Het kostershuis
Als we nu teruggaan naar de hoofdingang, zien we links van de kerk het "kostershuis", zo genoemd omdat de koster in het linkerdeel van het huis heeft gewoond. Het rechterdeel is het oudste. Men bouwde daar in 1830 in de luwte van de kerk een klein schooltje ,een soort schoolboerderij, ter vervanging van een schooltje annex schoolmeesterswoning, dat eerst als een bouwval aan de andere kant van de kerk stond.
In 1864 werd er tegen de voorkant van de schoolboerderij een woonhuis gebouwd. Hierin woonden eerst de schoolmeester, daarna vroedvrouw Nipperus en uiteindelijk koster Jan v.Berlo, die overigens zelf nog twee jaren op het schooltje zat. Toen aan de Deurneseweg een nieuwe school werd gebouwd, werd de schoolboerderij verbouwd tot magazijn, maar vanuit de tuin van de koster bleven de oude schoolramen zichtbaar. Later werd het gebouw gebruikt als huishoudschool, brand-weerkazerne en gevangenis. Sinds 1994 is het rechterdeel door het St.Willibrordus Gilde in gebruik genomen als gildekamer en enkele jaren later werd aan Harmonie Musis Sacrum het middendeel toegewezen als vergaderruimte, archief en instructielokaal. Na de dood van "Jan de koster", in 1997, is het voorhuis opgeknapt en dat wordt nu gebruikt door Heemkundekring Bakel en Milheeze.
Buiten de kerkhofmuur is een "Willibrordusputje" gebouwd ter herinnering aan de waterkuilen die door Willibrord als doop putten werden gebruikt. Overigens kwam hij niet alleen om te dopen maar ook om te bedelen. Vroeger was er een put onder het huidige parkeerterrein aan de oostkant van de kerk.
Het kerkhof
Het kerkhof strekte zich vroeger uit over een grote vlakte ten noorden van de kerk. Het was niet duidelijk afgebakend. Niet altijd werden doden uit Bakel hier begraven. Zo werden de doden uit de buurtschappen Schouw en Molenschot in Deurne begraven terwijl de begrafenisplechtigheid in Bakel plaats vond. Er werd gezegd: "in Bakel de dank, in Deurne de stank".
Op dat open terrein vonden zelfs gevechten plaats tussen de troepen van de hertog van Brabant en Gelre. Zo legde veld-heer Maarten van Rossum namens het hertogdom Gelre de kerk en omgeving in de as. Ook in 1625 waren er gevechten tussen het voetvolk van Den Bosch en Grave, waarbij een dode viel. Daarom wijdde Pastoor Verhoeven het ontheiligde kerkhof opnieuw in. In de Franse tijd moest men de "dodenakkers" (het kerkhof) ommuren. Maar de gemeente Bakel had onvoldoende geld en kreeg toestemming om een beukenhaag te planten in plaats van een muur. In 1833 was er wel voldoende geld en Pastoor J. van de Donk liet toen een muur bouwen.
Een ingemetselde steen in de linkerhoek aan de binnenkant van de kerkhofmuur vermeldt bouwer en bouwjaar. Links van de muur werden later rode beuken geplant.
Op het kerkhof worden nu nauwelijks nog doden begraven. Meestal wordt voorkeur gegeven o.a. De Hoberg. Vooraan op het kerkhof bij de kerk zijn de meeste graven al geruimd en/of verplaatst. Zo bevindt het "Nederlands oorlogsgraf" van P. Vogelsangs zich nu rechts van de Calvarieberg. Hij sneuvelde op 11 mei 1940 nabij Veghel.
Centraal op het kerkhof kort bij de Calvarieberg liggen enkele pastores van de kerk van Bakel begraven zoals Smits, van Bokhoven, van Zeeland, Wassenberg en verder twee burgemeesters, namelijk Diepstraten en van de Wildenberg.
De Calvarieberg, weergegeven als een rots, is opgebouwd uit sloopafval van de kerk. Daarop staan naast een kruis de gietijzeren beelden van Maria en Johannes.
Tegen de achtermuur vindt U het reeds genoemde 2,6 meter hoge beeld van St. Willibrordus. Het is van Luikse zandsteen. Hij draagt hier een Pallium, een schoudermantel, het waardigheidsteken voor een aartsbisschop. In de linkerhand heeft hij een boek als verkondiger van Gods woord met daarop een kerktoren als stichter van kerken. In de rechterhand houdt hij een korte staf vast met een afhangende vaan als reizend prediker, die de banier van het geloof met zich meedraagt.
Wellicht kwam bij U de vraag op: Waar ligt de pastorie? Welnu. Die staat op de kruising Helmondstraat/Gemertseweg, dus ver van de kerk en op wat vroeger de "Kerk-hof" heette, oftewel de hof of het land van de kerk. Deze pastorie is in 1768, dus in de "protestantse tijd", voor de dominee gebouwd voor de somma v.FL.3300.-. Het bakhuisje is nog van eerdere datum. In 1818 kwam de kerk en de pastorie weer in roomse handen.
Sinds 2019 is er een Bed & Breakfast gevestigd. Het blijft een blikvanger voor bezoekers aan Bakel. Typerend zijn de gepleisterde gevels, het dwarse schilddak en de kroonlijst.
Achter tegen de pastorietuin en rechts van het parochiehuis, staat het H. Hart monument. Dat werd door de parochianen aan pastoor van Zeeland geschonken ter gelegenheid van zijn 40-jarig priesterfeest in 1933 en stond eerst op de hoek van Dorpsstaat en vd. Poelstraat.
In verband met nieuwe bouwplannen (winkelpanden) in 1991 besloot men dit waardevolle monument te verplaatsen naar de huidige locatie aan de Gemertseweg.
Het monument beeldt uit, dat een vrouw en een man zich met hun kinderen onder de bescherming stellen van het H. Hart.