese Dorpe van BAEKEL van primo Octobri 1691 tot primo Octobri 1692 incluys getuygden en verclaerden waer en waerachtigh te wesen, Dat den voorschreven Requirant noyt ofte nimmermeer met hen luyden offte sij luyden met hem over de voornoemde Consumptien geaccordeert ofte gecomposeert heeft offte hebben directelijk ofte indirectelijk waermede sij deese henne depositie verclaerden te eyndigen.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen desen Dorpe van BAEKEL ten presentie van HENDRIK GINHOVEN tot HELMONT en MATTHIJS MATHIJS MANDERS alhier tot BAEKEL woonende als getuygen hier toe versoght wesende deese neffens de Comparanten en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum et Supra.
HERMEN ......... MANDERS
MATHIJS WILLEM MANDERS
JAN JOOSTEN
PETER HUYBERTS (kan niet schrijven)
MICHIEL van Den BIJL
HENDR. GINHOVEN
MATIJS MANDERS
THEOD.ALBERTS 25-2-1692
Notaris J. Kets te Helmond. Inv.nr. 16, akte 8,
d.d. 17-04-1692.
In den Naeme ons Heeren Amen.
Bij den teneur en inhoudt van dit iegenwoordigh openbaer instrument van Testament, sij kennelijck een iegelijck dat op heden de seventhiende April XVIc twee en negentich, Compareerde voor mij, JOACHIM KETS als openbaer, in den Ed. Mo. Rade van BRABANT in s'GRAVENHAGE geadmitteert Notaris, binnen Helmont residerende, present de ondergenoemde getuygen, de eersame JAN JANSSEN SMETZ en HANDERSKEN MARCELISSEN, echtelieden, wooende tot BAKEL, bijde gesont ende wel te pas, ende vervolgens henne vijff sinnen verstant ende memorie volcomen machtich ende gebruyckende, gelijck ons claerlijck bleeck daer mede niet conde bemercken, de welcke overdenckende de broosheyt der menselijcken nature, datter nyet sekerder en is als de doot ende nyet onsekerder dan de tijt ende uure des selven, hebben daer omme henne sterfdagh willen voorsijn met dese naervolgende testamentaire dispositie, ider sulcx..........................................(slecht leesbaar).
de dispositie hen den tijdelijcke goederen, soo hebben sij Testateurs gewilt ende gemaeckt gelijck sij doen mits dese, dat de langstlevende van hen beyden sal wesen heer en meester off here en meesteresse van alle erffelijcke erfhaeflijcke meubele ende inmeubele goederen waer off op wat plaetse die oock gelijck mochten wesen, die de iersten aflijcighen ten behoeve van den langstlevende volcomen naer laten sal met volle recht van institutie, omme daer mede te doen al of sij beyde in den leve waeren, die te mogen vercopen, veraliueren, vertransporteren, becommeren, belasten, daer van disponeren of andersins te doen, Des sal de langstlevende aen de naesten vrienden van den ierststervende uit keere bij somme van legaet of andersins, de somme van ses guldens eens souden. Willen alle welcke voorschr. poincten, articulen hen testateurs duydelijck en persentelijck van woorde tot woorde voorgelesen wesende, seyden, verclaerden ende affinueerden dese te wese henne testamenten, laetsten en uitersten wille, begerende dat te selve naer de doot van de iersten aflijvichen, volcomen effect cracht ende macht mochte te sorteren, 't sij bij forme van Testamente, Cocicille, Legaete, Donatie off andersins, niettegenstaende alle solemniteyten, Rechte gereginieert met volcomen waerden geobserveert voor Geinseneert sullen werden Gelovende, derogerende alle Rechten, Costuymen en Wetten dese eenichsins contrauerende. Aldus gedaen ende getesteert ter presentie van HENDRICK GERAERT BECX, borger en inwoonder dese Stadt en PETER ANDRIES ANSEMS, Woonende tot MILHEEZE onder BAKEL, en allesins heden woonende tot HELMONT, als lofwaerdige getuygen ten dese expres versogt, die dese neffens de Comparanten en mij Notaris hebben onderteekent.
Actum HELMONT den voorstaende 17e April 1692.
JAN JANSEN SMIDT.
Notaris Th. Alberts te Helmond, inv.nr. 19, jaar 1692.
d.d. 23 April 1692.
Desen 23en April 1692 Soo Compareerde voor mij THEODORUS ALBERTS als openbaer Notaris binnen deese Stede HELMONT resideerende in kennisse de naebestelde getuygen MATTHIJS MATHIJS MANDERS out omtrent de 34 jaeren binnen den Dorpe van BAEKEL woonende als collecteur der consumptien van de wijnen en bieren binnen den voorstaende Dorpe van BAEKEL woonende en gestelt van Sir PETER van ECKERT alhier tot HELMONT woenende ingegaan primo Octobris der verleeden Jaers en sullende als pachter de voorschreve consumptien expireeren ultimo Septembris deese loopende Jaers. Denwelcke ter instantie van den voorstaende Sir PETER van ECKART in de voornoemde qualiteyt, verclaerde op sijne manne vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competente Rigteren hierop aff te leggen hoe dat in den tijt van de voorschreven sijne tegenwordige Collecteurschap nogh JAN JOESTEN nogh HERMEN WILLEMS nogh MICHIEL van de BIJL nogh JAN HERMEN respectieve tappers en herbergiers tot BAEKEL voorschreven eenige de minste qualiteyt, 't sij van gebrouwe tonnen ofte halve tonnen biers ofte in heel ofte deele van die in te slaen ofte vertappen aen gebracht en hebben reedenen van wel wetentheyt allegeerende dat hij in de tijt sijnde voorschreven Collecteurschap altoost pertinente notitie en aenteekeningen van alle 't selve (weshalve sijne wel weetentheyt en kennisse op dato deesen voorschreven) daerop nagesien heeft waermeede hij deese sijne sweere Depositie verclaerde te eyndigen.
Aldus gedaen en verleeden en gepasseert binnen dese Stede HELMONT ter presentie van Sir EVERT van HAENDEL en HENDRIK GUNHOVEN als getuygen hiertoe versoght binnen deese stede HELMONT wonende die deese neffens de Comparant en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
MATIJS TIJS MANDERS
EVERT van HAENDEL
HENDR. GUNHOVEN
THEODORUS ALBERTS notaris.
Notaris Theodorus Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 11.
d.d. 10-05-1692.
Deze 10en May 1692 soo compareerden voor mij THEODORUS ALBERTS als openbaer notaris binnen de stede HELMONT residerende in kennisse der nabeschreven getuygen, HERMEN WILLEMS out ontrent 73 jaeren, JAN HERMES out ontrent de 40 jaeren, JAN JOOSTEN oudt ontrent de 33 jaeren, MICHIEL van der BIJL out ontrent 40 jaeren, PEETER HUYBERTS out ontrent 38 jaeren, coren brandewijn vercoopende en d'andere soo brouwers als tappers woonende binnen desen dorpe en dinghbancke van BAKEL, die welcke op manne waerheyt in plaetse van eede des noodt sijnde hier over aff te leggen hebben getuyght verclaert en geattesteert gelijck sij tuygen verclaeren en attesteren mits desen dat sij acte van getuygenisse ofte verclaeringe gegeven hebben op den 25 February jonxleden ter instantie en requisitie van PEETER van EECKART als pachter van de consumptien der wijnen en bieren over den dorpe van BAKEL voorschr. aengegaen 1en October 1691 tot prima Octobris 1692 bij welcke acte sij attestanten verclaert hebben dat sij metten voorschr. van EECKART noyut oft immermeer over die voornoemde consumptien geaccordeert ofte gecomposeert hebben directelijck oft indirectelijck 't gene sij attestanten verclaeren te verstaen metten persoon van den voorschr. van EECKART, nemaer verclaeren dat den Heere DANIEL MACKALLE president schepen van BAKEL aen hen attestanten verseeckert hadden dat hij met PEETER van EECKERT deses aengaende besprocken was, dat sij attestanten als weirden opt hospites alhier soude vrijelijck mogen tappen mits yder betaelende voor impost conform seeckeren list daer van gemaeckt waer van hij Heer MAKALLE eenen hadde en eenen soodanigen liste hadden gelevert aen PEETER van EECKART, die dan daer mede hem geconcenteert heeft gehouden, en soo daer eenige weirden opposeerden oft desen bij liste voorschr. impost nyet en betaelen oft voldoen wilde aen voorschr. van EECKART als pachter voorschr. den voorschr. van EECKART in sijn geheel wierde gelaeten tegens soodanighen tappen te ageren als hij naer slands placcaete opt stuck desen consumptien geemaneert soude goet vinden te behooren, Ende ter wijlen eenen JAN PEETERS STERCKEN een der weirden alhier geen contentement wilde nemen over den voorschr. gestelden liste, maer sijn sleet van bieren en brandewijn liever hadde aen te brengen en soo te betaelen is gebeurt dat voorschr. van EECKERT in qualiteyt als pachter den voorschr. JAN PEETERS heeft betrocken op die pachters rolle tot S'HERTOGENBOSCH en daer proces gemaeckt sijnde, is voorschr. van EECKERT den 25en February jonxleden gecomen binnen dese dorpe van BAKEL en haer attestanten als weirden aengesogt soodanige acte van verclaeringe als sij soo voorschr. ten selven dage te sijnder instantie hebben gegeven en alsoo sij attestanten difficulteerden soodange acte te geven voorgevende, dat hieraen president MAKALLO voor haer attestanten en alle andere innegesetene van BAKEL voorschr. ontrent hem van EECKERT als pachter in voegen voorschr. hadde veraccordeert, heeft voorschr. van EECKERT haer attestanten gelooft nyets voor die acte van getuygenisse voorschr. tot hem attestanten laste te intenteren oft eenige vanandering als gemaeckt was te begeiren maar dat hij dese acte alleen van doen hadde omm in rechten te gebruycken tegens JAN PEETERS STERCKEN voornoemt die met die gestelde liste soo voorschr. geen contentement hadde genomen, en wijders verclaeren sij attestanten het woordt directelijck oft indirectelijck nyet anders te verstaen als in regard dat sij in haer persoonen metten persoon van voornoemden van EECKERT in eenigen manieren en waeren veraccordeert over den impost der bieren en brandewijnen bij hem gepacht, maer dat sij attestanten daer door nyet willen tegen spreecken, dat hennen president MAKALLE in voegen als voore metten voorschr. van EECKERT als pachter hadde veraccordeert over den impost voorschr. eyndende hier mede haer attestatien verclaeren geen intentie gehadt te hebben omme het contract deses aengaende bij den Heere MAKALLE metten voorschr. van EECKERT aengegaen conform den list daer van gemaeckt, te willen inne werpen ofte tegengaen en verclaeren op desen voet bieren en brandewijnen sonder aenbrengen, ingeleght te hebben vertrouwende op het geaccordeerde doorden Heere MAKALLE metten voorschr. van EECKERT als pachter gedaen, mitsgaders oock wijders steunende op de geloefte vanden voorschr. van EECKERT als hen attestanten opden 25en February jonxleden soo voorschr. gegeven en verclaeren bereyt te sijn dese acte altijts met solemnelen eede voor alle Heeren Hoven Rechteren en Gerichten affte leggen, te bevestigen.
Aldus gedaen verleden en gepasseert binnen deesen dorpe van BAKEL ter presentie van HENDRICK GINHOVEN tot HELMONT en WILBERT HENDRIX van SCHEEPSTAL alhier tot BAKEL wonende die desse neffens de comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra
HERMEN WIJLLEMS
JAN HERMANS
JAN JOOSTEN
MICHIEL van der BIJL
PETER HUYBERTS (kan niet schrijven)
HENDR. GINHOVEN
WILBERT HENDRYCKEL van SCHEPSTAL
THEOD. ALBERTS notaris 10-05-1692.
Notaris Theodorus Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 12.
d.d. 06-06-1692.
Desen 6en Juny 1692 soo compareerden voor mij THEODORUS ALBERTS als openbaer notaris binnen dese stede HELMONT residerende in kennisse der nabije getuygen Dhrn. BERTRAM van LUYTELAER en JEAN COLEN poirteren deesen stede HELMONT mij notaris wel bekent en van competenten ouderdom dewelcke ter Requisitie van Dhr. PETER van EEKERT alhier tot HELMONT woonende als pachter de Consumpties van wijnen en bieren over den Dorpe van BAECKEL op henne mannelijke waere woorden in plaetse van eede de versogt sijnde voor alle competente Righteren hier op aft te leggen getuygden en verclaerden waer, waerachtig, hen nogh seer wel voor te staen en kennelijck te wesen, hoe dat sij op Sondagh geweest sijnde de vierde May des verleeden maents en deesen loopenden Jaers des voor de middaghs ten huyse vanden voorn. Requirant sijn geweest, alwaer toenmaels ook present was eenen MICHIEL van der BIJL herbergier tot BAEKEL voorschreven woonende, dat sij toen gehoort hebben dat den voornoemde van der BIJL tegen den voorschreven Requirant, aldaer t sijnen huyse meede present sijnde met veele hevige woorden (: over sijns Requiranten voorschreven pachterije en deselvene proceduure die hij daerover tegens de herbergiers en tappers van BAEKEL moveerde :) was uyttgevallen en gesproken onder meer andere deese oft diergelijcke woorden in substantie. Dat hij van EEKERT sijn woort niet en hiel en die sulcx niet en deeden. Dat dat een vilt en een schelm was tot BAEKEL en allegerende sij Comparanten voor redenen van wel weetentheyt allen 't gheen geschreven staet alsoo waeraghtig te sijn als daerbij aen en present geweest te sijn 't selve alsoo van den voornoemde van de BIJL met een hevige moede tegen den voorschreven van den EEKERT te hebben sien en hooren spreken nogh soo gaft hij van LUYTELAER voor redenen van wel weetenschap in 't particulier. Dat hij den voornoemden van der BIJL nogh ter selven tijt met deese oft diergelijcke dreygement woorden verscheyde maelen heeft hooren uyttvaeren dat ingevalle hij van EEKERT tot BAEKEL quam men hem aldaar sijn beenen souden wasschen waermede sij deese henne Depositie verclaerden te eyndigen.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen deese steede HELMONT ter presentie van Dhrn. WILHELMUS MOM en Hr. FREDERYK BRONCKHORST als getuygen hiertoe versogt binnen deese stede HELMONT woonende die deese neffens de Comparanten en mij notaris onderteekent hebben
Actum ut supra
BERTRAM van LUYTELAER
J.L.COOLEN
W.MOM
BRONCKHORST
THEOD.ALBERTS 1692
Notaris Theodor Alberts te Helmond, inv.nr. 19. akte 13.
d.d. 09-06-1692.
Deser negenden Juny 1692 soo Compareerden voor mij THEODOR: ALBERTS als openb. notaris binnen de stede HELMONT resideerende in presentie de naegeschreven getuygen Dhr. HENDRICK GINHOVEN Deurwaerder van Heren Ed.Mo. Als Raedt van State en van den Ed.Mo.Raede van BRABANT tot HELMONT woonende, dewelcke ten versuike van HERMEN WILLEMS en andere tappers binnen deser Dorpe van BAEKEL op sijne manne waere woorden in plaetse van eede des versoght sijnde hierop aff te leggen voor alle Righteren competent getuygde en verclaerde waer waerachtigh henne nogh wel voor te staen en kennelijk te wesen hoe dat eenighe tijt nae Baemis .......(onleesbaar) lestleeden, wanneer enen PETER van EEKERT tot HELMONT ook woonende den pacht van de Consumptien der wijnen en bieren over dese Dorpe van BAEKEL gepagt had, hij pachter aen hem Deponent heeft vertoont gehad eene lijste .......(onleesbaar) en quote bij den Heer MAKKALLE onder anderen secretaris alhier tot BAEKEL opgestelt en geschreven, sijnde dat hij van EKERT had opgelaeden den pagt de voorschreven Consumptien tot BAEKEL aen de waerde, aldaer en van inhout over henne taperije hoe veel ieder waert tot BAEKEL aen hem voor den voorschreven pacht souden contibueeren, dat daernaer gelevert is dat den voornoemde van EEKERT tegens die waerden proces heeft gemoveert, dat hij Deponent toen hij sulcx vanden voornoemden van EEKERT verstaen had, hij tegens hem van EEKERT in sijnen huyse sijnde geseyt heeft, wel hoe kent ghij dat doen want gij hebt mij immer een lijste laeten sien van op wat voet gij met die van BAEKEL als voorschreven geaccordeert sijt, dat den voorm. van EEKERT daerop geantwoort en gesijt heeft, dat is waer maer JAN PETERS en hout sijn woort niet daerom soo hou ick nu mijn woort aengaende het voorschreven accoort ook niet houden en sij geven mijn gheen gelt en ook soo hebben ik die lijsten offte accoort niet onderteekent, allegerende voor reeden van wel weeteheyt dat het voornt. accoort ten huyse van den voorn: van gehaelt door hem selven verhuert is dat sulcx geschreven was mette hand van den voorschreven Heer MAKKALLE als die wel kennende en dat hem sulcx ook soo van Here van EKERT gesijt was en dat de reden kaetelinge tegens hem van EEKART 't sijnen huysen alsoo ook gevoert en van hem van EEKERT't gheene voorschr. staet ook heeft horen seggen verhaelen en verclaeren waermede hij deese sijne Depositie verclaerde te eyndighen.
Aldus gedaen verleden en gepasseert binnen deese Dorpe van BAEKEL ter presentie van WILBERT op SCHIPSTAL en COENRAET DRIES van BREDA alhier tot BAEKEL woonende als getuyghen hiertoe versoght die deese neffens de Comparanten en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra
COENRAET DENIS
Van BREDA
HENDR:GINHOVENSS
WILBERT HEDRICKS van SCHEPSTAL
THEOD. ALBERTS notaris.
Notaris Theodor Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 14.
d.d. 09-06-1692.
Desen negenden Juny 1692 Soo Compareerden voor mij THEOD. ALBERTS als openbaar notaris binnen den Stede HELMONT resideerende in presentie der naebeschr. getuygen de Heer DANIEL MAKKALLE onder anderen president Schepen deesen Dorps en Heerlijckheyt van BAEKEL Denwelcken ter requisitie van HERMEN WILLEMS en meer andere Brouwers en tappers binnen deese Heerlijckheyt BAEKEL op sijne mannelijcke vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competeren Rigteren hierop aft te leggen getuygde en verclaerde, waer en waerachtig hen nogh wel voor te staen en kennelijck te wesen, hoe dat in den Jaere 1691 ontrent Bamis als wanneer PETER van EKERT de Comsumptien over de wijnen en bieren over desen Dorpe van BAEKEL beginnende met 1e October desselven Jaers, en expireerende den lesten September 1692 hadde ingepagt den voorn. Deponent aen secretaris ten overstaen van Schepenen de vont op 't versoeck van de voornoemde PETER van EKERT heeft meede wesen opnemen ook dat alle de waerden alhier eenpaerlijck te selven daege haeren voor gheene tapperen waeren verclaerende uyttgenomen .......(onleesbaar) MATTHIJS WILLEM HERMENS alhier, dat over dat selve subject metten Deponent en den voornoemde pachter ten selven daegen reden caetelinge voorviel als meede nogh eenige daeghs daernaer soo en bij aldien sulcx soo quam te blijven en die voornoemde andre waerden miet meer te souden tappen waer en hoedanigh de voornoemde pachter sijnen voorschreven impost soude vinden waerop gevolght is dat den Heer Deponent in desen hem pachter seyde dat het onmogelijck was van die te konnen opbrengen vermits hij deponent te dier gepacht hadde doch soude gaerne tot sijnde pachters ontlastinge de waerden alhier souden te disponeeren om deselve over te nemen, 't welk voornoemde pachter heeft geaccepteert en wel expresselijck den voorschreven Heere Deponent daertoe versoght waer nae dan gebeurt is dat den voornoemde Deponent eene liste heeft opgestelt waerbij geaccordeert was dat ieder ingesetene die bij armoede oft andersints eenigh bier quame in te leggen souden gestaen mits betaelende voor ieder tonne minder oft meerder moete nae advenant tien stuyvers, en daerenboven dat die soude komen tot profijt van de gemeene waerden en dat dan voorders het gheene te kort comende aen de voornoemde pacht bij de gelijke waerden soude werden gesuppleert, tot welck eynde hij Heere Deponent daervan heeft gemaeckt een pertinente lijste, en bij ieders naem gespecificeert hoe veel daermee ieder soude moeten contribueeren, van welcke lijsten de voorschreven Heere Deponent een Dubbelt aen de voornoemde pachter geeft ten hande gestelt, onder die expresse conditie noghtans dat den gheenen daerinne quamp weygerigh te blijven van dien voormelde quote te betalen, d'actie van den voorschreven pachter open soude staen omme in cas van fraude tegen deselve te procedeeren in conformite van de placcaten en ordonnantien dese Landen daerop geemaneert, met wecke voorschreven lijste den pachter contentement heeft genomen en op 't versuecs van deselven den deponent is gegaen van waert tot waert hen de voornoemde lijse voorhoudende te weeten, HERMEN WILLEMS, TIJS WILLEM HERMENS, JAN JOOSTEN, MICHIEL van der BIJL, JAN PETERS en WILLEM HERMENS, dogh JAN HERMENS sigh verclaerende van niet gesint te sijn dat Jaer te tappen is bij de deponent om reeden voorschreven van de voornoemde lijstte affgelaeten welcke voorschreven lijstte doen is geaccepteert geworden bij den voornoemde HERMEN WILLEMS, TIJS WILLEM HERMENS en JAN JOOSTEN, dogh van der BIJL, JAN PETERS en WILLEM HERMEN seyden soo veel niet te konnen opbrengen is den vermelde Deponent wederom te rugge gekomen en die voornoemde andere waerden daerbij communicatie gegeven, soo heeft JAN HERMENS gehoort hebbende dat JOS PETERS en ADRIAEN HERMEN niet er souden tappen, sigh selven verclaert in de naeme van WILLEM HERMEN in te staen soo dat niemant meer en resteerde als MICHIEL van der BIJL en JAN PETERS voornoemd waermede den voormelde pachter te vreede is geweest en die meer gementioneerde waerden reedelijk en paisitelijck den ganschen Jaere van 1691 laeten tappen nergets gheene visite doende dan tot den voorschreven JAN PETERS en MICHIEL van der BIJL dat daernae den vorschr. vander BIJL is gehouden bij den Deponent en heeft verclaert selfs in persoon bij den pachter geweest te sijn en met hem gesprooken te hebben dat hij in de voornoemde quotisatie en geformeerde lijste voorschreven was ingetreeden, soo dat niemant meer er resteerden dan alleen den voorsshreven JAN PETER STERCKEN waertegen den voornoemde pachter tegenwoordig in proces is, dat bij de voorschreven lijstte ook wel merckelijck was geconditioneert dat den Deponent van sijne genoemde diensten en moeyte mits gaeders SERVATIUS NIEUWENHOVEN en PAULIS van de SANDE in den voorschreven impost exerpt soude wesen, en dat den pachter voor sijne moeyte alleen soude profiteeren het profijt van de drye quart stookers, met naeme WILLEM CUYPERS, HUYBERT JOOSTEN en den soon van JAN van LIESHOUT, alle 't welcke voorschreven staet den voornoemde Heeren Deponent verclaerde alsoo waerachtelijck gepasseert is waermeede deselven dan dese sijne candide (= argeloos, onschuldig) en sincere Depositie verclaerde te eyndigen.
Aldus gedaen verleden en gepasseert binnen desen Dorpe van BAEKEL ter presentie van HENDRIK GINHOVEN tot HELMOND en COENRAET DENIS van BREDE alhier tot BAEKEL woonende die deese neffens den Heere Deponent en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum BAEKEL ut Supra.
MAKKALLA de JONGHE 1692
HENDR: GINHOVENSS
COENRAET DENIS Van BREDA
Sic attestot rogatus
THEOD. ALBERTS notaris 1692.
Oud Rechtelijk Archief Deurne, inv.nr. 45, doos 3 ..... 93.
d.d. 14-07-1692.
Wij PAULUS VOET, en JOACHIM KETS Scheepenen ter stede HELMONT doen cond, certificeerende bij ende mits desen dat voor ons persoonlijck zijn gecoomen en gecompareert ANTHONIS WILBERS van SCHIPSTAEL, en JAN WILLEM REIJNDERS en JAN MARTENS alle woonende tot BAKEL, en verclaerde te Requisitie van de Heere Fiscael van BRABANT, dat sij huyden deponenten op voorleden Vrijdagh sijnde den 11e July deser jaer 1692 des namiddaghs tusschen ses ende seven uren gesien hebben dat eenige persoonen met gissinge ontrent 25 int getal van den cant van VENROY sijn gecoomen, hebbende een karre bij haar, dat sij deponenten gesien hebben dat de voorschreven persoonen rontsom DEN HOENDERSTAECK eenige clijnen tijt hebbende clijren staen, daer uit den roock hebben sien op gaen en dat de voorschreven persoonen daer na wederom sijn na den cant van VENROY vertrocken en dat nu dato bevonden is dat den voorschreven HOENDERSTAECK is verbrant bevonden gevende voor redenen van welwetentheyt dat sij deponenten het geene voorschreven alsoo hebben gesien. Allen t'geene voorschreven staet hen deponenten van woorde tot woorde voorgelesen, hebben bij henne depositie gepersisteert, soo waerlijck moest hen Godt Almachtigh helpen, welcken voorschreven Eedt, sij deponenten aen handen van de Heere Officier van GERWEN in onser Schepenen presentie hebben affgeleght die de menute deses hebben onderteeckent, neffens ons Schepenen sonder argelist testes ut supra. Actum den 14 Julij sesthien hondert twee ent negentigh.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1682, folio 191 t/m 195.
d.d. 17-07-1692.
Vrouwe CATHARINA de COCK weduwe van Joncker LAMBERT BEX in tutore al Evictrici de landerijen, ende dries daar aen gelegen en daer een schuer opgestaen heeft tot MELIS onder BAECKEL d'een sijde beneffens erve des Heeren van der MEYDEN, de ander sijde beneffens de gemeynstraet, scheettende van erve d'Heer van der MEYDEN, tot op sijns selves erve.
Item een stuck lants geheeten Den HEGHACKER, met d'een sijde beneffens erve des Heere van DEURSSEN, d'ander sijde d'erve de Heer van der MEYDEN ende sijn selffs schietende van erve de Weduwe JAN DERX SOLEN op die gemeyn straet.
Item een stuck lants geheeten Het FLIERSTUCK, met d'een sijde beneffens erve JENNEKE HUYBERTS, d'andere sijde beneffens erve gehoorende aende Capelle van MILHEZE schietende van erve PETER AERTS op eenen gemeynen wegh.
Item een stuck lants geheyten Het WIJFFLANT met de ene sijde, op ende beneffens erve des Heer van der MEYDEN, d'andere sijde en het andere eynd op en beneffens erve PEETER AERTS.
Item een weyveldeke geheeten Het BUSSELKE met d'een sijde en het een eynde op en beneffens erve PEETER AERTS, d'andere sijde beneffens erve JAN (DIRX, BEX, DEIX, VEIX?) en het andere eynde op erve JAN HUYBERTS.
Item een weyveldeke, met d'ene sijde en het eene eynd op en beneffens derve JENNEKE HUYBERTS en d'andere sijde beneffens erve PEETER AERTS, en het een eynde aen de gemeyn straete.
Item twee sillen hoy inde BAECKELSE BEEMDEN.
Item een huys genaemt De KEEL, metten hoff ende lant daer aengelegen, met d'een sijde beneffens erve DRIES HOUBEN kinderen, d'andere sijde beneffens JAN HENDRIX SCHEEPERS, het een eynde op erve FRANS HENDRIX en de het andere eynde op de gemeyne straet gelegen tot MILHEZE.
Item GOSSENS KEMPKE mede gelegen aldaer met d'een sijde beneffens erve ADRIAEN van BAECKEL, ende voorts rontsom de gemeyne straet.
Item een Lopensaat ende negenthien roeden, op Den PAELENACKER, met d'een sijde beneffens erve GRIETJEN GEELIX, d'andere sijde beneffens erve FRANS HENDRIX schiettende Vrouw van WILBERS, op eenen gemeynen wegh.
Item een weyvelt met d'een sijde beneffens Den (WICHRIJT, WITRIJT?), d'andere sijde beneffens erve JENNEKEN PEETER HOEBEN, streckende van erve JAN PEETERS HOEBEN, op de gemeyne straet, alle in soodanige voegen ende genoemde de voorschreven parceelen gelegen sijn tot MILHEZE.
Item een huys met aengelach genoemt De NACHTEGAEL mede gelegen tot MILHEZE, d'een sijde beneffens de gemeyne straet, d'andere sijde beneffens JOOST JAN WILLEMS, schiettende van erve PEETER AERTS, op die gemeyne straet.
Item een stuck lants geheeten De BRAECKEN mede gelegen aldaer, d'een sijde en een eynde op en neffens erve PEETER AERTS, d'andere sijde neffens erve de Weduwe FRANS BEEK, en met d'ander eynde op erve JAN HUYBERTS.
Item een stuck erffenis gelegen inde BOCHT aldaer, groot twee en een halft Loopensaat neffens erve JAN HUYBERTS ende .... (onleesbaar), d'andere sijde beneffens erve JAN HENDREX schiettende van erve AERTS HENDRIX op de gemeyne straet, alles in soodanige voegen ende grootte, de voorschreven parceelen gelegen sijt tot MILHEZE voorschreven.
Item een nieuw huys met den dries, halff tot den booem ter die teynde de messe staet, gestaen en de gelegen tot MILHEZE onder BAECKEL den dries d'een sijde neffens erve JAN HENDRIX SCHEEPERS, d'andere sijde beneffens erve AERT HENDRIX SCHEEPERS, het andere eynde op erven PEETER AERTS.
Item den halven camp lants, mede gelegen tot MELIS, met d'een sijde beneffens d'erve JAN HENDRIX SCHEPERS, d'andere sijde beneffens PEETER AERTS STERCKEN, schiettende van erve de Weduwe FRANS WILLEMS op erve JAN HENDRIX SCHEEPERS.
Item een stuck lants mede aldaer gelegen, met d'een sijde beneffens erve JAN HENDRIX SCHEEPERS, d'andere sijde beneffens de gemeyn straet.
Item drye Loopensaten lants op PAELENACKER gelegen mede aldaer, d'een sijde beneffens erven AERT HENDRIX SCHEPERS, d'andere sijde beneffens d'erve JAN HENRIX SCHEEPERS schiettende van erve des Vrouwen van MILHEZE op den gemeynen wegh.
Item eene schuere met den halve dries mede gestaen ende gelegen tot MILHEZE, d'een sijde beneffens erve FRANS HENDRIX, d'andere sijde beneffens erve sijn selffen ende FRANS HENRIX, schiettende aen erve PETER AERTS op de schuer voorschreven.
Item een halve camp lants mede gelegen aldaer, d'een sijde beneffens erve FRANS HENDRIX, d'andere sijde beneffens de gemeyne straet, schiettende van erve de Weduwe FRANS WILLEMSE tot sijne selffes erve ende schuer.
Item een stuck lants mede gelegen aldaer, d'een sijde beneffens d'erve AERT HENDRIX SCHEEPERS, d'andere sijde beneffens erve FRAN HENDRIX SCHEPERS, schiettende van erve AERT HENDRIX op erve FRANS HENDRIX.
Item vier Loopensaet lants op Den PALENACKER mede aldaer gelegen, d'een sijde beneffens erve FRANS HENDRIX d'ander sijde beneffens erve JAN HENDRIX schiettende van erve de Vrouw van MELIS, op de gemeyne wegh.
Item een stuck teulants gelegen onder MILHEZE, groot omtrent vierdalff Loopensaten, neffens d'erve van St.Anthonis gilde ex uno, ende neffens erve TEUNIS JOOST CORSTEN vaerschreven ex alio schiettende vande gemeynwegh tot op erve van BERCKERS.
Item een stuck teulants genaamt De BROECK gelegen onder MILHESE groot omtrent seven a acht ende twintich roeyen neffens erve PETER (opengelaten) e.z., en e.e., d'andere sijde neffens erve LEENDERT DIEMEN erffgenamen, ende met andere eynde op erve der erffgenamen HENDRIX SCHEPERS.
Item een stuck dries groot omtrent derthien a veerthien roeyen mede gelegen aldaer, neffens erve PETER AERTS e.z., ende neffens erve der kinderen HUYBERT DIRX a.z. ende eene eynde, dander eynde op de gemeyne straet.
Item een stuck teullants gelegen tot MILHEZE groot omtrent twee Lopensaten neffens erve d'erffgenamen PEETER HOEBEN e.z., ende neffens de gemeyne straet a.z. en a.e., streckende met d'ander eynde op erve JAN MASTBROECK.
Item een stuck teullants gelegen tot MILHEZE groot een Loopensaat min vier off vijff roeyen ende laetstelijck een stuck hoylants gelegen onder HELMONT inde RIET BEEMT groot twee Loopensaten ende vijffthien Roeyen van allentwelcke WILLEM VOS Notaris ende clerq deser Stadts secretareye den coop tegens den Rechtter ende met vonnisse van Heeren Schepenen deser Stadt tot behoeft van Vrouwe evictrice gecomen en vercregen heeft pront in eene sententialibus de dato den 29e October 1689 sijnde daer mede voorscheven WILLEM VOS inde naeme als voorn. met uytganck van de keerse des verbuets aende voorschreven parceelen gebleven pront. In instrumento Evictionis de dato 22 Nov. 1690 heeft sij mits deses ter nature van leste slijttinge wettelick en de erffelick opgedragen WILHELM VOS Notaris ........ . Des sal des Coper ofte Copersse ...... (onleesbaar) gemijnchijnssen, die en soo groot daer uyt ..... met alle de voorschreven parcheelen respectievelick te vergelden staen.
Item de selffe van drey gulden sesthien stuyvers jaerlicks, aen Heer SUYCKERS uyt den ses eerste parcheelen.
Item aen den Heere van HURN (of HORN) jaerlicks ses stuyvers voor de Capel tot LIEROP.
Item de helfte van drie guldens sesthien stuyvers jaerlickx aen Heer SUYCKERS uyt de vier volgende parcheelen.
Item eene pacht van een vath rogge jaerlicks aen H.Geest tot BAECKEL uyt de drey daer nae volgende parcheelen.
Item aen de Kerck van BAECKEL een kan wijn jaerlicks.
Item aen de Rentmeester van HURN jaerlicks seven stuyvers en de acht penningen uyt de daer naer volgende vier parcheelen.
Item een vat rogge jaerlicks aen H.Geest tot BAECKEL, uyt de daer naer volgende vier parcheelen.
Item eenen chijns van eenen gulden thien stuyvers aen Heer Rentmeester van HURN, alle deses uyt de laetste parcheelen respectivelijck van rechts wegen, en de van omt daer met te vergelden staende, ende oft naermaels bij wegen van recht bevonden wierden meer oft min uyt de voorschreven goederen te vergelden te staen des men niet en weer sullen de vercopersse den coop de erffe copersse malcanderen refundeeren en de goet doen, uyt de cooppers ende slagen voor soo veel deselve naer gedaene voorkennis, sullen strecken erffenisse onlosbaer, tegens den penningen XXtich ende de specie pachtten aen arbitragie van Heeren Commissarissen tot het doen van de Reeckeninghe te Commiteren, ...... aldus geschiet sijnde soo is gestaen voor Schepenen onderschreven de voorsegde VOS de voorschreven ........ (onleesbaar) parcheelen van goederen heeft hij mits deses wittich ende erffelick gerech supporteert ende order? opgedragen zwart Vrouwe CATHARINA de VETH, Weduwe van JOHAN LAMBERT BEX Evictrice. ........ . Datum den seventhiende July Sesthienhondert twee ende negentich.
G.COPES
W SCHUIJL de WALHORN
Mij Present CATTENBURCH.
Notaris J. Kets te Helmond.
Inv.nr. 16, akte 12, d.d. 18-08-1692.
Op heden achttien Augustus XVIc twee en negentich, Compareerden, voor mij JOACHIM KETS openbaer Notaris in den Ed. Mo. Rade van BRABANT in s'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen HELMONT residerende, present de ondergenoemde getuygen, de Eersame HERMEN ADAMS, out ontrent de 54 Jaeren, MATHIJS GERITS, out ontrent de 70 Jaeren, out vorster ende nu ondervorster alhier, LAUREYNS JOOSTEN, out ontrent de 50 Jaeren, ADRYAEN JANSEN, out ontrent de 26 Jaeren, ende MATHIJS HUYBERS, out ontrent de 40 Jaeren, alle woonende alhier tot AERLE, die selve hebben ter instantie van WILLEM WAGEMANS, als pachter van de Smalle thienden van AERLE des Jaers 1691, verclaert ende geattesteert soo ende gelijck die selve verclaeren en de attesteren bij en de mits dese, onder presentatie van eede die de selve daer op des noot oft versocht sijnde, solennelijck presenteren aff te leggen en de te presenteren, den eersten Deponent HERMEN ADAMS verclaert soo met sijne overledene ouders, als oock particulier gewoont te hebben in "de WOLFSPUTTEN", gehucht onder AERLE, ongeveerlijck den tijt van 28 jaer, en de effectivelijck tot den Jaere 1672, te welcken tijde de huysinge waer inne den attestant als huyrlinck was woonende, door de Fransen is aengestoeckt en de verbrant geweest, dat van tijt tot tijt, ende soo lange sijne memorie gedraegt, de smalle tiende in "de WOLFSPUTTEN" is getient geweest door de pachters off Thienders van den Dorpe van AERLE, sonder oyt anders off contarie geweten te hebben, veel minder dat die van BAKEL oyt of immermeer de gerechticheyt van tiende tot de Smalle tiend over den gehuchte van "de WOLFSPUTTEN" genoten of gehadt hebben, maer consequenten, als voorseyt aen de pachters van AERLE. MATHIJS GERAERTS, out vorster ende inwoonder alhier verclaert, ongeveerlijck in den jaere 1667 of 1668 mede gehadt te hebben, Smalle tiende over den dorpe van AERLE, neffens eenen JACOB CLAASSEN, SYMON DRIESSEN ende TEUNIS JANSEN, dat hij ter selven tijde ondervont, vredelijck en de paisikelijck de Smalle tiende, mede genoten en de geprouffiteert heeft van de gehuchte "de WOLFSPUTTEN", sonder oyt in voorige tijden anders of contrarie geweten te hebben. LAUWEREYNS JOOSTEN verclaert, soo lange sijn kennisse ende memorie gedraeght, dat sijn vader ADRYAEN MATHIJSSEN en de WILLEM JANSSEN alias de CONINCK de Smalle tiende over de dorpe van AERLE hebbende, vredelijck en de onverhindert sonder eenige de minste molestie veele en de diversche Jaeren als pachters mede geprouffiteert en de genoten hebben de Smalle thienden van de gehuchte genaamt "de WOLFSPUTTEN", sonder oyt anders contrarie geweten te hebben. Verclaerende wijders den attestant, de Smalle tiende in den voorleden Jaere 1691 noch ingehaelt te hebben.
ARIEN JANSEN verclaert, dat SYMON DRIESSEN, sijn Schoonvader, menichen tijt van jaeren, als pachter den Smalle tiende over de dorpe van AERLE, mede de Smalle tiende in "de WOLFSPUTTEN" geheucht onder AERLE, soo lange sijne kennisse en de memorie gedraegt, aldaer getient geprouffiteert en de genoten heeft, sonder contrarie oyt geweten te hebben.
MATHIJS HUYBERS woonende in "de WOLFSPUTTEN" geheuchte onder AERLE, verclaert boven de 14 Jaeren gewoont te hebben in "de WOLFSPUTTEN", dat de Smalle tiende nu omtrent de elf iaeren geleden heeft laten genieten in een iaer eens aen de pachters der Smalle tiende van AERLE, en de eens aen de pachters der Smalle tiende van BAECKEL, mede waer te wesen dat den attestant de selve Smalle tiende tweemael als voorschreven, is eens aen die van AERLE, en de eens aen die van BAKEL voldaen heeft, om redenen dat eenen WILBERT HENDRYCX op SCHIPSTAL den attestant intimideerde en de bevreest maeckte, dat in soo verre de attestant de Smalle tiende aen de pachters van BAKEL nyet voldede, de Heer Commandeur van GEMERT tegens hem soude procedeeren ende hem attestant in de gront verderven, ende als de Commandeur van GEMERT voorschreven twaalf duysent guldens tegens hem soude hebben verprocedeert dat hem Commandeur voor sijn aenpart dat meer duysent guldens soude aenbelangen.
Mede Compareerde JORIS JANSEN, out omtrent de 46 Jaeren verclaert bij forme voorschreven dat hij mede is woonende alhier in "de WOLFSPUTTEN", dat hij attestant neffens den voorschreven MATHIJS HUYBERS, uit den mont van WILBERT HENDRYCX op SCHIPSTAL heeft hooren seggen, indien die van "de WOLFSPUTTEN" de Smalle tiende aen pachters van BAECKEL niet voldeden, dat den Commandeur van GEMERT hen in de gront met processen soude bederven en de ruineren, ende als twaalf duysent guldens verprocedeert waeren, dat in regart van de Commandeur van GEMERT maer duysent guldens te wesen, allegerende de voorschreven attestanten, redenen van kennisse 't geene voorschreven alsoo waerachtich te wesen en de dat "de WOLFSPUTTEN" is een gehucht onder AERLE, en de dat de Smalle tiende van "de WOLFSPUTTEN" competeert aen de pachters der Smalle tiende van AERLE, mede waer te wesen dat die van "de WOLFSPUTTEN" betaelen alle lasten aen borgemeesters en de verpondingbeurders van AERLE, worden alle lasten soo personeel als reeel geene uitgesondert, dat mede de ingesetenen van "de WOLFSPUTTEN" verplicht sijn tot alle gemeynten dienste van AERLE, gelijck borgemeesters van de selve "WOLFSPUTTEN" onder den dorpe van AERLE geweest sijn, eenen HUYBERT MATHIJSSEN ende CORNELIS AERTS van EBBEN. Aldus gedaen en de verclaert ter presentie van HENDRYCK VLEMMINCX inwoonder tot AERLE en de HENDRIK van DEURSE soldaet ten dienste van desen Stadt onder 't Regiment van sijn Exelentie den Heere RIJNGRAEF als getuygen hier toe expres versocht die dese neffens de Attestanten en mij Notaris hebben onderteekent. Actum Aerle den voorschreven 18e Augustus 1692.
Bakel 1693.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1683, folio 35verso + 36.
d.d. 14-03-1693.
WILBERT HENDRIX van SCHEPSTAL ende ANDRIES GIJSBERTS Borgemeesters tot BAECKEL soo voor haer selve als mede inde naeme ende gemechticht tot het naervolgende van DANIEL MACCALLA President, HUUBERT JANSSEN van NEERVEN, JAN GOORTS van den EYNDEN, HERMEN PETER NOYE, JAN PETER STERCKEN, ende WILLEM CUYPERS Schepenen, en MARCELIS EYMERT Borgemeester, DANIEL MACCALLA en WILBERT HENDRIX van SCHEPSTAL Kerckmeesters, MATTIJS van den KERCKHOFF en LOUREYNS JAN LAMBERTS Armmeesters, JAN MICHIEL HEESMANS, ende CLAES HERMENS Peelmeesters, alle den dorpe, ende Heerlicheyt van BAECKEL representerende het geheel Corpus van BAECKEL, inne prucuratie brieven onder het gemeyne Schependoms zegel ende signature van J. MACCALLA den JONGE, ....... (niet leesbaar) gedispescheert, wesende gedateert den thiende Meert XVIc drye ende negentich ende uyt crachte der machte haer daer bij is blijckende was gegeven ende verleent ....... constituanten ........(latijn) GOOSWINNIS van GEFFEN, inwoonder Borgemeester alhier, de somme van duysent Car.gulden tot XXtich stuyver goet permissie gelt elcke gulden gereekent metten interest tegens vier ten hondert van heden over een jaar te voldoen, ende te betaelen, ende binnen dese Stadt vrij ut supra, overmits d'oprechte deughdelijckheyt ende dese schult is spruytende, goede ende welgetelde penningen bij de voorschreven volmachttende voor het gemeyn Corpus van BAECKEL uyt handen van de voorschreven GOOSWINNIS van GEFFEN gehadt ende ontfangen, omme geemployeert te werden gelijck de voorschreven procuratie is medebrengende ende gehouden is gelovers dat verclaeren ende bekennen mits deses. Ende oft het gebeurde dat die voorschreven somme ten voor-schreven dage niet en wierde gerestitueert, soo gelooven deselve uyt crachte ende op verbant als voor daer van interest te geven als voor tot d'effectuele afflossinge toe. Testes ut Supra. Datum den veertiende Meert Sesthien hondert drye ende negentich.
TON van der MEULEN.
(signature onleesbaar)
Mij present CATTENBURCH 1693
! In de marge !
GOSEWINIUS van GEFFEN heeft opentlijck beleden ende bekent dat WILBERT HENDRIX en JAN HERMANS de neven staande somme metten interest van dien aen sijnen handen hebben afgelost ende gequeten consenterende inde cassatie. Actum den tweeden April XVIc vier ent negentich.
(signature onduidelijk).
Notaris J. Kets te Helmond, inv.nr. 16, d.d. 17-09-1693.
In den Naeme ons Heeren Amen.
Bij den teneur en inhout van deses eigenwoorde, openbaere Instrumente, sij kennelijck een iegelijck dat op hede den seventiende September XVIc drye en negentich, ick, JOACHIM KETS, notaris openbaer inde Ed. Mo. Rade van BRABANT in S'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen HELMONT resideerende, met de presente getuygen ons te hebben getransporteert te woonhuysche van ALEKEN, weduwe JAN JOOSTEN, woonende aent "OVERSCHOOT" onder BAKEL alhier, siekelijck naer den lichaeme te bedde liggende, doch haer verstant en memorie volcomen machtich en gebruyckende soo ons claerlijck bleeck, en men anders niet conde bemercken, welcke ondergenoemde getuygen verclaerde de selve ALEKE voorzegd seer wel te kennen, de welcke overdenckende de broosheyt der menschelijcken nature, en hoe datter niet sekerder en is als de doot en niet onsekerder dan d'ure des selfs, heeft, daaromme uit dese werelt niet willen scheyden sonder alvoorens tijdelijcke goederen haer bij goet ..... op desen werelt verleent te hebben ge........................ sulcx doende uit haren eygen vrijen wil...................... inductie of persuasie van imant) soo sij..................... expresselijck verclaerde. Ierstelijck soo recommandeerde sij Testartice haere onsterfelijcke ziele naer het affscheyden haeres lichaem, in eenvoudige bermheerticheyt van Godt Al-machtich, en haere doode lichaeme de aarde en eene Christelijcke begravenisse, nu voorts comende tot de dispositie van haere tijdelijcke goederen haer bij Godt Almachtich op deser werelt verleent, soo verclaerde sij testarice met haere universele erffgenamen te institueren bij (EVERTS)............... haere ses ..... echte kijnderen met name...................... MARIJKE, ANNEKEN, JENNEKEN, en LIJSKEN (uit).................. de minderjarige kijnderen van WILLEM haeren ..................
verweckt bij HEYLKEN sijne huysvrouwe, en .................... naerlatenschappen testamenten van ............................ met volle Recht van........................................... alsoo de Testatrice (verclaerde) ............................. van tijt tot tijt gehadt en genoten heeft, soo verclaerde en seyde de meergemelte Testatrice, tot recompens van dien voor wet te maken, bij form van Donatie, prelegaet off andersints aen ider de somme van vijftich guldens eens, t'samen aende voorschreven ANNEKEN en LIJSKEN sullende importeren hondert guldens 't geene sij naer aflijvicheyt van de Testatrice trecken, en genieten sullen uit de de gerechte goederen en effecte van de Testatrice en 't selve alsoo bij de geseyde ANNEKEN en LIJSKEN bij form van prelegaet off andersints genoten sijnde alsdan voorts t'samen egalijck in vrientschap te deylen de voordere naerlatenschappen en goederen naer doot en aflijvicheyt van de Testatrice overschietende, en dat off imant tegens dese haer opposeerde, dat als dan alsulcx mede erffgenaem convident of convidenten sullen verliesen henne erfdeel soo wel haer macht en meesterschap toelaet. Alle welcke voorschr. pointen en articulen haer testatrice duydelijck ende perfectelijck van woorde tot woorde voorgelesen sijnde, syde en verclaerde dese te wesen haere Testamente laetsten en uiterste wille, begerende dat 't selve naer haer aflijvicheyt van de Testatrice volcomen effect sorteren sal, 't sij bij forme van Testamente, Codicille legate Donatie oft andersins soo als 't selve aller leste soude comen subsisteren ot bestaen niettegenstaande alle solemniteyten naer Rechte gerequireert niet volcomen waeren geobserveert voor geinsereert sullen werde gehouden, deroyerende alle voorgaende actens van uitersten wille voor dato deses oyt verleeden oft gepasseert ende ........ namentlijck mede alle Rechten Costuymen.......... desen eenichsins contraherende.
Aldus gedaen en gepasseert ten huyse der testatrice verclaerende niet te connen schrijven ter presentie van CLAES JANSSEN NOYEN, CORSTIAEN ANSEMS en JAN HENDRIJCK als getuygen ten dese expres geroepen die deze neffens de testatrice en mij Notaris hebben onderteekent. Actum BAKEL den voorschreven 17 7ber 1693.
N.B.
De lesten Meert extract gemaakt voor CORST ANSEMS raekende + legaat voor uit van 100 gld. aen ANNEKE en LIJSKE.
1701.
Bossche Protollen, inv.nr. 1815, folio 248recto - 254recto.
d.d. 07-12-1693.
Alsoo den Hoogh Edele Welgeboorne Heere FREDRIK HENDRICK SWEERTS die LANDAS, Heere van BAERSCHOT, Raedt deser Stadt van Stadt S'HERTOGENBOSSCHE, hadde doen ingebieden GOORT WILLEMS ende THOMAS TEUNISSEN wonende tot BAECKEL mitsgaeders de Wed. van WILBERT MELISSEN ende MATTIJS van ders LAECK wonende tot HELMONDT, als respective besitters ende gebruyckers van de naergelaetene goederen van Wijlen Sr. JOHAN van den BERGH te compareeren voor Heeren Schepenen der Stadt voorschr. tot eenen seeckeren gepresigeerde daege van Recht omme t'aanhooren soodaenigen eijsch ende Conclusie, als hij Heere aenleggere op ende tegen de voornoemde ingeboodenen soude willen doen en neemen tot welcken daege dienende, te weeten op den negen ende twintigsten April lestleeden des jaars sestien hondert twee ent'negentigh. Comparerende den voorgemelten Heere aenleggere bij MICHIEL WITHNIJ sijnen Procrureur hadde deselve op de ingeboodene rolle aengenoomen inde binnen saecke te proponeeren. Ende vervolgens alsoo gedient van aenspraeck in geschrifte, ende daer inne geseght waerachtigh te wesen dat PETER ende ADRIAAN WANTS bij haere obligatie in dato den tweeden May Anno sestienhondert ende tachentigh hadde belooft aenden Heere aenleggere in desen te restitueeren ende betaelen de somme van twee hondert ducatoni ofte de waerden van dien over een halff jaer naer dato der voorschreven obligatie met den inttrest van dien tegens vijf gulden ende tien stuyvers vant hondert, onder conditie in cas de voorschreven penningen langer onder den voornoemden PETER WANTS eerste geloover (als deselve genooten hebbende) met believen van den Heere aenleggere bleven staen dat die jaerlijcx intterest soude loopen metten vijf gulden en tien stuyvers vant' hondert als voorschreven, daer voor verbonden hebbende in solidum haer persoonen ende goederen, waer naer te weeten op den vier en twintighsten Januarij int jaer ons Heeren Duijsent seshondert seven en tachentigh was gecompareert voor de Heeren JACOB vant' ASTEREN ende PHILIPS van THIENEN dier tijt Schepenen der voorschreven Stadt S'HERTOGENBOSSCH was gestaen ende gecompareert Wijlen Sr. JOHAN van den BERGH ende hadde tot meerder verseeckeringe ende versterckine vande voorschr. obligatie voor de voldoeninge vande voor- schreven somme van twee hondert duqatons met als doen verschene ende noch verdere verschijnen intteressen verbonden sijne persoon ende goederen present ende toecomende, alles naer breeder vermellen vanden Schepen schult brieff op dato voor-schreven daer van gepasseert ende copije nevens d'aenspraecke overgegeven. Ende alhoewel dienvolgene de voornoemde JOHAN van den BERGH bij sijn leven ende naer desselfs overlijden, sijne erffgenaeme, de voorschr. somme van twee hondert ducatons ofte de waerden van dien met den voorscheven gestipuleerden intterest van dien hadde behooren voldaen te hebben en betaelt soo waeren deselve nochtans daer van bebleeven ende noch blijvende in mora ende gebreecken niettegenstaende verscheijdene civile aenmaeninge ende interpelatien daer omme gedaen, ende aengewent concluderende contendeerende alsoo den voormelten Heere aenleggere, ten eijnde met vonnisse van mijn Heeren de Schepenen de voornoemde ingeboodenen als respective besitters ende gebruijckers vande goederen bij den voornoemden JOHAN van den BERGH naergelaeten ende als voor verbonden sijnde, tam conjunctum quam divisum, verclaert soude worden schuldigh ende gehouden te sijn aen hem Heere aenleggere op te leggen te voldoen ende te betaelen de voorschreven somme van twee hondert ducatons, ofte de waerde van dien, met den gestipuleerden intterest van dien tot vijff gnldens ende tien stuijvers van t'hondert int jaer, alreede verschenen ende tot effectuele voldoeninge toe noch voorder te verschijnen salvo corttinge vant' geene wettelijck blijcken soude daer op betaelt te sijn ofte dat andersints de voornoemde ingeboodenen vande voor-schreven goederen des voornoemden Wijlen JOHAN van den BERGH voor soo veel sij heden in hen gebruijck, ende besittinge waeren hebbende ten behoeven vanden Heere aenleggere soude hebben te doen behoorlijcke handtlichtinge, laetende denselve Heere aenleggere daer op met recht voort procedeeren tot verhael van sijne voorschreven t'achterheijt naer behooren, ende dat de voornoemde ingeboodene tam conjunctum quam divisum daer inne mitsgaders inde costen van recht souden worden gecondemneert behoudelijck dat d'eene van hem de voorschreven geeijste somme tum intteressen et expensie voldoende, d'andere soude wesen gelibereert; tegens welcke aenspraecke eijsch ende conclusie bij den procureur FRANCISCUS BLOOTENBORCH voor de Wed. WILBERT MELISSEN copije ende dagh versoght ende deselve ter naeste als doen volgende Rolle hem geaccordeert sijnde, hadden den voornoemden procureur WIDHUIJ in actis vanden eenentwintigsten October daer naer versoght, dat de voornoemde ingeboodene van antwoorden soude werden versteecken, ende deselve ingeboodene dienvolgens van antwoorde versteecken wesende, behoudelijck soo deselve daer van diende op de naeste als doen volgende Rolle deselve soude wesen ontfanckbaer, was bij den opgemelten procureur WITHUIJ op dato ondergeschreven wederomme versocht, want de voornoemde ingeboodene van antwoorde waeren versteecken ende daer van niet en hadde gedient; Dat den Heeren aenlegger soude werden geadjudiceert, sijnen voorschreven eijsch ende conclusie proponerende bij der aenspraecke gedaen ende genoomen met sijne costen. Mijn Heeren Schepenen gebleecken wesende vanden dienende dagh ende het geexpireert versteck in desen mede des intentie des Heere aenleggere die sijn Ed. met den Schepen schultbrieff hier voor vermelt summarie heeft geverificeert, hebben (ter manisse des Richtters) den Heere aenleggere geadjudiceert sijnen voor- schreven eijsch en conclusie proponerende bij den aenspraecke gedaen ende genomen. De voornoemde ingeboodenen tam conjunctum quam divisim daer inne, mitsgaeders inde costen van Rect hieromme geresen mits desen condemnerende soo is Sijn HO. Ed. den Heere SWEERTS die LANDAS voornoemt met den voorschreven vonnisse van Heere Schepenen deser Stadt in dato den tweeden December, sestienhondert twee ent'negentigh naer de respective gedaen handtlichtinge op den achtienden Julij sestienhondert drijentnegentigh gericht geweest tot huijs, hoff ende aengelagh, groot drij Loopensaeten oft daer onttrent aend'eene sijde neffens Erve KORSTEN inde NEERSTRAET ende neffens Erve Sr. van GEFFEN cum suo, aend'ander sijde een straetje tusschen beijden schietende vande gemeijne straet tot op Erve van GEFFEN voorschr..
Item eenen acker teullant genoempt DEN BUSKENS ACKER groot onttrent twee Loopense.
Item, een stuck teullant genoempt DEN DELACKER groot onttrent twee Loopensaten.
Item een stuck teullant genoempt DEN CRAB ACKER groot onttrent twee Loopensaeten.
Item een stuck teullant genoempt DE EERSTE DONCK groot eene Loopensaet.
Item een stuck teullants bij PEER JAN LAMBERTS groot onttrent een Loopens.
Item een stuck teullant genoempt DEN HULSBOS groot onttrent een en een halff Loopensaet alle geleegen inde NEERSTRAET.
Item van huijs ende aengelagh geleegen OP 'T HOOGHEIJNDT, sijnde 't aengelagh groot onttrent acht Loopensaeten neffens Erve MICHIEL van MISPELEN aen d'eene sijde, ende neffens Erve DENIJS BRKUIJNINX aen d'ander sijde, streckende vande gemeijne straet tot op Erve MARTTEN BISSCHOP.
Item eene acker teullant geleegen ter plaetsche voorschreven neffens Erve de Heer Advct. IDELET, aend'eene sijde ende neffens Erve PEETER SWINCKELS aend'ander sijde schietende vande straet tot op Erve de Heer WANTS.
Item alnoch eenen hoijbeempt groot onttrent drije Loopense geleegen neffens Erve JAN POORT, aen d'eene zijde en aen de ander zijde de Rivier DE AA, schietende van Erve de Heer WANTS tot op de gemeijne straet.
Item een Hoefken met twintigh Loopense lants neffens Erve THOMAS ..... aen d'eene sijde ende neffens Erve GOVERT WILLEMSE aen d'ander sijde d'eene eijnde de gemeijne straet de ander' eijnde HET BROECK aldaer.
Item tot huijs, stallinge en hoff neffens Erve de Heer THOMAS IDELET aend'eene sijde ende het CLAMPSTRAETIE aend'ander sijde schietende vande gemeijne straet tot op Erve JAN POTTERS alle geleegen tot HELMONT ende BAECKEL toecomende d'Erfgenaemen JOHAN van den BERGH overmits gebreck van betaelinge van eene somme van twee hondert ducatons ofte de waerde van dien metten voorschreven gestipuleerden intterest tot vijff gulden tien stuyvers van't hondert int jaer alreede verschenen ende die daer naer ofte tot de effectuele restitutie toe alnoch soude komen te verschijnen en den Heere opgedraegen.
Die geroepen heeft
Ende verkoch JOHAN van MEGEN tot behoef van der Evicteur testes DAESDONCK paserende van .... datum den sevenden December sestien hondert drey ent negentich
Die gebooden heeft tweehondert ducatons, metten interest tegen vijf van 't hondert in't jaer alsmede verschenen ende die daer naer ofte tot de effectuele restitutie toe alnoch soude verscheijnen met costen van Recht.
Notaris Theodorus Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 25.
d.d. 23 December 1693.
Desen 23en December 1693 soo Compareerden voor mij Openb. Notaris binnen deze stede HELMONT residerende en voor de naebestelde getuygen, PHILIPS FRANSSEN en JAN JANSSEN van HELMONT sijnde luyden van gelooff en mij Notaris wel bekent elck out ontrent de 60 jaeren in de WOLFFSBERGH tot ASTEN woonende. Dewelcke ter instantie van HENNEN BRUYNNEN GEHART AERTS getuygden en verclaerden waer en waerachtich te wesen, hoe dat van op verleeden Sondagh tot Maandagh des naghts des voornoemde Requirants paert uytte stal ontloopen sijnde en dat men nu verstaet tot BAEKEL ten huyse van HERMEN WILLEMS te sijn geraekt en mits om 't selve te restitueeren distinctelijck word gemaekt soo is 't dat sij buyrluyden het selve paert seer wel kennen, ende het selve te sijn een swart bruyn colt ruyn paert met witte voeten te handt, op sijn seste jaer, en dat sij luyden op gisteren ten huyse van HERMEN WILLEMS tot BAEKEL voorschr. sijn geweest het voormelde paert aldaer ten huyse gesien te hebben en dat het zelfde paert is het welck den voornoemde requirant is toecomende, waermede sij deese henne eenpaerlijcke Depositie waeren eyndende ende presentatie omme dese ten allen tijden des versoght sijnde voor alle competente Rigteren met eede te bevestigen.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen dese stede HELMONT ter presentie van WOUTER MARCELIS SANDERS en GOORT MARTEN KELDERS als getuygen gisteren versoght binnen dese stede HELMONT wonende die deese neffens den Comparanten en mij Notaris ondertekent hebben.
Actum ut supra.
FLIPS FRANSSEN
JAN JANSEN van HELMONT
WOUTER MARCELISSEN SANDERS
GOORT MARTENS KELDERS
Sic attestor rogatur
THEODOR ALBERTS Notaris 1693.
Bakel 1694.
Bossche Protocollen, inv. nr. A 1656A folio 129v - 130.
d.d. 02-04-1694.
WILBORTS HENDRICX van SCHEPSTAL ende JAN HERMAN MANDERS, soo voor haer selver als mede in de naeme van DANIEL MACHALLE President, HUYBERT JANSSE van NEERVEN, JAN GOORTS van EYNDE, HERMEN PEETER NOYEN, JAN PETER STERCKEN, ende WILLEM CUYPERS Schepenen, JAN ADRIAEN Borgemeester, DANIEL MACHALLE Kerckmeester MATHEYS van den KERCKHOF en LAUREYNS JAN LAMBERTS Armmeesters, JOSEPH HENDRICX, ende THEUNIS JOOSTEN van NEERVEN Peelmeesters, alle des dorps ende Heerkycheyt van BAECKEL representerende het geheele Corpus van dien inne procuratie brieven onder des dorps segele daer van geexpediteert ende met de ondertekening des secrete becrachticht wesende van der date den 30 Meert 1694 Ende uyt crachte der machte haer daer bij soo blijckende was gegeven ende verleent (latijn) JOHAN VALCKENHOF tot behoef van de onmundige kinderen van JOHAN van VUCHT de somme van duysent Carl. guld. tot xx stuyvers goet permissie gelts elcken gulden gereeckent metten interest van dien tegens vijf van t hondert van heden over een jaer te voldoen ende te betaelen ende binnen dese Stadt van ut Supra overmits de oprechte deuchdelijcheyt deser schult als spruytende van geleende ende aengetelde penningen bij de voorschreven geleverden tot behoef van den voorschreven dorpe gehadt ende ontfangen soo sij bekende mits desen ende in cas van langer continuatie sal den interest blijven loopen als voor tot de effectuele voldoeninge ende aflossinge toe ende sullen partheyen als dan drey maenden te voorens weten moeten waerschouwen testis ut infra datum den tweede April sestien hondert vierentnegentich.
In de marge!
ANDRIES OLYSLAGERS als in huwelijck gehad hebbende MARIA ELISABETH van TRICHT dogtere JOHAN van TRICHT, alhier personelijck present, heeft opentlijck bekent dat REYNDER WILLEMS en MARTEN JAN JOCHUMS geauthoriseert naemens vernoemt Corpus van BAECKEL de neevenstaande geloften van duysent guldens met den agsterstalligen interest van dien aen sijnen handen hebben voldaen ende betaelt consenteerende oversulx in de cassatie deses Datum den Eersten April seventien hondert seventien.
Notaris Th. Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 17,
d.d. 03-08-1694,
Deesen 3en Augusti 1694, Soo Compareerden voor mij THEODORUS ALBERTS als openb, Notaris, binnen de Stede HELMONT residerende, in kennisse der naebestelde getuygen, JACOB CREMERS, gewese Commerbeurder, out omtrent de veertig, WILBORT GERITS, out borgemeester, out omtrent seven en dertigh, CLAESSE PETERS, out omtrent dertich en PETER CERSTEN, ook out omtrent de dertigh Jaeren, alhier tot BAEKEL woonende, Dewelke ter requisitie, van de gesamentlijke Regenten der voorschr. Heerlijkheyt BAEKEL, edogh claghtich verclaeren, hoe dat sij luyden gehoort en vernomen hebben, dat door den ondervorster alhier, op verleeden Sondagh acht dagen, tusschen de clocke omtrent elff á twaalff uyren voorde middagh, sonder affictie gepubliceert soude sijn van wegen, de tienden als de smalle tienden te weten JAN de JONGE cum suis mits gelden van wegen de Heer MAKKALLE, dat alle die gheene die eenige byë swarmen, offte lammeren, de voornoemde tiende subject, dien Sondagh, en achter middagh tussche de clocke twee tot vier uyren pause souden hebben, comen aen te brengen op peene van de boeten in d'ordonnantie daerop gestatueert en dat sij luyden noyt ofte nimmermeer gehoort ofte geweeten hebben dat dien paghter ofte iemant van de sijnen 't sedert het ingaen van hennen pacht oyt ofte oyt henne voorscheven pachtinge bij publicatie hebben bekent gemaekt, alhoewel die in gegaen soude sijn mette verpachtinge van de grove tienden laetst ten BOSCH geschieth sijnde, ofte dat hij pachter ofte iemant van de sijne eenigen Collecteur alhier daertoe gestelt hebben, en alhoewel die verpachtinge eerst ten dagen van de verpachtonge desen aengaende van haer Ed. Mo. ten BOSSCHEN in Juli lestleden was gedaen en henne pachtinge daermee nett en van die tijt eerst was ingegaen, dat sij pachters eysten van de voornoemde Comparanten hebben geijscht gehad die tiende van de byën die van datum van henne voorschr. pachtinge hadden geswermt, selfs van dat saisoen 't welck den voorgaenden pachter vevallen is geweest volgens conditie van haer Ed. Mo. in 't verleeden Jaer tot HELMONT desen aengaende geschieth, en aengaende de derde part van de voorschr. smalle tiende den Here COMMANDEUR van GEMERT raekende, welken pacht den Heer MAKKALLE President Schepen alhier sich is aenmaetigende, dat van tijde tot tijde alhier gebruykelijk is geweest dat deselven ofte sijne gelaste bij alle die gheene, die deselve lieden subject waren, op den vijff en twintichsten dagh Juli alle Jaer deselve te gaen innen, sonder dat daertoe een huys wilde bij publicatie gestipuleert gelijk den voornoemden pachters ofte Heere MAKKALLE ten daeghen voornoemd gedaen hebben en dat sij pachten com suo den voormelden eersten Comparant Daeghs daernaer vermits sijne nom Comparitie hebben doen becalangeren voor eene somme van sestigh goude Realen alhoewel hij 14 daegen langh bed laegerigh en siek was geweest en nogh was en hem tweede Comparant alhoewel hij hen sijne byën om ten tienden had aengewesen, door veele dreygementen alhoewel hij niet in sijne byën te laeten tienden inwillighen van geweest en alreets betaald had vijff swaermen hadden doen accorderen (vermits sijne nu Comparanten) van dies Sondaghs voor ene somme van tseventich guldens. En den derden comparant ook des Sondaghs niet gecompareert sijnde dat deselven des Maendaeghs daerna omme sijne byën aen te geven vermits dat Daeghs te vooren niet gecompareert maer buyten geweest was aen de voornoemde pachter cum suis had moeten voor boeten betaelen eene somme van twintich Ducaten. Verclaerde verders hij vierde Comparant den voornoemde Sondage niet thuis geweest sijnde ook des anderen daeghs bij den voornoemde pachter cum suis was gecompareert en versoght sijne byën getiend te hebben wanneer sij tegen hem ook seyden dat te laat was dat hij meede des daeghs te vooren had moeten compareeren en die volgens hem ook gecu......(?) voor den voorschreven boete van non comparantie te betalen eene somme van vier Ducaten en dat ghelt van hen vier Comparanten weygerigh sijn geweest omme haere byën swaermen te laeten tienden. Dit allen deses alsoo geschieth is verclaerden sij comparanten met eede voor alle Competente Righteren verstercken en versoght bij en mits desen dat de Heeren Regenten alhier hen ten deesen gelieven de behulpsame handt te bieden.
Aldus gedaen, verleeden en gepasseert binnen dese Heerlijkheyd BAEKEL ter presentie van JAN ADRIAENS en JAN MICHIEL HEESMAN .... als getuygen hiertoe versoght binnen deese Heerlijkheid BAEKEL woonende die dese neffens de Comparanten en mij notaris onderteekent hebben. Actum ut Supra.
JACOB TEUNIS Verklaart niet te kunnen tekenen.
WILBERT GERITS idem
CLAESSEN PETERS idem
PETER CORSTEN idem
JAN ADRIAENS idem
JAN MICHIEL HEESMANS
Sic attestor rogatus
THEODOR ALBERTS, Notaris.
Notaris J. Kets te Helmond.
Inv.nr. 16, akte 13, d.d. 27-08-1694.
Op heden dato onder geneomt, Compareerde voor mij JOACHIM KETS als Openbaer Notaris in den Ed. Mo. Rade van BRABANT in s'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen dese Stadt HELMONT residerende, present dondergenoemde getuygen, den Eersamen PETER JAN SWINCKELS Inwoonende borger ende borgemeester deser Stadt HELMONT voorschr., den welcken bekent bij en de mits desen welle ende deugdelijck schuldich te wesen aen Eersamen JAN PETER AERTS van STERCKSEL, Schepen tot BAEKEL, woonende tot MILHEEZE, eene somme van hondert guldens capitael, procederende de selvene, gelofte van gecrediteert off gecochte ende geleverde graenen, welcke voorschr. Comparant gelooft te restitueren, van heden dato deses over een Jaer met vijff gulden van Intrest, ende oft geviel ten believe vande voorschr. JAN PETER AERTS van STERCKSEL, dat het voorschr. capitael langer dan vooren geroert bleef staen, soo sal den Comparant den Intrest betaelen ende restitueren, pro rato, den tijts daer onder den Comparant ende tot naercominge vant bovenstaende hij verbint sijnen persoon ende goederen, present ende toecomende, ende tot meerder assurantie soo consenteert den selven dat dese altijt sal mogen werd vernieut ende gerealiseert, 't sij voor opgemelten Ed. Mo. Rade van BRABANT, de Heeren Schepenen van S'HERTOGENBOSCH, HELMONT, oft elders, daer toe constituerende onwederoepelijck allen thoonderen, deses om deffect van dien te doen ende laeten passeren.
Aldus sonder Arglist gedaen ende gepasseert, ter presentie van HENDRYCK GERAERT BECX ende JORIS van der VOORSTAL, als lofwaerdige getuygen, die dese neffens den Comparanten en mij Notaris onderteekent hebben.
Actum HELMONT den sevenentwintichste Augusti duysent seshondert vier en Negentich.
PEETER SWNCKELS
HENDRICK BECX
JORIS van den VORST
JOACHIMUS KETS, Not.
Notaris Th. Alberts te Helmond,
inv.nr. 19, akte 21, d.d. 18-09-1694.
Desen 18en September 1694 soo Compareerden, voor mij openbaar notaris, binnen dese stede HELMONT resideerende, en voor de naebestelde getuyghen, WOUTER HENDRIX, out omtrent de 't thachtigh Jaeren, JAN GERITS, out omtrent de 50, FRANS DERIX, out omtrent ses en dertigh, MARTEN FREYNSSEN, out omtrent 35 en HENDRIK JOOSTEN, out omtrent negen en twintigh Jaeren, en de dese Heerlijkheid en Dorpe van BAEKEL woonende.
Denwelke bij en mits desen, bij klachten en ter Requisitie des Heeren Regenten, van de voorschreven Heerlijkheid en Dorpe van BAEKEL, op henne manne waere woorden, in plaetse van eede, desnoot sijnde hierop aff te leggen, getuyghden en verclaerden waer en waerachtig te wesen, hoe dat eenen JAN de JONGE gepacht heeft voor dit loopende Jaer, seekeren tient clampten, genaempt "het MATHEUS EYNDT" alhier onder BAEKEL gelegen, onder welken sij comparanten hen teulant hebben liggende, ende dat de voornoemde de JONGE, de voorschreven sijne tienden om op te haelen noyt heeft laeten publiceeren nogh eenige tiendenaers daertoe publicquelijk bekent gemaekt, maer dat hem daertoe wel op gedaen hebben, dan eenen JAN HOLLANDERS, dan eenen MARTEN JANSSEN, en daernaer eenen DIRK AERTS alhier, dat sij luyden Deponenten hen kooren gemaeyt en in hoopen oftte gasten om te tienden gestelt hebbende, dienvolgens niet geweeten hebben waer aen hen te adresseeren, om hen voorschreven cooren behoyrlijk getient ten tienden en daerom bij elck deselve presense tiendenaar hen hebben vervought gehad, edogh dat sij niemant derselve daertoe hebben komen bekomen, maer het selve op den velde in regen en onweer omtrent eenen tijt van veertien daegen moeten laeten staen, jae soodanigh, dat het selven uyttgeschoten en halff bedorven was, seggende en voorgevende de voorschreven presente tiendenaeren, dat hem het thiende van gemeenteppael (?) verboden was ende verclaerde hij FRANS DIRX particulierlijc, dat hij presente tiendenaer nogh tegen hem particulierlijc gesijt hadden, dat het daerom was dat sijn kooren niet en tienden, om dat sulx verdient had. En verclaerde hij HENDRIK JOOSTEN verders dat DIRC AERTS ook een der presente tiendenaeren, eerst tegens hem geseijt had, hij sou sijn cooren tienden en daernaer datter soo wel comen niet op sijn acker was alse wel aft gemaeyt was, dat hij hetselven daerom niet soude tienden en dat hij het selve met eerlijke luyden heeft moeten tienden. En verclaerden sijn Deponenten wijders eenpaarlijk dat sij het koren naederhandt in gehaelt en gedorst hebbende, het selve niet half soo goet tot broot off tot struyff behuiren te sijn, als ander koren bij tijts ingeoogst, en het stroy daervan half verroth en ontstucken te sijn, nog verclaerde hij MAERTEN VRIJNSSEN dat hij tot verscheijde reijsen op sijn acker met kar en paert was geweest om sijn koren afte haelen, edoch te vergeefs, alsoo het selve veld nogh ongetient bevonden had. Waermeede sij dese henne beklaeglijke Depositie waern eyndende.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen desen Dorpe van BAEKEL ten presentie van Mr. COENRAET van BREDA en PETER TEUNIS CRUYSSCHOT ook alhier en onder BAEKEL woonende die dese neffens de comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
WOUTER HENDRIX Kan niet schrijven.
JAN GERIJTS
FRANS DIRX idem
MARTEN VRINNSEN
HENDRIK JOOSTEN idem
COENRAET DENIS van BREDA
PETER TEUNIS CRUYSTERS
Sic attestor Rogatus
THEODOR ALBERTS, notaris.
Notaris Th. Alberts te Helmond, inv.nr. 19, akte 22.
d.d. 18-09-1694.
Op heeden den 18 7ber 1694, soo Compareerden voor mij openbaar notaris, binnen dese stede HELMONT resideerende en voor de naebestelde getuygen, WILBERT HENDRIX van SCHEEPSTAL gesubstitueerde tottet officie, PETER TEUNIS CRUYSTEN, out schepen en Schepen JAN GERITS, out omtrent de 50 jaer en JAN HOLLANDERS, out omtrent de ses en dertigh Jaeren, alle alhier tot BAEKEL woonende, Dewelken ter Requisitie van HENDRIK JOOSTEN, ook inwoonder van BAEKEL, op henne vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competente Rigteren hierop aff te leggen, getuygden en verclaerden eenpaerlijc, waer, waerachtig hen nogh wel voor te staen ende kennelijk te wesen, hoe dat den voorschr. Requirant in besith en gebruyck heeft nu 't oogst een vijfden part van in seecker stuck ackerlants, gelegen op "'t MATHIJS EYNDT" alhier, van welken clamp voor dit Jaer de tienden gepacht heeft eenen JAN de JONGE, en verclaerden hij JAN HOLLANDERS, het voorschr. stuck ackerlants in "t geheel aen eene sijde tot de voore toe maer getient te hebben en dit door last van den Heere MAKKALLE alhier, die hem van wegen den pachter JAN de JONGE daertoe altijt cooren had en dat hij het (de Heere MAKKALLE de) door last als voor voorts ongetient had gelaeten, en verclaerden sij Deponenten wijders gesamentlijc dat sij ontrent 14 daegen naer dat den voorgenoemde JAN HOLLANDERS meede Deponent in deesen het verdere op den voornoemde acker staende kooren, vermits hem niemant op deed van weegen hem JAN de JONGH verder te dienen, alsoo hij JAN HOLLANDERS (soo hij verclaerde) niet meer vermoght te tienden, en hem sulx van als vooren verboden was en dat hen ook niemant anders daertoe op en deed op 't versuick van den Requirant hebben getient en dat sij sulx naer oprechtigheyt ook hebben gedaen en de laeten doen en de uytgesette tient gasten offte hoopen ter sijden voor den tiendenaer laeten staen waermeede sij dese henne eenpaerlijke Depositie waeren eyndende.
Aldus gedaen, verleeden en gepasseert binnen desen dorpe van BAEKEL ter presentie van Mr. COENRAET van BREDA en WILBERT JOOSTEN als getuigen hiertoe versoght binnen desen Dorpe van BAEKEL wonende die dese neffens de comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
WILBERT HENDRIX van SCHEEPSTAL
PETER TEUNIS CRUYSEN
JAN GERITS
JAN HOLLANDERS (Kan niet schrijven)
COENRAET DENIS Van BREDA
WILBERT JOOSTEN
THEODORUS ALBERTS notaris.
Notaris Theod. Alberts te Helmond, inv.nr. 19.
d.d. 18-09-1694, akte 23.
Dese 18 7ber 1694 soo Compareerden voor mij THEODORUS ALBERTS als openb. notaris bij den Ed. Raede van BRABANT in S'HAGE geadmitteert binnen dese stede HELMONT resideerende en voor de naebestelde getuygen WILBERT HENDRIX van SCHIPSTAL, substituyt officier mitsgaders schepen en Sr. Mr. COENRAET van BREDA schoolmeester deser Heerlijkheyt en Dorpe van BAEKEL. Dewelcke ter requisitie van WILLEM GERITS ook alhier tot BAEKEL woonende getuyghden en verclaerden eenpaerlijck op haere vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde voor alle competente Righteren hierop aff te leggen waer en waerachtigh hen nogh wel voor te staen en kennelijk te wesen hoe dat sij luyden op den 25 der verleede maent July Jongstleeden geweest sijn en gehoort hebben ten huyse van den tweeden Deponent, alwaer in de kamer vergadert waeren eenen JAN de JONGH ende TABBERS mitsgaders d'Heer DANIEL MAKKALLE, om aldaer t'ontfangen de smalle tienden van BAEKEL ten selven daege gepubliceert t'ontfangen, dat ten voornoemde daege aldaer en in hender Deponenten meede presentie ook gekomen was den Requirant in desen, en dat sij toen gehoort hebben dat den voorschreven Requirant aen de voorschreven de JONGH, TABBERTS en MAKKALLE in qualite als pachters offte meede standers van de voorschreven tienden, heeft aangebroght gehad vijft Bye swarmen, van de welke hij volgens hen paghters, offte meedestanders begeeren en eysschen in henden Deponenten presentie heeft moeten betaelen eene peene van vijfftien stuyvers. En dat den Requirant bij 't voorschreven aenbrengen en aff eysschen van de drye stuyvers van elck den voorschreven vijff swarmen, geseyt had, nu hebbe ick nogh twee oude Bye stocken, daer van nogh seven soo entelingen, deerlinghs als vierlinghs sijn gekomen, daer wil ik gheen drye stuyvers van elck aff geven alsoo se soo veel niet waert en sijn wilt gij luyden paghters daer de thienden aff haelen volgens verpachtercedulle ofte ondonantie van haer Ed. Mo. dat kent gij doen, Ende sij paghters daer naer niet geluystert hebbende, dat sij Deponenten toen verder gesien hebben, dat de voorschreven paghters wel hen meede staende, van de vijff voor verhaelde swarmen vijfftien stuyvers van Heren Regent hebben affgenomen.
Allegeerende sij Deponenten voor redenen van welwetentheyt allen 't gheene voorschreven staet alsoo waerachtigh te wesen alsoo sij bij allen 't voorschreven verhaelde aen, bij en present sijn geweest en 't selve alsoo te hebben sien en hooren geschiede.
Aldus gedaen verleeden en gepasseert binnen dese Heerlijckheyt en Dorpe van BAEKEL ter presentie van WOUTER HENDRIX en DIRK AERT de VETH als getuyghen hiertoe versoght ook onder en binnen dese Heerlijckheyt en Dorpe van BAEKEL woonende die dese neffens de Comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
WILBERT HENDRIX van SCHEEPSTAL
COENRAET DENIS van BREDA
WOUTER HENDRIX (kan niet schrijven)
DIRCK AERTS VEDT
THEOD. ALBERTS notaris.
Archieven van: Raad van Brabant. Civiele processtukken.
Toegangsnummer 19. Inv.nr. 788.2838.
d.d. 31-12-1694.
Extract etc.
Iersten coop een ruijnpaet van MATTHIJS HUYBERTS gemeynt bij HENDRICK VLEMMIX voor 38. 0. 0
Den onraet <= bijkomende kosten> betaalt bij HENDRICK VLEMMIX ad 45 stuyvers.
2e coop. Twee koye beesten <= koeien> van MATTHIJS HUYBERTS gemeynt bij Sr. TOMAS POIRTERS ad 46. 0. 0
Den onraet betaelt door THOMAS POIRTERS ad 9 stuyvers.
Derde, twee koye beesten gemeynt bij PIETER van de MEULEN voor 43. 0. 0
Den onraet betaelt ad 47 stuyvers bij PIETER van der MEULEN.
Vierden. 20 schaepen bij Sr. THOMAS POIRTERS ad 30. 0. 0
Den onraet betaelt 2 gulden 1 stuyver.
Dese bovenstaende van MATTHEYS HUYBERTS.
Vijfden. 25 schaepen gemijnd bij THOMAS POIRTERS ad 30. 0. 0
Den onraet betaelt door THOMAS POIRTERS ad 2 gulden 1 stuyver.
Sesden. twee osschen gemijnd bij THOMAS POIRTERS 40. 0. 0
Sevenden. twee koye beesten gemijnd ad 31. 0. 0
Den onraet beloopt 2 gulden 12 stuyver.
8ste. Een ruynpaert gemeynt voor 47. 0. 0
Den onraet betaelt ad 49 st. 2
Totaal 18 305
Dese costen met de oncosten die den Secretaris mogt hebben en de Heeren Schepenen, ende aen den Heer Officier met een de somme van drie hondert drie ende twintigh guldens.
Somma 323 gl- 0- 0.
Noch gegeven soo aan verteerden ende lossinge te samen vijfftien gl. seventien st. twee oort somma 15.17. 8
Monterende de somme 338.17. 8
Bekenne ick ondergeschreven als daer toe speciale last hebbende van mijn vader ontfangen te hebben uyt handen van Eerwaarden Heere CILLIS Duytsch Orde Priester ende Rentmeester der Commanderije GEMERT de bovengenomineerd somme van driehondert acht ende dertigh guldens seventien stuyvers ende acht penningen, wegens acht in gekochte horenbeesten, twee peerden, ende vijff en veertigh schaepen toe behoord hebbende MATTHIJS HUYBERTS ende THOMAS SMITS uyt de WOLFFSPUTTEN sijnde bij publiecke subbastatie verkogt geworden bij seeckeren GREGORIUS RAEYMAECKERS alle welcke beesten mijn Vader aen de voors. Heere CILLIS voor die selve somme van drie hondert acht ende dertigh glds seventien stvers en acht penn. wederom heeft vercogt.
Actim GEMERT op den 31en der Maendt December 1694.
Was get. JOHANNES POORTERS als last hebbende van mijn vader THOMAS POORTERS. Leger stont get. E. Cillis T.O.P.
Bakel 1695.
Archieven van: Raad van Brabant. civiele processen.
Toegangsnummer 19, inv.nr. 788.2838.
d.d. 13-04-1695.
Copije,
Ick THOMAS POORTERS woonende tot AERLE-BEECK desen onderteeckent hebbende; bekenne te hebben getransporteert sulcx daer de mits desen aen de Zeer Erardus CILLIS T.O.P. ende Rentmeester van de Commanderije van GEMERT, allen alsulcke paerden, beesten, melckoeijen, ossen, ende schaepen als door executie van RAIJMAECKERS sijn verkoght, ende door mijn gecoght, van ofte wegen den selven RAIJMAECKERS, tevoorens toebehoort hebbende THOMAS ende THIJS HUYBERTS, woonende op de WOLFFSPUTTEN, als oock de voors. Heere CILLIS hebbe gecocht, ende de penn. daer toe noodigh ontfangen ter somme van drije hondert acht en dertigh guldens seventien stvrs acht penn.
Actum GEMERT den 13 April 1695.
Dico 13 April 1695, ende staet te weeten dat inde voors. somme oock staaet begrepen het gheen de geexecuteerders selffs hadden gecoght, en desselven daer voor betaelt vader vanden voors. POORTERS hadden ontfangen, t'oirconde geteeckent, ende was onderteeckent
THOMAS PORTERS, en V. v. BEUGHEM testis.
Bron als boven.
Deductie voor GREGORIUS RADEMECKERS Gegijselde
Contra
MATTIJS HUIJBERTS SMITS cum suis.
Jerusalem.
Deductie gedaen maecken ende de Ed. Rade van BRABANT overgegeven uijt den naem ende van wegen GREGORIUS RADEMACKERS woonende tot BREDA gegijselde ende requirant ter eenre, ende jegens MATHIJS HUYBERTS SMITS, ende THOMAS CORN. SMITS Ingesetenen van den gehugte WOLFPUTTEN onder BAKELL Quartiere van PELANDT impetranten ende gerequireerdens ter ander zijde.
1. Uijt de notulen en dingstaelen ten verbalen in cas van gijsselinge gehouden, is consteerende,
2. Dat de questie tusschen partijen contendenten daerinne eeniglijck ende alleen is bestaende,
3. Off den gegijselde met sijne nader presentatie ten voorschr. verbalen gedaen,
4. Waer bij hij verklaert met het declaratoir bij de impetranten gedaen, ende behelsende dat de hoornbeesten, paerden ende schaepen bij haer conclusie van eijsch vermelt hebben bedrogen bij verkoopinge ende executie een somme van / 338.17. 8 te nemen contentement.
5. Tot soo verre dat den gegijselde te vrede is die somme van f. 338.17. 8 aen de impetranten op te leggen en te betaelen.
6. Mits dat sij alvoorend deselve betalinge geschiede declareerde.
7. Off deselve somme bij haer voor het equivalent van de voor-schr. hoornbeesten, paerden en de schaepen geconsidereert wierde ofte niet,
8. Ende mits van gelijcke met authentique documenten geverifieert werdende dat het equivalent soodanigh is.
9. Niet behoort te werden verklaert te mogen volstaen,
10. Dan off de impetranten well kunnen volstaen met haer nader declaratoire ende pretense offerte,
11. Dat als den gegijselde tot voldoening van het voors.equivalent wilde betaelen de somme van f. 338.17. 8 penn.
12. Sij alsdan deselve somme tot betalinge van dat equivalent soude aennemen.
13. Mits dat den gegijselde deselve somme met de kosten betaelde.
14. Ende sulcx dat de voorschr. nader presentatie van den gegijselde, mitsgaders het voorschr. declaratoir van de impetranten wel ingesien seijnde.
15. Daer uijt lichtelijk is aff te nemen dat de questie tusschen partijen contendenten resterende genoegsaem alleen is over de kosten op de pretense executie en gijselinge in questie gevallen.
16. Omme dan het deugdelijck gesustineerde van den gegijselde te adstrueeren.
17. Ende aen te toonen dat niet den gegijselde,
18. Maar de impetranten als oorsaeck seijnde van de seleve kosten
19. Ook gehouden sijn deselve te betaelen,
20. Soo werden U Leden Wes. gebedeb te noteren dat wel waar is dat door een sententie van desen Rade is leggende.
21. Ende dat daer bij den gegijselde is gecondemneert alle de voorschr. bestialen en de goederen aan de impetranten te restitueren.
22. Oftd wel het equivalent van dien.
23. Waer dat ook voor is dat den gegijselde noijt onwilligh is geweest deselve sententie naer te komen en die te voldoen.
24. Ende in conformite van dien aen de impetranten het voorschr. equivalent te voldoen.
25. Ende dat hoe berijtwillig de gegijselde dieswegen ook is geweest.
26. De impetranten echter hebben kunnen goetvinden den gegijselde pretenselijk te gijselen.
27. Ende dat nogh wel soo maer in vage sonder uijt te drucken ofte eenige de minste expressie te doen soo groot ofte soo wel het voorschr. equivalent bij haer wierde geeftuneert,
28. Alleenlijck soo 't scheijnt om den gegijselde te vexeren <= kwellen; plagen> ende nodelose kosten te maecken.
29. Want U Ed.Mog. sall selfs uijt de conclusie van eijsch bij de impetranten ten voorschr. verbalen in cas van gijselinge gedaen consteeren.
30. Dat deselve is alternatieffs.
31. Gelijck ook de voorschr. sententie uijt kragte van de welcke den gegijselde pretenselijck gegijseld is alternatieff is leggende.
32. Als continuerende deselvers eijsch ende condemnatie <= een vonnis tot iemand nadeel> respectivelijk ten laste van den gegijselde.
33. Ofte restitutie van de voorschr. aff gepande bestialen <= het vee> ende goederen.
34. Ofte wel het equivalent van dien.
35. Sulcx dat het notoirlijk <= kennelijk> aen de potie ende keuse van den gegijselde is staende welcke van bijde hij will naerkomen ende voldoen.
36. Cum in alternativis debitaris sub electio jura vulg.
37. U Ed.Mo. sal uijt de voorschr. conclusie van eijsch wijders consteeren <= blijken; bekend zijn>.
38. Dat daer bij well wort geconcludeert tot restitutie van het voorschr. equivalent.
39. Maar dat daar bij het selve equivalent niet wort begroot.
40. Ende dat oversulcx dieswegens deselve conclusie van eijsch te generaal end in definitie is leggende.
41. Soodanigh dat deselve met regt bij den gegijselde gerescontreert <= wedervaren hebben> soude hebben kunnen werden met de exceptio <= ontwijkend verweer voor de gedaagde of verdachte in rechte voorgedragen, in tegenstelling tot het verweer ten gronde, ten principale>, obscuri et impotilibelli <= een duister en onmachtig geschrift>.
42. Die notoirlijck soude hebben moeten werde geadmitteert <= toegelaten> en de dat wel met consent <= toestemming> van kosten, ten laste van de impetranten.
43. Latijnse tekst.
44. Latijnse tekst.
45. Latijnse tekst.
46. Latijnse tekst.
47. Dogh den gegijselde heeft sigh daer mede om van't proces aff te sijn niet willen behelpen.
48. Maer heeft ten contrarie <= strijdig> soo hoeft niet gecondemneert <= gevonnist> geweest.
49. Off hij heeft aenstonts genegen geweest het voorschr. equivalent aen de impetranten te voldoen.
50. Soodanigh in dien de impetranten het selve equivalent behoorlijk hadden begroet, de gegijselde het selve aen haer aenstonts ende ilico <= onmiddellijk> soude hebben voldaen.
51. Gelijck dan ook de bereijtwilligheijt van den impetrant behoorlijck heeft doorgesteeven.
52. Als hij in plaats van tegens de voorschr. eijsch te preoponeren de voorschr. exceptio obscuri et inepti libelli.
53. Alleenlijk alvorens te antwoorden heeft versogt expressie van't voorschr. equivalent ende de copije van de bewijsen daer toe specterende <= aanschouwen>.
54. Met die intentie om deselve expressie ende copijen bekomen hebbende het selve equivalent te voldoen.
55. Ende nogh well te meer als de impetranten op het selve versoek niet behoorlijck antwoordende,
56. Ende alleen doende seggen dat de voorschr. bestialen bij verkopinge gegelde hadden f. 338.17. 8
57. Mitsgaders alleenlijk overlerende simpele copijen van de actens waer bij het selve breder geseijt wierde te consteren <= bekend zijn>.
58. Dogh waer uijt de begrotinge van het voorgeschr. equivalent bij den gegijselde niet konde werden gemaeckt.
59. De wijll het een notoire sake is, dat simpele copije niet wes proberende.
60. Den gegijselde ten overvloede ende om de impetranten de mate vol te meteb gedaen heeft presentatie van het voorschr. equivalent te willen voldoen.
61. Mits bij haer alvorens geexpresseert werdende hoe groot het equivalent was.
62. Welcke presentatie hoe billijck ende satisfactoir <= genoegdoening> dezelve ook was, heeft men aende sijde van den impetranten kunnen goed vinden te refuseren <= toevlucht nemen>.
63. Daer noghtans sij lichtelijck hadde kunnen seggen dat het equivalent bij haer wierde geestimeert <= gewaardeerd> op de voorschr. somme van f. 338.17. 8
64. Bij verkoopinge van de voorschr. bestialan geprocedeert.
65. Sulcx dat notoirlijck de haestingheijt van de impetranten de eenige oorsaeke van dese procedurens in gijselingh is.
66.Ende gevolgelijck ook van de kosten daer ontrent soo noodeloos gesupporteert <= ondersteunt>.
67. Maer niettegenstaende de impetranten soodanigh een behoorlijcke expressie om haer obscuren eijsch op te helderen, mits hebben willen doen.
68. Soo is noghtans den gegijselde van dien overtollige toegeventheijt geweest dat hij gedaan heeft de voorschr. gansch satisfactoire nadere presentatie.
69. Die men dan aende sijde van de impetranten wel niet absoluten heeft durven refuseren <= toevlucht nemen>.
70. Maer evenwel ook niet absolutelijck willen accepteren.
71. Dewijl ende de voorschr. somme van f. 338.17. 8 tot voldoening van het gelt equivalent wel heeft willen aennemen.
72. Maer sonder te spreeken van de authentijke bewijsen, in plaetse van de voorschr. simpele copijs.
73. Om daer mede te betoonen dat het selve equivalent soodanigh is.
74. Ende onder dien sicaneusen <= dwarsliggende> mits dat den gegijselde de kosten op de gijselinge gevallen soude betalen.
75. Het welck onder reverntie <= eerbiediging> een saecke en sicane is <= rechtsgeding>, die sigh selven schaemt.
76. Ende die soo klaer als den dagh aenthoont dat het de impetranten <= verwervers; verkrijgers; verzoekers> te doen is om nodelose kosten te maken.
77. Ende daermede den gegijselde te vereren.
78. Want behalven dat het selve genoegsaem consteert <= blijkt; bekend is> uijt de connexie <= samenknoping> van saeken tot nog toe gededuceert
<= verhaalt; verklaart>.
79. Mitsgaders uijt het geverbaliseerde van partijen buichende.
80. Ende oversulcx daermede dese schriftuijren alleenlijck soude kunnen werden besloten.
81. Soo werden U Ed. Mo. nogh particulierlijck geleden te noteeren.
82. Dat het soo verre van daer is dat den gegijselde gehouden soude sijn de kosten te betalen.
83. Dat in tegendeel de impetranten als door haer generale ende obscuren eijsch deselve kosten hebbende gecauseert <= veroorzaakt; beschuldigd> om de reverentie inde deselve kosten.
84. Als temerarii litigatores <= lichtvaardig pleiten> behooren te werden gecondemneert <= gevonnist>.
85. Dewijl gelijk reets is geposeert de conclusie van de impetranten heeft getendeert tot restitutie van de voorschr. bestiaelen.
86. Coste wel het equivalent van dien.
87. Dat ook de voorschr. sententie uijt kragte ende tot voldoening van de welcke den gegijselden pretenselijk <= zich voorwend> gegijselt is soodanigh ende conform deselve conclusie is leggende.
88. Sonder dat bij defecte conclusie oft sententie het montant
<= edrag> van het equivalent is uijtgedruckt.
89. De conclusie nu in cas van gijselinge is wederom soodanigh leggende.
90. Daer het noghtans een bekende saeke in het regt ende practijcke is.
91. Dat het proces selfs genomen sijnde een generale ende in definite conclusie sonder een seeckere somme te specificeeren.
92. Dat als dan ten minste in excutione het selve moet geschieden.
93. Latijnse tekst.
94. Latijnse tekst.
95. Latijnse tekst.
96. Behalve dat, in dien soodanigh een generaelen ende in definite conclusie in gijselinge genoegh was.
97. Daer uijt die absurditeijt soude volgen, dat in gijseling genoegsaem deselve sententie gelagen soude moeten werden.
98. Die in de saeke selfs reets geslagen was.
99. Ende de sententie in gijseling notoiren <= kennende> even generael ende in definite soude moeten leggen..
100. Sonder dat een gecondemneerde soude weten, wat sij eijgenlijck souden moeten presteeren.
101. Ende mitsdien soude uijt het proces in cas van gijseling wederom een ander proces noodwendigh komen te spruijten.
102. Om eijgentlijck tot de begrotinge van de sake, ofte het equivalent gelijck in cas subject te komen.
103. Het welck de rechten niet toe laeten cum litus
104. Latijnse tekst.
105. Sulcks dat vermeijnt weert dat in dien den gegijselde het voorschr. versoek ende presentatie resoluut niet hadde gedaan.
106. Maer een exceptio impetrant libelli <= een uitzondering voor de verwerver schriftelijck> hadde geproponeert <= voor gesteld>.
107. Dat deselve exceptie (onder reverentie) met condities van kosten ten lasten van impetranten soude hebben moeten werden geadmitterrt <= toegestaan>.
108. Ende dat derselven den gegijselde het voorschr. versoek ende presentatie respectieve soo ongehouden gedaen hebbende,
109. Omme van sijn kant alles te contribueren om vant proces in cas van gijselinge aff te sijn.
110. Hij met geen imaginatie <= inbeelding> verstaen kan werden oorsake van de kosten te sijn.
111. Ende derhalve met geen fondament kan werden gesustineert <= staande gehouden> dat hij deselve soude moeten betalen.
112. Waer dat de impetranten die gene sijn, die door het niet voldoen aen het voorschr. versoek ende het refuseeren <= van de hand wijzen> en niet accepteeren van de voorschr. presentatie.
113. Die alles contineert <= bevat; begrijpt> wat sij van den gegijselde kunnen pretenderen.
114. De voorschr. kosten hebben gecauseert.
115. Ende mitsdien daerinne behooren te werden gecondemneert.
116. Dewijl de gegijselde bij deselve presentatie gepresenteert heeft de voorschr. somme van / 338.17. 8 aende impetranten op te leggen ende te betaelen.
117. Niettegenstaande hij maer simpele Copijen uijt de memorie der voorschr. verkogte bestialen hadden overgegeven.
118. Mits dat hij souden hebben te verklaren oft deselve sommen bij haer voor het equivalent gehouden wierd of niet.
119. Ende het selve met authenticque bewijsen souden hebben te verifieren.
120. Nu wert U Ed. Mo. in bedenckeen gegeven off vande gegijselde wel meerder met imaginatie soude konnen werden gevergt.
121 Als dat hij niettegenstaande de voorschr. generale ende in defininite conclusie het voorschr. equivalent stelt aen het eijge declaratoir van de impetranten.
122. Ende aende authenticque bescheijden dei sij dat van souden mogen hebben.
123. Ende off de impetranten deselve presentatie niet hebbende geaccepteert.
124. Hoe billijck ende equitabel deselve ook is,
125. Selfs ten minsten geen oorsake sijn van de kosten soo nodeloos in dese gevallen.
126. Ende derhalven wert verstout dat U Ed. Mog. op alle het gunt voorschr. is billijck ende equitabel reguard nemende.
127. Geen swarigheijt sullen maken vanden gegijselde te verklaren met sijn voorschr. soo deugdelijcke ende gansch satisfactoire, < = voldane> presentatie te mogen volstaan.
128. Ende de impetranten als litigatoris te condemneren in de kosten.
Imploreerende in ende op alles U Ed. Mo.
B. v. LEEUWEN, 1700.
Bossche Protocollen, inv. nr. A 1656B, folio 168 t/m 169.
d.d. 25-04-1695.
Den Hooch. Ed. geb. Heer FREDERICK HENDRICK SWEERTS den Laades Heer van BAERSCHOT raedt ende ontfanger der verpondinge deser Stadt als Evicteur.
Een hoefken met ontrent twintich lopensaats lants gelegen tot BAECKEL nevens erve THOMAS ex uno ende nevens erve GEVERT WILLEMS ex alio, streckende van gemeyne straet tot op "het BROECK" aldaer met de boomen op deselve erve staende, laetst toebehoort den erffgenamen JOHAN van den BERCH ende gebruyckt bij WILLEM HACHREMS gereserveert ende uytgenomen het landt genaamd "Het MEULVELT" waar van JOHAN van MEGEN Clerck deser Stadts secretelijck den coop tegens den richter ende met vonnisse van Heeren Schepenen deser Stadt op den 7 December 1693 genomen ende vercregen heeft ende dat ten behoeve van den Evicteur sijnde daer naer de selve tot behoef als voor met uytganck van de keersse des verbeats als meest biedende daeraen gebleeven pront in insto evictioms in date den 4 February 1695 heeft hij bij manniere van leste slijtinge wettelijck en erffelijck opgedraegen ende overgegeven mits desen de Heer WILLEM GLEUW fimil cum dictus, etc. etc. (latijn) uytgenomen eenen chijns van twee hoenderen ende drie duyten aenden Heere van HELMONT.
Item een half pont was aende abdije van BIJNDEREN betaelt wordende met ses stuyvers.
Item een vat rogge betaelt worden met ses stuyvers aen den Pastoor van GEMERT.
Item drey oortjens een denier aende Domeynen jaerlijcx alle daer uytgaende ende of naermaels met wegen van recht bevonden wierde iets meer daer uytte gaen dan voorschreven staet sal den coper werden aengecocht die geltchijnsen tegens den penningen xx stuyvers de specie pachten ter arbitrage van Heeren Commissarissen tot dese doen reeckeningen ter committeren ende dat soo vermelde cooppenningen ende slaeghen sullen strecken testes tot infra datum ut Supra.
Notaris Th. Alberts te Helmond.inv.nr. 19, akte 7.
d.d. 16-09-1695,
Wij THEODORUS ALBERTS, openbaar notaris bij den Ed. Raede van BRABANT In S'HAGE geadmitteerd, binnen de Stede van HELMONT resideerende, FRANS van den HOUT, Vorster, en COENRAET van BREDA, Schoolmeester, binnen desen Dorpe en Heerlijckheyt van BAEKEL, getuyghen en verclaeren ons ter instantie en Requisitie van D'Heer DANIEL MAKKALLA, Drossart van STIPHOUT, CROY, Secretaris en President der voorschreven Heerlijckheyt BAEKEL, ons op heeden dato dye onder [= belet] vervought te hebben ten huysen van de voornoemde Heere Regent alhier tot BAEKEL gelegen en aldaer ondervonden, dat het waeter in de putte voor de voormelde huysinge geheel en al geinfecteert was van terve [= tar of teer], en daerinne in onser presentie met een dregge verscheyde maelen gesmeeten, omgeroert en op gehaelt sijnde, gesien en ondervonden dat op den gront van de voorschreven putte ook vol terve lagh, mits den dregge t'elken daer van hebben gesien en bevonden omhangen te wesen, soo ook het muur en metsel werck in de put daer van seer bekladt, en daernae den tweeden deponent daerin geklommen sijnde wij gesien hebben dat de selven daeruyt gehaelt heeft eenen aerde pot die ontstucken was en naer alle gissingen omtrent van de groote van twee kannen [1 Helmondse kan = 1.8 liter] geweest, in welcken stucken nogh eenige terve was vast
hangende. Dat dese alsoo zij presenteren wij boven d'eede, op onse respective officiën affgeleyt, des noot sijnde, nogh met eede te sullen verstercken. Aldus gedaen, verleeden en gepasseert en t'oirconde van sulcx bij ons onderteekent binnen dese Heerlijckheyt en Dorpe van BAEKEL desen 16e September 1695.
THED. ALBERTS notaris
FRANS van den HOUT (stelde een mooi merckteken) en verclaerde niet te kunnen schrijven).
COENRAET DENIS van BREDA.
Notaris Th. Alberts te Helmond.inv.nr. 19, akte 11,
d.d. 22-10-1695.
Desen 22 October 1695, soo Compareerde voor mij openbaer Notaris, binnen dese Stede HELMONT resideerende en voor de naebestelde getuygen Meester JEAN Van den HAYE meede rijdende metten Heere Drossart HENDRIK van WINTEROY Rijdende commies van admodiatie [= heffing van de verbruiksbelasting bij een som ineens naar geraamd verbruik over zeker tijdvak] op de fraudateurs [= bedriegers] der convoyen en licenten [= bedrag te betalen voor vrijgeleide bij de koopvaart, later zoveel als recht geheven van in- en uitgaande goederen] Requiranten in deese alhier tot HELMONT ook resideerende. Denwelcke op sijne mannen vromigheyt in plaetse van eede des versoght sijnde hierop aff te leggen, getuyghde en verclaerde waer en waerachtigh te wesen, hoe dat hij metten voorschreven Requirant desen morgen te clocke omtrent ses uyren, is gereeden geweest over de BAEKELSE BRUGGE, op den wegh van HELMONT naer BAEKEL en aldaer gerencortreert [ontmoet] te hebben een karre met paert, daerop gelaede was twee sakken terve en eenige packen laekens, in deeken gewonden en vast genaeyt, sijnde de voorschreven laekens geweest van verscheyde couleuren [= kleuren], waerbij dat neffens een ander onbekende beyde was, eenen AERTHEN den WAPPER tot VENROY woonende, ordinaris voerman van terw en andere goederen van VENROY op HELMONT, en dat de voorschr. karre bij den Heeren Requirant en Deponent in desen gevisiteert sijnde de voorschr. AERT de WAPPER hen luyden een halve worp weeghs is naer comen loopen, seggende: "Ick sal u elck een schellingh geven", dat daerop den Requirant seyde: "Ick wou liever dat u de duyvel haelde, ick heb u gelt niet van doen", en dat hij Deponent daer wijders geseyt hadde tegen hem AERT de WEPPER: "Ick wou u liever den cop ontstucken houwen en dat hij Deponent metten Requirant daerop naer BAEKEL voorschr. was gereeden, en van daer mede naer HELMONT gekeert, omme te sien oft hij de voorschreven terwe mette laeken aldaer ten Comptoire soude aenbrengen, en ten dien eynde hem aldaer ten Comptoire geadresseert en ondervangen, den selven AERT de WEPPER aldaer naer aen gebrogt te hebben van twee sacken een tiende gedeelte van een last terwe en niet anders dat hij Requirant en Deponent hij bij den voorschr. AERT de WEPPER daernaer hebben vervought en naer sijne paspoorte gevraeght, edogh dat geluyden van den voorschr. AERT de WAPPER niet anders vertoont en is dan de voorschr. paspoort van twee sacken terve, waerop den Requirant naer de verdere goederen die sij als vooren bij de BAEKELSE BRUGGE op sijne karre gesien hadden weygerde, dat hij de WAPPER daerop geantwoort heeft dat hij sulcx niet en wiste, en dat hij Requirant vervolgens den voorschr. AERT de WAPPER alhier heeft genomen in arreste ten tijt en wijlen hij de voorschr. verdere goederen souden comen aen te weysen daerop hij de WAPPER seyde de verdere goederen comen mij niet toe en ik heb daer meede niet te doen, waermede hij Deponent wel allegatie van te doen van welwetentheyt, als daerbij op en present geweest sijnde seyde sijne sinnerere (?) Depositie van dese te eyndigen.
Aldus geattesteert binnen dese stede HELMONT ter presentie van Sr. MATHIJS van den LAECK en HENDRIK van LUYTELAER als getuygen, hiertoe versoght binnen dese stede HELMONT waermede die dese neffens de comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
JAN van den HAGEN
MATH: van den LAECK
HENDRIK van LUYTELAER
Sic attesto Rogatus
THEOD. ALBERTS notaris.
Bakel 1696.
Theodorus Alberts, notaris te Helmond.
inv.nr. 19, akte 12, d.d. 09-07-1696.
Desen 9e Juli 1696, soo compareerden voor mij THEODORIS ALBERTS, als openb. notaris bij den Edele Raede van BRABANT, in S'HAGE geadmitteert, en voor de naebestelde getuyghen JAN AERTS HOBERGEN, schepen, out omtrent de 't sestich en CLAES JOORDENS out omtrent de drye ende vijfftigh Jaeren soo sij seyden, beyde mij notaris wel bekent tot BAKEL woonende, denwelcke ter Requisitie van JAN GOORTS van den EYNDE, ook schepen aldaar, getuygden ende verclaerden op henne vromigheyt in plaetse van eede des noot zijnde voor competente Righteren, hierop aft te leggen waer waeraghtigh hen nogt seer wel voorte staen en kennelijck te wesen, hoe dat den voorschreven Requirant eenige verscheyde naer een ander volgende daegen van den beginne van de maent April deses jaers 1696, soo sieck is geweest dat continuerlijck daer van bedlegerigh is geweest, jae soodanigh swack, dat den eenen voet bij nae niet voor den anderen conde hebben, waervan hij tot nu toe nogh niet volcomen is geneesen, Redenen van wel weetentheyt, allegeerende sij Deponenten dat sij den voorn. Requirant wel kennen, denselven in den voorschr. sijne sieckte als gebuyrluyden verscheyde maelen besoght hebben en alsoo ondervonden, waermede sij dese henne sinere depositie waeren eyndende; Aldus gedaen, verleeden en gedeponeert binnen dese stede HELMONT, ter presentie van JAN CLAESSEN van den BOSSEN en LAURENS JANSSEN van VENROY als getuygen, hiertoe versoght, alhier tot HELMONT woonende, die dese neffens de comparanten en mij notaris onderteekent hebben.
Actum ut Supra.
JAN JANSEN HOOBERGEN
CLAES JORDEN (kan niet schrijven)
JAN CLAESSEN van den BOS
LAURIJNS JANSSEN van VENROY
Sic attestor royakers
THEOD. ALBERTS notaris.
Bakel 1697.
Bossche Protocollen, inv.nr.1686 A, folio 22 t/m 24verso.
d.d. 01-07-1697.
JACOB de BYE Notaris binnen dese Stadt als geauthoriseerde Curateur tot Heeren Schepenen van de goederen toebehoorende Joncker WILLEM ARNOUTS van BROECKHOVEN ende Joncker JACOB en DIDDERICK van BROECKHOVEN ad opus ins habentum, volgens authorisatie van Heeren Schepenen dese Stadt gestelt op de ..... daer van bij de voornoemde Jonckers BROECKHOVEN aen haer Ed.Achtb. gepresenteert wesende van den date den 29 Decemb. lestleden des jaars 1696. Ende mede achtter volgens intentie van den Ed.Raede van BRABANT in date den 21 Meert 1797 daer op gevoght. Ende uyt crachte der machte hem alsoo gegeven ende verleent de Gront Heerlicheyt van MILHEZE metten chijnsboeck daer aen gehoorende het recht van de warande den houtschath schouwen ende breucken, die inde schouwen vallen, alwaer den Heere ook is stellende sijne Schepenen ofte Laetmannen, Schouten ende Vorsters met alle voordere rechtten ende toebehoorten appendentien, ende dependentien van dien. De voorschreven Gront Heerlicheyt gelegen in de Quariere van PEELANT onder den dorpe van BAECKEL volgens seeckere brieven van Hertogh PHILIPS gedateert achttien dagen in Juny int jaer ons Heeren Duysent vierhondert drye ende vijfftich soo ende gelijck de voornoemde BROECKHOVENS daer van nu in poosessie sijn, mitsgaders de haven en de landerijen daer onder gehoorende Leenruerich aen den Huyse van RIXTEL, welcke voorschreven Gront Heerlicheyt van MILHEZE appendentien ende dependentien van dien, mitsgaders de voorschreven Have ende Landerijen, Vrouwe MARIA van LANCKVELT weduwe wijlen Joncker ROBERT de BOVERI Heere als hij leeffde van MILHEEZE. Bij maniere van gifte die men noemt onder de levenden heeft gegeven, gegunt, wettelijck ende erffelijck opgedragen ende overgegeven Joncker ROGIER van BROECKHOVEN als wettiche man ende momboir van Vrouwe JAQUELINA van der CAMMEN, gelijck in brieven de dato 20 October 1669. Ende op de voornoemde Joncker's WILLEM, ARNOUT ende JACOB DIDDERICK van BROECKHOVEN bij doode ende aflijvicheyt van voornoemde Joncker ROGIER van BROECKHOVEN ende Vrouwe JAQUELINA van der CAMMEN hunne ouder saliger. Achttervolgens de Leenraetten van BRABANT verstorven ende gesuccedeert bestaende de voorschreven chijnsboeck in driehondert twee ende negentich textten, t'samen uyt brengende ontrent t'seventich gld. jaerlicx, ende voornoemde Hoeve Lants is ontrent derthien Loopensse teullant, ende daer en boven in eenen hoy ofte wey inde heyvelden. Daer in sulcken grootte ende quantiteyt, vuegen ende manieren de voorschreven Gront Heerlicheyt, inde Hoeve Lants, met alle rechten ende toebehoorten appendentien ende dependentien van dien. Ter plaetss die voorschreven respective gelegen sijn inde voorschreven chijnsboeck jaerlicx rendeert ende de voorschreven Joncker's BROECKHOVENS daervan als voor inne possessie sijn, sonder oock in eenighe grootte maetten oft quantiteyt te willen gehouden sijn ende welck voorschreven Hoeve tegenwoordich in huernisse ende gebruyck is hebbende PETER JANSE SCHEPERS, voor twee ende veertich gulden in gelt, dryeduysent Peelsse clot ende drye vimmen dack stroy respective jaerlicx te leveren ende te betalen. Heeft hij nu in desen wettelick ende erffelick opgedragen ende opgegeven de Heer HENDRICK MUS sinne cum quibusennen curatele proetestelijck. Gelovende uyteraerte sijnder voorschreven authorisatie op verbant van de goederen present ende toecomende vande voorschreven Curateli ......... en tot meerder severiteyt van dien sulten oock de Pantereditineren van de penningen die sij sallen comen te kwiteren. Paasseert schabinale quitantie, met geloste ende verbintenisse van deselve penningen te sullen restitueren ingevalle naermaels met recht levenden wiert iemant daer toe naeder gerestitueert te sijn for als in cas van Evictor gebruyckelick is. Dat sal den coper dan niet leveren, vergoeden drye stuyver ...... out jaerlicx aen H.Geest tot HELMONT.
Item een vat rogge aende renten van hueren.
Testes ut Supra, date den eerste July sestienhondert seven ende negentich.
De quitantie .... ... .... ende .... voorschreven al JAN MAES MIGELLOERKEN van 10 jaeren
Handtekening niet leesbaar.
JOHAN van de MEULEN 1697
Mij Present CATTENBURCH.
Notaris J. Kets te Helmond.
Inv.nr. 16, akte 12, d.d. 10-09-1697.
Compareerde voor mij, JOACHIM KETS als openbaer Notaris bij den Ed. Mo. Rade van BRABANT in S'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen HELMONDT residerende, present d'ondergenoemde getuygen MATHIJS WILLEM HERMEN MANDER,S herbergier, out Schepen ende inwoonder deser parochie van BAEKEL, den selver bekent en beleyt mits desen, wel en deugdelijck schuldich te wesen aen ANTHONI PETERS van der GOOR, mede inwoonder alhier tot BAEKEL, de somme van hondert pattacons, monterende tweehondert vijftich gulden, spruytende van deughdelijcke ende aengetelde penningen, renuncierende der halven expres op d'exceptie van ongetelden gelde, welcke voorschr. somme sal werden gerestitueert t'allen tijde als 't iemandt van parthijen gelieven sal, geloovende sjaers voor intresse vier gulden van ider hondert, doende sjaers thien gulden, en de waer van de iersten intrest sal betaelt werden en de verscheenen weesen, den iersten Augusti des toecomende jaers XVIc acht en negentich, ende te continueren tot de volle effectuele voldoeninge toe, onder 't geene voorschreven der Comparant verbint sijnen persoon, hebbende ende vercrijgende goederen, Consenterende dat dese altijt sal mogen werden vernieuwt en de gerealiseert, 't sij voor de Ed. Mo. Rade van BRABANT Schepen van S'HERTOGENBOSCH, HELMONT, of BAKEL, daer toe constitueerende allen thoonders deses om d'effect van dien te doen en te laten passeren.
Aldus gedaen en verleden desen t'hienden September XVIc seven ennegentich, ter presentie van MATHIJS MATIJSSEN MANDERS, en REYNDER WILLEMS, alhier tot BAKEL woonende, die dese neffens de Comparant en mij Notaris hebben onderteekent.
Actum BAKEL als boven.
MATIJS WILLEM HERMEN
MATIJS TYES MANDERS
REYNDER WILLEMS (kan niet schrijven)
JOOCHIM KETS notaris.
Bossche Protocollen, inv.nr. 1686 A, folio 99v + 100.
d.d. 16-10-1697.
De Heer WILLEM GLEVIO granadier te peert onder de guarde van sijn Conninklijcke Majesteyt van GROOT BRITANNIEN. Een Horstke met ontrent twintich loopensse lant gelegen tot BAECKEL nevens erve THOMAS e.z. ende neffens erve GEVERT WILLEMS a.z., streckende van den gemeyne straet tot op het broeck aldaer met de boomen op dese erve staende voor dese toebehoort hebbende d'erffgenamen JOHAN van den BERGH ende gebruyck bij WILLEM PACHTJENS gereserveert ende uytgenomen het lant genaamt "Het NIEUW VELT", welk voorschreven Horstke de voorschreven WILLEM GLEVIO vercregen heeft bey opdrachten tegens de Hoogh.Ed.Geb. Heer FREDERIK HENDRICK SWEERTS de Lande a ver Heere van BAERSCHOTH etc. als evicteur pront in lru de dato 26 April 1695. Heeft hij met desen wettelick ende erffelick opgedragen ende overgegeven JAN BORCKULOO woonende alhier. . Uytgenomen eenen chijns van twee hoenderen ende drye duyten aende Heer van HELMONT, bij soo verre daer uyt is gaende.
Item een half pont was aen d'Abdije van BEENDEREN, betaelt wordende met seven stuyvers.
Item een vadt rogge betaelt werdende met ses stuyvers, aende Pastoor van GEMERT.
Item drye oortjens een denary aende Domeynen jaerlicx daer uyt gaende.
Item eene Capitaele somme van tweehondert guldens aende voorschreven Heer van BAERSCHOT, ende vooret dorps lasten, commeren ende servituten daer toe soo was oud recht als gewoonte wegen te onderhouden staende ende gehoorende. Testes ut supra datum den sestiende October sesthienhondert seven ende negentich.
CORN.T. HOOFT
Mij Present CATTENBURCH.
Oud Rechtelijk Archief BAKEL en MILHEEZE.
Folio 1 recto.
d.d. 05-12-1697.
Dat voor ons gekoomen is HERMEN WILLEM MANDERS inwoonder alhier den welcke wel en wettelijck heeft gecedeert, getransporteert en met helmelinge < = een korenaar of halm > vertijdenisse erffelijck overgegeven, gelijck doet bij desen aen en ten behoeven van de Gemeijnte ofte het Corpus van BAECKEL alhier een stuck teullants groot ontrent een halff loopensaet, nogtans soo groot ende kleijn het selve alhier binnen den dorpe van BAECKEL voorschr. gelegen is, met d’een sijde MARTEN PETERS van HELMONT, d’ander zijde en d’een eijnde den transportant in desen, en d’ander eijnde den gemeijne wegh, dogh is geconditioneert, indien de gemijnte het selve stukje teullants niet meer van nooden mogte hebben, dat het selve dan in sulcke gevallen wederom sal moeten komen en competeeren aen den voors. transportant ofte des selfs erfgenaemen in deesen sonder yetwes daer voor te betaelen alsoo het selve bij den transportant aen de voors. gemeijnten schencken ende vereert is, sonder yetwes daer voor te profiteeren, ofte te willen pretendeeren onder conditie nogtans dat den timmer < = gebouwen >, die middelerwijlen bij gemeijnte op voorschr. Lant souden mogen gebouwt werden aen de gemeinge sal competeeren, zijnde het selve Lant los en vrij, behoudelijck allestegen wegen ende waterlaten, daer met recht over en doorgaende dorpscommer lasten en verpondinge. Geloovende den voors. transportant dit cedeeren, transporteeren en erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goedt en van waerde te sullen houden, en doen houden, met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijne persoon, en goederen hebbende ende vercreijgende. Actum desen vijfde December XVIC seven en tnegentigh. Coram HERMEN PETER NOOIJEN en HERMEN MARCELIS MANDERS Schepenen tot BAECKEL.
Parthijen verclaeren dit goed aen de gemijnte te hebben vereert, sonder ijtwes daer voor betaelt te sijn ofte genooten te hebben Dico Nihil.
Dog is evenwel hier van ter tauxatie van de Officier en Schepenen ten behoeven van het Land hier van betaelt wegens den veertighste penninck seven stuyvers en acht penningen, Dico 0- 7- 8
en wegens de thiende verhoogingen volgens de quitantie daer van sijnde en aen Schepenen gebleecken 0- 0-12
0- 8- 4
HERMEN PETER NOIJE.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Oud archief Helmond, Archiefnr. A-2001, inv.nr. 4009.
d.d. 07-12-1697.
JAN WILLEMS de WIT, soo voor sijne selven, als mede hem fort ende sterck maeckende voor PETER synen broeder, heeft mits desen wettelijck ende erffelijck vercoght, opgedragen ende overgegeven aen ende ten behoeve van WILBERT HENDRICX van SCHIPSTAL, een huys, schuer, hof, landt en weyde aan malkanderen gelegen, groot ontrent drie Loopensaeten ofte soo groot ende cleyn alst zelve gelegen is inde Prochie van BAKEL ter plaetse genoemt DE STRAET. HENDRICK WILBERTS ex uno, de Weduwe MERIKE HENDRICK GERITS ex alio, streckende uno fine aen erffenis AERT GOORTS, et alio fine aenden gemeynen weghe. Nogh een parceel landt genoemt DE GEER groot ontrent twee Loopensaet. Nogh een parceel ackerlandt genoemt HET MAUWERSE groot ontrent een en een halff Loopensaet gelegen ter plaetse voors. Nogh een parceel ackerlandts genoemt DE ROOTVLAES groot ontrent twee en een halff Loopensaet. Nogh een parceel ackerlandt genoemt HET CAMPKEN groot een halff Loopensaet. Nogh een parceel ackerlandt genoemt DEN PAGHTACKER groot ontrent een halff Loopensaet. Nogh een parceel ackerlandts groot mede een halff Loopensaet genaemt HET CAMPKEN. Nogh een parceeltje ackerlant genoemt HET HEYVELT groot ontrent acht en twintigh Roeden. Nogh een eeusel genoemt DEN BESTERT groot ontrent een en een half Loopensaet alle voors. parceelen gelegen sijn ter plaetse voorz. Ende nogh een parceel hoyvelt genoemt DEN BRUGHBEEMT groot ontrent twee Loopensaet. Alles in alsulcke voegen ende grooten als WILLEM de WIT de voors. parceelen in sijn leven ende gebruyck is hebbende, doende den voors. JAN WILLEMS de WITH met sterckmakinge als voor ten behoeve van den voorn. WILBERT HENDRICX van SCHIPSTAL vertheydenisse als in desen wel gerequireert met helmelingen daer toe dienende, los ende vrij uytgenomen de helft van drie en een half vat rogge jaerlijcx aenden Convent van EYNDHOVEN, des soo sal den voors. JAN WILLEMS de WITH ende PETER sijnen broeder al de voorschreven goederen mogen lossen ende quyten met eene zomme van vier hondert gulden eens, ende sulcx voor den achsten January XVIIc eb eeb daar voor wel, maer daer naer niet. Ende heeft den voors. JAN WILLEMS de WITH vande voors. vier hondert guldens belooft jaerlijcx te sullen betalen twintich gulden tot interest waervan het eerste jaer intrest sal verscheynen den achtsten January XVIc acht en tnegentigh. Ende sal oock den voors. JAN WILLEMS ende PETER synen broeder de voors. huysinge ende schuere gedurende den tijt van vier jaren moeten onderhouden in goede reparatie, ende de voors. goederen van opgaende hout niet mogen ontbloten als tot reparatie vande voors. huysinge en schuere. Alles onder verbant van syns vercoopers ende broeder persoon en goederen hebbende ende vercrygende. Testis WILLEM van OMMEREN ende HENDRICK HERINCX Scabini in HELMONT, desen sevenden December XVIc seven en tnegentigh
40e penning f. 10: 0: 0
10 verhogingen f. 1: 0: 0
Aenden ontfanger betaelt volgens quitantie
W. v. OMMEREN
HENR. HERINCX Loco Secretaris
Bakel 1698.
Notaris J.Kets te Helmond.
Inv.nr. 16, akte 2, d.d. 14-01-1698.
Op heden den veertiende January sestien hondert acht en negentich, soo Compareerde voor mij JOACHIM KETS, als openbaer notaris bij de Ed. Mo. Rade van BRABANT, in s'GRAVENHAGE geadmitteert, binnen HELMONT residerende, present d'ondergenoemde getuygen, JAN HERMAN MANDERS, inwoonder tot BAECKEL, ende bekent wel ende deugdelijck schuldich te wesen aen en ten behoeve van ANTHONI PETERS van der GOOR, mede inwoonder alhier tot BAKEL voorschr., de somme van hondert en vijftich guldens capitaal, spruytende hondert guldens van geleent gelt en vijftich gulden van vercocht en gecrediteert coren, t'samen hondert vijftich gulden capitaal, geconstitueert en gepasseert den acht en twintichtsten Juny 1694, welcke voorschr. acte bij dese werden vernieut, ende sal de voorschreven MANDERS de voorschreven capitale somme restitueeren en betalen met den intresse ad vijff per cento, vastenavont ierstcomende, dats te seggen pro rato destijts daer onder verbindende sijnen persoon en goederen present en toecomende, datse sol Comparant aen den voornoemde ANTONI PETERS van de GOOR voor gedaene onkosten betaelen aenstonts de somme van thien gulden, Consenterende dat dese altijt sal mogen werden vernieut en gerealiseert, 't sij voor de Ed. Mo. Rade van BRABANT, Schepenen van BAECKEL, HELMONT, S'BOSCH of elders, daer toe constitueerende allen thoonderen deses om deffect van dien te doen en te laten passeeren. Aldus gedaen en gepasseert ter presentie van JAN MICHIEL HEESMANS ende MICHIEL van de BIJL als getuygen ten dese versocht die dese neffens den Comparant en mij Notaris hebben onderteekent. Actum BAECKEL den veertiende Jannuary XVI acht en tnegentich.
JAN HERMANUS MANDERS
JAN HEESMANS
MICHIEL van der BIJL
JOACHIMUS KETS Notaris.
Oud Rechtelijk Archief BAKEL en MILHEEZE. Folio 1 verso.
d.d. 20-01-1698.
Dat voor ons gekomen sijn JAN HENDRICX en WOUTER HENDRICKEN inwoonderen alhier mitsgaders GOMBEERT ANTHONISSEN als man ende momboir van JENNEKE HENDRICX woonende tot DEURSEN, ende JAN GEERLINX meerderjarige soone van GEERLINCK HANSEN verweckt aen CATHALIJN HENDRICX inwoonder binnen den dorpe van UEIJEN < = UDEN > alle tesamen erfgenamen van wijlen JOSEPH HENDRICX ende selfs broeder ter eenre, ende JAN JANSEN MARTENS mitsgaders soo voor hem selve als mede in qualiteijt als wettige geëde momboir neffens THOMAS GIJSBEERTSEN over d’onmondige kinderen van wijlen JAN MARTENS des selfs vader verweckt aen SEIJCKE GIJSBEERTSEN mede alhier present sijnde nu laest weduwe van wijlen den voorschr. JOSEPH HENDRICX ter andere zijde, de welcke verclaeren met malcanderen aengegaen, ende gemaeckt te hebben een minnelijck accoord in voegen, end manieren naer volgende.
Eerstelijck verclaeren de voorschr. eerste comparanten te cedeeren, te transporteeren en eerstelijck over te geven gelijck sij doen bij desen aen de voorschr. SEIJCKE GIJSBEERTSE ter tochte, en aen den voors. JAN JANSEN MARTENS in sijne voorn. qualiteijt ten eerfrechte alle de goederen soo havelijcke, erfhavelijcke, als erffelijcke metter doot ontruijmt en aghtergelaten bij wijlen den voorn. JOSEPH HENDRICX hunner resp. broeder, waer inne hun Comparante de erffenisse soude competeeren voor eenen sommen van taghentigh guldens, de welcke en bij desen bekennen ontfangen te hebben ende met welcke somme sij comparanten verclaeren te renuntieeren en afstand te doen van de erffenisse hun competeerende in de naergelaetene goederen van wijlen den voorn. JOSEPH HENDRICX, sonder oijt eenigh reght ofte per actie daer op te sullen pretendeeren, onder conditie nogtans dat de voorn. tweede Comparanten in deesen sullen moeten betaelen alle de personeelen ende reëlen schulden, gemaeckt bij den voorn. JOSEPH HENDRICKS als Borgemeester, soodanigh, dat de voorn. eerste Comparanten noijt daer voor sullen mogen gemolensteert, ofte geactioneert werden, allen nemende aller de voorschr. schulden tot hunner lasten alleen, mits conditie nogtans dat de voorn. tweede Comparanten tot haeren behoren sullen mogen invorderen, opbeuren ende ontfangen allen de uijtstaande schulden, ende restanten in de voorschr. Borgemeesters boecken nog openstaende, sonder oijt daer van aen ymant gehouden te zijn eenige reeckeninge ofte bewijs te doen. Geloovende voorts de voorschr. eerste comparanten dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven, altijt voor goed en van waerden te sullen houden te doen houden onder verbant als na recht daer toestaende geloovende mede de voorn. parthijen linc in de dit accoord in alle haeren puncten wedersijts te sullen naerkomen en aghter volgen ende doen aghtervolgen onder verbant van alle haeren resp.t. persoonen en goederen present en toecomende. Actum dese twintighste Januarij 1698.
Coram LAMBERT van der ASDONCK ende HERMEN MARCELIS Schepenen.
De koop is soo partijen verclaeren 80- 0- 0
Den 40e penning is 2- 0- 0
Den 10e verhooging is bij Dhr. PELS ontfangen volgens quitantie. Daer van aen ons gebleecken in dato den 28 December 1697.
LAMBERT van der ASDONCK
HERMEN MARCELIS.
Bron als boven. Folio 3 recto.
d.d. 20-01-1698.
Dat voor ons gekomen is JAN JANSEN MARTENS als in houwelijck hebbende LIJNTJE PETERS, dochtere van wijlen PETER JOOSTEN woonende binnen den dorpe van DEURSEN soo voor hem selve als mede hem fort ende sterck maeckende ende de rato caveerende
< = borg blijvende voor een ander > voor de verderen erfgenaemen van wijlen den voorschr. PETER JOOSTEN verweckt ANNA HENDRICX, den welcke in dier qualiteijt heeft verclaert wel, ende wettelijck te cedeeren te transporteeren ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven, gelijck hij doet bij desen aen, en ten behoeven van JAN JOOSTEN inwoonder alhier een geregte derde part ofte deel in seeckere huijsinge, hoff ende aengelag, waij ende saijlanden soo groot ende kleijn als het selver binnen BAECKEL alhier ter plaetse onder MELIS gestaen, ende gelegen zijn in hunnen bekende reengenooten < = belendende eigenaar of nabuer > aldaer, soo in der voegen als het selven uijt hoofde van PETER JOOSTEN voorschr. hem transportant in sijne voorn. qualiteijt aengecomen is en waar van de resteerende twee derde deelen in voorschr. huijsinge en goederen zijn competeerende den gemelte PETER JOOSTEN ende REIJNIER JOOSTEN los en vrij behoudelijck uijt de voors. geheele huijsinge en goederen jaerlijcx te vergelden staende eene gulden elff stuijvers en acht penningen grondchijns aen den Heer van MELIS.
Item nogh twee gulden vijff stuijvers aen de Kerck van van BAECKEL, mitsgaders nog een spijnt < = inhoudsmaat > saet, een halff spijntsaet rogge aen d’Heer Rentmeester HURINUS, voorts los en vrij behoudelijck alle stegen, wegen ende waterlaten, daer met recht over en doorgaende dorps commer lasten en verpondingen. Geloovende voorts den voorschr. transportant in qualiteijt en uijt kragte als boven dit cedeeren, transporteeren en erffelijck overgeven ten behoeven als vooren altijt voor goed en van waerden te sullen houden en doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijnen persoon, ende alle sijne goederen hebbende ende vercrijgende. Actum desen twintigste Januarij XVIC acht en tnegentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK en HERMEN MARCELIS MANDERS Schepenen.
Waer van wegens de koopp en instaende pagt aen het Land betaeld is de somme van 5- 0- 8
en wegens 10e verhooginge 0-10- 0
5-10- 8
Volgens de quitantien van Hr. ontfanger OFPELS in dato den 3e Januarij 1698 aen ons Schepenen vertoont.
LAMBERT van der ASDONCK.
HERMEN MARCELIS.
Bron als boven. Folio 4 recto.
d.d. 03-02-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt JAN HENDRICKS, WOUTER HENDRICKS, inwoonders alhier mitsgaders GOMMERT ANTHONISSEN van der VOORT in houwelijck hebbende JENNEKE HENDRICKS ende JAN GEERLINX soone van GEERLINGH HANSEN verweckt aen CATALIJN HENDRICX, mitsgaders EIJCKE GIJSBERTS laest Weduwe van wijlen JOSEPH HENDRICKS als transport hebbende van de voorschr. JAN, WOUTER ende JENNEKE HENDRICKS etc. ende also voor so veel als de portie vande voorschr. JOSEPH HENDRICX aengaet te samen kinderen, erffgenaemen van wijlen HENDRICK JANSEN verweckt bij GERRITJE DIRX, wettige beddegenooten, en eghte luijen waren als sij leefden, en de welcke met malcanderen hebben aengegaen ende gemaeckt eene wettige erfscheijdinge en deijlinge van allen des selfs goederen en effecten bij doode van hunne voors. ouders zaliger agtergelaten en ontruijmt, ende met welcke erfscheijdinge, ende deijlinge met den eerste loote ten deelen gevallen is.
GOMMERT ANTHONIS van der VOORT nomine uxoris eene Schepen obligatie, oft Renthe van twee hondert gulden capitael met de jaerlijckse interessen van dien tot tien gulden van ijder jaer gelooft verleeden ende gepasseert bij HERMEN GOORTS voor Schepenen van LIEROP den ……….
Item alnog een Schepenschultbrieff ofte obligatie van hondert en vijftigh gulden capitael, met den jaerlijxe interest van dien tot seven gulden tien stuijvers staende tot lasten van MARCELIS JANSEN inwoonder tot LIEROP, ende bij den selven verleden en gepasseert voor Schepenen van LIEROP voorschr. op den ……….., ende moet dit Loth uijtkeere aen het tweede en aen het vijfde Lot yder acht en vijfftigh gulden, maeckende tesamen de somme van hondert en sestien gulden tot egalisatie van des selfs Looten, de welcke den voorschr. GOMMERT ANTHONISSE aen JAN HANDRIC en JAN GEERLINX bewesen heeft te sullen trecken en genieten van een Schepen obligatie van vier hondert gulden staende alhiertot lasten van den gemeijnten van BAECKEL en hem competeerende van de voors. gemeijnte.
Item is met de tweede loote ten deele gevallen JAN HENDRICKS een stuck ackerlants genaemt DEN KOSTERS ACKER groot ontrent de twee Loopensaten, nogtans soo groot, ende kleijn als den selven alhier binnen den dorpe van BAECKEL gelegen is met d’een zijde de Kinderen JAN JANSEN, d’ander sijde JAN PETER WILBORTS, d’een eijnde den gemeenen wegh, d’ander eijnde de GENENEIJNT van BAKEL, los, ende vrij behoudelijck alle stegen, wegen en waterlaten, daer met recht over, en door gaende dorps commer lasten, en verpondinge, ende moet dit loth trecken van het eerste lot eene somme van acht en vijftigh gulden tot des selfs egalisatie, de welcke GOMMERT ANTHONIS hem heeft beweesen te sullen trecken, ende genieten van eene obligatie van vier hondert gulden die den voorm. GOMMERT ANTHONISSE van dese gemeijnte van BAECKEL is competeerende.
Item is met den derde loote WOUTER HENDRICKS ten deele gevallen eene somme van veertien gulden in geld, om redenen, alsoo den selver van sijne ouders zaliger eene merckelijcke somme gelts ofte wel de weerde van dien, boven sijnen medecondividenten
< = medeverdeler > in desen heeft voor aff genooten ende ontfangen, ende verclaert den voorn. WOUTER HENDRICX met de voorschr. somme van veertien gulden om redenen als vooren te zijn gecontenteert voor sijnen portie.
Item is met den vierde loote EIJCKE GIJSBERTS laest Weduwe JOSEPH HENDRICX haeren man zaliger ende bij reprensatie van de voorn. JOSEPH HENDRIX als transport hebbende van des selfs mede condividenten in desen ten deelen gevallen seeckere ervenisse bestaende in huijsinge, schuere, schop en nog een kleijn huijsken, mitsgaders in way, ende saylanden app en dependentie < = aan en bij behoorende landerijen > van dien soo groot, ende kleijn als het selve alhier binnen den dorpe van BAEKEL gestaen en gelegen is in sijnen bekende reengenooten < = belendende eigenaren > aldaer soo en in dier voegen het selver den voorschr. JOSEPH HENDRICX laest in gebruijck heeft gehad, los en vrij behoudelijck daer uijt gaende vijff vat rogge en vijff stuyvers en vijff duijten in geld aen de Armen van HELMONT.
Item eenen gulden twee stuyvers en 8 penningen aen Rentmeester HORNIUS.
Item seventien stuyvers aenden H. Geest van BAKEL, voorts alle stegen, wegen, etc.
Item is met een vijffde loote JAN GEERLINX meerderjarige soone van CATALIJN HENDRICX ten deele gevallen eene somme van veertig gulden in geld, de welcke hij belooft heeft te sullen verteeren bij de Wed. van JOSEPH HENDRICX die de selve saemen aen hem sal moeten betaelen, ende ingevallen bij versterff of andersints hij de voors. somme niet en komt te verteeren, soo sal de voors. Weduwe van JOSEPH HENDRICX die selve somme aen hem uijtkeeren ende moet dit lot trecken van het eerst loth tot egalisatie acht en vijfftig gulden. Geloovende de voors. Comparanten ende condividenten verclaerende d’een wel, ende wettelijck te sullen renuntieeren, vertijden, ende afstand doen van des anderen portien, gelijck sij doen bij desen, mitsgaders dese erffscheijdinge ende deijlinge altijt voor goed en van waerde te sullen houden, ende doen houden, ende een yder voor sijne portie de pagten hem hier voore aengegroot altijt soodanigh te sullen bij betaelen, dat des anders portie noijt daer mede en sal werden belast, ofte beswaert, ende ofter in toecomende nog eenige pagten, renthen, chijnssen, ofte andere lasten opquamen des men nu niet, en weet, ende hier vooren niet staen geexpresseert, die gelooven sij comparanten, ende condividenten malcanderen te sullen helpen dragen, ende aencoopen naer Lants recht, ofte Lantcoop, mitsgaders malcanderen te sullen wegen ten naesten velden, ende ten minsten schaede. Alles onder verbant van der voorschr. Comparanten, ende Condividenten persoonen, ende aller haere goederen hebbende ende vercrijgende. Actum desen derde Februarij XVIC acht en tnegentig. Coram LAMBERT van der ASDONCK en JAN JANSEN HOOBERGEN Schepenen.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
LAMBERT van der ASDONK.
P.S. In de marge !
Compareerde JAN HENDRIKS, de welcke bekent de somme van acht en vijftig gulden in dit loth geexpresseert ontfangen te hebben, consenteert over sulx in de cassatie deses.
Actum desen twintigste Februarij 1698. Coram Heeren DANIEL MAKALLE, JAN HOBERGEN Schepenen.
MAKKALLE de JONGH.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
Compareerde voor Heeren Schepenen ondergenaemt JAN GEERLINX den welcke bekent de somme van acht en vijftigh gulden in dit nevenstaende loth geexpresseert ontfangen te hebben en consenteert over sulx in de cassatie …… van dien.
Actum desen twintigsten Februarij 1698.
Coram Heeren DANIEL MAKALLA en JAN HOBERGEN.
MAKKALLA de JONGHE 1698.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
Bron als boven. Folio 6 recto.
d.d. 03-02-1698.
Dat voor ons gekoomen is AERT HUIJBERTS BLOMMARTS inwoonder binnen de Heerlicheijt BERLICUM den welcke heeft verclaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven, gelijck hij doet bij desen, aen ende ten behoeven van WILBORT JAN WILBORTS, inwoonder alhier eene geregte onbedeijlde helfte hem transportant cometeerende in seeckere huijsinge, hoff ende aengelagh, way ende saylanden appendentie, ende dependentie van dien groot te samen ontrent twintigh Loopensaten, nogtans soo groot, ende kleijn als het selve binnen dese dorpen van BAECKEL ter plaetse onderr de Heerlicheijt van MELIS Jurisdictie van BAECKEL voorschr. in sijnen bekende reengenooten aldaer gestaen, ende gelegen is, en waer van de wederhelft is competeerende ANNA HUIJBERTS BLOMMAERTS, los ende vrij, behoudelijck alle stegen, wegen, waterlaten, en alle gebuerlijcke regten daer met recht over en doorgaende dorps commer, lasten, end verpondinge uijtgenomen hier uijt jaerlijcx te vergelden staende twee gulden vijff stuijvers int geheel aen den Armen van HELMONT.
Item nog eenen gulden en twee stuyvers uijt de voorschr. geheele huijsinge jaerlijcx te gelden aen den Grontheer van MELIS, alles soo en in dier voegen het selve den voorn. transportant uijt hoofde van HUIJBERT DIRCK BLOMMARTS, en JENNEKE …………….. sijne ouders zaliger bij versterff aengecomen is geloovende de voors. transportant dit cedeeren en transporteeren, en eerstelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, bundig en van waerden te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma, onder verbant van sijnen persoon, en alle sijne goederen hebbende ende vercrijgende. Actum desen derde Februarij XVIC acht en tnegentigh. Coram de Heeren LAMBERT van der ASDONCK, JAN JANSEN HOOBERGEN, Schepenen tot BAECKEL.
Den koop is parthijen verclaeren 290- 0- 0
en de instaende pagten soo van den Armen als vande grondchijnen sijn in capitael 35- 0- 0
begroot op 325- 0- 0
waar van wegens den 40e aen den geauthoriseerde van Hr. Onfanger VRIJBERGEN betaelt is 8- 2- 8
ende wegens de thiende verhooginge van dien 0-16- 4
volgens de quitantie daer van sijnde en aen ons Schepenen gebleecken 8-18-12
JAN JANSEN HOOBERGEN.
LAMBERT van der ASDONCK.
Bron als boven. Folio 7 recto.
d.d. 03-02-1698.
Dat voor ons gekomen sijn SEIJCKE GIJSBERTSEN Weduwe wijlen JOSEPH HENDRICX geassisteert met JAN HENDRICX als haere geassumeerde < = mee gebrachte > momboir in desen.
Item JAN JANSEN MARTENS, ende WILBORT JAN MARTENS, ende JOOST JAN MARTENS des selfs meerderjaerige soonen verweckt bij JAN MARTENS eerste man zaliger van de voors. SEIJCKE GIJSBERTS soo voor haer selven, als mede haer fort ende sterck maeckende voor haere absenten minderjarige broeders ende susters, ende voor deselve de rato caveerende (na dat de voorn. SEIJCKE GIJSBERTS des selfs moeder mede alhier present hadde verclaert te renuntieeren van de togte haer ten dese competeerende gelijck sij renuntieert bij desen en tot het naervolgende volcomentlijck te consenteeren) de welcke alsoo, ende in dier qualiteijt wel ende wettelijck hebben gecedeert, getransporteert, en met helmelinge vertijdenisse eerstelijck overgegeven gelijck sij doen bij desen, aen, en ten behoeven van JAN GEERLINX inwoonder int Land van RAVESTEIJN een yder sijnen geregte onbedeijlde portie ter somme van hondert vijftigh gulden haer transportanten competeerende in een Schepene gelofte van seven hondert gulden capitael staende tot lasten van de Gemeijnte, ofte het Corpus van BAECKEL, ende bij deselven gelooft en verleden voor Schepenen van BAECKEL uijt wijsens de originele bescheeden daer van sijnde, met de jaerlijcxe interesten van dien tot vijff gulden van yder hondert gulden, in het jaer soo en in dier voegen het selven de voors. transportanten bij transport van de erfgenamen van wijlen den voorschr. JOSEPH HENDRICK voor Heeren Schepenen alhier op den twintigste Januarij XVIC acht en tnegentigh aengecomen is. Geloovende de voors. transportanten in qualiteijt, ende haer voor de voorschr. onmundige fort, ende sterck maeckende en de rato caveerende als voor dit cedeeren, transporteeren, en erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, en van waerden te sullen houden en doen houden, met gelofte van guarantschap in forma, onder verbant van haere persoonen, ende alle haere goederen present en toecomende. Actum desen derde Februarij XVIC acht en tnegentig. Coram LAMBERT van der ASDONCK en JAN JANSEN HOOBERGEN, Schepenen.
Den koop is soo parthijen verclaeren 165- 0- 0
Waer van wegens den 40e penn. betaelt is 4- 2- 8
En wegens de 10e verhooginge van dien 0- 8- 4
Volgens de quitantie aen Heeren Schepenen gebleecken 4-10-12
LAMBERT van der ASDONCK.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
Bron als boven. Folio 8 recto.
d.d. 20-02-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt HENDRICK WILBERTS inwoonder alhier den welcke van huijden dato ondergeschreven over vier eerstcomende jaeren heeft gelooft te geven, restitueeren ende te betaelen, aen GOORT DIRCK FRANSEN inwoonder tot DEURSEN, eene capitaele somme van een hondert gulden, spruijtende ter saecke van goede, deugdelijck geleende, ende ten dancke ontfangene gelden sijnde den eersten penninck met de laesten deugdelijck bij den voorn. Comparant ontfangen, renuntieerende over sulx van de exeptie van egeene aengetelde gelde, ende middeler tijts den interest van het voors. capitael alle jaren te sullen betaelen tot vijff gulden, ende ingevalle van egeene restitutie ten eijnde de voorschr. vier jaere in den gestipuleerde interest te sullen blijven continueeren tot d’effectueele voldoeninge, ende aflossinge van het voorschr. capitael toe tot nawercominge van het geene voorschreven staet, ende tot wel voldoeninge van dit soo van capitael als van interest verbindt voorn. comparant sijnen persoon, ende alle sijne goederen hebbende, ende vercrijgende.
Actum desen twintigste Februarij XVIC acht en tnegentig coram JAN JANSEN HOBERGEN ende JAN GOORTS van den EIJNDE Schepenen tot BAEKEL van de bovenstaende obligatie van hondert gulden t is geen 40e penninck betaelt. Memorie.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
JAN GORDTS vanden EIJNDE.
Bron als boven. Folio 8 verso.
d.d. 20-02-1698.
Dat voor ons gekomen sijn GOMMERT ANTHONIS van der VOERT inwoonder tot DEURSEN als man, ende momboir van JENNEKE HENDRICX, Item JAN HENDRICX inwoonder alhier, ende JAN GEERLINCX meerderjarige soone van GEERLINGH HANSEN verweckt aen CATALIJN HENDRICX inwoonder binnen den dorpe van UIJEN < = UDEN >, de welcke te samen wel, ende wettelijck hebben gecedeert, getransporteert ende erffelijck overgegeven gelijck sij doen bij desen aen ende ten behoeven van JAN PETER STERCKEN inwoonder alhier yder sijnde geregte aendeel, ende contingent ter somme van vier hondert gulden haer competeerende in eene Schepene obligatie van seven hondert gulden capitael Mette jaerlijcxe intereste van dien, staende tot laste van desen dorpe van BAECKEL, ende haer uijt hoofde van HENDRICK JANSEN bij versterff aengecomen, breder blijckende bij den origineele uijtgemaeckte obligatie brieff daer van sijnde. Geloovende voorschr. transportanten in qualiteijt als voorschr. dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed ende van waerden te sullen houden, ende doen houden onder verbant als na reght daertoe staende.
Actum desen twintigste Februarij XVIC acht en tnegentigh. Coram HERMEN MARCELIS MANDERS, ende HERMEN PETER NOIJEN Schepenen des Dorps van BAECKEL.
Den koop is soo partijen verclaeren 380- 0- 0
waer van wegens den 40e penninck betaelt is 9-10-0
en wegens 10e verhoginge 0-19-0
volgens de quitantie vande geauthoriseerde van Hr. Ontfanger VRIJBERGH in dato den 6 Febr. 1698 aen Schepenen alhier geblecken.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
HERMEN PETER NOIJEN.
Bron als boven. Folio 9 recto.
d.d. 20-02-1698.
Wij JAN JANSEN HOBERGEN, ende JAN GOORTS van den EIJNDE Schepenen des Dorps van BAECKEL gelegen in den Quartiere van PEELAND Meijerije van S HERTOGENBOSCHE doen cond, ende certificeeren bij desen voor d’opregte waerheijt, dat WILBERT HENDRICK out Schepen alhier ontrent twee en veertigh jaeren geleden als doen nogh Jonghman sijnde heeft beslapen seeckere ELISABETH HENDRICKS, alsdoen mede nogh Jongedochter sijnde ende ongetrouwt sijnde, ende aen deselve geprocreërt < = geteelt > te hebben eene soone genaemt GERARD WILBORTS jegenwoordigh nogh in sijnen leven zijnde, en woonende binnen den Dorpe van VLIERDEN ende dat wij deponenten van verscheijde Liede verstaen ende hooren seggen hebben, dat de voorschr. WILBORTS HENDRICK soude betaelt ende gegeve hebben aen de voorn. ELISABETH HENDRICKS wesende dienstmaegt ten woonhuijse van des voorschr. WILBORT HENDRICKS ouders zaliger eene somme van twee hondert gulden tot defloratie < = schoffiering; onteering > van des selfs eere, sonder oijt ofte ymmermeer zedert de voorschr. tijt te hebben hooren seggen dat een van haer beijde verders eenige misval hebben bedreven, maer ter contrarie < = strijdig; dwars > van dien hun altijt voorts wel ende loffelijck hebben gedragen, voor soo veel ons kennelijck is, alsoo ons noijt het contrarie van dien en is gebleecken. Verklaerende verders ons deponenten niet kennelijck te zijn dat de voors. WILBERT HENDRICKS, ende ELISABETH HENDRIX malcanderen in eenige bloetverwantschap bestaan, ofte van aengetrouwde maetschap te zijn, nog sulx oijt van ymant te hebben hooren seggen. Ende want men sculdig is der waerheijt getuijgenisse te geven insonderheijt daer toe versocht sijnde als ten desen is geschiet. In oirconde der waerheijt hebben Wij Schepenen desen ten prothocolle eijgenhandig ondergeteijckent desen twintigsten Februarij XVIC acht en tnegentigh.
JAN JANSEN HOEBERGEN.
JAN GORDTS van den EIJNDE.
Bron als boven. Folio 10 recto.
d.d. 03-04-1698.
Wij Heeren PETER NOIJEN, ende HERMEN MARCELIS MANDERS Schepenen des Dorps van BAECKEL gelegen in den Quartiere van PEELANT Meijerije van S’HERTOGENBOSSCHE doen cond, ende certificeeren mits desen, dat voor ons in propere personen gekomen sijn de deponenten hier naer genoemt, de welcke ter instantie van de jegenwoordige Regenten van BAECKEL hebben getuijgt, naer gedaene Eede, aen handen van het Officie afgelegt waer, waerachtigh, ende haer seer wel kennelijck te wesen yder in sijn reguarde < = kennisnemende >, ende eerstelijck MARGRIET doghtere JAN THIJSSEN ROBBEN gewesene meijt van SERVATIUS NIEUWENHOVE alhier tot BOECKEL in den Lande van RAVESTEIJN woonende, dat sij in den jaere XVIC drie / XVIC vier en tnegentig, ende meer jaeren daer voor, ende daer naer voor meijt gewoont heeft binnen BAECKEL bij den voorn. NIEUWENHOVEN: sijnde de selve van seer goede competenten ouderdom, en heeft verclaert dat in den jaere XVIC drie en tnegentigh sonder den precisen tijt onthouden te hebben, ten haeren voorn. huijse aldaer als meijt woonende, door ANDRIES GIJSBERTS doen ter tijt regeerende Borgemeester, ende WILLEM CUIJPERS doen ter tijt regeerende Schepen, ende verpondingbeurder alhier tot BAECKEL voors. hebben gebroght eenen sack met gelt omme te bewaeren, zijnde penningen de gemeijnte van BAECKEL competerende, die sij ook in eene kiste heeft opgeslooten, dat daer na in den jaere XVIC vier en tnegentigh op seeckere dage, sonder in den precijse tijt of dagh behaelt te willen sijn, ten huijse voorschr. bij de voorn. deponente is gecomen den persoon van den voorn. WILLEM CUIJPERS geassisteert met GOORT HENDRICX voerman ordinair < = gewoon > van desen dorpe van BAECKEL naer DEN BOSCH mede van competenten ouderdom, de welcke mede verclaerde aen, bij, ende present geweest te zijn. Dat den voors. WILLEM CUIJPERS haer eerste deponente afeijschte den voorn. sack met geld, ende daer uijt haelde, ende lichte eene somme van drie hondert gulden, daer op sij voorn. eerste deponente in den beginnen begoste swaerigheijt te maken, om willen dat het selve Gemeijnts gelt ende hij CUIJPERS van de Regeeringe maer alleen was, dat den voorn. CUIJPERS dat hoorende ende siende tegen haer voorn. eerste deponente antwoorde schoon dat het gemeijnts gelt is, dat doen ick in stilligheijt, ick sal het voorn. gelt in kort daer aen wederom bij leggen, ick hebbe het tegenwoordigh van Noode, ende dat sij eerste deponente den voorn. CUIJPERS daer toe tot het wederbrengen onderscheijdelijck heeft aengemaent, maer dat de selve sulx noijt en heeft gedaen. Dat daer over den voorn. WILLEM CUIJPERS is comen aflijvich te worden, ende dat naer sijn doot sijn gecomen JAN CUIJPERS sijnen broeder ende AERT HAGEMANS sijnen swager ende beurde de restanten van de voorn. verpondinge op, die hij voorn. WILLEM CUIJPERS als verpondingbeurder nog van de ingesetene van BAECKEL tot betalinge van s’lants comptoir te vorderen hadde, waer bij sij voorn. eerste Comparanten is gegaen ten huijse van JAN JOOSTEN woonende alhier binnen BAECKEL verscheijde maelen bij den voorn. JAN ende AERT hun in der minne aenmanende hebbende eenen groote sack gelts bij haer staenden die sij uijt ten hoofde voorschr. van de naebueren hadde ontfangen tegens haer seggende gij hebt nu gelts genogh, comt legt nu dat gelt weder bij, dat uwen broeder ende swager, ofte om wel te seggen WILLEM CUIJPERS voorn. vant gemeijnts gelt van mij heeft afgehaelt, ende onder eerbaerheijts wille soude het selve niet een groote schande zijn, dat sulx uijtquam, daer op die voorn. JAN CUIJPERS, ende AERT HAGEMANS telckens antwoorde, Wij sullen maecken, dat alles wel is, ’t welck niet en is geschiet, ende verclaerde wijders den voorn. GOORT den voerman onder Eede als voore, de voorn. penningen van driehondert gulden neffens andere voor den voorn. CUIJPERS van alhier over gebragt te hebben op het comptoir van Joncker NAGELS Ontfanger van de verpondinge ten BOSCH. Ende verclaerde WILBORT HENDRICX op SCHEEPSTAL inwoonder alhier, derde deponent ende GERRIT WILBORTS, inwoonder tot VLIERDEN, vierde deponent in sesen, zijnde beijde van competenten ouderdom, onder Eede als vooren dat sij den voorn. WILLEM CUIJPERS naer het lichte der voorschr. penningen niet eens maer verscheijde maelen hebben hooren bekennen de voorschr. penningen gelicht te hebben, en dat hij oock vermeijnde de selve stillekens weder te sullen geven, ende hebben alle de voorn. deponenten voor soo veel ijder sijne gedeponeerde aengaet naer voorgaende praelecture daer bij gespecifiseert, ende het selven met Solemneele Eede becragtight. In oirconde der waerheijt hebben Wij Schepenen voorn. desen door onse Secretaris laten schrijven ende ten prothocolle beneffens de selven behoorlijck onderteeckent desen derde April XVIC acht en tnegentigh.
HERMEN PETER NOIJE.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Onleesbaar 1698 Secrts.
Bron als boven. Folio 11 verso.
d.d. 04-04-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. CLAES JAN NOIJEN, CLAES JOORDENS, ende PETER JAN MAESBROECK inwoonders alhier zijnde alle van competente ouderdom, de welcke ter instantie van de jegenwoordige Regenten van BAECKEL hebben getuijgt, verclaert, ende gedeponeert gelijck sij daer bij desen voor waeragtigh onder Eede heden aen handen vant Officie gepresteert, dat WILLEM CUIJPERS ende JAN MAESBROECK in qualiteijt, als Borgemeesters over dese Dorpe van BAECKEL van den Jaere XVIC vijff en taghentigh als doen in het laesten van het selve Jaer van JOORDEN GOORTS cum suo gewesene Borgemeesters alhier over den Jaere XVIC seven en tseventich hebben overgenomen eene capitale somme van drie hondert gulden, ende gelooft deselve somme metten jaerlijcxe interest van dien tot vijftien gulden sjaers te sullen betaelen in soodanige scabinale obligatie < = schepen obligatie > van dertien hondert gulden, als den voors. JOORDEN GOORTS cum suo in sijnen voorn. qualiteijt tot lasten van de gemeijnte alhier hadde op interest opgenomen van wijlen den Hr. ADRIAEN van STRAELEN in sijn leven woonende tot HELMONT, tot betalinge van s’lants comptoir ende gemeijnte schulden. Ende dat de voorn. WILLEM CUIJPERS ende JAN MASBROECK van het voors. capitael van drie hondert gulden bij haer tot ontlastinge van de voors. obligatie van dertien hondert gulden uijt handen van de voorn. JOORDEN GOORTS cum suo ontfangen zijnde Jaeren hebben betaelt den interest, als mede dat bij de weduwe van wijlen d’Hr. ADRIAEN van STRAELEN, wegens eene thiende bij haer voor merckelijcke somme van de erfgenamen vanden voorschr. WILLEM CUIJPERS in den Jaere ……………. gekoght van de kooppenningen heeft ingehouden, ende gekort vijff en veertigh gulden tot voldoeninge van drie agterstellige Jaeren interest, die de voorn. Borgemeesters WILLEM CUIJPERS cum suo aen haer als doen nogh schuldigh waeren, wegens de voors. capitale somme van drie hondert gulden. Ende verclaert verders den voorn. tweede deponent daer aen, bij ende present te zijn geweest doen de voors. drie hondert gulden door den selfe vader JOORDEN GOORTS wierden gestelt aen de voorn. WILLEM CUIJPERS cum suo gewesene Borgemeesters tot BAECKEL. Eijndigende hier mede de voors. drie deponenten dese henne waeragtige verclaeringe, de welcke na voorgaende praelecture voor soo veel yder sijne gedeponeerde aengaet, daet bij hebben gepersisteert allegerende redenen van welwetenschap het geene voors. staet alsoo waer ende waerachtigtig te zijn ende hun tselve nog in goede geheugenisse ende memorie te wesen.
Actum desen vierde April XVIC acht en tnegentigh. Coram de Heeren LAMBERT van der ASDONCK ende HERMEN MARCELIS MANDERS, Schepen tot BAECKEL.
LAMBERT vander ASDONCK.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Bron als boven.
Folio 12 verso. d.d. 25-04-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. WILLEM PETERS als man ende momboir van CATALIJN EVERTS, inwoonder alhier ter eenre ende EVERT LEENDERTS ingsgelijcx alhier woonagtigh ter andere zijde. Dewelcke verclaeren in der minne met malcanderen over een gecomen ende veraccordeert te zijn in voege, ende maniere navolgende te weten, dat WILLEM PETERS eerste comparant in desen den voorn. EVERT LEENDERTS tweede comparant in desen sal alimenteren, en onderhouden in montcost en dranck, oppassen, ende gade slaen, ende dat voor den tijt ende termijn van een jaer alleenlijck, welcke voors. tijt verstreecken sijnde, soo sal den voorn. eerste comparant niet gehouden sijn den tweede comparant te alimenteren, onderhouden, ende opp te passen, of gade te slaen ten ware sulx dede uijt consideratie ende mededogentheijt, ofte wel daer voor op nieuws gecontenteert wierde. Ende heeft den gemelten tweede compareert daer voor nu, en eens voor all ( alwaer het schoon dat hij binnen den voorschr. tijt van een Jaer quam aflijvigh te worden ) uijt kragte van authorisatie van Heeren Schepenen alhier de dato den vijff en twintighste April XVIC acht en tnegentigh verleent op de request op heden aen haer Eerw. bij den voorn. tweede comparant gepresenteert, verclaert wel, ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren bij ende met helmelingen < = een korenhalm > vertijdenisse eerstelijck over te geven gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van WILLEM PETERS eerste comparant voorn. alle ende eene ygelijcke sijne meubilaire ende erfhavelijcke goederen en effedten mitsgaders alle de schaere staende ten velde op de erffelijcke goederen gelegen alhier tot BAECKEL, so ende gelijk die jegenwoordigh bij hem tweede comparant beteult, ende besaijt zijn egeene van dien gereserveert ofte uitgesondert zijnde, los ende vrij van alle commer, calangie, ende aental, daer op zijnde, ofte nog naermaels daer opkomende zijnde mits dat den eerste Comparant boven de voors. montcost ende dranck uijt te keeren en te betaelen eens eene somme van tnegentich gulden, ende is verders geconditioneert dat den tweede comparant voor sijne reeckeninge tot betaelinge sal aennemen, en aen de voors. somme van tnegentich gulden sal laten korten ende defalqueeren < = wegnemen of snijden > alle de quitantien van de Borgemeesterslasten, en verpondingen, die aen hem bij den eersten comparant werden overgelevert. Geloovende den voorn. EVERT LEENDERTS die in qualiteijt ’t uijt kragte als boven altijt voor goed ende waerden te sullen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant als na reghten daer toe staende, gelijck dan ook den voorschr. WILLEM PETERS bij desen belooft den voors. tweede Comparant daer voor ( boven ende behalve de gestipuleerde somme van tnegentich gulden bij hem eersten comparant te betaelen ) te sullen onder houden in montcost ende dranck ende op te passen als voore, sonder oijty yetwes meer daer voor te sullen pretendeeren, dan voorschr. staet. Verclaerende sij voorn. Comparanten wedersijts dit voorschr. accoord in alle sijne leden poinctelijck te sullen naercomen, aghtervolgen, ende doen aghtervolgen, mitsgaders allen het selve altijt voor goed ende van waerden te houden, onder verband als na reght daer toe staende.
Actum desen vijff en twintigste April CVIC acht en tnegentigh. Coram de heeren JAN AERTS HOEBERGEN, ende JAN PETER STERCKEN Schepenen tot BAECKEL.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
JAN PETER STERCKEN.
Bossche Protocollen, inv.nr. A 1657B, folio 66.
d.d. 10-05-1698.
Is DOMINICUS VAN NEUNEN als man ende momboir van Juff. CATHARINA WANS Een huys ende aengelegen landerijen groot 't teulant ontrent sestien lopense en 't weylant ontrent vijf lopense gelegen tot BAECKEL inde "NEERSTRAET" soo ende gelijck 't selve THOMAS TEUNISSE tegenwoordich in heure en gebruick is hebbende ende hem bij successie van sijns vrouwen oom is aen verstorven int wat t'saemen oock met de potagie daer toe gehoirende terdidit GUILLIAEM dGLEUU ab Eod.
Geloevende super omnia et hada warandiam omnes obligate et impet deponere uytgeruimen een chijns van ses gulden twaalf stuyvers en een halve jaerlijcx aen den Heeren Ritmeesters van HUME. Item eenen chijns van twee stuyvers jaerlijcx int boeck van HELMONT. Item eenen chijns van sestien Denier aende Domeynen van BRABANT. Item aen de Heeren van EYNDHOVEN vijf duyten jaerlijcx. Item eene stuyver aen de kerck van BAECKEL jaerlijcx daer uyt gaende. Testes ut infra datum ut supra geb bij quit van u pels dat den volgens aentlijcx is voldaen.
van BREUGEL
Mijn present
v.d. MEULEN.
Oud Rechtelijk Archief Bakel en Milheeze. Folio 14 recto.
d.d. 15-05-1698.
Dat voor ons gecomen is JAN FRANSEN VERBAECKEL inwoonder binnen de Heerlicheijt BEECK, die welcke uijt kragte van behoorlijck decreet geproduceert ende gemomen bij de respt. Wethouders van BEECK voornt. wel ende wettelijck heeft gecedeert, getransporteert, ende erffelijck overgegeven gelijck hij doet bij desen, aen en te behoeven van den Hoog en Wel Gebooren Heere JOHAN PILIP Baron van LEEFDAEL etc. eenen beemt gecomen van JAN JANSEN de LOUW groot ontrent vijff Loopensaten ofte soo groot ende kleijn als den selve alhier binnen den Dorpe van BAECKEL ter plaetse op GROOTEL, gelegen is, met deen zijde aen erve ………, d’andere sijde WILLEM onmondige soon van YSBOUTS HENDRICK GOORTS, d’een eijnde uijtschietende opde gemeijnte van BEECK voorschr. d’ander eijnde aen erve de Wed. van wijlen den Advt. ROEFS tot HELMONT ( als sij seijde ) ende heeft voorts den voorn. vercooper op den voors. beemt, ende op en van ’t recht, toe ende aenseggen hem dien aengaende competerende, en Schepenen letteren daer van mentie < = melding; gewag ) makende helmelingh verteghen tot behoeve van den gemelte Heere coopere. Geloovende hij transportant onder verbant van zijnen persoon ende alle sijne goederen hebbende, ende vercrijgende egeene van dien uijtgescheijden dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeve ten behoeven als boven met vertijden van dien, eeuwiglijck ende altijt voor goed vast, stedich, ende van waerde te houden en den voorn. Cooper te weiren < = weren > los ende vrij behoudelijck alle stegen, wegen ende waterlaten, dorpslasten ende verpondingen ende alle commer, calangie, ende aentael soo van chijns als andersints, die daer op mogte comen, ofte bevonden werden bij hem vercooper af te doen, en deden voorn. Heer Cooper ter saecke van dien te sullen guarandeeren.
Actum desen vijftiende Maij CVIC acht en tnegentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK, ende HERMEN MARCELIS MANDERS Schepenen van BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 120- 0- 0
In voldoen 40e penninck ende 3- 0- 0
Van de thiende verhooginge is aen Lant betaelt 0- 6- 0
Volgens quitantie van de geauthoriseerde van de Heer Ontfanger VRIJBERGEN de dato 12 April 1698 aen Schepenen alhier gebleecken.
LAMBERT van der ASDONCK.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Bron als boven. Folio 15 recto.
d.d. 17-06-1698.
Compareerde voor Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt MATHIJS van de KERCKHOFF oudt Schepen, ende Regeerende Armmeester alhier, out ontrent negen en seventigh Jaeren ende HERMEN WILLEM MANDERS insgelijcx out Schepen, ende gewesene Borgemeester alhier mede out ontrent negen en seventig Jaeren, mitsgaders JOACHIM JANSEN schaliedecker < = beroep van iemand die bedekkingen maakt van natuursteen ( leien ) of van eikenhout voor gebouwen en vooral van molens. > wonende binnen den dorpe van GEMERT out ontrent drie en vijftig jaeren, de welcke ter instantie van WILBORT HENDRICX regeerende Kerckmeester over desen voorschr. dorpe van BAECKEL, op den Eedt heden aen handen van den gecommitteerde des Heeren Officiers gepresteert hebben getuijgt, verclaert, ende gedeponeert, ( gelijck sij doen bij desen ) voor waeragtigh te weeten de twee eerste in ordine deponenten, dat de parochiekerck van BAECKEL gestaen en gelegen alhier altijt tot dato deses bij den regeerende Abt van EPTERNAECKEN van den tooren af tot aen het koor van de voors. parochiekerck in dackglasen, met sijne verdere ap ende deponentie van dien specteerende tot den buijck van de voorschr. parochie kerck soo wel boven als beneden den voors. buijck is onderhouden ende gerepareert buijten costen ofte lasten van de gemeijnte van BAECKEL. Ende verclaert verders den derde in ordine deponent dat hij in den jaere XVIC een, of twee en taghentigh onbegrepen den buijck van de voorschr. parochiekercke door ordre van wijlen NICOLAES van NEERVEN doen ter tijt geweesene pagter ende gebruijcker der thiende competeerende den gemelten Abt van EPTERNAECKEN in qualiteijt als Mr. Schaliedecker heeft gerepareert ende dat oock den voorn. NICOLAES NEERVEN hem deponent ende sijne knegten, wegens sijnen verdient arbeijtsloon bij hem derde deponent int repareeren van den buijck der voorschr. parochiekerck gedaen, heeft betaelt ende ten vollen voldaen. Eijndigende hiermede de voors. deponenten dese hunnen waeragtige verclaeringe, dewelcke na voorgaende praelecture voor soo veel yder sijnen gedeponeerde aengaet daer bij hebben gepersisteert, allegueerende de twee eerste in ordine deponenten redenen van welmeesterschap sulx seer dickwils van des selfs voor ouders, nabueren ende andere goede ingesetenen van BAECKEL te hebben hooren seggen, ende verstaen, gelijck mede den derde in ordine deponent voor redenen van welwetenschap allegueert, dat hem de betalingen van dien door ordere van voorn. NEERVEN als pagter der thiende van de gemelten Abt van EPTERNAKEN tot voldoeninge van sijnen verdient arbeijts loon is gecomen, verders verclaere de voorn. driede deponenten haer mede seer wel kennelijck te wesen dat het koor van de voors. kerck bij den Commandeur van GEMERT, ende den tooren van de voorschreven kercke alleen bij ende tot lasten van de gemeijnte van BAECKEL is gerepareert ende onderhouden geweest jegenwoordig nog onderhouden worden.
Actum desen seventiende Junij XVIC acht en tnegentig. Coram JAN GOORTS van den EIJNDEN ende JAN PETER STERCKEN Schepenen.
JAN GORDTS van den EIJNDE.
JAN PETER STERCKEN.
Bron als boven.
Folio 16 verso.
d.d. 18-06-1698.
Compareerde voor Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. LAMBERT van der ASDONCK Regeerende Schepen alhier, ende EMKE PETERS Wed. wijlen GOORT CORSTIAENS inwoonderse alhier, sijnde beijde van competente ouderdom dewelcke sonder enige inductien < = aanraden; aandrang >, persuasie ( = overreding > ofte disfimulatie < = ontveinzing; verbloemen > van ymanden, maer alleenlijck in faveur < = gunst > van justitie soo sij verclaeren op Eede heden aen handen van de gecommitteerde des Heeren Officiers gepresteert hebben getuijgt, verclaert, ende gedeponeert gelijck sij doen bij desen voor d’opregte waerheijt ter instantie van JUDOCUS JUSTUS VERBERCQ inwoonder tot AERLE, dat sij deponenten ontrent voorleden Pinxterendag van desen loopende jaere XVIC acht en tenegentigh, sonder nogtans in praediesen dagh te willen agterhaelt wesen naer voorgaende verscheijde discoursen < = redevoeringen; praatjes > me MARGRIET BASTIAENS gehad haer onder anderen woorden gevraagt te hebben, waeromme dat sij niet tot BAECKEL gecomen was, wanneer sij ontboden ofte versocht wiert uijt namen van den requirant < = verzoeker > in desen en dat daer op de voors. MARGRIET BASTIAENS haer deponenten antwoorde ende tegemoet voerde ick sal altijt wel comen, wanneer gij lieden, ofte ymant van uwent wegen mijn ontbiedt, maer is het om goed te doen van mijn grootvader ( denoterende < = beduidende > daer mede AERT HENDRICX van AERLE ) daer na sal ik mijn leven niet omsien seggende want ick weet wel datter meer schult, als goed is, soo dat ick noijt daer van sal comen profiteren, ofte diergelijcke woorde in substantie. Eijndigende hier mede de voorschr. deponenten dese haere verclaeringe, de welcke na voorgaende praelecture daer bij hebben gepersisteert, alleguerende redenen van welwetentschap het geene voors. alsoo waer ende waerachtig te sijn, mitsgaders het selve alsoo van de voorschr. MARGRIET BASTIAENS, ( als sijnde de enigste wettige descent < = nakomeling; afstammeling > ende kints kint van wijlen den voorn. AERT HENDRICX des selfs grootvader zaliger ) te hebben hooren, ende sien seggen.
Actum desen achtiende Junij XVIC acht en tnegentigh. Coram HERMEN MARCELIS MANDERS, ende HERMEN PETER NOOIJEN Schepenen.
HERMEN MEN MARCELIS MANDERS.
HERMEN PETER NOIJE.
Bron als boven. Folio 17 recto.
d.d. 05-07-1698.
Dat voor ons gecomen is HENDRICK WILLEMS LAENEN inwoonder binnen de Vrijheijt GEMERT, den welcke heeft verclaert in sijn volle bedde sijnde wel ende wettelijck te cedeeren, transporteeren, ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen, aen, ende ten behoeve van LEENDERT AELBERTS inwoonder binnen de voorschr. Vrijheijt GEMERT een stuck teullants ende groese groot ontrent twee Loopensaten ende een halff oft soo groot ende kleijn als het selven alhier binnen dese dorpe van BAECKEL gelegen is ter plaetse op CLEIJN GROOTEL met beijde zijde PETER THONIS, d’een eijnde aen de gemeijnte Loop tusschen BAECKEL ende BEECK, ende d’ander eijnde aen den wegh van BALECH (?), los ende vrij, behoudelijck alle stegen, wegen ende waterlaten daer met recht over, ende doorgaende dorps lasten, ende verpondingen aen te vaerden te Bamis eerstcomende bloot aende stoppelen. Geloovende den voors. transportant dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, bondig, ende van waerden te sullen houden, ende doen houden, met gelofte van guarantschap in forma, onder verbant van sijnen persoon ende goederen hebbende ende vercrijgende, ende voorts van allen commende calangie en aental den cooper ter sake deses te sullen indemneeren < = schadeloos houden >.
Actum desen vijfden Julij XVIC acht en tnegentigh. Coram d’Heeren HERMEN PETERS NOOIJEN, ende JAN GOORTS van den EIJNDE Schepenen tot BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 210- 0- 0
Waer van in voldoeninge vande 40e penning 5- 5- 0
Betaelt is 0-10- 8
Ende 10e verhooginge van dien 5-15- 8
Volgens quitantie vande Hr. W. PELS als geauthoriseerde vande Ed. Mo. Heeren Raden van Staten de dato den 27 Junij 1698 alhier aen ons Schepenen gebleken.
HERMEN PETER NOIJE.
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
Bron als boven.
Folio 18 recto.
d.d. 04-08-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt MATTIJS JOOST MANDERS, JAN JOOST MANDERS, ANSEM van der HAGE als man ende momboir van MARIA JOOST MANDERS hem mede fort ende sterck maeckende voor CHRISTINA haere suster, mitsgaders JACOBUS van de VENNEN, als in houwelijck hebbende CATALIJN WILLEMS van ZELAND te voorens Wed. van wijlen JOCHEM JOOSTEN MANDERS te samen kinderen, ende erfgenamen van JOOST WILLEM HERMES verweckt aen MARIA JOCHEMS, de welcken in dier qualiteijt verclaeren voor hun contingent, aendeel ende portie haar competeerende in eenen Capitale sommen van vier hondert gulden tot lasten van THIJS WILLEM HERMENS volgens scheijdinge ende deijlinge gepasseert voor Heeren Schepenen alhier den tweeden Meert XVIC ses en sestigh door den voorschr. THIJS WILLEM HERMENS ten vollen voldaen ende betaelt te zijn ende consenteeren oversulx in de cassatie < = afschaffing >, ende roeijeringe < = doorhalen; doorstrepen > van de voorschreven vier hondert gulden Capitael ten prothocolle voor soo veel yders sijn contingent aengaet.
Actum desen vierden Augustij XVIC en tnegentigh. Coram Heeren DANIEL MAKALLA ende HERMEN CEELEN MARCELIS.
MAKKALLA de JONGH, 1698.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Bron als boven. Folio 18 verso.
d.d. 01-09-1698.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. PETER JAN MAESBROEK, ende DENIS JAN JOOSTEN, JAN HERMENS ende MATHIJS MATHIJSSEN MANDERS allen inwoonderen alhier binnen den dorpe van BAECKEL voornt., zijnde allen van competenten ouderdom, de welcke ter instantie van de Regenten van BAECKEL op den Eedt heden aen handen vande Gecommitteerde des Heere Officiers gepresteert hebben verclaert ende getuijgt bij desen voor waerachtigh haer jegenwoordigh nogh seer kennelijck te wesen, ende nog goede geheugenisse te hebben. Eerstelijck den eersten in ordine deponent, dat WILLEM CUIJPERS, ende JAN MASBROECK ( des eersten deponents vader zaliger ) in qualiteijt als Borgemeesters van BAECKEL over den jaere 1685 alsdoen in’t selvige jaer hebben geleent ende overgenomen van JOSEPH HENDRICX ende JAN JOOSTEN gewesene Borgemeesters alhier over den jaere XVIC drie ende tagentigh eene capitale somme van vijffhondert guldens, ende gelooft de selve somme te restitueeren, ende te betaelen aen GERARD HOGERS inwoonder tot GEMEERT, in minderinge ende op aflossinge van soodanige Capitaele somme van een dusend gulden Mette jaerlijcxe interesten van dien, als THEUNIS JOOST CORSTIAENS, ende GERARD JAN WILLEMS in qualiteijt als Borgemeesters van BAKEL met goedvinden ende consent van de Regeerders des selvige dorps van BAECKEL op interest hadde genomen van voorn. GERARD HOOGERS tot betaelinge van S’lants Comptoiren, ende anderen Dorps schulden ofte lasten, dat de voorn. WILLEM CUIJPERS ende JAN MASBROECK verscheijde jaeren hebben betaelt den interest van de voorschr. vijft hondert gulden Capitael, pro rato < = elk naer zijn deel of aandeel > van dien, ingevolge diversche quitantien alhier gedoceert. Ende verclaert den tweeden in ordine deponent hem insgelijcx bewust en wel kennelijck te wesen dat de voors. vijff hondert gulden bij WILLEM CUIJPERS ontfangen zijn, ende oock daer van den interest tot verscheijde jaeren in sijnen presentie aen GERARD HOGERS hebben betaelt ende daer in gecontinueert, tot dat eijndelijck door haer in minderinge, ende op afcortinge van de voors. vijff hondert gulden zijn betaelt ende gerestitueert eene somme van twee hondert gulden, ende oversulx nogh maer tot hunne lasten beleeff.
Eerstelijk eene somm van drie hondert gulden, verders verclaeren den derde ende vierde in ordine deponenten, dat op den twintighsten Maert van den voorleden jaere XVIC seven ende tnegentig door den eersten deponent in qualiteijt als soone van den voorschr. JAN MASBROECK in hunnen presentie aen GERRIT HOOGERS wierde getelt eene somme van hondert vijftig gulden tot betalinge van sijnen voorschr. vaders contingent int restant van de bovengemelte drie hondert gulden capitael, seggende, dat hij alsdoen het contingent van zijn vader in de voors. vijff hondert gulden capitael hadde voldaen ende datter nogh maer een hondert en vijftich gulden resteerde tot lasten van WILLEM CUIJPERS. Eijndigende hier mede de voorschr. vier deponenten dese hunne waeragtige verclaeringe, de welcke na voorgaende praelecture daer bij hebben gepersisteert voor soo veel yder sijne gedeponeerd aengaet allegueerende redenen van welwetentschap het selve alsoo waer en waerachtig te wesen, ende hun allen nogh in goede memorie te zijn.
Actum BAKEL desen eersten September XVIC acht en tnegentigh. Coram HERMEN PETERS ende LAMBERT van der ASDONCK Schepenen.
HERMEN PETER NOIJE.
LAMBERT van der ASDONCK.
Bron als boven. Folio 20 recto.
d.d. 09-08-1698.
Dat voor ons gekomen is HENDRICK WILBORTS, inwoonder alhier, den welcke wel en wettelijck heeft gecedeert, getransporteert ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck overgegeven, gelijck hij doet bij desen, aen ende ten behoeven van WILLEM THIJSSEN MANDERS, insgelijx alhier woonaghtigh een stuck groeslants ofte dries groot ontrent een Loopensaer, nogtans soo groot ende kleijn het selve alhier binnen BAECKEL ter plaetse aende DE STRAET gelegen is met d’een zijde THEUNIS JAN WILBORS, d’ander zijde WILLEM de WITHs kinderen, d’een eijnde den voors. THEUNIS JAN WILBORTS, d’ander eijnde aen de gemeene straat, los, ende vrij uijtgenomen dorps commer, lasten, servituijten < = erfdienstbaarheden >, ende verpondinge daer met recht over ende doorgaende mitsgaders alle stegen, wegen, ende waterlaten aen te vaerden aenstonts. Geloovende den voors. transportant dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, bundigh ende van waerden te sullen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijnen persoon ende goederen hebbende ende verkreijgende.
Actum desen negende Augustij XVIC acht en tnegentic. Coram de Heeren DANIEL MAKALLA, ende HERMEN PETER NOOIJEN Schepenen tot BAECKEL.
Den koop is soo partijen verklaeren 20- 0- 0
Waer van in voldoeninge van 40e penningh 0-10- 0
Betaelt is 0- 1- 0
Thiende verhooging is 0-11- 0
MAKALLA de JONGE, 1698.
HERMEN PETER NOIJE.
Bakel 1699.
Oud Rechtelijk Archief BAKEL en MILHEEZE. Folio 20 verso.
d.d. 12-01-1699.
Dat voor ons gecomen is, MARTEN JAN MARTENS inwoonder alhier, den welcke heeft verklaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren ende met halmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen, aen ende ten behoeve van PETER WILLEMS, insgelijcx alhier woonagtigh een stuck teullants gent. DEN KLEIJN DONCK groot vijff en dertich roeden, ofte soo groot ende kleijn als het selve alhier gelegen is met d’een zijde JAN JANSEN HOLLANDERTS, d’ander sijde ende d’een eijnde den meswegh, ende d’ander eijnde MARTEN PETERS ATTEN,
Item alnog een stuck ackerlants groot een Loopensaeten vijff en dertigh roede ende tien voet, ofte soo groor ende kleijn het selve, ter plaetse voors. gelegen is aen’t HET GEENENEIJNDT aan ende neffens erve van JAN JANSEN HOLLANDERS, gemeenelijck genaemt …… Los ende vrij, behoudelijck alle stegen, wegen, waterlaten ende alle gebuerlijcke reghten daer met regh over ende doorgaende dorps commeren, lasten ende verpondinge aen te vaerden aenstonts. Geloovende de voors. transportant dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeve als boven altijt voor goed ende van waerden te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijn persoon ende goederen hebbende ende vercreijgende.
Actum desen twaelfde Januarij XVIC negen ende negentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen tot BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren vijf gulden, dico 5- 0- 0
Waer van in voldoeninge van 40e penninck betaelt is 0- 2- 8
10e verhooginge is 0- 0- 7
0- 2-12
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit merck X van CORSTIAEN ANSEMS verklaerende niet anders te konnen schreijven.
Notaris Joachim Kets te Helmond.
Inv.nr. 16, akte 2, d.d. 20-01-1699.
Op heden den twintichsten January Sestien hondert negen entnegentich, Compareerde voor mij JOACHIM KETS, openbaer notaris bij de Ed: Mo: Rade van BRABANT in s'GRAVENHAGE geadmitteert, present de ondergestelde getuygen JAN soone ANTHONIS JAN WILBERS Woonende alhier tot BAEKEL, caverende, oftewel hem fort ende strerck maeckende, voor ANTHONIS JAN WILBERS sijnen vader voorschreven, seyde en bekende in dier voegen bij en mits dese. wel en deugdelijck schuldich te wesen aen en ten behoeve van JAN PETER AERT STERCKEN mede alhier tot MILHEEZE onder BAEKEL Woonende, de somme van hondert vijftich gulden capitaal, spruytende van geleent gelt, dient halven wel expres renuncierende op d'exceptie van ongetelde gelde, wel noch vijff pattacons van verloopen interestte, geloovende des comparant in voege voorschreven, den geseyde capitale somme wederomme te restitueren, wel de interesse van dien ad vijf gulden van ider hondert 't allen tijde als het die voorschreven JAN PETERS AERT STERCKEN believen sal, en sal de ierste pacht vervallen wese St.Jacob ierstcomende, en alsoo te continueren tot de volle en effectieve voldoeninge toe, daer onder den comparant verbint sijnen persoon, hebbende en vercrijgende goederen, Consenterende dat dese altijt sal mogen werde vernieuwt en gerealiseert, 't sij voor de Ed: Mo: Rade van BRABANT, Heeren Schepenen van s'HERTOGENBOSCH, HELMONT, off elders daer toe constituerende, onwederroepelijck alle thoondere deses om deffect van dien te doen en te laten passeren.
Aldus gedaen ende verleeden ter presentie van JAN JANSSEN HOOBERGEN en JAN GOORTS van den EYNDE als getuygen en inwoonders alhier tot BAEKEL ten dese versocht die dese neffens de Comparant en mij notaris hebben onderteekent.
Actum BAECKEL den voorschreven 20 January XVIc negen en tnegentig.
JAN TONIS
JAN JANSSEN HOOBERGEN
JAN GORDTS van den EYNDEN
JOACHIMUS KETS, Notaris.
Oud Rechtelijk Archief BAKEL en MILHEEZE. Folio 21 verso.
d.d. 21-01-1699.
Wij WILBORT HENDRICKS van SCHEPSTAL out President ende jegenwoordige geauthoriseerde van den Heere Officier, ende HERMEN PETERS regeerende Schepen des Dorps van BAECKEL, gelegen in de Quartiere van PEELAND ende Meijerije van S’BOSCH attesteeren < = betuigen > en verclaeren bij desen voor waeragtig op Eede in’t aenvangen onses resp. bedieninge gedaen, dat wij ons op heden den 21 Januarij 1699 hebben vervoegt ten woonhuijse van DANIEL MACKALLA voormaels bediende deser Secretarije van BAECKEL, ende aldaer te sijnen woonhuijse op’t instantelijck versoeck van JUDOCUS JUSTUS VERBEECK Schepen ende inwoonder tot AERLE te hebben gevisiteert ende geexamineert seeckere twee Schepen prothocollen concerveerende de voorschr. Secretarije van BAECKEL, die ende jegenwoordig nogh sijn berustende onder den gem. DANIEL MACKALLA, ende dat wij bij oculaere < = oogschijnlijk > inspectie hebben bevonden ende gesien dat ten voors. prothocolle stonden geregistreert in behoorlijcke forme soo voor den jaere, als in den jaeren van XVI ende vier en vijftigh verscheijde obligatien ofte Generaele verbanden, geschreven op d’eerste prothocolle door seecker LAURENS van COUVERINGE doenmaels Secretaris alhier ende wettigh onderteijckent van getuijgen, Schepenen deses voorschr. Dorps van BAKEL. Verders verclaeren wij nogh op den voorschr. dito gevisiteert ende geexamineert te hebben het tweede, ofte wel de naest volgende prothocolle geschr. door NICOLAAS van NEERVEN als substituut < = in plaats gestelde > Secretaris, ende daer inne bevonden geregistreert te staen verscheijde obligatien ofte Schepenen verbanden gepasseert ende verleden in behoorlijcke forme ende wettigh onderteijckent van Schepenen van BAKEL als voore doenmaels in leven zijnde. In oirconde der waerheijt hebben wij desen ten prothocolle eijgenhandigh onderteijckent. Actum desen een en twintigste Januarij XVIC negen en negentigh.
WILBERTHENDRIQS van SCHEPSTAL.
HERMEN PETER NOIJE.
Bron als boven. Folio 22 verso.
d.d. 21-01-1699.
Dat voor ons gecomen sijn JOCHEM CEELEN GERRITS inwoonder alhier ter eenre, ende FRANS JAN GOORTS, mede inwoonderen, dewelcke met malcanderen hebben aengegaen ende gemaeckt eene minnelijck accoord in voegen ende manieren hier naer volgende, te weten, dat de tweeden comparant met namen FRANS JAN GOORTS sal alimenteeren, onderhouden, oppassen ende gadeslaen den gemelten eersten Comparant met name JOCHEM CEELEN GERRITS sijn leven langh gedueerende, ende den selve behoorlijck te sullen versien van kleederen, lijwaeten < = linnengoed > ende verdere noodtruft specterende ende gerequireert werdende tot behoorlijck onderhout aen den lijve van den voorn. eersten Comparant, ende den voorn. JOCHEM CEELEN naer sijn doot ende aflijvigheijt eerlijcke ter begraeffenisse te sullen besteeden, gelijck sulcx sijne staet sal coomen te vereijssen. Ende men hier gewoonlijck is, naer costuijme < = gebruiken > van dese plaets sonder oijt yts bij den tweede Comparant, oft sijne oiren < = kinderen >, erve ende naercomelinge te sullen pretendeeren. Ende heeft aen den voorn. eersten Comparant daer voor nu, ende eens voor all ( alwaer het schoon dat hij aenstonts naer het sluijten van dit accoord quam te overlijden ) verclaert gelijck hij doet bij desen wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met halmelinge vertijdenisse eerstelijck over te geven aen en ten behoeven van FRANS JAN GOORT sijne respective swager sijne gerechte portie, aendeel, ende contingent hem competeerende voor een onbedeijlde helft in alle de erffelijcke goederen bestaende in huijsinge, hoff ende aengelagh, waij ende saijlanden app ende dependentiën < = aanhorige en aanhangende > van dien groot te samen ende in het geheel ontrent de twintigh Lopensaten ofte soo groot ende kleijn als de voors. goederen alhier binnen desen dorpe van BAECKEL ter plaetse aen de Kerck gestaen ende gelegen sijn in hunne bekende reengenooten < = belendende eigenaren > aldaer, gelijck hij de selve met JAN HERMENS jegenwoordigh gemeijn ende onbedeelt is hebbende, ende waer van den voorn. JAN HERMENS de gereghte wederhelft is competeerende, mitsgaders ook alle sijnen goederen die de voorn. eerst comparant nogh in leven zijnde soude comen te erven ofte aen te sterven sullen mede in eijgendom competeeren aen den gemelte FRANS JANSEN tweede comparant in desen, als verclaerende de selve mede ten sijnen behoeven te cedeeren, ende op te draegen sonder dat de erfgenaemen, ofte naercomelinge van den eersten Comparant oijt daer op enigh actie regt, aen, ofte toesegginge soude mogen pretendeeren, zijnde alle de voorsz. goederen los ende vrij behoudelijck daer uijt jaerlijcx te vergelden staende den interest van een hondert guldens capitael, voorts alle stegen, wegen, waterlaten ende alle gebuerlijcke Rechten, daer met reght over te draegen ende dorps commeren lasten ende verpondingen aen te vaerden den hoff met de groese te halff Maert, de huijsinge te Pincxteren ende het landt te oicxt eerstcomende bloot aen de stoppelen alles van desen loopende jaere XVIC negen ende negentigh.
Geloovende voors. transportant ende eerste Comparant dit cedeeren transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, onverbreeckelijck ende van waerde te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijne eerste comparants persoonen, ende goederen hebbende ende vercreijgende, gelijck oock den tweeden comparant bij desen belooft de voorn. JOCHEM CEELEN daer voor altijt geduerende sijn leven lanck te sullen moeten onderhouden, oppassen, gadeslaen ende voorsien van behoorlijcke nooddruft van linnen wollen ende klederen gehoorende tot de lijve vanden eerste comparant tot desselfs doode end aflijvigheijt ende ham dan verders met eene eerlijcke begraffenisse ter aerde te sullen besteeden, verders is geconditioneert. Indien den tweeden comparant voor den eersten comparant mogte te overlijde dat in sulcken gevallen d’erfgenaemen van den voors. tweeden comparant sullen moeten onderhouden oppassen ende voorsien van kleederen den voors. JOCHEM CEELEN als voors. staet, of dat hij andersints dese getransporteerde goederen wederom sal connen pretendeeren.
Tot naercominge van allen het geene vooschr. staet verbinden de voorn. Comparanten wedersijts hunne resp. personen en goederen hebbende ende vercreijgende.
Geloovende verders dit voorschr. accord in alle sijne poincten ende deelen precise te observeeren, naer te comen, en te agtervolgen ende doen agtervolgen onder verbant, als voore.
Actum desen een ende twintighsten Januarij XVIC negen en negentigh.
Coram de Heeren JAN JANSEN HOBERGEN, ende HERMEN PETER NOOIJEN, Schepenen des Dorps van BAECKEL.
Heeren Schepenen priseeren < = waarderen; schatten > dit goed vermits hier van geene precise coop gemaeckt is op voor dese helfte 100- 0- 0
uijtgaende lasten sijn capitael begroot op 100- 0- 0
200- 0- 0
Waer van den 40e penning is 10- 0- 0
10e verhooginge 1- 0- 0
11- 0- 0
JAN JANSEN HOOBERGEN.
HERMEN PETER NOIJE.
Bron als boven. Folio 24 verso.
d.d. 29-01-1699.
Op huijden den 29 Januarij XVIC negen en negentigh soo hebben JOHAN VISSERS ende HERMAN CRAEMERS Deurwaerders van de Ed. Mo. Heeren Raden van Staaten uijt kragte van executoriael < = uitvoerlijk; verrichtelijk > van den Welgem. Raden van Staten in dato den 7 November 1698 verleent op een acte van taxaet gegeven bij den voorschr. Ed. Mo. Rade op de 26e Augustij 1698 ten behoeven van EZECHIEL de DECKER gewesene Procureur voor Welgem. Ed.Mo. Raden ter somme van een hondert twee en taghentigh gulden waer op nogh resteert een hondert twee en dertigh gulden inne presentie, ende ten overstaen van LAMBERT van der ASDONCK ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen des Dorps van BAECKEL in arrest genomen ende gestelt in handen van de Hooge Overigheijt de goederen van JAN den SMITH, gelegen binnen den voors. dorpe van BAECKEL ende onder de Generaliteijt omme daer aen te verhaelen de voorschr. somme, met de costen van executie daer omme gedaen ende nog te doen.
Actum BAKEL in dato ut Supra. Des ten oirconde hebben wij Schepenen voor. Desen onderteijcken.
LAMBERT van der ASDONCK.
X Dit ist Merck van CORSTIAEN ANSUMS, verclaerde niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 25 recto.
d.d. 03-02-1699.
Dat voor ons gecomen is LAMBERTUS van FLODROP Predikant tot AERLE etc. de welcke heeft verclaert wel, ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van PETER ANDRIES ANSUMS inwoonder alhier.
Eerstelijck een schuer met den afgebrandende huijsplaets, hoff ende aengelagh app ende dependentie van dien groot ontrent twee Loopensaten nogtans soo groot ende kleijn als het selve alhier binnen BAE CKEL gestaen ende gelegen is met d’een zijde den cooper in desen, d’ander zijde AERT WILLEMS met meer anderen, d’een eijnde WIJNANT MOLENSTEENS, d’ander eijnde de gemeene straet.
Item alnogh een stuck ackerlants groot ontrent twee Loopensaten en vijff Roeden gelegen ter plaetsen voors. met d’een sijde Dhr. DANIEL MACHALLA, d’ander sijde de gemeene straet, d’een eijnde de gemeente ende d’ander eijnde Dhr. RELOUW.
Item een stuck teullants groot twee Loopensaten ende een Roeden gelegen ter plaetse voorschr. met d’eene zijde de cooper in desen, d’andere zijde ende d’een eijnde den cooper voors. ende d’andere eijnde JAN HOLLANDERS.
Item aknog een stuck ackerlants groot twee Loopensaten ende drie Roeden gelegen ter plaetse voorschr., d’eene sijde den cooper in desen, d’ander zijde AERT WILLEMS, d’een eijnde JAN HOLLANDERS ende d’ander eijnde MARTEN JANSEN.
Item alnog een acker gent. DEN CRABBACKER groot een Loopensaet ende dertigh Roeden gelegen alhier binnen BAKEL met d’een ende andere zijde ende een eijnde MARTEN JANSEN cum aliis < = verwant > d’ander eijnde.
Item nogh een stuck groeslant gent. HET EUWSEL groot omtrent vier á vijff Loopensen, gelegen met d’een zijde den cooper voors., d’andere zijde WIJNANT MOLENSTEEN, d’een eijnde HET VEN, ende andere eijnde AERT WILLEMS nogtans soo groot ende kleijn als alle de voorschr. perceelen ter plaetse voorschr. gestaen ende gelegen sijn soo ende in dier voegen als THEUNIS HENDRICX deselve in hueringe ende gebruijk is hebbende, los ende vrij behoudelijck daer uijt jaerlijcx te vergelden staende aen het Boeck van HELMONT vier stuijvers ende drie duijten grondchijns voorts los ende vrij behoudelijck alle stegen, wegen ende waterlaten, daer met recht over ende doorgaende dorps lasten ende verpondinge aen te vaerden den voorschr. hoff te hovens tijt het aengelagh met de schueren ende plaets daer huijs van afgebrant is te Pincxteren ende het teullant t’oicxt eerstcomende bloot aende stoppelen met de voors. dorps lasten ende verpondige.
Geloovende den voorschr. Heer transportant dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed ende van waerden te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap, ende onder verbant als na reght ende daertoe staende.
Actum desen derde Februarij XVIC negen ende negentigh.
Coram de Heeren HERMEN PETERS ende JAN JANSEN HOBERGHEN Schepenen tot BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 87-10- 0
Uijtgaende lasten sijn in capitael 5- 0- 0
92-10- 0
Waer van den 40e pennink is 2- 6- 4
10e verhooginge is 0- 5- 0
volgens quitantie vanden ontfanger WISELS in dato den 31 Xbris < = 31 December > 1698 2-11- 4
HERMEN PETER NOIJE.
JAN JAN van HOOBERGEN.
Bron als boven. Folio 26 verso.
d.d. 17-02-1699.
Dat voor ons gecomen is de Heer JUDOCUS JUSTUS VERBEECQ als man ende momboir van Juffrouw MARIA van HOUTERT, in dier qualiteijt evicteur < = uitwinner > van seeckere twee huijsinge met sijne verdere appendentie, ende dependentie van dien met de aenhoorige landerijen gecomen van AERT HAENEN soo ende in dier voegen als die voors. goederen bewoont ende gebruijckt worden bij de Wed. van wijlen GOORT GOERTS ende MARCELIS ANSUMS gelegen alhier binnen de parochie van MILHESE Jurisdictie des dorps van BAECKEL in hunne bekende reengegooten aldaer op welcke voorschr. panden ende goederen in materie van evictie < = uitwinning > naer behoorlijcke brierlesinge is geprocedeert, ende vervolgens uijt kragte van vonnisse ten eijnde van panthalinge geweesen bij Heeren Schepenen deses Dorps van BAECKEL, ende naer dat alle de solemniteijten tot een wettige ende bondige evictie gerequireert wel ende naer behooren waeren voltrocken, ende naer dat drie behoorlijcke kerckveijlinge resp. van veertien daghen tot veerthien daghen d’eenen aghter den anderen volgende waren geschiet, hebbende den voors. evicteur ten overstaen van den gecommitteerde des Heeren Officier ende Schepenen de voors. twee huijsinge en aengehoorige goederen met de brieven ende instrumenten daer van mentioneerende, ende alinge recht met uijtgaenck van een brandende keersse wettelijck ende erffelijck vercogt, opgedragen ende erffelijck overgegeven aen dHr, JUDOCUS JUSTUS VERBEECK ende heeft hij evicteur helmelinge daer op vertegen in maniere in dien gewoonlijck sijnde ten behoeff van hem Cooper.
Geloovende het selve vercoopen, overgeven, ende dit opdragen metten vertijden van dien, altijt goed, vast stedigh ende van waerde te houden, ende doen houden ende te vrijen ende te waeren los ende vrij behoudelijck drie stuijvers ofte daer ontrent grondchijns in verscheijde texten soo die te vergelden staen int Boeck van MILHESE.
Item nog vier gulden seventien stuijvers acht penningen s’jaers aen FRANS van HEURN, Rentmeester der Geestelijcke goederen, voorts alle stegen, wegen ende waterlaten daer met recht over ende doorgaende dorps commer lasten, ende verpondinge met recht daer toe staende sonder meer, ofter in toecomende eenige chijnsen, ofte paghten op de voorschr. van dien quamen daer men nu ter tijt niet van en weet, sal naer Bossche costuijmen in cas den evictie gehandelt worden.
Actum desen seventiende Februarij XVIC negen en negentigh.
Coram de Heeren HERMEN PETERS ende JAN GOORTS van den EIJNDEN Schepenen des dorps van BAECKEL.
De coop mette slagen wijncoop < = drank geschonken als bekrachtiging bij coop c/q verkoop door den koper werd betaald > ende onraad is 1107- 5- 0
d’uijtgaende lasten sijn in capitael begroot op 125-12- 8
facig 1232-17- 8
waer van in voldoeninge van den 80e penningen aen’t Land betaeld is 15- 8- 4
10 verhooging is 1-10-14
10-19- 0
WALBERT HENDER van SCHEPSTAL als geauthoriseerde des Heeren Officiers.
HERMEN PETER NOIJE.
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
De voorschr. transportant in qualiteijt uijt kragte als voore heeft alnogh verclaert wel ende wettelijck te cedeeren te transporteeren ende met halmelingen vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeve van MARCELIS ANSUMS, inwoonder tot MILHESE het huijs, schuer mette aengelagh gecomen van AERT HAENEN ende nu gebruijckt wordende bij de Wed. PETER PETER MARTENS groot samen ontrent de twaalff Loopensaten ofte soo groot ende kleijn het in de parochie van MILHEESE Jurisdictie van BAKEL gestaen ende gelegen is in sijne bekende reengenooten aldaer, los ende vrij behoudelijck hier uijt jaerlijcx te vergelden staende tien stuijvers in een of meer texten grondchijns aenden Heer van MILHESE.
Item de helft van vier gulden tien stuijvers s’jaers aen het Beneficie van ANNA Authaer tot DEURNE.
Item nogh jaerlijcx aen den H. Geest van HELMONT twee gulden vijff stuijvers.
Item nogh jaerlijcx aende Gilde van St. CATHARINA tot HELMONT twee gulden seven stuijvers twee oort.
Item alnogh aen de pastorije van GEMERT een vat rogge werdende betaelt met seven stuijvers twee oort.
Voorts alle stegen, wegen ende waterlaten ende alle gebuerlijcke regten, daer met recht over ende doorgaende dorps commer lasten ende verpondingen, aen te vaeren de voorschr. huijsinge ende goederen ingevolge de publijcque vercoopcedulle < = schuldbrief > van dato den een en twintighste Januarij XVIC negen en negentigh daer van zijnde ende alhier aen ons in originali < = oorspronkelijke > verthoont.
Geloovende voorschr. transportant in qualiteijt en uijt kragte als vooren dit cedeeren transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed ende van waerde te sullen houden en doet houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant als na reghten daer toe staende.
Actum et coram usdem ut Supra.
Den coop met de slagen wijncoop etc. is 162-15- 0
Uijtgaende lasten sijn in capitael begroot op 193-15- 0
356-10- 0
Waer in in voldoeninge van den 80e penningk betaelt is aen’t Land 4- 9- 2
10e verhooging is 0- 9- 0
4-18- 2
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
HERMEN PETER NOIJE.
Bron als boven. Folio 29 recto.
d.d. 17-02-1699.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. EMKE PETERS Weduwe van wijlen GOORT CORSTE inwoondersse alhier, de welcke heeft verclaert te renuntieeren, ende afstand te doen van de hueringe van alle soodanige goederen gecomen van AERT HAENEN, als de voorschr. comparantens man zaliger in cas de evictie gedirigeert aen de voorschr. goederen bij de Heer JUDOCUS JUSTUS VERBEECQ heeft ingepaght; ende verclaert verders de voorn. comparante alle actie, reght ende toeseggen haer wegens de voorschr. hueringe op de voors. goederen compareerde aen ende ten behoeve van den voorn. Heer JUDOCUS JUSTUS VERBEECQ te cedeeren ende over te geven, om daer mede te doen ende te handelen als met sijnde vrije ende eijgene goederen sonder oijt meer daer op enigh regt te sullen willen pretendeeren, onder die conditie nogtans dat den voorn. JUDOCUS VERBEECQ bij desen verclaert tot sijnen lasten over te nemen de verschulde huerpenningen van de voors. Jaeren hueringe voor den voorn. EMKE PETERS te voldoen ende te betaelen buijten lasten van de voorn. Comparante ende verclaert verders de voorn. Comparant enighe parceelen van de voors. goederen aen ymant noijt verhuert te hebben tot naercominge van het voorschr. verbinden de voorn. Comparanten wederzijts hunne resp. persoonen ende goederen present ende toecomende.
Actum desen seventiende Februarij XVIC negen en negentigh.
Coram de Heeren LAMBERT van der ASDONCK, ende HERMEN PETERS, Schepenen.
LAMBERT van der ASDONCK.
HERMEN PETER NOIJE.
Bron als boven. Folio 29 verso.
d.d. 19-02-1699.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt JAN LAMBERTS inwoonder tot HELMONT als last ende procuratie < = voorzorg > hebbende van Juffrou CORNELIA CORSTIUS, Weduwe wijlen LAURENS van GEMERT als vooght ende moeder van CORNELIS van GEMERT haeren soone (soo hij verclaerde) den welcke in dier qualiteijt heeft verclaert met klinckende ende blinckende penningen, ende woorden daer toe dienende van bloets weghen te vernaderen soodanige schuere, met een afgebrande huijsplaets, hoff, en aengelagh a pende dependentie van dien grootte samen twee Loopensaten gestaen ende gelegen binnen den Dorpe van BAECKEL.
Item alnogh een stuck ackerlants, groot ontrent twee Loopensaten ende vijff Roeden.
Item een stuck teullants groot twee Loopensaten ende een Roede.
Item alnogh een stuck ackerlants groot twee Loopensaten en drie Roeden.
Item alnogh eenen acker gent. DEN CRABBENACKER groot een Loopensaet en dertigh Roeden.
Item alnogh een stuck groeslants gent. HET EUWSEL groot ontrent vier á vijff Loopensaten, nogtans ende soo groot ende kleijn als alle de voors. parceelen alhier binnen dese Dorpe van BAECKEL in hunne bekende reengenooten gestaen ende gelegen sijn in hunne bekende reengenooten aldaer vier stuijvers drie duijten chijns in’t Boeck chijns in’t Boeck van HELMONT als de Heer LAMBERTUS van FLODROP op de derde Februarij XVIC negen en negentigh voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL voorschr. hadde vercogt ende opgedragen aen PETER ANDRIES ANSUMS inwoonder alhier, ende verclaeren den voorn. comparant in sijns qualiteijt als vooren, den voorschr. vercooper nader in bloede te bestaen als den origineele cooper.
Geloovende dierhalven aen den selven alle sijne gedebouseerde < = aangewendde; besteedde > penningen ten dancke te restitueeren, ende verders alles te doen wes tot een bundige naderinge sal worden gerequireert onder verbant van sijnen persoon ende allen sijnen goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen negentiende Februarij XVIC negen en negentigh.bAKEL
Coram HUIJBERT JOOSTEN ende CORST ANSUMS, Schepenen.
De vernaderinge is 87-10- 0
Uijtgaende lasten in capitael sijn 5- 0- 0
92-10- 0
Waer van in voldoeninge van 40e penn: is betaalt 2- 6- 4
10e verhoginge is 0- 5- 0
2-11- 4
Dit ist merck X van HUIJBERT JOOSTEN verclaerende te connen schrijven.
Dit ist merck X van CORSTIAEN ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 30 verso.
d.d. 19-02-1699.
Wij JAN AERTS HOOBERGEN, HERMEN PETER NOOIJEN, JAN GOORTS van den EIJNDE, LAMBERT van der ASDONCK, HUIJBERT JOOSTEN, DENIS JAN JOOSTEN, CORSTIAEN ANSUMS, JAN PETER STERCKEN den Jongen, WILBORT GERARTS, MATHIJS van de KERCKHOFF, AERT PETER STERCKEN, ANTHONIS JOOSTEN, WILBORT HENDRICX van SCHEPSTAL, JAN PETER STERCKEN ende HERMEN CEELEN MANDERS, HERMEN WILLEMS, alle inwoonderen des Dorps van BAECKEL verclaeren bij desen te constitueeren ende volmagtigh te maken WILLEM HERMENS, ende JAN WILLEM JAN CEEL en mede inwoonderen van BAECKEL.
Specialijck, om uijt name ende van weghen ons constituanten te Compareeren voor Heeren Schepenen der Stadt van S’HERTOGENBOSSCHEN, ende aldaer naer stijl ende practycque ter Secretarije gereqireert tot lasten van ons constituanten ende ten behoeven van Juffrouw MEGHTELDIS van WAEMEL Wed. van wijlen ……. te vertijden ende te passeeren behoorlijcke Schultbrieff van soodanige cpitale somme van twee dusent Caroli guldens, als wij bij desen bekennen op den drie en twintighste Februarij deses jaers XVIC negen en negentigh van de voorn. Juffr. MEGTELDIS van WAEMEL van dato voors. over vijff eerst comende jaeren te geven, te restitueeren ende te betaelen de voors. capitale somme van twee dusent guldens, ende middelerwijlen te betaelen den interest van dien tot vier gulden per centen in’t jaer ende in ons van egeene restitutie ten eijnde de voors. vijff jaeren te blijven continueeren en den gestipuleerden interest tot de effectueele voldoeninge ende aflossinge des voorschr. capitaels toe.
Ende voor de restitutie van de genegotieerde penningen ende voor het betaelen van de beloofde interesten te verbinden yder een voor al ende elck als schuldenaer principael aller onser respective Constituanten persoonen, ende goederen soo roerende als onroerende hebbende ende vercrijgende.
Ende om voorts soo generaelijck, als specialijck daer inne te doen behandelen het geenen den staet der saecken sal comen te vereijsschen ende ende wij present zijnde soude connen, ofte mogen doen.
Geloovende wij constituanten altijt te ratificeeren < = bekrachtigen > te approbeeren < = van waarden te houden > ende voor goed ende van waerden te sullen houden, ende doen houden allen het geene uijt kragte deses bij onse voors. geconstitueerdens sal werden gedaen ende verright, onder verbant onser aller respt. Constituanten persoonen, en goederen present, ende toecomende.
Actum desen neghentiende Februarij XVIC negen en negentigh. In oirconde der waerheijt hebben wij Constituanten voornt. dese ten prothocolle, eijgenhandigh onderteijckent.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
HERMEN PETER NOIJE.
JAN GORDTS van den EIJNDE.
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit Merck stelt X HUIJBERT JOOSTEN verclaert niet anders te connen schrijven.
DENIS JAN JOOSTEN.
Dit merck stelt X CORSTIAEN ANSUMS verclaert niet anders te connen schrijven.
AERT PETER STERCKEN.
JAN PETER STERCKEN de JONGHEN.
MATHIJS van den KERCKHOF.
Dit handmerck stelt WILBORT GERARTS verclaerende niet anders te konnen schrijven.
Dit ist schrijven van X ANTHONIS JOOSTEN verclaerende niet anders te connen schrijven.
WILBORTHEN van SCHEPSTAL.
JAN PETER STERCKEN.
HERMEN MARCELIS MANDERS.
Bron als boven. Folio 32 recto.
d.d. 23-03-1699.
Wij JAN JANSSEN HOBERGEN, HERMEN PETER NOOIJEN, JAN GOORTS van den EIJNDE, LAMBERT van der ASDONCK, HUIJBERT JOOSTEN, DENIS JAN JOOSTEN, ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen, JAN PETER STERCKEN ende WILBORT GERARTS Borgemeesters, MATHIJS van den KERCKHOFF, ende AERT PETER STERCKEN meesteren, WILBORT HENDRICKS van SCHEPSTAL Kerckmeester, ANTHONY JOOSTEN Peelmeesters, mitsgaders JAN PETER STERCKEN, HERMEN CEELEN MANDERS, ende HERMEN WILLEMS meeste gegoeijde, ende geérfdens, alle te samen representerende, ende vervangende het Corpus < = bestuurslichaam van een dorp > ende geauthoriseerde des dorps van BAECKEL verclaeren bij desen te constitueeren ende volmagtigh te maecken LAMBERT van der ASDONCK ende WILBORT HENDRICX van SCHEPSTAL, omme sigh te vervoeghen binnen de Stadt van S’HERTOGENBOSCH ende aldaer van ………………………. den ENDEPOEL, ofte ymand elders te negotieeren < = handelen >, ende op interest te nemen eene capitaele somme van twee dusent gulden omme daer mede ingevolge haer Ed. Mo. octroij in dato de …….. aen ons verleent te quijten ende te reduceeren eene gelijcke capitale somme van twee dusend gulden als dese gemijnte in twee parthijen sijn geldende aen MATHIJS JAN SCHEUTJENS ende JAN BORGHOUTS tot SON.
Ende te gelooven de voors. capitaele somme te restitueeren ende te betaelen binnen sulcken tijt, ende termijnen van den Jaer met drie en vier gulden per cent voor interest van ijder jaer, als de voorn. geconstitueerdens met des selfs crediteur sullen komen te stipuleren, ende voor de restitutie van de voorschr. te negotieeren penningen voor de betaelinge van de te beloovene interesten te verbinden yder een voor al ende elck als schuldenaer principael aller onser respective Constiuanten personen, ende goederen mitsgaders alle de persoonen ende de goederen der gemeene ingesetenen hebbende ende vercrijgende, ende ten dien eijnde te renuntieeren van alle exceptien < = verweerschriften > van beneficien < = voordeel: weldaden > privilegiën < = voorrecht > relivement < = ontheffing >, vrijheden van marckten, ende generalijck van allen het geene ons enigsints ter saecken deses soude mogen te bate komen ende voorts soo generalijck, als speciaelijck hier inne te doen ende te handelen het geenen de staet der saecke sal come te vereijsschen, ende wij selver present zijnde soude connen ofte vermogen te doen.
Geloovende wij Constituanten te approbeeren ende voor goed ende van waerden te houden, allen het geene uijt kragte deses bij onse Geconstitueerdens sal werden gedaen ende verright, ende haer ter saecke deses altijt te sullen indemneeren kosteloos ende schadeloos te houden onder verbant als naer reghten daer toe staende.
Des ten oirconde hebben wij Constituanten desen ten prothocollen onderteijckent ende door onsen Secretaris doen schrijven desen drie en twintighsten Maert XVIC negen en negentich.
HERMEN PETER NOIJE.
JAN GORDTS van den EIJNDE.
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit is het merck van X HUIJBERT JOOSTEN verclaerende niet anders te connen schrijven.
DENIS JAN JOOSTEN.
Dit Merck stelt X CORSTIAEN ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
JAN PETER STERCKEN de IONGHEN.
Dit ist merck van X WILBORT GERARTS verclaerende niet anders te connen schrijven.
MATHIJS van den KERCKHOF.
Dit ist merck van THEUNIS JOOSTEN verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 34 recto.
d.d. onbekend.
Compareerde voor ons Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergenoemt MATHIJS WILLEMS van de KERCKHOFF, als Armmeester alhier ende AERT PETER STERCKEN de welcken verclaeren, op den Eedt int aenvanghen van hun Officie als Armmeesters, dat
< Hier mee eindigd dit document. >
Bron als boven. Folio 34 verso.
d.d. 11-04-1699.
Wij JAN AERTS HOOBERGHEN President ende HERMEN PETER NOOIJEN Schepen des Dorps van BAECKEL in den Quartiere van PEELANT Meijerije van S’HERTOGENBOSSCHE gelegen, tuijghen, ende certificeeren mits desen dat THEUNIS is eenen soon van JOOST JOOSTEN, ende EIJCKE PETERS MASBROECK eghte luijden, zijnde den selven van goede handel, ende wandel (alsoo ons noijt anders is gebleecken, ende vermits denselven versochte onse letteren van certificatie, hebben wij den voors. THEUNIS JOOSTEN om der waerheijts wille niet connen oft mogen weijgeren, maer ter contrarie gerne mede gedeelt versoeckende daeromme aen allen te doen ygelijcken die desen sal worden vertoont, den voorn. THEUNIS JOOSTEN voor’t geene voors. te houden, ende erkennen, sullen altijt bij bleijckinge van dusdanige certificatie van gelijcke doen des ten oirconde binnen BAECKEL voorschr. op huijden den elfde April XVIC negen en negentigh, soo hebben wij onse Schependoms zegel hier onder op doen drucken, ende door de gecommitteerde Schepen mits de absentie van onsen Secretaris laeten onderteijckenen.
Bron als boven. Folio 35 recto.
d.d. 27-04-1699.
Dat voor ons gecomen is JAN JANSSEN den SMITH inwoonder alhier, den welcken heeft verclaert wel, ende wettelijck te cedeeren, transporteeren, ende erffelijck over te geven, gelijck hij doen bij desen aen, ende ten behoeven van JAN PETER STERCKEN out Schepen deser Dorps van BAECKEL eene Schepen obligatie ofte renthenbrieff van een hondert, en vijff en twintigh gulden capitael mette jaerlijcke interesse van dien tot ses gulden, en vijff stuyvers sjaers staende tot lasten van de voors. gemeijnte van BAECKEL ingevolge den originele constituriebrieff de dato den tiende Februarij XVIC ses en veertigh daer van sijnde, soo ende in dier voegen, als die den voors. vercooper bij transport van THOMAS JAN SCHEPERS, ende JAN GERARTS op den lesten October 1681 voor Heeren Schepenen alhier aengecomen is. Alles uijtwijsens den originele transportbrieff daer van zijnde, ende aen de voorschr. cooper bij desen overgelevert ende aen ons geexhibeert < = bij gebracht >, waer toe gerefereert wert.
Geloovende den voors. transportant die cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed ende van waerden te sullen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijn persoon ende goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen seven en twintigste April XVIC negen en negentigh. Coram de Heeren JAN JANSSEN HOBERGEN ende JAN GOORTS van den EIJNDEN Schepenen.
De coop is soo parthijen verclaeren 100 gulden
Waer van in voldoeninge vande 40e penninck 2-10- 0
Aent Lant betaelt is 10 verhooginge 0- 5- 0
JAN JANSEN HOOBERGEN.
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
Bron als boven. Folio 35 verso.
d.d. 12-05-1699.
Wij WILBORT HENDRICX geauthoriseerde de Heeren Officiers ende CORSTIAEN ANSUMS ende HUIJBERT JOOSTEN Schepenen der Heerlicheijt ende Dorpe van BAECKEL attesteeren, ende verklaeren bij desen voor waeragtich op eede int aenvangen onser respt. Bedieninge gedaen dat wij ons beneffens JOOST DIRCX Meester Timmerman alhier op heden den twaalfden Maij deses jaers XVIC negen en negentigh ter instantie van Juffrouwe JOHANNA van RAVESTEIJN Wed. wijlen PETER van den GROOTENACKER hebben gevonden binnen de Heerlicheijt MILHEESE Jurisdictie des voors. Dorps van BAECKEL aen, bij, ende ten huijse van Juffrouwe MARIA ELISABET van den GROOTENACKER jegenwoordigh bewoont werdende bij HERMEN PETER NOOIJEN mede Schepen alhier staende bnnen de voors. Heerlicht. MILHEESE, ende dat wij des versocht zijnde vande voorn. requiranten naer voorgaende behoorlijck ondersoeck te hebben gedaen, de voors. huijsinge soo en in dier voegen als die jegenwoordigh ter plaetse voorschr. in sijne timmeragie staende ende gelegen is taxeeren ende aestineeren < = schatten > waerdigh te zijn de somme van een hondert en vijftigh gulden.
In Oirconde der waerheijt hebben wij geauthoriseerde Officier en Schepenen voornoemt desen door onsen Secretaris doen schrijven ende teijckenen, ende met onse signature ten prothocolle eijgenhandigh onderteijckent.
Actum in dato ut Supra.
WILBORT HANDRIJCKX van SCHEPSTAL.
Dit ist merck X van CORSTIAEN ANSUMS verclaerde niet anders te connen schrijven.
Dit merck stelt X HUIJBERT JOOSTEN, verclaerende niet anders te konnen schrijven.
Bron als boven. Folio 36 verso.
d.d. 25-05-1699.
Dat voor ons gekomen is MIGHIEL van der BIJL, inwoonder alhier, den welcke heeft verclaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met helmelinghe vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van d’Heer PAULUS van der SANDE mede inwoonder alhier eerstelijck eene huijsinge met den hoff appendentie ende dependentie van dien groot ontrent een halff Loopensaet ofte soo groot ende kleijn als het selve binnen deser Heerlicheijt BAECKEL gestaen ende gelegen is met d’een sijde WILLEM den SMITH, d’ander zijde den vercooper in desen, streckende voor van de Straet tot agter aen erve van den vercooper in desen soo ende in dier voege als het selve jegenwoordigh bewoont ende gebruijckt wert bij JAN AERIAENS.
Item alnogh eene huijsinge, hoff ende aengelagh met teullanderijen ende groeslanden daer aen of bij gelegen groot ontrent te samen de vijff Loopensaten oft soo groot ende kleijn als het selven alhier tot BAECKEL gestaen, ende gelegen is met d’een zijde HUIJBERT van NEERVEN, d’ander sijde GERIT CEELEN, streckende voor van de Straet tot agter aen erve van de gemeene Beeck of waterloop soo ende gelijck als JAN aen AERIARIS den RUIJTER, jegenwoordigh in sijn gebruick en cultuere is hebbende.
Item alnogh een stuck waijlants genaemt DEN OLLAERT groot ontrent twintigh Loopensaten, ofte soo groot ende kleijn, als het selve binnen den voorschr. Heerlicheijt van BAECKEL alhier gelegen is met d’een zijde de gemeijnte van BAECKEL, d’ander zijde HUIJBERT van NEERVEN, d’een eijnde CEELKE JACOBS, d’ander eijnde de gemeijne Straet, zijnde alle de voors. parceelen los ende vrij, behoudelijck alle stegen, wegen, waterlaten, daer met reght over ende doorgaende dorps commer, lasten ende verpondinge aen te vaerden aenstonts met de voors. Dorps lasten, ende verpondingen ingaende met desen loopende jaere XVIC negen en negentigh.
Geloovende den vooschr. transportant dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, bundigh ende van waerden te sullen houden ende doen houden met geloft van guarantschap in forma, onder verbant van sijnen persoon ende alle sijne goederen hebbende, ende vercrijgende.
Actum desen vijff en twintighste Maij XVIC negen en negentigh. Coram de Heeren DENIS JOOSTEN ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen.
Den coop is soo parthijen verclaeren dusent gulden waer van in voldoeninge van den 40e penninck aen’t Land betaelt is 25- 0 -0
10e verhooginge is 2-10- 0
27-10-0
DENIS JAN JOOSTEN.
Dit merck X stelt CORSTIAEN ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 37 verso.
d.d. 29-06-1699.
Dat voor ons gecomen is de Heer PAULUS van der SANDE inwoonder alhier, den welcke (uijt kragte van speciale volmagt, ende procuratie zijnde van dato den 17e Junij 1699 bij den Wel Ed. Geboore Joncker GERARDUS BECX in beijde de reghten Licentiaet < = toegelaten in de Rechten > tot S’BOSSCHE woonende op den gemlt. Heere transportant verleden ende gepaseert voor den Notaris THEODORUS AELBERTS ende getuijgen, resideerende binnen de Stadt HELMONT, ende alhier aen Ons Schepenen in originali geexhibeert) in dier qualiteijt heeft verklaert wel ende wettelijck te cedeeren te transporteeren ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven, gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van HENDERICK JANSSEN inwoonder tot MILHEESE eerstelijck een stuck ackerlants genaemt HET WIJFFLANT gelegen onder MILHEESE met d’een zijde de Heer van der MEIJDEN, d’ander zijde ende d’ander eijnde PETER AERTS.
Item een weijveltje ter plaetse voors. gelegen gent. HET BUSSELKE met d’een zijde ende d’een eijnde PETER AERTS voors. en het ander eijnde JAN DIRCX soo ende gelijck den gemelten HENDRICK JANSSEN bij evictie ten behoeven van des voorn. Joncker GERARDUS BECX moeder daer van hantligtinge heeft gedaen.
Item alnogh een heijtveltje gelegen ter plaetse voors. groot ontrent ander halff Loopensaet, nogtans soo groot ende kleijn als het zelve aldaer gelegen is met d’een zijde JAN MAESBROECK, d’ander zijde ende d’eene eijnde den Joncker PETERS ende d’ander eijnde de gemeene Straet, los ende vrij behoudelijck den chijns van den gronden dien bevonden mogte werden met regt daer uijt te gaen, voorts alle stegen, wegen, ende waterlaten daer met regt over ende doorgaende dorpscommer lasten, en verpondinge.
Geloovende den voors. Heere transportant in qualiteijt ende uijt kragte als voore dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, stedigh ende van waerden te sujllen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma daer onder verbint den voorn. transportant uijt kragte van de voors. procuratie den persoon ende alle de goederen van den voorn. Heer GERARDUS BECX hebbende, ende vercrijgende.
Actum desen negen en twintigste Junij XVIC negen en negentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK, ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen tot BAKEL.
De coop is soo parthijen verclaeren 60 guldens.
Waer van in voldoeninge van 40e penninck betaelt is 1-10- 0
10e verhooginge 0- 3- 0
1-13- 0
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit is het Merck X van CORSTIAEN ANSUMX verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven.
Folio 38 verso.
d.d. 29-06-1699.
Dat voor ons gecomen is MIGHIEL van der BIJL inwoonder alhier, den welcke (uijt kragte van speciale volmagt ende procuratie sijnde van dato den negen en twintigste Junij XVIC negen en negentigh bij Joncker GERARDUS BECX soo voor hem selven als mede hem fort en sterck makende voor Mevrouw de Wed. Jonckers LAMBERT BECX den selfs moeder op den gem. Heere transportant verleden ende gepasseert voor den Notaris JOACHIMUS KETS ende getuijgen zijnde alhier aen ons Schepenen in originali verthoont) heeft verclaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van JAN PETER STERCKEN out Schepen alhier eerstelijck een stuck ackerlants gent. DE BRAECK groot vier Loopense met d’een zijde neffens erve PETER SWINCKELS, d’ander zijde WILLEM HERMENS, d’een eijnde de erfgenamen PETER HOEBEN, ende d’ander eijnde de gemeene Straet.
Item nogh een stuck ackerlants gent. HET VLIERSTUCK groot anderhalff Loopensaat d’een zijde den Heere van ASTEN, d’ander zijde THEUNIS JOOSTEN, den eenen eijnde des coopers broeder in desen, ende d’ander eijnde de gemeenen wegh.
Item alnog een stuck weijlants gent. DEN BOSSCHEN DRIES groot drie Loopensen met d‘een zijde de Wed. JAN HENDRICX, d’ander zijde WILBORT JAN WILBORTS, d’een eijnde de Wed. JAN HENDERICX, ende d’ander eijnde de gemeene Straet.
Item alnogh een dries hoecxke gelegen tot MILHEESE groot acht Roeijen met d’een zijde WILBORT JAN WILBORTS cum aliis < = en andere >, d’ander zijde JAN JOOSTEN, ende het eijnde uijtschietende opde Gemeenestraet.
Item alnogh een stuck ackerlants gent. HET BROECXKEN groot ontrent seven ende twintigh Roeden met d’een zijde PETER SWINCKELS, d’ander zijde ende beijde de eijnde de erfgenamen van PETER AERT STERCKEN, noghtans soo groot ende kleijn als alle de voorschr. parceelen binnen de Heerlicheijt MILHEESE ter plaetse voorschr. gelegen zijn, los ende vrij behoudelijck alle stegen, wegen, ende waterlaten, daer met regt over ende doorgaende dorps lasten, ende verpondingen mitsgaders den Heeren zijne grondchijns van.
Daer uijt te vergelden staende, aen te vaerden het voors. teullant toecomende oicxt bloot aen de stoppelen, ende de voors. groese of weijlants te half Meert vande naest comende jaere XVIIC.
Geloovende den voorn. transportant in qualiteijt ende uijt kragte als boven dit cedeeren, transporteeren, ende erffelijck overgeven ten behoeven als voore altijt voor goed stedigh, en van waerden te sullen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma daer onder verbint den voorn. MIGHIEL van der BIJL uijt kragte van de voorschr. procuratie den persoon en goederen van gen. Joncker GERARDUS BECX hebbende ende vercrijgende.
Actum desen negen en twintighste Junij XVIC negen en negentigg. Coram usdem ut Supra.
Den coop is soo parthijen verclaeren 100 gulden.
Waer vande in voldoeninge vande 40e penninck betaelt is 2-10- 0
10e verhooginge 0- 5- 0
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit is het Merck van CORST ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 39 verso.
d.d. 30-06-1699.
Dat voor ons gekomen is Juffrouw CORNELIA COSTIUS Wed. wijlen de Heer LAURENS van GEMERT in sijn leven Schepen tot HELMONT als moeder ende vooght van der selfs minderjarige soone CORNELIS van GEMERT geassisteert met WILBORT HENDRICX van SCHEPSTAL als haeren in desen geasfumeerde < = meegenomen > momboir, de welcke in dier qualiteijt uijt kragte van testamente tusschen de gemelte Juffrau transportante ende des selfs man Zaliger opgerigt ende gemaeckt waer bij haer de meesterschappen was gelaten om van alle de goederen ende effecten bij de voorn. Heer LAURENS van GEMERT agtergelaten te mogen disponeeren om die te vercoopen, belast ende beswaeren (soo de gemelte Juffrou CORNELIA COSTIUS ende verclaerde, heeft verclaert wel ende wettelijck te cedeeren, transporteeren, ende met helmelinge vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck sij doet bij desen aen ende ten behoeven van ANTHONIS HENDRICKS GOORT GEVELMANS inwoonder alhier eerstelijck een schuere met de afgebrande huijsplaets, hoff ende aengelagh app ende dependentie van dien groot ontrent twee Loopensaten gestaen gelegen binnen desen voors. dorpe van BAECKEL met d’een sijde PETER ANDRIES ANSUMS, d’ander zijde AERT WILLEMS cum aliis < = met anderen >, d’een eijnde WIJNANT MOOLENSTEENS, ende d’ander eijnde de gemeene Straet.
Item een stuck ackerlants groot twee Loopensaten ende vijff Roeden gelegen ter plaetse voorschr. met d’een sijde Dhr. DANIEL MACKALLA, d’ander zijde de Heer RELOUW,
Item een stuck teullants groot twee Loopensaten gelegen met d’eene zijde PETER DRIESSEN ANSUMS, d’ander zijde ende d’een eijnde de voors. PETER ANSUMS, ende d’andere eijnde JAN HOLLANDERS.
Item een stuck ackerlants groot twee Loopsaten ende drie Roeden gelegen ter plaetse voors. met een sijde de voors. PETER ANSUMS, d’ander zijde AERT WILLEMS, d’een eijnde JAN HOLLANDERS, ende d’ander eijnde MARTEN JANSEN.
Item een acker gent. DEN CRABBENACKER groot een Loopensaet ende dertig Roeden met d’een zijde, d’ander sijde, ende d’een eijnde MARTEN JANSEN, d’ander eijnde JOCHEM THEUNIS.
Item een stuck groes, of weijlant HET EUWSEL, groot ontrent vier á vijff Loopensen met d’een zijde PETER ANSUMS, d’ander zijde WIJNANT MOLENSTEENS, d’een eijnde HET VEN, ende d’ander eijnde AERT WILLEMS, nogtans soo groot, en kleijn als alle de voors. parceelen ter plaatse voorschr. binnen den dorpe van BAKEL gestaen ende gelegen sijn, soo ende in dier voegen als de voorschr. vercooperse bij naderinge van Heeren Schepen alhier op den 19 Februarij 1699 aengecomen is, los ende vrij behoudelijck hier uijt jaerlijcx te vergelden staende vier stuijvers ende drie duijten grondchijns min á meer onbegreepen in’t Boeck van HELMONT, voorts los ende vrij behoudelijck alle stegen, wegen, ende waterlaten, daer met reght over ende doorgaende dorps lasten ende verpondingen, aen te vaerden aenstonts.
Geloovende de voors. Juffrou transportante geassisteert ende uijt kragte als vooren dit cedeeren transporteeren, ende erffelijck over geven ten behoeven als boven altijt voor, ende van waerde te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van haere resp. persoon ende goederen present ende toecomende.
Actum desen dertigste Junij XVIC negen en negentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen.
De coop is soo parthijen verklaeren 80- 0- 0
Waer van in voldoeninge vande 40e penninck betaelt is 2- 0- 0
10e verhooginge is 0- 4- 0
2- 4- 0
Dit Merck X stelt CORSTIAEN ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 41 recto.
d.d. 30-06-1699
Alsoo EMKE PETER ANSUMS Wed. wijlen GOORT CORSTEN in sijn leven out Borgemeester des Dorps van BAECKEL ter saecke van ’t Borgemeesterenampt, ende tot betalinge van s’Lants comptoiren hadde doen opnemen verscheijde sommen van penningen, waer door de Gemeente van BAECKEL voors. sigh tot waerborgh heeft moeten stellen, ende dat de voors. Wed. niet gevoeghlijck tot betalinge der opgenome penningen hoeft te geraecken, ende alsoo vermits het overlijden van haeren man in die staet is gebraght van de gemeente niet naer behooren te voldoen, ofte van haere borgtoghten te ontlasten en reets door de gemijnte staet geexecuteert te worden, omme eghter dit naer haer vermogen te doen ende effectueeren.
Soo compareerde voor Heeren Schepenen des Dorps van BAECKEL ondergent. de voors. EMKE PETER ANSUMS Wed. GOORT CORSTENS geassisteert met MARCELIS ANSUMS haeren in desen gekoozen vooght, ende verclaert aen dese Gemeente tot ontlastinge van de gem. Borgtoghte, ende betaelinge van dien overt te geven alle de restanten, die van haerent wegen als nogh in’t borgemeestersboeck open staen ende vorderen sijn, om tot des gemeijntes behoeven alle de selve geinndt, ontfangen, ende ingevordert te worden.
Geloovende sij comparanten deselve restanten altijt deugdelijck te sullen maken ende doen houden, uijtgenomen die van onvermogende persoonen, als sullende de gemeijnte haer moeten vergenoegen met dat, daer van comt, ende dien volgende dese gemeente het geheel restant te doen genieten ende profiteeren, sonder dat van haerent wegen daer op enigh schult sal behooren gecort te worden. Alsoo sij comparante gelooft haere particuliere schulden selfs in haere eijge privé te sullen voldoen ende betaelen.
Ende gelooft sij comparante daer en boven aen de gemeente effen naer den oicxt aenstaende te sullen tellen eene somme van drie hondert guldens eens. Ende ingevallen het mogte gebeuren, dat sij comparanten dese haere gelofte niet en quame te voldoen, soos al de Gemeente vrij staen haer comparante op het rigoreust te constringeeren < = dwingen >, soo tot het vrijen ende ontlasten van de voors. borgtoghte, als andere schulden aen de Gemeijnte verschult, daer aff getrocken het geene als dan bij de gemeijnten ende andere uijt haere naeme uijt het borgenmeestersboeck sal wesen ontfangen, daer toe in sulcken gevalle gebruijckende haer legael hypotheecq, of wel speciael ende generael, of andere middelen van regt, het welck de voors. gemeente oijt ofte oijt moghte gecompeteert hebben, als niet willende nogh begeerende dat het selve enigerlij wijse door desen sijne kragt soude verliesen maer ter contrarie wilt ende begeert sij comparante, dat alle middelen ende reght de gemeente competeerende door dese in geene deele sal werden vermindert, maer wel eer vermeerdert renuntieerende ten dien einde van alle benefitien, haer enigsints ten stade connende comen, ende voornamentlijck legionis ultra dividuum < ??? >, des soo sal de comparante daer voor gedechargeert ende ontlast blijven van alle schulden ende lasten spruijtende ter saecke van’t Borgemeestersambt bij haere voors. man zaliger bedient. Ende verders niet oock belooft ende neemt de comparante bij desen aen den arbeijder die de gemeente haer sal besorgen tot het in vaeren ende dorssen van des voors. comparantes graenen ten velde staende op haer eijge koste te moeten onderhouden in montcost ende dranck, ende des selfs dagh ueren of loon te betaelen tot tijde ende wijle dat den boeckwijt sal gedorst zijn sonder verders. Ende tot meerder seeckerheijts deser Compareerde mede MARCELIS ANSUMS des eerste comparantes swager den welcke heeft gelooft als schuldenaer principael de voors. somme van drie hondert gulden effen naer den aenstaende oicxt aen dese Gemeijnte als sijn eijge schult te betaelen, onder verbant van sijne persoon ende alle sijne goederen hebbende ende vercrijgende.
Aldus gedaen ende gepasseert in presentie van JAN JANSSEN HOBERGEN, JAN GOORTS van den EIJNDE, DENIS JAN JOOSTEN, ende CORSTIAEN ANSUMS, Schepenen in BAKEL desen dertigsten Junij XVIC negen en negentigh.
JAN JANSSEN HOOBERGEN.
DENIS JAN JOOSTEN.
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
Dit hantmerck stelt CORSTIAEN ANSUMS verclaerende X niet anders te connen schrijven.
Bron als boven. Folio 42 verso.
d.d. 30-06-1699.
Compareerde voor Heeren Schepenen des Dorpa van BAECKEL ondergenoemt WILLEM HERMENS ende JAN WILLEMS beijde inwoonderen alhier ende geweesen Borgemeesters op den voors. Dorpe van BAECKEL, de welcke bij desen lijden ende bekennen ingevolge de procuratie in dato den negentiende Februarij XVIC negen en negentigh bij JAN JANSEN HOBERGEN cum aliis alle inwoonderen alhier op de voorschr. Comparanten verleden ende gepasseert van Juffrou MEGHTELDIS van WAMEL woonende tot S’HERTOGENBOSSCHE op interest genomen, ende ontfangen te hebben voor den tijt van vijft eerstcomende jaeren eene somme van twee dusent gulden capitael breeder in de voorschr. procuratie vermelt, ende daer van aen de voorn. JAN JANSEN HOBERGEN cum suis te hebben overgestelt, ende behandight eene somme van sevenhondert gulden capitael, ende de resteerende penningen ter somme van dertien hondert gulden ten behoeven van haer comparantes te behouden, ende onder haer te slaen. Ende gebouwen dierhalven den voorn. JAN JANSEN HOOBERGEN beneffens sijne verdere constituanten in dier qualiteijt geloovers van de voors. capitale somme van twee dusent gulden pro rato ende ten reguaerde < = rechtvaardig in acht nemen > van de voors. dertien hondert gulden Mette interesten van dien altijt te sullen indemneeren < = schadeloos houden > kosteloos ende schadeloos houden ende doen houden onder verbant van haere respt. Persoonen ende goederen present ende toecomende.
Actum desen dertighste Junij XVIC negen ende negentigh. Coram JAN GOORTS van den EIJNDE, ende DENIS JAN JOOSTEN Schepenen.
WILLEM HERMENS.
DANIEL JAN JOOSTEN.
Dit ist X Merck van JAN WILLEM JAN CEELEN, verclaert niet te connen schrijven.
JAN GORDTS van den EIJNDEN.
Bron als boven. Folio 43 recto.
d.d. 14-09-1699.
Dat voor ons gekomen is de Heer COSSMA SALENS als man ende momboir van ANNA HUIJBERTS beijde residerende tot BRUSSEL, den welcke in dier qualiteijt inne presentie ende met consent van de voors. sijne Comparants jegenwoordige huijsvrouwe, (die tot het naervolgende verklaert volcomentlijck te consenteeren) heeft verclaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met helmelinghe vertijdeninsse erffelijck over te geven, gelijck hij doet bij desen, aen ende ten behoeve van JAN PETER STERCKEN inwoonder alhier, sijns comparants portie hem competeerende in seeckere erve bestaende in huijssinge, schuer, schop, waij, ende saijlanden met zijne verdependentie, ende appendentie van dien hoff ende aengelagh, groot te samen ontrent twintigh Loopensaten, noghtans soo groot ende kleijn, als het selve binnen desen Dorpe van BAECKEL ter plaetse onder de Heerlicheijt van MILHEESE gestaen ende geleghen is in sijne bekende reengenooten aldaer ter plaetse in DE BOOGHT, soo en in dier voegen het selven hem comparants uijt hoofde van sijne voors. huijsvrouwe bij versterff van des selfs ouders zaliger aengecomen is, ende gelijck sulx ANTONIS WILBORTS in hueringe, ofte gebruijck is hebbende, los ende vrij, behoudelijck dat uijt jaerlijcx te vergelden staende aen H. Geest van HELMONT twee guldens ende vijff stuijvers.
Item eenen grondchijns van eenen gulden ende eenen stuijvers ende twee ort aen den Heer van MILHEESE uijt voorschr. geheele erve te vergelden staende, voorts los, ende vrij behoudelijck daer voorts alle stegen, wegen, ende waterlaten, daer met recht over ende doorgaende dorps commer, lasten, ende verpondinge, aen te vaerden de voors. groese te halff Meert, de huijsinge te Pincxteren, ende het teullant toecomende oicxbloot aen de stoppelen alles van den naestcoomende jaeren seventien hondert, mits treckende de helfte vande voors. huerpenninge die verschijnen sullen op Lightemisse van den daer aen volgende jaere seventien hondert ende een, met de voors. pagten ende grondchijnsen alsdan ingaende.
Geloovende den voors. transportant dit cedeeren transporteeren, ende erffelijck over geven ten behoeven als boven altijt voor goed, bondigh, ende van waerden te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van sijnen persoon ende alle zijne goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen veertiende September XVIC negen ende negentigh. Coram JAN JANSEN HOBERGHEN ende DENIS JAN JOOSTEN Schepenen.
Den coop is soo parthijen verclaeren 292- 0- 0
Uitgenomen lasten sijn in capitael begroot van de helfte 36- 0- 0
waer van de 40e penninck is bedraeght 329- 0- 0
thiende verhooging is 8- 4- 0
16- 8
9- 0- 8
DRIES JAN JOOSTEN.
Bron als boven. Folio 44 verso.
d.d. 21-09-1699
Dat voor ons gekomen zijn PETER DIRCX inwoonder tot DEURSSEN < = vermoedelijk DEURNE > als last hebbende van AERT HUIJBERTS inwoonder tot BERLICUM ende sigh selven voor den voorn. AERT HUIJBERTS fort, en sterck maeckende ende derato caveerende < = is borg blijven voor een ander die principaal schuldenaar is, zoo lang tot dat hij ’t zelve aanneemt, ende van waarden houd ’t gene de borge heeft gedaan, of anders blijft den borg als principaal verbonden >.
Mitsghaders COSMA SALENS in huwelijck hebbende ANNA HUIJBERTS mede alhier present, beijde resideerende tot BRUSSEL, den welcke in dier qualiteijt te samen hebben verklaert wel ende wettelijck te cedeeren, te transporteeren, ende met helmelingen vertijdenisse erffelijck over te geven gelijck zij doen bij desen aen ende ten behoeve van AERT JOOSTEN inwoonder alhier, als mede aen ende ten behoeven van ANSUM GOORTS inwoonder tot GEMERT ijder voor eene gereghte helfte, alsulcke erffelijcke ende jaerlijcxe renthen van tien gulden s’jaers, waer van het capitael staet te lossen met eene somme van twee hondert gulden staende tot lasten van de goederen van WOUTER HENDRICKS gelegen alhier aen’t MATHIJS EIJNT, ingevolge den originele renthenbrieff zijnde van dato den tweede Junij 1655 daer van zijnde ende alhier voor Heeren Schepenen van BAECKEL gerigstreert.
Item alnogh alsulcke Schepenen gelofte, offte erfrenten van vier hondert gulden capitael Mette respt. Interesten ende verloopen van dien tegens vijff gulden, van ijder hondert, jaerlijcx staende tot lasten van de goederen van SEIJCKE Wed. wijlen JOOST JOOSTEN ende CORNELIS GOOSSENS conform < = gelijk gemaakt > de origineele respt. Schultbrieff van dato den vijftiende Meij 1664 gepasseert voor Heeren Schepenen alhier.
Geloovende de voors. transportanten in qualiteijt ende hun fort ende sterck maeckende als voore, dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, bondigh, en onverbreeckelijck van waerden te sullen houden ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma onder verbant van haere respt. Persoonen ende goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen een ende twintigste September XVIC negen en negentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK, ende CORSTIAEN ANSUMS Schepenen tot BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 300 gulden.
40e penninck is 7-10- 0
10e verhooging is 0-15- 0
8- 5- 0
LAMBERT van der ASDONCK.
Dit hantmerck stelt CORSTAEN ANSUMS verclaerende niet anders te connen schrijven.
P.S.
! In de marge !
Compareerde voor JAN HUIJBERS van LEIJENBURG ende ADRIAEN JANSSEN van de LOO, Schepenen alhier, WILLEM ANSEMS van HOUT als momboir van de onmondige kinderen van WILLEM ANSEMS van den ELSEN, SIJMEN PENNINX hem fort en sterck maeckende voor GOORT ANSEMS van den ENSEN ende ANSEM JANSSEN van den HEUVEL als man ende momboir van JENNEKE ANSEMS van ENSEN als kinderen ende Erffgenaemen van ANSEM GOORTS van den ENSEN inwoonderen van GEMERT, denwelcke bekennen ontfangen te hebben van HENDRICK JOOSTEN, Schepen alhier, de somme van veertigh gulden, waer mede deselve verclaeren ten vollen voldaen en betaelt te sijn van de helft van dese twee ende vier hondert guldens in dese neffens gaende transporte, geinsereert < = ingezet >.
Compareerde mede AERT JOOSTEN de VET inwoonder alhier den welck mede bekent voor de ander helft vande twee á vier hondert guldens mede door HENDRICK JOOSTEN voldaen en betaelt te sijn.
Consenterende sij Comparanten ider voor soo veel hen aengaet inde cassatie < = afschaffing > en roijeringe < = uitdoen; uitschrabben> deser. Concl…….. allen die in ider ander originele geloftens te casseren en roijeren wanneer die nae dato agterhaelt en gevonden mogten worden als verclarende sij comparanten haer der selver te hebben, en soo sij eenige mogte becomen deselve aen HENDRICK JOOSTEN te sullen overleveren.
Geloovende een ider dit voor goet te sullen houden en doen houden onder verbant als naer regten.
Actum BAKEL den twaelfden Julij 17C eenentwintig.
JAN HUIJBERTS President.
ADRIAEN IJANSEN van de LOO.
Mij present, de CORT, Secretaris.
Bron als boven. Folio 46 recto.
d.d. 07-10-1699.
Dat voor ons gekomen is WILLEM JANSEN van GERWEN inwoonder tot GEMERT in sijn volle bedde zijnde, den welcke wel ende wettelijck heeft gecedeert
< = afstand gedaan >, getransporteert, ende met helmelingen vertijdenisse erffelijck overgegeven gelijck hij daer bij desen, aen ende ten behoven van de Heer PAULUS van der SANDEN inwoonder alhier een stuck teullants groot een Loopensaet ende een ende veertigh Roeden, nogtans soo groot ende kleijn, als het selve alhier binnen den dorpe van BAECKEL ter plaetse aghter HERMEN WILLEMS schuer gelegen is met d’een zijde de kinderen JOOST WILLEM HERMENS, d’ander zijde MIGHIEL van der BIJL nu den cooper in desen, d’een eijnde de wegh ende d’ander eijnde de gemeene Straet, los ende vrij, behoudelijck alle steghen, wegen ende waterlaten, daer met recht overt ende dorgaende dorps commer, lasten ende verpondinge, aen te vaerden aenstonts, met de voors. dorpslasten nu prima October deses Jaers XVIC negen en negentigh ingegaen, alles soo ende in dier voegen ’t selven transportan van de soonen ende erfgenaemen van HUIJBERT MATHIJSSEN van CROIJ, ende MARIA WILLEM HERMEN MANDERS bij coop aengecomen is, uijtwijsens des selfs titul van verkrijgh alhier aen den cooper in dese overgelervert.
Geloovende den voors. transportant dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeve als boven, altijt voor goed, ende van waerden te sullen houden, ende doen houden met gelofte van guarantschap in forma, onder verbant van zijnen persoon, ende alle zijne goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen sevende October XVIC negen en negentigh.
Coram de Heeren LAMBERT van der ASDONCK, ende JAN JANSEN HOOBERGHEN Schepenen tot BAKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 65 gulden.
Waer vande in voldoeninge vande 40e penninck 1-12- 8
Betaelt is 0- 3- 4
1-15-12
LAMBERT van der ASDONCK.
JAN JANSEN HOOBERGEN.
Bron als boven. Folio 46 verso.
29-10-1699.
Dat voor ons gecomen is DRIES JAN GOORTS in sijn volle bedde zijnde, den welck wel ende wettelijck heeft gecedeert, getransporteert, ende met halmelinge vertijdenisse erffelijck overgegeven, gelijck hij doet bij desen aen ende ten behoeven van Juffrou MARIA van REENEN huijsvrouwe van Sr. GERARD BECKERS eene wel gelegene huijsinge met een hofken daer aen gehoorende gestaen ende gelegen alhier binnen den dorpe van BAECKEL ter plaetse aen de kercke groot ontrent een roede, nogtans soo groot ende kleijn hetselve ter plaetse voors. gestaen ende gelegen is met d’een zijde de gemeene Straet, d’ander zijde THIJS WILM HERMENS schietende van de erve van THIJS WILLEM HERMENS op erve van JAN de SMITH, mits dat daer eenen wegh moet blijven tusschen het huijs van JAN de SMITH, ende het huijs vande voors. Juffrou MARIA van REENEN los, en vrij behoudelijck hier uijt jaerlijcx te vergelden staende drie gulden tien stuijvers aen de kerck van BAECKEL voorts alle steghen, wegen, waterlaten, ende alle gebuerlijcke reghten daer met regt over ende doorgaende dorps commer, lasten ende verpondingen.
Geloovende de voors. transportant dit cedeeren, transporteeren ende erffelijck overgeven ten behoeven als boven altijt voor goed, ende van waerden te sullen houden ende doen houden met helmelingen vertijdenisse in sulx gewoonelijck, onder verbant van sijne persoon ende alle zijne goederen hebbende ende vercrijgende.
Actum desen negen en twintighste October XVIC negen en negentigh. Coram LAMBERT van der ASDONCK ende DENIS JAN JOOSTEN Schepenen tot BAECKEL.
Den coop is soo parthijen verclaeren 300- 0- 0
D’uijtgaende pagten sijn in capitael begroot op 87-10- 0
387-10- 0
40e penninck is 9-13-12
10e verhoging is 19- 8
10-13- 4
DRIES JAN JANSEN.
LAMBERT van der ASDONCK.
Bron als boven. Folio 47 verso.
d.d. 30-11-1699.
Dat voor ons is MARIA GEERLINGH meerderjarige docghter geassisteert met DRIES JAN JOOSTEN als haeren in desen geassumeerde < = meegenomen > momboir, inwoonderse alhier, JOOST GEERLINGHS woonende tot VENROIJ, ende HERMEN PETERS als in houwelijck hebbende MARIA GEERLINGHS inwoonder alhier, tesamen kinderen, en erfgenaemen van wijlen GEERLINGH JOOST GEENEN verweckt aen MARGRIET PETERS in haeren leven egte lieden ende wettige beddegenoote alhier de welck verclaeren in dier qualiteijt met malcanderen aengegaen en gemaeckt te hebben eene minnelijcke erffscheijdinge, schiftinge, ende wettige deijlnge van alle de goederen ende effecte bij haere overleden ouders zaliger metter ontruijmt, ende agtergelaten ende bij welcke erfscheijdinge, ende deijlinge metten
Eersten Loothe ofte cavelinge ten deele gevallen is MARIA GEERLINGS geassisteert als voore eene woonhuijsinge met een derde part in het aengelagh gelegen Noortwaerts, of naest den erve van CEIJCKE JOOSTEN groot int geheel ontrent het voors. aengelagh de twaalff Loopensaten ofte soo groot ende kleijn als het selve alhier ter plaetse op MILHEESE gestaen ende gelegen is int MAESBROECK, werdende jegenwoordigh tselve bij haer bewoont ende gebruijckt.
Item eene acker gent. DEN PAELENACKER groot drie Loopense ende negentien Roeden gelegen tot MILHEESE voorschreven met d’een sijde Juffrou BECKS, d’ander zijde de kinderen WILBORT JAN WILBORTS, d’een eijnde de Heere van MILHEESE, ende d’ander eijnde den gemeenen wegh.
Item nogh ontrent een Loopense in een stuck teullants gent. HET KAECKVELD groot int geheel 3 Loopensen ende 45 Roeden waer van haer portie sigh is uijtstreckende, of uijtcomende naest de erven van CEIJCKE JOOSTEN.
Item nogh een onbedeijlde derde part van HET EUWSEL, ofte heijtveld soo groot ende kleijn tselve alhier int MAESBROECK gelegen is, los ende vrij behoudelijck hier uijt te vergoeden staende een derde part ter somme van ses stuijvers in een jaerlijcxe pagt van achtien stuijvers aen de Rentmeester de HEURN tot S’BOSCH, voorts alle stegen, wegen, ende waterlaten, dorps lasten aen het tweede Loth de somme van vijff ende dertigh gulden eens tot egalisatie.
Tweede Loothe, ofte cavelinge ten deele gevallen is JOOST GEERLINGS, het schop Mette derde middelste portie int aengelagh groot int geheel ontrent de twaalff Loopense onbegrepen gelegen alhier tot MILHEESE ter plaatse int MAESBROECK aldaer.
Item eene acker gent. DEN HUIJSACKER groot ontrent seven Copsaten.
Item nogh eenen acker insgelijcx gent. DEN HUIJSACKER groot ontrent een Loopensaet gelegen tot MILHEESE voors. in hunne bekende reengenooten aldaer.
Item ontrent seven en veertigh ende een half Roede int KAECKSVELD neffens de eerste condividente in desen, zijnde in’t geheel groot ontrent de drie Loopense ende vijff ende veertigh Roede nogtans soo groot ende kleijn tselve tot MILHEESE gelegen is in sijne bekende reengenoten.
Item een derde deel int een stuck heijtveld gent. HET EEUWSEL soo groot ende kleijn het selve ter plaetse int MAESBROECK gelegen is, los en vrij, uijtgenome ses stuijvers in eenen meerderen paght van achtien stuijvers uijt de voorschreven goederen jaerlijcx te vergelde staende aen Rentmeester HEURN tot S’BOSCH, voorts los en vrij, behoudelijck alle stegen, weghen ende waterlaten, daer aen met regt over ende doorgaende dorps lasten ende verpondingen ende moet dit Loth trecken vant eerste loth vijff en dertigh gulden eens tot egalisatie ende moet nog trecken vant derde Loth de somme van tien guldens.
Metten derde ende laetste Loothe is HERMEN PETERS noe uxoris ten deele gevallen de schuere metten derde part van het aengelagh naest de zijde van de kinderen van JAN MAESBROECK groot int geheel ontrent de twaalff Loopense begrijpende, nogtans soo groot ende kleijn het selve alhier tot MILHEESE ter plaetse int MAESBROECK gestaen ende gelegen is.
Item een stuck ackerlants genaemt DE GEER groot twee Loopense, nogtans soo groot ende kleijn die alhier tot MILHEESE gelegen is, met d’een zijde ende eene eijnde de Kinderen THEUNIS JOOST GEENEN, d’ander zijde ………………. ende d’ander eijnde de Kinderen PETER AERT STERCKEN.
Item nogh twee Loopensen in een stuck teullants gent. HET KAECKSVELD neffens erve DENIS JAN JOOSTEN, groot int geheel ontrent 3 Loopensen ende 41 Roeden gelegen alhier tot MILHEESE.
Item nogh een derde part in een heijtveld gent. HET EUWSEL soo groot ende kleijn het selve ter plaetse ende gelegen is in sijne bekende reengenooten aldaer los ende vrij behoudelijck uijt het voorschreven stuck teullants DE GEER gent. Jaerlijcx te vergelden vier penningen onbegrepen chijns int boeck van MILHEESE.
nogh ses stuijvers in een meerderen pagt van achtien stuijvers aen den Rentmeester van de Geestelijcke goederen, voorts alle stegen, wegen ende waterlaten, dorps commer, lasten ende verpondingen ende moet dit Loth uijtkeeren aent tweede Loth de somme van tien gulden eens, tot egalisatie van dien.
Geloovende de voorschreven comparanten ende condividenten d’een op ende van des anders portie wel ende wettelijck te renuntieeren ende afstand te doen gelijck sij doen bij desen, mitsgaders dese erffscheijdinge ende deijlinge altijt voor goede ende van waerden te sullen houden, ende doen houden, ende een ijder de pagten in ijders portie of Loth hier vooren aengegroot soodanigh altijt te sullen bij betaelen, dat des anders portie daer mede noyt en werde gemolesteert ofte belast ende ofter naemaels nogh eenige paghten, renthen, of chijnsen meer mogten bevonden werden uijt de voors. goederen, te gaen, dan voorschr. staet, daer inne malcanderen altijt te guarandeeren, te helpen dragen, ende aencopen naer Lants regten mitsgaders malcanderen te sullen wegen, gelijck sij tot dato deses altijt gedaen hebben onder verbant van haere respt. Persoonen, ende goederen present ende toecomende.
Actum desen 30e November 1699. Coram LAMBERT van der ASDONCK ende DENIS JAN JOOSTEN Schepenen.
DENIS JAN JOOSTEN.
LAMBERT van der ASDONCK.
Los blad uit het Archief GEMERT- BAKEL.
Inv.nr. AB. 016 234.
d.d. 03-02-1699.
Mijn Heer de WIT.
Den inhout van’t accoort tusschen mij, en brenge deses luijt aldus, dat ick den 10 December 1698 overgegeven hebbe in vaste koop het goet tot BAKEL aen’t GINNEN EIJNDE soo als EVERT MARTENS, WILLEM THONEN, en THEUNIS HENDRICK GOORTS dat van mij in gebruijck gehadt heeft en dat aen PEETER ANDRIES ANSSEMS HOEFNAGELS, woonende tot MELIS onder BAKEL in DE HOEF, onder conditie als volght, te weten dat den voorschreven kooper los en vrij sal moeten betaelen de somme van sestigh gulden en elf duijsent klot, ieder karre op een rijcxdaelder gewaerdeert, ende dat den cooper oock alle oncosten, hoedanigh die souden mogen wesen van Chijns, opdracht penningen en soo voort, geheelijck sonder cortinge sal moeten betaelen. Ende dat toekomende Pinxteren 1699 den kooper sal konnen de plaetse daer ’t huijs afgebrant is aenveerden mit den hof op behoorlijcken tijt, en ’t lant toekomende ooghst met de stoppelen. Wat nu aengaet het gelt de sestigh gulden, die hebben ontfangen, ende een karre klot: maer dien anderen klot belangende, vertrouwende dat den kooper daer over mij sal contentement geven. U Ed. kont de opdragt doen aen den kooper, soo als men gewoonlijck is te doen, dogh moet U Ed.betaelen geheelijck van alles verblijvende U Ed. Vrint.
AERLE desen 3 Februarij 1699.
LAMBERTUS van FLODORP, Predikant tot AERLE etc.
Los blaadje uit het Archief GEMERT – BAKEL.
Inv.nr. AB. 016 234.
d.d. 13-05-1699.
JAN HERMENS als in houwelijck hebbende Wed. CATALIJN MARCELIS ende FRANS JANS als transport hebbende van JOCHEM MARCELIS qq Erffgenaemen van wijlen MARCELIS GERITS ende JENNEKEN JOCHEM BANCKERS.
1e Loote JAN HERMENS ten deele gevallen het huijs genoemt OUT HUIJS genaant DEN SWAEN mette brouwerije gereetschap mette schop en hoy ende met de helfte van teullant, ende groeslant groot ontrent te samen 25 Loopense teullants ende 8 Loopense groeslants, uijt dit loth gaen 500 gulden capitael aen LIJNEKE PAULUS de VETH, 150 gulden item aen de Kinderen MARTEN JAN JOOSTEN 150 gulden, EIJCKE JOCHEMS 150 gulden, item aen PAULUS HOUBE qq 50 gulden.
Item 2e Loot de Brouwhuijs app. ende dependentie van dien met aengelagh in de helfte van’t voorschreven lant ende weijde groot in’t geheel als voorz. waer uijt is gaende 100 gulden capitael aen LIJNEKE PAULUS. Item nogh een sille hoijlants gelegen tot AERLEBEECQ gelegen naest een ander sille hoijlants groot 4 Loopense gelegen tot AERLE ende gecomen van MARCELIS GEERITS.
Actum desen 13 Meij 1699.
Coram L. vande ASDONCK ende HERMEN PETERS.
← Terug naar: Bakel 1500 - 1599Verder naar: Bakel 1700 - 1709 →