Zo maar wat brokstukjes
Trainen met of zonder licentie
Een officiële, gediplomeerde trainer kende men in vroegere jaren niet. Er werd wel eens geoefend onder leiding van een eigen speler of iemand van een andere club. Bij Bavos gebeurde dat onder andere door Cor v.d. Ven (broer van Noud), Huub Maas (Kolping S.D.W.) en Adje Maas (Helmondia). Later mocht er alleen getraind worden met een door de K.N.V.B. afgegeven licentie, waarbij nadrukkelijk gesteld werd, dat het belangeloos diende te geschieden.
Dré Crul, al trainer-speler vanaf 1947, kreeg een dergelijke licentie voor de periode 27 september 1951 tot en met 31 mei 1952. Een hernieuwd verzoek werd, gezien zijn straflijst, afgewezen. Ja, ja, een strenge K.N.V.B. voor onze Dré, die - het zij toegegeven - op het voetbalveld behalve herhaaldelijk een kogel op doel afvuurde, een enkele keer wel eens terecht of ten onrechte een opmerking aan het adres van de scheidsrechter lanceerde. Hoe het ook zij, licentie of geen licentie, Dré Crul trainde gewoon door tot in 1960.
Zijn opvolger, zwager Jan Berenschot, had soortgelijke problemen. Een eerste licentie-aanvraag werd afgewezen bij brief d.d. 19 februari 1960. Binnen een maand kwam de bond op die beslissing terug en verleende alsnog toestemming tot het belangeloos trainen voor de verdere duur van het lopende seizoen. Verlenging van de licentie was evenwel uitgesloten. Toch bleef Jan Bavos' oefenmeester tot 1964.
Ferme jongens, stoere knapen
Het volgende citaat uit het jaarverslag 1953-1954 spreekt voor zich zelf. "De elftalcommissie is er weer niet zonder kleerscheuren afgekomen. Een van haar leden vond de last te zwaar en bedankte voor de twijfelachtige eer. De andere twee, de heren J. Beijers en F. Goossens trotseerden alle cyclonen, orkanen, stormen en windvlagen, en bleven op hun post. Zij verrichtten absoluut knap werk, alhoewel hun geen kritiek bespaard bleef van alle kanten."
Die Sjaak en Frans toch! Ferme jongens, stoere knapen!, Vindt u niet?
Feest of geen feest, ....in ieder geval een plaquette
De K.N.V.B. maakte zich indertijd nogal zorgen omtrent het zilveren jubileum van Bavos, zo blijkt uit een brief van 5 januari 1955. Hierin schrijft de bond, dat gezien de oprichtingsdatum onze vereniging reeds ongeveer een maand eerder haar zilveren bestaansfeest had kunnen vieren. Uit de verdere inhoud van de brief bleek, dat de K.N.V.B. nogal in z'n maag zat met een bronzen plaquette. Verzocht werd namelijk inlichtingen te verstrekken omtrent eventuele voornemens tot het alsnog vieren van het jubileum. Bestonden die niet, dan zou het kleinood worden toegezonden.
Bavos vierde wel degelijk het 25-jarig bestaan. Het was inmiddels wel 30 juli 1955 geworden, doodsimpel omdat er niet eerder een zaal was om de hele Bavosfamilie te herbergen.
De K.N.V.B. hoefde de plaquette niet op te sturen, bondsafgevaardigde de heer Van Loenhout kwam ze netjes uitreiken.
Leo's mooiste
Sportieve, boeiende wedstrijden in de vierde klas waren steeds die tussen Bavos en Mulo, rivalen, die elkaar niet veel ontliepen. Nu eens zegevierde Mulo, dan weer Bavos en soms was een puntenverdeling het resultaat.
Leo v.d. Laar, toentertijd toonaangevend Bavosspeler en nu met z'n 61 jaar nog actief veteraan, zaalvoetballer, jeugdleider en -trainer, heeft zo zijn herinneringen aan die ontmoetingen.
Van Mulo-Bavos op 10 januari 1965 staat hem nog voor de geest, dat de Bavoslui na een mentale opfrisser vooraf in clubhuis Vermulst, zelfverzekerd het spiegelgladde veld opkwamen.
De Mulo-trainer kreeg meteen te horen met een geladen elftal te doen te hebben: "Wij komen Mulo vandaag in 't pak doen. Houd er rekening mee, wij hebben het afgesproken." Het bleef niet bij woorden, getuige de 3-4 uitslag.
De beste herinnering bewaart Leo echter aan Bavos-Mulo op 21 september 1958, door Bavos met 5-2 gewonnen. Hij scoorde toen zijn allermooiste doelpunt. De voorzet uit een hoekschop van C. v.d. Ven nam de Bavosrechtsbinnen ineens op zijn slof: "Wat een beauty", zou Hugo Walker gezegd hebben.
Ne kurref eier en .... ellef meter worst
Veldhoven, Paasmaandag 1960.
Bavos zou op initiatief van Kapelaan Van Kemenade tegen derde klasser Rood-Wit spelen ten bate van het feestcomité ten gunste van de priesterwijding van een broer van de Bavos' geestelijk adviseur. Scheidsrechter en Rood-Wit-team, alsmede een talrijke supportersschare waren in afwachting van de Bavosspelers.
Wat keek men raar op, toen er in plaats van voetballers in rood-zwart tenue, elf boeren in blauwe kiel, manchester broek en met zwart-zijden pet, aantraden. Het zou toch niet waar wezen, spelen tegen zo'n stel boeren!
Een Baokelse boerin (Gerda v.d. Waardenburg-v.d. Laar) op klompen en verder uitgedost met pelerine en origineel wit mutsje bracht uitkomst. In smeuïg Baokels dialect bood zij eerst de Rood-Wit aanvoerder ne kurref mee paoseier aan en liet vervolgens de Bavosspelers zich ontdoen van hun boerenklerage. Deze ludieke geste vooraf, het spannende duel (3-3) op zich en de nadere kennismaking na beëindiging hielden beloften in voor de return.
Bakel, 2e Pinksterdag 1960.
Rood-Wit zou in alle opzichten revanche nemen. In ruil voor de kurref eier bracht de Rood-Wit aanvoerder "ne worst van wel ellef meter" en een stel ouderwetse 'boerenmikken" mee. Verder eindigde de wedstrijd, die voor rust onderbroken werd vanwege een hevige onweersbui met wolkbreuk, in het voordeel van de Veldhovenaren (0-4).
Wat er zich nadien nog afspeelde, beschreef de "Rood-Witter" als volgt: "In clublokaal Vermulst hebbe we in tegewoordigheid van Kapelaan Martien en z'n ouwers 'n feestelijke verbroedering gevierd tusse Bavos en Rood-Wit. Urst ging de worst eraon, daornao d'n dorst! En toen de Baokelse brandweer de straote zowa ha dreuggepompt zen we nog 'n straotje om gelope en hebbe we al wa we aon dorst toen nog overhadde, in Baokel achtergelaote as andenke aon de grandioze ontvangst en de enorme gastvrijheid, die we daor genote hadde. Zo zen we dan gespijsd, gelaafd en uiterst voldaan naor Veldhove gebust."
Was dat wel gemeend?
Het volgende deed zich voor tijdens de wedstrijd E.L.I.-Bavos op 26 november 1964. Bavos-linksbuiten Jan v.d. Mortel scoorde na rust het enige doelpunt van de wedstrijd door een voorzet van Henry Jansen onhoudbaar in te koppen (0-1).
Wie schetst de verbazing van de verslagen E.L.I.-doelverdediger, toen de maker van de goal hem enkel het ene, onverwachte woordje "sorry' in de oren fluisterde!